TWEEDE BLAD
Vrijdag 31 Januari 1913
BuitenlaHech Overzicht
O0 Balkan-vulkaan.
lloo zal 't gaan in don Balkan
Er is nog veel onzekerheid, voorspel
lingen te maken is gewaagd. Voor he
den zijn dan ook slechts feiten te con-
stateeren.
Eindelijk is
't Turksclie antwoord op
de nota der mogendheden
ingekomen.
Do Turkschs grootvizier heeft Don
derdagmiddag aan di Europeesche ge
zanten :t staatsstuk overhandigd.
Het antwoord is tamelijk lang. De
toon is gematigd.
Turkije wenscii', he*, behoud van do
gedeelten van Adrianopel, waarin de
heilige plaatsen gelegen zijn en geeft
de mogendheden dc beschikking over,
den rechteroever van de Maritza. Het
vvenscht over de eilanden in do Aegeï-i
6che Zee behoud der Turksche souve-'
reiniteit. wegens strategisch l>ela.ig,
door de living bij de Aziatische kust,
met du voorbehoud, dat Turkije aan
de mogeudhedeo de beschikking laat
over de regeling van de regoeri.ig op
de eilanden.
Turkije neemt kennis van de belof
ten der" mogendheden betreffende den
toegezegden steun voor de ontwikke
ling van het land.
Breedvoerig worden de godsdiensti
ge en geschiedkundige redenen uileen-
gezet, die Turkije, noodzaken in elk ge
val dat deel van Adrianopel te behou
den, waarin de Sulia' sg raven gelegen
zijn. Het stemt evenwel toe in de ont
manteling der versterkingen.
Als we lieel Adrianopel moeten af
slaan zoo slaat 't in de nota dan
wordt ons land weer blootgesteld aan
ernstige beroering, 't Vorig kabinet is
door den voorgenomen afstand van
Adrianopel gedwongen geworden tot
aftreden.
De nota eindigt
„De regeering, overtuigd, dat de mo
gendheden, die bezield zijn met den
geest van recht en rechtvaardigheid,
den omvang van do offers, waartoe
Turkije zich reeds bereid liesft ver
klaard, zullen erkennen en zullen toe
geven, dat de Porto het recht zou heb
ben eiken nieuwen eiscli, dien de ge
allieerden misschien zouden kunnen
stellen, van de hand te wijzen, neemt,
nota van de bereidwilligheid der mo
gendheden om haar te steunen bij de
wegruiming van de door den oorlog
veroorzaakte nadoelen en bij haar po
gingen om de natuurlijke hulpbron
nen van het land ruimer te doen loei-
't Antwoord der Turken is dus nog
al tegemoetkomend. De eerste opwel
ling der Jong-Turken van Adriano-
•pcl doen we nooit afstand is
jus al gedueht bekoeld 1
Maar Turkije is ook vrij onmachtig.
Vooral door
onderlinge verdeeldheid
tusschen Oud- en
Jon g-'I' u r k e u.
Uit Konstantinopel werd aan de
„Berliner Mcrgenpost" geseind „Van
het Tsjataldja-leger is slechts het eer
ste legercorps het comité der Jong-
Turken volkomen trouw. De stemming
in het tweede legercorps is verdeeld,
en het derde legercorps is beslist vijan
dig gestemd jegens de Jong-Turken.
Zondag en Mn ar dag kwamen hier Lij-
na 300 gewonden aan, die geweer- en
revolverschoten gekregen hadden. Zij
bevestigden, dat er bloedige gevechten
plaais gehad hebben onder de vijande
lijke leger-afdcelingen. liet derde le
gercorps zond den grootvizier Schef-
ket-Pasja een proclamatie, waarin
verlangd wordt, dat Euver-Bey en
diens v rienden uit liet legér verwijd -rd
zullen worden. Medegedeeld werd, dat
deze afdeeling ceist vechten zou, wan
neer er genoegdoening voor den
moord op Nazim-Pasja verkregen was.
De grootvizier antwoordde met de be
lette, dat de moordenaars gestraft zou
den worden, wanneer net leger eerst
zijn plicht gedaan had. Eiavei-Jiey is
met een torpeüohoot vertrekken naar
het vierde eu vijlde legercorps bij Gui-
lipcli, dat eveneens beslist v .jan-lig te
genover het comité staat."
Wat willen nu Mahuioed-Schefketen
Euver-bey beginnen met een leger
macht, die in zich zelf verdeeld is
Wat kunnen zij verwachten van liet
plichtsbesef en dc vaderlandsliefde van
di vises, die .verklaren niet ie zullen
vechten tegen de Bulgaren, zoolahg do
moord op Nazini-pasja niet gewroken
is Kan Mabixced-Schefket zijn vriend
en rechterhand. Euver-bey, die als den
F u 1 i 1 t 19
48)
't Is wol, mijn kilid, 'k vertrouw
u en zal wachten totdat de tijd dfiar
is, dat ge mij alles kunt vertellen; zei
ze op ver troosten den loon tot Bertha.
Nu moet ik vertrekken, want 'k mag
u niet langer van uw work houden en
hier blijven overnachten, dat gaat
niet; ik zou niet gaarne den schijn
aannemen, mij al tc veel vrijheid te
veroorloven - - en zich tot den lieer
Klister wondende, vroeg Kunt
ge mij niet naar een fatsoenlijk lo
gement brengen, hetwelk niet to ver
van den advocaat en ook niet to ver
van dit meisje verwijderd is?
Ja, 'k weet een zeer geschikt
logement hier in de nabijheid, her
nam de heer Küstcr, op zenuwachli-
gen toon, want ook hij was diep ont
roerd door die treffende, hartroeren
de ontmoeting tusschen beide vrou
wen.
Welnu, dan zullen we er dadelijk
heengaan, antwoordde vrouw Holrn-
son. Vaarwel. Bertha, vaarwel, braaf,
edel schepsel, en diep aangedaan
drukte ze Bcrtha beide handen
'moordenaar Van den minister van or-'
log wordt genoemd, openlijk laten te
rechtstellen, om de ontevredenen te
vreden te stellen Daardoor zou hij
niets uitrichten, wijl dan de aanhan
gers van En ver weer ontevreden zou
den worden 1
Noen onder deze omstandigheden
is voor Turkije van een hervatting van
den strijd niets to verwachten.
De Balkanstaten hebben de vredes
onderhandelingen afgebroken. Do
hervatting van den oorlog
is aanstaande. Donderdagavond 7 uur
hebben' de -geallieerden den wapenstil
stand opgezegd. Maandagavond 7 uur
kunnen de vijandelijkheden beginnen.
De Londensche correspondent van
het „Berliner Tageblatt" doelt mede,
dat Bulgarije van plan is, den wapen
stilstand onmiddellijk op te zeggen.
Zondag zal Adrianopel reeds gebom
bardeerd worden. Ook Servië zal niet
langer dralen met het hervatten der
vijandelijkheden. In de kringen der
Balkan-gedelegeerden gelooft men
niet, dat het Turksche antwoord op do
nota der groote mogendheden zoo zal
uitvallen, dat dit antwoord iets aan
don loop der zaken veranderen zal.
Een der gedelegeerden verzekerde dc-
zeu correspondent, dat men overtuigd
is, dat alleen door het hervatten van
den oorlog do Balkanmogendheden 't
snelst hun doel zullen bereiken.
Maar er is toch nog wel kans op be
houd van den vrede. Nu Turkije toont
den vrede te willen, zullen de mogend
heden zeker wel stappen doen, om den
oorlog te voorkomen. Al worden er te
Londen geen officieele vredesonder
handelingen gevoerd, officieus is ook
voel te bereiken. Bovendien, de Bal-
kan-gedelegeerden zijn nog in Lon
den. Alles is dus nog in 't reine te
brengen.
De B a 1 k a n-g edelegeerden
verklaren thans nog wel, dat 't Turk
sche antwoord geen grondslag geeft
voor nieuwe onderhandelingen, maar
dat kan wel bluf zijn. Herhaaldelijk
hebben de vredesgedelegeerden als
echte marktkooplieden! meer ge
vraagd dan ze later eischten.
Eén der cedelegeerden geïnterviewd,
zei Als dé oorlog eenmaal weer be
gonnen is, zullen we nog meer eischen
dan nu.
Voor Maandagavond kan er nog
veel gebeuren.
Een onderhoud met een
Bulgaarsch minister.
Dc „Temps bevat het relaas van
een onderhoud met Theodorof, den
Bulgaai schen minister van financiën.
Deze verklaarde naar Parijs te zijn ge
komen om te onderhandelen over een
leening. Deze zal evenwel eerst geslo
ten worden, nadat de vrede ge te vkend
zal zijn.
De minister zeide weinig hoop te
hebben op een tusschenkomsl der mo
gendheden en hij achtte hervatting der
vijandelijkheden onvermijdelijk. De
geallieerden, zoo verklaarde hij ver-
d-ir, zullen eerst al hun krachten eon-
centreereu op Adrianopel, dat zich be
slist zal overgeven, zoodra de Balka-n-
s'raten tot den aanval overgaan. Daar
na zullen zij de Tsjataldja-linie trach
ten te nemen.
Theodorof - achtte het niet mogelijk,
dat de Turken troepen zouden ontsehc
pen te Rodosto. Hij verklaarde verder,
dat beslist een oorlogsschatting van
Turkije zal worden geèischt.
Turkije zou, volgens den minister,-
niets' verliezer, bij den afstand van de
Europeeschc provincies, daar deze het
rijk meer kosten dan zij opbrengen.
Voor de betaling van de oorlogsver
goeding zullen de geallieerden een uit
stel toestaan, maar tevens waarborgen
eischen.
Theodorof aanvaardt in beginsel de
gedeeltelijke overneming van de Turk
sche schuld door de geallieerden. De
geallieerde staten zullen echter geen
genoegen nemen met een willekeurige
schatting. De minister was van mee-
niag, dat het aandeel in de schulden,
dat de geallieerden zouden overnemen,
400 millioen zou bedragen, vermeer
derd met de schulden, voortspruiten
de uit speciale verplichtingen, aange
gaan voor de provincies, die door de
geallieerden gcarnexeerd worden.
De mogendheden.
Uit We-euen komt do verzekering,
dat de mogendheden eensgezind zijn,
zoodat de oorlog evenals in October
en November geïdealiseerd 2al blij
ven.
Komt deze verzekering uit en ze Is
el wat vaag clan is al veel gewon
nen. W ant een Europeesch conflict...
Turken en M o n l e n c-
g r ij n e n.
Het artillerie-duel duurde Woens
dag den gcheeleh dag voort. De Tur
ken openden eerst een kanonvuur van
den Tarabosj en ai.dere stellingen cut
en trachtten daarna een uitval te
doen, met het doel eenige stellingen,
die zij in de laatste dagen verloren
hadden, ie herwinnen. De Montene-
grijnen beperkten zich tot de verdedi
ging.
Toen do Turken naderden, werden
Na Bertha herhaalde malen gekust
te hebben, verliet ze de woning van
madame Colbran en ging met kaar
geleider naar 't haar aangewezen lo
gement.
De groote ijzeren kast, waaruit
Margaretha 't stuk barnsteen geno
men had, bevatte meestal materialen
uit het magazijn van haar vader; zoo-
als goud, kostbare vreemde steen en,
brillauten enz., in 't kort al datgene
van waarde waarnaar dagelijks niet
gevraagd werd. Ger.uinien lijd kon
er dus verioopen, eer <le lieer Robil
lard deze kast opende. Toer. echter de
juwelier oji zekeren dag ia de kast
iets noociig had. ontdekte hij een groo
te leemte; hij kon zich echter niet
herinneren wal juist op die plaats
gelegen had, toen hij plotseling tot
de zekorheid kwam, dat "t de plaats
was, waar hij eigenhandig 't stuk
barnsteen had neergelegd.
Hevig ontsteld deinsde hij een paar
schreden achteruit; hij kon, ofschoon
hij 't zag, zich maar geen denkbeeld
vormen, waar 't aan te moeten toe
schrijven, dat de barnsteen niet nicer
aanwezig was. Wie kan in deze
kast geweest zijn? Ilij onderzocht het
slot. den sleutel, zag alles nog eens
goed na, maar van inbraak, van ge
weld, was geen spoor te ontdekken.
Het moet bepaald door iemand ont
vreemd zijn die met alles hier in huis
nauwkeurig bekend is, anders is 't
zïj* ontvangen met een Wel onderhou-'
den vuur van mitrailleuses en grana
ten. Zij worden teruggeslagen en leden
grooto verliezen. Aan Montenegrijn-
scho zijde sneuvelden twee man cn
weiden acht gewond.
Hoe groot do verliezen der Turken'
zijn, is niet bekend.
Allerlei.
Een rede van den Eng el
se hen minister Churchill.
Minister Churchill heeft te Dundee
een belangwekkende rede gehouden,
waarin hij o. a. zeide, dat de Engal-
scho vloot thans betrekkelijk sterker
is dan ooit. De naijver op Frankrijk
zoo verklaarde hij verder, behoort tot
het verloden. Do havens aan de oost
kust zijn op het oogenblik van bijzon
der belang voor do verdediging ter
zee. „Onze twisten mot Frankrijk zijn
gelukkig geëindigd", zoo vervolgde hij,
„en ik hoop nog don tijd to zien aan
breken dat wij, zonder dat de vrede
onder do beschaafde volken verstoord
wordt, op beteren voet zullen zijn ook
met een andere groote Europeesehe
mogendheid." (Toejuichingen).
Uit de D aitscho politi eli.
De Rijkskanselier liet in den Rijks
dag mededoelen, dat hij tie beantwoor
ding van een Interpellatie der Polen
over de onteigening van grondbezit
weigerde, daar de Rijksdag z. i. niet
bevoegd is. hierover te oordeela».
Na bespreking stelden de Polen een
motie voor, zeggende dat de toelating
van de onteigening door den Rijkskan
selier niet in overeenstemming is met
de opvatting van den Rijksdag.
Deze motie van wantrouwen werd
met 313 tegs 97 stemmen en 43 ont
houdingen aangenomen.
Het Belgische Ministerie.
VoLgen3 de „Soir" liep in de wandel
gangen van de Kamers liet gerucht,
dat ér oneenigbeid heërscht in het mi
nisterie eri dat er zelfs sprake zou zijn
van het aftreden van den minister-pre
sident.
Binnenland
UIT DE STAATSCOURANT.
Bij kou. besiuit is aan den heer M.
R. baron Bentinck, Wassenaar, op
verzoek, eervol ontslag verleend als
adj.-secr. van het hoofdcomité van de
ver. „Het Ned. Roode Kruis".
Bij res. v. d. Min. v. Kol is C. Benit
ter besch. gest. v. d. G.-G. v. Ned.-
Iudië, ten einde, na le zijn benoemd
tot commies der" 3e kltc worden be
last met de waaru. der betr. van id.
2e kl. hij den post, telegraaf- cn te-
lephoondienst.
MUSEUM REGIMENT GRENADIERS
EN JAGERS.
In do Oranje-kazerne in Den Haag
is een lokaal tot historisch museum
van het regiment grenadiers en jagers
ingericht, dat binnenkort geopend zal
worden.
In een kleine kamer van de beneden
verdieping werd een verzameling uni
formen en andere uitrustingsstukken
van grenadiers en jagers bewaard,
deels uit schenkingen, deels uit vroe
gere standmodellen bestaande. De re-
giiaeiits-CQilimardant, kolonel P. W.
Wéb-er, heeft zich' over die verzameling
ontfermd, hij wees er een meer ge
schikte loc&liteit voor aan en droeg
don lsten luitenant der grenadiers G.
J. Gijsbcrti Hodei.piji cp, dat lokaal
tot historisch- museum van hat regi
ment in to richten. Gesteund door
ruime giften van officieren en oud-
officieren, is ei nu een soort museum
tot stand gehemeu; de belangstelling
uitte zich zoowel m geldelijke bijdra
gen als in schenkingen van oude uni
formen en uitrustingsstukken, als fa-
milie-réliqaie van geslacht tot ge
slacht bewaard. In kasten en vitrines
ziet men de oude uniformen, verschil
lende voor de regimentsgeschiedenis
kostbare bescheiden ook archiefstuk
kon mot tal van voorwerpen ten
toon gesteld, zoo meldt de N. R. C.
AFZANDEN VAN DUINEN.
Het bestuur der verec-niging Vreem
delingenverkeer te Noordwijk, zegt in
een adres aan de T.vee-Kamer, dat 't
met toenemende bezorgdheid ziet, dat
wordt voortgegaan niet hei alzanden
van <Ie duinenrij, loepen Je van Kat
wijk.aan Zee naar Noordv.ijk aan Zee.
Het verzoekt met aandrang de mo
tie van de biet-ren Dolle c.s., bedoelen
de do regiering uit te noodigen een
öiidóizocn in ie stellen omtrent de
vruag, of het vvenschélijk is door alge-
ïneene wettelijke bepalingen, het be
houd van do duinen ie verzekeren,
zoo spoedig mogelijk in behandeling
te nemen.
G EM EEN TER A ADS VERKIEZING
UTRECHT.
Bij de te Utrecht genouden herstem
ming voor de verkiezing van twee le
den an den Gemeenteraad in het
kiesdistrict D (vacatures mr. Werker,
vrijzinnig-democraat, cn Zoetmulder
R.-K. )zijn gekozen do heeren VV. H.
onmogelijk; immers al die geheimen,
verbonden aan 't slot, maken liet
voor icderai oningewijde ondoenlijk
er in te komen, tenzij met geweld en
indien dit gepleegd was, zouden de
sporen niet achterwege gebleven zijn.
Was bet dien persoon te doen ge
weest, zich te verrijken, waarom dan
niet licl juist daarnaast lig'gend ruw
stuk goud medegenomen, hetgeen toch
in 't oog van elk -gewoon mensóli
meer waarde heeft, dan zoo'n stuk
steen, Er komt niemand in deze ka
nier dan do huisge.nooten, zooals cle
meld, de kamenier mijner dochter,
mijn bediende, mijn boekhouder, al
len voor zoover mij bekend is, ver
trouwde personen, wat toch zouden
dezen met zoo iets moeten beginnen?
Alles is mij een raadsel, want hoe is
zoo'n prachtig stuk in handen van
Mielewsky gekomen? Maar, ging hij
voort, zou, zou mijn dochter, zou
Margaretha
Do heer Robillard sidderde, een on
gewone onrust bekroop hem, terwijl
hij dc gedachte aan Margaretha niet
van zich kon zetten.
t Is niet zoozeer de waarde van
't stuk, of 't geldelijk verlies, want
dat zou ik desverlangd aan Mielevvs-
ky kunnen vergoeden als wel de
gedachte, dat mijne dochter mij be
steelt uit liefde voor dien man, wei-
keu 't toeval of 't noodlot bij mij aan
huis heeft gebracht, dat mij zoo ter
nedAP «'tókt, zeide de heer Robillard
M. Werker (vrijzlivnlg-'deniocraat) met
122-2 steramen en mr! J. A. Roaenveldt
(soc.-dein.) met 1206 stemmen. De hee
ren mr. E. W. H. Duyzings (R.-K.) en
W. Belger (a.-r.) verwtereven onder
scheidenlijk 1164 cn 1176 stemmen.
PROF. Dr. S. CRAMER.
Na een ernstige ongesteldfooid Is te
Amsterdam naar 't N. v. d, D. meldt
overleden prof. dr. Samuel Cramer,
oud-hoogleeraar in de faculteit der
godgeleerdheid aan de Amsterdam-
sche Universiteit en toet Seminarium
tet opleiding van leeraren in de
Doopsgezinde Gemeenten. Wegens be
reiking van den 70-jarigen, leeftijd
ha-d prof. Cramer aan Ihot einde van
den vorigen cursus zijn ambt neer
gelegd.
BESTELLING HALF-AUTOMATI-
SCHE TELEFOON-INRICHTING TE
AMSTERDAM.
't Voorstel van B. en W. om een
half-automatisciie centrale inrichting'
voor 4000 telefoon-aansluitingen te
doen leveren en daarvoor een crediet'
van 425 000 beschikbaar te stellen,
werd door den Amsterdamschen ge
meenteraad goedgekeurd.
DE VERDEDIGING VAN INDI8
Van eene aangekondigde over
komst naar Nederland van generaal
Van Daalen, commandant van het
Indische leger, ter bespreking van
aangelegenheden, de defensie der ko
loniën betreffende, is in ambtelijke
kringen niets bekend.
De leden der Staatscommissie voor
de Indische verdedifing, die uit Oost-
Indiê waren overgekomen, zullen in
het begin van Maart naar India tc-
rugkeeren.
ONWEER IN DEN WINTER.
Maandagavond omstreeks half tien
werd in toet Noorden, aldus meldt da
N. Harl. Ct., een onwencr waargeno
men. De donder rommelde, terwijl
eenige -felle bliksemstralen toet lucht
ruim verlichtten.
TWEEDE KAMER.
Vóór dal de Minister van bizmen-
landscne zaken gisteren de sprekers
over het lager onderwijs nader be
antwoordde bij de verdere behande
ling van Hoofdstuk V der Staatsbe
groting, sloten ook nog de heeren
De Klerk en. Smeer,ge zich aan bij do
replieken, die gericht waren tegen 't
bidden der kinderen op d<i bijzondere
school voor'do verkiezingen en die
meer steun wenschten voer 't onder
wijs van schipperskinderen.
Op dit laatste punt gaf Minister
Heemskerk uitzicht op welwillende be
oordeeling bij een eventueels aan
vraag van Schultevaer, Op de school
te Sluis, zei de Min., zijn inderdaad
n-u nog twee Nederlandsclie kinderen,
•maar :dio gaan ei' met den nieuwen
cursus "af. Een ex Lra-pe:. si oen-rege
ling voor onderwijzers-Kamerleden
wilde de Min'. vOór de- verkiezingen
niet beloven,
Terwijl hij een herziening van de M.
U. L. O. wet niet uitgesleten achtte,
betoogde de Minister nader dat de
Werking daarvan in 't algemeen goed
en niet nadeelig voor 't peil van hel
onderwijs was geweest.
Eén commissie van transactie voor
de taalspeliing wees hij nader af, ten
zij de begeerte sterker bleek dan nu.
Daarna sprak de premier over de
politiek, die zich in do onderwijskri-
tie-k zoo sterk had geopenbaard tegen
over een Min. die men erk, -a weg te
willen hebben. Dat was duidelijk. Hij
zette-zijn standpunt over 't gebed der
kinderen nader uiteen en betoogde
nogmaals dat dit een pae.lagogische
zaak is, waarover men beter had «c-
daan niet zoovéél te schrijven en te
spreken, ('t Moest stiekem gebeuren!
riep een lid). Neen, dat n:et, maar
zoo iets moet in besloten kring "an
gelijkgezinden worden uitgemaakt.
Met subsidie-verstrekking had het
niels.te maken; <le christelijke school
móest vrij blijven en 't subsidie \er-
leend, zoolang er niets gebeurt in
strijd met de goede zeden en de wet
ten des lands. Maar liet was duide
lijk: de strijd ging tegen den geest
van hét confessioneel ouderwijs,
men wilde daarvoor liefst geen subsi
die toestaan; men zei het niet rond
uit, maar deze reactie was er in te
ruiken.
Volgens den Min. liep tte eerbiedi
ging der godsdienstige overtuigingen
meer gevaar naarmate men de neu
traliteit d-er openbare school meer op
de spits dreef. Als de open' ■- sé'-ool
meer bevredigde zou er reden biij-
in zich-zelven. Bovendien zul de we
reld mij voor een zwendelaar houden,
w anneer ik nu 't hoogstwaarschijn
lijk is, dat het stuk door de justitie
zal opgeëisclit worden moet zeggen,
dat het mij ontvreemd, dat het spoor
loos verdwenen is, Men zal zeggen;
„hij is bang geworden, dat men van
wege de justitie dit stuk zou toetsen on
daarom is het naar 't land der
sprookjes teruggekeerd, van waar het
gekomen is." Ja, wat valt er aan le
doen? prevelde de heer Robillard.
Hij schelde; een bediende verscheen.
Is mijne dochter te huis? vroeg
de heer Robillard,
Mejuffrouw is zco even uitge
gaan.
O zoo, 't is goed, zeide de juwe
lier, zoodra mijne dochter echter te
huls komt, trek dan tot toeken aan de
schel der huisdeur.
Aan de huisschel? vroeg de be
diende zeer verwonderd.
Dat zijn mijn zaken, doe wat ik
u beveell Met dient slechts om mij te
waarschuwen, dat mijne dochter te
rug is.
De bediende had zich nauwelijks
verwijderd, of de heer Robillard, we
tende dat zijne dochter zicii niet op
haar kamer bevond, spoedde zich met
haastige schreden derwaarts.
Hij doorzocht alle kasten, alle hoe
ken, keek onder de sofa, acuter de
meubelen, ja tot zelfs in de vouwen
der portièrés, maar alles te vergeefs!
ven bestaan om haaf meer staatshulp
te verschaffen dan aan de bijzonde
re. Do Min. lokte den Btrijd in 1913
over de school niet uit. Hij toad er
goen behoefte aan, maar linker
zij do deed ihot, ook door het ei toeren
van vinnige stukken als heden wer
den aangehaald uit „de Heilige Fami
lie". De Min. wees er op dat ook van
links dingen worden geschreven die
niet door den beugel kunnen en hij
drong er bij alle partijen op aan. oni
bij de verkiezingen niets te schrijven
wat don toets niet kan doorslaan.
Toen volgde een incident. De Mi
nister had in den loop zijner rede er
over geklaagd dat toij niet over bid
den in do Kamer kon spreken zonder
dat een lid dér linkerzijde ironische
opmerkingen of gebaren maakte. Dat
trok de hear Mardhant zich aan en
hij vroeg het woord voor een persoon
lijk feit. Maar de Minister verklaarde
dat toij dien spr, niet op 't oog had.
Wien dan'? vroeg men en de heer Mer
chant meende, dat de voorzitter dit
den Minister moest doen. verklaren
om niet een beloedigenden schijn op
de gansche linkerzijde te doen vallen.
De Minister verzekerde evenwel dat
hij die bedoeling volstrekt niet ge
had toad en daarvan acte nemende
liet de toeer Merchant het er bij.
Na de sluiting van het algemeen de
bat werd bij eenige artikelen der afd.
L. Ond. door den neer Ter Laan aan
gedrongen op een veranderde orga
nisatie van de schoolinspectie met
vervallen van den rang van arronl-
schoclopziener een denkbeeld dat
de Min. bij herziening der wet In
overweging zou némen.
Over de salaris-regeling van de on
derwijzers bij de rijks normaallessen
en leerscholen werd door de toeeren
Ter Laan, Lieftinek, Oosieibaan, IIu-
genholtz, Roodtouyzen, Dolk, Smeeii-
ge en Ketelaar gesproken, die. allen
herhaling eischten van de betaling
met f 1 per lesuur en verschillende
verhoqgingen (tot f 100 en f 75 per
jaoriijkscth lesuur met periodieke op
klimmingen) aanbevolen. De Minister
voelde er voor, dook vond "t niet zóó
urgent om er dil jaar aan te voldoen
en beloofde overweging iegui he: vol
gend jaar. Toen stelden de heeren
Roodhnyzen en anderen een motie
van orde voor, orn de wensocelijk 1 ieid
dier salaris-verbetering uit te spre
ken.
Daarover ihe den morgen voortzet
ting der discussie.
In de avondvergadering van giste
ren onder Jhr. De Geer's leiding
was de voortzetting der discussie over
da
Marinehegrooting
aan de orde.
De heer Verhey toonde zich inge
nomen met '8 Min. aanvraag van klein
materieel, waardoor wij" 30 torpedo-
schepen en 7 onderzeeërs (eigenlijk
nog te weinig) zullen krijgen.
Spr, hoopte dat de Min. do Kamer
zijn plannen, volledig zou meedeelen
en ook over de opheffing der rijkswerf
te Amsterdam, niet zou beslissen, zon
der overleg met de Kamer.
Omtrent 't personeel was spr. veel
nog niet duidelijk, maar men moet
de klachten niet negeeren en vooral
op goede voeding'kwam" bij "de Mari
no veel aan. liet getal straffen is ook
aanmerkelijk vermeerderd, zoo we
gens vergrijpen tegen den dienst, als
strafrechtelijke delicten. Toch achtte
spr. met den Min. den geest bij de
marine niet zoo slecht, als slechts de
Bond der minderen geen actie voert
als tegen de passagiers-order. Nu wil
de Min. de schepelingen die tegen
dienstorders handelen of demonstroe-
ren, verwijderen; men zij daarmede
voorzichtig eu ontvolke de vloot niet,
want van gebruik der zeemilitie
maakte spr. zicii geen illusie. Spr.
achtte t meer geraden om door spoe
dige verbetering van salarieèring en
pensioen, ook voor onder-officieren,
verbetering en bevrediging te zotken.
Spr. vroeg, na op meerder onderlin-
gen omgang tusschen officieren en.
minderen, ter ontwikkeling tc hebben
aangedrongen, alsnog beroep in te
voeren van in Indiê gewezen vonnis
sen b;j de Marine.
Hierop vervolgde de heer Hugen-
holtz zijn Dinsdag afgebroken rede;
hij vergoelijkte de handelingen van
den Marinebond tegenover de bij de
passagiersorder gepleegde onrecht
matige inbreuk op de vrijheid van
meerderjarige mannen.
Ten aanzien van de maatregelen
die de Min. nu wil nemen om den
geest bij de Marine te verbeteren,
deed de spr. uitkomen dat de actie
van den Marinebond geheel buiten do
socialistische beweging staat. Spr.
ontkende 't verband der socialistische
propaganda en 't werk van den Bond
voor lotsverbetering. De poging om
den Bond weg tc krijgen, noemde spr.
Zweetdroppels parelden op zijn voor
hoofd, docli niettegenstaande dat,
haastte hij zich de logeerkamer te
doorzoeken ook op den zolder zocht
hij open onder alles; ja, tot op de vlie
ring zette hij z'n ontdekkingstocht
voort, dochhelaas, zonder 't
minste spoor van barnsteen te ont
dekken! Ademloos, geheel afgemat
en door 't geagiteerde zoeken én door
zenuwen, kwam hij in zijn kamer te
rug.
Hij zette zich neder teneinde zijne
gedachten den vrijen loop te laten;
doch hoe hij peinsde of nadacht, tel
kens stuitte hij op zijne dochter, ja,
hij hield het voor zoo goed als zeker,
dat niemand anders dan Margaretha
de daad kon verricht hebben.
Eindelijk, daar liet zich de schel
der huisdeur lioüren. De juwelier
ontroerde, hij wischte zich 't voor
hoofd af en gaf zich moeite z'n ge
woon voorkomen aan te nemen.
Margaretha trad binnen en be
schouwde haar vader op bijzondere
wijze.
Wel, papa, hoe komt het. dat ik
heden zoo statieus aangediend word,
want Jan trekt aun de schel der huis
deur. even alsof ik een hoog vorstelijk
personaadje ware, dat door kamerhee-
ren of officianten binnengeleid moet
worden. Jan zeide mij, dat u zulks
bevolen hud.
Och, Jan is een ezel, een domkop,
gaf de heer Robillard ietwat gemelijk
struisvogelpolitiek; maar 't Is gemak
kelijker gezegd dan gedaan om den
Bond te verbieden in 't belang der
openbare orde. Dc Bond i6 zeer mach
tig en groeit steeds aan. Het verbie
den van 't lidmaatschap gaat niet,
want men kan kinderen bij contract
niet binden. Dan maar ontslag
massa-ontslag. En de eerste slacht
offers zijn er al. De matrozen Wielin-
ga en Plas, te Helder on Hellevoet-
sluis, zijn voor ontslag voorgedragen
als anti-militair, zonder motieven. Is
dat wegens vroegere actie? Met terug
werkende kracht? Of omdat zij zijn
bestuurslid van de organisatie?
Spr. wees er ook op dat men door
een maatregel als deze bet uit den
dienst verwijderd worden, zeer ge
makkelijk maakt. Men zal op deze
groote woorden moeten terugkomen,
evenals op 't ontslag op verzoek we
gens weerzin tegen den dienst. Spr.
wees er op dat 'sMin. plan om bij
verlies van manschappen de zeemi
litie te gebruiken, mislukken moet.
De Min. krijgt geen vrijwilligers en
de zonen der gegoeden deugen niet
voor den zeedienst. Spr. was over
tuigd dat 's Min. pluimen zullen falen.
Er was maar één middel tot herstel:
instelling eener parlementaire com
missie om alle grieven te onderzoe
ken.
De heer Van Wassenaer was tegen
het behoud der werf tc Amsterdam,
omdat de schepen in tijd van oorlog
daar niet kunnen binnenvallen. Spr.
verdedigde de aanvragen voor aan
bouw, waardoor de begrooting niet is
verhoogd en 't stelsel van rc-patriee-
ren der schepelingen uit Indiê. Ten
aanzien van de zoogenaamde geheime
circulaire verdedigde de spr. de hou
ding des Min. om niet te dulden dat
de Bond zich als gelijkgerechtigde
stelle tegenover 't marine-gezag. Daar
tegen dient te worden gewaakt, door
ontslag en strafbaarstelling en door
het breken van de macht van den
Boud tegenover de marine-autoriteit.
Spr. waarschuwde voor de verant
woordelijkheid van hen die lot verzet
aansporen, zoodat onze zonen later
de gevolgen- zullen moeten dragen.
De heer Hclsdingen waarschuwde
teg^n een al te overhaast opheffen van
de Marinewerf en verzocht dit niet te
doen buiten de Kamer om. Als tot de
opheffing werd besloten, vroeg spre
ker voor de werklieden, die geen vol
pensioen erlangen, handhaving van
hun recht op pensioen naar dienst
jaren eu wachtgeld.
Na zich bij enkele wenschen van
andere sprekers te hebben aangeslo
ten, verdedigde de heer Van der Voort
van Zijp s Ministers aanvraag van
4.2 millioen, voor klein materieel, met
vreugde.
Spreker vroeg, of de werf te Soera-
ba ja niet moot worden ingericht en
van personeel voorzien, om in Indië
alle noodige herstellingen te doen.
Hij hoopte, dat de afwerking van
de panteorschepen aan de werf to Am
sterdam geen vertraging zou onder
gaan.
Inzake het personeel sloot spreker
zich aan bij het standpunt van cle
sprekers van rechts. Er waren grie
ven, zeker maar er is veel verbe
terd. En nu heeft de Regeering haar
standpunt, ook tegenover do Militaire
Bonden, uiteengezel. Sprelter was het
mot den heer Van Twist eens, dat
men bij de marine de slagboomen
moet wegnemen men moet geen in
breuk op de tucht gedoogen, geen Mi-
chels of Versteeg mug er bevelen. Dan
zal de toestand beter worden. De Mi
nister handele met kracht en voor
zichtigheid en hij verdedigd© ock ont
slag als ultimum remedium, al meet
men daarna tot de zeemilitie zijn toe
vlucht nemen. Doch hij vond vrijwil
ligers nog 't beste.
Spreker betoogde ten slotte, dat blij
kens de ondervinding met den vloot-
predikant er propaganda wordt ge
maakt tegen de religie, door gods
lasterlijke lectuur voor de minderen.
Zeer breedvoerig was de Minister
van Oorlog, ad interim Minister van
Marine, de heer Colïjn. in zijn ant
woord. Hij aanvaardde de qualifica-
tie voor zijn begrooting van cixxüet-
wet, al had hij toch nopens de oprui
ming van oud materieel en de oplei
ding vrij ingrijpende voorstellen ge
daan.
len aanzien van de Marinewerf
neigde de Minister tot opheffingnij
zou het desbetreffend rapport publi-
'ceercn en de Kamer vooraf raadple
gen trouwens voor noodige verande
ringen aan andere werven moest dat
wel. Op de belangen van lset perso-
r.eel zou zeker worden gelet.
De Minister bleef stellig de moge
lijkheid van geknoei bij de proefvaar
ten van de „Bulhond" en „Jakhals"
ontkennen.
Door den langen duur der Kamer-
werkzaamheden was de arbeid der
Commissie voor de Indische defensie
een maand vertraagd.
Do becijferingen van den hoor Ha-
geuholtz over nieuwe aanschaffingen
van materieel en over de oorlogs- en
marine-uitgaven in de toekomst, wa
ren zeer overdreven. Als men de op
gegeven sommen met 10 deelde, kwani
men nader bij de waarheid.
ten antwoord, hij heeft mij zooate
meermalen gebeurt weer niet begre
pen.
Ilij vermeed echter de oogeu zijner
dochter te ontmoeten.
Een zacht kloppen op de deur sloor-
de den heer Robillard in zijn ontboe
zemingen en Jan binnentredende,
wendde zich tot Margaretha.
Een jonge dame wenschte me
juffrouw Robillard dringend te spre
ken, zeide hij.
Margaretha verliet de kamer- en
begaf zich naar haar woonkamer,
waar Bertha op haar wachtte. Zij
ging naar haar toe, gaf haar vriende
lijk de hand en zeide:
Waaraan heb ik de eer van uw
bezoek ie danken? Haar stem beefde
merkbaar.
Mejuffrouw, antwoordde Bertha,
de heer IlolmsonLa Franca, zich
noemende Mielewsky, heeft eenigen
tijd geleden een groot stuk barnsteen
bij uw vader beleend.
Margaretha werd bij het hooren
van deze woorden bleek van schrik,
ze kon bijna niet langer blijven staan
en moest op de sofa gaan zitten.
Weet gij ook reeds daarvan? sta
melde ze.
Ja, mejuffrouw, zeker weet ik er
van, ging Bertha voort. Ik weet dat
hij er honderdduizend francs op be
leend heeft.
(Wordt vervolgd).