Ritnors Dagblm
DE WEERSPANNIGE
zijn, öm<1at deze twee ïrfo'a a 11 ij (1
kigenover elkaar staan.
Wat er gebeuren zal, is nog niet te
voorzien, maar er dreigen wel ern
stige verwikkelingen.
Oostenrijken Servië.
De Rei dispost" verklaart, dat
Oostenrijk aan Servië zal
doen weten dat de aanspra
ken opAlbaneesch gebied
en op oen haven aan d e A e-
geïscho Zee niet kunnen
worden erkend.
Uit Petersburg komt de tijding, dat
Rusland aan de Serviërs
steun zal verlcenen bij hun
pogingen om een uitgang naar de
Augeïscho Zee te verkijgen.
Mobiliseert Oostcnrijkr
Hongarije?
Uit Berlijn wordt aan de Temps"
geseind:
,,Et loopt een gerucht, dat Oosten
rijk een vloot concentreert in de Adri-
atische Zee. liet is mogelijk', dat Oos
tenrijk een kruiser zendt naar een
Albuucesche haven, wanneer Servie
oen uitweg mocht zoeken «aar de AJ-
baneesche kust".
Hetzelfde blad ontving uit Belgrado
Kot bericht, dat Oostenrijk 18 batal
jons naar Bosnië en Ilerzegowina
heeft gezonden. Men gelooft, dat Rub-
laud en misschien ook andere mo
gendheden Oostenrijk inlichtingen
daaromtrent zullen vragen.
De „Boodapester Korrespondenz"
Verklaart evenwel van bevoegde zijde
gemachtigd te zijn tot de verklaring,
dat de geruchten omtrent een mobili
satie onjuist zijn.
En de mogendheden
Do diplomaten onderhandelen nog
steeds, maar men is het er vrijwel
over eens, dat het oogenblik voor in
terventie heden nog niet jfekomen is.
De Engelsche minister
Asquith aan 'twoord.
Minister Asquitb heeft op een feest
maal een rede gehouden en daarin,
nadat hij de ernstige gebeurtenissen
in don Balkan ter sprake had ge
bracht, gezegd :„Önzo betrekkingen
rriet de andere mogendheden, zonder
een enkele uitzondering, zijn nooit
vricndschappelijker en hartelijker go-
woest dan thans.
De gi'ooto mogend lieden werken
samen met een merkwaardige eens
gezindheid en openhartigheid, die
haast onbegrijpelijk zullen zijn voor
hem, die gelcoven, dat zij ter zake van
zekere oogmerken in verschillende
kam,pen tegenover elkander staan.
Niets is minder waar."
Asquith kwam daarna op tegen de
onjuistheid van de beschuldiging aan
het adres van de mogendheden, dat
zij den oorlog niet hebben verhin
derd, daar toch bekend is, dat de
Balkan-stalen vastbesloten waren,
dien oorlog uit te lokken.
,,De kaart van Oost-Europa zoo
vervolgde Asquith moet herzien
worden. Ik geloof, dat men in
Europa eenparig-van mee
ning is, dat do overwin
naars niet beroofd mogen
worden van de vruchten
hunner zegepraal.
Engeland heeft geen direct belang
bfj do latere verdeeling van grondge
bied, er zijn échter andere mogendhe
den, van wie men verwachten moet,
dat, zij een stem zullen eischen in de
oplossing van de huidige quuestie.
Voor zoover de invloed van de En
gelsche regeering reikt, verzet zij zich
tegen het op den voorgrond dringen
van op zich zelf staande quaesües,
die, wanneer zij afzonderlijk zouden
worden behandeld, mogelijkerwijze
zullen leiden tot buitengewoon moei
lijk op te lossen geschillen.
Op dit oogenblik is een
der voornaamste belangen,
waarvoor Europa te waken
heeft, dat de uitbreiding
van den oorlog voorkomen
wordt. Dat is den mogend
heden tot dusverre gelukt,
en wij hopen, dat zij dit
werk tot een goed einde
taullen brengen.
Het is voor de regeering een groote
voldoening, dal zij, hoeveel verschil
van lueeniug in het land ook mag be
staan ten opzichte van binaenland-
sche aangelegenheden, in deze be
langrijke steun vindt bij liet geheele
land en in den raad van Europa kan
nujdesprekon met de autoriteit van
een regeering, die het geheele land
achter zich heeft."
In antwoord op een dronk op de
vloot, bracht Asquith de betrekkingen
met Duitsohland te berde en verklaar
de hij, dat deze gestadig verbeteren.
Hij zei verder, dat het waarschijn
lijk gelukken zou, het volgende jaar
een volledig bemand zesde slag-eska
der gereed te hebben.
Het ontbreken van een sterke vloot
in het oostelijk gedeelte van de Mld-
dellandsclie zee, had bijzondere maat
regelen noodig gemaakt. Deze zijn
thans genomen.
Er was geen reden om. te veronder-
stellen, dat er moei lij kheden zullen
'ontstaan, maar hij meende locli te
moeten zeggen, dat de vloot in de
Engelsche wateren in aile opzichten
berekend was voor de taak, die xij
heeft te vervullen.
Van de oorlogsvelden.
DE BULGAREN
dringen steeds geweldiger op Kon-
stantinopel aan. Ze zijn weliswaar
nog niet geheel_door de Tsjataldja-
lime, maar men weet, dut ze op en
kele punten zich reeds een doortocht
gebaand hebben.
Alleen optimistische Turken ver
wachten nog, dat die vesting het zal
uithouden. De Sultan zal voorloopxg
nog in de hoofdstad blijven, om de
onrust ouder de Turken niet te ver-
grootan.
Het ie wuar, de Turken hebben nu
weer 70.000 man versterkingen gekre
gen veel vrijwilligers uit Mesopola-
mië on Koereien maar de Bulgaren
zijn ook niet door overmacht in getal
sterkte tegen te houden. Bovendien
moeten de/.o nieuwe strijders zooals
aan de „Telegrahf" uil Koj.stantino-
pel geseind wordt over de Zwarte
Zee getransporteerd worden, want
het vervoer over land wordt bemoei
lijkt. Waardoor? Zijn de Buigaren,
die door de linie gebroken zijn, al zoo
talrijk, dat ze de verbinding met Kon-
staulinopcl bedreigen
Omtrent de gevechten tot
het veroveren van deTsja-
taldjastellingen
seint de oorlogscorrespondent van de
,,W iener Reichspost" uit het Bulgaar
sche hoofdkwartier de volgende be
richten:
,,De Bulgaren zetten den aanval te
gen de overige linies van de Tsjatald-
ja-stellingeri mot alle kracht voort.
Het 3de legercorps is reeds ver in de
bosschen ten zuiden van het Deskos-
meer doorgedroegen. Het eerste le
gercorps is in gevecht met de Turk-
sche hoofdstellingen ten oosten van
Tsjataldja. Het doorbreken van de
Turkschc stelling, die uit verschillen
de linies achter elkaar bestaat, heeft
nog niet plaats gehad. Maar dit is
slechts een quaestie van zeer l^prten
tijd. De Turksche troepen vechten
zeer ongelijk. Enkele aföeelingen, die
blijkbaar nog nie' in den strijd ge
weest waren bodei hardnekkigen te
genstand. De rest van het Turksche
leger toont niet zooveel kracht meer.
Bij het innemen van Istrandja en
bij den miBlukter. Turkschen aanval
op Kapakli-Eoenar naar het N. O.
hebben zich verschrikkelijke tooneelen
afgespeeld. Aan drie kanten door de
overmacht aangegrepen, vluchtten de
Turksche troepen in paniek terug,
werden evenwel door het Bulgaarsche
artillerie- en infanterie vuur hevig ge
havend. De Bulgaarsche troepen ver
nietigden, niettegenstaande zij zelf
door de gevechten en de geforceerde
marschen uitgeput waren, door hun
achtervolging de geheele organisatie
van het Turksche leger.
Trekken de Bulgaren Kon-
stantlnopel binnen?
„Beslist mag worden aangenomen,
aldus wordt uit Sofia aan de Voss.
Zlg. geseind dat do Bulgaren na
den val van Tsjataldja naar Konstan-
tinopel zullen oprukken. Aan een blij
vende bezetting van de hoofdstad
denkt men hier echter met. .Mep wil,
het aan do mogendheden 'overlaten te
beslissen, oi Konstantinopel de hocid-
sta'd van het Osmaansche rijk blij
ven of een internationale vrijhaven
zal worden."
De „Ncue Freïe Presse" deelt mede,
dat Rusland geprotesieeivl heeft te
gen den intocht van de Bulgaren in
KoxistajiiLnopel.
Ook weet men, dat de andejK mo
gendheden zullen trachten te bewer
ken, dat de Buigaren niet in Konstan
tinopel zullen kooien, omdat men nog
altijd vreest voor ernstige ongere
geldheden en wraakplannen tegen de
Christenen in Konstantinopel.
Adrian o.pel gevallen?
Er komt weer een gerucht, dat de
vesting zich met 50.000 Turken aan
do Bulgaren heeft overgegeven.
Turkije spreekt dit gerucht evenwel
officieel tegen.
Uit Mocstafa Pasja werd te voren
geseind, dat de val van Adrianopel
spoedig verwacht kon worden. Wel
hebben de onderhandelingen nog geen
definitief resultaat gehad, maar se
dert de Buigaren na het afslaan van
den laatsteu giooten aanval een domi-
neexende positie op de N. W. zijde
van Adrianopel in bezit genomen heb
ben. is elke verdere vei dedigingspo-
ging der Turken nutteloos.
AndereBulgaarsche
successen.
De Bulgaren hebben Drama, Demo-
tika en Sof li bezet en rukken nu op
naar Kavala.
DE SERVIëRS.
Dat de Servische legers bij de
krijgsojierutien na den val van Uesk-
joeb op een zeer hardnekkigen weer
stand der Turken zijn gestooten blijkt
duidelijk uit de laatste berichten uit
het hoof<Lkwartier te Ueskjoeb.
Tn deze berichten Wórdt' medege
deeld. dat de Turksche troepen na die
ontruiming van de Oud-Servische
hoofdstad van Kuprili werden verdre
ven en toen terugtrokken in de rich
ting van Tetoro en Gostivar, waar zij
evenwel zich hun vei-volgers in den
weg stelden en een hardnekkigen
strijd leverden.
Vooral de verdediging der Turksche
stellingen bij Dibra (noordwestelijk
van Gostivar) was hardnekkig.
Ten slotte slaagden de Serviërs ten
koste van hevige verliezen er in, den
vijand in overhaaste vlucht uit de
stelling te drijven.
De Turken lieten hun kanonnen in
handen der .Serviërs.
De strijd 'bij PuLe<p blijkt een der
meest verwoede gevechten te zijn,
rfioor de Serviërs .geleverd, en gelijkt
in alle opzichten op den slag bij Koe-
ma.novo. De Serviërs verlo
ren 2500 dooden en gewon
den; de T-u rk en 600 0.
Tengevolge van de moeilijkheden
van liet terrein en de onvoldoende
spoorwegverbinding Is het vervoer
der gewonden uiterst moeilijk. Hel
slagveld is nog met dooden bedekt.
De Turken ontkwamen in de rich
ting van Monastir, waar ze later ook
moesten vluchten, want ook dit is in
handen der Serviërs gevallen. Dezen
hebben ook Dojran bezet en daarbij
1000 man gevangen genomen.
DE GRIEKEN.
Bij de Inneming van Saloniki' heb
ben do Grieken 2500 Turken gevangen
genomen.
DE MONTENEGRIN EN.
hebben Djakova bezet. De Servische
artillerie hielp daarbij een handje.
Skoetari wordt nog steeds door de
Montenegrijnen belegerd.
In Griekenland wordt veel feest ge
vierd, om deze overwinning te geden
ken.
I n T u rkije.
De ministers van hinnenlaaidsche
zaken en marine, de waarnemende
chef van den generalen staf en twee
generaals zijn van het ooi-logstooneel
alhier aangekomen en hebben den
ministerraad rapport uitgebracht
over den toestand van het leger.
Ongeregeldheden.
Te Silivri aan de Zee van Marmora
zijn ongeregeldheden uitgebroken, na
dat de autoriteiten, gevlucht waren.
Vier Grieken, drie Armeniërs en
drie Israëlieten werden gedood, ter
wijl bovendien een groot aantal per
sonen werden gekwetst.
2500 0 gewonden.
In Kon slant i nopal zijn thans 25000
gewonden. Ook iu Sofia, Belgrado,
Ceitinje en Athene zijn er vele dui
zenden.
Cholera.
Onder de vluchtelingen van Silivia
in Konstantinopel gekomen zijn dxie
gevallen van cholera voorgekomen.
O pgewondenheid
in I n d i
Uit'-Lucknow wordt aain de „Ti
mes" geseind, dat. er opgewondenheid
heerscht ander die Mohammedanen in
Britsch-Ipdië, omdat zij in den oorlog
te geil Turkije een oorlog tegen den
Islam zien.
Allerlei.
De presidentsverkiezing
in de Ver een. Staten.
Eerst thans zijn de juiste cijfers be
kend. Dr. Wilson, de gekozen presi
dent, verkreeg 6.192.000 stemmen.
Tolt 3.537.000 en Roosevelt 4.191.000.
Het Belgische defensie
wezen.
De Katholieke dagbladen melden
(volgens de „Tel."),, dat de koning
den afgevaardigde Paul Segers de
portefeuille aanbood van het nieuwe
ministerie voor Marine en Handel.
"Segers heeft de portefeuille aan
vaard en zijn benoeming zal weldra
in de „Moniteur" verschijnen.
De „Soir" meldt, dat de minister
raad een ontwerp vastgesteld heeft
betreffende de reorganisatie van het
leger, dat gebaseerd zal zijn op per
soonlijken dienstplicht.
De Italianen in Tripolis.
Men meldt uit Tripolis aan de Tel.,
dat fcot den Ssten November 10.404 in
boorlingen zijn teruggekeerd. 3106
personen leverden de wapenen in.
Ook te Misurata hebben velen z'.ch
onderworpen.
Politieke onlusten in
Brazilië.
Ui't. Rio de Janeiro wordt aan de
Tie. gc-seind:
Het gerucht loopt, dat in de hoofd
stad van den staat Ceara erusiige ge
beurtenissen plaats grepen, die 'het
gevolg zouden zijn van pol-tidke .par
tijtwisten. Men verzekert, dat de hui
zen en fabrieken, die toebehooren aan
TWEEDE BLAD
Haandag 11 Hovember 1912
Buitenlandscb Overzicht
Pe B&Skankrijg en '4 ge
vaat" voor een
Europeeschen oortog.
„Welnu, wat zegt ge nu van cms
la veertien dagen hébben de kleine
Bal kaïi-sta ten den kolossus vernietigd
en bet vervloekte ras uil Europa ge
jaagd, dut sedeit vijf eeuwen het land
vervulde met moorden en wreedhe
den. Europa, verbaasd en ontsteld,
kan er nog niet over uit, hoe die klei
ne staten zich hebben ontworsteld
aan zijn voogdij en dat zij zelf hunne
rekeningen hebben vereffend met
den eeuwen-ouden vijand. Maar er is
nojg gerechtigheid in deze wereld, en
het schouwspel, dat zij thans bieden
aan de beschaafde wereld is, dat de
moreele kracht der volken zoowel als
ivari de individuen sterker is dan de
brutale macht."
Zoo is het begin van een schrijven
bit Athene aan 't „ILbld.". De ©eest,
die er uit spreekt, vertolkt wel juist,
wat den Balkan-volken bezielt.
De correspondent van do „Daily
Telegraph" geeft een overzicht van de
plannen der Bal k au
xin scnrijxi
„De verdediging van Turkije zal, als
tij tot stand komt, slechts de voorloo-
per zijn van een Slavische expansie
in Zuid-Oost Europa. De Balkan-Sla
ven denken aaai de stichting van een
groiot Slavisch rijk, of een federatie
van Staten, gevormd door de volken
die do Slavische talen spreken en lot
het Slavische ras belmoren, en dat
zich eenmaal zal moeten uitstrekken
van Istria in Oosten rij k-Hongarije tot
de Aegoïsehe Zee en van de Adriati-
sclxe Zee tot de Zwarte Zee. Dit uit
gestrekte gebied, zoo zegt men,
wordt bewoond door het Slavische
volk, eenzelfde taal sprekend en de
zelfde idealen en ti'aditiën koesterend.
En de droom van dit volk is een Sla
visch Rijk van veertig it vijftig mil-
lioen zielen, vrij van de voogdij van
Rusland. Oostenrijk-Hongarijo of een
andere mogendheid.
Elke Slaaf die uien spreekt geeft dit
Streven loe en beschouwt de tegen
woordige successen slechts als de
eerste slappen tot zijn vexwezenlij-
kiiig. Zij erkennen dat het einddoel
nog xn langen stijd met kan worden
bereikt, maar ze gelooven vast, dat
de dag van de bereiking toch eenmaal
zal komen. Zij wijzen dan op de bevol
king van 26 millioen van hetzelfde
ras, ten noorden van den Donau wo
nend en zeggen, dat te «eniger tijd
ook deze allen tot een vrij Slavisch
verbond zuilen moeten böliooren.
Ik geloof, dat de toekomstige gie-
beurleuissen zullen bewijzen, dat
Europa thans getuige is van de ge
boorte van een nieuw Rijk, dat nog
eenmaal een machtige plaats onder
de mogendheden der wereld zal inne
men."
Aldus de correspondent, wiens me-
dedeelixigeu een nader inzicht geven
in de houding van Oostenrijk-Honga-
riire
Een Servische minister heeft een
belangrijke verMaiing afgelegd. Hij
zei, dat Servië met belangstelling de
bemiddeling der mogendheden volgt,
althans voor zoover die ten deel heb
ben Turkije en de Balkanstaten sa
men te brengen opdat die dan kun
nen onderhandelen.
De Balkanstaten eischen
de ver dee ling van Euro-
peesch Turk ij e, want dat is nu
bijna geheel bezet. In hooldzauk zijn
de Balkanstaten 'i ever de verdeeling
eens, alleen over Saloniki moet nog
een beslissing genomen worden. W a t
met Konstantiiiopel en de
Dar da nellen gedaan moet
worden, zal aan deEuro-
pecsche mogendheden over
gelaten worden. De Balkan-
stalen zijn tegen eeu autonomie voor
Albanië, dat zou toch maar moeilijk
heden in do toekomst geven. Servië
is vastbesloten zijn rech
ten op Albanië te doen gel
den.
Deze laatste verzekering is belang
rijk, omdat Oostenrijk-Hougarije zich
daarbij zeker biet zal neerleggen.
Men weet, dat Duitschland en Italië
zich achter Oostenrij k-Hongarije
scharen.
De andere mogendheden Frank-j
J-iik. Engeland en Rusland doen j
dit ..natuurlijk" niet, al zou 't alleen
Feuilleton
(Naar het Fr an ach).
11)
Maar, vader, opperdo Victoire
verlegen, zou de ongelukkige jonge
man geen andere reden voor zijn
vei trek gehad kunnen hebben dan
lafhartigheid? Waarom zou u hem
zoo slecht beoordeelen, u die hem
vroeger zoozeer waardeerde? Waarom
zou hij niet als excuus kunnen aan
voeren, dat het hem onmogelijk was,
ja, dat het hem zelfs tot eer strek
te?
Bah! als er zoo'n excuus be
stond, zou hij ziclx dan niet haasten,
liet te laten gelden?
Maar als hij dat nu eens niet
kan? Als belangen, die hem heilig
zijn, hem verplichten te zwijgen?
O, vader! ging het jonge meisje
met bevende stern en vochtige oogen
voort, ge zoudt niet aarzelen
Zij zweeg verschrikt, oxndut zij zich
bijna had versproken. Marin vestigde
een doordx-ingenden blik op zijri doch
ter.
Wat drommel! Victoire, moet je
pij «en lesje geven? Welk groot ge
heim is dat dan, dat je op het hart
schijnt te drukken. Zou er dan nog
eenige betrekking bestaan tusschen
e.en man, dien ik wegens ongehoor
zaamheid tegen de wet gedwongen
ben te vervolgen, en mijn eigen doch
ter? Kom. spreek op, ik wil liet!
Maar als Victoire al eenige nei
ging tot vertrouwen had gehad, door
deze toornige gestrengheid werd die
plotseling weer verdreven. Haar tróts
werd opgewekt door haar vaders ge
biedenden toon, waaraan zij niet ge
woon was.
Zij hief het hoofd weer op en zei
op flinken toon:
Ik weet niets, vader. Bedenk ech
ter wel dat ge eens betreuren zult,
zooveel gestrengheid te hébben be
toond tegenover een ongelukkige, die
uw medelijden verdientWat mij
betreft, ik heb niet dezelfde plichten;
gij zult het mij wel vergeven, dat ik
toegevender hen.
En zij ging naar haar kamer, die
zij afsloot.
Wat een hoofdI wat een hoofd 1
bromde de brigadier, toen hij alleen
gebleven was; precies haar moeder...
De arme Catherine, mijn overleden
vrouw, was ook moeilijk te regeeren I
Ik moest mij al sterk bedriegen of de
kleine 6lijfkop broeit over iets ten
gunste van haar minnaar. Toen zij
mij verliet, had zij opengesperde
neusgaten evenals een veulen, dat de
lucht van het eerste voer opsnuift...
liet is goedl wij zullen haar van na-
hij bewaken.
Maar dit beslxxit was gemakkelijker
te nemen dan uit te voeren. De plich
ten van den dienst noodzaakten den
brigadier voortdurend buiten te zijn
en zijn dochter bleef noodwendig ge
heele dagen aan zichzelf overgelaten.
Er was echter iemand, die zonder
daartoe aangezocht te zijn, zich belast
had met het bespieden der wegeu van
mejuffrouw Marin. Eens op een
avondtoen de brigadier zich na een
vermoedenden dag naar zijn kamer
begeven had, zag hij Labourot op ge
heimzinnige wijze binnentreden, dia
heel behoedzaam en met veel omhaal
van woorden zijn chef meedeelde, dat
juffrouw Victoire dien morgen zelf
een bezoek op de Kraan had ge
bracht, en er volle twee uur gebleven
was.
In plaats van den gelegenheids-
spiou te bedanken, toonde Marin zich
zeer ontstemd over dezen stap.
Mijnheer Labourot, zei hij op
korten toon, dien hij alleen gebruikte
als hij in dienst was, uw plicht is het
inlichtingen in te winnen in den
dienst van de Regeering; dat is heel
goed, maar niemand heeft u opgedra
gen zo te nemen ter wille van mijn
familie. Als ik behoefte heb aan uw
goede diensten, zal ik er u wel om
vragenj tot dien tijd stel ik er u vrij
van.
En Labourot kon met dit antwoord
afdruipen, overtuigd dat zijn chef hee-
lemaal geen rekening zou houdexx
met zijn raad.
Toch sloeg hij de plank heelemaal
mjs; Marin had den ernst begrepen
van hetgeen zijn dochter gedaan
moest hebben, en hij was besloten het
bericht van Labourot ter harte te ne
men.
Eens op een avond (het was om
streeks twee maanden na het ver
dwijnen van Leonard), kondigde Ma
rin in tegenwoordigheid van Victoire
aan, dat hij ter wille van den dienst
vóór het aanbreken van den dug met
een der mannen van de brigade, dien
hij noemde, zou vertrekken. Maar
op het genoemde uur, gaf hij zijn
paard aan Cabuch£rd. dien hij in
zijn plaats liet vertrekken. Hij bleef
dus alleen thuis met Victoire, die
daarvan niets wist en zich absoluut
als meesteres van haar eigen daden
moest beschouwen.
Sinds het aanbreken van den dag
was bet jonge meisje op de been. Na
het huis doorgeloopen te hébben,
meer uit gewoonte dan uit werkelijke
vrooiijklxeid zingend, ging zij den
paardenstal binnen. Toen zij daar
het paard vaxx haar vader niet zag,
twijfelde, zij geen oogenblik meer of
Marin was werkelijk met de rest van
den troep naar buiten gegaan en zij
ging snel weer naar kamertje terug.
In. vijf minuten tijds had zij beval
lig toilet gemaakt. Zij dróóg een 'ja
de 'familie Van den oud-president No-'
gueira Accloty, Ln brand gestoken
zijn. Verscheidene afgevaardigden
werden door het gepeupel mishan
deld. Vele families verlaten de stad,
waar volledige anarchie heerscht.
Binnenland
UIT DE STAATSCOURANT.
Bij Kon. besluit is benoemd tot ee-
cretaiis van den armenraad te 's-
Graven.ha.ge, A. Folmer, adj.-secr.
van de Staatscommissie over de werk
loosheid, aldaar.
Zijn opnieuw benoemd, mot log.
van 1 Jan., tot schoolopziener in het
arr. Zierilksee, H. Slot, te Zieriksev-,
en in liet aiT. Winschoten, J. A. War-
tena, te Groningen.
Is- aan dr. H. Slijper, Bolsward,
met Ing. van 1 Fetor., op verzoek, eer
vol ontslag verleend als leeraar aan
de Rijkszuivelschool aid., onder intr.
van zijne benoeming tot leeraar aan
de Middelh. Kol. Landbouwschool te
Deventer; en is voor het tijdvak van
7 Nov. 1912 tot en met 28 Febr. 1913
benoemd tot leeraar aan de Mlddelb.
Kol. Landbouwschool te Deventer.
A. M. Valeton, aldaar.
Is toegekend de aan de orde van
Oranje-N ossau verbonden eeneme-
daillo in zilver, aan J. W. Hofstede,
8ecr.-penn. van de Typogr.-ver. „Broe
derhulp", te 'Nijmegen, wonende te
Neerbosch.
Is do O.-I. ambt. met verlof, dr. M.
J. van der Meer, laatst, leeraar in
de Dn.tsche taal bij de Kon. Wilhel-
minaschool te Batavia, op verzoek,
wegens physieke ongeschiktheid, ge
rekend v/m. 1 Oct. eervol uit 'e lands
dienst ontslagen, onder toekenning
van pensioen.
Is met ing. van 1 Dec., aan den
ritmeester A. L. van Harden Kuv-
per, 4e reg. huz., op verzoek, eervol
ontslag uit den mil. dienst verleend:
en zijn benoemd: a. ibij de inf., bij liet
3de reg., tót kapt. de le lu't. P. K. M.
O. Gude, van het 4de reg.; b. «net
ing. van 24 Nov., bij de art., bij den
staf, tot majoor-magaizijnm. de ikapl.-
magazijnra. N. C. K. Lasonder, en J
van Gruting, beiden van dien stof,
ondersch. te Woerden en te Naonden.
Is eervol ontslag verleend uit hun
ne betr. bij het personeel van den ge-
neesk dienst der landmacht: lc. te
rekenen van 27 Sept. aan den res.-off.
v. gez. 2de kl. C. Koelers van Lennep,
als zoodanig, gerekend van 27 Sept.
1907, voor den tijd van 5 jaren be
noemd; 2e. met ing. van 23 Nov., op
aanvrage, aan den res.-off. van gez.
2de kl. J. K. Weygers, als zooda
nig, gerekend van 23 Nov. 1907, voor
den tijd van 5 jaren benoemd; 3e. met
ing. van 7 Dee., bp aanvrage, aan den
res.-off. van goz. 2de L. Pel, als zoo
danig, gerekend van .7 Dec. 19j7, voor
den'tijd van 5 jaren benoemd; 4e. met
ing. van 14 Dec., op aanvrage, den
res.-officier van gez. 2de kl. M, R,
Heynshis van den Berg, als zoodan g,
gerekend van 14 Dec. 1907, voor den
tijd van 5 jaTen benoemd.
Is de off. v. gez. 2de kl. van liet
leger in Ned.-Ixidië J. H. M. Ellis, met
ing. van 10 Dec., wegens ziekte ont
heven van den verderen duur zijner
detachesring bij de landmacht in W.-
Indië,
VEREENIG ING TEGEN DE KWAK
ZALVERIJ.
Men meldt ons u't Amsterdam:
Zaterdagmiddag is al hief do alge-
meene vergadering gehouden van de
Vereeniging tegen do kwakzalverij.
In zijn opciiirgsrede zeide de voor
zitter Mr. P. W. de Koning, dal het
bestuur gemeend heeft tegen de re
clame voor de granuline, stelling te
moeten nemen, een middel door een
dokter uitgevonden, toén door hem
in een N. V. ingebracht, en sindsdien
met alle bewustheid op de wijze der
kwakzalverij aanbevolen, zonder vrij
staand wetenschappelijk onderzoek,
zonder voldoende onderzoek van de
zijde der ingewijden, als een geheim
middel, en dat tegen de tering.
Zulks acht de voorzitter zeer treu
rig en zeer bedenkelijk. Er is een
soort van adat onder geneeskundigen
dat de vruQliten van hun onderzoek
gemeen goed zullen zijn, doch ook al
leen dan, wanneer ten volste onder
zocht is. Tegen deze twee eerste be
ginselen van de geneeskundige'eer is
hier gezondigd. Spr. herhaalde hier
nog eens dat zelfs ai ware de uitvin
der te'goeder trouw, dan nog de wij
ze waarop strenge afkeuring ver
dient. Want zoo eenige adat in eeni-
pon van lichte stof maar van donke
re kleur, die zij zelf gemaakt had en
waarop een dame uit de siad ja-
loei'sch had kunnen zijn wegens de
elegante coupe. Zij had op haar
hoofd een van die aardige stroohoc-
den gezet, die door de vrouwen uit
Morvan gedragen worden, en die
meer een versiering <lan een hoofd
deksel zijn. Zoo gekleed mei grijze
schoenen en een eenvoudige zwarte
ceintuur, zog mejuffrouw Marin er
half als boerin, half als dame uit.
hetgeen aan haar van nature .strenge
schoonheid iets levendigs gaf..
Tenslotte hing zij een aardige
mand van gekleurde teen en aan
haar arm als om zich een houding te
geven, zich zonder gerucht te ma
ken de trap af en stak behoedzaam
het plein over om den weg naar de
Kraan in te slaan.
Toen zij den lioek oin was en het
laatste huis van Fleury achter zich
gelaten had, maakte haar vader, die
haar uit een venster had zitten
gadeslaan, zich gereed haar te vol-
- n. Zonder eenige verandering in
zijn morgentoilet te brengen, zonder
eeu enkel wapen mee te nemen, ging
de brigadier op zijn beurt de trap
af, sloot de deur van het huis en be
gon dezelfde richting" te volgen.
De zon" begon al meer en meer
kracht te krijgen en kondigde een van
de warmste dagen van het seizoen
aan. Bovendien naderde de tij'd'van
gen stand, in he.' algemeen belang
der xnenschhefd is, dan is het deze.
Ln de tweede plaats een zeer verbliji
dend verschijnsel. Do regeering heeft
tot tweemaal toe in de Staatscourant
togen eene uiting en onderneming
van desn kwakzalversgeest gewaar
schuwd en merkwaardig genoeg, in
beide gevallen waar het de doofheid
betrof. Werkelijk hoogst, hoogst be
vredigend En terecht heeft de regee
rt ng het gehoor ln de eerste plaats be
schermd, waarschijnlijk uitgaande
van de gedachte dat warinec-r de doof
heid in alle vormen, ook in rc^eeren-
de kringen geëh>digd zal zijn en men
altijd zal kunnen en willen luisteren
naar de stem van wetenschap en er
varing, wel hot grootste bezwaar ln
onzen strijd zal zijn opgeheven. Dat
dan de regeerende macht met ons den
strijd zal aanbinden en doen wat wij
niet vermogen, dat staat bij ons vast.
Maar thans reeds onzen dank namens
hen die bij de waarschuwing bant
vonden, en nog meer namens ons zei
ven voor het bemoedigend antece
dent.
Tenslotte wees de voorzitter op het
succes dat de Vereeniging had van
haar bemoeiixgen, toen een der zeer
groote kwakzalvers in het afgeloopen
jaar ons land do eer van zijn bezoek
heeft aangedaan. Met tevredenheid
kan op deze pogingen teruggezien
worden. De piilsacon heeft hier geen
ingang gevonden en een tweede Se-
quah werd Macau ra hier niet. Zoo op
gezette tijden komen zij als planeten
onzen ki-ing doorzwerven en verdwij
nen weer spoorloos. De ziekten, dio
zij heeten te verdrijven blijven helaas.
Inderdaad, het is niet met marktge
schreeuw en humbug dat het mensch
dom geholpen kan worden en niet
met eindelooze advertenties en por
tretten driemaal levensgroot. Dn het
Is heel verblijdend dat het groote pu
bliek daarvoor nu eens niet bezweken
is, want de menschelijke natuur
schijnt daartoe te leiden.
In het jaarverslag van den secre
taris wordt herinnerd aan het dertig
jarig bestaan van de Vereeniging en
aan den strijd tegen den Gronauschen
Knochensetzer.
Met voldoening wordt vastgesteld
dat de organen der overheid, die
daartoe zijn aangewezen, meer dan
vroeger den strijd tegen de kwakzal
verij aanbinden. Bij de Justitie, zoo
wel als bij de gezondheidscommissies,
is in dit ogzicht meerdere en blijvende
werkzaamheid te bespeuren.
Verschillende nieuwe geheimmidde
len werden onderzocht.
Het ledental steeg van 737 tot 801.
Blijkens de rekening en verantwoor
ding over 1911 bedroeg bet batig sal
do 1594,21.
Het jaarverslag zoowel als do finan-
cieele verantwoording werden goed
gekeurd.
Tot bestuursleden werden herko
zen de beeren mr. J. L. F. Bohtlingk
te Rotterdam; dr. G. Romijn te 's-Her-
togenbosch en E. J. Abrahams, arts
te Axns-terdam.
WERKWILLIGEN VERVOERD PER
GEMEENTETRAM.
„Dé Gemeente-arbeider" meldt, dat
met de Amsterdainsche gemeentetram
lingerie-werksters, die bij de confec-
tiestaking als werkwilligen dienst
dóen, per tram vervoerd worden. An
dere passagiers worden in deze trams
niet toegelaten.
De federatie van gemeentewerk]^
den heeft tegen deze handeling gepro
testeerd, maar ortving van de direc
tie ten antwoord, dat de tram tegen
't vast tarief worden afgehuurd en het
buiten den weg der tramdirectie ligt
te vragen wie met die gehuurde trams
vervoerd worden.
EEN SCHOT.
In de Van Woustraat te Amsterdam
heeft in dan nacht een koffiehuishou
der uit de Frans Halsstraat een re
volverschot gelost op een reiziger; do
kogel bleef in de Jas van den laatste
steken, en veroorzaakte slechts een
gaatje. De oorzaak van dezen aan
slag was, dat de koffiehuishouder
vermoedde, dat de reiziger betrekkin
gen met zijn vrouw onderhield. Do
dader werd overgebracht naar het
politiebureau.
HET PARKSCHOUWBURG-TER
REIN TE AMSTERDAM.
Naar de „Maasbode" verneemt, 19
bij het Gemeentebestuur een aanvraag
ingekomen van de directie van het
circus Schumann om op het terrein,
waar tot vóór korten tijd nog de ruïne
van den Parkschouwburg stond, een
vast circus-gebouw te mogen oprich
ten. Het gebouw zou gedeeltelijk in
steen, gedeeltelijk in hout worden op
getrokken en slechts een tijdelijk ka
rakter dragen.
't Hbld. kan hieraan toevoegen, dat
er bij het Gemeentebestuur bezwaren
bestaan, om op deze aanvraag een
gunstige beschikking te geven.
Zie vervolg Binnenland op pagina
S, Tweede Blad.
den oogst, en overal zag men aller
lei mensctien, die naar het werk op
hun akkei's gingen. Het bracht dus
heelemaal geen moeilijkheden mee
voor "t jonge meisje om zoo in den om
trek van het dorp te wandelen. Bo
vendien was men in deze streek ge
woon aan de onafhankelijke manie
ren van mejuffrouw Marin; iedereen
kende haar en de autoriteit van haar
vader maakte op do stoutmoedigsteu
grooten indruk, zonder er van te spre
ken, dat Victoire zeli met haar trotsclx
uiterlijk, haar onafhankelijke manie
ren, de vrouw niet scheen met wie te
spotten viel. Ook namen allen den
hoed voor haar af. iedere man zei
haar vriendelijk goeden dag; en toen
de voorbijgangers, na haar beleefd
gegroet lc hébben, bij een bocht van
den weg. den brigadier Marin zelf
tegenkwamen, wenschten zij zich ge
luk met het feit dat zij zoo binnen do
grenzen van een diepen eerbied ge
bleven waren.
Het zou Marin niet moeilijk geval
len zijn, zijn dochter in te halen, dio
haastig voortliep, maar één gedachte
hield hem daarvan terug. De wande
ling van Victoire kon het doel wel
eens niet hebben, dat hij veronder
stelde. Aan den voet van den heuvel
stond eon kleine boerenwoning, be
woond door een ouden boer met zijn
vrouw, een Philemon en Baucis uit
Morvandeau, die Victoire dikwijls ba-
zócht oiii zich er te laten tracleoren