ONZE
jongeren weggelegd dezen slag meer
toe te passen, in ieder geval i3 het
raadzaam er zooveel mogelijk notitie
van te nemen.
Zet nu eens op het bord:
Zwart schijven op 3, 5, 7, 17, 28
en 37.
Wit schijven op 13, 20, 24, 29, 34
en 47.
Een zeer gewone stand, waarin geen
sprake is van voordeel van wit of
zwart. Wit kan door 20—14, 139,
9—4 naar dam gaan; zwart door 28—
32, 32—38, enz.
Nemen wij nu eens aan dat zwart
do gevaren van den „Coup de Turc"
niet kent en 22—28 als laatsten zet
speelde, dan is de winst voor wit! Had
zwart 22—27 gespeeld, dan was hij
van de remise zeker geweest. Thans
evenwel kan wit de „Coup de Turc"
in toepassing brengen en zwart ver
liest de partij.
Wij zijn er bijna zeker van, dat ge
de winst niet zoo gemakkelijk vindt;
ze is fraai en eenigszins ingewikkeld.
Zie hier:
Wit Zwart
1. 47—42, 3748
2.29—23! de fraaie zet, 48:29
Zwart moet de meeste schijven
slaan. Dat zijn er vier over de velden
34, 20, 13, 23 op 29. Een leuke slag
van den zwarten dam.
Na 48 29 van zwart slaat wit met
schijf 24 tot 2, neemt dam en heeft
gewonnen, daar geen der zwarte
schijven "over de lijn 245 kan ko
men.
Een fraaie slag, niet waar?!
Thans geven wij weer eens een
vraagstukje ter oplossing en wel een
zeer aardig, van den wereldkampi
oen Weiss te Parijs.
Zwart schijf op 15 en dam op 40.
Wit schijven op 30, 34, 45 en dam
op 47.
Zwart was met zijn dam van 49 op
40 gegaan, denkende nog een witte
schijf te slaan en zoodoende de remise
te maken. Wit speelt thans evenwel
en wint in 3 zetten 1
Laat nu eens zien of ge nut hebt
getrokken uit al heigeen we reeds
over het damspel schreven en zendt
uwe oplossing in, uiterlijk Dinsdag
2 Juli a s. aan het adres hetwelk ho
ven deze rubriek staat aangegeven.
De Haarlcmsche Damclub houdt
hare bijeenkomsten iederen Maandag
avond van 8 tot 12 uur in het gebouw
„De Nijverheid", Jansslraat 85, al
hier.
Liefhebbers van bet damspel zijn
daar steeds welkom.
Voor liet lidmaatschap kan men
zich hij liet bestuur aanmelden.
Inlichtingen worden gaarne ver
strekt door den secretaris, den lieer
J. Meijer, Kruisstraat 34, Telephooa
no. 1543.
Raadsels
(Deze raadsels zijn alle inge
zonden door jongens en
meisjes, die „Voor Onze,
Jeugd" lezen. Do namen der
kinderen, dio mij vóór Don
derdagmorgen goede oplos
singen zenden, worden in het
volgend nummer bekend ge
maakt).
IEDERE MAAND WORDT ONDER
DE «ESTE OPLOSSERS EEN
ROEK IN PRACHTBAND
VERLOOT.
Hierbij wordt gelet op den leeftijd
in verband met liet aantal oplossin
gen en op de netheid van liet werk.
1. (Ingezonden door Wirn M. He ijl),
Zet onder elkander
Een jongensnaam.
Een stad in Nederland.
Een bloem.
Nog een bloem.
Een stad in Nederland.
Een land in Europa.
Een stad in Schotland,
Een stad in Rusland.
Nog een stad in Rusland.
Een stad in Duitschland.
Een der Staten van de Vereenigde
Staten van Noord-Amerika.
Een rivier in Noord-Holland.
De beginletters vormen den naam
van een groote stad in Noord-Ameri
ka.
2. (Ingezonden door Gerritje Kok).
Welk spreekwoord kunt ge hiervan
maken, als ge de puntjes door mede
klinkers vervangt.
.ie ee. .ui. .oo. ee. a .e. ..aa.., .a..
e. .e.. i.
3. (Ingezonden door Jo en Jan Ver
ton).
Mijn geheel is een ding uit den
ouden tijd van 18 letters eu biedt
doorgang.
In een 4 8 10 11 12 kan men wat
bergen. i
1 10 11 12 is iels, dat na verbran
ding overblijft.
Een 7 15 9 15 16 17 wil niemand
graag zijn.
13 6 18 10 wordt uit den grond ge
baald.
12 5 17 4 is een vlug viervoetig
dier.
3 1 2 is een jongensnaam.
14 8 is een familielid.
4. (Ingezonden door Gouda Drent).
He hen een plaatsje in Liraburg.
Verander mijn eerste letter en ik
smaak lekker. Verander nogmaals
mijn eerste letter eu ik kom in den
winter. Verander nogmaals mijn eer
ste letter en ik hoor aan het brood.
5. (ingezonden door Annie de
Br ii ij n).
Ik ben een graansoort. Geef mij
een anderen staart en ik breng de
verbinding tusschen werelddeelen tot
stand.
6. (Ingezonden door J. J. Esser).
Mijn geheel bestaat uit 4-4 letters en
ts een spreekwoord.
3 20 21 27 7 heeft een paard.
15 42 28 18 is een huisdier.
4 38 20 11 25 is oen lekkernij»
30 31 32 is niet dichtbij.
12 8 29 40 is eon voorzelsel.-
'1 6 10 36 is een jongensnaam,
22 39 32 is ©en vervoermiddel.
33 2 29 5 is een rand.
On een 24 38 40 44 41 wordt ver- en
gekocht.
22 43 16 36 is een jongensnaam.
19 2 23 11 14 vindt men aan een
roos.
9 13 37 44 20 20 40 36 geeft licht.
40 34 35 is een rivier.
26 39 17 is een meusch.
7. (Ingezonden door Johan Schweit
zer).
Mijn eerste is niet dom.
Mijn tweede is een lichaamsdeel.
Mijn geheel is een vervelend kind.
8. (Ingezonden door Dirk Boeré).
Zet achter een lichaamsdeel iets dat
een knal geeft. Verander dan de 2de
letter en ge krijgt een plaatsje in
Noord-Brabant.
9. (Ingezonden door Bart Ligten-
berg).
Ik ben oen verbazend groot voer
tuig, maar geen rijtuig, spoorwagen,
schip of auto. Of ge zit, staat of ligt,
ik leg ontelbare mijlen met u af. Ge
durende de reis hoort ge geen enkel
geluid van mij. En of het u behaagt
of niet, ik zal u wakend en slapend
nog ontelbaar veel mijlen verder met
mij voortdiragen. Wat is dat
10. (Ingezonden door A. en J. Hoo-
gerduijn).
iet
iet
niet
zei
als
tot
dan
komt
zich
ven
kent
niet
Welk spreekwoord leest ge hieruit?
11. (Ingezonden door Anton Janse).
Ik ben een nieuw vervoermiddel
van 4 letters. Verander mijn tweede
lettor en ge krijgt den naam van een
voetbalclub.
12. (Ingezonden door Teunis Kok.
Ik besta uit 27 letters en ge hebt
over mij kunnen lezen in de courant.
1 25 6 15 23 is een meisjesnaam.
13 9 17 20 3 12 15 16 15 5 is eeu land
in Zuid-Amerika.
1 5 24 7 is een drank.
4 2 19 is ook een drank.
22 18 8 14 is een vaartuig.
10 24 13 26 22 is een kruipend dier.
27 25 11 is eeu kleedingstuk.
21 13 17 20 24 gebruikt de timmer
man en is tevens een lichaamsdeel.
Raadseloplossingen
De oplossingen der raadsels van de
rorige week zijn
1. Zuiderzee.
2. Het is gauw botertje tot den
boom. Brood, mes, thee,
sneeuw, muis, Jet, bot, Otto,
Simon.
3. Eerlijk duurt het langst.
4. Linde Linge.
5. Spreken is zilver, zwijgen is
goud. Nier, rek, neus.
leeuw, rivier, spier, goud, zil
ver, pek, geen, zuiden, Gijs.
6. Boedapest.
7. Lemmer Emmer.
8. Triangel.
9. Nottingham. Ham, noot, tuig,
tong, haag, mot»
10. Odense Odessa.
11.
12. Elba Elbe.
Goede oplossingen ontvangen van
Dora Weijers 12.
Willy Germeraad 12.
Henderika Bühner 12.
Marie Francken 12.
Zus Duursma 12.
Cath. Doing 12 en 12 van de vorige
week.
S. Kapteijn 12.
Johan Miedeina 9.
Annie Vergers 12.
Lena Koeleveld 11.
J. Joh. de Jong 11.
Zus en Arend U. v. Lohuizen 12.
R hod ia 12.
Jan Huijer 12.
Cor Huijer 12.
L. en W. Dom 12.
Anton Janse 12.
Jan de Bruijn 12.
Truus van Bilderbeek 5.
Piet Galjart 12.
Bart Ligtenberg 11.
Johau van Donselaar 11.
Piet de Veer 11.
Ari© de Vos 12.
.To en Jan Verton 12.
Cor en Nanne Nauta 12.
Wilhelmiua v. d. Haar 12.
Zonder naam 6.
Arnold Vasen 12.
Jan Vieselmau 11.
Bcp en Marie Rüijzenaars 12. i
Marie Landmcier 12.
Corry van Dalen 12.
Annie de Bruijn 12.
Zonder naam 7.
Zonder naam 10.
Annie Elffers 8.
Alida Kammeijer 12.
Jentien Been 12.
Annie en Betsie Stavenuiler 9.
Dora Weijers 11.
Leo Kamrner 12.
Johan Schweitzer 12.
Magnolia 9.
STRIKVRAGEN.
(Ingezonden door Henderika
Bühner).
1. Wat is kleiner dan een korrel
Wat is kleiner dan een muis
Wat is kleiner dan een snipper
Wat is kleiner dan een pluis
2. Waarin komen bankiers en
tramkoetsiers overeen
(Ingezonden door Cath. C. Doing).
3. Wat loopt van Amsterdam naar
Utrecht zonder zich te bewegen
4. Hoeveel komen er nog na u
5. Het zijn twee volle broers. Do één
is mijn oom en de ander niet, hoe
kan dat
6. Jan is wijs, maar wie is wijzer?
(ingezonden door Cor en Jan Huijer).
7. Een boer Itad een kalf eu de moe
der van den hoer was ook de vader
ran het kalf. Hoe kan dat
(Ingezonden door Bart Liglenberg).
8. Het is weg en het blijft weg, en
toch is het er 1 Ra, ra, wat is dat
(Ingezonden door Anton Janse.
9. Welke lianen eten geen haver
Welke paarden willen geen klaver?
Welke knechten krijgen geen looft?
Welke koning zit op geen troon
(Ingezonden door H. Bühner).
10. Wie kan met rooden inkt mooi
zwart schrijven
BEGRAVEN PLAATSEN.
De antwoorden der begraven plaat
sen van de vorige week zijn
1. Klaaswaal.
2. Han.
3. Batenburg.
4. HedeL
5. Aken.
6. Houten.
7. Leur.
8. Goes.
9. Harderwijk.
10. Einden.
11. Delft.
12. Apeldoorn".
Goede antwoorden ontvangen van
Dora Weijers 12.
Willy Germeraad 10.
Henderika Bühner 10.
Marie Francken 12.
Zus Duursma 12.
A. Winkler 10.
Cath. Doing 12 en 9 van de vorige
week.
Annie Vergers 9.
J. Joh. de Jong 7.
Zus en Arend II. van Lohuizen 9.
Rhodia 12.
Lena Koeleveld 12.
Anton Janse 12.
Jan de Bruijn 10.
Piet Galjart 12.
Truus van Bilderbeek 7.
Johan van Donselaar 11.
Jo en Jan Verton 12.
Cor en Nanne Nauta 11.
Wilhelmina v. d. Haar 10.
Arnold Vasen 11.
Jan Vieselman 9.
Bep en Marie Ruyzenaars 12.
Corry van Dalen 12.
Annie de Bruijn 12.
Zonder naam 11.
Zonder naam 9.
Alida Kauimeijer 12.
Jentien Been 12.
Dora Weijers 12.
Magnolia 7.
BERICHT WEDSTRIJD.
Inzendingen voor den yvedstrijd
ontvangen van:
J. P. van 1-Iemert.
Willy Germeraad.
A. M. E. Brandsma.
Zus Ozïnga.
A. Winkler.
Piër Heidwcïller.
HET WONDERGLAASJE,
Door E. S.
(Slot).
De dag vari het „examen" was voor
bij. Toen Hein Govert nog dienzelf-
den dag, om drie uur 's middags had
verteld over do vragen, die m'nheer
hun gesteld had, van Nederland en
de groote rivieren en Alva en Filips
11, en van verschillende werkwoor
den en sommen, waarin ze rente
moesten berekenen en zoo... toen had
hij even gehuild, heel stil.... toen hij
veer alleen was. En toen had zijn
moeder de bedsteedeur opeugestoo-
ten, en had ze de kamer ingezien, en
gevraagd, wat Govert scheelde.... met
haar zachte, matte stemEn toen
had hij gauw, met den rug naar haar
toe, de tranen weggeveegd, en ge
zegd: „O, rmj niets 1", maar z'n stem
had gebeefd en z'n moeder had be
grepen
Nu was alles voorbij. En Govert
ging stil verder met in huis alles
netjes te houden... met treurige, stille
gelatenheid. En eens, terwijl hij be
zig was, aardappelen te schillen, met
z'n rug naar de deur, toen werd deze
ineens opengedaan....
En Govert kreeg een kleur als vuur
loeu hij, zich omdraaiend, den boven
meester zag staan, met z'n goedhar
tig gezicht.
,,7.oo, zoo, nog druk aan 't werk
vroeg hij.
„Ja, meester", zei Govert zacht, d'
oogen neerslaand.
Maar meester tikte hem op den
schouder en ging heel gewoon op een
stoel zitten.
„Hoe is het met je moeder?" vroeg
hij toen, belangstellend.
„O", zei de jongen fluisterend, „ze
slaapt nu. 't Gaat goed vooruit.
Vrouw Meinders geeft ons zooveel ou
de dokter, en vrouw Smit, voor wie
ik vroeger altijd met brood liep, Za
terdags l"
En toen hield hij even op, en be
gon daarna weer
„Ze tobt er wel heel org over, dat
vader over een maand weer op de
boterfabriek gedaan zal krijgen... cn
dan weer ander werk moet zoeken.
Vader is maar los arbeider, weet u!"
En toen. vreezend dat hij te veel
had, kreeg hij weer een kleur
zweeg, en schilde verder de aard
appels.
De meester bleef lang. Hij vertelde
van het examen, en dat het zoo jam
mer was, dat Govert er niet geweest
was, en dat die m'nheer 't ook zoo
jammer gevonden had.
„Heusch, die ouwe, m'nheer ook?"
vroeg de jongen vol verbazing, en
kreeg hij weer een kleur, maar van
blijdschap.
„Ja, die ook!' herhaalde de mees
ter. „Weet je wat je doen moest? Je
moest hem eens gaan schrijven. Hij
vroeg zoo belangstellend naar je, toen
ik vertelde waarom of je niet op
school was. Heusch, die m'nheer
houdt veel van jongens, die op school
hun best doen, zooals jij. Doe 't maar
gerust. Als je den brief af hebt,
brengt hem dan maar bij mij, dan
zal ik 't adres wel schrijven en hem
wegzenden... I"
't Was Govert, als droomde hij. De
vragen, die meester na dien tijd nog
deed, beantwoordde hij geheel ver
keerd hij was verstrooid
En toen de meester weg was ge
gaan, en alles stil was in de kamer,
en hij niets meer behoefde te doen,
toen begon hij dadelijk ie schrijven,
op 't postpapier, dal de meester hem
gegeven had. Hij schreef hoe ziek z'n
arme moeder was, doordat ze niets
at, en de zon niet scheen in de ka
mer, hij schreef, hoe vreeselijk hij 't
gevonden had, niet op 't examen te
zijn geweest, en toen dacht bij aan
do bloemen, en hij vertelde van het
wouderglausje, dat hij gevonden had,
de bloemen, die zoo prachtig
waren, als hij er door keek; die hij
altijd zag als hij even z'n oogen dicht
en hoe graag, hoe zielsgraag
hij daar meer van zou willen weten,
hoe de gedachte aan de wonderschoo-
natuur het eenige was wat hem
troosten en opbeuren kon als hij ver
moeid en versuft raakte in het kleine
kamertje
Al maar door schreef hij drie,
zes, acht kantjes vol, steeds vlugger-,
met stevige, en toch losse, flinke let
ters, En toen hij den brief klaar had,
schoof hij alles van zich ai en dacht
langen tijd na, met beide handen on
der het hoofd.
Denzelfden dag nog bracht hij den
brief naar den bovenmeester, die hem
weg zou zenden. „Je krijgt er vast
wel eentje terug", voorspelde hij.
En t was waar. De oude m'nheer
schreef terug. Hij schreef, dat hij
den brief zoo mooi had gevonden, cd
hij vroeg wat of Govert later worden
wou
Govert ging met den brief naar
den bovenmeester. „Ik begrijp 't
niet", zei hij en dat deed hij wer
kelijk niet.
En toen legde de meesier hem alles
uit, dat die oude menheer heel rijk
was, en hen helpen zou, omdat hij
gehoord had, dat Govert zoo goed
lceren kon, en omdat h:j schik in
zulke jongens had en ze graag ver
der wilde heipon. En nu moest Go
vert hem maar schrijven, wat hij
graag wilde worden, zei meester.
Govert schreef. Hij schreef een
brief, overvloeiende van blijdschap,
van dankbaarheid. Maar hij schreef
ook, dat hij liever wilde, dat de men
heer z'n moeder en vader hielp, om
dat die 't uoodiger hadden dat moe
der niet meer in 't steegje kon blijven
wonen eu nog veel meer van dien
aard.
En de menheer scliroef weer een
brief, maar nu aan Govert's ouders,
die er niets van begrepen. Er stond
in, dat ze naar de stad moesten over
komen, dat daar wel werk voor va
der was op de fabrieken, daar was
hij, do oude mijnheer, zeker van. En
anders zou hij hen wel helpen
De meester kwam bij hen (hij hod
ook een brief van den ouden heer
gekregen) en die legde hun alles uit.
Zo overlegden met hem, wanneer ze
gaan zouden, hoe ze gaan zouden,
kortom alles. En de meester was een
goede rnadgeverl
Een paar weken daarna was 't
donkere huis in 't steegje waar nooit
de zon scheen, leeg, ovenals de plaats
op de bank voor Hein die er zoo be
duusd naar kon kijken, vooral als
de een of andere moeïelijke som niet
wou uitkomen, of als hij met 't ccn
of andere werkwoord verlegen zat
Ook de meester miste het erasli&e,
nadenkende gezicht van den jongen,
meer, dan hij wilde laten blijken. En
ook de bakkersvrouw wist niet hoe ze
't had, toen 's Zaterdagmiddags om
lialftwee niet de schel in den winkel
boven de deur klepte, en de welbe
kende jongensstem „Vollek" riep.
Het viel Govert's vader niet moei
lijk met de aanbeveling van <ïcn rij
ken, ouden, overal bekenden hoor,
werk te krijgen.
De kinderen gingen alle drie naar
de school, Govert was weldra, toen
hij een beetje aan al de nieuwigheden
gewend was, een der beste leerlinge:.
in de klas.
Zijn moeder fleurde onder de gun
stige omstandigheden waarin zo nu
verkeerde geheel op. Ze kon er zici,
best in schikken, niet meer voor an
deren te wasschen en andere, nieu
we en betere meubelen om zich hoen
te zien
Govert is nu een geleerd man,
dank zij de hulp van den ouden mijn
heer, die nog vaak betuigde, dat hij
nooit verwacht had, zooi eel pleizici
van zijn daad te zullen hebben.
En vaak, heel vaak nog denkt Govci i
aan de droevige dagen van vroeger,
ra aan do school en Hein en de verre-
stille weiden om 't dorp heen. Nu
weet hij wel dat de meester op den
dag van 't examen hem bij den ouden
had aanbevolen om geholpen te
worden maar heel in 't begin meen
de hij werkelijk, dat hij al z'n geluk
te danken had aan 't glaasje, net als
men wel m de boeken leest, in sprook
jes. Dat glaasje, dat hem zooveel
wonderlijke dingen had laten zien
van de reine bloemen, bloeiende en
groeiende in de zon, die alles daar
zoo kwistig met goud begoot daar
buiten... in den zomer!
Brievenbus
(Brieven aan de Redactie van de
Kinder-aldeeling moeten gezonden
worden aan Mevrouw Venema—
Doorn, Wagenweg 88, Haarlem).
In de bus gooien, zonder aan
schellen
PIET G. Ja, aan een j'aartal heb je
r.iet veel, als jc je niet in die toestan
den zoo'n beetje kunt verplaatsen.
Heb je zelf ook wel boeken met ge
schiedkundige verhalen
BART L. Ze zullen wel komen, Bart,
maar deze raadsels ziju bijna alle
maal al in Maart ingezonden.
ARIE DE V. De nieuwe raadsels zijn
goed. Ja, goed afgeloopen, hoor! maar
het was Woensdagmiddag toch te
warm om te spelen, vind je niet
JO en JAN V. Do nieuwe raadsels
zijn goed.
ANNIE de B. Ja, dat wordt ccn
heerlijk tochtje! Ik wou, dat ik mee
ging, hoor I Waar Iogeeren jullie ln
'V. en gaan er ook fietsen mee Of
heb jij ei alleen maar oen? Was dit
liet eerste ongelukje, dat je met de
fiets bad Eft is zij dadelijk gerepa
reerd, of moest je een nieuwe band
hebben Hebben jullie gisteren een
prettigen dag gehad Nog wel gefeli
citeerd, hoor
ZONDER NAAM. In Heemsted» Io
geeren is heel prettig, maar ik weel
heusch niet, wie je bent.
JENTIEN B. ITet nieuwe raadsel is
goed. Ja, liet weer zou nu voor Moe
der ook prachtig zijn Wanneer heeft
Vader weer eens den tijd om mee uit
te gaan
JAN V. Over een poosje raad je ze
allemaal, Jan Doe maar trouw mee!
BEP en MARIE R. Ja, als je liem
druk gebruikt, is er nogal eens wat
te repareereu 1 Maar schoonmaken
Kunnen jullie dat heelemaal zelf?of
helpt Vader daar aan?
MARIE L. Op de fiets van hier naar
Amersfoort is toch een heel eind. lloe
lang reden jullie daarover Het is
prettig, dat Corrie gelijk met jou
gaat. Dan kunnen jullie samen ook
nog eens uitgaan. Begin je al erg
naar je kleinen neef te verlangen
CORRY v. D. Ja, voor een hand
werkje houd je dan al gauw wat tijd
over. En 't is prettig, als je nooit leeg
hoeft te zitten. Ik kan me begrijpen,
dat je het heerlijk vindt, samen naar
A. te gaan Dat wordt een prettige
vacantie, hoor I
COR en NANNE K Heb je veel ple
zier gehad in de duinen Neen, ik
neem je niets kwalijk, dat je daardoor
niet veel tijd voor het briefje had.
Profiteereu jullie maar van 't mooi©
weer, hoor I 't Is gauw genoeg weer
winter en dan schrijf je vanzelf weer
lange brieven.
WILHELMINA v. <L H. Zóó was
jij datJa, dat kan ik heusch niet ra
den. hoor, al heb ik al heel wat raad
seltjes opgelost van mijn leven. En
vertel me nu eens hoe lang je daar
heen gaat en hoeveel je er dan wel
aan kunt I
ARNOLD V. Je begraven namen
zijn prachtig, hoor Die mag je nog
wel wat bedenken
J. JOli. DE J. Ja, de zomervacantie
is heerlijk. Hoe meer die nadert, hoe-
harder we er naar verlangen Jo
nieuwe raadsels zijn best. Heb je die
zeil bedacht
ZUS EN AREND II. v. L. Jo nieuwe
raadsel is best. Verlangen jullie ook
al hard naar de zomervacantie en
gaan jullie de stad ook nog uit Of
hebben jullie al plannen gemaakt om
flink naar buiten te gaan Spolen
I jullie dikwijls in de duinen
RHODIA. Dat vjnd ik ferm, hoor,
lat niemand over moeheid praat. Ik
hoop. dat julüe het niet al te warm
treffen, want Lisse is een heel eind.
Gelukkig, dat het zoo'n mooie weg is I
De nieuwe raadsels zijn goed.
JAN en COR II. Waarom waakt
Moeder daar, nu Koos weer thuis is 7
En is iiij weer heelemaal beter Mag
hij alweer wat uitvoeren De nieuwe
raadsels zijn goed.
PIc-R H. Wel, dat vond ik aardig,
lat jij daar ook opeens weer boven
water kwam Hoe is 't met jullie 1-
iemaal eri staat de tuin mooi van 't
jaar? en ben jij nog op de Am
bachtsschool op de Nassaulaaii
ANTON J. Het nieuwe raadsel is
goed. Waren dat allemaal inuggebe
ten OI hoe kwam je er aan Geluk»
kig dat het nu weer boter is.
JAN DE B. Ja, de strikvragen zijn
best Door het dikwijls te doen, leer je
uet hoe lauger hoe gauwer. Verlang
jij ook al naar de groote vacantie
ZUS D. Ja, 't heeft veel geonweert
den laatsten tijd en ik denk, dat we
nog wel wat meer zullen krijgen,
want het weer verandert zoo dikwijls,
en zoo gauw tegenwoordig. Neon, als
io onder de hoornen loopt, is eon har
de onweersbui niet prettig.
Hebben jullie ook groote hoornen
om het huis heen en staan er ooV
vruchten in deo tuin
A. W. Ja, zeker, mag j'e mee blijven
doen als je in F. bent. Dan moet je
me de oplossingen maar sturen. Ben
je ziek geweest, of wou de doktor je
tr.aar wat dikker hebben De nieuwe
begraven namen zijn goed..
S. K. Je moet je briefje niet in de
Groote Houtstraat bezorgen, maar op
den Wagenweg No. 88.
JOHAN M. Al doende leert, Jobam
Be denk, dat je er boe langer hoe meer
gaat vinden.
ANNIE V. Nu heb je voor morgen ze
ker weer goede plannen eu Woens
dag met het prachtige weer ben je
ook zeker niet rustig thuis gebleven 1
Ben je ook wel eens in Monnikendam
geweest
LENA K. Ja, dat kan wel De kans
op een prijs maakt het werken pret
tiger Heb je pas één maal iets ge
wonnen Dan zal 't nog wel eens ge
beuren, denk ik, want wie zóó trouw
meedoet is allicht weer eens hij de
winners.
MAGNOLIA.. De nieuwe raadsels
zijn goed, cn ik vind het andere ook
goed. Schrijf mij nog eens even. hoe
oud je nu precies ben en wil je dan
iederen keer je eigen naam eu deze
allebei onder je werk zetten
LEO K. Ja, 't was Woensdag wel
wat warm voor zoo'n verre wande
ling. Hebben jullie voor morgen al
weer plannen gemaakt?
JOIIAN S. Ja, wie veel van planten
en insecten houdt, vond het zeker in
N. prettiger. Maar ik hoor ook dik
wijls van anderen, dat vestingen-ma
ken aan het strand nooit verveelt
Ging je ook baden
ANNIE cn BETSIE S. 't Was goed
dat liet onweer Woensdag pas zoo
iaat kwam, anders waren er in de
duinen heel wat menschen en kinde
ren door den regen verrast. Nu is
iedereen nog droog thuis gekomen.
Gaan jullie morgen weer?
J. P. v. 11. Neen, de volgorde doet
niet precies toe, als ze maar alle
maal goed zijn 1
ZUS O. Je hebt heel wat te doen
gehad met ze allemaal zoo keurig op
tt schrijven. Vond je het eeu prettig
werkje
WILLY G. Jij voelt je zeker wil
erg gewichtig, nu je zoo op Moedor
mag passen En maak je nu heele
maal geen leven in huis, zoodat Moe
der niet opeens wakker schrikt van
een deur die dichtslaat, of een sfoel,
die omvalt? En ca at het nu al weer
wat beter? Nu, ik hoop ook. dat het
niet lang duurt, hoor. en dal je me
gauw weer wat vroolijker kunt schrij
ven.
HENDERIKA R. Ja, slango-
kruid kon ik wel, dat is een aardig
blauw bloempje! Heb je in de duinen
nog meer gevonden, en ken je al
veel namen van bloemen? Deze raad
sels zijn best en moeten op hun beurt
wachten.
MARIE F. Bij Vader op de fiets
is wel wat gevaarlijk, vind je niet?
Wist je wel, dat dat in Haarlem ver
boden is? Mag het bij jullie in Heem
stede nog wel? Ja, op warme dagen is
het prettiger oui 's avonds te fietsen.
Kunnen jullie iu den tuin ook zitten?
Of staut hij daarvoor te vol met bloe
men?
NELLY v. d. B. Wanneer gaan
jullij naar IJniuiden? Ik hoop. dat
uet een prettig tochtje word', hoor!
Uoeveei gaan er mee? Ziet Jaap erg
tegen liet examen op, of zou liet wol
gaan? En jij bent ook zeker niet bang
i oor het overgaan, is 't wel? MaaU
nu maar dat in dit schrift allemaal*'
negens komen! Wat zal Moeder dan
blij ziju!
Mevr. VENEMAv. DOORN.
22 Jum 1912.