NIEUWS= en ADVERTENTIEBLAD.
29e Taargang. No. 3789
Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. donderdag '5 februari 1912 b
HAARLEM S DAGBLAD
ABONNEMENTEN ADVERTENTIËN:
Vnnr Hmrioni PER °RIE MAANDEN: M»Van 1—5 re8els 50 Cts-! iedere re8el meer 10 Cts- Bllifcn l>et Arrondissement
voor naariem - f i.*u a Haarlem van 15 regels ƒ1.elke regel meer ƒ0.20. Reclames 30 Cent Der repel
Voor de dorpen In den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der Bij Abonnement aanzienlijk rabat. P 8
riAnr M^óriónHAdvertentiën van Vraag en Aanbod, hoogstens zes regels, 25 Cts. per plaatsing;
Franco per post door Nederland"I'S,, jMÉnVVfb 50 Cts. voor 3 plaatsingfn a contant. B per pnuisin.,
Afzonderlijke nummers0.02 H j, <3* V r» j i- i j i
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem0.37Redactie en Administratie: Groote Houtstraat 53.
2j» de °mstfel<en en franco per post „0.45 Intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 724.
Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur J. C. PEEREBOOM.Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 12. Telefoonnummer 122.
Tot de plaatsing van advertentiën en reclames van buiten het Arrondissement Haarlem in dit blad is uitsluitend gemachtigd het Algemeen Binnen- en Buitenlandsch Advertentie-Bureau"^Y. ALTA
Warmoesstraat 7678, Amsterdam. Telephoon interc. 6229.
TWEEDE BLAD.
OM ONS HEEN
No. 1493
Als tasschend8kspassagler
naar Amerika.
IL
Van de zeezieken bleven na dien
eersten nacht, zoo vertelt Kart Aram
verder in de „Gartenlaube" veertig
of vijftig drie of vier dagen en nach
ten eenvoudig in bed liggen Aanvan
kelijk zou men gezegd hebben wie er
eenmaal aan gewend is, vindt die
slaapzaal niet erger dan de cliambréc
in de kazerne. Nu bleek evenwel het
onderscheid. Tusschendekspassagiers
waren geen soldaten, maar passa
giers. 'lio men niet met geweld van
hun stroozak af kon jagen. Hielp
vriendelijk of krachtig toespreken
niet, dan moest men hen laten liggen
waar zij lagen.
Begrijpelijkerwijs bleef niemand
langer beneden, dan hij moestwel
was er tusscliendeks ook nog een
Tookkamer, maar die werd altijd in
genomen door rookendc en spuwende
Polen en Slowakon, zoodat die even
zeer werd gemeden. En op het tus-
schendek zelf lagen de vrouwen en
kinderen, die appelen, sinaasappelen
en meegebrachte uien aten en den
afval eenvoudig om zich lieen wier-
pen. Twee lichtmatrozen, dio om do
vier uur werden afgelost, hadden
voortdurend werk, om don vuilen
rommel te verwijderen, wat zij dag
aan dag met onveranderlijk© onver
schilligheid deden.
's Morgens om vier uur stond Aram
al op, om bij het wasschen onder de
eersten te zijn, want don zag liet
waschlokaol er nog dragelijk uit.
Daarna moest men, op de maaltijden
na, bijua onafgebroken tot acht of
negen uur des avonds op het dek
staan (op de banken zitten durfde
geen Duitscher, uil vrees voor onge
dierte) of in de smalle gangen tus-
schen rookende, snoepende en spu
wende mensehen in. Op den duur was
dat een moeilijk to verdragen kwel
ling en ze zou zeker niet uil te hou
den zijn geweest, zonder een levens-
lustigen, vroolijken medepassagier.
Toch is ook deze eens boos geworden.
Dat was. toen een Amerikaansclie
dame uit dc eerste kajuit eerst een
paar oude handschoenen en daarna
een oude kous op ons naar benedon
wierp, zooals men wel doet in een
berenkooi, om do wilde dieren aan te
hitsen. De anders zoo vroolijko mede
passagier werd zóó woedend, dat hij
den lieelen rommel in een bul samen
pakte en dien de dame vlak in het
gezicht wierp. In het lusschondek.
heeft zij zich niet meer vertoond 1
Soms als het donker werd donsten
de lichtmatrozen op dc muziek van
een harmonika en een trommel. Op
den namiddag vóór den laatsten nacht
aan boord kwam zelfs dc kapel van
het schip op het tusschendck, waar
van do passagiers zeer vereerd waren.
Maar do muzikanten speelden con
certstukken, zooais zij dat in dc eerste
kajuit gewend waren een vlotte wals
of een flinke marsch zon dc passa
giers van het tusschendek beter bo-
vallen zijn
Dat waren lichtpuntjes in do toe
nemende verveling en vermoeidheid.
Anders stond men maar en telde de
uren, nu en dan een poging doende
om eenigo schreden te loopen. Een
oude matroos, die al dertig jaar lang
tusschen Bremen en New-York voer,
gaf deze meening ten beste„Wie
niet sterk en niet volkomen gezond
is, heeft het in Duitschland door do
fondsen en verzekeringen beter, do
anderen hebben het beter in Amerika.
Maar", voegde hij er zuchtend bij,
„wie houdt zich niet voor sterk en
gezond, wanneer hij jong is 1"
Het regende, maar niemand week
van het dek. Na den regen kwam er
mist opzetten, die voortdurend dich
ter werd, en waarvan de vochtige
wolken letterlijk door alle kleeron
heendrongen. Wel driehonderd men-
schen drongen samen op het tus
schendek, bleek, vermoeid en ver
stijfd.
Daar klonk opeens hoog boven onze
hoofden een oorverscheurend, gillend
brullen de misthoorn, die sinds
lang geen hoorn meer is, maar een
stoomfluit. Do kinderen schreeuwden
het uit van angst en moesten naar
boneden worden gebracht, daar het'
brullend gegil hun in den letterlijken
zin de stuipen op het lijf joeg.
Sommigen staarden recht voor zich
uit, met de vingers in de opren, om
het geluid niet te hooren. Jonge meis
jes begonnen plotseling hardop te
lachen. liet was of een paniek nader
de, dio door een verdacht gedruisch,
een on versta opbaren roep kon wor
den uitgelokt.
Stipt en eentonig brulde de mist
hoorn, om do minuut, en het was, of
de hersenen meedreunden. De pauzen
tusschen het gebrul schenen langer to
worden, men hoopte, dat het uit zou
wezen, maar dan opeens barstte het
weer los en kromp ieder voor het af
schuwelijk geluid in elkaar.
Het werd donker. Tien uur lang had
nu dit iiselijke brullen al geduurd,
elke minuut zes seconden lang. Om
van het geluid eenigo afwisseling to
hebben, begonnen enkelen een luid
gesprek, maar onmiddellijk werd er
stilt© bevolen. Op do commandobrug
moest men met alle inspanning luis
teren, of niet de misthoorn van een
ander schip antwoordde.
Zwijgend en onbeweeglijk stonden,
zaten, hingen driehonderd tusschen-
dekkers in de smalle ruimte bijeen en
wanneer iemand zachtjes een opmer
king wilde maken, snoed het gillend
brullen die om zoo te zeggen midden
door. Eenigo vrouwen gingen naar
beneden, omdat zij het geluid niet
meer verdragen kondenanderen
schreiden, krompen telkens als het
terugkeerde in elkaar en slopen ein
delijk naar bed. Toen Kurt Aram be
neden kwam, sliepen alleen de vier
kerels, die met geen mogelijkheid uit
hun bed te krijgen waren. Andoren
zaten, geheel gekleed, op hun bed.
Eenigen stonden met elkaar te fluis
teren. De misthoorn klonk hier meer
gedempt, maar te hooren was hij toch
en zoo hieven do menschen in de
eigenaardige zenuwachtige spanning,
dio allen, ook den sterkste, aangegre
pen had.
Men verdrong zich om den zaal
wachter, die fluisterend akelige his
tories vertelde van aanvaringen tus
schen schepen, die evenwel ten slotte
toch nog goed afgoloopen waren.
Maar de meesteil gaven meer acht op
wat de man van do botsing, dan van
do redding vertelde en hij scheen zelf
weldra ook te gevoelen, dat zulke ver-!
halen, hoe goed die ook bedoeld wa
ren, juist niet er toe bijdroegen om de
rei-zigors te kalmeeren. Daarom pro
beerde hij het op een andere manier, i
door namelijk .alsof er niets aan de
hand was, den vloer met zand te be
strooien ©n daarna op te vegen. Toen
hij naar boven ging om het vuil over
boord te werpen, liepen de angstigsten
hem zacht achterna waarop hij zich
omkeerde en boos zei„weest maar
niet bang. ik loop niet weg gij be
hoeft mij niet als schupen na te loo
pen, gaat liever naar bed."
Maar zij draafden hem toch achter
na, tot zo doodmoe waren en in bed
kropen.
De misthoorn brulde door, precies
om de minuut- De zeo was nu vrij
kalm, maar de ijzeren stangen sche
nen zich te bewegen en overal te
kraken, de houten plankon leken zich
togen elkander te wrijven men kreeg
den indruk, alsof het schip in het
volgende oogenblik uit do voegen zou
raken, als een armzalige sigarenkist,
waarop men drukt. Het tusschendek
ligt in den voorsteven, bij een aan-j
varing zou dat er het eerste aan toe j
zijn. Eon van de passagiers ging i
recht overeind in bed zitten en zocht
naar zijn reddingsgordel. „Laat dat.
landsman", riep de oudo matroos,
„zoover zijn we nog lang niet I" Maar
ook ónderen deden hetzelfde. Hit an
dere lokalen hoorde men kinderen
schreien. De angst greep allen in het
hart, de vrees voor een gevaar, dat
niemand zien, noch afwenden kon.
Opeens richtten eenigen zich op.
Was het een vergissing'? Of brulde
inderdaad de stoomfluit niet meer?
Allen luisterden ingespannen... inder
daad, het akelig geluid had opgehou
den, wat in deze stemming lie toeken- j
do het gevaar, de pijnlijke, verlam-
mende spanning was voorbij.
Zoo goed als in dien nacht had nie
mand te voren aan boord geslapen en
den volgenden dag hcerschtc er een
bijzondér opgewekte geest, daar men
binnen 24 uur te New-York voet aan
wal zetten zou.
J. C. P.
Buitenlandsch Overzicht
De Engelsche troonrede en de
verhouding tusschen Engeland en
Duitschland.
Gisteren heeft de koning 't parle
ment geopend.
Ia de Troonrede wordt allereerst
gewezen op de voortdurende vriend
schappelijke betrekkingen tot andere
mogendheden.
(Do algcmeone uitdrukking, die
eigenlijk bitter weinig zogt
Ongelukkigerwijze duurt de oor
logstoestand tusschen Italië enTur-
kije nog voort- Engeland is bereid,
zoo de omstandigheden daarvoor gun
stig zijn, zich met andere mogendhe
den te verbinden voor een bemidde
ling, die tot het eindigen der vijande
lijkheden zou kunnen leiden.
(Een heel vage toezegging I)
De troonrede maakt melding van
den toestand in Peraië, en spreekt de
hoop uit, dot de crisis in Cliiria een
bevredigende oplossing zal krijgen, in
overeenstemming met de meeningen
van het Chineesche volk.
Sprekende over zijn bezoek aan In-
die, zei de Koning dat dit bezoek een
bewijs leverde van dc schitterende
toewijding en do loyauteit van dc
vorsten en het volk van Indië. De
spontane betoogingen van loyauteit
van alle klassen der bevolking hebben
ons diep getroffen
Met zorg zoo vervolgde Z. M.
voorzie ik do ernstige mogelijkheid
van geschillen tusschen werkgevers
en arbeiders in Engeland, en ik hoop
vurig, dat een verzoenende geest aan
beide zijden zal heerschen. on eon
ontwikkeling van het geschil zal wor
den voorkomen, die een ernstige» in
vloed zou hebben voor den handel van
het land en voor het welzijn van het
volk.
De troonrede kondigt dan onder an
dere wetgevende maatregelen aan de
indiening van de Home-Rule-wet
voor Ierland.
Veel nieuws bracht de Troonrede
dus niet.
Maar 't debat was belangrijker. In
antwoord op een vraag legde de mi
nister-president Asquith een verkla
ring af, omtrent de betrekkingen tus
schen Engeland en Duitschland.
llii zei, dat het ongetwijfeld een be
treurenswaardig feit is, dat de tradi-
tionneelo gevoelens van vriendschap
en welwillendheid tusschen de twee
landen in den jongsten tijd ernstig,
hebben geledon en dat er een atmos
feer van wantrouwen is ontstaan.
Legenden, die in andere1 tijden als
ongeloofelijk zouden zijn beschouwd,
vinden thans in ruimen kring ge
loof.
„Naar ons wordt medegedeeld
zoo verklaarde de minister zijn
een groot aantal Duitéchêrs vast over
tuigd, dat wij op een zeker oogenblik
in den zomer of den herfst van het
vorige jaar dachten over een inval in
Duitschland, of zelfs reeds toebereid
selen daarvoor maakten.
Dit is een bloot verzinsel de be
wegingen onzer vloot hadden aller
minst een uitdagend karakter.
Zoowel de Engelsche als
de Duitsche regeering
koesteren den Innige n
wensch tot een betere vor
standhouding te kom en.
En nu bleek ons in den loop van dc
vorige maand, dat het bezoek van een
Britsch minister te Berlijn niet on
welkom zou zijn en liet bereiken van
ons gemeenschappelijk doel zou be
vorderen.
Lord Haldane zou in allen gevalle
binnen korteren of langeren tijd voor
aangelegenheden in verband met de
commissie voor de Londensche uni
versiteit naar Berlijn gaan, en wij
achtten het nu wenschelijk, dat hij
zijn bezoek zou verhaasten en ge
bruik maken van de gelegenheid, om
vriendschappelijke en vertrouwelijke
gesprekken te houden met do leiders
van do Duitsche staatkunde
Dit was een afwijking van de con-
ventionneele wijze van doen aan bei
de zijden zag men evenwel in. dat de
ze wijze meer aan de openhartigheid
in de verklaringen en mededeelingen
ten goede zou komen dan deftig© di
plomatieke onderhandelingen.
Deze onderhandelingen
z ij n uitstekend geslaagd.
Er heerschte een volmaakte vrijheid
van spreken en open hartigheid in de
verklaringen omtrent vrijwel allo
punten. Het feit alleen, dat eon dor-
gelijkc wisseling van gezichtspunten
onder dusdanige omstandigheden ge
voerd kan worden, moest de achter
docht doen verdwijnen, dat de eene
regeering aanvallende plannen koes
tert jegens de andere. Dit zou op zich
zelf reeds als een groot voordeel te
beschouwen zijn. Ik ben evenwel over
tuigd, dat de onderhandelingen meer
dan dit negatieve resultaat hebben
opgeleverd. Ik kan nu niet in nadere
bijzonderheden treden, maar wel mag
j ik zeggen, dat gedurende het bezoek
van I.ord Haldane duideliik gebleken
is. dat van beide zijden 3e oprechte
wensch wordt gekoesterd om op bete
ren voet te komen, zónder dat eeniers-
zins de speciale betrekkingen, in
welko een der partijen tot andere mo
gendheden staat, worden opgeofferd
of op den achtergrond geschoven. In
dien geest overwegen thans beide re
geeringen nauwlettend, hetgeen prac-
tisch mogelijk zal zijn. (Toejuichin
gen.)
Dit dc Duitsche politiek.
De verwachting komt uit.
Tot voorzitter van den Rijksdag is
gistermiddag gekozen de vrijzinnige
afgevaardigde Kampf met 193 stem
men, 173 stemmen, afkomstig van de
conservatieven en het centrum, wa
ren blanco uitgebracht. De heer
Kampf nam dc benoeming aan met
de volgende bewoordingen „Ik ge
voel mij verplicht, de benoeming te
aanvaarden". In de plaats van dr.
Paaschc (den nationaal-liberaal) werd
gekozen tot tweeden vice-president de
vrijzinnige afgevaardigde Dove, met
194 stemmen. Nu waren 1G4 stemmen
blanco uitgebracht. Ook Dove nam
de benoeming aan.
De Rijksdag is dus voorlöópig tot
werken bekwaam, 't Gevaar voor ont
binding is dus voorbij. Maar. dat is
slechts een presidium voor 4 weken.
Wat dan
Gisteren heeft de Rijksdag wat
over financiën gehandeld. De Rijks
kanselier betoogde, dat 't rijk met
alles zuinig moet zijn, behalve met
uitgaven voor leger on vloot, 2 mil-
lioen mark zal nog extra aangevraagd
worden "voor de versterking van de
luchtvloot.
De oorlog tnsscliep Italië en Turkije
Weer eens een bombardement. Een
Italiaaoflcli oorlogsschip bombardeer
de Sheik-Said. 28 schoten werden ge
lost.
't Resultaat van de besprekingen
tusschen den Italiaanschen minister
president en den opperbevelhebber
dor llaliaansche strijdmacht in Tripo-
litanië, generaal Canova, blijkt t6
zijn, "dat de regeering den militairen
leider haar geheele vertrouwen weer
hoeft geschonken, zoodat hij spoedig
naar Afrika zal terugkeer en.
En zal hij nu actiever optreden
't Schijnt van wel, want binnen
cenige dogen zal een flinke voorraad
krijgsmateriaal naar Tripolitanië
verscheept worden, o. a. 60.000 gra
naatkartetsen. 20.000 projectielen voor
21 c.M. houwitsers en 20,000 handgra-
naten. In de werkplaatsen te Floren-
I ce wordt met koortsachtige!) ijver ge-
i werkt aan den bouw van 25 gepant-
j sordo spoorwegwagens, die met snel-
vuurgeschut worden bewapend, en
bestemd zullen zijn voor de verdedi
ging van den in aanbouw zijnden
spoorweg Tripolis-Ain-Zara.
Ook de luchtvloot zal worden uitge
breid. Er zijn in Frankrijk bestellin
gen gedaan voor een nieuw soort
vliegtuig, „muitlplaces" genaamd,
waarmede verschil lende personen te
gelijk kunnen opstijgen.
Een industrieel te Genua heeft aan
de regeering een door liem uitgevon
den apparaat geschonkenwaarmee
binnen twee minuten twintig bom
men kunnen gestrooid worden over
een oppervlakte van 400 vierk. meter.
Onze Lachhoek
Een onderwijzeres is bezig met haaf
klas to loeren wat ©en meervoud en
wat een eonhod is. Zij neemt dingen,
die voor do hand liggen, een liniaal,
eon bock, een bloem en een appel.
Dat zo reide zij zijn eenheden.
Doch nu schilde zij den appel eii
hield de schil omhoog. Wat is dat
nu?...
Een oogenblik st'J'e. Toen komt de
stem van Jantje uit den hoek.
De huid van een eenheid, Juf'
KLEURWISSELING.
Ik heb dikwijls opgemerkt, dai
bij ki'ndcren de kleur van de oogen
afwisselt.
Ik bij volwassenen. Mijn vriend
f/Odewijk had vóór zijn trouwen don
kerbruine oogen, nu heeft hij dikwijls
blauwe oogen.
De rust in Turkije blijkt langzaam
aan terug te keeren. De staat van be
leg zal met 1 April opgeheven war-
De Cblneesche republiek.
j Dezer dagen werden, zooals men
i weet, do edicten uitgevaardigd, waar-
bij aan de wereldlijke heerschappij
der Mantsjoe-dynastie, na een be
staan van 207 jaren, een einde wordt
gemaakt.
De tekst van een dier merkwaardi
ge besluiten luidt als volgt
„Wij, do Keizer, hebben eerbiedig-
lijk hot volgerwie besluit van 1-Iare
Majesteit d© Keizerin-Weduwe in
ontvangst genomen
„Tongovolgo van den opstand van
het repnblikoinschc leger, di© onder
hot volk in de provinciën weerklank
vond, zieddo het rijk als ware het een
ketel met kokend water gevuld en
was hot volk in ellende gedompeld.
Yoean Sji Kai gelastte daarom do
zending van commissarissen, om met
de republikeinen te beraadslagen over
het bij een roepen van een Nationale
Vergadering, dio over den regee-
ringsvornï zoude hebben te beslissen.
Maanden verliepen zonder dat eene
schikking tot stand kwam.
„Het is nu duidelijk, dat de meer
derheid van het volk een republiek
begunstigt on uit de voorkeur van
de harten des volks is de wil des He
mels af t© leidon. Hoe zouden wij on9
tegen de wenschen van millioenen
kunnen verzetten tor wille van der
roem van eene familie? Daarom dra
gen de Keizerin-Weduwe en de ltei
zcr de souvereuniteit over op het volk.
Dal Yuean Sji Kai, met volstrekte vol
macht, oen voorloopt# republikeinse!*
bewind samensielle en met de repu
blikeinen beraadslago over dc midde
len om eene vereent ging tot stand te
brengen, welke den vrede van liet
rijk zal verzekeren, en om een grooto
republiek in tiet leven te roepen, die
Muotjoes, Chineezeti. Mongolen, Mo
hammedanen en Tilibetonen tot een
geheel zat vormen."
De Chineezen zijn wel een vreemd
volkje 1
Jooun Sji Kai heeft een schrijven
ontvangen van dr. Sun Yat Soa, den
vertegenwoordiger der republikeiu-
scIms regséring te Nanking, berich-
tonde de ontvangst van het keizerlijk
bosluit Hij verklaart daarin, dat de
vereenigde republiek de benoeming
van een urgunisateur der republiek
door een keizer uit de Ming-dynastie
niet kan erkennen en verzoekt Joean
Sji Kai onmiddellijk naar Nanking to
komen of een gevolmachtigde daar
heen to zenden.
Van Kunst en Kunstenaars.
XXXIV.
Voor een werkelijk intoressante ton-
toonstellmg van moderne Engelschö
sclvildcr-lithografep, gedurende Fe
bruari in de mooie zalen van Pulchri
Studio in den Haag gehouden, wus
d© belangstelling, laten we gerust
zoggen, gelijk iyil. Wanneer Wij doz©
dagen het1 gebouw binnenliepen, was
er geen bezoeker te bespeuren en nu,
bij liet ©indé der expositie zij sluit
Zondag a. s. was nog voor geen
dubbeltjo financieel succes voor de
ex poseeronde artisten te boeken ge
weest.
Dut is geen bemoedigend verschijn
sel voor hen, wie prentkunst ter har
te gaat en is tevens geen brevet van
juist inzicht bij het kunstlievend pu
bliek, dat straks op allerhande gefin
geerde veilingen op de meest uiteen-
loopendo mediocriteiten waar een
kleurtje op zit zal gaan zitten bie
den tot bedragen, waarvoor al
leen reeds ©en aardige basis voor een
goede graphische collectie kou gelegd
worden.
Doch nu het feit er eenmaal toe ligt,
en verzamelaars als wijlen Dr. Hu-
bert tot dc zeldzaamheden zullen blij
ven behoor en, hebben wij ons, als
verslaggever daar eigenlijk niet ver
der druk over to maken en. kunnen
volstaan met .te vertellen, wat moois
er was en wat' de Haagsche kunstwe
reld niet is gaan zien.
Nu dan .Er waren een twaalf do
zijn oorspronkelijke steendrukken to
zien, vervaardigd door leden dor Lon
densche Serie folder Club. Tot deze
kunstenaarsvereeniging behooren do
meest beteekenende Engelsche schil
ders van lieden, voor wie de zwart-
en-wit kunst groote aantrekkelijkheid
hooft, en die zich hier speciaal met
't door Aloys Senevelder gevonden h-
thographisch procédé bezig houden.
Frank Brangwyn bijvoorbeeld, wiens
naam als etser een wereldvermaard
heid hoeft, leert men hier ook als li
thograaf kennon. Ook hierin toont
zich de professor der Kensington Art
School een artist, die zijn metier bo-
heerscht, al zijn voor mijn gevoel
zijne etsen een hem scherncr typee
rend graphiker. Hij is hier slechts
met enkele bladen vertegenwoordigd
geweest. Belangrijker, zoo niet van de
verzameling het belangrijkst, is Jo
seph Pennell, wiens eisen sterk on
der Whistler's invloed, al eens vroe
ger, eveneens in Pulchri to zien wa
ren. Pennell is clc lithograaf bij uit
nemendheid .Hij houdt zijn work zui
ver, vrij van alle trucs on maakt af
drukken van zijne steenen, die het
fluwcolige van houtskoolteekonïngen
bezitten. Ilij gaf vroeger reeds im
pressies van het drukke loven en de
torenhoog© huizen dor New-Yorksche
zukonmenschen. Hij weid do etser
der skyscrapers. Later is hij naar an
dere oorden van don arbeid getogen
heeft den bouwarheid der Romeinen
on het zwoegende mijnleven in de Bo-
rinago geteokend, fabrieken in Chica
go cn N.-York'en 't restaureeren van
do Campanile te Venetië gadegeslagen
Ook in Holland is hij blijkbaar ge
weest jammer, dat dit de minste
prent zijner inzending wasKlaar
blijkelijk heeft hij hier nieta van zijn
gading gevonden, ©n hoewel hij
anders steeds topogrnphiscli juist is
ditmaal uit zijn herinnering aan
de omstreken van Schiedam en Rot-
terdam, een compositie in 't leven ge-
roepon, die Yan een „Usino en Hol
land©" oen indruk geeft, als hadde hij
het Haagsche Binnenhof omzoomd1
met wind- on watermolentjes gezien.
Vermoedelijk toefde Pennell te kort in
ons land, om het karakter ervan vol
doende to vatton en zij liet op zijn
wijs vast to loggen. Amerika is
hein vertrouwder en Le Pont, de
reusachtige brug over den river
(New-York aan'den achterkant) is een
prachtblad, liet geweldige van den
bouw en d© spanning, de zwieping
der constructie is in elegant-sterke
lijning neergeschreven.
Picturaler i3 „le Lac do Feu", ©en
der Bel&ïsclie onderwerpen, een volle
prent, met prachtige zwarte vakken,
dof-zwart tegen schitter-zwart, kleur
op kleur. Ilcél mooi.
Charles Shannon is een ander ar
tist, van niet minder reputatie. Doch
wiens reputatie, dank zij het com
mercialisme in do kunst, misscliien
onbewust© aanleiding tot verslapping
soms werd. Als ge van hem zijn vroe
ger werk wel eens zaagt, zijn „Mode-
Ier" txf tho „House of Dahla", welke
prenten al voor jaren door Wedmore
geroemd worden, dan 1 tobben zijn
huidig© prestaties veel van die lenige
spanning der lijnen verloren en is de
elegantie van een logger gehalte ge
worden. Er is nog veel moois aan de-1
coratieve vulling en compositie in,
doch het is niet zoo euergisch, zoo
pittig als vroeger werk. Alleen eoi)
zelfportret heeft dat lenige nog be
houden. Shannon's inzending is een
eigenaardig voorbeeld van het telkens
weer vertoonde geval, hoe een van
huis uit bijzonder artast, door succes-
son daartoe gedreven,, zichzelf her
haalt én al doende den kern kwijt
raakt. Tot hij weer eens iets nieuws
friecli aanpakt en dan vaak weer de
oude wordt.
Wanneer ik nu ook nog Alphonse
Legros genoemd heb, van wien echter
slechts eeuige bladen aanwezig na
ren, dan zijn de namen, die in Hol
land althans ©enigszins bekend ver
ondersteld mogen worden, genoemd.
Zal ik u nog verder vermoeien met
nieuw© namen? Zeggen dat Jacksou,
Ethel Gabain, John Copley, zeer knajv
pe technici zijn met meerdere of
mindere oorsbronkelijkheid. Liever
ware het u wellicht de dingen zelf te
zien ©n ik ben de eerst© om toe t© ge
ven dat daarin de eenigo weg tot ap
preciatie te vinden zou zijn. Doen
men is in Haarlem zelf zelden in staat
iets bijzonders t© zien op schilder
laat staan graplüscli-gebied. Verleden
jaar vonden wij overal1 circulaires
van een „Haarlemsche Kunsthandel"
in wor<ling. Waar blijft, deze?
Is do ondernemer afgeschrikt ©n te
ruggekomen van zijn koen voorne
men? 't Zou jammer zijn Yoor Haar
lem in hoofdzaak. De vijfde stad des
Rijks staat hierin nummer nul. (Do
aardige en hoogst Intéressant© feest-
tentoonstelling van '„Kunst zij ons
Doel" vergeet ik natuurlijk niet, doch
ze was oone te zeldzame uitzonde
ring). Gewoonlijk hoort men tegen
werpen, dut do onmiddellijke nabij'-
hoid van Amsterdam etc. etc. En dit
doet me denkon aan de tentoonstel
ling die daar, in Suasso, door August
Lo Gras on Jolian Gebhard gehouden
wordt, en dio wij ook 'gaarne hier
momoreeran; onder voorbehoud er
wellicht nog op terug t© komen.
J. II. DE BOIS.
12'Febr. '12.