De nieuwe Burgemeester TWEEDE BLAD. DONDERDAG 10 OCTOBER 1912. Bij KgnlnMijit Besluit van 8 October 1912, No. 14 Is, mst Ingang van 12 November 1912, benoemi tot burgemeester der gemeente Haarlem, Jhr. Mr. W. B. SANDBERG, met toekenning van gelijktijdig eervol ontslag als burgemeester der gemeenten Abcoude-Baambrugge en Abcoude-Proostdij. Bjj omen nieuwen Burgemeester Vóór de benoeming. 'Abcoude, het voornaamste der twee dorpen, waarvan de nieuw-benoemde Burgemeester van Haarlem hoofd der gemeente was, is een vriendelijk plaatsje. Dien indruk doe je op, als je van het stationnetje aan de lijnen Amsterdam-Utrecht en Amsterdam- Rotterdam, tussohen de net-gescho ren hagen, met rechts een vaart en links een sloot, naar de kom der ge meente loopt. Het marktplein is er een ewcn-verbreeding van de laan naar 't station. Dan links-om staat er in-eens een deftig heerenhuis, in de 18de eeuw gebouwd, zooals' aan de kunstloos-rechto gevellijnfngen te zien is. Dit is het huis van Burge meester Sandberg, waar hij nu ne gen jaar gewoond heeit. Ik had m'n bezoek niet vooruit aangekondigd de gebeurtenissen noodzaken een journalist wel eens te- gen-wil-en-dank onvormelijk te zijn maar Jhr. Sandberg had geen bezwaar me te ontvangen en aldra zat ik m'n gastheer te interviewen in den smaakvollen grijs-blauwen salon met fraai notenhouten meu beltjes. Burgemeester Sandberg is een sympathieke verschijning. Een jonge man lijkt hij zoo, als ik hem zag. Welgebouwd, met losse en gemakkelijke bewegingen, neemt hij jo voor zich in, mee door zijn flink en open gezicht. Daarbij toonde Bur gemeester zich een vriendelijke pra ter, als een man, die een onder gaar ne ter wille is. Hij maakte dan ook geen bezwaar, nu-al van-tevoren inlichtingen te ver schaffen, die onze krant bij de be noeming van nut konden zijn. Ons gesprek begon met de gewone formeele vragen, omtrent des hecren Sandberg's levensloop; van die begin vragen bij elk dergelijk interview, waarop, als antwoord telkens twee woorden komen. Onze Burgemeester begreep wel gauw, waar het naar toe ging en dat ik alle feiten en data uit z'n leven wilde weten. Ik zal 't u maar wat makkelijker maken, zei jhr. Sandberg toen la chende. En hij vertelde: Ik ben in 1876 te Aneldonm geboren. Mijn va der was Administrateur van het Kroondomein. In Den Haag ten ik op 't Gymnasium geweest en ging toen aan de Utrechtsche hoogeschool studeeren. In 1902 ben ik er gepro moveerd op stellingen. Is u toen dadelijk Burgemeester geworden? Neen, eerst ben ik een jaar lang secretaris van den Militairen Raad in Gelderland geweest en heb toen te Arnhem gewoond. In 1903 ben ik Burgemeester geworden van Abcou de en Baambrugge. Ik was de opvol ger van den heer Doude van Troost wijk, u weet wel, de zoon van den heer Doude, die te Nieuwersluis alle treinen vasthield, zei Jhr. Sandberg, herinnerende aan ihet Doft, dat be doelde heer aan de spoorwegmaat schappij alleen op deze voorwaarde vergunning heeft gegeven om de lijn AmsterdamBreukelen over zijn gronden te doen loopen, dat alle treinen ie Nieuwërsluis zouden stop pen, 't geen nog met bijna alle trei nen, zelfs sneltreinen, hel geval is. Hier ben ik, vervolgde de Bur gemeester, nu negen jaar. Ik ben ge huwd met Freule Roëll. Wij hebben een zoontje, dat negen jaar oud is. In 1909 werd ik gekozen Lot lid van de Provinciale Staten van Utrecht. U behoort immers tot de Chrst.- Historische Partij? Juist, beaamde de heer Sand berg. Hoeveel inwoners hebben uw ge meenten? Het zijn maar kleine plaatsjes, samen tellen zij een 32C0 inwoners. Dan zal Haarlem met zijn 70.000 Inwoners voor u een heel groote over gang zijn, merkte ik op. Ja, antwoordde Burgemeester Sandberg. Ik heb ook eerst gesolli citeerd naar Amersfoort. Dat is een plaats in mijn provincie en lag dus meer 'in mijn lijn. Feitelijk was het Burgemeestersambt van die plaats ook voor mij weggelegd, maar op het laatste moment kwam er een lank in den kabel. Is het onbescheiden te vragen, wat er tusschenbeiden gekomen is? informeerde ik. Neen, zei de heer Sandberg, ik heb vernomen, dat poEitfieke over wegingen de oorzaak geweest zijn, dat een ander is benoemd. Ik stel er prijs op, te verklaren, voegde de Burgemeester er aan toe, dat ik niet heb gesolliciteerd naar hel Burge- meesterssohap van Haarlem. Zijn er in die negen jaar, dié u hier hebt doorgebracht nog bijzon dere dingen voorgevallen, b.v. be stuursdaden? Och neen, zei de Burgemeester lachend. Als pïatbelanidsburgemees- ter had ik hier als voornaamste be zigheid mijn werkzaamheden als voorzitter van de besturen van het Oostzijdsche waterschap, van bet waterschap Botshol,van Hoog- en Groenland cn van den Rooden Mo len... Die Roode Molen geeft nogal eens aanleiding tot lachen, zei Jh: Sandberg geamuseerd bij de gedach te. Men zegt do.n, dat hier dn Abcou de een Moulin Rouge 1) is Geven die waterschappen u veel bezigheid? Ja, die watersohapsaangelegen- heden zijn voor zoo'n landbouwstreek als hier, van zeer groot belang. In den laatsten tijd is er de omstandig heid, dat het waterpeil zeer hoog is. Nu zijn we druk bezig met vergade ringen en besprekingen, om Jver stoombemaling te krijgen. Dan kun nen we het waterpeil gemakkelijker verlagen. En dan ben ik voorzitter van het comité voor een gemeenschappelijke waterleiding voor de streek, waar de provincies Noord- en Zuid-Holland en Utrecht samenkomen. Dat comité zal nu waarschijnlijk ontbonden worden, daar de Staatscommissie de zaak dor drinkwatervoorziening zelf ter hand nemen zal. Dan ben ik ook President-Kerk voogd der Nederl. Hervormde Ge meente en voorzitter van de afdee- ling Utrecht van den Bond van Ge meente-Ambtenaren. M'n voorloopig interview was hier mee ten einde. In de breede gang, waar het electrisch licht helder scheen, nam ik afscheid van jhr. Sandberg, meenemend aan aangena- men indruk van Haarlem s nieuwen Burgemeester. In het eerste blad vindt de lezer een tweede interview met Jhr. Sand berg. JAC. C. M. Jr. 1) De Burgemeester doelt l>er op de bekende, echt-wereldstadsche ont spanningsplaats van dien naam te Parijs. Buitenlandscii Overzicht De oorlog tnssciien Turkije en Montenegro. Do onmiddellijke aanleiding tot het overhandigen van de Monte negrijnsehe oorlogsverklaring Is het volgende geweest: Nadat de Montenegrijnsehe grenstroepen een aanval gedaan hadden, gaf Razim Pasja het bevel tot het beantwoorden' van den aanval. Hierop overhandigde Dinsdagmorgen de Montenegrijnsehe gezant den Turkschen ministerraad een ultimatum van Montenegro, ■waarin het onmiddellijk doen eindi gen van den tegenaanval werd ge- eischl. Nadat de ministerraad dit ge- we-'gerd had, begaf de Montenegrijn sehe gezant zich naar de Porte. Hij werd door den minister van buiten- landsche zaken ontvangen, wien hij de volgende nota overhandigde: „In gevolge de machtiging van Z. M. ko ning Nikita, mijn verheven souverein, heb ik de eer Uwe Excellentie mede te deelen, dat de koninklijke regee ring van Montenegro van heden af de betrekkingen met Turkije afbreekt, en het nu aan de wapens zal overla ten, de rechten van zijn broeders, die eeuwen lang niet erkend zijn, in Turkije tot gelding te brengen. Ik verlaat Konstantinopel. De ko ninklijke regeering in Cettinje zal den Turkschen gezant zijn pas ter hand stellen." In een proclamatie zegt de Ko ning, dat Montenegro bij het onder nemen van zijn heilige taak verze kerd is van de sympathie van de heele beschaafde wereld, van heel hel Servische volk, heel het Slavische ras en dat het den trouwen steun zal ontvangen van de staatshoofden van Servië, Bulgarije en Griekenland, wier inwoners zich in deze aangele genheid met Montenegro verbonden hebben. Rusland heeft de bescherming der Montenegrünen in Turkije op zich genomen. Vele Montenegrijncn verla ten Konstantinopel. Men weet dat de oorlog al aan den gang is. De Montenegrijnen zijn over de grens getrokken en bij Berana aangekomen. Het gerucht loopt, dat Oostenrijk-IIongarije zou beginnen mot voorzorgsmaatregelen. Men meent, dat de Montenegrijnen Berana hebben gekozen als plaats, waar zij zich met het Servische leger zouden vereenigen. De gevechten bij Berana duren voort. liet bericht, dat de Turken Podgeritza zouden ingenomen heb ben, wordt gelogenstraft. De Arnauten. Twintigduizend Arnauten hielden een betooging tegen de vijanden van het Turksche Rijk en spraken den wensch uit tegen de aanvallers» ten strijde te mogen trekken. De Turksche bladen hebben uit particuliere bron de mededeelin" ont vangen, dat Albaneezen erin geslaagd zijn Berana te ontzetten en de 6tad binnen te rukken, waarna zij door drongen op Montenegrijnsch gebied. Veel beteekenen doet dit oorlogje nog niet, alles hangt af van de hou ding van de andere Balkan-slaten. Dl Houding ran Bulgarije, SsrriS en Griekenland. 't Is nog onzeker: oorlog of geen oorlog. 't Heeft er alle schijn van, dat ook de oorlog tusschen Turkije en Bulga rije en Servië zal uitbreken. Er zijn zelfs al geruchten, dat 't wapenge weld al begonnen is en een afdeeling Bulgaarsche soldaten over de grens is getrokken. Oj) een Berlijnsclie bank is giste renmiddag uit Belgrado een telegram ontvangen, volgens hetwelk de Servi sche troepen in geforceerde marseden naar de grenzen opmarcheeren en de oorlogsverklaring onmiddellijk te verwachten is. De legaties in Engeland van Bulga rije en Servië hadden gisterenavond evenwel officieel nog niets over zoo n oorlogsverklaring gehoord. Er wordt bovendien meegedeeld, dal de Servische regecring den mo gendheden heeft medegedeeld, dat zij over een dag. of twee op de aanma ning tot vrede van de mogendheden zal antwoorden. De regeering voeg de hieraan toe, dat zij van meening was, dat de stap ecnigszins laat kwam, nu Turkije reeds had gemobi liseerd en de vijandelijkheden tus schen Turkije en Montenegro reeds aren begonnen. Ook Bulgarije moet 't voornemen hebben eerst over een dag of twee aan de mogendheden te antwoorden. Men beschouwt hel als zeer onwaarschijn lijk, dal Bulgarije, Servië of Grieken land den oorlog zullen verklaren voor -ij de mogendheden hebben geant woord. Volgens berichten uit Athene ver- toont zich daar eenige aarzeling, die misschien zelfs tot een afscheiding van Griekenland van de andere Bal-1 kanstaten zou kunnen leiden. Dit zou te verklaren zijn uit de houding van Italië, dat door het sluiten van den vrede met Turkije de Turksche vloot vrijheid van beweging geeft, waardoor voor de kleine Grieksche1 loot iedere actie onmogelijk wordt. )e Turksche vloot kan thans de i Grieksche kust bestoken en daardoor j moet de heele troepenopmarsch in Thessalié mislukken. Het Grieksche volk zelf geeft zich nog geen reken schap van de verandering van den toestand, maar in ambtelijke kringen moet de stemming voor den oorlog heel wat gezakt zijn. Overal worden de oorlogstoebereid selen nu met nog meer kracht voort gezet. Ook in Turkije moet de oorlogs koorts stijgen. De betoogingen voor 't wapengeweld vermeerderen, de couranten drukken zelfs oorlogsliede ren af. Volgens berichten uit Bulgarije zijn vee Turksche spionnen aangehou den op het oogenblik, dat zij er mede bezig waren helsche machines te leg gen onder de spoorwegbrug over de Lom.. Zij werden door Bulgaarsche wachtposten ontdekt en zullen voor den krijgsraad komen. Er komen nu allerlei looze geruch ten. De Bulgaarsche legatie laat het be richt tegenspreken, dat de Bultraren te Toertekaja een slachting onder de Christenen zouden hebben aangericht. Op een groote sympathiebelooging ten gunste van Servië hebben zich in Rusland drieduizend vrijwilligers doen inschrijven. De Turken legden beslag op 350 waggons ammunitie, bestemd voor Servië, die in Turkije zouden worden doorgevoerd. 't Roode Kruis. De oppercommandant van het Rus sische Roode Kruis heeft last gegeven 850 bedden naar het oorlogstooneel te zenden. Daarvan kriïgt Bulgarije 350. Servië 300 en Montenegro 200 bedden. Het personeel bestaat uit 287 personen. Mobiliseert Roemenië? Uit Boekarest wordt geseind: „De groote Roemeensche manoeuvres werden plotseling afgebroken en er werd bevel gegeven tot mobiliseering van het leger. I-Iet troepenvervoer naar de Donau begint reeds heden- murgèn. Te Boekarest heerscht een buiten gewone paniek." Op Kreta en Samos. Vier Engelsche oorlogsschepen zijn in de Kretenzer wateren aangeko men, een Russisch oorlogsschip ligt voor Samos. De groots mogsBöfeediii en da bemiddeling. Van diplomatieke zijde verneemt men dat de mogendheden bij het re- digeeren van de gemeenschappelijke nota aan de Balkanstaten het niet eens geworden zijn over den vorm der garantie, die Turkije den Balkan staten zal geven tot het werkelijk in voeren der hervormingen. De nota bevat dientengevolge absoluut geen garantie van de zijde der groote mo gendheden. Dit feit. en de omstan digheid, dat de nota der Balkansta ten Dinsdag reeds ter hand gesteld werd, terwijl het nog onzeker was, of zij Woensdag ook in Konstantinopel reeds aangeboden zou worden, heb ben in de Balkan-landen groote ont stemming gewekt. Men vermoedde, dat de groote mogendheden Turkije nog steeds behandelen willen als een bevoorrechte mogendheid. Men verwacht nu algemeen, dat de pogingen tot bemiddeling te zwak zijn en ook nog te laat komen. 't Gaat dus zeer waarschijnlijk naar den oorlog. En toch staat bijna vast, dat als de Europeesche mogendheden eensge zind waren opgetreden, het conflict zeker voorkomen had kunnen worden. Verzekerd wordt, dat de Turksche regeering een belangrijke mededee- ling heeft ontvangen van den Engel- schen minister Six Edward Grey, vol gens we'ike de mogendheden heden nogmaals in Bulgarije een sterke pressie zullen uitoefenen om de sol daten naar huis te zenden. De groote mogendheden zullen Bulgarije hun besluit te kennen geven de integriteit van Turkije te verdedigen en zij zul len daaraan toevoegen, dat ook bij een overwinning Bulgarije geen voordeel, zij het in den vorm van grondgebied, zij liet in dien van een geldelijke schadevergoeding, door den oorlog kan krijgen. Misschien dat deze zwakke poging nog wat uitwerkt, maar 't zal nog zeer de vraag zijn of de mogendheden t conflict kunnen localiseeren, want de houding van Rusland en Oosten- rijk-Hongarije wordt niet vertrouwd. Rusland gaal voort met mobili- seeren. Men bericht uit Warschau, dat in de Poolsche gouvernementen niet al leen niet gedemobiliseerd wordt, maar de mobilisatie wordt voortgezet. Ook Oosleiirijk-Jlongarije neemt blijkbaar maatregelen. Nog eenige bijzonderheden van de Balkansiaieu en bun legers. Ter aanvulling en ook ter herinne ring geven we hier nog plaats aan de volgende bijzonderheden over de Bal- kau-staten. Montenegro heeft een oppervlakte van 8433 vierk. kilometer, en 250 000 inwoners. Iedere voor den krijgs dienst geschikte Montenegrin is van zijn 18e tot zijn 60e jaar weerplich- tig, en wel van zijn 18e tot zijfi 20e jaar in den eersten, van 21 tot 15 jaar in deri tweeden, van 45 tot CO in den derden ban. De Montenegrin is dus ongeveer zijn geheele leven soldaat. De militaire opleiding is niet bijzon der, maar zij wordt aangevuld door di karaktereigenschappen van geheel het volk, dat zeer strijdlustig is. De infantere is bewapend met het nationale dolkmes en de revolver en het Russische infanteriegeweer, de reserve met Berdan-geweren. De geheele wapen voorraad bedraagt 115.000 geweren. De sterkte van het Montenegrijnsehe leger bedraagt of ficieel 45 000 man, maar 't kan wel als 't moet tot 80.000 stijgen. Servië meet 48.30O vierk. kilometer en heeft ongeveer 3 millioen inwo ners. Voor het leger bestaat de dienst plicht van 21 lot 45 jaar, en wel 10 jaar in het actieve leger, 6 jaar in de eerste en 8 jaar in de tweede reserve. De totale sterkte van het Servische leger bedraagt 180.000 man infanterie, 8500 man cavalerie, 726 stuks ge schut, 40 snelvuurhouwitsers, 220 ma chinegeweren. De bewapening is nog gedeeltelijk „ouderwetsch; de reorga nisatie ervan is nog niet geheel door gevoerd. Bulgarije omvat 96.315 vierk. kilo meter met 4.329.000 inwoners. De weerplïcht duurt van 20 tot 45 jaar. Naast het staande leger heeft Bulgarije drie reserves, en een land storm in twee bans. liet geheele leger bestaat uit 216 bataljons infanterie, 58 compagnieën machinegeweren, 37 escadrons cava lerie, 158 batterijen artillerie, en eeni ge afdeelingen technische troepen, tezamen 232.000 man, 6000 man cava lerie, 722 kanonnen. Het leger is mo dern bewapend en wordt door des kundigen voor het boste van de Bal kanstaten gehouden. Griekenland omvat 61657 vierk. ki lometer, met 2.63 millioen inwoners. Het leger, door algemeenen dienst plicht samengesteld, van het 21e tot het 51e levensjaar, omvat 75.000 man infanterie, 3000 cavalerie, 378 kanon nen en 21 machinegeweren. De troe pen dienen 2 jaar in het staande le ger, 10 jaar in de reserve, 8 jaar bij de landweer en 10 jaar bij de reserve daarvan. De waarde van dit leger wordt door deskundigen niet hoog aangeslagen, vooral niet na de ongelukkige wijze waarop het zich in den oorlog van 1808 tegen Turkije deed kennen; in de laatste jaren werd veel gedaan om oefening en houding der troepen te verbeteren, maar over het resultaat van die pogingen is nog niet veel te zeggen. Griekenland heeft een vloot van 20 vaartuigen, tezamen 33600 ton, 206 kanonnen cn 3200 man, maar deze vloot heeft tegen de betere en sterke re Turksche vloot niet veel in brengen. De Bulgaarsche vloot bestaat uit eenige torpedo's en een paar kleine vaartuigen. Tezamen kunnen de vier Balkan staten onder de wapens brengen 528.000 man infanterie, 18000 man cavalerie en 18000 kanonnen. Daartegenover kan Turkije onder de wapenen brengen 1.100.000 man, van wie echter in Europeesch Tur kije 350.000 man onder de wapenen zijn. Vorming, opleiding en bewape ning van het Turksche leger zijn uit stekend en worden boven die der Bal kanstaten gesteld. Het Turksche rijk omvat 2.987100 vierk. kilometer en telt 25 millioen inwoners. In Europa heeft het 169 vierk. kilometer met 61/2 millioen in woners, waarvan vier millioen Chris tenen en 2 millioen Turken. Binnenland DE KONINGIN-MOEDER was van plan, alvorens te Fiesole in Noord-Italië verblijf té nemen, eerst nog een bezoek te brengen aan de stad Milaan.^ DE PRINS die gisteravond van Het Loo in Den Haag aankwam en hedenavond per trein naar Vlissingen vertrekt voor een kort verblijf te Londen, verlaat Zaterdagavond de Engelsche hoofd stad ten einde Zondagochtend weer in Den Haag te zijn. J. TH. CREMER. De Koningin ontving ten gehoore het Eerste-Kamerlid J. Th. Crei die 1 Januari a s. aftreedt als presi dent der Nederlandscbe Handelmaat schappij. ONTVANGERSPROMOTIE. Men schrijft aan 't „Hbld.": Het gist onder de leden van het ont vang er skorps. De begrooting voor 1913 heeft niet gebracht wat men er van hoopte en met eenïg recht van verwachtte. De laatste 12, 15 jaar staat de pro motie stil. Wel is in 1004 het financiëele ge deelte opnieuw bij Koninklijk besluit geregeld, maar deze salarisregeling hield verband met de klasse-indeeling der kantoren. In de 8 jaar, sedert verloopen, is er geeue noemenswaardige opschuiving naar hoogere klassen geweest, zoo dat voor een groot deel van het korps weer dezelfde onpowenschte toestand •an vóór 1904 is ingetreden. De laatste jaren is druk geageerd voor positieverbetering en is bij her haling aangedrongen op nakoming van hetgeen in 1904 in uitzicht werd gesteld: ecnc afdoende en cezonde re geling dor promotie. Voor 1913 was men vervuld van een stille hoop, want als vaststaande meende men tc mogen aannemen, dat de verschillende hoofdambtenaren, zoowel aan het departement als in de provincies, het goed recht der ont vangers om op afdoende verbetering aan te dringen, erkenden. De ontvangers zelf zijn volkomen overtuigd dat cene afdoende regeling niet op eens tot stand kan komen. Als tijdelijk hulpmiddel geven zij aan: wijziging der belooningsschaal •an art. 18 van het Organisatiebesluil 1904, waardoor althans aan vele fi nanciëele grieven tegemoetkoming kan worden gegeven. Maar eene afdoende verbetering dient naar hunne meening en z:j mogen deze gronden op hun veeljari ge en vaak kostbare opleiding in zich te sluiten: het spoediger berei ken van een belangrijker werkkring cn standplaats met gelegenheid voor voortgezet onderwijs en opleiding "an kinderen. VARKENS MET VISCH GEMEST. Men meldt uit Leiden aan 'f. Hbld. Zooals men zich zal herinneren werd geruimen tijd geleden alhier een door do Leidsche Varkensslaehtérs- ereen, belegde, vergadering gehouden om maatregelen te nemen tégen het meer en meer in zwang komend mes ten der varkens-met minderwaardige haring, waardoor het vleesch zeer on smakelijk wordt en door de klanten der slagers niet wordt begeerd, ter wijl de slager die aan het gemeste varken niet zien kan, waarmede liet gemest is, het kind van de rekening wordt. Op deze vergadering kwam men niet tot een resultaat, n aar er werd een commissie benoemd, waarin een iid van liet hoofdbestuur van den Ned. Slagershond, een lid van het bestuur der Leidsche vereeniging benevens vertegenwoordigers van de afd. Lei den van de Holl Maatschappij van Landbouw en den Ned. Boerenbond zitting hadden. Deze commissie zou zich tot den directeur-generaal van den landbouw wenden en daarover verslag uitbrengen. Dat verslag werd uitgebracht in een tweede vergade- 'ng. liet was een langdurig onderhond waarbij ook tegenwoordig waren de heer Löhnis en dr. Rernmelts. De re- geering had de zaak ook reeds in stu die genomen en gevoelde er het be lang van. Haar oordeel is dat kleine hoeveelheden op zichzelf geen kwaad kunnen, maar w aar is de grens De regeering zal or prijs op stellen, dat de belanghebbenden zelf ook alle maat regelen zullen treffen, die zij dienstig oordeelen. Een middel daartoe is het waar schuwen op <le markt tegen veehou ders en kooplieden, die deze varkens aan de markt brengen. Van wettelij ke maatregelen werd niet veel ver wacht omdat het bewijs altijd moei lijk te leveren is. Ook werd als een middel overwogen het vervoer van bedorven visch te ver bieden. Misschien kunnen hier arbitrage- commissiën zooals deze reeds bestaan in Gelderen, die langs scheidsrechter lijken weg de geschillen tusschen de landbouwers en de handelaren trach ten uit den weg te ruimen en die ook in Holland zullen komen, in deze van dienst zijn. De commissie werd diligent ver klaard. Men achtte het r.oodig een cen traal punt te hebben waar de ver schillende klachten kunnen worden gedeponeerd. Mr. A. I. Fokker stelde zich daartoe beschikbaar. HET PALEIS OP DEN DAM TE AMSTERDAM. 't Hbld. meldt Naar wij vernemen zal waarschijn lijk spoedig met de restauratie van het Paleis begonnen worden. Reeds heeft overleg plaats gehad met het gemeen telijk bouw- en woningtoezicht over 't aanbrengen van steigers. Indien ec nigszins mogelijk zal men trachten <lc herstellingswerken met behulp van zoogenaamde Rotterdamsche stéige s té verrichten. TEGEN DE INVALIDITEITSWET. Naar wij in Hei Volk lezen zullen op 14 dezér, aan den vooravond dus van de opeubare behandeling der In validiteitswet in de Tweede Kamer, op 12 verschalende plaatsen in den lande vanwege de S. D A P. open bare vergaderingen belegd worden in welke zal geprotesteerd worden „le gen het doorjaagsystéem van de Ka mer-meerderheid DOOR EEN BRANDWEER-AUTO OVERREDEN. Een droevig ongeluk had gister bij, het uitgaan der scholen in de drukke Westerstraat té Amsterdam plaats. Eenige jongens staken juist spelende de straat oven, toen luid bellend een brandweer-auto kwam aanrennen. Eén der knapen, 8 jaar oud, kwam onder de auto en werd dadelijk ge dood. GEMEENTELIJKE ONTSMET- TINGSDIENST. In de vergadering van den gemeen teraad van Zutphen is een 3 oor stél tot instelling van een gemeentelijken ont smetüngsdienst aangenomen. De daarop betrekking hebbende verorde ningen werden vastgesteld.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1912 | | pagina 5