Haarlems Dagblad DE WEERSPANNIGE TWEEDE BLAD Dinsdag 12 Norember 1912 OM ONS HEEN No. 1615 Keur ofta gebodtreglster. Is het niet min of meer van pas, om op den dag dat een nieuwe burgemees ter geïnstalleerd wordt, een overzicht to geven van de verordeningen, die een ambtsvoorganger in vroeger eeuwen uitvaardigde en moest trachten uit te voeren Want klagen we tegenwoordig over te veel wetten, weleer ontbrak het aan keuren even min en het gedurig herhalen van som mige geeft te denken, dat do burgerij zich niet aan alle stoorde. De magistraat van toen was nog lang niet zoo gespecialiseerd als die van tegenwoordig liet boekje van Mr. A. J. Enschedé index op keur- en gebodsregisters geeft een bonte men geling van administratieve en justi- tieele zaken. Zoo lezen wij vlak onder elkander, dat Hendrik de Milt en Pe- tronella Aelberts gescheiden zijn, Evert van Stavoren onder curateele is gesteld en dat Jan Sterrevelt, alias Stnolsehaef, wordt „ingedaegt over de begane manslag aeu Isak Aelberts." Dat ging in diei tijd {we spreken van 168C) zoo toe een. booswicht werd. in gedaagd om voor de heeren van den gerechte te verschijnen en kwam hij niet, dan konden de heeren er ook weinig aan doen, omdat eenheid van rechtspleging niet bestond en de boos wichten dus warneer ze in de eene stad een misdrijf hadden begaan,, ta melijk veilig wnren in een andere. Jan Sterrevelt laat zich dan ook rus tig indagen en komt niet, hetgeen blijkt uit ,de tweede citatie" van sin jeur op 8 April. 1-Iij blijft weg. Derde indaging op 30 April, alweer zonder baat alias Stootsehaef is allerminst nieuwsgierig naar 't oordeel van de heeren. Maar de magistratuur geeft het nog niet op. Op 21 December volgt vierde indaging of citatie esuperabon- dant (ten overvloede) en daarmee loopt het geval af. Althans ik vind niet, dat er een premie op zijn aan houding gesteld is. waarmee anders de autoriteiten in die dagen nog al scheutig waren. Den lCden Januari 1688 wordt een premie gesteld van 500 (voor die dagen veel hooger som dan tegenwoordig) voor ieder „die weet aan te brengen dat se in „hechtenis geraken, iemandt van „de personen, die haar generen „met do luyden, des nvonts langs „slraet gaende, te snyden in de „lïjfkleederer- en deselven mislian- delen." Ziel hier voorgangers van den ge- heimzinnigen bandiet, dié later vrou wen en meisjes wreedaardig ver moordde en Jack the Ripper genoemd werd. Alles schon dagewesen. Niets nieuws onder de zon Dat mogen, tot hun troost, onze. medeburgers bedenken, die klagen over de baldadigheid van de jeugd en er zekér van zijn, dat het in den goeden, ouden tijd nooit zoo erg geweest is. Op 16 Oct. 1686 is er een verbod uitgevaardigd van „samen- loopingen en samenrottingen der jon gens, item het schieten met pistolen, klapbussen, sleutels, het aensteken van klappers of eenige vuerwerken van buskruit of ar.dere moetwil te bedrijven". Diezelfde verordening wordt een half jaar later, 27 April1 1689, nog eens afgekondigd, vier jaar later, 27 Maart 1693, wordt een „waarschouwing" gegeven .tegen bijeenkomsten, versamelingen endo 't Bamenrottingen van jongens en 6 April 1717 volgt een „waarschouwing tegen de insolentièn en baldadigheid van de straetjeugd". Het gaat dus on veranderd zoo door Precies als in on- ten tijd, nu er geklaagd wordt over Bchieten in 't Florapark, gooien van _r e ei i 11 et o n (Naar het F r a u s c h). 121 Moeder Bouvet, vroeg zij een maal, terwijl zij bleef slaan om uit te blazen, zijn wij nu nog ver van de plek, wuar Léonard zich verborgen houdt De wandeling is zoo bijzonder vermoeiend Mijn kinderen, mijn man en ik doen haar toch nicer dan ééns per dag, antwoordde Marguerite op eenigszins scherpen toon. Zou je dan willen, dat je vader en zijn gendar men te paard bjj mijn armen jongen zouden kunnen komen Hot zou ge makkelijker voor heu en gevaarlijker voor hem zijn. Toen zij zag, dat het harde van haar Woorden een wolk op het voorhoofd van liet jonge meisje te voorschijn ge roepen had, voegde zij er dadelijk aan toe Vergeef mij, Victoireik weet, dat je goed bent es Léonard liefhebt. Maar je hebt mij door je woorden van fcooeven onaangenaam gestemd.... en als men verdriet heeft, ts men wel eens on recht v aardig. vuurwerlc op tramrails en zelfs fn hüï- zen, in de politieverordening een be paling gemaakt is moeten worden te gen het zitten in vensterbanken en schrijver dezes, Zondagavond in den regen rustig de Groote Houtstraat doorstappende, opeens een vrouw- mensch tegenover zich zag, dat hem toeschreeuwde „daar hè je m'n oome Hein I dag oome, hoe gaat het uwe Haar begeleiders waren nuchterder en dus wijzer er. trokken haar mee en „oome Hein' ging verwonderd verder. En klagen we over gebrek aan vrij heid, een kijkje naar de omstandighe den waarónder onze voorouders leef den, brengt allicht genezing aan. Ne- ringeii en bedrijven lagen als in ban den van ijzer, aan de beoefenaars was precies voorgeschreven wat ze doen mochten en wat niet en toen in <iê ver worpen Bakkerswet aan de kleine pa troons het 's nachts bakken verboden werd, klonk dat als een herinnering aan de maatregelen uit de zeventien de en achttiende eeuw. De heeren op 't Stadhuis strooiden bevelen en ver boden rond, alsof 't pepernoten waren. ..Verbod aan molenaars, om varkens, gansen, schapen, hoenderen, eenden of duiven te houden" vaardigt de vroedschap dei 4den Maart 1721 uit. Neen waarlijk, onze vrijheid van be weging is nu heelwat grooter, dan in de dagen van weleer. Ik wil daarmee niet zeggen, dat er ook niet wel eens gemoedelijkheid school In die gewoonte, om allés te redderen en te regelen. Er is inder daad 'iets goedigs in de mcdedeeling van 12 Februari 1491 „Een vrede ge- maekt tusschen Dirk Wornis en Jan Jacob" en er is zelfs iets zeer poëtisch in de gedachte, die tot uiting kwam in een besluit van 24 Dec. 1493 „do liooftmans geordonneert op Paesen ront te gaen en te sien of ter ook eeni ge twist is en hetselve by te leggen." Alleen lijkt hier een vergissing in den Christel ijken feestdag te bestaan het zal Kerstmis moeten geweest zijn. De bedoeling blijft natuurlijk dezelfde. Maar anders is de toon van de keu ren niet zachtaardig. En met de fo rensen wist de vroedschap raad. Niet in de beteekenïs, die wij daaraan te genwoordig hechten, maar toch in de zen zin, dat ook toen al personen de stad verlieten om aan haar belasting te ontkomen. Daar wist de overheid raad op. Zij vaardigde (28 Aug. 1493) eenvoudig de bepaling uit, dat de ver trokkenen „sullen wederom komen, op de verbeurte dat men haer goederen sal verkoopen." Voor wie wat bezaten zal de modedeeli.ng afdoend geweest izijn-.eii de anderen gingen toen, even min als nu, voor belastingen op do loop.' Soms zien die ordonnantiën in hun korte opschriften er potsierlijk uit. Ordre op het byten, of de hooft ma n .s geordonneert om te doen byten (27 Dec. 1492) klinkt moorddadig, maar heeft alleen betrekking op het brandgevaar bij ijsgang. En zelfs nam do zorg der overheid afmetingen aan, die wij de omstandigheden niet volledig kennen de sentimenteel zouden willen noe men. In 1493 althans mocht niemand „draeven met waegens, karren, paer- den door de stad en op de waegens niet (mogen) sitten, nuier daer by gaen." Wat zouden die wetgevers van de vijftiende eeuw, konden ze bij ons eens een lcijkj6 nemen, wel zeggen van de automobielen Waarschijnlijk, dat vele hedendaagsche collega's de snelheid in de kom der gemeenten dan toch maar lekkertjes op tien kilometer per.... uur hebben bepaald. Maar laat ik even terug koe ren tot het „hijten" in den zin, waaronder we dat gewoonlijk verstaan. Er moet een tijd geweest zijn, dat het aantal hon den in Haarlem te groot wei;d wat doet de overheid Zij schrijft Jeuk weg voor, 13 Juny 1509„gebod van de honden te dóen smeren én te brengen in een kuyl, op de baen daertoe ge- maekt." En dat gebeurde niet een en kelen keer, maar kwam vaker voor. Den 18den Dec. 1522 wordt kalmweg bepaald, „alle de honden door Quin- tyii van Douway doot te laelen siaen, Eindelijk bereikten zij den top van den heuvel, dien zii met zooveel moei te beklommen hadden hun uitzicht, tot nu toe begrensd door een muur van groen, kan plotseling een groot stuk blauwen hemel en een uitgestrekt landschap omvatten. Het plateau, waarop zij zich nu bevonden, vormde een soort van lichtplek, aan alle kan ten omringd met heuvels, bedekt met ondoordringbare bossclieii. In het mid den stonden indrukwekkende ruïnen, die bij een oud klooster behoord sche nen te hebben. Hier en daar bemerkt men nog half verwoeste kloostergewel ven, de van hun sieraden beroofde pilaren van do kerk. waarop geen dak meer rustte. Twee of drie afgebrok kelde groote torens getuigden, dat dit gebouw gesticht was op een tijdstip, waarop de godsdienstige gebouwen zich zelf moesten verdedigen tegen vijanden van buiten, lie binnenplaats en de omgeving van deze gebouwen lagen bezaaid me: puin en wat er overgebleven was, dreigde ook spoedig inéén te storten. Braamstruiken, brandnetels en klimop kregen daar reusachtige afmetingen, geen men- schelïjke voet scheen zich daar onge straft in dezen choes van doornige struiken van afgebrokkelde steenen, en van allerlei insecten te kunnen neerzetten. Zoo'n eenzaamheid kon geen andere bewoners hebben, dan kerkuilen, die om de suite van een der uHgesoniJcrl 8© wlrïïen, brakken oh spilweren." Winden beteekent natuur lijk hazewinden, maar wat spilweren (spihvenen staat er elders) mogen zijn, kan misschien een hondenkenner op lossen. Anders werd er voor de Baan zorg vuldig gewaakt. Telkens wordt er een besluit afgekondigd, dat er geen zo den mogen worden gestoken blijk baar vulden do ingezetenen en omwo nenden vandaar hun grasveldje wel eens aan. Eigenaardig is de vorm, waarin deze voorschriften gegoten zijn. Wij zeggen pedantelijk, dat een dubbele ontkeming een bevestiging is, maar onze vaderen zagen er blijk baar een versterking van de ontken ning in. „Verbod van geen soyen van de baan te spitten, verbod van" geen vullis in de beek te wei-pen, verbod, dat niemandt geduerende dese droogte des nachts met eenige toorsen langs straet gaen sal." 't Moet vlot gebrand hebben in d» houten huizen van dien tijd. Maar te genover maatregelen van groote voorzorg leze we van andere, die een tegenovergestelden indruk maken. 19 Maart 1519 wordt gelast, dat de schut ters in den Doelen moeten komen, om twee pond salpeter te ontvangen, om kruit te maken. Dat maken gebeurde blijkbaar niet in den Doelen zelf, zoo- als uit do bewoordingen van het be sluit kan worden afgeleid de schut ters narpeii dus den salpeter mee naar huis en maakten daar het kruit, dat zij noodig hadden of konden hebben. J. C. P. Db oorlog op het Balkan- Schiereiland. VI. Toen de Bulgaren, Serviërs en Grie ken de Turksche grenzen bereikt hadden en de vijandelijkheden aan weerszijden geopend werden met liet uitmoorden van grensplaatsen en hel begaan van wreedheden op groo te schaal, toen was op dat tijdstip aan do Montenegrij.nseh-Turksche grenzen al heel wat kruit verschoten en heel veel bloed gevloeid. Den 9en OclCber vaardigde de koning van Montenegro eene proclamatie uit, waarin iiij o a. zegt dat hij, bij het ondernemen van zïjm heilige taak, ver zekerd is van de sympathie van de heele beschaafde wereld, van heel het Servische volk en van heel het Slavi sche ras en dat hij den trouwen steun zal ontvangen van de staats hoofden van Servië, Bulgarije en Grekcnland, (die verwachting wijst op een vooraf beraamd plan tusschen de vijanden van Turkije en geeft 'groote waarde aan mijne veronder stelling dat Montenegro niet op cigea initiatief den oorlog zou 'hebben ver klaard). In die stellige verwachting waar in Montenegro niet is teleurgesteld begon do dwerg den strijd mee den Tuikschen reus. Maar Montenegro wist wel, dat die reus n et al rijn kracht Legen hem zou aanwenden, daar toch de grootst© legermacht in het Oosten van Turkije werd gecon centreerd om door de zeer dreigen de houding van Bulgarije en Servië zijne grenzen aan die zijden niet van 'troepen te ontblooten. Zooals reeds gemeld trok het Montenegrijn- sche leger in drie colonnes de gren zen over. De Noordelijke colonne op Berana aanrukkende, schijnt in op dracht gehad te hebben, de verbin ding met ret Servische leger tot stand te brengen. Uit de verscli llende be richten zoowel van Tuxksehe en als van Monteuegrijnsciie zijde, valt op te maken dat met afwisselend succes door beide partijen gevochten is en aan beide zijden zeer ernstige verlie zen te betreuren zijn. Ten slotte zijn de Montenegrijnen na een meer- daagscii govecht meester geworden van Berana \16 Oct.) De middelste co lonne, die tegen Toezi opereerde, stootte na schermutselingen met grenswachten, tegen do Turltsche ver sterking Rogam, in de nabijheid van Toezi, dat na eene hevige kanoamade door de Montenegrijnen, door deze veroverd werd. De hospitaten van Podgoritza, waar hec hoofdkwartier van den ikroonprins was gevestigd, waren overvol van de gewonden, die torens heenvloger. groene hagedissen en adders, die zich in 't zonnetje; warmden in de zwart geworden gaten on bij liet minstgerucht hun holen terugvonden over verdorde blaren. Marguerite was blijven staan, ais wilde zij aan Victoire Marin dit too- neel van verwoesting goed laten zien. Je kent zeker dit plekje wel 7 vroeg zij. Ik hen er nooit meer geweest,... Maar het zijn zeker de ruïnes van het oude klooster van St. Ltéverien, waar van men beweert, dat zij bijna ontoe gankelijk zijn... Het is hier wel een somber oord 1 En toch vindt mijn flinke jongen hier nu al bijna twee maanden lang een schuilplaats.... Deze ruines schij nen je nu somber toe op dit oogenblik bij. dezen mooien zonneschijn wat zou je er dar. wel van zeggen, als je ze op een doikeren av ona zög, ais de wind huilt en de uil krast... Maar ik ben nooit bang als ik Léonard kom op zoeken ik ga altijd alleen terug.... en bovendien wie zou een arme moeder als ik wat kvv aads willen aandoen Zoo pratend, liepen zij weer verder, ofschoon men nergens een spoor van een weg zag. Terwijl zij 'met moeite de hinderpalen ontweken, waarmee de grond als bezaaid was, dook plotseling vlak voor haar de gestalte van een inun op hij hield in zijn éene hand een houthakkersbijl, in de ander© een van het slagveld bij Toezi daarheen zijn vervoerd. Den lien October trok het Zuidelijke Montcnegrijnsche le ger de rivier Bojana over, met op dracht om den versterkten berg To- rabosj ten N.-W. van Skoetari aan t© vallen. Generaal Woekotets, die over dezo afdeeling het bevel voerde, opende 't gevecht door een bombardement op de versterkte stellingen, dat gevolgd werd door een aanval, die twee uur duurde en emdigde met de verovering van Moskowatz. Niettegenstaande do Turken een hevigen wederstand bo den, werden kort daarop alle stellin gen om Tarabosj been genomen. Ze gevierend werd het Turksche grond gebied betreden en na twee uur mor- cbeeren kampeerden do Montenegrijn- sche troepen te Lepenowats. Langs de geheele linie ruftten de Montenegrijnen zegevierend voor waarts, want overal waar zij de Tur ken ontmoesten, vonden zij deze in de minderheid. Evenwel in de buurt van Goesinje schoten zij slechts met moeite op. 14 October, werd na een, hardnekkig gevecht den berg Vxbor bij Goesiiige bezet, waarbij 4 kanon nen, en schietvoorraad in hunne han den vielen. In die 5 dagen-oorlcgvoerens heb ben de Montenegrijnen 250 dooden en 800 gewonden verloren. De meeste dooden zijn gevallen bij den strijd om Detsits en Tarabosj. In den avond van den 11 October werden zij bij een aanval in de duisternis, door de zoek lichten van het fort ontdekt en kwa men zij onder een moorddadig vuuri van de mitrailleurs der Turken. Of schoon de commandant het bevel gaf j terug te gaan, weigerden de soldaten er aan te voldoen en bleven onder een hagel van kogels voortrukken. De gebeurtenissen hierboven ver meld zijn vrij sober en zeer onvolle dig. Hoe kan dat ook andere, waar de berichten, waaruit ik toch 'hier, ver van het krijgsgewoel, mijn stor moot verzamelen, zich voortdurend tegenspreken. Zoo lees ik in een particuliere cor- recpoudcntie van 16 Oct. uit Iton- stantinopel „dat de gebeurtenissen aan de Montenegrijnsche grens geen bijzondere beteekenis hebben. In d:e streken bestond eigenlijk altijd een oorlogstoestand. De ambtelijke Mon- tenegrijnsche berichten zijn bovendien buitengewoon overdreven; eene leven dige beschieting van zwak bezetle blokhuizen heet een veldslag". Een ander bericht uit dezelfde plaats af komstig eveneens van 16 October geeft aan dat 4 Turksche bataljons bij Wranja 8000 Montenegrijnen op de vlucht joegen, bij welk gevecht 600 Montenegrijnen sneuvelden. Leest men nu de berichten afkomstig uit .Cettinje dan zijin er al minstens 10 groote veldslagen geleverd, waarin de 'Moïitehógrijnén overwinnaars ble ven. Vast schijnt te Btaan, dat op den 16en October, den dag vóór de oor logsverklaring van Turkije aan Ser vië en Bulgarije, Berana door de Montenegrijnen veroverd was, (1200 Turken krijgsgevangen en 12 stukken veldgeschut in handen der verove raars), Toezi eveneens in handen was van de Montenegrijnen en dat Skoe tari door hen was ingesloten. Eigenaardig komt ons het bericht voor, waar toch een der oorzaken voor den Balkankrijg gelegen is in het verdrukken van de Albaneezen door de Turken dat den 16en Octo ber de Albaneesche hoofden van Zuid-, Midden- en Oppcr-Alhaniö, Ka tholieken, Mohammedanen en Ortho doxen, in Elbassan vergaderd, beslo ten, dat de Albaneesche natie niet verdeeld en haar gebied niet ver kleind mag worden. Zij zal zich met geweld van wapenen tegen ieder ver zetten, die dc integriteit van hun land wil aantasten. Deze motie zou zijn toegezonden aan de mogendheden. Als dal bericht werkelijk waarheid beval, dan zou men nog het schouw spel kunnen beleven, dal de Albanee zen geheel op zich zelf, nog een rob bertje gingen vechten met Montene grijnen of Serviers. In dat ongeregel de Balkan-huishouden kan men de zonderlingste dingen zien gebeuren. Met een enkel woord wil ik nog mijn indruk weergeven van den toestand van de Montenegrijnsche troepen na bun 8-daagsche campagne. Naar mijn meening is het aantal slachtoffers veel grooter dan dc geflatteerde ambtelijke berichteii uit Cettiuje aangeven. Door gebrek aau treinen en goede ver keerswegen is het met de approvian deering van dc troepen waarschijn lijk allertreurigst gesteld en er zul- geweer, dal hij achter een hoop tak ken neerwierp, toen hij de beide vrou wen hei-kende. Het was vader Bouvet in zijn werkpak met den groeten hoed iu de oogen gedrukt op het hoofd. Hij vestigde een doordringenden blik op de beide vrouwen. at baal je toch in je hoofd, Mar- guérite? zei hij op hardon toon, zon der Victoire te groeten is dat nu ver standig om iemand hierheen mee te brengen Bedaar maar, man, antwoordde de moeder van Leonard, terwijl zij hem een blik van verstandhouding toewierp h ij wil hot zelf zoo... hij heeft alle vertrouwen in haar, en wij moeten hem nu zijn zin geven 1 Hem zijn zin geven en waarom als hij blind is Je zult zien, dat liét- verkeerd afloopt... dat meisje is van geen goed ras. en zij heeft hem toch1 al ongeluk aangebracht! Bij dezé nieuwe vernedering steeg Victoire het bloed naar hel hoofd. Trek ie maar niets aan van het geen hij zegt, antwoordde Margueri te, want bij is niet verstandig, maar hij houdt zooveel van onzen Leo nard En jij, Bouvet, jij hebt on gelijk, ik weet zeker, dat je ongelijk hebt ten opzichte van dit goede meisje. Zij. praatte nog eenige oogenblikken op zachtcn toon met haar voort, als wilde zij haar overhalen die vijan de len na den lGcn Oct. wel eenfgc clagen 1 van rust zijn ingetreden, om de uitge putte troepen eenigszins op hun ver haal tc laten komen en orn de verlo ren gegane legerverbanden te herstel len. Deze onderstelling is hoofdzake lijk gegrond op het bericht dat het oorspronkelijk plan van koning Nïco- laas om Skoetari door een snellen marsch van twee zijden met de colon nes van den kroonprins Danilo en van generaal Martinowitz aan te val len en te nemen, als mislukt be schouwd moet worden, daar de veree- niging van beide colonnes voorloopig, ten minste, onuitvoerbaar is. Duidt dit bericht niet op uitputting? Zoo ook 't bericht dat de zware verliezen voor Tarabosj den generaal Marti nowitz gedwongen hebben eenigerust aan zijn vermoeide troepen te gun- Waar ik hierboven sprak van de vreemde houding van de Albaneezen, behoeft het nu geen verwondering te wekken, dat groote afdeelingen uit den Albanceschen stam Kastrati, die eerst aan de zijde der Montenegrijnen tegen de Turken vochten, zich nu bij de oprukkende Turksche troepen heb ben aangesloten. De Turken, die de Montenegrijnen het hoofd boden, on der Essard pasja, verkregen den 19en October versterking van infanterie met machinegeweren en ongeveer 15000 Albaneezen. Als slot van dit artikel, geef ik nog een bericht, dnl indien het waarheid bevat, mijn wantrouwen in de hou ding dor Albaneezen nog versterkt, en een eigenaardig licht op die heeren werpt. Dat bericht luidt: In het hotel Pera Palaco heeft het hoofd der Al baneezen AU Kemal Bei, een deftige oude heer met grijzen baarden zwarte gekleedo jas, zijn intrek genomen; hij onderhandelt met de regeering. Als de regeering geven wil, wat AU verlangt (en dat is zeker niet weinig) dan zullen ook de Christen, let wel, de Christen Malissoren, die thans aan de zijde van de Montenegrijnen strij den, dezen verlaten en hun in de flank vallen. ,C. J. A. KRUIJT. Buitenlandse!! Overzicht O® Balkankrijg en 't ge vaar voor een Europeeschen oorlog. 't Gon.t in het Oosten steeds meer spannen 1 Niet zoozeer in den oorlog, want nu de Turken reeds zoo geweldig klop gekregen hebben, is het lieel duide lijk, dat de Balkao-staten als over winnaars uit het strijdperk treden. Maar de spanning zit in de houding van Europa. Wat zullen de mogendheden doen? Zullen ze de kleine BaJkan-staten toe laten. Europeesch Turkije te verdee- len In 't bijzonder is de aandacht op Oosten rijk-Hongarije gericht, in ver band met de Servische aanspraken op Albanië. Het is zelfs zóó spannend, dat de vrede in Europa bedreigd wordt, dus het is wel zeer ernstig. Wat bij bet uitbreken van dén oor log gevreesd werd, is dus aanstaan de. Zal de onweersbui nog overdrij ven Oostenrijk id Serrie. Uit Boedapest werd aan deu „BerL Lokal A112." geseind: „Volgens hier op te merken uiter lijke reekenen, schijnen de gebeurte nissen oen ernstige wending te zullen nemen. De Oostenrijksohe gezant te Belgra do had met den Servischea minister president een lang onderhoud over het standpunt van de monarchie te genover de plannen van Servië in Al banië en aan de Adriatische Zee. Al zijn do verspreide geruchten, dat dit onderhoud bet karakter van een ulti matum had, niet juist, toch moet men uit andere gebeurtenissen, die zich te Boedapest hebben afgespeeld, afleiden dat de quaes tie een ernstig karakter aanneemt. De minister van oorlog, die naar Weeiien gegaan was. is weer te Boe dapest teruggekomen, in gezelschap vaji officieren. Dok de chef van don genera len staf liad Boedapest verla ten,, en werd, evenals de minister van buitenlaiidsche zaken, graaf Bercii- told, die, in strijd met zijn oorspron kelijk plan, te Boedapest gebleven is, door den Keizer in langdurige audiën tie ontvangen. Er hebben beraadslagingen plaats gehad van do hooggeplaatste militai ren, in tegenwoordigheid van den ■minister van builenlandsche zaken. Voegt man hier nog bij, dat de aarts hertog-troonopvolger Franz Ferdi nand uiet zijn militaire kanselarij en een groot gevolg van staf-officieren hier aangekomen is en door den Kei zer ontvangen werd. dan zal énen den indruk niet van zicïi af kunnen zet- lijke woorden tc vergeten. In iedere andere omstandigheid zou Victoire zulke kwetsende woorden niet kalrn verdragen hebben, en zich met een ef ander op Irotschen toon uitgesproken woord teruggetrokken hebben maar er stonden te groote en te dierbare be langen op bet spel, waarvóór zij dit maal haar gekwetste eigenliefde op zijde zette. Zij wachtte dus zwijgend en met gefronst voorhoofd, het resul taat van dit gesprek tusschen de beide echtgenooten af. Nu, ga dan je gang maar, ant woordde eindelijk de echtgenoot op ruwen toon doe zooals je wilt, maar ik wil er niets me> te maken hebben... ik zal er nu en later verantwoordelijk vcor gesteld werden als de nood aan den man is zal men mij wel weten te vinden... Maar nu is 't geuoeg, ik leg er mij bij neer. Hij maakte een handbeweging en verdween zwijgend, zooals hij geko men was. HOOFDSTUK V. Marguerite nam het jonge meisje bij de hand en nam haar vlug mee naai de ruïne.>.Zooals wij al gezégd heb ben, er scheen geen passage mogelijk te midden van dez:- puinhoopen, van die klimplanten, die zich overal om heen gestrengeld schenen te hebben. Maar de boerin leidde Victoire over al f©n, dat 8© eerstvolgende uren be langrijke beslissingen op militair g-> bi rel brengen kunnen. Te Boedapest loopt het geloofwaardige gerucht, dat onder voorzitterschap van den Keizer beraadslagingen zullen plaats heb ben, met de hier aanwezige hooge mi litairen. een z.g. maarschalksraad". Dat le Boedapest spoedig belangrij ke beslissingen genomen zullen wor den, is duidelijk. Maar dat de situatio zoo ernstig is, als dc ,.Berl. Lokal Anz." wel wil doen gelooven, zullen we niet hopen. Natuurlijk doen dade lijk alarmeerendo geruchten de ronde en tot zulke moet blijkbaar ook do volgend© mededeelinig gerekend wor den van den correspondent van de „Deutsche Tageszoitung" te Boeda pest „Verder dient er nog op gewezen t© worden, dat zoowol den in Hongarije als den in Oostenrijk verschijnenden bladen ton strengste verboden werd, iets over de militaire maatregelen van Oosienrijk-Hongarije te pubikee- ren, hetgeen bewijst, dat de II abs- burgsche monarchie in al le stilte mobiliseert." De VVeenscho correspondent van de „Bert. Börsen Courier" ziet den toe stand niet al te enistig in. „De diplo matieke actie is nog in vollen gang. Oostenrijk verplicht zich, geen terri toriale eischen in den Balkan te stel len. Oostenrijk en liet Drievoudig Ver bond eischen opheldering over het plan van Servië betreffende het, ver krijgen van een haven aan de Adria tische Zee. Hierbij moét opgemerkt, worden, dat het Drievoudig Verbond in deze quaestie geen fait accompli acceptceren zal. Óostenrijk-Hongarijo eischt alleen, dat de verhouding tus schen Servië em do monarchie duide lijk omschreven zal worden. En van hoogstaand© zijde is den correspondent van do „Voss. Ztg." verklaard, dat de tegenwoordige on derhandelingen beschouwd kunnen worden als het uitgangspunt van een diplomatieke actie en dat nog geen militaire maatrege len genomen zijn. In Italic- schijnt men de quaeslii evenwel ernstig in te zien. Van parti culiere zijde wordt uit Venetië aan do „Voss. Ztg." geseind „In goed ingelichte poli tieke kringen alhier wordt de internationale toestand als zeer ernstig beschouw d„ Er wordt medegedeeld, dat Italië van plan is, met Oos ten r ij k-IIon ga r ij e tegen Ser vië op te treden, zoodra de bedreiging, dat Servië een Adriatische haven wil be zetten, waar blijkt te zijn.. Alle Italiaansche Alpen jager-bataljons en een groot gedeelte van de veldartil lerie zcruden reeds een mo bilisatie-order ontvangen hebbeu en alleen nog op het bevel tot inscheping wach- t© n." De Italiaansche gezant te Belgrado bezocht den Servisolien minister van buitenlandsohe zaken, wien hij den wenscli te kennen gaf, dat Servië niet in Albanië zou ingrijpen, omdat Italië rechten op Albanië laat gelden. Do Serviër antwoordde, dat hij aan de- zc-n wensoh niet kon voldoen, om dat de Albaneezen evengoed als do Turken vijanden van den Balkanbond ziju en in bloedige gevechten mot do wapens ten onder gobracht zijn. Do onderstelling, dat Servië tegen com pensatie aan de Aegeïsche Zee afstand zal doen van een haven aan de Adria tische kust, wordt onmogelijk ge noemd, daar de openbare meaning zich daartegen krachtig zou verzet ten. Volgens den Parijschen correspon dent van de „Voss. Ztg." mag men aannemen, dat het niet tot een oorlog zal komen, daar de kenners van Rus sische toestanden overtuigd zijn, dat Rusland thans geen oorlog kan voe ren. „Het feit, dut Rusland nietvoore.en oorlog gereed is, is op het oogenblik de eenige werke lijke waarborg voor een wereldvrede. Oostenrij.k-I-Iongarije wordt niet al leen in Parijs, maar ook te Londen en te Rome beschuldigd, dat het Ser vië wil kleineeren. Hiertegen protes teert. de Oostenrijksch-Hongaarscho gezant mest groote kracht- In vertrou welijk© gesprekken, waarvoor zij of ficieel niet verantwoordelijk zijn. zeg gen Oostenrijksclie diplomaten echter, zooals te Parijs tijdens een diner ge beurde „Wij wenschen niets liever dan in goede verstandhouding tot Servië te leven. Wij zullen echter nimmer dulden, dat Ruslandzich onder een pseudoniem of onder do firma van Servië vastzet, aan de zuidelijke grens en on der hetzelfde pseudoniem een zee macht wordt aan de Adriatische Zee. De golieele geschiedenis van Rusland •in dc laatst© 300 jaar is een voortdu rende poging orn de open zee te be reiken. Wij willen met, dat Rusland thans iu Servische verkleeding do Adriatische Zee bereikt." deze hindernissen met een gemakke lijkheid, een zekerheid van blik, die alleen het gevolg van dagelijksche ge woonte kon zijn. Na met haar een hoek omgegaan te zijn, om een hoop scherpe steenen te vermijden, die on der hun voetstappen voortrolden, bracht zij haar door een nauw gat. in wat eertijds de grooto binnenplaats van liet klooster was geweest Van dezen kant af gezien, was het gezicht van de verwoesting nog tref fen der. De geheel© omtrek met zijn móóie groene bosschen was verdwe nen men zag niets meer dan inge storte muren aan den bovenrand af gebrokkeld, en door den tijd en hot salpeter verweerd© zuilen. Op den hoek van de binnenplaats was éen der torens, waarover wij gesproken heb ben, vaii hoven lot beneden gespleten en helde heel sterk naar één kant overmen zou zicii kunnen voorstel len, dat er maar eer» licht briesje noo dig was cai hem te doen ineenstorten. In het midden op de plek, waar vroe ger de fontein van het klooster was geweest, was nu een kom met groen achtig water, waarin de kikvorschcn lustig rondsprongen. Marguerite wees met een soort vuil welbehagen hot jonge meisje op deze somber© bijzonderheden. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1912 | | pagina 5