lain leu
BEAU BROCADE
TWEEDE BLAD
Maandag 17 Maart 1913
Grooie scheepsramp voor
IJmaidBD.
Het Engelsche schip Eastwell
strandt op da Noordpier.
Alle 75 opvarenden gered üoof het
kranig optreden onzer zeelieden]
Zondagmorgen ontvingen wc van
onzen ljmuïdenschen correspondent
'n telegram, meldend dat-het Engel
sche stoomschip Eastwell, met rijst
geladen, in den vroegen ochtend op
de Noordpier was gestrand, en dat
alle 72 opvarenden waren gered.
Nader bericht onze correspondent
liet volgende
Zaterdagavond was van' IJmuiden
7órtrokken de sleepboot IJmuiden.
Kapitein is Jan van der Wide, onder
varensgezellen meer bekend onder den
naam Nannie van der Wiele. Stuur
man was Th. de Put en als derde man
was aan boord de machinist M. Peters.
Als runner of sleepboot-agent ging
mede II. Kapteiu en als vletlerman
G. Boonekamp. Doel van den tocht
was een te verwachten stoomschip,
(niet de Eastwell, waarvan de komst
nog niet bekend was, daar liet schip
oorspronkelijk voor Botterdam bela
den was en eerst te Algiers order voor
Zaandam had gekregen) tegemoet te
stoomen en sleepdiensten aan te bic
den. Tegen 10 uur des avonds kwam
de Eastwell in ziclit, en besloot de ka
pitein van de sleepboot dit schip zijn
hulp aan te bieden. Beide'schepen be
vonden zich toen ongeveer dwars van
Schcvcningen. Ondanks den storm uit
liet West-Zuidwesten, de hooggaande
zeeën en het buiige weer, gelukte liet
den kapitein van dc sleepboot, langs-
Z'i van de Eastwell te komen en spr'on
gen de runner en de vletterman over.
Op zichzelf is dit reeds een proeve van
zeemanskunst en waaghalzerij, ter
wijl alleen zeer geroutineerde zeelie
den dit verstaan. De Eastwell en de
sleepboot IJmuiden stoomden toen op
IJmuiden aan, waar ze te ongeveer
half één voorgaalS kwamen, en de
Eastwell een halve mijl bezuiden de
gasboei voor anker ging, om den dag
af te wachten, terwijl de sleepboot op
het vernemen, dat de Eastwell te vijf
uur in den morgen het anker zou lich
ten, binnen dc pieren ten anker ging.
Om des morgens bijtijds gereed te
zijn de Eastwell le assisteeren, die ac-
coord gemaakt had voor twee sleep
booten, werd ligplaats gekozen bij don
uitersten ton. Tegen zes uur in den
morgen stoomden de sleepbooten IJ
muiden en Vischpioeg de Eastwell te
gemoet om hein bij 't stoomen naar
dc sluizen te assisteeren. Er woei een
vliegende storm uit liet West-zuid
westen,'die de zeeën zoo hoog opjoeg,
dat ze aan beide zijden van het schip
oversloegen. Bovendien liep een zwa
re vnorvlo.ed.
Do Eastwell, die piet de lichten der
beide vuurtorens in zicht de pieren
naderde, werd door den storm, de
zeeën en den vloed zoodanig uit den
koers gedreven en naar de pier toe
gezet, dat de kapitein van de sleep
boot liet ongeluk zag naderen. Toen
blijkbaar door de zeecn het schip
slecht bestuurbaar werd, was de East-
well in een minimum van tijd de
Noordpier genaderd. Uiterste pogin
gen om te voorkomen, dat het schip
op de voor de pier liggende reuzen-
blokken zou slootèn, mochten niet
meer haten. Ze leden schipbreuk op de
kracht der woedende elementen. De
gchcoie equipage was aan dek bijeen,
een vijf eu twintig man op het
voorschip en de overigen op het mid-,
denschip. Eon verbijsterend oogenbhk,
een hevige stool, een angstwekkend
gekraak en plots vloog de sloom
-van het de machinekamer binnen-;
sirüomende water den schoorsteen uit.
Het schip was, dwars wegdrijvende,
midscheeps op de blokken gestooien
en allen zagcu .den dood voor oogen.
Wat toen door den kapitein van de
sleepboot is verricht, grenst volgens
liet ooidqel van deskundigen aan het
•bovcnmenschelijke. Niet bedacht op
eigen lijfsbehoud, zonder te bedenken
dat zijn schip een zelfde lot kon, ja
bijna moest treffen, beeft hij de haast
ongelooflijke uaad verricht met zijn
schip tusschen de Noordpier en de
Eastwell zich te wagen en met de ach
terzijde van zijn schip de bakboords-
stoven van de Eastwell le naderen.
Hoewel de sleepboot herhaalde malen
werd teruggeslingerd. mocht het niet
.behulp van den stuurman, den runner
en den vletterman,welke beide laatsten
overboord gesprongen waren en de
sleepboot hadden bereikt, gelukken
r is s 11 e t o rs
DE VERMETELE.
Uit het Engelsch van Baronesse Orczy
door C. D.
29)
Die tocht was zeer moeilijk ge
weest: dc gewonde, koortsig na al
het gebeurde, was gaan ijlen en leed
bij tusschonpoozen van bewustheid
veel wondpljn.
Lady Patience kon er niet toekomen
hem te verlaten. Een gevoel, dat zij
niet had kunnen omschrijven, scheen
haar geketend te houden aan de zij
de 'van dien man. dien zij eenigc uren
geleden nog nooit gezien had, maar
op wien nu al haar hoop gevestigd
was. llij had haar gevraagd hem le
vertrouwen en sedert had hij als llij
bij bewustzijn was aldoor niet stom
me, smartvolle oógen haar gesmeekt
hein dal geschonken vertrouwen niet
te ontnemen.
Gelukkig had de bekende slechte
toestand der wegen op de Brassinger
heide die hier of daar mochten blij
ken Vnnr do koets onberijdbaar te zijn.
de zich op het voorschip bevindende
schipbreukelingen, waaronder het
oudste dochtertje van den gezagvoer
der, van het schip to halen of op te
vangen. Met de doodsverachting zulken
zeelieden eigen, heeft men zich toen
met bovcnmenschelijke 'Inspanning
met de sleepboot tusschen en naast
de blokken moeten begeven om ook de
overige opvarenden, die het voor
schip niet meer konden bereiken, le
trachten te redden, waartoe men nood
zakelijk liet reeds zinkende schip mid
scheeps moest bereiken. Meer dan
twintig maal werd de sleepboot, die
geen verbinding met de Eastwell kon
tot stand krijgen en waarvan het
achterschip reeds in de gol
ven verdwenen was door de huizen-1
hooge golven, teruggeslagen, maar
even zoovele malen werd de poging
herhaald, soms zonder maar dikwijls
met succes bekroond. Twee, drie of
vier schipbreukelingen konden tel
kens opgenomen worden. Inmiddels
was de in de pieren liggende sleep
boot Cycloop naar IJmuiden ge
stoomd om een reddingsvlet te halen
en to bemannen, waarin 8 mannen
onmiddellijk plaats namen om aan
liet reddingswerk deel te nemen. Aan
de plaats des onhejlsgekomen, waren
juist dc laatste opvarenden gered,
waarvan een door de bemanning van
do Vischpioeg uit de schuimende gol
ven aan een wissen dood ontrukt was.
Bij de reddingspogingen heeft de ka-
naalloods lv. Smit, die te Dungeness
aan boord van de Eastwell gekomen
was, een been gebroken en werden
drie der opvarenden uit de equipage
gewond, waarvan één ernstig. Deze
gewonden behooren allen tot de
Britsch-lndiseho bemanning, die on
geveer een vijftigtal van alle opvaren
den uitmaakt.
Behalve do kapitein van de sleep
boot hebben zich bij dit wonderbare
reddingswerk als helden gedragen dc
stuurman, de runner en de vletter
man, welke laatste" zelf met veel moei
te van gen zekeren dood was gered.
Ook van den machinist werd buiten
gewone krachtsinspanning geeischt,
daar hij alleen de machine moest be
dienen en alles er op gezet moest
worden geen stoom te verliezen. Een
der eerste geredde stokers, een
zwartje, moest dan ook onmiddellijk
na zijn redding als stoker dienst
doen.
Door de sleepboot IJrhuiden aange
bracht aan den landingssteiger al
hier werd den kapitein, zijne echtge-
nooto en drie kinderen, waarvan er
een nog zeer jong was en de luiers
nog niet ontgroeid, een vriendelijk te
huis aangeboden door den heer S. C.
L. Reygcrsberg. vice-consul voor En
geland. Diens echtgenoote en andere
dames en heeren van de reddings
brigade verpleegden en laafden ïn-
lusschen de gewonden en andere
schipbreukelingen, waarvan het rnee-
rendeel werd opgenomen in het Wijk-
gebouw voor het Witte Kruis, tevens
reddingsstation voor schipbreukelin
gen en dat zoodanig voor de eer
ste maal sedert zijn oprichting
voor dit doel in dienst gesteld is Dr.
van der Horst, van IJmuiden, verleen
de daar den gewonden de noodige
hulp.
De overige opvarenden werden on
dergebracht in het Hotel Nieuwe Wil
lem Barenclz en in de twee zeemans
huizen.
Geheel LTmuiden is diep onder den
indruk'van .dit zeer ernstig ongeval,
dat dank zij naastenliefde en man
nenmoed gëen mensehcnlevens heeft
gëêisüBfr,
De commissaris van politie was de
egrslc, die den dapperen kapitein van
de sleepboot met ontbloot hoofd na
derde en in treffende woorden war
men dank bracht voor zijn kranig
werk.
Schip en lading zullen zeer waar
schijnlijk verloren 'zijn. De ligging
van het schip nabij de pier in de
richting Z.Z.O naar N.N.W., levert
groot gevaar voor de stoomvisclivloot
en voor groote schepen zal het voor
eerst geraden zijn, vooral des nachts,
de grootste omzichtigheid in acht te
nemen of tot den dag buiten le blij
ven. Schuld, die iemand aan dit
ongeval zou kunnen treffen, is, voor
zoover we vernamen niet aanwezig,
maar dit zal een nader onderzoek wel
uitwijzen.
Een onzer redacteuren, die zich -
's middags naar IJmuiden begaf, voegt
T volgende hieraan toe:
De Engelsche vice-consul, de heer j
Reygcrsberg, stond ons 'n kwartiertje
van z n drukbezetten tijd af om eenige j
meerdere inlichtingen te" verstrekken.
Ja, vanmorgen kreeg ik ze alle
maal hier op het consulaat, al die
tweenzeventig schipbreukelingen 1 De
bemanning bestond grootendeels uit
Hindoes en Bengaleezen. Ze zalen
overal in m'n huis, op de trappen, in
de kamers en hier op 't kantoor, dat
dreef van het water. En de meeslen
van die arme kerels hadden bijna
geen kleercn aan hun lijf 1 De ramp
gebeurde in den vroegen morgen, en
de meesten waren, toen ze den schok
voelden, zóó uit kooi- gesprongen en
naar 't dek gerend. Alles waren ze
haar gedrongen, haar eigen zadel, als
een deel van haar uitrusting op haar
reis naar Londen moe te nemen. John
Stich luid het voor haar op Jack
o'Lanterns rug bevestigd en het trou
we dier, alsof het den droevigen toe
stand van zijn heer begreep, droeg
Haar Edelheid met Betty vlak achter
haar, zachtzinnig als een lam, over
het smalle pad naar BrassingUm.
Thomas, dc koetsier, was .achterge
bleven om op de koets te. passen, met
bevel om zoo spoedig mogelijk naar
Wirksworth te gaan.
Het was Bathurst's beslist uitge
sproken wensch dat zij in allen ge
valle 's nachts in Brassington zouden
blijven. Behalve dat dit de naastbij-
gelogen plaats was, was het ook dc
'meest in het centrum gelegene, van
waaruit men het best Sir Challoner's
bewegingen kon waarnemen. Alles
hing er nu van af hoe ernstig de wond
van den jongen man zou blijken te
zijn.
Patience gevoelde dat zij zonder
zijne hulp inderdaad machteloos was
tegenover den. om haar hand aanhoti
denden, vijand. Zij twijfelde geen
oogenblik aan hetgeen Sir Humphrey
Challoner bewoog do brieven le ste
len. Hij wilde die hebben als een wa
pen tegen haar, om haar te dwingen
zijn aanzoek aan te nemen, dit wist zij
zeker genoeg. Haar instinct, dubbel
sterk door de grootte van het gevaar,
waarschuwde liaar dat de Squire vau
kwijt, letterlijk Alles. We hebben ze'
zoo goed en kwaad als 't ging alle
maal in de kleoren gestoken, al m'n
goed moest eraan gelooven tot zelfs
m'n dekens toe. Eén van die kleine
kindertjes van den kapitein is hier
heen gedragen, gewikkeld in een oude
vlag I D'r waren er drie van die klein
tjes, van twee, drio en vier jaar. Do
kapitein is alles kwijt, wat hij aan
geldswaarde bezat. I-lij woonde aan
boord, hè, en er is niet het minste
gered I
Nu, ik heb 14 schipbreukelingen
naar het Koning Willemshuis gezon
den, zestien naar het Zeemanshuis
aan den Visschershaven, negen naar
het Willem Barendzhuis en 29 naar
het Witte Kruis. Vijf, de kapitein, z'n
vrouw en z'n drie kinderen, zijn hij
mij gebleven. Ik wilde wel graag dat
u eens meedeelde dat we onmiddellijk
hulp kregen van de reddingsbrigade
van het Witte Kruis,
Alle dames, die daartoe behooren,
kwamen hier, en dr. v. d. llorsl en dr.
Bock hadden de leiding van het werk.
Er zijn een paar gewonden bij den
manschap, en één daarvan is ern
stig... ik ben bang, dat die *t er niet
bovenop haalt I
Het verhaal van den ka
pitein
is kort en eenvoudig, nij, de En-
gelschman Scurr, was pas op z'n
tweede reis met (de eerst in het vo
rige jaar) te Newcastle nieuw van
stapel geloopen „Eastwell". Het schip
kwam op deze reis uit Bassein in
Britsch-Indië en was geladen met 7400
ton rijst, bestemd voor de firma Bloe-
mendaal Laan te Wormerveer.
't Schip mat ruim 5000 registerton-
nen.
Op aanwijzing van den loods an
kerde do Eastwell Zaterdagavond bui
ten dc pieren, om 's morgens te trach
ten, binnen te vallen. Dat gelukte niet,
de stroom was te sterk; het schip
luisterde niet meer naar 't roer en
liep op de enorme basaltblokken aan
den kop van de Noordpier.
Kapitein Scurr was vol bewonde
ring over het heldenstuk vau de be
manning der sleepboot te IJmuiden.
Hij had eenvoudig verstomd gestaan
over dit ongeloofelijke staaltje van
zeemanschap, waarbij zoo ontzaglijk
groot gevaar was getrotseerd om tel
kens en telkens woei- de Eastwell te
bereiken
B ij li e t w r a k.
Die kunt u krijgenmaar ik
waarschuw u, dat het niet zonder ge
vaar is. Als u er afslaat, is 't voor
uw eigen verantwoording 1
Zoo zei de commissaris van politie,
toen wc 'm toestemming vroegen om
langs de Noordpier naar 't wrak te
mogen wandelen.
Op 't strand was het druk, óók-van
bezoekers van elders, die op de tijding
van de ramp hun Zondagmiddag-uit
stapje naar IJmuiden waren gaan
maken. Er waren veel Haarlemmers.
En de meesten, die uit de verte een
kijkje van het wrak gingen nemen,
wandelden eerst eens rond tusschen
liet aangespoelde wrakhout en allerlei
voorwerpen, die aan strand gespoeld
waren. Dc zonderlingste artikelen la-:
gen daar verspreid. Gebroken meu
belen naast beddegoed, kisten. ton-j
nen, een gescheurd stuk vlag, eindjes
touw, en hot cadaver van dén arinen
verdronken scheepshond, wiens kop
tegen de blokken verbrijzeld was
Zonnig weer was 't nu, maar de:
wind blies nog- stevig uit den Zuid-
Westelijken hoek, en in de verte, waar
je den schoorsteen en de beide mas
ten van het wrak zag, vlak-uaasl den
kop van de pier, rolden telkens hoo
ge zeeën over de commandobrug, die
even later weer hoven de golven ver
scheen.
Dc zee was mooi, zoo, met dien brui
senden golfslag onder het ver ver
schiet van de kleur1-wisselen de luch
ten
'n Honderd meter ver de pier-op
stonden de menschen, starend naar
het wrak in de verte. Verder mochten
de belangstel lenden niet. Twee orde
bewakers belommerden hun den door
tocht.
Onze verdere wandeling, in de een
zaamheid van de verlaten pier, in den
kouden bries, was wel méér dan ver-
frisschcnd, maar volstrekt niet ge
vaarlijk. Alleen op 't eindpunt van de
pier, waarover af-cn-toe de zeeën sloe
gen, was voorzichtigheid geboden.
Daar, misschien 'n twintig meter
maar van ons af, lag het wrak van
<le Eastwell. t Was nu duidelijk te
zien, hoe de Engelsche stoomer mid
scheeps getroffen was. 't Vóórgedeel
te van de boot lag dwars in de door
vaart tusschen de beide pieren,ver
sperde die voor eéu flink gedeelte. En j
dat voordok, waarvan de verschan-1
sing nog éven hoven 't water uit-1
kwam, verdween-telkens als een nieu
we zee kwam aanrollen, het schip beu
kend zoodal de masten steunden en
kraakten. En telkens stoof dan een
waterkolom omhoog uit de luchtko
kers, verstuivend en uit-waaiend in
een regen van fijne druppeltjes
En de zeeën bcuktcn-op tegen de
coimnandoihi'ug, overstroomde* 't
schip in gansch z'n lengte.
HuiTiiiglon alle bedenkingen en be
zwaren in den wind zou slaan en
om wraak te nemen, Philip zou op
offeren, door de'brieven te vernieti
gen, zoo zij hem openlijk bestreed of
toonde te wantrouwen.
Patience dacht terug aan het too-
necl in de smidse, toen Bathurst haar
broeder gered had uit de handen dei-
op den prijs beluste soldaten en nu
er in dezen vreoselijken toestand zoo-
voel scherpzinnigheid en slimheid
nóodig was, en zij zich nog eens met
hoopvol hart gewend had tot den eeni
ge» mail, die'Philip weer kon redden,
leg deze, helaas, daar hulpeloos ne
der, En gedurende dien geheelen tijd
op weg naar Brassington, luisterde
zij niet lijdend hart en kloppende pols,
naar zijn wild, ijlende woorden en
af en toa onderdrukt gekerm.
Evenwel bereikten zij eindelijk „liet
Lastpaard" nog voor de dag aanbrak.
Tengevolge van kwistig, door Lady
Putionce, uitgedeeld geld, kreeg de
gewonde de eenig comfortable kamer
va» het logementje.
Zoodra do dag was aangebroken
ging John Stich uit om mijnheer
Prosscr, den dorpsdokter op te zoe
ken. een man die beroemd was om
zijn kennis en practische bekwaam
heid. Reeds luid do rust op een goed
bed voel gedaan om don patiënt te
verkwikken.
Zijn jeugdig en 'krachtig gestel de
den weldra het overige.
De „Eastwell" lag daar als èen ver
slagen reus, vermoedelijk ten doode
opgeschreven
II e t 1 o t van h e t s c h i p
is nog niet met zekerheid aan te ge
ven. De Waterstaat heeft twee dagen
tijd gegeven voor de pogingen om het
te lichten. Hebben die geen succes,
dan zal men het wrak door dynamiet
in de lucht laten springen, want het
belemmert in hooge mate dc door
vaart, speciaal voor groote schepen.
We hebben '1 Zondag gezien, hoe zelfs
de kleine trawlers tot het uiterste
moesten oploeven, 0111 zeker te zijn
dat ze veilig binnenvielen.
Veiligheidshalve werd in den afge-
loopen naclu de ingang gesloten.
„Na n n i e" van der Wielen
vertelt.
Jan, gezegd „Nannie" van der Wie
len, de jonge sleepboot-kapitein van
de maatschappij „Vischpioeg" die bij
deze ramp zoo schitterend blijk van
z'n moed en durf heeft gegeven, heb
ben we gelukgewenscht niet zijn kra
nige daad.
'n Flinke, stoere jonge kerel rnct 'ri
gczond-hlbgend gezicht, die spoedig
hreed-uit zat to vertellen van de
scheepsramp, dc grootste, die hij ooit
had meegemaakt. In hoofdzaak kwam
z'n verhaal dan hier op neer:
Zaterdagsavonds, toen ik d'r al
uit gegaan was met m'n sleepboot
de „IJmuiden", weet u is die En
gelsche rljstboot een halve mijl ten
Zuiden van do gasboei geankerd. Die
gasboei ligt in de rechte lijn van de
vuurtorens, op vijfduizend meter af
stand. Nu lag T schip niet ver van den
haveningang af. Als de loods 't nou 'es
om half één 's nachts geprobeerd had,
dan was hel naar mijn idéé beter
gegaan. Om vijf uur was het getij
d'r slechter voor, en werkten wind en
strobm en alles 'era gezamenlijk te
gen. Vooruit dacht ik 't al, dat hel
mis zou loopen,
Nou dan, 'sihorgens om vijf uur
werden wij gewaarschuwd, dat-ie 't
ankc-r had gelicht. Er stond toen een
heel hooge zee, en buitengaats was de
stroom sterk. Wij hadden- ons ver
bonden om met twee sleepbooten 'in
te assisteeren van den ingang tot de
sluizen, en dus stoomden we op. Toen!
zag 'k liet gebeuren, 't Schip wilde in j
den koers van de vuurtorens blijven,!
maar 't lukte niet. Steeds maar val
len, vallenT Was niet meer te
vermijden, 't Werd tegen" de Noord
pier gesmeten, en meteen zoo snc-1
als dat dan toch ging zonk de boot,
en de stoom schoot in wolken uit den
schoorsteen op. Al liet volk was aan
dek. en ze schreeuwden om hulp en
wenkten naar ons. Maar ik had even
gewacht, om te zien of de boot nog los
kon komen, 't Gebeurde niet.
Toen zijn we begonnen.
Eerst die menschen van de „bak".
Een paar maal werden we terugge
gooid. maar toen ging t. Ze sprongen
hij ons over. De meesten waren
naakt, of hadden bijna niets aan. en
sommigen waren er allerellendigst
aan toe
Toen waren er nog wel een veer
tig aan boord, in 't midden en achter.
En toen zijn we met de sleepboot
tusschen de pier en de Eastwell ge
weest, telkens. Hoe dikwijls we wel
'teruggeslagen werden ik weet het
niét,
'Heeft u 't 'gezien, lme dicht de boot
op'de pier zit'? 'n Vijfentwintig meter
is-t-er misschien tusschen, hè? Ja,
en .nou zegt u 't natuurlijk ookIk
snap niet hoe je met een sleepboot
daartusschen kunt komen 1 Dat zeg
gen ze allemaal. Ze weten niet, wat
je met 'n 'flinke sleepboot wel doen
kunt, Als 'k er een met twee schroe
ven. geliad had, was '1 nog véél beter
gegaan. Dan waren we niet zoo dik
wijls teruggeslagen I
Nu lieten we de machine maar zoo
hard als-ie kou achteruitslaan, en tel
kens beukten wc met onzen achter
steven tegen do boot, en dan spron
gen er weer over. De vrouw en kinde
ren van den kapitein werden ons toe
gegooid wij vingen ze op. Eén vail
de bemanning zag ik in 't water val
len, maar de Vischpioeg pikte 'm op.
De loods, Smit, brak z'n enkel toen hij
oversprong.
Ja, zoo is dan alles goed afgeloo-
pen, al heeft m'n sleepboot zwa
rij gekregen door telkens tegen 't
schip op te tornen. En dan telkens
die overslaande zeeën I De golven
sloegen over 't dek van het wrak, en
wij kregen óók water over, nou
Denkt u, dat de loods een fout
heeft begaan
Volgens mij heeft hij niet het
beste moment gekozen, om binnen te
vallen. Maar wat het binneuvaren-
zèlf aangaat, vertelde ie ine later, dat
het sclui) niet meer luisterde naar
het roer. 't Wou niet loeven en 't wou
niet vallen. Ja, u begrijpt dat ik er
niet veel van kan zeggen. Ik weet
niet hoe 't aan boord is toegegaan
Tot zoover wat v. d. Wielen ons,
eenvoudig en onopgesmukt, vertelde.
Hij heeft zich kranig gedragen I
We. voegen er tenslotte nog enkelo
later-inkomendü bijzonderheden aan
toe
Do dokter verklaarde dat de wond
niet diep eu niet gevaarlijk was en
hét uithalen van den kogel bracht
den lijder veel verlichting.
Binnen ecu uur nadat de waardi
ge man vertrokken was, was Jack
Bathurst in ecu versterkenden slaap
gevallen en Lady Patience was op
dringend aanhouden van John Sticli
op 'bed gaan liggen in liet kamertje
dat zij voor haar eu Betty gekregen
had cu eindelijk besloten wat te gaan
rusten.
De zon stonil reeds hoog aan den
hebei toen Jack wakker werd.
Zoudra hij zijne oogen opende keek
hij allereerst of zij er niet was.
Gevoelt ge u beter, kapitein
vroeg John Stich, die trouw aan zijn
zijde gewaakt had.
Ik gevoel me een reus, beste
vriend, antwoordde de jonge man.
Wilt go nnj eens ophelpen
Kapitein, de dokter heeft gezegd
dat ge een puos rust noodig hadt,
antwoordde de smid.
Zoo. zoo I deed hij dat, deed bij
dat, lachte Jack vroolijk. Nu, ga hem
uit mijn naam zeggen dat hij een
ezel is.
Waar is zij, John? vroeg hij na
een oogenblik stilte.
Ia dc katoor hiernaast, kapitein.
Rust zij
,1a l maar zij week niet van uwe
zijde sedert gij op do heide flauw viclt.
ik weet het ik weet het,
Da verzekering van het schip had
bij Lloyds plaats.
Vermeld dient nog dat de reddings
boot Zondagmorgen te water is gela
ten, Maar zij behoefde geen hulp meer
te verleenen, want in een half uurlje
was de sleepboot klaar met haar
werk.
Aan Z. K. II.. den Prins der Neder
landen, die destijds den eersten steen
legde voor het Reddingsstation, dat
door deze gelieurtenis voor de eerste
maal aan haar schoone roeping kon
beantwoorden, werd het navolgende
telegram gezonden, onderteekend door
den voorzitter en leden van het Witte
Kruis, en door den arts en leden van
de Reddingsbrigade Prins Hendrik:
Aan Z. K H. den Prins der
Nederlanden:
S.S. Eastwell gestrand en vergaan
op Noordpier IJmuiden. Alle 75 op
varenden gered. 29 man, waaronder
3 gewonden, opgenomen en verzorgd
in Witte Kruisgebouw. Alles weL An
dere opvarenden in verschillende zee
manshuizen. Persoonlijk J>ezoek. Al
len wel en opgewekt. Wonderbaarlij
ke redding. Kranige en buitengewone
stoutmoedige hulpverleening door
sleej)boot. IJmuiden, kapitein J. van
der Wielen. Eerbiedige groet van:
(Volgen onderteekeningeu).
Over de hartelijke ontvangst en de
uitnemende verzorging en verpleging
waren alle schepelingen opgetogen.
Ln het hijzonder de Hindoes, wien het
was aan te zien, dat zij zooveel zorg
en hartelijkheid niét gewend warén.
Velen zaten nu keurig in de klee-
ren, en grinnikten van pieizier over
hun eigen deftig voorkomen.
Buitenlandscfi Overzicht
D© Balkan-vulkaan.
Hoe tot den vrede te komeu?
De voorwaarden der
Balkan staten.
De voorwaarden, door de bond-ge-
nooten voor den vrede opgemaakt en
aan de gezanten der mogendheden
medegedeeld, luiden nu
lo. Als grondslag voor de onderhan
delingen wordt aangenomen als;
grenslijn tussohen Turkije en de ver
bonden staten de lijn RodostoKaap
Malaira, met uitzondering van het
schiereiland Gallipoli, dat aan Tur
kije blijft. Alle gebieden, westelijk van
die grenslijn gelegen, worden door
Turkije aan de verbonden Balkan
staten afgestaan.
2o. Turkije doet afstand van. de
eilanden in de Aegelsche Zee.
3o- Turkije verklaart, dat Kreta niet
ryeer tot het Turksche rijk behoort.
4o. Turkije stemt toe in de betaling
eener schatting aan de verbonden mo
gendheden, wier hoogte vóór liet defi
nitieve onderteekenen dor vredesvoor
waarden wordt vastgesteld, eri in de
betaling van bijzondere schadeloos
stellingen voor nadoelen, door den
oorlog veroorzaakt. De verbonden
Balkanstaten zullen aan de besprekin
gen over de oorlogsschatting deelne
men.
5o. De verbonden staten behouden:
zich voor, in hel definitieve* vredes
verdrag dé behandeling van hunne
onderdanen en 'hunne coinmereieele
belangen in het Turksche rijk, bene
vens de nationaliteiten-quaestié, de-
vvaarborgen voor de privilegiën der
orthodoxe kerken en de staatsrechte
lijke positie van hunne Osmadnsche
onderdanen te regelen.
6o De dorfógsoperaties worden niet
onderbroken.
D e mogendheden en Turk ij e
vinden die voorwaar
den l e z w a a r.
Do „Kóln. Ztg." meent, dat deze
voorwaarden van de bondgenooten
niet veel hoop overlaten op hot tot
stand komen van den vrede, 'zoo de
Balkanstaten ten minste geen wijzi
gingen toestaan. Reeds een oppervlak
kige beschouwing toont, dat daarin
eischen voorkomen, d:o niet alleen
Turkije, maar ook de Europeesche
mogendheden moeten afwijzen. Dooi
de aangegeven grenslijn toch zou Bul
garije eigenaar worden van een kust
strook aan de Z:e van Mar mora. Het
zou dus, met de Porte, bezitter zijn
van den waterweg tusschen de Mid-
dellaudsehe Zee en de Zwarte Zc-e.
Het -éigenaardige van de Dardanel-
Icn-quaesiie was tot dusver, dat Tur
kije tie uitsluitende eigenaar was van
de landen aan heide zijden der zee-
engte.
Een wijziging daarin zou de aige-
meene Europeesche politiek raken,
daar de mogendheden onderteeke
naars zijn der verschillende overeen
komsten betreffende de Dardanellen,
en dus betrokken zijn bij iedere wijzi
ging in het bezit, der kuststrook.
Hetzelfde geldt voor den eisch, dat
de eilanden in de Aegeïsche Zee dooi
de Porte moeten worden afgestaan.
Zulk een maatregel zou een verplaat
sing van het zee-politieke evenwicht
in het oostelijk deel van de Middel-
landsehe- Zed" tengevolge hebben, die
vriend, zeide John met een korte, die
pe zucht'meent gij dat ik haar
niet zag
llij brak af en richtte zich met
John:s hulp óp vaii hét bed. Hij keek
treurig naar zijn bevlekte kleereu,
maar toen verjoeg een aardige, vrien
delijke glimlach den laatst ju trek van
afmatting en pijn van zijn gelaat.
Ach, in welk een toestand ver
keert Beau Brocade om de engel zij
ner droomen te ontmoeten, hè John
Ilelp mij eens om mij presentabel te
maken. Loop eens gauw naar den
waard, haal ecus kam en horstel en
een en ander meer dat gij krijgen
kunt. Zoo kan ik niet voor haar ver
schijnen.
Zult ge u da» heel stil houden
tot ik terugkom 'i iin uw- arm stil in
den band laten rusten De dokter
Het komt er niet op aan wat de
dokter zei, loop, Johnhei gezicht
van mijzelf in dien spiegel daar doet
mij meer pijn dan die dornni;.- schram.
Gauw John, want ik hoor haar voet
stappen hier naastIk zal mij niet
verroeren, dat zweer ik je, als je
maar haast maakt.
llij hield woord en bewoog zich niet
van zijn plaats maar hij spande ziel',
in om te luisteren, want llij kon door
het dunne-beschot- Seen juist haar
voetstappen hooren op den ruwen,
houten vloer en nu en dan haar stem
als zij tot Betty sprak, Toon een half
door sommige Europeesche mogend-
heden niet gowonccht wordt.
Den eisch tot betaling eener schade
loosstelling kan Turkije, volgens de
herbaalde verzekeringen uit Konslan-
tinopel, onmogelijk inwilligen.
Over deze voorwaarden zulten nu
de mogendheden met de Balkansta
ten moeten onderhandelen, ten einde
te pogen tot een vergelijk te komen,
dat voor Turkije aannemolijk is, en
dat tegelijk de bezwaren van de mo
gendheden wegneemt.
Gemakkelijk zal dit. niet zijn.
De ambassudcurseoTiferentie te Lon
den is thans begonnen, de voorwaar
de» der Balkanstaten te bespreken.
De bemiddeling.
Over dc zitting der ambassadeurs-
Conferentie te Londen, van Zaterdag
wordt o.a. geseind:
Men verheelt geenszins, dat de door
de Balkanstaten gestelde voorwaar
den overdreven worden geacht.
In sommige kringen valt zelfs.een
gevoel van verbittering te bespeuren
over hetgeen men daar noemt „naar
Oosterschc wijze loven en bieden op
het laatste oogenblik."
Nochtans sluit, volgens de meaning
der ambassadeurs, het antwoord
geenszins de mogelijkheid van bemid
deling uit. Derhalve zullen de mo
gendheden binnenkort aan dc geal
lieerden adviezen geven, die naar rnen
hoopt, een wijziging van de voorwaar-
den der gealliöerdcn ten gevolge zul
len hebben, van zoodanigen aard, dat
deze alsdan een geschikteren grond
slag voor het sluiten van vrede zullen
vormen.
Dc conferentie is uiteengegaan tot
Woensdag.
Vriend- en vijanrlSGbap onder ae
Balkanvolken.
Uit Belgrado werd aan de „Vossi-
sche Zei tong" geseind
„Volgens geruchten zou de Servi
sche regeering van plan zijn, do door
haar troepen bezette gedeelten wan
Macedonië niot te geven aan Bulga
rije, maar dozo voor Servië te an-
nexeeren. Tot het versterken van zijn
positie tegen oventueelen tegenstand
van Bulgarije, is Servië van plan een
bondgenootschap met Griekenland te
sluiten. Het voortbestaan van den
Ra lk an bon cl zon afhangen van het
toegeven van Bulgarije. Dat werke
lijk de verhouding tusschen Servië en
Griekenland sedert eenigen tijd bui
tengewoon goed is. kan nic-t betwijfeld
worden, en het klinkt geloofwaardig,
dat Griekenland wel aan Servië, en
niet aan Bulgarije wil grenzen."
In vei l and met deze mededceiinger<
is van belang hef reen uit Konstanu-
r.opel g-wind werd aan de „Vossl-
sclie Zoi'.ung"
„Het terugslaan der Bulgaarsche
benden uit Saloniki door de "Grieken,
het gevangen nemen van den Bui-
gaarschen bisschop van Koprulü door
de Serviërs, bet verloop der gebeurte
nissen bij Nignta (waar een gevecht
tusschen Bulgaren en Grieken gele
verd werd) worden hier als het begin
beschouwd van een volkomen nieuwen
toestand op den Balkan, die een feit
geworden zul zijn, voordat de vrede
gesloten is."
Belangrijk is in dit verband ook het
bericht van den Turkschen ambassa
deur in Woenen, waarin deze mede
deelt, dal de gezant van een Balkan-
staat hem medegedeeld heeft, dat do
eensgezindheid van de Balkanstaten
tengevolge van den val van Janina
en do verdediging van Adrianopel zeer
geleden hoeft. De gezant voegde hier
aan toe, dat de Bulgaren geen afstand
Iwensche» to doen van Saloniki, maar
dat zij zich bereid verklaard hebben,
een schadevergoeding te betalen voor
de hulp, die de Grieken den Bulgaren,
geboden hebben bij de verovering van
Saloniki.
1-Iet verzoek, om den Bulgaren hulp
te bieden bij de verovering van Adria
nopel, is door dc Grieken van de hand
gewezen.
Tan dn oorlogsvelden.
Destrijd om Adrianopel.
Uit Konstantinopel werd aan de
„Sud. Slavische Korresj»ondenz" ge
meld
„ln politieke kringen gaan hard
nekkige geruchten, dat de comman
dant van Adrianopel, Sjuhri pasja, in
onderhandeling moet zijn met den
opperccmniandant van T belegerings
leger, generaal Snvof, om capitulatie
van de vesting te verkrijgen tegen
een eerviHcu aftocht met behoud der
wapens.
Het 1)0 mbarde ment schijnt met
groote kracht begonnen te worden.
Het blad „Assadamar", in lvon-
stantinopol verschijnende, krijgt do
vólgende mededeeling over den toe
stand in Adrianopel van een Arme
niër, die kort geleden Adrianopel ver
liet
,,De autoriteiten bobben alle pro
viand uit c!o particuliere huizen opge-
eischt, en verdoelen deze onder de be
volking. Eveneens worden de kleérën
afgenomen van de rijken, om deze te
verdoelen onder do hulpbehoevenden.
De magazijnen worden bewaakt.
Ieder krijgt dagelijks 350 gram brood,
uur later John Stich zijn best had
gedaan oin Jack's toilet in orde ie
brengen, wachtte Hij Haar Edelheid
op voor het ontbijt in de beneden-eet
kamer.
Zij trad groetend naar hem toe,
haar mooie hand uitgestrekt, haar
oogen omk-rzoekeud op zijn gelaat ge
richt.
Gij hadt nog niet moeten op
slaan. mijnheer, ze uk- zij half verle
gen toen hij haar vingertoppen aan
zijn lippen bracht, ach, uw arme ge
wonde schouder
Met uw verlof, Mevrouw, zei hij
luchtig, die is beter sedert Gïï mij
hebt opgepast.
Ik wilde u gaarne langer oppas
sen eu zal niet toeialen dat gij weer
uw leven voor mij waagt.
Mijn leven Och, dat wil ik toe
vertrouwen aan mijn ouden vijand,
het lot: out heeft ai deze jaren zuu
voor mij yi-zorgd, dat ik nu beter doe
het in uw dienst te stallen.
Zij antwoordde niets, want zij ge
voelde zich onverklaarbaar verlegen.
Zij. die de halve jeunesse doren van
Engeland aan hare voeten gehad had.
vond geo:i luchtig schertsend woord
om tel dezen man te spreken,' en zij
gevoelde onder zijn blik, dat zij
bloosde als ecu schoulmeisje op haar
eerste bal.
(Wordt vervolgd).