NIEUWS= en ADVERTENTIEBLAD.
JO m JOSEPHINE.
30e Jaargang, No, 8922
Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
DINSDAG 23 JULI 1912 B
HAARLEM S DAGBLAD
ABONNEMENTEN
PER DRIE MAANDEN:
Voor Haarlem1.20
Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der
gemeente)1-30
Franco per post door Nederland,1.65
Alzonderlijke nummers0.02H
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem0.37H
n de omstreken en franco per post 0.45
Uitgave der Vennootschap Lourens Cosffer. Directeur J. C. PEEREBOOM.
ADVERT ENTIËN:
Van 1—5 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement
Haarlem van 1—5 regels ƒ1.—, elke regel meer /0.2a Reclames 30 Cent per regel.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Advertentién van Vraag en Aanbod, hoogstens zes regels, 25 Cts. per plaatsing;
50 Cts. voor 3 plaatsingen a contant.
Redactie en Administratie: Groote Houtstraat 53.
Intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 724.
Drnkkerij: Znider Buitenspaarna 12. Telefoonnammer 122.
Tot de piaalsing van advertentiën en reclames van buiten het An-ondissement Haarlem in dit blad is uitsluitend gemachtigd het Algemeen Binnen- en Buitenlandsch Advertentie-Bureau D. Y. ALTA
Warmoesstraat 7678, Amsterdam. Telephoon interc. 6229.
TWEEDE BLAD.
OM ONS HEEN
No. 1567
Amerikaansclie Ygrkleziigin.
Jlir. Dr. Von Maekay schrijft in do
Gartenlaube over de Ameri-
kaansche verkiezingen. Het voorspel
daarvan zijn de voorverkiezingen, de
aanwijzing van vertrouwensmannen
door den oer-kiezer, die naderhand
hunne rol op de nationale Conventie
ruilen hebben te spelen. Bij dit inlei
dende bedrijf gaat het betrekkelijk
nog rustig zoo ook niet vervelend toe,
en évêmnin zonder grappen, krachti
ge reclame, melodramatische pogin
gen om het volk aangedaan te maken.
Eén voorbeeld. Op een avond, als de
werkplaatsen en winkels juist geslo
ten worden, rolt een kolossale meu
belwagen het stille stadje binnen,
dat don liefelijken naar Surprise
(verrassing) draagt. Voorop inarchee-
ren muzikanten met klarinetten, ho
rens, pauken en bombardons. Op het
marktplein houdt de karavaan stil en
weldra heeft zich daar om heen de
gansche burgerij van Surprise, man
nen, vrouwen en de hoopvolle jeugd,
verzameld. Vrouw Musica zwijgt, de
deur van den geheimzinnigen wagen
gaat open, een soort van brug, die
meteen een stump of primitief
spreekgestoelte voorstelt, wordt er uit
afgelaten en daar bovenop verschijnt
een personage, ongeveer van het slag
vai: den man, die voor een circus tot
binnengaan noodigt. Hij verklaart, de
buitengewone eer tc hebben, den zeer
eerbiedwaardigen en hoogst verdien
stelijken lieer John Lincoln Starling
als candidaat voaï te stellen. Deze
maakt een lichte, zelfbewuste buiging
cn laat geen verstandige en fraai ge-
styloerde programredo van stapel loo-
pen, maar begint een zoogenaamde
t a 1 k l n g-s p e e c h, een causerie zou
den wij zeggen, waarin hij de voor-
deelen van zijn partij en van zijn
eigen bescheiden persoonlijkheid
krachtig onderstreept. De voornaam
ste bedoeling is evenwel, dot do can
didaat zich bij den kring van zijn
toehoorders aangenaam weet te ma
ken: alle vrouwen en jonge meisjes
van Surprise vindt hij uitgelezen
schoon en een paar minuten later
laat hij, als bij toeval, de opmerking
vallen, dat bij nog ongehuwd is.
Daarna daalt hij in hoogsteigen per
soon van de brug af om de lieve
kleine van de vrouw van den burge
meester te begroeten, het wurm een
tik op de wang en een zakje met lek
kers te vereereii.
Zeer gewild zijn ook zekere vertoo
ningen ter ondersteuning van de
woorden des sprekers. Vlak voor zijn
neus plant zich oen stevige burger
met een buitengewoon knorrig ge
zicht. Wat de lieer Starling voor
draagt, bevalt hem blijkbaar in 't
geheel niet: hij trokt er heel leelijke
gezichten bij en spuwt herhaaldelijk
op den grond. Langzamerhand even
wel begint hij vroolijker te kijken,
het is duidelijk dat dc woordenstroom
van den spreker hem begint te overtui
gen. Zijn hoofd wordt rood, hij haalt
zijn zakdoek voor den dag om eenige
te voorschijn komende tranen weg te
wisschen, is zelfs zoo door zijn gevoel
overweldigd dat hij vriendelijk ver
zoekt ook een paar woorden te mo
gen zeggen. Dan stelt hij zich voor
als de heer Sweetwater en verklaart,
dat hij vroeger tot dc tegenpartij be
hoord heeft, maar nu tot betere over
tuiging gekomen is. Geroerd drukken
Sweetwater en Stading elkaar do
hand, de muziek blaast een vroolijken
marsch en wanneer de waardige bur
gers van Surpriso nu niet evenzeer
overtuigd zijn, op wien zij hunne
stem moeten uitbrengen, dan zijn ze
blijkbaar niet meer te helpen.
Is eenmaal de heer Stading als
vertrouwensman en afgezant van het
volk verkozen, dan trekt hij in de
schoone Junidagen noordwaarts naar
Chicago, de millioenenstad, op ten
grooten partijdag. Uier speelt zich om
zoo te zeggen een politieke orgie van
zinnenverdoovende, chaotische veel
zijdigheid af. Weken van te voren
zijn alle woon- cn slaapgelegenhe
den uitverkocht voor de afgevaar
digden en den bonten stoet,dien zij
meebrengen. Elke trein, die aan 't
station arriveert, giet nieuwe scharen
in de stad uit en elke hoofdpersoon,
ieder afgevaardigde wordt door een
lawaaiig fanfarekorps in de uniform
van veldmaarschalk gestoken (daar
onder doet een partij het niet, die
zichzelf respecteert) onder oorverdoo-
vende bewerking van koper en kalfs
vel naar zijn tijdelijke woirng go-
bracht. Merkwaardig zijn vooral de
onverzorgde, weinig door de bescha
ving aangeraakte figuren uit het wil
de Westenniet minder in waarde
stijgen nu ook de anders zoo verach
te negej-s. Zij worden op eenmaal ge
liefde medeburgers, waarmee de
partijhoofden weliswaar ecnigszins
vreemd omgaan. Immers daar men
precies weet, dat hun inct een paar
dollars gekochte stemmen tegen klin
kende munt voor den tegenstander
evengoed te krijgen zijn, wordt hun
ii: een herberg achter slot en grendel
naar hartelust geschonken, zoodat
;i] buiten staat zijn om te handelen
en eerst op den grooten dag der be
slissing naar de „stemtrog" worden
gevoerd. In dezo warme dagen stroo-
men trouwens overal, van de voor
naamste bars af tot in de ellendig
ste kroegjes toe, de champagne, dc
whiskey, de toddy en de ijsdranken,
op een manier, alsof ze voor niemen
dal uit het nicer Michigan geschept
worden.
Zoo is de stemming voor den eigen
lijken dag der conventie uitstekend
voorbereid. In de speciaal voor dat
doél gebouwde reusachtige hallen
verdringt een kijklustig publiek zich
op de gaanderijen, terwijl beneden de
regisseurs ijverig bezig zijn, de solis
ten en het koor van 't politieke
schouwspel in rij cn gelid op te stel
len, ieder zijn wachtwoord te geven
en do laatste aanwijzingen rond te
deelen voor dc behandeling van de
rollen. Met zekeren ernst wordt de
vergadering geopend, maar weldra
draait ze moor naar het komische.
Wanneer bijvoorbeeld Senator Hudge
in den loop van zijn grappige rede
herhaaldelijk, om do beste zetten to
ondqrstreepen, zijn valsch gebit in do
lucht werpt en hot handig, alsof hij
dat in den circus geleerd heeft, weer
opvangt; wanneer een andero spre
ker, die ook tooncn wil, dat hij wat
anders kan dan den akker der wel
sprekendheid beploegen, onverstoor
baar zich den eenen stroohalm na
den andere in het weelderige haar
steekt en zoo weldra met een soort
van eigenaardige krans getooid is
dan zouden bij ons zulke glansnum1
mers juist niet gelden als een aanbe-
lüpg van hem, die streeft naar een
hooger ambt. Ginds deukt men zoo
„bekrompen" njet. De Yankeehumor
bloeit in gnnsch anderen vorm en
kleur, dan onze grappen en spotter
nijen en zelfs de ernstigste staatsman
in Amerika moet daarmee rekening
houden en dien humor tol betalen,
door zijn optreden met eenige stevige
grappen op te sieren.
Zoo gaat de vergadering der con
ventie voort in wisseling van bonte
tooneeltjes. Caudidaten voor allo mo
gelijke ambten ovcrbicdcn elkaar in
de meest ongewone kunsten, die de
lachspieren in beweging brengen, of
zwelgen, met slimme berekening der
tegenstelling, in gezwollen taal en
sentimentaliteit. Het orkest speelt tot
afwisseling, vaderlandslievende wij
zen en politieke straatdeunen, waar-
n parterre en gaanderij vroolijk in-
allen. En wanneer dan eindelijk alle
middelen uitgeput zijn en het instru
ment der volksziel, nadat op alle sna
ren getokkeld is, niet meer voor harts
tochtelijke opwinding vatbaar schijnt,
dan komt het tot de beslissende ver
kiezing. De partijcandidaat voor het
presidentschap wordt verkozen, met
wilde hurrahs klinkt de echo van zijn
naam uit do feestzaal verder in stra
ten cn stegen, vuurpijlen, en Ben-
gaalsch vuur verlichten het donker
van don nachtelijken hemel, muziek,
gc-zang, dons, geschreeuw, lawaai en
drinken eindigen pas bij het aanbre
ken van den dug.
Op den partijdag is de ticket, dc
lijst der candidaten voor het presi
dentschap en de verdere beschikbare
ambten, opgemaakt; dan komt heler
op aan, voor de uitverkorenen aan
hang tc verwerven in het reusachtige
leger der kiezers. Op den Ssten No
vember eindelijk komt de laatste
worp met de dobbelsteenen, de ver
kiezing. Dan sluiten alle kantoien,
werkplaatsen, winkels en scholen.
Grooter dan ooit is de behoefte aan
muziek en lawaai en ieder tracht,
nog nooit vertoonden onzin te beaen-
kcn.
Als Roosevelt en Taft elkaar de
leclijksto scheldwoorden naar 't
hoofd slingeren of wanneer een voor
naam weekblad constateert, dat op
een partijdag ten vorigen jare in Chi
cago tien procent der afgevaardigden
rechterlijk gestraften waren, dan zijn
dat bedenkelijke ziekteverschijnselen
van het politieke organisme. Niette
min, zegt Von Mackay, is nog nooit
een onwaardig, meestal een hoog be
gaafd staatsman tot het president
schap verkozen.
J. C. P.
Üaiienlandsch Overzicht
Da Engslsc&e oorlogsvloot.
Minister Churchill heeft in liet En-
gelsvlie Lagerhuis gezegd, dut de on-
middellijko oorzaak van de aanvullen
de begrooting voor de vloot te zoeken
was in de nieuwe Duitsche vlootwet.
Het hoofd beginsel van die wet was.
het aantal slagvaardige schepen van
alle klassen te vergroolen. Bijna vier
vijftien van de heele Duitsche vloot
zou in actieven dienst worden gehou
den, gereed om terstond ten oorlog te
kunnen worden gebruikt.
Dergelijke voorbereidingen waren
opmerkelijk en voor zoover den minis
ter bekend, zonder voorbeeld in de ge
schiedenis van de moderne zeemach
ten.
De minister deelde voorts mede, dut
het aantal onderzeesche booten zou
orden verhoogd en dat het tempo,
waarin lichte kruisers werden ge
bouwd, was versneld. De verhoogde
agvaurdigheid van de Duitsche vloot
moest ecu reorgai >satie van de Engel-
scho vloot met zich meebrengen om
haar meerderheid, die voor Engeland
noodzakelijk is, te handhaven. Hij
stelde voor, het aantal oorlogsschepen
in actieven dienst van 28 op 33 te ver-
hoogen.
Iu 1914 en volgende jaren zou een
tweede vloot van acht schepen worden
gebouwd.
Engeland zou 5 eskaders moeten be
zitten van 41 schepen samen. Vier van
die eskaders zouden in actieven dienst
zijn.
Een kalme, gestadige en methodi
sche voorbereidende werkzaamheid
over een reeks van jaren alleen, zou
de meerderheid vur. macht ter zee kun
nen verhoogen. De inspanning, die En
geland zich zal hebbc-n te getroosten
zoo zei de minister zul langdurig
en geleidelijk moeten zijn. Van een
plotselinge alleenstaande actie is geen
heil te verwachten. Engeland moet in
dat opzicht een voorbeeld nemen aan
Duitschlaud, waar de politiek regel
recht op haar doel afgaat.
W ij moeten een groote overmacht
onmiddellijk ter beschikking hebben.
Het aantal nieuwe schepen, waar de
aanvullende begreoting in voorziet, is
niet groot, maar het aantal schepen,
dat in de eerstvolgende jaren moet
worden gebouwd, moet grooter zijn
dan dat, waarmee het vlootbestuur
gehoopt had te kui.nen volstaan.
De voorgestelde regeling zou naar
de meening vun liet vlooibestuur voor
1914—1915 in de behoefte van het land
voorzien.
De regeering had besloten om 6 oor
logsschepen van ouder type van de
.Middellandsche Zee vloot te vervan
gen door 4 gepantserde kruisers van
liet Invincible-typo
Gedurende de komerde vijf jaren
zouden de getallen van nieuwe sche
pen in plaats van onderscheidenlijk 3,
4, 3, 4, 3 5, 4, 4, 4, 4. zijn.
Op de strategische quaesties, be
treffende de Middéllandsciie Zee, wil
de minister Churchill niet ingaan,
maar behalve dat 6 schepen v.in ouder
type zouden worden vervangen door 4
kruisers van het Dreadnought-type.
deelde hij ook nog mede, dat i gepant
serde kiuisers zouden worden vervan
gen door even zoovele met groeier ge-
vuditsw aarde. Deze strijdmacht, die
Malta tot operat» basis zal hebben,
was in slaat om de Engeische belan
gen in de Middellui dsclic Zee in tijd
van vrede te handhaven en evenzeer
geschikt om in tijd van oorlog haar
bijzondere iaak te volbrengen. Hij
weigerde te geltoven, dat er kans be
stond, dat Italië en Dosten rijk-Honga-
rije, welker geschiedenis niet vrij van
geschillen was geweest, en met welke
staten Engeland langen tijd op voet
van vriendschap heeft gestaan, zich
zouden vereenigen om -Engeland aan
te vallen.
Niettemin was het niet onwaar
schijnlijk, dat legen het einde van het
jaar 1915 of 1910 het eskader in de
Middellandsche Zee versterkt zou moe
ten worden en de regeering zou te
rechter tijd maatregelen nemen, maar
hij kon hier met stelligheid aan toe
voegen, dat een inlichting, door het
ministerie van oorlog ontvangen er op
wees, dat een van de genoemde mo
gendheden een w ijziging iu haar vloot-
programrna overwoog. Indien de in
lichting juist zou blijKen, zou dat een
feit zijn, waarmede men rekening zou
dienen te houden.
De aanvullende begrootiug is niet
291 tegen 42 stemmen aangenomen
de tegenstemmers behoorden tot de ar
beiderspartij en dc radicalen.
De toestand in Turkije.
Dc minister-crisis is voorbij. De sa
menstelling vait het ministerie door
den nieuwen grootvizier Gazi Moektar
'N BRAVE ZOON.
Ja, Frits, ik bon v.'ui plan mij uit
do zaken terug te trekken en de fa
briek op jou over te dragen.
F rits. Och, pa, zoudt u niet liever
nog eenige jaren flink doorwerken,
dan kan ik ik mij tegelijk met u uit
de zaak terugtrekken.
VERZUCHTING.
Getrouwd man. 't Is toch erg on»
gelijk verdeeld op de wereld, ik hc-b
t verstand en mijn vrouw de gemak
kelijkheid van sprekon; ik kan nooit
precies zeggen wat ik weet en zij wc-e»
nooit precies wat zc zegt.
VERDER COMMENTAAR ONN'OO
DIG.
Ie Vriendin. Nu. Laura, hce be
valt je mijn nieuwe hoed?
2e Vriendin. Moet ik je werkelijk
oprecht mijne meening zeggen?
lo Vriendin. Neen, houd die
maar voor je, boosaardig creatuur!
Onze Lachhoek
pasja wordt ambtelijk bevestigd. De
combinatio is als volgt Dzjemal ed
Dm: sjeich-ul-Islam, Kiamil pasja:
minister-president, Noradoengian: bui-
tenlandscJie zaken, Nazini pasja oor
log. Hussein Hilmi pasja .- justitie, Zïa
pasja financiën, Maclimoed ben Gazi
Moekta pasja marine, Arlstidi pasja:
landbouw.
Niet minder dan drio leden van het
nieuwe ministerie zijn gewezen groot
viziers, namelijk Kiamil, Hussein Hil
mi, en Ferid pasja. Een der andere
ministers behoort tot een aanzienlijke
Zuid-Mbancesche familie, men ver
wacht vrsi hern. dat. hij betrekkingen
zal kunnen annknoopeii. met zijn op
roerige landgenooten. Generaal Na-
z:rn pasja, de rheuwo minister van oor
log, heeft zich onderscheiden als gou
verneur van Bagdad. Kiamil pasja
staat bekend als e?n voorstander van
aansluiting bij Engeland.
Achmed Moektar pasja, de nieuwe
grootvizier, is 80 jaar oud. Hij heeft
deelgenomen aan der. Krimoorlog, in
1870 in Vemen gestreden en in 1875—
1876 het Turksclie leger in Klein-Azi9
aangevoerd. In den oorlog tegen Rus
land stond hij aau liet hcofd van liet
Turksclie leger in Klein-Azië. In 1881
werd hij commissaris van Turkije iu
Egypte. Sedert den vai van hef. absolu
tisme was hij lid van den Senaat,
waarvan hjj thans voorzitter is.
Behalve liet blad der Jong-Turkcn,
de „Tatin" .betoont de heele Turk
pers pers zich irgenomen met de be
noeming van Gazi Mcektar pasja tol
grootvizier Men beschouwt het als
een oplossing van do crisis overeen
komstig den wensch van de natie het
nieuwe ministerie noemt nien „hel
groote ministerie".
't Nieuwe ministerie zal veel werk te
doen vinden.
Een der voornaamste zorgen is de
opstand in Albanië.
Uit Leskjoeb wordt geseind De
.\lbanee2e11 brengen reeds hun strijd
krachten in beweging. Issa Boletinati
heeft de onder zijn bevel staande op
standelingen van de modernste wa
pens voorzien. Hij heeft een onder-
Feuilleton
Jo wa? ongeveer veertien jaar oud
toon Arnold Ramser de uitnoodiging
aannam van den heer Van Akendorp
oin ecu maand te komen jagen op
zijn landgoed Elersma. Ze was een
lang opgeschoten, ongegeneerd
schoolmeisje, door de zon verbrand,
Wet sproeten in liet gezicht en een
rossige massa haar, die slordig ge
vlochten op haar rug hing,
- Dat is mijn nichtje Jo, of eigen
lijk Jusechinc wij zeggen maar
voor het gemak Jc, zeide de oude heer
Van Akendorp tot Arnold Ramser.
Het is nog een echte wildzang, die,
uaar geen rede wil luisteren. Zorg
niaar, d.,t zij het u niet lastig maakt.
Arnold trachtte haar dan ook zoo
veel mogelijk te ontwijken. Dat baat
te hein echter bitter weinig, want het
meisje was steeds om of bij hem,
zoodat h'j zelden kans zag om te
ontsnappen. Zij ging overal met hem
nme, op dc jacht, bij het visschen,
paardrijden, wandelen; zo volgde
hern als zijn schaduw en noemde
uem heel familiaar Arnold.
In het eerst vond de jongo man
het ndergrappigst. 't Jongo meisje
had intensen afkeer van al wat tot
het vrouwelijk geslacht behoorde. Zij
klom in eer boom als een aap, zij
schoot en reed nog beter dan hij zelf
en zij was voor haar leeftijd zeer ont
wikkeld. Wat haar uiterlijk betrof
was zij nog een schoolkind. Hare
jurken waren voortdurend gescheurd
en vuil, zij had altijd gaten in haar
schoeien, een roode muts bedekte
haar rossig hoofdhaar en 'n losse ca
pe, slechts door één haak vastgehou
den, hing gewoonlijk over haar schou
ders.
Eenigen tijd later evenwel knoopte
Arnold kennis aan met verschillen
de families in den omtrek en toen be
gon Jo's gezelschap hem te vervelen.
Vanmiddag kun je niet met mij
mee gaan, zei hij tot haar op een
keer, dat hij zich met bijzondere zorg
had gekleed. Het is werkelijk onmo
gelijk.
Waarom? vroeg Jo onverstoor
baar.
Omdatomdatnu, ik heb
een afspraak gemaakt met een mij
ner kennissen.
Dat is zeker die afschuwelijke
juffrouw Baeder, zeide Jo achterdoch
tig. Een malle opgeprikte kapel. Oom
zegt, dat zij veel ouder is dan zij voor
geeft; zij moet wel reeds vijf-en-dertig
zijn.
Sttt, Jo, zoo mag je niet over
een dame spreken.
Ik doe het toch. Want wat ik zeg
is de waarheid. Oom zegt, dat zij aan
niets anders denkt dan aan trouwen...
Nu mag jc niet verder met me
meegaan, zeide Arnold, plotseling 'n
zijweg inslaande en haastig voortstap
pende.
Hij begaf zich werkelijk naar de wo
ning van de bekoorlijke jonge dame,
van wie Jo zooveel leelijks had ver
teld.
Mejuffrouw Baeder was niet in
huis, zeide het dienstmeisje. Zij was
den tuin ingegaan; zou de heer Ram
ser misschien zoo vriendelijk willen
zijn haar daar te zoeken.
De heer Ramser wilde niets liever
en vond de iomre dame weldra in
het prieel druk bezig met haar tuin
hoed te versieren met eenige pas ge
plukte bloemen.
Mejuffrouw Baeder was zoo na
tuurlijk verrast en deed 'zooveel
moeite om het hem mede te deelen,
dat er verscheidene minuten mede
heen gingen. Daarop ontspon zich
een vertrouwelijk gesprek tusschen
hou en Arnold was op het punt haar
een huwelijksvoorstel te doen, toen er
plotseling een groote massa kiezel in
liet prieel werd geworpen en er een
uitbundig gelach weerklonk, waar
door het opeens gedaan was met Ar
nolds welsprekendheid.
Dat is Jol zeide hij woedend.
En op hetzelfde oogenblik kwam
di jonge dame adenïluos binnenstui
ven.
Ha, wat heb ik je gezegd! Ik
wist wel, dat ik je hier zou vinden.
Hoe durf je hier te komen? riep
Arnold verontwaardigd uiL Ga da
delijk naar huis.
Ik denk er niet aan, zei Jo, op
een stoel neervallende.
Bekommer u toch niet om zulk
een kind, zeide mejuffrouw Baeder.
Ik begrijp niet, dat de heer Van
Akendorp haar niet wegzendt, want
ze is een schande voor het dorp
Welzoo, hernam Jo, en wat zijt
gij. Mijn oom zegt
Eenigszins verschrikt legde hij zijn
hand op liaur mond en haastig af
scheid nemende van zijn diep veront
waardigde aangebedene, dwong hij
Jo met hem mee to gaan.
Hoe durf je je zoo ie gedragen?
zei hij eindelijk. Zoodra wij thuis ko
men, zal ik het aan je oom vertel
len.
Bij die woorden scheen Jo zich op
eens iets te herinneren.
Arnold, zeide zij onderdanig, ik
heb vergeten je te zeggen, dat er een
telegram voor je gekomen is.
Vanwaar?
Vun je ouders. Zij verzoeken je
onmiddellijk thuis te komen. En nu
zai ik je nooit weerzien, vervolgde
zij, eensklaps in tranen uitbarstende.
O Arnold, zeg toch dat je me liefliebtl
Jou liefhebben? Je bent niets
meer of minder dan een kwelduivel.
Arnold! Arnold! Zeg toch, dat jo
me liefhebt, riep Jo zoo wanhopig uit,
dat Arnold er verlegen mee werd
Kom, kom, mijn beste Jo, zeide
hij, zijn hand op haar schouder leg
gende. natuurlijk houd ik van je. Ge
loof dat maar zeker.
Meen je het werkelijk, zei Jo,
door haar tranen heen, naar hein op
ziende. Meer dan van die vrecselijke
juffrouw Baeder?
O ja, veel meer, zeide Arnold in
zijn verlangen om van haar ontslagen
te zijn.
En zul je later terug komen om
met nnj te trouwen?
Ju zeker.
Daarop veegde Jo haar tranen met
haar mouw af, en een paar krachtige,
jonge urmen om zijn hals slaande,
worgde zij hem bijna in haar heftige
genegenheid.
Mijnheer Ramser, mag ik u voor
stellen aan mejuffrouw
De naam was onverstaanbaar en
de gastvrouw wendde zich lot een an
deren bezoeker zoodat Arnold plotse
ling alleen was met het mooie jonge
meisje tegenover hem.
Waar had hij haar vroeger reeds
gezien ze kwam hem zoo bekend
voor, met die vriendelijke, bruine oo-
gen, dat matte van teint en dat kas
tanjebruine haar.
Neem het me niet kwalijk, maar
ik heb uw naam niet verstaan, zeide
hij, tot haar neerbuigende
Ik heet Van Arkel, en hoe is uw
naam?
Arnold Ramser, zeide de jonge
man, blijkbaar teleurgesteld, dat haar
naam hem onbekend was. Masr weet
u wel, dat ik bijna overtuigd was dat
ik u reeds vroeger hud ontmoet.
Och, werkelijk, dat is al heel
zonderling.
Het mooie meisje interesseerde hem
bijzonder,'zoo zelfs, dut hij voor nie
mand oogen had dan voor haar. Hij
maakte haar een visite in haar wo
ning in de Sarpiiatistraat, waar zij
samen woonde met een ongetrouwde
tante, llij zoud haar bloemen, boeken
eii bewees haar alle mogelijke atten
ties. En zij zij scheen zijne avances
aan ie moedigen, zoodut Arnold op
een keer besloot tot haar tc gaan en
haar ten huwelijk te vragen.
Zij zaten in den salon, tante Anna
was in slaap gevallen hei was dus
juist een geschikt oogenblik.
Arnold zeide haar, dal lnj nooit een
andere vrouw had liefgehad eu dat
hij haar aanbad.
Mejuffrouw Van Arkel luisterde
aandachtig en toen hij ophield met
spreken, keek zij hem aan met een
paar ondeugende, guitige pogen.
Hebt gij nooit op die wijze met
een ander meisje gesproken?
Nooit.
Mejuffrouw Van Arkel stond vlug
en blozende op.
Wacht een oogenblik, zeide zij,
ik kom dadelijk terug.
Vol ongeduld wachtende op haar te
rugkomst, liep hij het vertrek op en
neer, toon zijn blik oj> een fotografie
viel. die op den schoorsteenmantel i
stomj. Het was liet portret van een
kind en hij wilde 't juist opnemen om
het beter te kunnen bekijken, toen hij
achter zich hoorde lachen.
Zicii omkeerendo zag hij een gestal
te, die hem herinnerde aan een lang
vervlogen tijd; het was een meisje,
gehuld in een wijde cape, met een
ruode muts op liet slordige, kastanje-
bruine haar.
Jo!riep Arnold vol verba
zing uit.
Thans Josephine, of voor u me
juffrouw Van Arkel. Schaamt gij u
niet voor mij?
Het is haast niet mogelijk! riep
de jonge man uit. En toch heb ik al-
lijd geweten, dat ik u reeds vroeger
gezien had. Jo, mijn lieve, beste Ju!
Dat is alles gocj en wel, hernam
mejuffrouw Van Arkel, achteruit-
gaande. Maar herinnert gij u niel
meer dat tooneel in het prieel?
Ik heb u al mijn verdere levens
dagen gezegend, omdat gij mij voor
dat treurspel hebt behoed, hernam
Arnold.
En wat is er van uw belofte ge
komen? Hebt gij mij niet gezegd, dat
gfe terug zoudt komen om met mij te
trouwen?
Hier ben ik Immers.
Dat is niet voldoende. Gij hebt
mij gevraagd als Josephine en als zoo
danig sla ik uw aanzoek af, maar...
al3 Jo zou het misschien een ander
geval geweest zijn.
Dus was Arnold wel verplicht on
middellijk een twecdo aanzoek te
doen, en wel tot groote verbazing van
tante Anna, diu juist bijtijds wakker
werd om een indrukwekkend tooneel
te kunnen aanschouwen.