Haarlems Dagblad
DE WEERSPANNIGE
TWEEDE BLAD
Dinsdag 12 Norember 1912
OM ONS HEEN
No. 1615
Keur ofta gebodtreglster.
Is het niet min of meer van pas, om
op den dag dat een nieuwe burgemees
ter geïnstalleerd wordt, een overzicht
to geven van de verordeningen, die
een ambtsvoorganger in vroeger
eeuwen uitvaardigde en moest
trachten uit te voeren Want klagen
we tegenwoordig over te veel wetten,
weleer ontbrak het aan keuren even
min en het gedurig herhalen van som
mige geeft te denken, dat do burgerij
zich niet aan alle stoorde.
De magistraat van toen was nog
lang niet zoo gespecialiseerd als die
van tegenwoordig liet boekje van Mr.
A. J. Enschedé index op keur- en
gebodsregisters geeft een bonte men
geling van administratieve en justi-
tieele zaken. Zoo lezen wij vlak onder
elkander, dat Hendrik de Milt en Pe-
tronella Aelberts gescheiden zijn,
Evert van Stavoren onder curateele
is gesteld en dat Jan Sterrevelt, alias
Stnolsehaef, wordt „ingedaegt over de
begane manslag aeu Isak Aelberts."
Dat ging in diei tijd {we spreken van
168C) zoo toe een. booswicht werd. in
gedaagd om voor de heeren van den
gerechte te verschijnen en kwam hij
niet, dan konden de heeren er ook
weinig aan doen, omdat eenheid van
rechtspleging niet bestond en de boos
wichten dus warneer ze in de eene
stad een misdrijf hadden begaan,, ta
melijk veilig wnren in een andere.
Jan Sterrevelt laat zich dan ook rus
tig indagen en komt niet, hetgeen
blijkt uit ,de tweede citatie" van sin
jeur op 8 April. 1-Iij blijft weg. Derde
indaging op 30 April, alweer zonder
baat alias Stootsehaef is allerminst
nieuwsgierig naar 't oordeel van de
heeren. Maar de magistratuur geeft
het nog niet op. Op 21 December volgt
vierde indaging of citatie esuperabon-
dant (ten overvloede) en daarmee
loopt het geval af. Althans ik vind
niet, dat er een premie op zijn aan
houding gesteld is. waarmee anders
de autoriteiten in die dagen nog al
scheutig waren. Den lCden Januari
1688 wordt een premie gesteld van
500 (voor die dagen veel hooger som
dan tegenwoordig) voor ieder
„die weet aan te brengen dat se in
„hechtenis geraken, iemandt van
„de personen, die haar generen
„met do luyden, des nvonts langs
„slraet gaende, te snyden in de
„lïjfkleederer- en deselven mislian-
delen."
Ziel hier voorgangers van den ge-
heimzinnigen bandiet, dié later vrou
wen en meisjes wreedaardig ver
moordde en Jack the Ripper
genoemd werd.
Alles schon dagewesen. Niets nieuws
onder de zon Dat mogen, tot hun
troost, onze. medeburgers bedenken,
die klagen over de baldadigheid van
de jeugd en er zekér van zijn, dat het
in den goeden, ouden tijd nooit zoo
erg geweest is. Op 16 Oct. 1686 is er
een verbod uitgevaardigd van „samen-
loopingen en samenrottingen der jon
gens, item het schieten met pistolen,
klapbussen, sleutels, het aensteken
van klappers of eenige vuerwerken
van buskruit of ar.dere moetwil te
bedrijven". Diezelfde verordening
wordt een half jaar later, 27 April1
1689, nog eens afgekondigd, vier
jaar later, 27 Maart 1693, wordt
een „waarschouwing" gegeven .tegen
bijeenkomsten, versamelingen endo 't
Bamenrottingen van jongens en 6
April 1717 volgt een „waarschouwing
tegen de insolentièn en baldadigheid
van de straetjeugd". Het gaat dus on
veranderd zoo door Precies als in on-
ten tijd, nu er geklaagd wordt over
Bchieten in 't Florapark, gooien van
_r e ei i 11 et o n
(Naar het F r a u s c h).
121
Moeder Bouvet, vroeg zij een
maal, terwijl zij bleef slaan om uit te
blazen, zijn wij nu nog ver van de
plek, wuar Léonard zich verborgen
houdt De wandeling is zoo bijzonder
vermoeiend
Mijn kinderen, mijn man en ik
doen haar toch nicer dan ééns per
dag, antwoordde Marguerite op
eenigszins scherpen toon. Zou je dan
willen, dat je vader en zijn gendar
men te paard bjj mijn armen jongen
zouden kunnen komen Hot zou ge
makkelijker voor heu en gevaarlijker
voor hem zijn.
Toen zij zag, dat het harde van haar
Woorden een wolk op het voorhoofd
van liet jonge meisje te voorschijn ge
roepen had, voegde zij er dadelijk aan
toe
Vergeef mij, Victoireik weet,
dat je goed bent es Léonard liefhebt.
Maar je hebt mij door je woorden van
fcooeven onaangenaam gestemd.... en
als men verdriet heeft, ts men wel eens
on recht v aardig.
vuurwerlc op tramrails en zelfs fn hüï-
zen, in de politieverordening een be
paling gemaakt is moeten worden te
gen het zitten in vensterbanken en
schrijver dezes, Zondagavond in den
regen rustig de Groote Houtstraat
doorstappende, opeens een vrouw-
mensch tegenover zich zag, dat hem
toeschreeuwde „daar hè je m'n oome
Hein I dag oome, hoe gaat het uwe
Haar begeleiders waren nuchterder en
dus wijzer er. trokken haar mee en
„oome Hein' ging verwonderd verder.
En klagen we over gebrek aan vrij
heid, een kijkje naar de omstandighe
den waarónder onze voorouders leef
den, brengt allicht genezing aan. Ne-
ringeii en bedrijven lagen als in ban
den van ijzer, aan de beoefenaars was
precies voorgeschreven wat ze doen
mochten en wat niet en toen in <iê ver
worpen Bakkerswet aan de kleine pa
troons het 's nachts bakken verboden
werd, klonk dat als een herinnering
aan de maatregelen uit de zeventien
de en achttiende eeuw. De heeren op
't Stadhuis strooiden bevelen en ver
boden rond, alsof 't pepernoten waren.
..Verbod aan molenaars, om varkens,
gansen, schapen, hoenderen, eenden
of duiven te houden" vaardigt de
vroedschap dei 4den Maart 1721 uit.
Neen waarlijk, onze vrijheid van be
weging is nu heelwat grooter, dan in
de dagen van weleer.
Ik wil daarmee niet zeggen, dat er
ook niet wel eens gemoedelijkheid
school In die gewoonte, om allés te
redderen en te regelen. Er is inder
daad 'iets goedigs in de mcdedeeling
van 12 Februari 1491 „Een vrede ge-
maekt tusschen Dirk Wornis en Jan
Jacob" en er is zelfs iets zeer poëtisch
in de gedachte, die tot uiting kwam
in een besluit van 24 Dec. 1493 „do
liooftmans geordonneert op Paesen
ront te gaen en te sien of ter ook eeni
ge twist is en hetselve by te leggen."
Alleen lijkt hier een vergissing in den
Christel ijken feestdag te bestaan het
zal Kerstmis moeten geweest zijn. De
bedoeling blijft natuurlijk dezelfde.
Maar anders is de toon van de keu
ren niet zachtaardig. En met de fo
rensen wist de vroedschap raad. Niet
in de beteekenïs, die wij daaraan te
genwoordig hechten, maar toch in de
zen zin, dat ook toen al personen de
stad verlieten om aan haar belasting
te ontkomen. Daar wist de overheid
raad op. Zij vaardigde (28 Aug. 1493)
eenvoudig de bepaling uit, dat de ver
trokkenen „sullen wederom komen, op
de verbeurte dat men haer goederen
sal verkoopen." Voor wie wat bezaten
zal de modedeeli.ng afdoend geweest
izijn-.eii de anderen gingen toen, even
min als nu, voor belastingen op do
loop.'
Soms zien die ordonnantiën in hun
korte opschriften er potsierlijk uit.
Ordre op het byten, of de
hooft ma n .s geordonneert
om te doen byten (27 Dec.
1492) klinkt moorddadig, maar heeft
alleen betrekking op het brandgevaar
bij ijsgang. En zelfs nam do zorg der
overheid afmetingen aan, die wij de
omstandigheden niet volledig kennen
de sentimenteel zouden willen noe
men. In 1493 althans mocht niemand
„draeven met waegens, karren, paer-
den door de stad en op de waegens
niet (mogen) sitten, nuier daer by
gaen." Wat zouden die wetgevers van
de vijftiende eeuw, konden ze bij ons
eens een lcijkj6 nemen, wel zeggen
van de automobielen Waarschijnlijk,
dat vele hedendaagsche collega's de
snelheid in de kom der gemeenten dan
toch maar lekkertjes op tien kilometer
per.... uur hebben bepaald.
Maar laat ik even terug koe ren tot
het „hijten" in den zin, waaronder we
dat gewoonlijk verstaan. Er moet een
tijd geweest zijn, dat het aantal hon
den in Haarlem te groot wei;d wat
doet de overheid Zij schrijft Jeuk weg
voor, 13 Juny 1509„gebod van de
honden te dóen smeren én te brengen
in een kuyl, op de baen daertoe ge-
maekt." En dat gebeurde niet een en
kelen keer, maar kwam vaker voor.
Den 18den Dec. 1522 wordt kalmweg
bepaald, „alle de honden door Quin-
tyii van Douway doot te laelen siaen,
Eindelijk bereikten zij den top van
den heuvel, dien zii met zooveel moei
te beklommen hadden hun uitzicht,
tot nu toe begrensd door een muur
van groen, kan plotseling een groot
stuk blauwen hemel en een uitgestrekt
landschap omvatten. Het plateau,
waarop zij zich nu bevonden, vormde
een soort van lichtplek, aan alle kan
ten omringd met heuvels, bedekt met
ondoordringbare bossclieii. In het mid
den stonden indrukwekkende ruïnen,
die bij een oud klooster behoord sche
nen te hebben. Hier en daar bemerkt
men nog half verwoeste kloostergewel
ven, de van hun sieraden beroofde
pilaren van do kerk. waarop geen dak
meer rustte. Twee of drie afgebrok
kelde groote torens getuigden, dat dit
gebouw gesticht was op een tijdstip,
waarop de godsdienstige gebouwen
zich zelf moesten verdedigen tegen
vijanden van buiten, lie binnenplaats
en de omgeving van deze gebouwen
lagen bezaaid me: puin en wat er
overgebleven was, dreigde ook spoedig
inéén te storten. Braamstruiken,
brandnetels en klimop kregen daar
reusachtige afmetingen, geen men-
schelïjke voet scheen zich daar onge
straft in dezen choes van doornige
struiken van afgebrokkelde steenen,
en van allerlei insecten te kunnen
neerzetten. Zoo'n eenzaamheid kon
geen andere bewoners hebben, dan
kerkuilen, die om de suite van een der
uHgesoniJcrl 8© wlrïïen, brakken oh
spilweren." Winden beteekent natuur
lijk hazewinden, maar wat spilweren
(spihvenen staat er elders) mogen zijn,
kan misschien een hondenkenner op
lossen.
Anders werd er voor de Baan zorg
vuldig gewaakt. Telkens wordt er een
besluit afgekondigd, dat er geen zo
den mogen worden gestoken blijk
baar vulden do ingezetenen en omwo
nenden vandaar hun grasveldje wel
eens aan. Eigenaardig is de vorm,
waarin deze voorschriften gegoten
zijn. Wij zeggen pedantelijk, dat een
dubbele ontkeming een bevestiging
is, maar onze vaderen zagen er blijk
baar een versterking van de ontken
ning in. „Verbod van geen soyen van
de baan te spitten, verbod van" geen
vullis in de beek te wei-pen, verbod,
dat niemandt geduerende dese droogte
des nachts met eenige toorsen langs
straet gaen sal."
't Moet vlot gebrand hebben in d»
houten huizen van dien tijd. Maar te
genover maatregelen van groote
voorzorg leze we van andere, die een
tegenovergestelden indruk maken. 19
Maart 1519 wordt gelast, dat de schut
ters in den Doelen moeten komen, om
twee pond salpeter te ontvangen, om
kruit te maken. Dat maken gebeurde
blijkbaar niet in den Doelen zelf, zoo-
als uit do bewoordingen van het be
sluit kan worden afgeleid de schut
ters narpeii dus den salpeter mee naar
huis en maakten daar het kruit, dat
zij noodig hadden of konden hebben.
J. C. P.
Db oorlog op het Balkan-
Schiereiland.
VI.
Toen de Bulgaren, Serviërs en Grie
ken de Turksche grenzen bereikt
hadden en de vijandelijkheden aan
weerszijden geopend werden met
liet uitmoorden van grensplaatsen en
hel begaan van wreedheden op groo
te schaal, toen was op dat tijdstip
aan do Montenegrij.nseh-Turksche
grenzen al heel wat kruit verschoten
en heel veel bloed gevloeid. Den 9en
OclCber vaardigde de koning van
Montenegro eene proclamatie uit,
waarin iiij o a. zegt dat hij, bij het
ondernemen van zïjm heilige taak, ver
zekerd is van de sympathie van de
heele beschaafde wereld, van heel het
Servische volk en van heel het Slavi
sche ras en dat hij den trouwen
steun zal ontvangen van de staats
hoofden van Servië, Bulgarije en
Grekcnland, (die verwachting wijst
op een vooraf beraamd plan tusschen
de vijanden van Turkije en geeft
'groote waarde aan mijne veronder
stelling dat Montenegro niet op cigea
initiatief den oorlog zou 'hebben ver
klaard).
In die stellige verwachting waar
in Montenegro niet is teleurgesteld
begon do dwerg den strijd mee den
Tuikschen reus. Maar Montenegro
wist wel, dat die reus n et al rijn
kracht Legen hem zou aanwenden,
daar toch de grootst© legermacht in
het Oosten van Turkije werd gecon
centreerd om door de zeer dreigen
de houding van Bulgarije en Servië
zijne grenzen aan die zijden niet
van 'troepen te ontblooten. Zooals
reeds gemeld trok het Montenegrijn-
sche leger in drie colonnes de gren
zen over. De Noordelijke colonne op
Berana aanrukkende, schijnt in op
dracht gehad te hebben, de verbin
ding met ret Servische leger tot stand
te brengen. Uit de verscli llende be
richten zoowel van Tuxksehe en als
van Monteuegrijnsciie zijde, valt op
te maken dat met afwisselend succes
door beide partijen gevochten is en
aan beide zijden zeer ernstige verlie
zen te betreuren zijn. Ten slotte zijn
de Montenegrijnen na een meer-
daagscii govecht meester geworden
van Berana \16 Oct.) De middelste co
lonne, die tegen Toezi opereerde,
stootte na schermutselingen met
grenswachten, tegen do Turltsche ver
sterking Rogam, in de nabijheid van
Toezi, dat na eene hevige kanoamade
door de Montenegrijnen, door deze
veroverd werd. De hospitaten van
Podgoritza, waar hec hoofdkwartier
van den ikroonprins was gevestigd,
waren overvol van de gewonden, die
torens heenvloger. groene hagedissen
en adders, die zich in 't zonnetje;
warmden in de zwart geworden gaten
on bij liet minstgerucht hun holen
terugvonden over verdorde blaren.
Marguerite was blijven staan, ais
wilde zij aan Victoire Marin dit too-
neel van verwoesting goed laten zien.
Je kent zeker dit plekje wel 7
vroeg zij.
Ik hen er nooit meer geweest,...
Maar het zijn zeker de ruïnes van het
oude klooster van St. Ltéverien, waar
van men beweert, dat zij bijna ontoe
gankelijk zijn... Het is hier wel een
somber oord 1
En toch vindt mijn flinke jongen
hier nu al bijna twee maanden lang
een schuilplaats.... Deze ruines schij
nen je nu somber toe op dit oogenblik
bij. dezen mooien zonneschijn wat
zou je er dar. wel van zeggen, als je
ze op een doikeren av ona zög, ais de
wind huilt en de uil krast... Maar ik
ben nooit bang als ik Léonard kom op
zoeken ik ga altijd alleen terug.... en
bovendien wie zou een arme moeder
als ik wat kvv aads willen aandoen
Zoo pratend, liepen zij weer verder,
ofschoon men nergens een spoor van
een weg zag. Terwijl zij 'met moeite de
hinderpalen ontweken, waarmee de
grond als bezaaid was, dook plotseling
vlak voor haar de gestalte van een
inun op hij hield in zijn éene hand
een houthakkersbijl, in de ander© een
van het slagveld bij Toezi daarheen
zijn vervoerd. Den lien October trok
het Zuidelijke Montcnegrijnsche le
ger de rivier Bojana over, met op
dracht om den versterkten berg To-
rabosj ten N.-W. van Skoetari aan t©
vallen.
Generaal Woekotets, die over dezo
afdeeling het bevel voerde, opende 't
gevecht door een bombardement op
de versterkte stellingen, dat gevolgd
werd door een aanval, die twee uur
duurde en emdigde met de verovering
van Moskowatz. Niettegenstaande do
Turken een hevigen wederstand bo
den, werden kort daarop alle stellin
gen om Tarabosj been genomen. Ze
gevierend werd het Turksche grond
gebied betreden en na twee uur mor-
cbeeren kampeerden do Montenegrijn-
sche troepen te Lepenowats.
Langs de geheele linie ruftten de
Montenegrijnen zegevierend voor
waarts, want overal waar zij de Tur
ken ontmoesten, vonden zij deze in de
minderheid. Evenwel in de buurt van
Goesinje schoten zij slechts met
moeite op. 14 October, werd na een,
hardnekkig gevecht den berg Vxbor
bij Goesiiige bezet, waarbij 4 kanon
nen, en schietvoorraad in hunne han
den vielen.
In die 5 dagen-oorlcgvoerens heb
ben de Montenegrijnen 250 dooden en
800 gewonden verloren. De meeste
dooden zijn gevallen bij den strijd
om Detsits en Tarabosj. In den avond
van den 11 October werden zij bij een
aanval in de duisternis, door de zoek
lichten van het fort ontdekt en kwa
men zij onder een moorddadig vuuri
van de mitrailleurs der Turken. Of
schoon de commandant het bevel gaf j
terug te gaan, weigerden de soldaten
er aan te voldoen en bleven onder
een hagel van kogels voortrukken.
De gebeurtenissen hierboven ver
meld zijn vrij sober en zeer onvolle
dig. Hoe kan dat ook andere, waar
de berichten, waaruit ik toch 'hier,
ver van het krijgsgewoel, mijn stor
moot verzamelen, zich voortdurend
tegenspreken.
Zoo lees ik in een particuliere cor-
recpoudcntie van 16 Oct. uit Iton-
stantinopel „dat de gebeurtenissen
aan de Montenegrijnsche grens geen
bijzondere beteekenis hebben. In d:e
streken bestond eigenlijk altijd een
oorlogstoestand. De ambtelijke Mon-
tenegrijnsche berichten zijn bovendien
buitengewoon overdreven; eene leven
dige beschieting van zwak bezetle
blokhuizen heet een veldslag". Een
ander bericht uit dezelfde plaats af
komstig eveneens van 16 October
geeft aan dat 4 Turksche bataljons
bij Wranja 8000 Montenegrijnen op
de vlucht joegen, bij welk gevecht
600 Montenegrijnen sneuvelden. Leest
men nu de berichten afkomstig uit
.Cettinje dan zijin er al minstens 10
groote veldslagen geleverd, waarin de
'Moïitehógrijnén overwinnaars ble
ven.
Vast schijnt te Btaan, dat op den
16en October, den dag vóór de oor
logsverklaring van Turkije aan Ser
vië en Bulgarije, Berana door de
Montenegrijnen veroverd was, (1200
Turken krijgsgevangen en 12 stukken
veldgeschut in handen der verove
raars), Toezi eveneens in handen was
van de Montenegrijnen en dat Skoe
tari door hen was ingesloten.
Eigenaardig komt ons het bericht
voor, waar toch een der oorzaken
voor den Balkankrijg gelegen is in
het verdrukken van de Albaneezen
door de Turken dat den 16en Octo
ber de Albaneesche hoofden van
Zuid-, Midden- en Oppcr-Alhaniö, Ka
tholieken, Mohammedanen en Ortho
doxen, in Elbassan vergaderd, beslo
ten, dat de Albaneesche natie niet
verdeeld en haar gebied niet ver
kleind mag worden. Zij zal zich met
geweld van wapenen tegen ieder ver
zetten, die dc integriteit van hun land
wil aantasten. Deze motie zou zijn
toegezonden aan de mogendheden.
Als dal bericht werkelijk waarheid
beval, dan zou men nog het schouw
spel kunnen beleven, dal de Albanee
zen geheel op zich zelf, nog een rob
bertje gingen vechten met Montene
grijnen of Serviers. In dat ongeregel
de Balkan-huishouden kan men de
zonderlingste dingen zien gebeuren.
Met een enkel woord wil ik nog mijn
indruk weergeven van den toestand
van de Montenegrijnsche troepen na
bun 8-daagsche campagne. Naar mijn
meening is het aantal slachtoffers veel
grooter dan dc geflatteerde ambtelijke
berichteii uit Cettiuje aangeven.
Door gebrek aau treinen en goede ver
keerswegen is het met de approvian
deering van dc troepen waarschijn
lijk allertreurigst gesteld en er zul-
geweer, dal hij achter een hoop tak
ken neerwierp, toen hij de beide vrou
wen hei-kende. Het was vader Bouvet
in zijn werkpak met den groeten hoed
iu de oogen gedrukt op het hoofd.
Hij vestigde een doordringenden
blik op de beide vrouwen.
at baal je toch in je hoofd, Mar-
guérite? zei hij op hardon toon, zon
der Victoire te groeten is dat nu ver
standig om iemand hierheen mee te
brengen
Bedaar maar, man, antwoordde
de moeder van Leonard, terwijl zij
hem een blik van verstandhouding
toewierp h ij wil hot zelf zoo... hij
heeft alle vertrouwen in haar, en wij
moeten hem nu zijn zin geven 1
Hem zijn zin geven en waarom
als hij blind is Je zult zien, dat liét-
verkeerd afloopt... dat meisje is van
geen goed ras. en zij heeft hem toch1
al ongeluk aangebracht! Bij dezé
nieuwe vernedering steeg Victoire het
bloed naar hel hoofd.
Trek ie maar niets aan van het
geen hij zegt, antwoordde Margueri
te, want bij is niet verstandig, maar
hij houdt zooveel van onzen Leo
nard En jij, Bouvet, jij hebt on
gelijk, ik weet zeker, dat je ongelijk
hebt ten opzichte van dit goede
meisje.
Zij. praatte nog eenige oogenblikken
op zachtcn toon met haar voort, als
wilde zij haar overhalen die vijan de
len na den lGcn Oct. wel eenfgc clagen 1
van rust zijn ingetreden, om de uitge
putte troepen eenigszins op hun ver
haal tc laten komen en orn de verlo
ren gegane legerverbanden te herstel
len. Deze onderstelling is hoofdzake
lijk gegrond op het bericht dat het
oorspronkelijk plan van koning Nïco-
laas om Skoetari door een snellen
marsch van twee zijden met de colon
nes van den kroonprins Danilo en
van generaal Martinowitz aan te val
len en te nemen, als mislukt be
schouwd moet worden, daar de veree-
niging van beide colonnes voorloopig,
ten minste, onuitvoerbaar is. Duidt
dit bericht niet op uitputting? Zoo
ook 't bericht dat de zware verliezen
voor Tarabosj den generaal Marti
nowitz gedwongen hebben eenigerust
aan zijn vermoeide troepen te gun-
Waar ik hierboven sprak van de
vreemde houding van de Albaneezen,
behoeft het nu geen verwondering te
wekken, dat groote afdeelingen uit
den Albanceschen stam Kastrati, die
eerst aan de zijde der Montenegrijnen
tegen de Turken vochten, zich nu bij
de oprukkende Turksche troepen heb
ben aangesloten. De Turken, die de
Montenegrijnen het hoofd boden, on
der Essard pasja, verkregen den 19en
October versterking van infanterie
met machinegeweren en ongeveer
15000 Albaneezen.
Als slot van dit artikel, geef ik nog
een bericht, dnl indien het waarheid
bevat, mijn wantrouwen in de hou
ding dor Albaneezen nog versterkt, en
een eigenaardig licht op die heeren
werpt. Dat bericht luidt: In het hotel
Pera Palaco heeft het hoofd der Al
baneezen AU Kemal Bei, een deftige
oude heer met grijzen baarden zwarte
gekleedo jas, zijn intrek genomen;
hij onderhandelt met de regeering.
Als de regeering geven wil, wat AU
verlangt (en dat is zeker niet weinig)
dan zullen ook de Christen, let wel,
de Christen Malissoren, die thans aan
de zijde van de Montenegrijnen strij
den, dezen verlaten en hun in de
flank vallen.
,C. J. A. KRUIJT.
Buitenlandse!! Overzicht
O® Balkankrijg en 't ge
vaar voor een
Europeeschen oorlog.
't Gon.t in het Oosten steeds meer
spannen 1
Niet zoozeer in den oorlog, want
nu de Turken reeds zoo geweldig klop
gekregen hebben, is het lieel duide
lijk, dat de Balkao-staten als over
winnaars uit het strijdperk treden.
Maar de spanning zit in de houding
van Europa.
Wat zullen de mogendheden doen?
Zullen ze de kleine BaJkan-staten toe
laten. Europeesch Turkije te verdee-
len
In 't bijzonder is de aandacht op
Oosten rijk-Hongarije gericht, in ver
band met de Servische aanspraken
op Albanië.
Het is zelfs zóó spannend, dat de
vrede in Europa bedreigd wordt, dus
het is wel zeer ernstig.
Wat bij bet uitbreken van dén oor
log gevreesd werd, is dus aanstaan
de.
Zal de onweersbui nog overdrij
ven
Oostenrijk id Serrie.
Uit Boedapest werd aan deu „BerL
Lokal A112." geseind:
„Volgens hier op te merken uiter
lijke reekenen, schijnen de gebeurte
nissen
oen ernstige wending
te zullen nemen.
De Oostenrijksohe gezant te Belgra
do had met den Servischea minister
president een lang onderhoud over
het standpunt van de monarchie te
genover de plannen van Servië in Al
banië en aan de Adriatische Zee. Al
zijn do verspreide geruchten, dat dit
onderhoud bet karakter van een ulti
matum had, niet juist, toch moet men
uit andere gebeurtenissen, die zich te
Boedapest hebben afgespeeld, afleiden
dat de quaes tie een ernstig karakter
aanneemt.
De minister van oorlog, die naar
Weeiien gegaan was. is weer te Boe
dapest teruggekomen, in gezelschap
vaji officieren. Dok de chef van don
genera len staf liad Boedapest verla
ten,, en werd, evenals de minister van
buitenlaiidsche zaken, graaf Bercii-
told, die, in strijd met zijn oorspron
kelijk plan, te Boedapest gebleven is,
door den Keizer in langdurige audiën
tie ontvangen.
Er hebben beraadslagingen plaats
gehad van do hooggeplaatste militai
ren, in tegenwoordigheid van den
■minister van builenlandsche zaken.
Voegt man hier nog bij, dat de aarts
hertog-troonopvolger Franz Ferdi
nand uiet zijn militaire kanselarij en
een groot gevolg van staf-officieren
hier aangekomen is en door den Kei
zer ontvangen werd. dan zal énen den
indruk niet van zicïi af kunnen zet-
lijke woorden tc vergeten. In iedere
andere omstandigheid zou Victoire
zulke kwetsende woorden niet kalrn
verdragen hebben, en zich met een ef
ander op Irotschen toon uitgesproken
woord teruggetrokken hebben maar
er stonden te groote en te dierbare be
langen op bet spel, waarvóór zij dit
maal haar gekwetste eigenliefde op
zijde zette. Zij wachtte dus zwijgend
en met gefronst voorhoofd, het resul
taat van dit gesprek tusschen de beide
echtgenooten af.
Nu, ga dan je gang maar, ant
woordde eindelijk de echtgenoot op
ruwen toon doe zooals je wilt, maar
ik wil er niets me> te maken hebben...
ik zal er nu en later verantwoordelijk
vcor gesteld werden als de nood aan
den man is zal men mij wel weten te
vinden... Maar nu is 't geuoeg, ik leg
er mij bij neer.
Hij maakte een handbeweging en
verdween zwijgend, zooals hij geko
men was.
HOOFDSTUK V.
Marguerite nam het jonge meisje
bij de hand en nam haar vlug mee naai
de ruïne.>.Zooals wij al gezégd heb
ben, er scheen geen passage mogelijk
te midden van dez:- puinhoopen, van
die klimplanten, die zich overal om
heen gestrengeld schenen te hebben.
Maar de boerin leidde Victoire over al
f©n, dat 8© eerstvolgende uren be
langrijke beslissingen op militair g->
bi rel brengen kunnen. Te Boedapest
loopt het geloofwaardige gerucht, dat
onder voorzitterschap van den Keizer
beraadslagingen zullen plaats heb
ben, met de hier aanwezige hooge mi
litairen. een z.g. maarschalksraad".
Dat le Boedapest spoedig belangrij
ke beslissingen genomen zullen wor
den, is duidelijk. Maar dat de situatio
zoo ernstig is, als dc ,.Berl. Lokal
Anz." wel wil doen gelooven, zullen
we niet hopen. Natuurlijk doen dade
lijk alarmeerendo geruchten de ronde
en tot zulke moet blijkbaar ook do
volgend© mededeelinig gerekend wor
den van den correspondent van de
„Deutsche Tageszoitung" te Boeda
pest
„Verder dient er nog op gewezen t©
worden, dat zoowol den in Hongarije
als den in Oostenrijk verschijnenden
bladen ton strengste verboden werd,
iets over de militaire maatregelen
van Oosienrijk-Hongarije te pubikee-
ren, hetgeen bewijst, dat de II abs-
burgsche monarchie in al
le stilte mobiliseert."
De VVeenscho correspondent van de
„Bert. Börsen Courier" ziet den toe
stand niet al te enistig in. „De diplo
matieke actie is nog in vollen gang.
Oostenrijk verplicht zich, geen terri
toriale eischen in den Balkan te stel
len. Oostenrijk en liet Drievoudig Ver
bond eischen opheldering over het
plan van Servië betreffende het, ver
krijgen van een haven aan de Adria
tische Zee. Hierbij moét opgemerkt,
worden, dat het Drievoudig Verbond
in deze quaestie geen fait accompli
acceptceren zal. Óostenrijk-Hongarijo
eischt alleen, dat de verhouding tus
schen Servië em do monarchie duide
lijk omschreven zal worden.
En van hoogstaand© zijde is den
correspondent van do „Voss. Ztg."
verklaard, dat de tegenwoordige on
derhandelingen beschouwd kunnen
worden als het uitgangspunt van
een diplomatieke actie
en dat nog geen militaire maatrege
len genomen zijn.
In Italic- schijnt men de quaeslii
evenwel ernstig in te zien. Van parti
culiere zijde wordt uit Venetië aan do
„Voss. Ztg." geseind
„In goed ingelichte poli
tieke kringen alhier wordt
de internationale toestand
als zeer ernstig beschouw d„
Er wordt medegedeeld, dat
Italië van plan is, met Oos
ten r ij k-IIon ga r ij e tegen Ser
vië op te treden, zoodra de
bedreiging, dat Servië een
Adriatische haven wil be
zetten, waar blijkt te zijn..
Alle Italiaansche Alpen
jager-bataljons en een groot
gedeelte van de veldartil
lerie zcruden reeds een mo
bilisatie-order ontvangen
hebbeu en alleen nog op het
bevel tot inscheping wach-
t© n."
De Italiaansche gezant te Belgrado
bezocht den Servisolien minister van
buitenlandsohe zaken, wien hij den
wenscli te kennen gaf, dat Servië niet
in Albanië zou ingrijpen, omdat Italië
rechten op Albanië laat gelden. Do
Serviër antwoordde, dat hij aan de-
zc-n wensoh niet kon voldoen, om
dat de Albaneezen evengoed als do
Turken vijanden van den Balkanbond
ziju en in bloedige gevechten mot do
wapens ten onder gobracht zijn. Do
onderstelling, dat Servië tegen com
pensatie aan de Aegeïsche Zee afstand
zal doen van een haven aan de Adria
tische kust, wordt onmogelijk ge
noemd, daar de openbare meaning
zich daartegen krachtig zou verzet
ten.
Volgens den Parijschen correspon
dent van de „Voss. Ztg." mag men
aannemen, dat het niet tot een oorlog
zal komen, daar de kenners van Rus
sische toestanden overtuigd zijn, dat
Rusland thans geen oorlog kan voe
ren. „Het feit, dut
Rusland nietvoore.en
oorlog gereed is,
is op het oogenblik de eenige werke
lijke waarborg voor een wereldvrede.
Oostenrij.k-I-Iongarije wordt niet al
leen in Parijs, maar ook te Londen
en te Rome beschuldigd, dat het Ser
vië wil kleineeren. Hiertegen protes
teert. de Oostenrijksch-Hongaarscho
gezant mest groote kracht- In vertrou
welijk© gesprekken, waarvoor zij of
ficieel niet verantwoordelijk zijn. zeg
gen Oostenrijksclie diplomaten echter,
zooals te Parijs tijdens een diner ge
beurde „Wij wenschen niets liever
dan in goede verstandhouding tot
Servië te leven. Wij zullen echter
nimmer dulden, dat
Ruslandzich onder een
pseudoniem of onder
do firma van Servië
vastzet, aan de zuidelijke grens en on
der hetzelfde pseudoniem een zee
macht wordt aan de Adriatische Zee.
De golieele geschiedenis van Rusland
•in dc laatst© 300 jaar is een voortdu
rende poging orn de open zee te be
reiken. Wij willen met, dat Rusland
thans iu Servische verkleeding do
Adriatische Zee bereikt."
deze hindernissen met een gemakke
lijkheid, een zekerheid van blik, die
alleen het gevolg van dagelijksche ge
woonte kon zijn. Na met haar een
hoek omgegaan te zijn, om een hoop
scherpe steenen te vermijden, die on
der hun voetstappen voortrolden,
bracht zij haar door een nauw gat. in
wat eertijds de grooto binnenplaats
van liet klooster was geweest
Van dezen kant af gezien, was het
gezicht van de verwoesting nog tref
fen der. De geheel© omtrek met zijn
móóie groene bosschen was verdwe
nen men zag niets meer dan inge
storte muren aan den bovenrand af
gebrokkeld, en door den tijd en hot
salpeter verweerd© zuilen. Op den
hoek van de binnenplaats was éen der
torens, waarover wij gesproken heb
ben, vaii hoven lot beneden gespleten
en helde heel sterk naar één kant
overmen zou zicii kunnen voorstel
len, dat er maar eer» licht briesje noo
dig was cai hem te doen ineenstorten.
In het midden op de plek, waar vroe
ger de fontein van het klooster was
geweest, was nu een kom met groen
achtig water, waarin de kikvorschcn
lustig rondsprongen.
Marguerite wees met een soort vuil
welbehagen hot jonge meisje op deze
somber© bijzonderheden.
(Wordt vervolgd).