HAARLEM'S DAGBLAD.
TWEEDE BLAD.
DINSDAG 27 AUGUSTUS 1912
OM ONS MEEN
No. 1676
Reisherinneringen.
Toen «le uiterst welwillende ambte
naar van het reisbureau van de IIol-
landsche Spoor mij de reisbiljetten
naar deai Rgn gegeven had, vroeg hij,
of ik de plaatsen ook besproken
wenschte te hebben, dat kostte niets.
Natuurlijk zei ik ja en Maandag
morgen te half zes lag dan ook aan
het loket voor den plaatskaartenver-
koop een geschreven verklaring
Gereserveerd in trein 62/81 d.d.
12 Aug. 1912 rijtuig Zandvoort—
Frankfurt de plaatsou Nos. 33, 34
an 36.
Hoe prezen wij de modern© manier
•van reizen, die het mogelijk maakt,
Idat je te Haarlem op vooraf bespro
ken plaatsen gaat zitten, om eerst te
Keulen weer uit te stappen
Maar ach, de hoofdconducteur, aan
wien ik het belangrijke papiertje liet
zien, maakte een gebaar van wan
hoop en verklaarde, „dat de wagon
niet afgekomen was".
Niet afgekomen, 't Klonk als van
een regeeringsbesluit of een ministe-
rieele beschiklfing, maar in elk geval
de wagen was er niet. En zoo verge
noegden we ons met niet-gereserveer-
dc plaatsen in een gewonen wagen,
met de boodschap, dat we te Nijme
gen moesten overstappen.
En daarheen bleek de verdwenen
wagen „afgekomen" te zijn. llij stond
daar in zijn eentje aan 't perron te
wachten op aankoppeling aan den
Hoek van Holland-trein. Ik vroeg
maar niet, hoe hij daar gekomen was,
Ic minder omdat de hoofdconducteur,
die scheen te gevoelen, dat de Maat
schappij iets goed te maken had, on
gevraagd en niet mannenkracht de
bagage overtorste. Zoo kregen we
dan onze nummers 33, 34 en 36 en
egn daarvan in het rustige bezit ge
bleven tot Keulen, waar we het eerst
uitstapten.
Dit heele geval is bijzonder onbe
duidend en niet meer dan een van die
kleine onaangenaamheden, welke op
iedere reis voorkomen. Maar wan
neer op aanplakbiljetten en in spoor
boekjes niet zonder ophef gewaagd
wordt van een 'lijn Zandyooi-t—Basel,
dient dat begrip toch iets meer don
een fictie te wezen en althans de eeni-
ge doorgaande wagen present tc zijn.
Er wordt bij de HolJandsche Spoor
wel meGr vreemd omgesprongen met
doorgaande wagens. Toen ik onlangs
uit Parijs terugkwam, was er in den
wagen naar Nederland geen plaats
meer, maar naderhand bleek, dat er
een Antwerpenaar in zat. Dien had
de conducteur er immers niet in moe
ten toelaten? Als de maatschappij de
reizigers met doorgaande wagens ge
rieven wil, moet zij er ook voor zor
gen, dat hij gebruikt wordt alleen
door hen, voor wie hij bestemd is.
Anders is er geen eind aan liet lastige
6jouwen met bagage door de smalle
gangen.
Ik vertel waarlijk geen nieuws, als
ik zeg, dat Keulen wel een groote,
maar lang geen mooie stad is. Was
de Dom er niet, dan zou geen sterve
ling er zijn reis voor afbreken. Maar
brandde heel Keulen af en bleef de
Dom alleen over, dan zouden de men-
schen nóg komen om' dat gebouw te
tien, zóó imposant van lijn en kleur
vooral inwendig, omdat het van bui
ten, op het veel te nauwe plein, niet
tot zijn recht komt. Er kan niemand
zijn, achter wien de deur eenmaal
tcegeklapt is, of hij komt onder den
indruk van de stille majesteit van dit
overschoone kerkgebouw, van die
slanke zuilen, die omhoog, omhoog
schijnen te rijzen tot den hemel zelf,
van die kleurige ruiten, waardoor het
daglicht, geheimzinnig getemperd,
naar binnen valt,.
Builen jaagt het drukke leven in
tingelende trams, jagende auto's en
sukkelende rijtuigen maar voort. On
ze koetsier wist de armoede aan
merkwaardigheden van zijn stad niet
beter te vergoeden, dan door ons aan
dachtig te maken op alle gebouwen,
tot bankinstellingen toe, en hoewel
ihij de vraag naar zijn tarief had we
ten af te weren met de verklaring,
dat hij zich daar toch niet aan be
hoefde te houden, aan 't eind was hij
zoo royaal met zijn rit, dat we bijna
onzen trein hadden gemist. Het bleek
toen, dat 's mans horloge, te midden
van den overvloed van openbare uur
werken, die Keulen rijk is, twintig
minuten achter liep.
Toen op het drukke station de jacht
•naar den goeden trein. De sneltrein
naar Frankfurt was vol. Radeloos
torsten reizigers hun bagage weer
door de smalle zijgangen, in het
vruchteloos gezoek naa.r een plaats.
Daar heb ik mij over een landgenoot
geschaamd. Hij stond, in het trotsclie
bewustzijn van een plaats te bezitten,
in de deur van een coupé en vroeg,
onder het gillend gelach van de vrou
wen, dio in zijn gezelschap waren
„Is er hier soms zoo iets als een ver
stopping
Menschen van beschaving trachten
ar.deren, die in moeilijkheid zijn, te
helpen, maar sarren hen niet. Het
moet dan ook met instemming van de
Nederlanders in de omgeving ge
weest zijn, dat één hunner hem in
zijn gezicht een vlegel noemde.
Er reizen in de wereld allerlei
menschen rond vriendelijke en stug
ge, angstige en bedaarde, langzame
en vlugge, maar tot de vervelendste
soorten behoort zeker wel de zooge
naamd komieke. Ware humor ls
maar zeldzaamde komieke reiziger
ziet daar de flauwe aardigheden voor
aan, die hij, ten koste van den een,
bij den ander aan den man wil bren-
gena Zooiets moot I-Iildebrand be
doeld hebben, toen hij ons allen be
zwoer, niet ODder de humoristen te
gaan. Ik beklaag de menschen uit
het hótel, waar de komieke landge
noot zijn intrek heeft genomen wij
hebben hem gelukkig niet weerge-
De boemeltreïn bracht ons, nu de
sneltrein te kort schoot, behoorlijk te
St. Goar, het doel van den tocht en
een kleine piccolo sjouwde manmoe
dig de bagage naar het hótel L i li e,
dat, gelukkig voor hem, niet ver van
het station verwijderd is. Menschen,
die er zelfs tegen opzien om een hand-
tasohje te dragen; hebben gelegenheid
om te zien wat een menscfi vermag
wanneer zij in het buitenland een
Gepacktrager met koffers zien
omgaan. Zware, op 't oog bijna niet
te hanleeien gevaarten, worden fluks
aan een riem bevestigd en dan over
den rug gehangen en voort stapt de
man met zekeren tred naar de plaats,
waar bij zijn moet. Waarschijnlijk
zouden we ons niet zoo stijf voelen en
krakeri» in de botten, wanneer we af
en toe ook eens koffers en tasschen
op den nek namen. Maar thuis komt
daar niet van en op reis is de gele
genheid veel te schoon, om er voor
vijftig pfennig den kruier mee te be
lasten. Het gemak dient den mensch.
Hoog in T hótel zijn we ingekwar
tierd en al brengt de lift er ons weldra
heen, wc beloven ons zelf, er verder
geen gebruik meer van te maken. De
lift is voor ouden van dagen, zieken
en zwakken, de trappen zijn voor
véél-zittende menschen althans nog
een gelegenheid om ccnige lichaams
beweging te nemen. En voor mijn
gevoel is er altijd iets onnoozeis in
zoo'n op- en neergaande kast, die bo
vendien nog door een ander voor je
gedirigeerd wordt, iets dergelijks als
of je in een wagentje zat en door een
ander wordt voortgeduwd.
Het is nu weldra tijd voor 't avond
eten, dat op de veranda gebruikt
wordt. Dio is op do eerste verdieping
en precies zoo hoog, dat men overdo
hoornen heen den Rijn kan zien. Aan
den overkant, aan den voet van de
bergen, branden de rustige lichten
van het dorp St. Goarshausen. Nu en
dan zwiert een bootje als een snelle
lichtkever over den Rijn dat is het
overzetveer, dat de twee plaatsen
verbindt. En af en toe klinkt herig
zuchten door de avondstilte, van een
sleepboot, die een paar zwaar gela
den tjalken tegen stroom opsleept.
Plotseling hooreu we in de verte
oen cornet A piston. Bekende melo-
dicn, ich weisz nicht was soil es be-
deuten, behüt dich Gott, es war so
schon gowesen, en zoo meer worden
geblazen door een onzichtbaren mu
zikant, die telkens aan het eind van
een regel een point d'orgue maakt,
om het geluid beter te doen weer
kaatsen. Dan geeft de echo de klan
ken twee-, driemaal terug.
Naderhand komt hij voorzichtig
door de deur van de eetzaal naar het
terras gewandeld, om niet de pet in
de hand zijn belooning te vragen. En
we vernemen, dat hij zich eiken
avond laat hooien, als 't maar even
kan van het weer. Zoo heeft hij al
dertig jaar gedaan
Er komt een koele wind opzetten
de gasten op het terras kijken al eens
op het horloge en deze en gene staat
op. Tien uur, tijd om naar bed te
gaan. Misschien, dat er nog een paar
heeren in de rookkamer een kwar
tiertje bij praten, of in de leeskamer
een meisje niet scheiden kan van een
boeiende novelle, maar tegen half elf
is er toch niemand meer beneden. En
een journalist, die in Haarlem op 't
allervroegst kwartier vóór midder
nacht naar bed pleegt te gaan, lacht
om zichzelf wanneer hij zich klokke
half elf uitstrekt tusschen de frissche
lakens dat is volgens Haarlem-
schen tijd tien minuten vóór tienen,
bijna met de kippen op stok.
j. c. P.
Buitenlandsch Overzicht
De spanning In Jen Balkan.
De Hongaarscbe bladen vermelden
dat de mobilisatie ïri Montenegro is
doorgevoerd en dat ook Servië ijverig
oorlogsvoorbereidingen treft. Ook
OusU-nnjk-Hongarije zou overgegaan
zijn tot het onder de wapens brengen
van troepen in Bosnië, om wan-
neer'hct noodig mocht blijken de
neutraliteit te handhaven en de éi
gen grenzen te beschermen. liet ver
keer tusschen Dalmatiö en Montene
gro over Cattaro is gestremd.
De vertegenwoordigers der groote
mogendheden hebben een vriend
schappelijk vertoog gericiit tot de re
geering van Montenegro, waarin zij
aandringen op handhaving van den
vrede.
De koning en de regeering ant
woordden, dat zij ten volle rekening
zullen houden met dien wensch. Mon
tenegro heeft geen aanvallende be
doelingen en beperkt zich tot verde
diging der grenzen tegen de aanval
len der Turken.
Uit Sofia (Bulgarije) wordt geseind:
Het verloop van het Macedonische
congres, dat hier gehouden werd, was
een uitdrukkelijke betooging voor den
oorlog van Bulgarije ten gunste van
Macedonië. Alle gedelegeerden der
twaalf bestuursdistricten verklaar
den, dat de natie den oorlog wil en
dat dc Macedonische quaestie alleen
door het optreden van het 400.000
man sterke Bulgaarsche leger opge
lost kan worden. Eenige sprekers vie
len koning Ferdinand aan, als den
vermoedelijkcn sta-in-den-weg voor
zulk een optreden. In regeeringskrin-
gen was een gedrukte stemming te
bemerken, want de Russische regee
ring heeft het allereerst zich afkeu
rend uitgelaten over het initiatief van
het Bulgaarsche kabinet, voor het in
voeren van een autonoom bestuur in
Macedonië.
Dat de onrust in Albanië nog vrij
groot is, blijkt uit 't volgende bericht
van een Engelsch journalist uit An-
driewitsa:
Zondag heb ik een bezoek gebracht
aan het kamp der opstandelingen,
die 2500 mun sterk zijn en het dal be
zetten. Zij zijn woedend over de ver
minkte lijken van vrouwen en kin
deren, die zij onlangs hebben gevon
den. Er zijn weer zes dorpen ver
brand. Heden, Maandag, heeft Dzja-
wid pasja een ultimatum gezonden,
waarin hij den opstandelingen aan
zegt, dat zij' vrede moeten sluiten, zon
der dat hij voorwaarden stelt. De
hoofden hebben geantwoord, dat zij
hun stamgenooten moeten raadple
gen.
Ook de Kretenzers beginnen weer!
Uit Athene wordt geseind:
Dc- consuls der beschermende mo
gendheden op Kreta vernamen, dat
op dit eiland groepen van vrijbuiters
gevormd werden, die van plan waren,
een landing te doen op Samos, mei
het doel, de Turkschc bezetting al
daar te verjagen en dan een vereeni-
ging van Samos met Griekenland te
proclameeren. Het vertrek zou eerst
daags plaats hebben, 600 man ston
den reed6 klaar.
Dc consuls eiscliten van de regee
ring op Kreta, dat deze het vertrek
zou verhinderen en beloofden hulp
van internationale troepen, wanneer
het tot ernstige conflicten zou ko
men.
Do Kretenser regecring beloofde
aan dezen eisch tc voldoen.
De schepen der mogendheden zijn
te Kreta gestalionncerd en kruisen
om het eiland.
De oorlogtusseïen Italic onTurkUo
Volgens de lkdam wordt het be
richt, dat de vrede tusschen Turkije
'en Italic op het punt staat gesloten
te worden, van Turksche zijde een
verzinsel genoemd. Men is op langdu
rige onderhandelingen voorbereid en
gelooft niet, dat de vrede voor het bij
eenkomen van dc nieuwe Kamer ge
sloten zal zijn.
Uit Marofcko.
Volgens 't Fransche blad de Libcrló
begunstigt de Spaansche consul te
Mogador de agenten van den preten
dent El Ilelba en drijvea Spaansche
beschermelingen, voortdurend ge
steund door de consuls in Sous, een
levc-ndigeii smokkelhandel in wapens.
Eenige agenten moeten zelfs beslist
verantwoordelijk worden gesteld
voor het verzet tegen het optreden der
Franschen.
Het blad voegt daaraan toe, dat
opnieuw door de Fransche regeering
een krachtig en behoorlijk gedocu
menteerd vertoog bij de regeering te
Madrid zal worden ingediend.
De opstand op Timor.
Het Berliner Tageblatl heeft tele
grafisch uit Lissabon bijzonderheden
ontvangen omtrent hel gevecht, dat
de Portugeesche troepen op Timor
voerden legen de inboorlingen. In
de laatste weken was het aantal op-
rocrigen steeds toegenomen. Zij had
den het zelfs gewaagd, de Europee-
sche nederzettingen aan te vallen, te
plunderen, te vernielen, de mannen
te vermoorden en de vrouwen mee te
nemen naar hun tenten. De gouver
neur trok rnet een kleine afdeelmg
infanterie en mariniors met vier ka
nonnen naar het binnenland. Na
verschillende kleine gevechten zocht
hij den vijand op in zijn versterking
op den top van den heiligen berg Co-
blac. Ongeveer 10.00U inboorlingen
waren daar verzameld. De versterkin
gen met het plateau besloegen egn
oppervlakte van ongeveer 8 vierkan
ten K M. De Porlugeezen bezetten
eerst een paar naburige hoogten bij
Deolaco, waar zij vier kanonnen
plaatsten en het vijandelijke kamp
vier uur lang bombardeerden. Daar
op bestormden zij met de bajonet de
vijandelijke troepen, die met geweren
en speren gewapend waren. De Por-
tngeezen werden, toen zij den top na
derden, met steenen gebombardeerd
liet kwam tot een gevecht van man
tegen man, en eerst na tien uur ge
lukte bet den Portugeezen, den vijand
op de vlucht te jagen. 3000 inboorlin
gen zijn gedood, 4000 gewond en een
groot aantal gevangen genomen, in
vergelijking hiermede zijn de Portu
geesche verliezen onbeduidend.
Alitrlti.
DE TOESTAND VAN DEN
DUIl'SCHEN KEIZER.
De opperhofmaarschalk heeft het
volgende bericht over de ziekte van
den keizer gepubliceerd:
Nadat zich Vrijdag 23 Augustus in
den morgen reeds een stijfheid in de
rechterhalsspieren had voorgedaan,
werd in den voormiddag bij koude
rillingen en een algemeen ziektege
voel een verdikking van de rechter
zijde aan den hals merkbaar. Bij on
derzoek bleek de rechter amandel op
gezwollen, wat met groote pijn van
de spieren aan de rechterzijde van
den hals en niet aanzwelling van de
daar gelegen klieren gepaard ging.
De algemeene toestand, die daar
door ernstig gestoord was, is inmid-
dels veel verbeterd, De koortsachtige
verschijnselen zijn weer verdwenen
en de ontsteking is verminderd.
Toch bestaat nog zulk een pijn
lijke stijfheid van de halsspieren, dat
Z. M. genoodzaakt is van de voorge
nomen reizen, jiarades enz. af te
zien, en zich eenigen tijd volkomen
rust te gunnen.
liet is nu ook twijfelachtig of de
reis van den keizer naar Zwitserland
nog zal doorgaan.
SPIONNAGEVREES IN RUSLAND.
Naar uit Petersburg gemeld wordt,
zal binnen enkele dagen een besluit
van den minister van binuonlandsche
zake verschijnen, waarbij aan dc
dagbladen in Rusland ingevolge de
wet op de spionnage verboden wordt,
berichten te publiceeren over de or
ganisatie van leger en vloot, den toe-,
stand der vestingen, dc resultaten
van schietoefeningen en onderhande
lingen die een militair of politiek ka
rakter dragen. Bovendien wordt aan
alle bladen verboden, critiek uit te
oefenen op het beleid der hooge mili
tairen.
DE ONRUST IN MANTSJOERIJE.
Volgens een telegram uit Peking
hebben de Mongolen, die onlangs in
Mantsjoerije met Chineesche troepen
hebben gevochten, zlcli teruggetrok
ken, maar blijven zij vijandig. In
den ministerraad is overwogen om
een expeditiekorps naar liet binnen
land van Mongolië te zenden, men be
sloot evenwel zich voorloopig te be
palen tot voorzorgsmaatregelen tegen
rooftoehlen van de Mongolen, waar
voor de Mantsjoersche treepen vol
doende zijn.
EEN INCIDENT IN PERZIë.
Uit Urmia wordt geseind:
Manschappen van dc wacht en ge
wapende bedienden van het 'lurksche
consulaat, hebben op straat den tolk
van het Russische consulaat mishan
deld, ofschoon hij het insigne van hel
consulaat droeg.
De Russische consul heeft bij den
Turkschen consul geprotesteerd en
bestraffing van de schuldigen ge-
eischt.
Binnenland
PRINS HENDRIK.
liet ls thans zeker dat de Prins
voornemens is, in September de Ko
loniale Landbouwschool te Deventer
te openen.
Z. K. II. zal Zaterdag 21 September,
tc 1 uur des namiddags, te Rotter
dam bijwonen de vergadering van
het Bataafsche Genootschap.
Ook de opening van het congres der
godsdiensten te Leiden op 9 Septem
ber zal door Prins Hendrik worden
bijgewoond.
AANVAARDING DER REGEERING
VAN LUXEMBURG.
De groothertogin van Luxemburg
heeft aan den heer Mongeuast, direc
teur-generaal en hoofd van het depar
tement van Financiën van het groot
hertogdom, opgedragen aan het Ne-
derlandsclio hof kennisgeving te doen
van de aanvaarding van hare regee
ring. De Koningin zal den vertegen
woordiger daartoe op Maandag 1?
September op het Koninklijk paleis te
's-Graveuhage verhoor verleenen en
bij deze gelegenheid een gastmaal ten
hove geven.
DE HERTOGIN VAN ALBANY,
zuster van de Koningin-Moeder,
wordt Maandag 2 Sept. voor enkele
dagen te Socstdijk verwacht.
DE MINISTER VAN OORLOG,
waarnemend Minister van Marine,
is Zaterdag na een afwezigheid van
ruim drie weken, uit het buitenland
in Den Haag teruggekeerd. De heer
Colijn hervat heden zijn ambtswerk
zaamheden.
DE GAS-TENTOONSTEI.I.ING TE
AMSTERDAM.
De voorbereidselen tot de interna
tionale gas-tenloonstelling, diezoo
als men weet tijdens de maand
September gehouden wordt, zijn bijna
geheel getroffen. In de zalen van het
Paleis voor Volksvlijt is men druk
aan den arbeid om alles voor de ver
schillende stands in orde te maken.
Aangenomen kan worden, dat op
den openingsdag alles gereed zal zijn
De verlichting aan de buitenzijde be
looft schitterend te worden, zoo meldt
de „Tel.".
KAMERVERKIEZING IN 1913.
De afdeeiing Aalten van de S. D. A.
P. heeft voor het district Doetiuchem
op het candidaten-tweetal geplaatst de
heeren ds. Wijhe te Barchem en J.
Tyjof te Enschedé.
Onze Lachhoek
GEDACHTEN VAN EEN SCHOOL
JONGEN.
De beste school is die des levens.
Het slechtste leven is dat in da
school.
OVERTROEFD.
Onze autohoorn geeft vijf ver
schillende tonen.
Dat zegt niet veel. De onze speelt
den heelen Treurinarsch van Chopin.
DE NIEUWSTE RICHTING.
Zeg, kérel, zie jij nu heusch wat
je schildert?
Klets, zie jij dan wat je zegt?
DE NIEUWSTE.
I. a n d e 1 ij k e on schu 1 d.
Marie, heb je de goudvisschen
nieuw water gegeven.
Nee, mevrouw ze hadden het
oude nog niet op.
Naar de „N. Gr. Ct." verneemt, doet
de afdeeiing Groningen der S. D. P.
pogingen om den heer Herman Gorter
candidaat voor de Tweede Kamer to
stellen.
HET RIJKSMUSEUM.
Door het hoofdbestuur van de Maat
schappij tot bevordering der Bouw
kunst is aan den raad der gemeente
Amsterdam een adres gezonden,
waarin liet te kennen geeft, „dat,
waar het Rijksmuseum een monu
mentaal bouwwerk is, er op berekend
om aan alle zijden zijn fraaie archi
tectuur te vertoonen, het zeer te be
treuren is, dat aan de Zuidzijde door
de bekende aanbouwen het gezicht op
dien gevel voor ©en belangrijk doel
ernstig wordt geschaad;
„dat Amsterdam blijk geeft, geen
juist begrip en waardeering voor het
meesterwerk der Nederlandsche Ar
chitectuur uit de ltkle eeuw te heb
ben, daar het toelaat, dat een deel
van het bouwwerk voor het oog ach
ter minder belangrijke gebouwen
wordt verborgen, in stede van de
schoonheid van het fraaie stadsbeeld
aldaar tot zijn recht te doen komen;
„dut het dus een vergrooting van
den aaubouw-Drucker, waardoor een
nog grooter deel van genoemden ge
vel aan bet oog zal worden onttrok
ken, ten zeerste, zou betreuren en
„dat het verder te dezer zake vol
komen adhaesie betuigt aan het adres
en de toelichting van het Genootschap
Architectura et Amicitïa over dit on
derwerp tot U gericht."
LEEKEN-MORAAL.
Te *s-Gravenhnge is een ver gade-
ring gehouden van voorstanders der
z.g. leekenmoraal, onder leiding van
prof, Felix Adler. hoogleeraar in «lo
sociologie en ethiek te New-York. Do
voorzitter sprak, alsook de heeren
Bnisson en Stanton Coit.
De vergadering werd vooral bezocht
door bezoekers van het congres voor
zedelijke opvoeding.
Tot stichting van een vereeniging
werd in deze bijeenkomst nog niet
overgegaan.
CENTRALE GFZONDHEIDS-
- RAAD.
Naar men weet, heeft de oud-gene
raal J. F. T. C. van Dam van Isselt 't
voornemen te ker nen gegeven om als
voorzitter van den Centralen Gezond
heidsraad te Utrecht af te treden.
Tot zijn opvolger zou dan naar
men aan het Vad. meedeelt be
noemd worden dr. W. P .Ruysch,
inspecteur van dc Volksgezondheid* te
's-Gravenhage.
KONINGINNEDAG EN DE POST.
De directeur-genei aal der posterijen
en telegrafie heeft bepaald, dat bij ge
legenheid van den verjaardag vail H.
M. de Koningin tot vermindering van
het aantal bestellingen en busfichtin-
gen kan worden overgegaan, indien
daartoe ten gevolge van algemeene
feestviering of andere bijzondere om
standigheden aanleiding bestaat.
SN1JPARTIJ.
Zondagavond ontstond in een café
te Maastricht een vechtpartij tus
schen Lebon en Pieters. Lebon viel
Pieters en diens echtgenoote met
een mes aan en verwondde
hen. Ook de broer van den kastelein
werd gekwetst. Pieters werd zoo ern
stig in den buik gewond, dat hij naar
hei gasthuis moest worden vervoerd.
Zijn toestand is levensgevaarlijk Do
beide andere slachtoffers konden, na
verbonden te zijn, naar bun woning
terugkeeren. Dc dader is gearresteerd
Feuilleton
Het geheim van
de Tower Hill.
27)
Weten waarom herhaalde ik.
Hoe zou ik Wat bedoelt u
Mr. Fairfax, zei hij, mr. Carl
Fairfax, ik houd dezen wisselbrief, om
u een lesje tc geven, dat u nooit zult
vergeten.
Een lesje schreeuwde ik.
Ja, antwoordde hij. Mr. Carl
Fairfax, die wisselbrief, die dc onder-
teekening draagt van u, mr. Den
burn en K. Neuberg, is nooit door
Neuberg geteekend.
Niet door Neuberg geteekend
Wat bedoelt u
Het is valsehlfeid in geschrifte,
zei hij koel.
Dat is een leugen, riep ik uit.
Het is waar, zei hij. Ik heb het
onderzocht. Neuberg weet er niets van.
Ik keek hem aan. Hij sprak de
waarheid, dat kon ik zien. Ik kende
dezen Neuberg niet. Ik had slechts
van hein gehoord als van een harden,
rijken beursman. Denburn had hem
gekend en kreeg de handteekening
dat zei hij tenminste. En toen, inr.
Wise, gingen mijn gedachten terug
naar Denburn. Hij was een man,
waar ik zeer vriendschappelijk mee
geweest was, een zorgelooze dwaas,
maar nooit een schurk, dacht ik. En
toch en toch herinnerde ik mij nu,
hoe vreemd hij omtrent den wissel ge
weest was, omtrent de onderteeke-
ning, om mij uit den weg van Neu
berg te houden.
Ilc trachtte me te herstellen, om
don toestand te redden. Poeli zei ik
snel, dat is allemaal nonsens. U pro
beert mij bang te maken. Dit is één
van uwe moppen, oom, en een slechte.
Bovendien, ik ben in ieder geval nu
bereid 0111 den wissel te betalen. Kom,
geef mij hem terug.
Hij schudde bet hoofd. Neen, zei hij
krachtig. Ik houd hem.
Ik wankelde.
Maai' met welk doel schreeuw
de ik.
Hij keek mij strak aan.
Om je een lesje te geven, zei hij.
Ik weet niet, wie deze handteekening
zette, daar zij niet van Neuberg is;
u kunt het geweest zijn kijk mij
niet zoo aan, ik twijfel er aan of
het is Denburn geweest. U moest lee-
ren, niet zulke vrienden te hebben.
In ieder geval, ik houd hem.
U weet, dat ik het niet was, riep
ik uit, terwijl de kamer om mij scheen
rond te draaien. Oh, u kunt het niet
mecncn. Geef hem mij, Wedderburn.
Hij schudde het hoofd, mij met zijn
slimme oogen aanziende.
Neen, zei hij. Ik bewaar hem.
Mr. Wise, wat hadt u gedaan
Ik was half gek, maar ik trachtte
mij te herstellen, heider tc denken.
De man meende, wat hij zei. Zijn stem
klonk vast. hard, onvermurwbaar. En
wat zou zijn daad voor mij beteeke-
nen Denburn, de schuldige, was
dood. Hij kon niets zeggen. Ik had het
geld met hem gedeeld het geld dooi
den valschen wissel verkregen want
Wedderburn bad de leening slechts
toegestaan, als Neuberg haar zou on
derteekenen, daar Denburn en ik
reeds te veel schuld bij hem hadden.
Neuberg was een harde zakenman
hij zou niet weten, of mijn verhaal
waar of valsch was, neen, hij zou eer
der gelooveti, dat ik schuldig was,
dau Denburn, dien hij gekend had.
Als Wedderburn den wissel behield,
zou Neuberg er eens achter komen,
en dan ik zag reeds al mijn hoop
vernietigd, mijn toekomst in de han
den van deze lieden, zij, voor eeuwig
van mij gescheiden. Ik. verloor mijn
zclfbeheerscüing ik werd gek.
Kun je mij beschuldigen Oude
hond riep ik uit. Je praat van mijn
bestwil. Wel, je ruïneert me. Weet je,
wat dal beteekent Ik I-en onschul
dig, maar het beteekent, dat jij in
staat zult zijn mij hiervan te beschul
digen. Het beteekent, dat ik nooit
meer één gelukkig oogeublik zal heb
ben. Het beteekent, dat ik geschraapt
en gebloed heb, om je te kunnen beta
len vergeefs. Geef mij dien wissel
terug
Hij schudde nog steeds liet hoofd.
Neen, zei h>j, met een vreemden
glimlach naar mij kijkende.
Ik zal dien glimlach zien tot mijn
dood. Ik dacht ik dacht, dat hij
met mij spotte. Ik dacht, dat hij over
mij triumfeerde, om mijn ellende
lachte. En ik greep hem in den nek,
probeerende den wissel te grijpen,
dien ik in zijn hand zag. Hij was
sterk, en hij probeerde mij terug te
houden. We streden en hij viel
Toen hij viel, zag ik de deur open
gaan en kwam Rike binnen.
Ik keek neer op Wedderburn, een
weinig versuft, en verbaasd, waarom
hij daar zoo stil lag. Rike, zonder een
woord te zeggen, ging snel naar de
zijde van den ouden man en boog
zich over hem heen. Toen keejt hij op
met doodsbleek gezicht.
Hij is dood zei hij
Ik riep uit Neen, dat kan niet
Iieip hem op, kerel, help hem op Je
liegtIk raakte hem nauwelijks aan-
En ik keek naar Wedderburn. Mr.
Wise, hij was dood. Hij moet zijn
hoofd tegen den scherpen hoek van
den lessenaar, waarbij hij viel, heb
ben gestooteu 1 Ik had hem vermoord.
ik was een moordenaar
Justus keek den jongen man ver
baasd aan, wiens gelaat wit van op
gewondenheid was en wiens oogen
schitterden.
Ga voort, mr. Fairfax, zei hij
snel. Ja, ja. wat gebeurd, er toen
Carl Fairfax schudde het hoofd.
Dat weet ik niet. zen hij lk moet
het bewustzijn verloren hebben. Ik
was flauw gevallen. Toen ik weer bij
kwam, bevond ik mij op een rustbank.
Rike had het lichaam van Wedder
burn bedekt met het tafelkleed en zat
naar mij te kijken. Zal ik ooit dezen
terugkeer tot het bewustzijn verge
ten, den aanblik van het lichaam on
der het doek. den blik in de kleine,
roode oogen van den advocaatToch
was hij toen no-z vriendelijk voor mij.
Hij braeiit mij naar een ander deel
van het kantoor en trachtte mij weer
te doen opleven. Toen liep hij snel
naar de telephoon en belde Dr. Far-
ge op. Ik hoorde hem den dokter zeg
gen, dadelijk te komen en ik zag, dat
hij naar de deur ging en om zich heen
keek.
Toen kwam hij terug.
Als er niemand komt en Fargeop
tijd is, zijn wij veilig, gei hij. mij aan
ziende.
Veilig I riep ik uit. Ik heb hem
vermoord. Ik ben verloren.
Hij vestigde zijn roode oogen op mij.
Dat kan je niet, zei hij. Hij
maakte geen uur geleden zijn testa
ment en liet jou alles na. Je zoudl op
gehangen worden.
Maakte zijn testament. Liet mij
alles na riep ik uit en ik viel terug
in mijn stoel.
Ik meende nu. dat ik niet alleen
Wedderburn, doch mijn weldoener te
vens gedood had, de man, die mij
geen uur geleden nog in gedachten
had, die van mij gehouden moest heb
ben, zelfs toen ik hem neersloeg.
Toen stelde hij nuj alleen op de proef,
dacht ik en zijn vreemde glimlach,
zijn blikken, kwamen mij weer voor
don geest. En dnt was de man, waar
van ik dacht..
Hij had geer. familie, zei Rike,
mij aanziende Hij was alleen op de
wereld, feitelijk. En hij hield van je.
Ik verloor opnieuw het bewustzijn.
Toen ik voor dan tweeden keer bij
kwam, was Dr. Farge gekomen. Ik
had brandy gekregen, ik moet veel
ervan genomen hebben, want ik voel
de mij naar en duizelig. Zij lieten mij
nog meer drinken. Zij vertelden mij,
dat ik den armen ouden mun, op da
een of andere manier moest hebben
gewond ik moest gek van drift ge
weest zijn, en dat iK hem neergesme
ten had en al vallende had hij zijn
hoofd gekwetst, terwijl hij in bewus-
teloozen toestand aan hersenschud
ding moest gestorven zijn.
(Wordt vervolgd)-