RUBRIEK VOOR ONZE JEUGD Oplossingen van deze problemen worden gaarne ingewacht aan boven genoemd adres, uiterlijk Dinsdag 12 November a.s. Oplossing van probleem no. 405, van den auteur: Wit 19—13, 2822, (87—31, 34—30, 24—20, 33—29, 43—39, 38 —27, 52—37, 48 371 Oplossing van probleem no. 406, Van den auteur: Wit 43—39, 48—43, 35—30, 46-34, 42—38, 47:7, 28—22, 45 3, 23—18, 3 421 Beide problemen werden goed op gelost door de hoeren: W. J. Bal kenende, R. Bouw, L. Brommet, W. van Daalen, J. Jacobson Azn,, W. J. A, Matla, J. W. ïieskens. DAMCURSUS. Zooals door ons werd beloofd, zul len wij achtereenvolgens de verschil lende openingen in het damspel be handelen. Geruime tijd zal daarmee heengaan, wijl over dit onderwerp zeer veel te zeggen valt. In het damspel zijn negen inlei- dingszetten a'. v. 31—26, 3127, 3227, 32-28, 33—28, 33—29, 34-29, 34-30 en 3530. Het aantal openingen is onbeperkt, omdat onder opening moet worden verstaan: „de voortzetting tot aan het middenspel". Door verschillende be kwame spelers zal men ook verschil lende oneningen zien ontwikkelen. De „inleidings-zet" moet men nim mer verwarren met een „spel-ope- nirig" omdat die zet nog in geen ge val de spel-opening aangeeft. Men ziet dikwijls met denzelfden eersten zet verschillende openingen ontwik kelen, hetzij regelmatig of onregel matig. Zooals bekend, heeft wit steeds de- leiding bij den aanvang eener partij en is deze dus in staat, die opening te spelen, welke hem goeddunkt. Nu zijn er spelers die zich niet storen aan de eenmaal vastgestelde openin gen, maar naar hunne opvatting die zetten spelen, welke gedaan moeten worden om hun doel te bereiken. Zulks vindt men vooral onder combi natiespelers en wel daarom, dat zij van den aanvang af reeds min of meer geneigd zijn het positiespel te verlaten, wetende, dat daarin minder kans van slagen is, dan bij een om^ gelmatig voortspelen. Nochtans komt het positiespel hoe lang zoo meer tot zijn recht en doet de willekeur ver dwijnen. Zwart die bij den aanvang eer,er partij meer als verdediger op treedt dan als aanvaller, kan dus niet beslissen over de te volgen ope ning. llij is gedwongen om van den beginne af het juiste antwoord te ge ven. Doet zwart zulks, en wil wit daarna afwijken van den aangewezen weg, dan zal noodwendig het nadeel aan diens zijde komen. Men vindt hierin de verklaring waarom het po sitiespel hooger staat aangeschreven dan het combinatiesncl, want het laatste zal vroeg of laat de minder gunstige gevolgen ondervinden van1 het willekeurig afwijken. Er is maar eene verdediging voor den onregel- matigen speler aan te voeren, te we ten: „Wanneer hij de zekerheid heeft, dat zijn kennis in het combinatiespel dieper gaat, dan de kennis in het po- tiespel van zijn tegenspeler", een an dere verdediging is er niet. Elke aangegeven opening kan ge- critiseerd worden, als hiervoor goede redenen bestaan; en de critiek zal, als zij door bekwame spelers, op grond van ervaring kan gegeven wor den, ten nutte komen aan de ontwik keling van het spel. Men moet even wel steeds toelaten, dat de minder goede of zelfs verkeerde opening, toch als een „opening" betiteld wordt. Mocht liet blijken, dat een aangege ven opening niet- of minder goed is, dan kan men deze trachten te wijzi gen en te verbeteren; de verbeterde opening zal evenwel met hetzelfde recht, weder a lis eene zelfstandige opening mogen beschouwd worden. Daarom hebben wij hierboven ge zegd: „het aantal openingen is onbe perkt". Trouwens ditzelfde recht wordt in het schaakspel ook gegeven. „Van Embden" geeft ons reeds een opening te zien, in de door hem aan gegeven remise-partij, en anderen toonen ons weder openingen welke hiervan in meer of mindere mate af wijken, terwijl de eerste zet toch 33— 28 blijft. In vroegere dagen werd in het damspel de opening niet of hoogst zelden met een naam aangeduid. De reden hiervan was, het gemis aan theorie over het damspel. Het was de heer C. H. Broekkamp, aan wiens verdienstelijk groot dam- werk wij deze inleiding grootendeels or.tleenen, die in 1904 het eerst aan enkele vastgestelde openingen een naam gaf, waardoor het mogelijk werd deze aan te duiden en van elk ander te onderscheiden. Hij koos daarvoor technksche uitdrukkingen, in verband met het doel, de strek king of de ontwikkeling welke met de aangegeven opening beoogd werd. Latere schrijvers hebben aan die openingen weder andere namen ge geven, die willekeurig gekozen zijn. Over de motieven die ben daartoe be zielden, zullen wij maar liever zwij gen. Wij zullen in deze verhandelin gen de juiste technische benamingen aangeven en tusschen haakjes de la ter uitgevonden namen er bij vermel den, opdat de beoefenaar der openin gen beide namen leert kennen. A.s. week maken wij daarmede een begin. CORRESPONDENTIE. A. v. d. H-, alhier. Wij danken u voor de toezending van het pro bleem, zullen het spoedig plaatsen. Ook voor de toezending van moeilij ker vraagstukjes blijven wij ons ten zeerste aanbevolen houden. De Ilaarlemsche Damclub houdt haar bijeenkomsten iederen Maan dag-avond van 8 tot 12 uur in het ge bouw „De Nijverheid", Jansstraat 85, alhier. Liefhebbers van het damspel zijn daar steeds welkom Voor het lidmaatschap kan men zich bij het bestuur aanmelden. Inlichtingen verstrekt gaarne de Secretaris, de heer J. Meijer, Kruis straat 34, Telephoon no. 1553. Raadsels (Deze raadsels zijn alle ingezonden <loor jongens en meisjes, die „Voor Onze Jeugd" lezen De namen der kin deren, die mij vóór Donderdagmorgen goede oplossingen zenden, worden in het volgend nummer bekend ge maakt). IEDERE MAAND WORDT ONDER DE BESTE OPLOSSERS EEN BOEK IN PRACHTBAND VERLOOT. Hierbij wordt gelet op den leeftijd in verband met het aantal oplossin gen en op de nelheid van het werk. 1. (Ingezonden door Truus v. Bilder- beek.) Ik ben iets, dal ge op de zee doet en meteen een mooie plant. 2. (Ingezonden door Cor en Nanne Nauta.) De boer, die mijn eerste heeft, Kan niet zeggen, daldoos te zijn I Al is zij niet altijd even groot, Toch is het oo:t niet zoo heel klein. Mijn tweede is een wollen stof, Waarvan men kleeren maakt Ze is heel mooi als men maar zorgt, Dat er geen mot in raakt. En mijn geheel Dat is een dorp, In Gelderland gelegen. Zoek maar eens, waar je 't vinden kunt I liet valt je vast niet tegen. 8. (Ingezonden door Klaas Blauw.) Welke spreuk kunt ge maken, als ge de puntjes door medeklinkers ver vangt .ie eee tee t eee e a too e 4. (Ingezonden door .lan van Essen, liet geheel is een plaatsje in Zwit serland van 9 letters. 1 9 3 4 5 is een hoog gebergte '1 1 2 is een viervoetig dier 3 4 5 gebruikt men om te schrijven. 2 1 3 is voedsel bestemd voor jonge kinderen. 1 2 3 4 8 is een vrucht. 8 7 3 4 9 gebruikt men om te eten. In een 6 118 kunnen veel men- schen. 5. (Ingezonden door Willy Germeraad) Een lichaamsdeel, al is liet klein Keer 't om, 't zal vogelsafschrik zijn. 6. (Ingezonden door Willem en Johan na Spoor.) Ik ben een stad in België van 4 let ters. Vervang mij laatste letter door twee andere en ge krijgt een stad in Italië, Vervang nu deze twee letters door drie andere en ge krijgt een stad in Zwitserland. 7. (Ingezonden door Klaas Blauw.) Ik ben een plaats in Bohemen van 8 tellers. 1 7 3 is een vervoermiddel 6 2 R is lekkei- in den zomer 6 7 4 is speelgoed 5 4 2 is groente 5 2 5 is een kleedingstuk 8. (Ingezonden door Gonda Veltman.) Mijn 1ste en 2de zijn personen. Mijn 3de is een grondstof waar men brandstof van maakt. Mijn geheel is een plaats in Neder land. 9. (Ingezonden door Marie Landmeier.) Ik ben een spreekwoord van 42 let ters. 18 33 39 18 27 5 16 is een vogel. 28 38 10 24 10 8 28 is een jongens naam. 20 15 28 31 6 40 is een meisjesnaam. 1 30 39 26 23 li is een vrucht. 35 36 37 7 13 41 is een kleedingstuk. 16 40 22 13 34 is een stad in België. 36 2 41 21 is een aeldstuk. 29 19 27 32 is niet laag. 32 13 28 28 10 3i is een jongensnaam 6 15 28 4 is niet zacht. 25 13 is een lidwoord. 14 33 28 3 is eet lichaamsdeel. 29 19 23 42 is eeu kleedingstuk. 9 15 33 24 is een jongensnaam. 12 7 26 17 gaat alles wat leeft. 10. (Ingezondea door Johanna en Jo- han Hoogerduijn.) Ik ben zeer gevaarlijk en tevens vaartuig. Verander mijn laatste letter en ge krijgt een verkorten jongens naam. 11. (Ingezonden door Zus en Arend v. Lohuizen.) Ik kom van liet varken en ben een dorpje in Noord-Brabant, als ge mijn 4de letter verandert. 12. (Ingezonden door Truus v. Bilder- beek.) Zet onder elkaar Iets, dat ge in stad en dorp vindt. Een meisjesnaam. Een plaats in Nccrd-Holland. Iets, wat iedereen doen moet. Een plaatsje in Noord-Holland. Het tegenovergestelde van vlijtig. Het tegenovergestelde van knap. Een boom. Nog een boom. Iets, dat in Holland veel gemaakt .wordt en goed smaakt. Den vogel. Een jongensnaam. Do beginletters vormen een korte spreuk van vier woorden. Raadseloplossingen Dc oplossingen van de raadsels der >rige week zijn 1. Tin ar Loo Tinarloo. 2. Een bewoner van 't dorpje „Beek" 3. Haas aas as. 4. Gulpen Tulpen. 5. Veel honden is der hazen dood. 6. Bergen Berchem. 7. Goed bloed. Voet zoet roet 8. Pink. 9. Moddersloot. 10. Hiel Tiel Kiel. 11. Strijd tegen de tuberculose, degen regen noot roet cent bijl Suu* deur brug 12. Stoom toom oom om. Goede oplossingen deze week ont vangen van Sophia Boon 6. Casper VVillemse 7. Piet de Veer 9. Jan van Hemert 10. Jan van Esseu 12. Sophietje Kapteijn 11. Truus v. Bilderbeek 11. Bart Liglenberg 12. Zus en Arend var. Lohuizen 11. Johanna en Johan Hoogerduijn 12. Clasina v. d. Brink 12 en 12 van de vorige week. -J. Takkenberg 9 en 12 van de vorige week. Wilhelmina v. d. Haar 9. Cornelis en Nanne Nauta 12. Jan Bert 8 Jac. J. Bert 8. Jan de Bruijn 12. Lena Koelev eld 12 en 12 van de vori ge week. Gonda Veltman 12. Annie en Belsie Stavenuiter 8. J. Andries de Wijs 12. Klans Blauw 12. Jo en Jan Verton 11. Klaas Dubbeling 7. Johannes Buissinlc 8. Bep en Mare Ruyzenaers 11. Marie Lar.dmeier 11. Jan Huije 12. Cor Huijer 12. Willem en Johanna Spoor 12. Willy Germeraad 10. Abraham Harterdorp 11. Wim Heijl 12. BEGRAVEN PLA \TSEN. (Ingezonden door SOPHIETJE KAPTEIJN). 1. Ik heb zeven aardbeden opgege ten. 2. Dat vind ik knap, Elsje! 3. De uil is wel geen, valk, maar tooK een roofvogel. 4. Een dikke damp steeg omhoog. 5. Mijnheer! Lena is niet te vinden! 6. De generaal staat pal, er moge komen wat wil! 7. Op onzen gevel prijkt een prach tige windwijzer. 8. Haal den hengel op, Wim, je hebt beeit! 9. Deze spijker kan niet worden gebruikt; hij is krom. 10. Onzo bijl en onze tang zijn ver dwenen. 11. Het is jammer, maar deze ap pels gaan nu al rotten. 12. Wanneer zitten de duiven op de duiventil, burgemeester? De antwoorden der vorige week zijn: 1. Zaandijk. 2. Edam. 3. Harmeien. 4. Vreeswijk. 5. Zeist 6. Hoorn. 7. Woorden. 8. Enkhuizen. 9. Vianen. 10. Kuilenburg. 11. Axel. 12. Petten. 13. Naarden. 14. Zaandam. GOEDE ANTWOORDEN ONVAN- GEN VAN: Sophia Boon 12. Casper Willemse 13. Jan van Essen 14. Sophietje Kapteijn 14. Truus v. Bilderbeek 14. Zus en Arend v. Lohuizen 14. Johanna en Johan Hoogerduijn 14. Clasina v. d. Brink 14 en 12 v. d. J. Takkenberg 14 en 12 v. d. vor. week. Cornelis en Nanna nautu 14. Jan de Bruijn 14. Lena Koelev eld 14 en 12 V. d. vor. week. Gonda Veltman 16. Aouio on Betsie Staivenui'tvr 9. J. Andries de Wijs 14. Jo en Jan Verton 14. Klaas Blauw 14. Klaas Dubbeling 14. Joho.nnes Buissink 12. Bep en Marie Ruijsenaers 14. Manie Landmeier 14. Jan Huijer 14. Cor Huijer 14. Johan de Smalen 14. Wim Heijl 14. Abraham Hartendorp 14. Willy Germeraad 14. Willem en Johanna Spoor 14. Uitslag van den Opstellenwedstrijd. Het schijnt dat de ongeluksdag jullie liet meest aangetrokken heeft! Daarover waren tenminste alle op stellen, behalve 3 over ruzie in de voetbalclub en 1 over Oost-West thuis besit. liet beste waren de opstellen van: MAARTJE BRAAIJ, oud 15 jaar. en van LENA BOELENS, oud 14 jaar. Dan volgden: MIEK FELTMAN, oud 11 jaar. H. DOiNG, oud 10 jaar. F. STERNEBERG, oud 12 jaar. Dezen lhobl>en allen een BOEK IN PRACHTBAND verdiend. Verder een EERVOLLE VERMELDING voor: ANNIE KEUPE. LENA KOELEVELD. J. ANDRIES DE WIJS. MARINUS DE BIL. AREND HENDRIK v. LOHUIZEN. en JAN VAN HEMERT. Terwijl ook de overigen zeer goed waren. De prijswinners mogen hun prijs Woensdagmiddag tusschen 12 en 2 uur komen halen. BERICHT. Inzendingen voor den St.-Nxolaas- wedslrijd ontvangen van: Richard Voifcus van Hamme. Wilhelmina van den Haar. Abraham Ilarlendorp. ONGELUKSDAG, door MAARTJE BRAAIJ, oud 15 jaar. Hoe heerlijk scheen de zon in het schoollokaal. En dan maar een hal- ven dag les! Hé, hoe heerlijk. Doch op dit moment dacht ik niet zoo aan dit alles, 'k Zat meer in 't lek kere warme zonnetje over de weöer- waard' gheden die mij vóór schooltijd overkomen waren te mijmeren, dan dat ik oplette. Op eens, werd ik uit mijn peinzen opgeschrikt, door de stem van den onderwijzer. „Ga jij eens verder niet lezen, Mies!" Toen drong het eigenlijk pas in mijn brein door, dat we aan "t lezen waren. Vreeselijk sohaainde ik mij dan ook, toen niijn naam opgeroepen werd om ile gaan lezen. „Weet jo niet, waar we zijn?" Meteen stond 'hij op en keek terzij de op mijn bank. Doch 't ontging hem niet, dat ik toen pas 't boek opende. „Zoo, zoo, zit je, nota bene, nog met je leesboek dioht? Dat is wel dig!" ,,'t Is toch een eohto ongeluksdag vandaag!bromde ik in mij zelf. „Nu nog mopperen op den koop toe!" en daarna zei de meester v. wij waren. Geiukkig was 't leesuur- tje gauw voorbij en was 't nare droge vak schrijven aan de beurt, "k Had niet kunnen denken, dat ook dit niet plezierig voor mij zou afloopen. Nauwelijks waren wij bezig, of 'k viel met een plof uit de bank. „Mies, doe niet meor zulke rare dingen"... doch voordat hij uitgespro ken had, ging ik haastig zitten, met 't noodlottige gevolg, dat breede golf zwarte vloeistof over den lesse naar stroomde, wat n e nog deed uit roepen: „Lieve Mozesl" Al de meisjes lachten! ILeel gauw had 'k de inkt met mijn zakdoek wat opgedweild. Hoe 't kwam begrijp ik nog niet (Tc had er anders noodt last van), maar ik kreeg een onbedaarlijke hoestbui, doordat -k me in een stuk drop ver- slïKte; ik werd er paars van! Ijlings haalde mijnheer een glaasje water voor mij. En nadat ik wat beiaard was, vroeg bij. Hoe kwam 't dat je zoo moest hoesten?" Ik wou niet jokken, dat doe ik trouwens nooit en daarom zei iik da delijk: „In een stukje pijpdrop verslikte ik me!" Je brengt de heele klas in opschud ding, zoo kan 't niet langer, gooi al die rommel Vin den bak." Maar doordat ik bereidwi!l:g gauw aan 't bevel wilde voldoen, bleef on gelukkigerwijs mijn rok aan de bank haken, met 't gevolg, dat een gedeel te van dit kleedingstuk, aan de zit plaats bleef hangen en de haak er heelemaal afscheurde. Zcodcende moest ik met opgehouden rok mijn zak legen. De onderwijzer moest, geloof ik, zelf om "t potsierlijke gezicht lachen, al liet hij het niiet blijken. Verbeeld je een rok, d e er precies uitziet van onderen of de muizen er aan geknaagd heblwn. Toen ik een maal weer op mijn plaats zat, vroeg ik Dora, die aohter me zat, of ze niet speld, of iels andei's voor mij bfid, om mijn rok op te houden. „Niets anders als dit!" fluisterde ;ïj en overhandigde mij stil een draad katoen. Deze bond ik, zoo g :ed mogelijk om mijn rok. Onderwijl had den we Taalles gekregen. Daarvoor kwam een andere leer- aar. „Mies, kom jij eens voor het bord", zeide hij. Met een bonzend hart en een raar woel ging ik. 'k Zou haast meenen. dat 't door het bord opschuiven kwam, want ineens voelde ik 't draadje losgaan voor, dat 'k den rek kon vasthou den, was hij al omlaag gegleden. Het was een gelach, waaraan geen einde scheen te komen. Een meisje zóó voor 't bordt „Jou kan ik niet langer in de klasse gébruiken, je kunt wel in den hoek gaan staan. st Komt haast nooit voor, dat ik meisjes van 15 jaar, nog zoo kinder achtig moet straffen, maar dit kan ak niet door de vingers zien. Trek de sohuifdeur alsjebheft achter jo dicht, zoodat ik niets meer van je zie!" Binnen 3 minuten, was ik met rok en al tusschen de deuren verdwe nen. Bah, wat naar dat staan, je wordt zoo moe. Daarom, ging ik maar zitten en liet de dingen die dezen ochtend gebeurd waren de re vue passeeren. Eerst vanochtend van Moeder een geducht standje, omdat ik een gat 'in mijn kous, en een aangeknoopt haar lint en veter had. Daarop viel het bord havermout in scherven op 't mooie vloerkleed, daarna les niet geweten toen uit de bank gevallen. Wat scheen "t zonnetje lekker. On gemerkt schikte ik den rok wat onder mijn hoofd en spoedig daarop droom de ik van bergen strafwerk. Even vóór dat 't twaalf uur was, wilde de onderwijzer mij roepen, om me een flinke zedenpreek le geven en om te zeggen, hoeveel strafwerk ik op kreeg. Maar boe de arme man riep, hij kreeg geen antwoord. Daar om deed hij de schuifdeur open en zag 't n'.et onvermaik olijke geval. Hij wenkte de leerlingen naderbij te komen. Met een langen geeuw werd ik wakker! Stom van verbazing sloeg ik de schaar om mij heen gade. Een luid gelach van mijn klasgenooten ging op- Een bibliotheekboek, welke 's Zater dags altijd werden uitgedeeld, kreeg ik natuurlijk niet, maar wel nog een portie strafwerk. Dien Zaterdagmid dag (dank zij het slaapje in school, kon ik er nogal tegen, want anders was 'k er stellig onder bezweken) moesl ik onteli>ai;e strafregels schrij ven, kousen stoppen, rok naaien... En oan elf uur 's avonds zat ilk nog te brommen: „Zoo'n ongeluksdag ookl Brievenbus (Brieven aan de Redactie van die Kinder-afcleeling moeten gezonden worden aan Me vrouw Venema—v. Doorn, Wagenweg 88, Haarlem). In dus bus gooien, zonder aanschellen 1 TRUUS VAX B. De nieuwe raad sels zijn goed. Wel, leer je het pas één jaar? Dan gaan jullie vlug voor uit, hoor Hoe kwam jij zoo op het voetbalveld verzeild Gaat Vader daar ook heen, en kom je er wel eens i meer BART L. Dat spreekwoord kende je toch zeker wel, is 't niet? Of vind je het moeilijk Ja. ik dacht wel, dat je dat boek mooi zou vinden. Ik ben nieuwsgierig hoe dit is I ZUS en AREND VAN L. Het nieuwe raadsel is goed. Ja, regenach tig weer brengt ons vanzelf aan het lezen. Zijn deze ook mooi, en van wel ke soort houd je 't meest JOHANNA en JOHAN H. Hoe be valt het Arie Vindt hij het prettig en gaat hij op de fiets naar Santpoort? De nieuwe raadsels zijn goed. Kan Johanna ze nu ook al oplossen SOPHIA B. Jou broertjes zijn dan ook niet zoo heel klein meer Speel je veel met hen Ja, met klein tjes spelen is ook aardig! Heb je ook kleine neefjes en nichtjes? Ileb je iederen avond huiswerk? En leer je ook al Fransch CASPER W. Ik vind het best, dat je meedoet. Hét is wel aardig, dat er nu ook een Amsterdammertje mee doet We hebben al vriendjes en vriendinnetjes in Zandvoort, Velsen, IJmuiden, Uitgeest, Ilillegom, Half weg en zelfs één in Utrecht. Zooals je .ziet ben je dus nog niet de verste Heb jij vroeger ook in Haarlem ge woond, of logeer je hier wel eens? MADELIEFJE. Neen, dezen schuil naam heeft niemand, maar waarom zou je maar niet je eigen naam hou den Vind je dion niet mooi genoeg En wist je wel. dat van ingezonden werk altijd maar één zijde van het papier beschreven mag zijn Valt de uitslag je nogal mee En is Ans weer heelemaal beter CLASINA v. d. B. Ja, dat kan ik me heel goed hegrijpen, dat jullie al lemaal erg omder den indruk waren, 't Was ook heel treurig De raadsols moeten er dan toch vóór Zaterdags zijn, want dan staan de oplossingen er al in. WTLHELMINA v. d. H. Prettig, dat je inzending zoo mooi op tijd klaar wasGing het nogal vlug en had je een patroontje voor dat ge haakte jurkje Heeft Moeder je er ook nog wat bij geholpen Je bent toch 14 jaar, is 't niet? CORNELIS en NANNE N. Ik ge loof toch, dat jij wel rondschrif(pen nen gebruikt, is 't niet En kan N. het nu niet aan jou leeren 's avonds Of heeft liij daar ook geen tijd voor? JOHANNES T. Je raadsels zijn de vorige week te lao.t bezorgd. Had je het zelf gedaanof ze iemand meege geven JAN B. Ja, schrijf dat er dan maar bij en zoek de mooiste uit. Die met cijfers kan je zeker altijd het eerste vinden I JAC. J. B. Doen jullie ook oan den Siut-Nicolaaswedstrijd niee? Jul lie houden nogal van knutselen, ge loof ik Of zijn jullie meer bazen in het teekenon Neen, buiten spelen gaat nu 's avonds niet meer Doen jullie ook wol eens een spelletje JAN DE B. Er zijn ook zooveel nomen te onthouden hij aardrijks kunde Teekeai jc ook wel eons thuis kaartjes, om makkelijker te kunnen repeteeren Op wat voor een kaart toeken je aan, welke bookon je het mooiste vindt PIET DE V. Ga je op de fiets er heen, en met wie? Ja, het is de vraag wie winnen zal. Daai ga je den vol genden Zondag ook zeker naar de oefenmatch van het Nederlandsch Elftal, is 't niet Verlamg je er niet naar om die te zien JAN VAN H. Kom dan maar eens op een Woensdag tusschen 1 en 2 uur. Als je geen nieuw boek hob. lees je er zeker nog maar eens een voor de tweede maal! Krijgen jullie op school geen boeken te" leen SOPHIETJE JC. De nieuwe be graven namen zijn goed. JAN VAN E. Ja, Jan, die slaven hadden het niet pleizierig En toch Eijn er op het oogenblik ook wei monscben, die het niet veel beter heb ben Vind je deze soort boeken het mooist, of houd je ook van gewone jongens verhalen? Het nieuwe raadsel is goed. J. ANDRIES DE W. Een mooie ver zameling heeft soms veel waarde En als je volhoudt, krijg je er hoe lan ger hoe meur. KLAAS B. De nieuwe raadsels zijn goed. RICHARD V. v. II. Ik weet niet zeker of je deze krant nog krijgt. BEP en MARIE R. I.k begreep wel dat het reclame was, maar 't is erg aardig, viind ik. Ja, nu het zoo veel vroeger donker is, moet het briefje ook vroeg klaar zijn. Fiets je wel eens bij avond en heb je een 'kaarslantaarn? MARIE L. Jij hebt het ook maar altijd druk, hé! Schiet je werk flink op en gaan de sommen hoe langer hoe gauwer? COR en JAN H. Het nieuwe raadsel plaats ik Lever niet, omdat de meeste kinderen deze soort erg lastig vinden. Bedenk r.og maar eens iets ander;! Ja, 't is urettiig, dat M. nu in Moeders plaats kan gaan! Dan hebben jullie Moeder ook wat meer thuis en dat is toch ook veel pretti ger! WILLEM en JOHANNA S. Do nieuwe raadsels zijn goed. LENA IC. We! Lena, wat ben Jij slim geweest verleden weekDaar had je op het adres alleen geschre- „Redactie der Kinderafdeeling". Nu wil :k wel gelocven dat jij graag raadseltjes raadt, maar de post had liever gehad, dat er bij stond van welke Kinderafdeeling en aan welk adres. GeluMdg is je brief een paar dagen later nog terecht gekomenl maar er is heel wat mee heen en weer geloopen, ihoor! Ik vond jo ver- haaL erg aardig. Maar het was eigen lijk geen „ongeluksdag!" Wel een tijd vol ongelukken van een ongeluk kige! Vind je dat ook niet? Ik zie daar in je tweeden brief, dat je zelf je vergissing al bemerkt had! Nu, er zijn er meer wel eens in de war, en ik ben ook gewend soms heel merk waardige adressen te krijgen! Ileb je Donderdag pleizier gehad en ging het goed? GONDA V. Je nieuwe raadsels zijn goed; maar het tweede heeft ook nog een ander ingezonden en dat plaats ik dus niet. De begraven plaat sen zijn ook goed. ANNIE en BETSIE S. Jullie brief]-, was de vorige week ook te laat. Heb je het nog zoo druk mot do inzending? on zou die op tijd klaar zijn? WILLY G. De nieuwe raadsels zijn goed. Wat zijn jullie toch alle maal een dierenvrienden! Nu alweer een klein hondje er bij! Wat voor soort is dit? en wordt het een groo- te? Is Bello niet jaloerscn, als jullie hem aanhalen? Hoe is 't met Moeder? Is de pijn weer over? Die stukjes kea ik niet! Zijn ze erg moeilijk? ABRAHAM II. Vind je hot niet saai, dat je werk nu de deur ut is en dat je het geen mensch meer kan laten zien? En ga je nu van den win ter weer iets anders maken, of heb je tegenwoordig ook veel huiswerk? Kom je je zeiltje halen, dat je Woens dag hebt laten liggen? WIM IL Je bent nog ret op tijd Wim, maar wel de allerlaatste! Ik kan me wel begrijpen dat hÜ J°" inzenden er wel eens bij inschiet. Heb je de raadsels altijd Zaterdags avonds al gevonden? Mevr. VENEMA—v. DOORN. 2 November 1912.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1912 | | pagina 17