BIJBLAD VAN HAARLEM'S DAGBLAD
S^S GROOTE HOUTSTRAAT SS.
DRUKKERIJ ZUIDER BUITENSPAARNE 6.
No 9064
DE ZATERDAGAVOND
baarle?jfs dagblad kost
fllffi PES 8 IAANBEÜ
OF 10 CENT Pil WIK.
in haarlem's dagblad zsjm
advbt!ïmt®j doeltreffend.
O.MZE ANN0NOÊ8
WORDEN opgemerkt
Het Rsjke Natuurleven
SIERDENNETJES.
Het is niet ieders werk, een frisch
Ontvangen araucaria of tafeltjesden
goed te houden.
De bloemisten schijnen daarvan het
monopolie te hebben. Heerlijk groen
en mooi gekroesd leveren zij de den
netjes af en iedere straal van zoo'n
stervormig tafeltje, wipt juist genoeg
omhoog, om het plantje een sierlijk
model te geven.
Zoo'n juweel behoort een eereplaats
te hebben, gaat men al gauw denken.
Een beetje warmte zal wel goed doen,
en zoo prijkt de kerngezonde plant
plotseling op een siertafeltje in de
huiskamer.
De natuur schijnt intusschen de
goede bedoelingen te miskennen,
want na 'n paar dagen hangen de zoo
fier omhoog gestoken armen mistroos
tig omlaag, en we zijn, tegen onzen
zin, in 't bezit van een treurden ge
komen.
Een zonnetje kwikt hem misschien
wel weer wat op, is dan hot algcmee-
ne gevoelen en onmiddellijk daarop
verhuist de zieke naar het raam,
waar liet middagzonnetje kwistig zijn
stralen door naar binnen stuurt.
Weer twee dagen verder. De kuur
schijnt weer te mislukken. Het zonne
bad deed meer kwaad dan goed, want
één voor één vallen dc groene zij
scheutjes omlaag en de onderste éta
ge is weldra in vijf omlaag gerichte
stokjes veranderd.
Die moeten er nu ook maar af. De
plant wordt eerst van het ontsierende
lint, dat er zoo zwierig omheen was
geslingerd, ontdaan en één voor één
vallen de vijf naakte takjes onder de
sciiaar of het mes van den wanhopi
ge n plantenvriend.
„Zou de pot soms te klein zijn,"
denkt men nu nog, vergetend, dat de
vijf wonden het kostbare sap drup
pelsgewijze doorlaten.
De mishandelde plant krijgt nog
e\en nieuwe aarde, wordt mogelijk
riug te diep in den grond gezet 'u
verhuist, ontdaan van het lint en slap
van armen, naar een verloren, hoekje
in de kamer, waar de laatste levens
maanden worden weggekwijnd, om
ten slotte uit de woning te worden
verbannen.
Negentig procent van de arai
ondergaan een dergelijk lot..Zij, die
toevallig onder iets minder ongunsti
ge "omstandigheden verkeeren, bren
gen net nog tot wat armzalige nieu
we takken, die ten slotte als slangen
omlaag hangen, zoodat het fiere plan
tje niets van zijn frischheid heeft be
houden en weinig meer op een tafel-
Ijesden lijkt. Zoo kunnen ze jaren
1)1.jven leven. Ze sterven niet, omdat
ze al is het soms onbewust, nog eens
weer een enkelen keer een goede be
handeling krijgen, maar ze monteren
niet genoeg meer op, omdat tegen
strijdige bewerkingen het resultaat
weer reduceeren.
Wat we dan wel moeten doen?
Als zoo'n araucaria uit de bloemis
terij komt en hij heeft een zijden
slang om zijn leden, dan moeten we
dat ding er voorzichtig afwikkelen.
In de eerste plaats kunnen we ae
plant daardoor niet geregeld het noo-
dige besproeiingswater geven en ln
de tweede plaats wordt de natuur ge
weld aangedaan. Zoo'n frisch, groen
dennetje is op zichzelf een sieraad en,
was het niet, dat smaken verschillen,
dan zou ik zeggen, dat een lint het
mooie van de plant wegneemt. Wie er
zoo niet over denkt, moet toch niet Le
zuinig op het reepje zijde zijn, want
begieten we de plant daarom minder,
dan is gauw het spreekwoord van de
vlag enz. van toepassing. Dan moet do
araucaria nooit in ds felle zon staan,
Is het zomer, zet hem dan onmiddel
lijk in den tuin op een schaduwrijk
plekje, neem een paar maal per week
êeu plantenspuit of desnoods een
gietertje en laat liet op temperatuur
gebrachte regenwater flink over zijn
groene armen en veelbelovcndeu top
vloeien. Dat is een weldaad, die niets
kost mi waarvoor u de plant beloont,
der oiiiuidueliijk daarna met gratie
z-.jn armen le verheffen.
Wurdt de aarde Le nat, dan kunt ge
dj plant scnuin houden, zoodat bet
overtollige water niet in den pot te
recht komt. Dit sproeien, vooral in
droge zomers, wam een beetje over
leg hóórt er natuurlijk bij, doet de den
zijn frischheid behouden. Meer heeft
ln.) in den zomer al niet noodig, al is
hii dan erg dankbaar voor een lichte
bemesting. Zoolang echter de grond
vorsen is, móeten we daarmee heel'
voorzichtig zijn, en die goede eigen
schap van de aarde gaat gauw verlo
ren, ate ze te vochtig wurdt. Dit is
ook de reden, waarom ik mijn plan
ten bij het besproeien vaak op ztjae
houd. is de grond toch verzuurd, wat
gemakkelijk is Le ruiken, dan moeide
bovenlaag wat worden losgemaakt en
tusschen deze kluiten wat bergkrljt
worden gestrooid. Een geringe hoe
veelheid ongebluschte kalk werkt op
dezelfde wijze, maar is niet zoo gauw
bij de hand.
Zoo houdt de tafeltjesden het heel
gced uit, totdat de koude dagen ko
men. is de winter zacht, dan is het
nog beter buiten, dan bij de warme
kacli'l, maar het ideaal is een tem
pera'oer van ongeveer 50 graden.
Daar houden de planten haar frisch
heid bij en de mooie golf blijft in de
etages bestaan.
Natuurlijk moeten wc dan het be
sproeien staken. De planten moeten
rust hebben en mogen dan zelfs wel
een enkel zonnestraaltje opvangen.
Uitdrogen doen ze dan niet gemak
kelijk, zoodal de zorgen Runnen ver
minderen.
Verpotten is slechts noodig, als de
plant te groot wordt. Dat behoeft lang
niet ieder jaar te gebeuren, maar is
het noodzakelijk geworden, dan moet
de araucaria een tijdje naar den
vakman. Zelf geven we ze zoo gauw
verkeerde aarde. Deze moet los en
voedzaam zijn, terwijl het er ook nog
op aankomt, hoe diep de plant wordt
gezet. Het is lang niet ieders werk,
dat overbrengen in een anderen voe
dingsbodem, maar het is ook de eenig-
ste dienst dien we den planten zelf
niet goed kunnen bewijzen. Heeft de
bloemist ze weer eens even behan
deld, dan komen ze krachtig terug en
onze zorgen zullen met flinke tafel
tjes worden beloond.
H. PEUSENS.
Rubriek voor Vrouwen
De mode ten opzidbt© van de
verschillende seizoens.
Waarmede we liet eerst be
ginnen moeten. Nieuwe
mouwen.
Het is een eigenaardig verschijnsel
in de Mode, hoe die er steeds op uit
is den tijd vooruit te loopen! Nauwe
lijks is de maand September in het
land of men ziet de magazijnen reeds
winterboeien en bont-garnituren éta-
leeren, h^ie.ens donkerkleurige *al-
leur-costrums, terwijl hét menigmaal
voorkomt, dat het Septembeizonnetje
zóó koesterend schijnt, dat we
onze lichte, luchtige zomertoiIe:ten
nog ongaarne afstand doen.
Evenzoo gaat het in ihot vrc
voorjaar. Als de maand Januari
daar is, worden in alle magazijnen
inventaris-opruimingen gOhouden,
maar zoodra kondigt de kalender Fe
bruari aan, of men ziet, als met toto-
Verslag de wlntertoiletben verdwijnen,
om plants te maken, deels voor wit-
étalages, deels .voor de allereerste
nouveautés voor but komend seizoen.
Nu kan ik mijn geachte lezeressen
niet genoeg waarschuwen tegen dien
ongeniotiveerden spoed! Immers
ons klimaat kunnen juist die vi
jaarsmaanden zulk leil en guur weer
brengen, dat men er niet aa.n denken
kan van kleeding te verwisselen. En
j dan nog zijn die vroege modellen riet
altijd betrouwbaar voor 'liet nieuwe
seizoen.
Het is daarom verstandig maar
rustig af te wachten en eerst een
zien welke nouveautés er geaccep
teerd worden en kans hebben i
,.in te slaan.'
In dien tussdhentijd kunnen
practisclhe vrouwen, die zelf haar klee
ding onderhouden, zich nuttig bezig
houden met de linnenkast en eens
•zien, wat daar vernieuwd of veran
derd moet worden.
Voor verandering komen zeer zeker
onze witte rokken in aanmerking;
want nu de nauwe japonrokken zich
ook in den komenden zomer zullen
welen te handhaven, moet de ouder-
kleediiing daaraan ge even red igd wor
den
Tot nu toe durfde men de wit batis
ten rokken nog n el veranderen en be
hielp men zich veelal met een tafzij
den of tricot onderrok, dóch de
ste zijn onsolide en de laatste vol
doen niet algemeen, want hoe cor
rect ze de heupen ook omsluiten, heb
ben de tricot-rokken bet groote
brek, dat ze onder et zitvlak te veei
invallen en daardoor veel afdoen aan
Lei mooi vallen der costuumrokken.
Aan dit euvel kan men ©enigszins ie-
genioet komen door op de achterbaan
van den tricotrok een stuk strook
aan te brengen, boven den gewonen
volant.
De witte rokken moeten eveneens
zóó veranderd worden, dat ze den
japonrok voldoende steun geven. Men
geraakt hiertoo het beste, als men de
rokken met vier banen inricht. Voor-
en achterbaan worden afgeschuind
en de nog reslearende ruimte in heup.
plooitjes weggenaaid.
Wat nu onze toiletten betreft, zijn
•liet de mouwen die het allereerst ver
raden of we een nieuwe of oude taille
voor 'hebben. Daarom vragen d:e het
allereerst onze aandacht om -emo-
derniseei-d te worden. De kimono
modellen 'heeft men wat al te vroeg
als afgedaan willen beschouwen want
nog duiken ze telkens op. zij het dan
ook in min of meer ge wijzigden vorm
en waar er sprake is van ingezette
mouwen, zoo worden die toch niet
meer op de oude plaats ingezet; want
'het verlengen der schouderlijn ge
biedt den inzet der mouw op de helft
van den bovenarml
Het spréékt vanzelf, dat dit slechts
met do boven st of te maken heeft en
de voeringtaille dus onveranderd
blij 11, daar de moderne mouwen an
ders te hinderlijk zouden zijn in het
dragen. Men kan de bestaande mou-
i gemakkelijk veranderen, daar
de nieuwe modellen zeer verschillend
zijn en desnoods van een andere stof-
fage dan 'het toilet genomen worden.
Een gemakkelijke manier van mo-
derndSeeren is.voorts om van de be
slaande mouwen bet onderste deel der
mouw te maken, terwijl men den bo
venarm bedekt met drie hoog op el
kaar vallende volants van mousseli
ne de soie, die met een jour-zoom
zijn afgewerkt.
Ook ondermouwen van tule en kant
zullen zeer veel gedragen worden, ter
wijl de nauwe pcufmouwen reeds spo
radisch voorkomen. Het is echter zeer
de vraag, of deze laatste wel kans
van slagen 'hebben, daar ze min of
meer 'inbreuk maken op de slanke lij
nen en het silhouet in ieder geval" ver
broeden.
MARIE VAN AMSÏiiU
Het plannetje van
Mr. Parker.
(Naar het Engeisch.)
Mejuffrouw Grace Hoddon ging
voort met haar kunstbeschouwing in
de étalage an een juwelier, en druk
te vol opgewond6iihed. den arm van
Mr. Percy Paiker, naar verloofde.
„Kijk eens even naar die beeldig
mooie armband!'zei ze vol geest
drift. ,,Is ze niet prachtig mooi?'
„Ik keek naar die vingerhoeden
van een shilling per stuk,'antwoord
de Mr. Parker op kouden toon.
„Wat kunnen mij die oude, onnoo-
zel© vingerhoeden schelen,' zei Miss
Hadden.
„Kijk liever eens naar die mooie
bracelet!'
„Maar ze kost vijf en dertig schil
ling,' zei Mr. Parker verwijtend,
„En, dat is een koopje,' beweerde
Miss Haddon, terwijl zij vol verwach
ting haar verloofde aankeek.
„Nu, hoe denk'jeer over om verder
te gaan!'opperde Mr. Parker.
Na nog een smachtenden blik op de
armband geworpen te hebben, wend
de Miss Haddon met een zucht haar
blik van den winkel af.
De a vend had niet dat verloop ge
had, dat Mr. Parker er van venvacht
had. In den loop van het gesprek op
hun wandeling had Miss Haddon als
toevallig losgelaten dat zij over een
maand ongeveer baar verjaardaj
vierde.
In vage bewoordingen had Mr. Par
ker iets gezegd omtrent een cadeau
op haar verjaardag. En in, plaats dat
zij hem verzocht had het geld voor
huishoudelijke uitgaven te besparen,
had Miss Haddon heel ontaclvol de
grootste belangstelling getoond
de vraag wat haar verjaarsgeschenk
zou zijn.
Zich in de omstandigheden zoo goed
mogelijk schikkend had Mr. Parker
geprobeerd zich ©enigszins van haar
smaak op de hoogte te stellen, door
met haar voor een ju weiiers winkel te
blijven staan.
Een vingerhoed of een vergulden
veiligheidsspeld, dat waren de artike
len, waaraan hij gedacht had. Want
Mr. Parker was wat hij zelf „spaar
zaam' noemde, terwijl andere men-
schen hem kortweg als „gierig' be
titelden.
Binnen een half uur arriveerde het
paar voor het kleine huis, waar Miss
Haddon met haar vader woonde, die
weduwnaar was.
„Slaap wel!'merkte Miss Haddon
onverschillig op.
„Ik ik dacht nog even binnen te
komen,'antwoordde Mr. Parker.
,,lk ben te vermoeid om van a\ond
nog langer op te blijven,' zei Miss
Haddón.
Hij ging in sombere stemming heen
Bijna was Mr, Parker geneigd om zijn
huwelijksplannen er aan te geven
Maar hij had veel geld betaald voor
den engagementsrin g; en het,
best mogelijk dal Miss Haddon zou
weigeren den ring weer aan hem te
rug te geven. Die mogelijkheid
de belangrijkste factor tot het besluit
van Mr. Parker, om zijn verloving
niet to verbroken.
Op zijn wandeling naar huis dacht
Mr. Parker over den toestand na. Het
scheen onmogelijk te vermijden om
Miss Iladdon de armband te geven
waarop zij zoozeer haar zinnen had
gezet. Blijkbaar was het de eenij
talisman, die hem nu weer bij baar
in den gunst kon brengen.
Maar vijf en dertig shillingl
Hij ging zander gesoupeerd te héb
ben naar bed en bleef het grootste
deel van den nacht wakker. F.n toen
hij 's morgens opstond was hij beslo
ten de armband aan Miss Haddon ca
deau te doen. Er scheen geen andere
weg te zijn om uit de moeilijkheid te
komen.
„O ja, wat die armband betreft,'
zei hij dien avond tot haar „ben
je er bijzonder op gesteld?'
Miss Haddon scheen plotseling haar
gereserveerde houding vergeten en
verklaarde haastig, dat zij haar lie-
hebben dan iets anders ter
wereld.
„Ileel goed, dan,'zei Mr. Parker;
,ïk zal haar voor je koopen.'
Miss Iladdon zei hem dat hij haa.r
lieveling was. In denzelfden adem,
stelde zij voor, dat zij vlug naar den
winkel terug zouden gaan en het sie
raad onmiddellijk koopen anders
mocht een ander hen eens voor zijn.
„Ik ben bang, dat dat niet gaat,'
zei Mr. Parker. „Je moet bedenken,
dat ik er eerst wat voor zal moeten
opsparen.'
Parker had nooit tot haar over
zijn gewoonte om te sparen gespro
ken. Hij beschouwde het als een axio
ma dat niemand mocht welen, dat hij
geld had.
„Ik zal er met al mijn macht voor
moeten sparen,' gingnij voort, „door
mij allerlei soorten gei.cegens en klei
ne luxen te ontzeggen.
Hij keek haar vol hoop aan, maar
die hoop was spcedig vervlogen.
Des te meer zal ik liet waardee-
zei ze zacht.
,n zoo zag Mr. Parker zich dus
tegen wil en üank verplicht de arm
band te koopen.
Menig plannetje om daaraan te ont
komen, kwam in de eerstvolgende we
ken bij Mr. Parker op, maar hij
moést zó alle'weer als onpractisch uit
zijii hoofd zetten, en zoo gingen de
dagen voorbij en. kwam die verjaar
dag van Miss Iladdon dichter en dich
ter bij, terwijl Mr. Parker'steeds min-
'bereid was de armband te koo
pen,.
Zoo stonden de zaken op den avond
vóór eten verjaardag van Miss Had
don, toen. Mr. Parker met de geheele
vijf en dertig shilling, in kleine geld
stukjes gewisseld, op weg ging naar
het verblijf van Miss Haddon, met de
houding van een veroordeelde, die
van zijn cel naar de galeien gaat.
Want dien avond meest de bracelet
gekocht worden.
Miss Iladdon zat vol verwachting in
'naar huiskamer, toen zij een zacht
tikken aan de voordeur hoorde. Ook
meende zij te hooren klagen en zuch
ten.
Eén oogenblik aarzelde Miss Had
don even. Toen stapte zij op de deur
af en deed haar moedig open.
Een kreet van schrik ontsnapte aan
haar lippen toen Mr. Parker binnen
strompelde.
Hij verkeerde in een beklagenswaar-
digen toestand. Zijn boord was ver
kreukt, en hang los; zijn das hing in
een langen slip over zijn rug.
Ik ik ben bestolen! zei hij mot
jebroken stem.
Bestolen? riep Miss Haddon uil.
Ik ging juist bij Park Terrace
den hoek om, zei hij met moeite, toen
ik door een grooten, dikken kerel werd
aangevallen. Wij worstelden hevig,
maar ten slotte kreeg hij mij onder
en hij hij ontstal mij die vijf-en
dertig shilling!
En ben je erg gewond? vroeg zij
op angstigen toon.
Een beetje pijnlijk en stijf, ant
woordde hij. Maar het ergs;© vind
ik het van die vijf-en-dertig shilling
jc cadeau, daar hen ik het incest van
geschrokken
Met tcodere zorg bracht Miss Had
don hem naar een stoel.
Heb je het aan de politie gezegd?
vroeg zij.
Ik ik wil niet dat de politie
het weet, zei hij op hijgenden toon.
\Y ij houden eenmaal niet van schan
daal. Bovendien zou het toch wat al
te zot lijken, dat ik niet op mijzelf
kan passen.
Maar was er dan niemand, die
jc te hulp kon komen?
Je weet hoe donker en stil het op
Park Terrace is, zei hij. Er was
geen levende ziel te bekennen, of
schoon wij zoo lang samen worstel
den.
Arme lieveling! zuchtte Miss Ilad
don vol sympathie.
Het ergste vind ik het van liet
cadeau
een air van vlugheid dat getuigde van
een volkomen herstel van de afranse
ling, die hij had ontvangen.
Toevallig kwam den volgeuden mid
dag een oude vriendin en huurvrouw
van Miss Haddon, in de persoon van
de niet meer jonge Mevr. Tomsett
haar met haar verjaardag gelukwen-
schen.
O ja, lieve, het volgend jaar om
dezen lijd. merkte Mevr. Tomsett over
theetafel op, zul je zeker ge
trouwd zijn, en ec-n eigen tehuis heb
ben?
Miss Haddon stemde toe, dat dit
best mogelijk was.
En een knappe, jonge man is die
Mr. Parker ook, zei Mevr. Tomsett op
welWillenden toon. Een standvas
tig, vertrouwbaar, oprecht jong-
mensch.
O ja. riep Miss Iladdon plotseling
uit, dat moet ik u nog even vertellen
nl. wat hem gisterenavond is overko
men.
Gisterenavond? vroeg Mevr. Tom
sett. Wel, ik heb hem gisterenavond
nog gezien. Op den hoek van Park
Terrace hebben wij nog even samen
staan te praten. Hij scheen niet zoo te
zijn als gewoonlijk, kwam mij voor.
Het scheen mij toe alsof hij van iets
zeer vervuld was. In gedachten en on
rustig, zoo gedroeg hij zich. Ik meen
de hem te vragen of hij met mij Park
Terrace doorging, maar hij zei goe
denavond en ging alleen verder. Je
weet hoe donker en stil het op -Park
Terrace is! ging de oude dame op goe
dig, babbelachtige*! toon voort, Ik
ben altijd wat bang om daar 's avonds
alleen te loopen. Maar toen ik zijn
jeleide niet kon krijgen, deed ik het
beste, wat voor mij overbleef.
rat was dat? vroeg Miss Had
don met belangstelling.
Wel, ik volgde hem zooveel moge
lijk op den voet het geheele Park Ter-
ice langs.
Op welken tijd was dat? vroeg
Miss Haddon opgewonden.
Omstreeks acht uur. Ik herinner
mij dat ik de klok hoorde slaan toen
ik mijn eigen sleutel in de deur stak.
Ja, hij kwam ongeveer twee mi
nuten over acht hier, ze.i Miss Had
don op strakken toon. Ik wachtte
op hem en lette dus precies op de klok.
Ja, ik zag lxom hier binnen gaan.
Hij bleef op je stoep even stilstaan.
Hij scheen toen binder te hebben van
zijn boord.
Toen Mr. Parker dien avond Miss
Iladdon kwam bezoeken, schrok hii
zeer, omdat aij een verband om het
hoofd bad.
Kom binnen en ga zitten, zei Miss
Haddon op zenuwachtigen toon. O,
het was verschrikkelijk afschuwe
lijk!
Wat toch? vroeg Mr. Parker vol
belangstelling.
Ik ik ben bestolen bestolen
van mijn verlovingsring.
Wat, en ik heb er bijna zes-en-
dertig gulden voor uitgegeven! riep
hij vol schrik uit. Heb je het aan
de politie meegedeeld?
Neen, antwoordde zij vermoeid.
Ik wenschte geen schandaal.
Wat geef ik orn schandaal! riep
hij uit. Als je bestolen bent, voor
hoe weinig ook, dat'doet er niet toe,
dan behoor je er de politie van op de
hoogte te brengen. Daar is ze voor!
Wat is er gebeurd?
Van avond, zei ze op flauwen
toon. Nog geen uur geleden, en in
Park Terrace.
Park Terrace? herhaalde Mr.
Parker.
Ja, Een groote, zware man sc-hoot
op mij toe en eischte mijn beurs op.
Maar dat had toch iemand moe
ten zien?
Je weet hoe donker en stil het in
Park Terrace is. antwoordde zij. O.
het was afschuwelijk!
Maar mijn jouw onze ring!
hijgde Mr. Parker.
Hij dwong mij hem van mijn vin
ger te nemen en aan hein te geven.
Hoe zag hij er uit?
O, ean groote, zware man! Ik
weet zeker dat het dezelfde man was.
die jou gisterenavond aanviel.
Ik zal er de politie mee ju kennis
stellen, zei Mr. Parker.
Ja, doe dat, stemde zij toe.
Dan kun jc meteen vertellen, wat
jou gisterenavond is overkomen.
Mr. Parker keek Miss Iladdon aar
zelend aan. Iets in de uitdrukking van
zijn gelaat scheen te willen zeggen,
dat hij er niet naar verlangde de po
litie geheel in zijn vertrouwen te ne
men.
Ik ik ga. nu naar boven naar
bed, zei Miss Haddon.
Ik was alleen opgebleven om je
even to kunnen ontvangen, Vader is
uitgegaan, dus er is hier niemand om
mee te praten.
Zij ging langzaam de trap op Mr.
Parker, ten prooi aan twijfel, vrees en
aarzelingen, ging de voordeur
dat meisje gaan houden, dan waartc-a
ik mij ooit in staat had gerekend. Tk
zou haar nu niet graag willen ver
liezen!
Ditmaal sprak Mr. Parker de op
rechte waarheid. Het denkbeeld van.
een verbreking der verloving joeg
hem schrik aan nu er een mogelijk
heid scheen te bestaan, dat zijn plan
nen zouden mislukken. Uit vrees voor
ontdekking, was Mr. Parker bereid
liever wat geld uit te geven, dan Miss
Iladdon te verliezen.
Het zal alles wel in orde komen,
zei hij troostend tot zichzelf. Als zij
het wist, zou zij niets meer met mij te
maken willen hebben, en daarom mag
zij het niet weten dat is alles. Mijn
plannetje mag dan in het water vol
len door dezen samenloop van om
standigheden, maar ik heb haar ge
lukkig nog niet verloren!
Door deze overpeinzingen gesterkt,
keerde Mr. Parker naar zijn eigen ka
mers terug.
Een brief voor u, mijnheer, zei
zijn hospita, toen zij hem zag thuis
komen. Hij werd hier geen vijf mi
nuten geleden gebracht door een
ouden heer.
Mr. Parker ging naar zijn eigen
kamer en maakte den brief open. Hij
bevatte een velletje papier en een
klein voorwerp in vloeipapier gewik
keld.
Mr. Parker maakte het pakje open,
en liet een kreet van verbazing hoo
ren, want daar laz de verdwenen ver
lovingsring van Miss Haddon.
u wijdde hij zijn aandacht weer
aan den brief om te zien, wat dat be-
teekende. Een blik daarin overtuigde
hem, dat hij met de hand van Miss
Iladdon was geschreven. Hij was van
den volgenden inhoud:
Nu heeft de man, die gisteren
avond je geld kreeg, mijn ring ook!
Ik hoop, dat hij nu tevreden is.
Einde.
jou, zei Mr. Parker. uit en wandelde in gedachten verzon-
Alles weg! Ik kan er nu niet weer op
nieuw voor sparen.
Och kom, wat doet dat onnoozcle
cadeau er nu toe! zei Miss Iladdon
hartelijk. Nu jij niet gewond bent,
trek ik mij daar geen zier van aan.
Voor het eerst sinds hij was binnen
gekomen verdween de angstige trok
van Mr. Parker's gezicht, en werd het
door een glimlach van verlichting ver
sierd. En teen hij dien avond Miss
ken naar huis. Hij had er zijn bijzon
dere redenen voor om maar liever niet
naar de politie te gaan.
Wat doet het er ook toe, merkte
Mr. Parker op in eon hui van onge
wone édelmoedigheidIk zal eon
anderen ring voor haar koopen een
goedkoopereu en wij zullen niet
meer over die zaak spreken! Dat ls de
beste manier om dadelijk uit de moei
lijkheid te komen. Rn zij is wel een
Iladdon verliet. Hep Mr. Parker met tweeden ring waard! Ik hen n
'n Primeur.
Humoreske van ERWAY?
Wat zeg je daar, Teun? viel
meneer Bekers plots uit. En mèt stond
hij zóó driftig op, dat z'n rieten stoel,
waarin hij iedere week driemaal ge
durende vier uur placht te zitten om
de Achterburgsche Koerier te redigee-
rendat de redactiestoel omviel.
Watkerel
De energieke redacteur-alleen van
Achterburg's oudste orgaan schrok
heviglïjk. IIij greep z'n zakdoek,
wischte zich 't parelende zweet van de
slapen want 't was warm op da
„redactie"' en staarde Teun, z'n col
porteur en berichtjesjager, vol ontzet
ting aan.
Maar dat is moord, Teun,
moord.
Dat is het zekers, meneer. En zooas
ik u al zei, 'k heb het van boer Kosse
zei vers. Ben je niet best, ouwe,
mocht ik 'm zoo vragen. Want hij zag
er dan maar sikkeneurig uit. Praat
me der niet van, zeit-ie. Vanmorrege
vroeg zal 'k Thijs gaan wekke. Dat
mot 'k wel, want jong was-ie ook
niet meer, en 't werk was 'm duk-
kels te zwaar. Nou, meestal is-'t-ie da
delijk bij me als 'k binnenkom. Maar
nou niks dervan, Thijs! roep
ik zoo. Hij blijft liggen, stijf. Ik der-
na toe gekeken dood was-ie
dood als 'cn pier. Ja man, ik ben der
kapot van. Hij was de eenige die nog
bij me was. En we konne 't samen
zoo bestig vinden I Na me vrouws
dood het-ic me dukkels getroost hè,
zoo hartelijk as-ie was
'k Verkondeleer je, baas Kosse!
zeg ik zoo. 'k Wis niet dat-ie 'n zoon
had, meneermaar 't mot wel een
best mensch zijn geweest, want de
tranen liepen warentig den ouwe
over z'n gezicht.
En 't ergste. Teunl zeit-ie
toen 't ergste is nog wat ik nou
vanmorrege van Bekkers, de scharen
sliep, hoor. Nou, boer Kosse zei-
d-ie k heb 'et bij z'n leven voor je
verzwegen, want het zou je wat ge
kóst hebbenmaar jou Thijs het
den dood van mooie Keetje op z'n ge
weten 1
Van mooie Keetje, baas Kosse?
vraag ik.
Jawel, Keetje van Dorsen! Afijn,
wat gebeurd is, is gebeurd, 't zal mijn
nou geen cente meer kosten, en Thijs
mag rusten in vrejeMorge gane
we 'm begraven!
Nou, meneer, u begrijpt asdat ik
raar opkeek. Thijs Kosse een moorde
naar I Dat hadde we nooit gedacht,
niet 'n jaar geleje, toen van Dorsen
zen dochter d'r zoo in een dag uit
was. Hartverlamming! zei de dok
ter. Ja, hij ken ermee ankomme..
ze is vergéve, meneer
Teun! zei meneer Rekers
plechtig dit is een droevige histo
rie. Maar tevens een hoogst belang
rijk gevaleen geval, dat voor ons
blad goud waard kan wezen! Als we
't tenminste alléén hebben, zie je.
Over twee uur moeien we verschij
nen. En z ij ook(dit met een minach
tenden knik naar den overkant san 't
marktpleintje, waar 't bord van „De
Nieuwe Achterburgsche Koerier" uit
hing). Zij moeten vooraf niets mer
ken. Eri daarom moet je zwijgen,
Teun, zwijgen als 'en mof
Beloof je dat?
- V as ba.