HAARLEM'S DAGBLAD. TWEEDE BLAD. DINSDAG 27 AUGUSTUS 1912 OM ONS MEEN No. 1676 Reisherinneringen. Toen «le uiterst welwillende ambte naar van het reisbureau van de IIol- landsche Spoor mij de reisbiljetten naar deai Rgn gegeven had, vroeg hij, of ik de plaatsen ook besproken wenschte te hebben, dat kostte niets. Natuurlijk zei ik ja en Maandag morgen te half zes lag dan ook aan het loket voor den plaatskaartenver- koop een geschreven verklaring Gereserveerd in trein 62/81 d.d. 12 Aug. 1912 rijtuig Zandvoort— Frankfurt de plaatsou Nos. 33, 34 an 36. Hoe prezen wij de modern© manier •van reizen, die het mogelijk maakt, Idat je te Haarlem op vooraf bespro ken plaatsen gaat zitten, om eerst te Keulen weer uit te stappen Maar ach, de hoofdconducteur, aan wien ik het belangrijke papiertje liet zien, maakte een gebaar van wan hoop en verklaarde, „dat de wagon niet afgekomen was". Niet afgekomen, 't Klonk als van een regeeringsbesluit of een ministe- rieele beschiklfing, maar in elk geval de wagen was er niet. En zoo verge noegden we ons met niet-gereserveer- dc plaatsen in een gewonen wagen, met de boodschap, dat we te Nijme gen moesten overstappen. En daarheen bleek de verdwenen wagen „afgekomen" te zijn. llij stond daar in zijn eentje aan 't perron te wachten op aankoppeling aan den Hoek van Holland-trein. Ik vroeg maar niet, hoe hij daar gekomen was, Ic minder omdat de hoofdconducteur, die scheen te gevoelen, dat de Maat schappij iets goed te maken had, on gevraagd en niet mannenkracht de bagage overtorste. Zoo kregen we dan onze nummers 33, 34 en 36 en egn daarvan in het rustige bezit ge bleven tot Keulen, waar we het eerst uitstapten. Dit heele geval is bijzonder onbe duidend en niet meer dan een van die kleine onaangenaamheden, welke op iedere reis voorkomen. Maar wan neer op aanplakbiljetten en in spoor boekjes niet zonder ophef gewaagd wordt van een 'lijn Zandyooi-t—Basel, dient dat begrip toch iets meer don een fictie te wezen en althans de eeni- ge doorgaande wagen present tc zijn. Er wordt bij de HolJandsche Spoor wel meGr vreemd omgesprongen met doorgaande wagens. Toen ik onlangs uit Parijs terugkwam, was er in den wagen naar Nederland geen plaats meer, maar naderhand bleek, dat er een Antwerpenaar in zat. Dien had de conducteur er immers niet in moe ten toelaten? Als de maatschappij de reizigers met doorgaande wagens ge rieven wil, moet zij er ook voor zor gen, dat hij gebruikt wordt alleen door hen, voor wie hij bestemd is. Anders is er geen eind aan liet lastige 6jouwen met bagage door de smalle gangen. Ik vertel waarlijk geen nieuws, als ik zeg, dat Keulen wel een groote, maar lang geen mooie stad is. Was de Dom er niet, dan zou geen sterve ling er zijn reis voor afbreken. Maar brandde heel Keulen af en bleef de Dom alleen over, dan zouden de men- schen nóg komen om' dat gebouw te tien, zóó imposant van lijn en kleur vooral inwendig, omdat het van bui ten, op het veel te nauwe plein, niet tot zijn recht komt. Er kan niemand zijn, achter wien de deur eenmaal tcegeklapt is, of hij komt onder den indruk van de stille majesteit van dit overschoone kerkgebouw, van die slanke zuilen, die omhoog, omhoog schijnen te rijzen tot den hemel zelf, van die kleurige ruiten, waardoor het daglicht, geheimzinnig getemperd, naar binnen valt,. Builen jaagt het drukke leven in tingelende trams, jagende auto's en sukkelende rijtuigen maar voort. On ze koetsier wist de armoede aan merkwaardigheden van zijn stad niet beter te vergoeden, dan door ons aan dachtig te maken op alle gebouwen, tot bankinstellingen toe, en hoewel ihij de vraag naar zijn tarief had we ten af te weren met de verklaring, dat hij zich daar toch niet aan be hoefde te houden, aan 't eind was hij zoo royaal met zijn rit, dat we bijna onzen trein hadden gemist. Het bleek toen, dat 's mans horloge, te midden van den overvloed van openbare uur werken, die Keulen rijk is, twintig minuten achter liep. Toen op het drukke station de jacht •naar den goeden trein. De sneltrein naar Frankfurt was vol. Radeloos torsten reizigers hun bagage weer door de smalle zijgangen, in het vruchteloos gezoek naa.r een plaats. Daar heb ik mij over een landgenoot geschaamd. Hij stond, in het trotsclie bewustzijn van een plaats te bezitten, in de deur van een coupé en vroeg, onder het gillend gelach van de vrou wen, dio in zijn gezelschap waren „Is er hier soms zoo iets als een ver stopping Menschen van beschaving trachten ar.deren, die in moeilijkheid zijn, te helpen, maar sarren hen niet. Het moet dan ook met instemming van de Nederlanders in de omgeving ge weest zijn, dat één hunner hem in zijn gezicht een vlegel noemde. Er reizen in de wereld allerlei menschen rond vriendelijke en stug ge, angstige en bedaarde, langzame en vlugge, maar tot de vervelendste soorten behoort zeker wel de zooge naamd komieke. Ware humor ls maar zeldzaamde komieke reiziger ziet daar de flauwe aardigheden voor aan, die hij, ten koste van den een, bij den ander aan den man wil bren- gena Zooiets moot I-Iildebrand be doeld hebben, toen hij ons allen be zwoer, niet ODder de humoristen te gaan. Ik beklaag de menschen uit het hótel, waar de komieke landge noot zijn intrek heeft genomen wij hebben hem gelukkig niet weerge- De boemeltreïn bracht ons, nu de sneltrein te kort schoot, behoorlijk te St. Goar, het doel van den tocht en een kleine piccolo sjouwde manmoe dig de bagage naar het hótel L i li e, dat, gelukkig voor hem, niet ver van het station verwijderd is. Menschen, die er zelfs tegen opzien om een hand- tasohje te dragen; hebben gelegenheid om te zien wat een menscfi vermag wanneer zij in het buitenland een Gepacktrager met koffers zien omgaan. Zware, op 't oog bijna niet te hanleeien gevaarten, worden fluks aan een riem bevestigd en dan over den rug gehangen en voort stapt de man met zekeren tred naar de plaats, waar bij zijn moet. Waarschijnlijk zouden we ons niet zoo stijf voelen en krakeri» in de botten, wanneer we af en toe ook eens koffers en tasschen op den nek namen. Maar thuis komt daar niet van en op reis is de gele genheid veel te schoon, om er voor vijftig pfennig den kruier mee te be lasten. Het gemak dient den mensch. Hoog in T hótel zijn we ingekwar tierd en al brengt de lift er ons weldra heen, wc beloven ons zelf, er verder geen gebruik meer van te maken. De lift is voor ouden van dagen, zieken en zwakken, de trappen zijn voor véél-zittende menschen althans nog een gelegenheid om ccnige lichaams beweging te nemen. En voor mijn gevoel is er altijd iets onnoozeis in zoo'n op- en neergaande kast, die bo vendien nog door een ander voor je gedirigeerd wordt, iets dergelijks als of je in een wagentje zat en door een ander wordt voortgeduwd. Het is nu weldra tijd voor 't avond eten, dat op de veranda gebruikt wordt. Dio is op do eerste verdieping en precies zoo hoog, dat men overdo hoornen heen den Rijn kan zien. Aan den overkant, aan den voet van de bergen, branden de rustige lichten van het dorp St. Goarshausen. Nu en dan zwiert een bootje als een snelle lichtkever over den Rijn dat is het overzetveer, dat de twee plaatsen verbindt. En af en toe klinkt herig zuchten door de avondstilte, van een sleepboot, die een paar zwaar gela den tjalken tegen stroom opsleept. Plotseling hooreu we in de verte oen cornet A piston. Bekende melo- dicn, ich weisz nicht was soil es be- deuten, behüt dich Gott, es war so schon gowesen, en zoo meer worden geblazen door een onzichtbaren mu zikant, die telkens aan het eind van een regel een point d'orgue maakt, om het geluid beter te doen weer kaatsen. Dan geeft de echo de klan ken twee-, driemaal terug. Naderhand komt hij voorzichtig door de deur van de eetzaal naar het terras gewandeld, om niet de pet in de hand zijn belooning te vragen. En we vernemen, dat hij zich eiken avond laat hooien, als 't maar even kan van het weer. Zoo heeft hij al dertig jaar gedaan Er komt een koele wind opzetten de gasten op het terras kijken al eens op het horloge en deze en gene staat op. Tien uur, tijd om naar bed te gaan. Misschien, dat er nog een paar heeren in de rookkamer een kwar tiertje bij praten, of in de leeskamer een meisje niet scheiden kan van een boeiende novelle, maar tegen half elf is er toch niemand meer beneden. En een journalist, die in Haarlem op 't allervroegst kwartier vóór midder nacht naar bed pleegt te gaan, lacht om zichzelf wanneer hij zich klokke half elf uitstrekt tusschen de frissche lakens dat is volgens Haarlem- schen tijd tien minuten vóór tienen, bijna met de kippen op stok. j. c. P. Buitenlandsch Overzicht De spanning In Jen Balkan. De Hongaarscbe bladen vermelden dat de mobilisatie ïri Montenegro is doorgevoerd en dat ook Servië ijverig oorlogsvoorbereidingen treft. Ook OusU-nnjk-Hongarije zou overgegaan zijn tot het onder de wapens brengen van troepen in Bosnië, om wan- neer'hct noodig mocht blijken de neutraliteit te handhaven en de éi gen grenzen te beschermen. liet ver keer tusschen Dalmatiö en Montene gro over Cattaro is gestremd. De vertegenwoordigers der groote mogendheden hebben een vriend schappelijk vertoog gericiit tot de re geering van Montenegro, waarin zij aandringen op handhaving van den vrede. De koning en de regeering ant woordden, dat zij ten volle rekening zullen houden met dien wensch. Mon tenegro heeft geen aanvallende be doelingen en beperkt zich tot verde diging der grenzen tegen de aanval len der Turken. Uit Sofia (Bulgarije) wordt geseind: Het verloop van het Macedonische congres, dat hier gehouden werd, was een uitdrukkelijke betooging voor den oorlog van Bulgarije ten gunste van Macedonië. Alle gedelegeerden der twaalf bestuursdistricten verklaar den, dat de natie den oorlog wil en dat dc Macedonische quaestie alleen door het optreden van het 400.000 man sterke Bulgaarsche leger opge lost kan worden. Eenige sprekers vie len koning Ferdinand aan, als den vermoedelijkcn sta-in-den-weg voor zulk een optreden. In regeeringskrin- gen was een gedrukte stemming te bemerken, want de Russische regee ring heeft het allereerst zich afkeu rend uitgelaten over het initiatief van het Bulgaarsche kabinet, voor het in voeren van een autonoom bestuur in Macedonië. Dat de onrust in Albanië nog vrij groot is, blijkt uit 't volgende bericht van een Engelsch journalist uit An- driewitsa: Zondag heb ik een bezoek gebracht aan het kamp der opstandelingen, die 2500 mun sterk zijn en het dal be zetten. Zij zijn woedend over de ver minkte lijken van vrouwen en kin deren, die zij onlangs hebben gevon den. Er zijn weer zes dorpen ver brand. Heden, Maandag, heeft Dzja- wid pasja een ultimatum gezonden, waarin hij den opstandelingen aan zegt, dat zij' vrede moeten sluiten, zon der dat hij voorwaarden stelt. De hoofden hebben geantwoord, dat zij hun stamgenooten moeten raadple gen. Ook de Kretenzers beginnen weer! Uit Athene wordt geseind: Dc- consuls der beschermende mo gendheden op Kreta vernamen, dat op dit eiland groepen van vrijbuiters gevormd werden, die van plan waren, een landing te doen op Samos, mei het doel, de Turkschc bezetting al daar te verjagen en dan een vereeni- ging van Samos met Griekenland te proclameeren. Het vertrek zou eerst daags plaats hebben, 600 man ston den reed6 klaar. Dc consuls eiscliten van de regee ring op Kreta, dat deze het vertrek zou verhinderen en beloofden hulp van internationale troepen, wanneer het tot ernstige conflicten zou ko men. Do Kretenser regecring beloofde aan dezen eisch tc voldoen. De schepen der mogendheden zijn te Kreta gestalionncerd en kruisen om het eiland. De oorlogtusseïen Italic onTurkUo Volgens de lkdam wordt het be richt, dat de vrede tusschen Turkije 'en Italic op het punt staat gesloten te worden, van Turksche zijde een verzinsel genoemd. Men is op langdu rige onderhandelingen voorbereid en gelooft niet, dat de vrede voor het bij eenkomen van dc nieuwe Kamer ge sloten zal zijn. Uit Marofcko. Volgens 't Fransche blad de Libcrló begunstigt de Spaansche consul te Mogador de agenten van den preten dent El Ilelba en drijvea Spaansche beschermelingen, voortdurend ge steund door de consuls in Sous, een levc-ndigeii smokkelhandel in wapens. Eenige agenten moeten zelfs beslist verantwoordelijk worden gesteld voor het verzet tegen het optreden der Franschen. Het blad voegt daaraan toe, dat opnieuw door de Fransche regeering een krachtig en behoorlijk gedocu menteerd vertoog bij de regeering te Madrid zal worden ingediend. De opstand op Timor. Het Berliner Tageblatl heeft tele grafisch uit Lissabon bijzonderheden ontvangen omtrent hel gevecht, dat de Portugeesche troepen op Timor voerden legen de inboorlingen. In de laatste weken was het aantal op- rocrigen steeds toegenomen. Zij had den het zelfs gewaagd, de Europee- sche nederzettingen aan te vallen, te plunderen, te vernielen, de mannen te vermoorden en de vrouwen mee te nemen naar hun tenten. De gouver neur trok rnet een kleine afdeelmg infanterie en mariniors met vier ka nonnen naar het binnenland. Na verschillende kleine gevechten zocht hij den vijand op in zijn versterking op den top van den heiligen berg Co- blac. Ongeveer 10.00U inboorlingen waren daar verzameld. De versterkin gen met het plateau besloegen egn oppervlakte van ongeveer 8 vierkan ten K M. De Porlugeezen bezetten eerst een paar naburige hoogten bij Deolaco, waar zij vier kanonnen plaatsten en het vijandelijke kamp vier uur lang bombardeerden. Daar op bestormden zij met de bajonet de vijandelijke troepen, die met geweren en speren gewapend waren. De Por- tngeezen werden, toen zij den top na derden, met steenen gebombardeerd liet kwam tot een gevecht van man tegen man, en eerst na tien uur ge lukte bet den Portugeezen, den vijand op de vlucht te jagen. 3000 inboorlin gen zijn gedood, 4000 gewond en een groot aantal gevangen genomen, in vergelijking hiermede zijn de Portu geesche verliezen onbeduidend. Alitrlti. DE TOESTAND VAN DEN DUIl'SCHEN KEIZER. De opperhofmaarschalk heeft het volgende bericht over de ziekte van den keizer gepubliceerd: Nadat zich Vrijdag 23 Augustus in den morgen reeds een stijfheid in de rechterhalsspieren had voorgedaan, werd in den voormiddag bij koude rillingen en een algemeen ziektege voel een verdikking van de rechter zijde aan den hals merkbaar. Bij on derzoek bleek de rechter amandel op gezwollen, wat met groote pijn van de spieren aan de rechterzijde van den hals en niet aanzwelling van de daar gelegen klieren gepaard ging. De algemeene toestand, die daar door ernstig gestoord was, is inmid- dels veel verbeterd, De koortsachtige verschijnselen zijn weer verdwenen en de ontsteking is verminderd. Toch bestaat nog zulk een pijn lijke stijfheid van de halsspieren, dat Z. M. genoodzaakt is van de voorge nomen reizen, jiarades enz. af te zien, en zich eenigen tijd volkomen rust te gunnen. liet is nu ook twijfelachtig of de reis van den keizer naar Zwitserland nog zal doorgaan. SPIONNAGEVREES IN RUSLAND. Naar uit Petersburg gemeld wordt, zal binnen enkele dagen een besluit van den minister van binuonlandsche zake verschijnen, waarbij aan dc dagbladen in Rusland ingevolge de wet op de spionnage verboden wordt, berichten te publiceeren over de or ganisatie van leger en vloot, den toe-, stand der vestingen, dc resultaten van schietoefeningen en onderhande lingen die een militair of politiek ka rakter dragen. Bovendien wordt aan alle bladen verboden, critiek uit te oefenen op het beleid der hooge mili tairen. DE ONRUST IN MANTSJOERIJE. Volgens een telegram uit Peking hebben de Mongolen, die onlangs in Mantsjoerije met Chineesche troepen hebben gevochten, zlcli teruggetrok ken, maar blijven zij vijandig. In den ministerraad is overwogen om een expeditiekorps naar liet binnen land van Mongolië te zenden, men be sloot evenwel zich voorloopig te be palen tot voorzorgsmaatregelen tegen rooftoehlen van de Mongolen, waar voor de Mantsjoersche treepen vol doende zijn. EEN INCIDENT IN PERZIë. Uit Urmia wordt geseind: Manschappen van dc wacht en ge wapende bedienden van het 'lurksche consulaat, hebben op straat den tolk van het Russische consulaat mishan deld, ofschoon hij het insigne van hel consulaat droeg. De Russische consul heeft bij den Turkschen consul geprotesteerd en bestraffing van de schuldigen ge- eischt. Binnenland PRINS HENDRIK. liet ls thans zeker dat de Prins voornemens is, in September de Ko loniale Landbouwschool te Deventer te openen. Z. K. II. zal Zaterdag 21 September, tc 1 uur des namiddags, te Rotter dam bijwonen de vergadering van het Bataafsche Genootschap. Ook de opening van het congres der godsdiensten te Leiden op 9 Septem ber zal door Prins Hendrik worden bijgewoond. AANVAARDING DER REGEERING VAN LUXEMBURG. De groothertogin van Luxemburg heeft aan den heer Mongeuast, direc teur-generaal en hoofd van het depar tement van Financiën van het groot hertogdom, opgedragen aan het Ne- derlandsclio hof kennisgeving te doen van de aanvaarding van hare regee ring. De Koningin zal den vertegen woordiger daartoe op Maandag 1? September op het Koninklijk paleis te 's-Graveuhage verhoor verleenen en bij deze gelegenheid een gastmaal ten hove geven. DE HERTOGIN VAN ALBANY, zuster van de Koningin-Moeder, wordt Maandag 2 Sept. voor enkele dagen te Socstdijk verwacht. DE MINISTER VAN OORLOG, waarnemend Minister van Marine, is Zaterdag na een afwezigheid van ruim drie weken, uit het buitenland in Den Haag teruggekeerd. De heer Colijn hervat heden zijn ambtswerk zaamheden. DE GAS-TENTOONSTEI.I.ING TE AMSTERDAM. De voorbereidselen tot de interna tionale gas-tenloonstelling, diezoo als men weet tijdens de maand September gehouden wordt, zijn bijna geheel getroffen. In de zalen van het Paleis voor Volksvlijt is men druk aan den arbeid om alles voor de ver schillende stands in orde te maken. Aangenomen kan worden, dat op den openingsdag alles gereed zal zijn De verlichting aan de buitenzijde be looft schitterend te worden, zoo meldt de „Tel.". KAMERVERKIEZING IN 1913. De afdeeiing Aalten van de S. D. A. P. heeft voor het district Doetiuchem op het candidaten-tweetal geplaatst de heeren ds. Wijhe te Barchem en J. Tyjof te Enschedé. Onze Lachhoek GEDACHTEN VAN EEN SCHOOL JONGEN. De beste school is die des levens. Het slechtste leven is dat in da school. OVERTROEFD. Onze autohoorn geeft vijf ver schillende tonen. Dat zegt niet veel. De onze speelt den heelen Treurinarsch van Chopin. DE NIEUWSTE RICHTING. Zeg, kérel, zie jij nu heusch wat je schildert? Klets, zie jij dan wat je zegt? DE NIEUWSTE. I. a n d e 1 ij k e on schu 1 d. Marie, heb je de goudvisschen nieuw water gegeven. Nee, mevrouw ze hadden het oude nog niet op. Naar de „N. Gr. Ct." verneemt, doet de afdeeiing Groningen der S. D. P. pogingen om den heer Herman Gorter candidaat voor de Tweede Kamer to stellen. HET RIJKSMUSEUM. Door het hoofdbestuur van de Maat schappij tot bevordering der Bouw kunst is aan den raad der gemeente Amsterdam een adres gezonden, waarin liet te kennen geeft, „dat, waar het Rijksmuseum een monu mentaal bouwwerk is, er op berekend om aan alle zijden zijn fraaie archi tectuur te vertoonen, het zeer te be treuren is, dat aan de Zuidzijde door de bekende aanbouwen het gezicht op dien gevel voor ©en belangrijk doel ernstig wordt geschaad; „dat Amsterdam blijk geeft, geen juist begrip en waardeering voor het meesterwerk der Nederlandsche Ar chitectuur uit de ltkle eeuw te heb ben, daar het toelaat, dat een deel van het bouwwerk voor het oog ach ter minder belangrijke gebouwen wordt verborgen, in stede van de schoonheid van het fraaie stadsbeeld aldaar tot zijn recht te doen komen; „dut het dus een vergrooting van den aaubouw-Drucker, waardoor een nog grooter deel van genoemden ge vel aan bet oog zal worden onttrok ken, ten zeerste, zou betreuren en „dat het verder te dezer zake vol komen adhaesie betuigt aan het adres en de toelichting van het Genootschap Architectura et Amicitïa over dit on derwerp tot U gericht." LEEKEN-MORAAL. Te *s-Gravenhnge is een ver gade- ring gehouden van voorstanders der z.g. leekenmoraal, onder leiding van prof, Felix Adler. hoogleeraar in «lo sociologie en ethiek te New-York. Do voorzitter sprak, alsook de heeren Bnisson en Stanton Coit. De vergadering werd vooral bezocht door bezoekers van het congres voor zedelijke opvoeding. Tot stichting van een vereeniging werd in deze bijeenkomst nog niet overgegaan. CENTRALE GFZONDHEIDS- - RAAD. Naar men weet, heeft de oud-gene raal J. F. T. C. van Dam van Isselt 't voornemen te ker nen gegeven om als voorzitter van den Centralen Gezond heidsraad te Utrecht af te treden. Tot zijn opvolger zou dan naar men aan het Vad. meedeelt be noemd worden dr. W. P .Ruysch, inspecteur van dc Volksgezondheid* te 's-Gravenhage. KONINGINNEDAG EN DE POST. De directeur-genei aal der posterijen en telegrafie heeft bepaald, dat bij ge legenheid van den verjaardag vail H. M. de Koningin tot vermindering van het aantal bestellingen en busfichtin- gen kan worden overgegaan, indien daartoe ten gevolge van algemeene feestviering of andere bijzondere om standigheden aanleiding bestaat. SN1JPARTIJ. Zondagavond ontstond in een café te Maastricht een vechtpartij tus schen Lebon en Pieters. Lebon viel Pieters en diens echtgenoote met een mes aan en verwondde hen. Ook de broer van den kastelein werd gekwetst. Pieters werd zoo ern stig in den buik gewond, dat hij naar hei gasthuis moest worden vervoerd. Zijn toestand is levensgevaarlijk Do beide andere slachtoffers konden, na verbonden te zijn, naar bun woning terugkeeren. Dc dader is gearresteerd Feuilleton Het geheim van de Tower Hill. 27) Weten waarom herhaalde ik. Hoe zou ik Wat bedoelt u Mr. Fairfax, zei hij, mr. Carl Fairfax, ik houd dezen wisselbrief, om u een lesje tc geven, dat u nooit zult vergeten. Een lesje schreeuwde ik. Ja, antwoordde hij. Mr. Carl Fairfax, die wisselbrief, die dc onder- teekening draagt van u, mr. Den burn en K. Neuberg, is nooit door Neuberg geteekend. Niet door Neuberg geteekend Wat bedoelt u Het is valsehlfeid in geschrifte, zei hij koel. Dat is een leugen, riep ik uit. Het is waar, zei hij. Ik heb het onderzocht. Neuberg weet er niets van. Ik keek hem aan. Hij sprak de waarheid, dat kon ik zien. Ik kende dezen Neuberg niet. Ik had slechts van hein gehoord als van een harden, rijken beursman. Denburn had hem gekend en kreeg de handteekening dat zei hij tenminste. En toen, inr. Wise, gingen mijn gedachten terug naar Denburn. Hij was een man, waar ik zeer vriendschappelijk mee geweest was, een zorgelooze dwaas, maar nooit een schurk, dacht ik. En toch en toch herinnerde ik mij nu, hoe vreemd hij omtrent den wissel ge weest was, omtrent de onderteeke- ning, om mij uit den weg van Neu berg te houden. Ilc trachtte me te herstellen, om don toestand te redden. Poeli zei ik snel, dat is allemaal nonsens. U pro beert mij bang te maken. Dit is één van uwe moppen, oom, en een slechte. Bovendien, ik ben in ieder geval nu bereid 0111 den wissel te betalen. Kom, geef mij hem terug. Hij schudde bet hoofd. Neen, zei hij krachtig. Ik houd hem. Ik wankelde. Maai' met welk doel schreeuw de ik. Hij keek mij strak aan. Om je een lesje te geven, zei hij. Ik weet niet, wie deze handteekening zette, daar zij niet van Neuberg is; u kunt het geweest zijn kijk mij niet zoo aan, ik twijfel er aan of het is Denburn geweest. U moest lee- ren, niet zulke vrienden te hebben. In ieder geval, ik houd hem. U weet, dat ik het niet was, riep ik uit, terwijl de kamer om mij scheen rond te draaien. Oh, u kunt het niet mecncn. Geef hem mij, Wedderburn. Hij schudde het hoofd, mij met zijn slimme oogen aanziende. Neen, zei hij. Ik bewaar hem. Mr. Wise, wat hadt u gedaan Ik was half gek, maar ik trachtte mij te herstellen, heider tc denken. De man meende, wat hij zei. Zijn stem klonk vast. hard, onvermurwbaar. En wat zou zijn daad voor mij beteeke- nen Denburn, de schuldige, was dood. Hij kon niets zeggen. Ik had het geld met hem gedeeld het geld dooi den valschen wissel verkregen want Wedderburn bad de leening slechts toegestaan, als Neuberg haar zou on derteekenen, daar Denburn en ik reeds te veel schuld bij hem hadden. Neuberg was een harde zakenman hij zou niet weten, of mijn verhaal waar of valsch was, neen, hij zou eer der gelooveti, dat ik schuldig was, dau Denburn, dien hij gekend had. Als Wedderburn den wissel behield, zou Neuberg er eens achter komen, en dan ik zag reeds al mijn hoop vernietigd, mijn toekomst in de han den van deze lieden, zij, voor eeuwig van mij gescheiden. Ik. verloor mijn zclfbeheerscüing ik werd gek. Kun je mij beschuldigen Oude hond riep ik uit. Je praat van mijn bestwil. Wel, je ruïneert me. Weet je, wat dal beteekent Ik I-en onschul dig, maar het beteekent, dat jij in staat zult zijn mij hiervan te beschul digen. Het beteekent, dat ik nooit meer één gelukkig oogeublik zal heb ben. Het beteekent, dat ik geschraapt en gebloed heb, om je te kunnen beta len vergeefs. Geef mij dien wissel terug Hij schudde nog steeds liet hoofd. Neen, zei h>j, met een vreemden glimlach naar mij kijkende. Ik zal dien glimlach zien tot mijn dood. Ik dacht ik dacht, dat hij met mij spotte. Ik dacht, dat hij over mij triumfeerde, om mijn ellende lachte. En ik greep hem in den nek, probeerende den wissel te grijpen, dien ik in zijn hand zag. Hij was sterk, en hij probeerde mij terug te houden. We streden en hij viel Toen hij viel, zag ik de deur open gaan en kwam Rike binnen. Ik keek neer op Wedderburn, een weinig versuft, en verbaasd, waarom hij daar zoo stil lag. Rike, zonder een woord te zeggen, ging snel naar de zijde van den ouden man en boog zich over hem heen. Toen keejt hij op met doodsbleek gezicht. Hij is dood zei hij Ik riep uit Neen, dat kan niet Iieip hem op, kerel, help hem op Je liegtIk raakte hem nauwelijks aan- En ik keek naar Wedderburn. Mr. Wise, hij was dood. Hij moet zijn hoofd tegen den scherpen hoek van den lessenaar, waarbij hij viel, heb ben gestooteu 1 Ik had hem vermoord. ik was een moordenaar Justus keek den jongen man ver baasd aan, wiens gelaat wit van op gewondenheid was en wiens oogen schitterden. Ga voort, mr. Fairfax, zei hij snel. Ja, ja. wat gebeurd, er toen Carl Fairfax schudde het hoofd. Dat weet ik niet. zen hij lk moet het bewustzijn verloren hebben. Ik was flauw gevallen. Toen ik weer bij kwam, bevond ik mij op een rustbank. Rike had het lichaam van Wedder burn bedekt met het tafelkleed en zat naar mij te kijken. Zal ik ooit dezen terugkeer tot het bewustzijn verge ten, den aanblik van het lichaam on der het doek. den blik in de kleine, roode oogen van den advocaatToch was hij toen no-z vriendelijk voor mij. Hij braeiit mij naar een ander deel van het kantoor en trachtte mij weer te doen opleven. Toen liep hij snel naar de telephoon en belde Dr. Far- ge op. Ik hoorde hem den dokter zeg gen, dadelijk te komen en ik zag, dat hij naar de deur ging en om zich heen keek. Toen kwam hij terug. Als er niemand komt en Fargeop tijd is, zijn wij veilig, gei hij. mij aan ziende. Veilig I riep ik uit. Ik heb hem vermoord. Ik ben verloren. Hij vestigde zijn roode oogen op mij. Dat kan je niet, zei hij. Hij maakte geen uur geleden zijn testa ment en liet jou alles na. Je zoudl op gehangen worden. Maakte zijn testament. Liet mij alles na riep ik uit en ik viel terug in mijn stoel. Ik meende nu. dat ik niet alleen Wedderburn, doch mijn weldoener te vens gedood had, de man, die mij geen uur geleden nog in gedachten had, die van mij gehouden moest heb ben, zelfs toen ik hem neersloeg. Toen stelde hij nuj alleen op de proef, dacht ik en zijn vreemde glimlach, zijn blikken, kwamen mij weer voor don geest. En dnt was de man, waar van ik dacht.. Hij had geer. familie, zei Rike, mij aanziende Hij was alleen op de wereld, feitelijk. En hij hield van je. Ik verloor opnieuw het bewustzijn. Toen ik voor dan tweeden keer bij kwam, was Dr. Farge gekomen. Ik had brandy gekregen, ik moet veel ervan genomen hebben, want ik voel de mij naar en duizelig. Zij lieten mij nog meer drinken. Zij vertelden mij, dat ik den armen ouden mun, op da een of andere manier moest hebben gewond ik moest gek van drift ge weest zijn, en dat iK hem neergesme ten had en al vallende had hij zijn hoofd gekwetst, terwijl hij in bewus- teloozen toestand aan hersenschud ding moest gestorven zijn. (Wordt vervolgd)-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1912 | | pagina 5