Human Duilmi'
TWEEDE BLAD
Woensdag 10 Decomlier 1813
Uuiteniandscli Overzicht
Uit dei Diiltsclieu Ryksdaj.
Dinsdag werd de eerste lezing der
^egrootingswet voor 1014 voortgezet.
!De Europeesche politiek.
De Rijkskanselier besprak de nieu
we regelingen op den Balkan.
Hij zette uiteen: Nadut de tweede
Balkancrisis voorbij was, kwamen de
gebeurtenissen uit den toestand van
f)e acute crisis; en al zijn de ge volgt
van de andere wijzigingen nog niet
pfgeloopen, de vaststelling der gren
zen van Albanië schijnt thans spoe
dig geregeld ta zullen zijn.
Wij hopen zoo ging de Rijkskan
selier looit dat voordat de thans
verdaagde conferentie weder bijeen
komt een grondslag voor de oplossing
der Turksche financieeie quaestie zal
pijn voorbereid.
liet lot der Aegeïsche eilanden is
fiog steeds niet beslist, maar ook daor-
De door de overeenstemming der
mogendheden verkregen positie der
Europeesche staten, is door de nieu-
we regeling in den Balkan niet ver
stoord. Wij zullen ons ook in de toe
komst aan do medewerking met de
andere mogendheden niet onttrekken.
Ons bondgenootschap tot Oostenrijk
is een levensbehoefte voor de heide
landen. De ongeschokte aaneenslui
ting van de mogendheden van het
Drievoudig Verbond was zoo sterk als
wellicht nooit le voren, zonder echter
de samenwerking met andere mogend
heden onmogelijk te maken.
Wij hebben de bijzondere belangen
van onze bondgenooten Oostenrijk en
Italië krachtig kunnen steunen en te
gelijkertijd door samenwerking met
Engeland, en gesteund op de vriend
schappelijke verhouding lot Rusland
het concept der Europeesche mogend
heden onze diensten kunnen bewijzen,
een laak,' die door de verblijdend cor
recte verhouding met Frankrijk werd:
vergemakkelijkt. Waarheen we had
den kunnc-n komen, indien de Euro
peesche mogendheden cassatie hadden
aungeteekend tegen het vredesverdrag'
van Boecharest, wil ik hier niet na
gaan. Het feit dat Oostenrijk in den
beginne in overweging nam of een
herziening van het verdrag doelmatig
zou zijn, liet een tijdlang in de open
bare ineening de opvatting bestaan,
dat dit meeuingsverschil vun ongun-
6tizen invloed zou zijn op het bond
genootschap. Ik moet echter deze op
vatting heslist onjuist noemen. (Toe
juichingen).
Wij mogen aannemen, da.t voor ge-
ruimen tijd van geen politieke oneenig
heden over de toekomst van Turkije
tussohen de Europeesche groote mo
gendheden sprake zal zijn. De verblij
dende verstandhouding met Engeland
maakte het ons mogelijk, in gedach
ten wisseling te treden over de Bag-
dadquaestie, overeenstemming voor
te bereiden in verschillende quaesties
Van koloniaal politiekcn en economi
sch en aard, en de betrekkingen tus-
schen beide landen weer in kalmere
banen te leiden, die ze dreigden te
verlaten.
Er zijn met de Engelsche regeering
onderhandelingen begonnen om moge
lijk ontstaande tegenstellingen van
economischen aard in de Afrikaan-
eche gebieden te voorkomen, zonder
schending echter van de rechten van
derden. Wij streven naar een recht
vaardige verzoening van de belangen
van beide partijen. Van compensaties
5s daarbij geen sproke. (Toej.)
Ik moet me heden bepalen tot deze
aanduidingen, daar de onderhande
lingen nog gevoerd worden, maar ik
mag hieraan toevoegen dat ik reden
heb om aan te nemen, dat de resulta
ten zoowel in Dnit-schland en Enge
land als oplossing der mogelijke te
genstellingen zullen worden begroet.
Laat ons het verleden vergeten en ar
beiden. (Toejuichingen). Onze ligging
in het hart van het Europeesche con
tinent zal ons steeds nopen alle pliy-
eieke en moreele krachten der natie
beschikbaar te stellen voor het be
houd van de positie van Duitscliland
als continentale mogendheid. (Instem
ming rechts).
De redevoering van den Rijkskan
selier von Beti mann Hollweg ge
houden ter inleiding van de algemoe-
ne beraadslagingen over de begroo-
ting was belangrijker door wat hij
verzweeg dan door wal hl] zelde. 'mj
repte nl. met geen woord over
de Z a b e r n-a f f a i r e
over de motie van wantrouwen, en
sprak uitsluitend 20 minuten lang
over de internationale politiek in ver
bond met de jongste gebeurtenissen
in den Balkan.
Dat het niet zonder Zaborn zou at-
loooen, was duidelijk. Do eerst© rede
naar uit het Huis, de sociaal-demo
craat Scheidemann, greep onmiddel
lijk c!e gelegenheid aan om te verkla
ren, dat zijns inziens do heer Von
Betbmann Hollweg niet meer ge
schikt was om Duitschland tegenover
het buitenland te vertegenwoordigen.
Hij vroeg den Rijkskanselier, of deze
wel meende, nog voldoende autoriteit
te UziUeu. Zoo ja, dan diende de
Rijksdag te verklaren, dat hij met
dezen man niet langer wilde samen
werken. Dooi de Rijksdag dit niet,
dan geeft hij zichzelf een brevet van
onrijpheid., I-let was pijnlijk èn voor
den Rijks kanselier èn voor den Rijks
dag, dat men den heer Von Bethmarin
Hollweg weer hier moest zien. Geen
ander Europeesohstaatsman zou slik
ken wat de heer Vcm Bet'nman Holl
weg thans geslikt heeft. De Rijkskan
selier moest voor zoo'n houding te
trotsc'h zijn. Hij wacht eenvoudig tot
hij ontslagen wordt. En dat dit nu
nog niet geschied is, komt doordat de
keizer niet capituleeren wil voor den
Rijksdag, evenmin als de militaire
•macht in de Elzas capituleeren wilde
voor de civiele autoriteiten. De afge
vaardigde Scheidemann zei dó vervol
gens, dat de Rijksdag het aan zijn
eigen waardigheid verschuldigd was,
liet niet te laten bij de motie van wan
trouwen. Er moesten mu at regelen ge
nomen worden om een eind te maken
eau liet persoonlijk regiment.
De Rijkskanselier nam onmiddel
lijk het woord. Hij sprak met klem
en met kracht om te betoogen, dat bij
zelf wel hcoordeelen kon, of hij ge
noog autoriteit bezat tegenover hot
buitenland, of eijn houding al dan
niet waardig was. Hij had hiervoor
niet de voorlichting lun den heer
Scheidemann noodig. Hij wilde hier
profestee ren tegen de pogingen van
den lieer Scheidemann, om toestan
den in te voeren, die in strijd zijn
met de Grondwet.
De „zoogenaamde" moiie van wan
trouwen zou dienen als uitgangspunt
om niet met den Rijkskanselier ver
der te onderhandelen en te verhande
len, hem tot aftreden te dwingen.
Dergelijke toestanden kiemt de Duit
sche Grondwet niet. Men beeft verle
den jaar in den Rijksdag uitdrukke
lijk verklaard, dat het doen eindigen
van interpellaties met een motie van
afkeuring niet geschieden zal om de
macht van den Rijksdag uit te brei
den. Thans wil de heer Scheidemann
toch, dat er druk geoefend wordt op
de beslissingen öf van den Keizer, öf
van den Rijksdag. 'Dit beleekent een
ongeoorloofde heerschappij van het
parlement.
Met klem zai de heer Von Beiii-
mann Hollweg, dat hij in verband piet
de motie van wantrouwen niet zijn
ontslag gevraagd had, en dat hij dit
om deze reden nooit zal doen. En met
de meeste kracht zal hij zich verzetten
tegen iedere poging om inbreuk te
maken op de rechten van den Kei
zer. Hij zal nooit dulden, dat de kei
zerlijke macht onder eociaal-denic-
cratischen dwang komt.
De conservation juichten na deze
redevoering, die door de andere af
gevaardigden met ijzige resorve op
genomen werd.
De heer von Bethmarm Hollweg
schijnt zich zoo seint de Hbld.-cor-
r esp endent weer sterk te voelen,
nu de keizer hein het vertrouwen ri ri
opzegde. Zoo sterk, dat hij een even
tueel afstemmen van zijn salaris be
antwoorden zou met de ontbinding
van den Rijksdag. Zoo sterk, dat hij
het niet noodig achtte, iets naders te
vertellen omtrenit de conferentie te
Donnueschingen, een poging te doen
om zijn houding van 3 en 4 Decem
ber te rechtvaardigen. Het is nu de
vraag, of de Rijksdag zich zal laten
imponeeren door dit machtsbesef.
De Rijkskanselier heeft door zijn
zwijgen duidelijk gemaakt, dat hij de
Zabern-zaak in den Rijksdag voor
volkomen afgedaan houdt.
Of de meerderheid van den Rijks
dag zich daarbij zal neer!ogen, is
een andere vraag.
Toen Fehrenbacb, de woordvoerder
van liet centrum, na de stormachtige
vergadering van den Rijksdag, waur-
in hij op de eerste rede van den Rijks-
kanselier geantwoord had, dezer da- j
gen zijn huis binnenkwam, was dit, -
naar de „Köln. Volkszeitung" ver-j
neemt, als in een bloementuin her-
schapen. Boven de bloemen was oen
transparant aangebracht racl de wöór
den De dankbare Elzas.
Do BaSkanvuEksan.
De Duitsche militaire
missie.
De polemiek tusschen de Fransche
en Duitsche bladen over de uitgebrei
de bevoegdheid van de Duitsche mili
taire missie in Turkije duurt rnet on
verminderde hevigheid voort.
De Temps haalt er nu de crisis over
Marokko bij.. Toen Frankrijk m 1904
Marokko voorstelde om het instruc
teurs (e verschaffen, haastte zich
Duitschland, dat toch in Marokko min
der belangen had, dan Rusland, in
Turkije, von Tatlenbach naar Fes te
zenden om daartegen te protesteeren-
Te Berlijn hodft men zich dus over
een protest van Rusland niet te ver
bazen. Duitschland heeft zich steeds
buitensporig bezorgd getoond voor de
politieke onafhankelijkheid en de eco-
nom.-sche vrijheid van de Mohamine-
daansche staten*
Men heeit ons gedurende de laatste
jaren hij herhaling betoogd, dat als
wij in Marokko het leger, of zelfs
maar de politie in handen hadden, do
economische vrijheid slechts in schijn
zou blijven beslaan. Het militaire
werktuig, waarop Duitschland in
Turkije de hand wil leggen, recht
vaardigt, dezelfde bezorgdheid niet al
leen in Rusland, maar in alle andere
landen, waar men Turkije onafhan
kelijk wil zien en open voor vrije me
dedinging.
Niemand heeft cr iets tegen dat Tur
kije. evenals vroeger, Duitsche instruc
teurs aanstelt, maar de zaak is
slechts li o e. En de overeenkomst die
Duitschland op grond van het ver
drag: van Berlijn heeft gesloten, als
mede de politiek, welke Duitschland
in d© laatste tien jaar heeft voorge
staan, brengen mee, dat het in Tur
kije de Integriteit ca de souvereini-
teit van de plaatselijke overheid, de
internationale-gelijkheid en de open
deur ontziet.
Aldus de Temps, In het hztoog \an
het Fransche blad, betwe k 'zich hier,
evenals andere Fransche bladen in
den laatsten tijd doen, leent iot spui
gat van ds Russische bezwaren tegen
Duitschland. is een" zwak punt, het
geen terstond in het oog valt zoo
merkt de N. R. Ct. op.
De Temps toch redeneert aldus-
Rusland en Frankrijk voeren thans"
in Turkije tegen Duitschland dezelfde
politiek, welke Duitschland in Ma
rokko tegen Frankrijk heeft gevoerd
Duitscliland heeft zich daar dus niet
over te verbazen.
Maar in die betoogtrant ligt ec-r
stilzwijgende goedkeuring van de
Duitsche politiek in Marokko, die do
Temps iieu jaar lang heeft bestreden,
alsmede oen stilzwijgende afkeuring
van de door de Temps steeds zoo vu
rig verdedigde Fransche politiek ir:
Marokko.
Want.de opdracht, waarmee in 1904
de Fransche gezant naar Fes ging,
had niets meer of minder ten doe! dan
den grondslag te leggen voor een for
meel Fransch protectoraat over Ma
rokko en het Fransche program van
administratieve en militaire hervor
mingen, trachtte de gezant der Sjsri
ilijnsche regeering als ultimatum uj.
te dringen.
Mocht Duitscliland daar niet tegen
protesteeren, dan hebben Rusland cri
Frankrijk daartoe thans te minder
aanleiding, waar Duitscliland met het
zenden van de militaire missie naar
Turkije, slechts aan een spontaan
verzoek van de Porte voldoet.
Deze redeneering ligt meer voor de
hand dan die van de Temps.
Maar de internationale politiek
richt zich niet naar logische conse
quenties. De zooagnaamde samenwer
king der mogendheden in het Oosten
heeft steeds liesiaan in het streven
oiu ie voorkomen, dat geen van haai
een voordeel boven de andere kreeg,
terwijl zij inlussciien dat ieder voor
zichzelf li-achtten te verkrijgen; en
de omstandigheid dat een van haar
inderdaad toch oan voordeel voor zich
zelf wist te bejagen, was steeds den
andere een aanleiding om een gelijk
waardige zoogenaamde combinatie te
verlangen, 7.oo ziet Rusland nu in de
bevoorrechte positie, die de Duitsche
militaire missie in Turkije zal krij
gen. een kans om zijn eigen positie,
hetzij in Armenië, hetzij aan den Bos
porus, to verbeteren. Dat alles gaat
onder de leus van de verdediging van
de onafhankelijkheid van het Turk
sche Rijk.
Een nieuw ministerie in Frankrijk
De Parijsche correspondent van de
„N. R. Ct." seint nog
Het nieuwe kabinet wordt in de
rechtsche- en gematigde bladen na
tuurlijk met buitengewone felheid
aangevallen. Als men bedenkt, dat 't
gewoonlijk toch zoo correcte „journal
des Débats" zelfs aan het schimpen
was op dep heer Doumergue, kan!
men men begrijpen wat voor taal men
Jn de aan het radicalisme vijandige
bladen lezen kan.
De heer Calmetle van de „Figaro"
wil niet gelooveh, dal zoo'n ministerie
in de Staatscourant verschijnen zal.
Hei ministerie, waar de bladen van
spreken, moet een slechte grap zijn,
zegt hij, van een krankzinnig gewor-
den kubist. En de vaak scherpe, maar
toch anders zoo waardig doende Ju
nius van de „Echo de Paris" eindigt
aldus: „Dat is geen ministerie, maar
liet is, om met Garlyle te spreken, het
karkas van een dooden ezel."
Tegenover die beschimping van
rechts, staat'niet zoo heel veel geest
drift van links. De „Radical", het of
ficinale radicale orgaan, inoet wc-1 te
vreden doen, maar bijvoorbeeld de
zeer radicale Lantërne is lauiv en niet
erg geestdriftig. De Lanterne betreurt
het ook, dut men aan het bevel van
Clemenceau, om Piclion weg te stu
ren, gehoorzaamd heeft. M n iieeft ï.u
met de portefeuille van buitenland-
sciie zulten heel zonderling moeten
omspringen en dat ie een zwak punt
voor het ministerie, meent de Lan-
terne.
Maar het merkwaardigst aan de
linkerzijde is de houding van Clemen
ceau. Hij zegt wel aan het kabinet
voorloopig zijn steun toe, indien het
zich goc-ti gedragen wil, maar verder
doet hij reeds bij voorbaat een zeer
heftigen aanval op dengene, dien
men als .een opvolger van Doumergue
beschouwt, en die dus bij een val van
Doumergue aan Clemenceau het pre
mierschap voor den neus zou kunnen
wegkapen, namelijk Briand. De oude
min isterie-omvërwerper Clemenceau
opent dus reeds het vuur tegen een
mogelijk kabihet-Briand Dat is
waarlijk vooruitziende politiek.
liet blad, dat Briand ha ineest na
staat, „La Petite RiiyubLique", heeft
een artikel tegen het nieuwe kabinet,
een artikel van zulk een ironisch en
fimveelig boosaarciigen vorm en stijl,
dat men liet doc-r Briand zeil geschre
ven aclit.
Allerlei
li i t Amerika.
President Wilson is voornemens het
verdrag met Nicaragua weer aan do-
orde te stellen; een verdrag, dat deze
Midden-Amerikaansche republiek
dei" de voogdijschap van de Vereenig-
de Staten zal brengen, lit de hou
ding van den president tegenover
Mexico, Nicaragua en thans weer San
Domingo, blijkt wel da.t hier met vol
komen doelbewustheid een bepaalde
politiek wordt gevolgd en, naar in
êenatoria'.e kringen te Washington
wordt opgemerkt, schijnt de bedoeling
te zijn, in geheel Centraal-Amerika
zulk een Amerikaansche hegenomie te
vestigen.
De Morning-post verneemt uit Wash
ington, dat de Midden- en Zuid-
Amerïkaahsche diplomaten aldaar in
het geheel niet tevreden gesteld zijn
door de verklaring van den minister
van staat Brvan, dat hun regeeringu
kunnen worden uitgenoodigd lot eei
dergelijk protectoraat door de V. St..
als dat 't welk voor Nicaragua wordt
beraamd, en dat belichaamd is in het
wetsontwerp, dat bij den Senaat te
Washington is ingediend.
Mocht dat ontwerp wet worden,
dan zouden dergelijke tradaten met
andere republieken in Midden- en
Zuid-Amerika volgen, die daardoor
in zekeren zin onderhoorig zouden
worden aan de V. St., en dus zouden
ophouden onafhankelijke staten te
wezen.
Echter lcoraen tal van senatoren op
tegen een dergelijk beleid van presi
dent Wilson ten opzichte van Midden-
en Zuid-Amerika, dat zij als nutteloos
en gevaarlijk veroordeelen. De Mon
roe frier zou er geenszins door worden
gestevigd, veeleer verzwakt. Een der
gelijke politiek zou er vroeg of laat
toe moeten leiden, dat vele Europee
sche mogendheden zich aaneensluiten
om haar te verijdelen.
Daarentegen wordt het Nlcaragua-
tractaat gesteund door vele Republi
keinen en Democraten; omdat in be
doeld tractaat de z.g. dollai'diplómaüe
(uitgevonden door den minister van
staat Knox, en juist door Wilson in
theorie bestreden zoo merkt de N.
R. Ct op wordt gesanctioneerd.
Binnenland
Men meldt aan de Standaard:
Door de afd. Sneek van „Patrimo
nium" is Dinsdag 9 December, het
volgende telegram verzonden aan
Z.Exc. den oud-ininister Talma te
Den Haag
De afd Sneek van „Patrimonium"
gevoelt zich op dezen beteekenisvol-
kj> dag gedrongen, u een woord van
ivarmc hulde te brengen voor uwen
ministeriëeïen arbeid, inzonderheid
inzake de verzekering togen invalidi
teit en den ouden dag.
Aan uw warme liefde voor het so
ciaal zwakke, aan uw rijke kennis,
oan uw doortastendheid die God u
schonk, aan den steun der rechtsche
meerderheid, is het te danken, dal he
den zoovele» hun eerste premievrije
rente mogen ontvangen, wat zij,
die heden opguan naar de feestzaal,
door hun obstructlevoeren en tegen
stemmen hebben pogen te verhinde
ren."
NIEUWE KAMERVERKIE
ZING IN ROTTERDAM III.
Dinsdag is in de vergadering van
de Tweede Kamer inderdaad meege
deeld, dat de heer J. I-I. Lasonder zich
verplicht ziet wegens gezondheidsre
denen ontslag te nemen als lid van de
StaU-n-Generaal.
De heer Lasonder was afgevaar
digd door Rotterdam III.
VOORTVLUCHTIG:
De voortvluchtige boekhouder-kas
sier H. 11., die ontslagen is op de
coüp. fabriek van melkproducten der
vereeaigde zaivdbereiders aan den
Persoonsdain te Rotterdam en in
wiens bas na zijn ver-.rek een tekort
van f 2000 wérd ontdekt, heef? zich
vermoedelijk ook aan meer verduiste
ringen van groot© bedragen schuldig
gemaakt. De rechtbank heeft tegen
hem rechtsingang verleend met bevel
tot gevangenneming.
(N. R. Ct.)
GEVANGENE TEGEN WIL EN
DANK.
Men schrijft ons uit Winschoten
Hedenmorgen had de stadsuurwerk-
maker zich in den toren begeven om
het uurwerk op le winden. Terwijl hij
boven was verscheen de poliiie met
een arrestant om dezen in een dc-r cel
len beneden in den toren iu verzeker
de bewaring te stellen. Daarna ging
ze alle deuren sluiten, colc de trap
deur naar boven, waardoor de uur
werkmaker gevang-me werd tegen wil
en dunk. De man wist ten slotte niet
beter te doen dun aan de klok te trek
ken en dat middel hielp. He: geben-
gel op het ongewone uur deed de po
litie een onderzoek instellen en kon
dc onschuldige arrestant bevrijd wor
den.
DE DIAMANTEN VAN PINHEIRO.
Naar men uit Antwerpen meldt,
zijn de safes van Pinheiro in de Dia-
mantclub te Antwerpen door het par
ket onderzocht. Er werd niets gevon
den.
INBRAAK NABIJ AMSTERDAM.
Een bewoner van den Nieuwe Weg
te Watergraafsmeer berichtte Dinsdag
de politie, dat ongewensckte bezoe
kers zich toegang tot zijn woning had
den verschaft. Maandagavond was hij
eenigen lijd met ziju familie uit ge
weest; van die weinige uren hebben
de inbrekers gebruik gemaakt. Aan
den achterkant der woning hebben zij
een keukenraam verbroken, waarna
de geheele woning voor hen open lag.
Alle zilveren lepels, vorken enz. zi.m
uit het buffet mede genomen. Uit de
slaapkamer is oen bioed-koralen arm
band ontvreemd.
INBRAAK TE BAARN.
Twee mannen zijn aangehouden,
die verdacht worden in de villa van
Mr. F. S. v. Nierop uit Amsterdam, te
hebben ingebroken.
IJK EN I-IERIJK.
De Minister van Land® heeft be
paald. dat het goedkeuringsmerk voor
de maten en gewichten, gedurende de
jaren 1914 en 1915 te bezigen zal zijn:
bij den ijk en herijk van maten en ge
wichten, de letter „V" in den gewonen
schrijfvorm; bij den ijk en uerijk van
gasmeters de Koninklijke kroon. Als
merk bij eerste stempeling ivordt ge
bezigd het cijfer achter den naam van
elk kantoor geplaatst:
's-Hertogenbosch 3, Arnhem 3,
's-Gravenhage 5, Rotterdam C, Leiden
7, Dordrecht 8 Amsterdam 9, Middel
burg 12, Utrecht 14, Leeuwarden 5».
Zwolle 16, Groningen 17, Assen IS,
Maastricht 19.
GEZONKEN.
Dinsdagmorgen is onder de spoor
brug bij Westervoort op den linker
over van den IJsel bij de steenfabriek
gezonken het motorschip „Hercules".
Het schip is vermoedelijk gekanteld
door verkeerd© lading. De inhoud
niet, het schip wel verzekerd.
BRANDEN.
Maandagnacht werden het gebouw
der manege ea de lokalen der voor
malige burgeravondschool in het Stak
te Dordrecht in de ascli gelegd. Het
vuur vond in hel op den zolder !>e-
waarde hooi en turfstrooisel overvloe
dig voedsel. Het geheele gebouwen
complex >s uitgebrand. Als siadscigen-
daia was het verzekerd.
De paarden der rijschool werden
gered, maar een aantal bezittingen
Koninklijke Schermvereenig.ng
.Nederland en Oranje" en van het
„Dordtsche Fanfarekorps", die in liet
achtergebouw hun bijeenkomsten hiel
den, gingen verloren.
Het gebouw dagte -kont van 1706,
en het als Stedelijk Armhuis werd
gesticht. Tn 1818 werd hot ais z.noda-
nig opgeheven en verder tot allerlei
doeleinden gebruikt, ais eholera-hos-
pitna', rijschool, spijskokerii. burser-
avonöscnool, hulplokuku voor lager
onderwijs enz.
STERFTE IN KLEINE GEMEEN
TEN.
In Molescbott laat G. W. uitkó-
ncn, dat de verlaging vm liet sterfte
cijfer in het. Rijk. in ie dj re provincie
i in de grootere gérncenten (van
eer dan 20.000 inw.) zich voor de
klc-iiie gemeenten iu 't algemeen nog
niet heeft laten gelden. In sommige
streken is de sterfte nog even groot
zij eeu halve eeuw guit-den was op
plaatsen, voor ivelke thans een aan-
rbelijk gunstiger cijfer valt te boe
ken.
Terecht doet dc schrijver van het
•tikel opmerken, dat de sterfte iu
ine gemeenten van jaar tot jaar,
mr toevallige cpidemiën of het uit-
ijven vaa deze, nogal uiteenloopt.
Men moet over grootere aantallen be
schikken om aan zulke toevalligheden
liaar te sterk naar vuren komenden
invloed op het sterftecijfer te ontne
men. „Alleen door samen voeging^ van
reeksen van jaren verkrijgt, rnen'ook
voor minder volkrijke gemeenten
groote getallen, waaruit door decling
een juist gemiddelde kan worden
verkregen."
De gezondheidscommissie te Bode
graven heeft in haar laatste jaarver
slag zulk een overzicht gegeven van
de sterfte over de 10 jaren 1903—1912
in elk dc-r 18 gemeenten onder haar
ressorteen overzicht, dat jn verschil
lende opzichten sterk afwijkende cij
fers le zien geeft. Naast eikaar zijn
gesteld ae sterftecijfers op 1000 perso
nen voor 1932 eri over dc 10 genoemde
jaren gemiddeld.
Voor het Rijk zijn deze
cijfers 14.51 en 1-5-2
V r de groote gemeen
ten 12.78 UI'
Voor de kleine gemeen
ten 15.70 <5-13
Voor Zuid-Holland 12.70 f-S.C'J»
Uit het lijstje, opgemaakt voor de
18 gemeenten iri het ressort der ge
zondheidscommissie te Bodegraven,
zijn in 't bijzonder opmerkenswaard
de volgende*sterftecijfers, waarvan do
vooropstaande wederom 1912, de in
dc tweede plaats genoemde en cursief
gedrukte het tijdperk 1903—1912 be
troffen
BarwouLswaardèr 18.44 2038
Waarder 7.41 12.30
Bodegraven 11-93 10 38
Zwammerdam 6-79 <5.5/
Papekop 14.31 1033
Oudewater 24.62 2-7-Jf
Nieuws een 22 42 30.70
Opmerkelijk zijn in <k v.: ;le piaa'.s
de verschillen (voor Langeruigcwci-
de, dat wij boven nie. vermeldden,
zijn de cijfers toevallig zser weinig
verschillend: 15.22 en 1507) die de
cijfers voor een en dezelfde plaats
vertoonen. Wat de gecursiveerde cij
fers onderling betreft mocht :n:t
recht het volgende gecoucludec: i
worden
„Tien jaren lang is de sterfte der
halve in de eene gemeente twee tot
driemaal hoogor dan in een andere;
men vergelijke Papekop en Barwouts-
waarder, Oudewater en Nieuwveen.
In 5 (behalve de boven aangeduide
ook nog Boskoop en Zevenbergen) van
de 18 gemeenten is dc sterfte wel ia
waar lager dan in liet Rijk over de
zelfde periode, maar in slechte 2
(Waarder en Papekop) is zij lager
dan over hc-t algemeen in de provin
cie Zuid-Holland, v.aartoe zij beboe
ren; in al do overige ie de toestand
ongunstiger."
„Het is zeker" zoo besluit do
schrijver van hel artikel „een ver
dienstelijk werk van een gezondheids
commissie duidelijk het licht ie doem
vallen op zulke toestandende nood
zakelijkheid van een onderzoek iu ce
stellen naar de vermoedelijke oorza
ken ligt daardoor vc-or de hand.
„Waarschijnlijk zal het niet eens
zoo heel moeilijk zijn deze oorzaken
te ontdekken; de eerste weg ongetwij
feld om verbetering aan te brengen cn
de sterfte in kleine plaatsen terug te
brengen tot dezelfde verhoudingen als
in het overige deel van ons land."
TWEEDE-KAMER.
Men seint ous:
Bij de voortzetting van hei algemeen
debat over de Staatsbegroting ver
volgde de heer van der Molen zijn
rede. Ilij vergelijkt dit Kabinet bij
een schip waarop ook Mr. Troelstri
ivei wil meevaren, mits als loods. Ilij
besprak ook het onderwijs-vraagstuk;
art. 192 behcerscht de geheele politiek,
iedereen erkent, dat volledige oplos
sing urgent is. de geheele ontwikke
ling van het volksonderwijs waohi er
op. Toch wil de Regeering ds b.riis-
Feuilleton
(Nadruk verboden).
110)
Allen verwijderden zich.
Toc-n de kerk weer leeg was, werd
het zwarte behangsel haastig wegge
nomen, ook de katafalk werd door
iijkdienaren verwijderd, de kaarsen
op het altaar uitgedoofd, het zwarte
kleed, dat er voor lug, weggenomen
cn als door een tooverslag kreeg de
kerk een ander aanzien.
liet hoofdaltaar werd met frissche
bloemen en groen versierd, een an
der kleed, met levendige kleuren er
voor neergespreid, de andere kaar
sen werden aangestoken, wier vlam
men vroolijker flikkerden en het
goud van het altaar helder deden fon
kelen.
Twee rijen stoelen werden voor het
altaar geplaatst, met twee fauteuils in
het midden.
De toebereidselen tot een huwelijk.
Maar het was nog geen elf uur, en
het huwelijk, waarvoor deze toebe
reidselen waren gemaald, zou eerst
om twaalf uur plaats hebben.
Dicht bij Jenny, binnen het doop
hek, kwamen lachende, jonge vrou
wen, die een jonggeborene droegen.
Ook dat zag zij met oogen vol tra
nen.
Op dien droevigen morgen vlood 't
geheele leven voor haar heen, niets,
geen enkel bitter aandenken werd
haar bespaard.
Zooeven had zij het einde langs
zich heen zien gaan, droef en som
ber.
Eu nu voor haar, in het doophek,
werd het begin van het leven voor
gesteld.
En straks zou zij getuige zijn van
een plechtigheid, die twee levens,
twee harten aan elkander verbond
mei machtige, onverbreekbare ban
den, eri twee menschen ten toppunt
van geluk voerde.
Daarginds klonken do zwakke kre
ten van de zuigeling.
De glimlachende vrouwen 6usten't
wicht en gingen er vroolijfc mee heen.
Langzamerhand kwamen er man
nen en andere vrouwen in groot toi
let, eri meisjes, vooral veel meisjes,
door de groote deur binnen en zetten
zich op de stoelen.
Eindelijk, dat was het huwelijk.
Weer verliep er een kwartier.
Daar hoorde men het rollen van do
naderende rijtuigen.
Zij waren het.
De stoet stond bij den ingang van
de kerk.
Het hart van Jenny trilde. Een blos
kleurde eensklaps haar wangen en
koortsachtig fonkelde haar oog.
Een biltere glimlach plooide haar
lippen.
Het orgel begon te spelen om de
bruid te begroeten bij het binnentre
den.
Jenny stond op en boog zich voor
over om beter te kunnen zien.
De bruid, die daar binnentrad, was
Marie-Rose, de lieve lentefee, aan
den arm van Laurent de Soulaimes.
Na de bekentenis, die haar vader te
Nögent aan de familieleden van Lau
rent gedaan had, had Jenny aan Lau
rent geschreven, dat zij hem zijn
woord terug gaf, dat zij nu wist, dat
hij haar nooit bemind had. en dat
hun huwelijk thans onmogelijk was
geworden, daar hij den man, die zoo
veel rampen cn onheilen over hem en
zijn broeder had gebracht, nooit va
der zou kunnen noemen.
Zij schreef hem, dat zij zijn liefde
voor Marie-Rose kende, dat hij zich
moest vereenigèn met haar, die hein
onafgebroken bemind had en dat zij
haar plaats nan haar gelukkige me'
dedingster afstond.
Vervolgens was Jenny naar Marie-
Rose gegaan, wier woonplaats Gaume
haar gezegd had.
Marie-Rose had wel vernomen, dat
hei huwelijk niet was doorgegaan,
maar zij wist niet meer, dan de ver
spreide geruchten in Parijs ver
meldden- dat de bruid op den mor
gen van het huwelijk ziek geworden
was, dat een man, die haar beminde,
zich op haar kamer voor haar oogen
gedood had, en dat het huwelijk was
uitgesteld.
Uitgesteld, Marie-Rose wist niet,
dal het geheel verbroken was.
Zeer verbaasd was zij dun ook, een
bezoek le ontvangen van Jenny Ber-
tignolles, die zij nog altijd als de ge
lukkige bruid van Laurent de Sou
laimes beschouwde.
Jenny deelde haar mede, dat haar
edele zelfopoffering nutteloos was ge
worden, dat Laurent nooit de echtge
noot zou worden van haar (Jenny),
maar dat hij er naar haakte, Marie-
Rose, die hij nooit had opgehouden
te beminnen, weer snn zijn hart te
drukken.
Zonder een woord over de aanlei
ding te spreken, vertelde Jenny, dat
haar huwelijk verbroken was en dat
zij voor altijd van Laurent was ge
scheiden. Zij wilde we! erkennen, dat
Marie-Rose heilige rechten op hem
had en daar.om gunde zij haar de
plaats, die haar sedert zoo lang toe
kwam, en waaruit zij haar onwetend
had verdreven.
Jenny had hiermee alles gedaan
wat in haar vermogen was om het
kwaad te herstellen, dat haar vader
bedreven had.
Kalm en gelaten wachtte zij af,
wat er verder zou gebeuren.
Door haar getrouwe kamenier werd
zij op de hoogte gehouden van alles
wat er voorviel, daar zij zelf het huis
baars vaders bijna niet meer verliet.
Eenige maanden verliepen er, zon
der dat Jenny iets vernam omtrent
Laurent en Marie-Rose.
Eindelijk, op zekeren morgen, nu
veertien dagen geleden, was de ka
menier bij haar gekomen en had ge
zegd:
-- Mejufrouw, de dag van het hu
welijk is bepaald.
Zal het spoedig geschieden?
Den 8en Juli.
Weet gij het zeker?
Ik heb ue kennisgeving gezien.
Ocii, stamelde Jenny, terwijl zij
de handen legen het hart drukte cn
wankelde alsof die tijding, welke zij
toch sedert maanden tegemoet zag,
haar geheel onverwacht trof.
Mejuffrouw! riep de kamenier
verschrikt uit.
Maar zij had zich reeds hersteld.
Het huwelijk zal zeker te Nögent
gesloten worden?
Neen, mejuffrouw, het schijnt in
Frankrijk de gewoonte te zijn een hu
welijk te voltrekken in de plaats waai
de bruid woont.
Dus te Parijs?
Ja, mejuffrouw.
In welke kerk?
De bruid woont in de etraat
Bcaubourg, de plechtigheid zal dus
plaats hebben in de kerk Sainl-Paut,
in de nabijgelegen straat Antoiue.
Ge vergist u niet?
O neen, mejuffrouw, ik heb de
kennisgeving goed gelezen cn herle
zen.
Hoe laat in de kerk?
Om twaalf uur, mejuffrouw.
't Is goed, ik dank u.
Da kamenier wilde zich verwijde
ren, maar Jenny riep haar terug.
Ik verzoek u, geen woord van d't
aües 8an mijn vader te zeggen.
O! mejuffrouw kan van miju stil
zwijgendheid verzekerd ziju.
Van dien dag af scheen Jenny veel
kalmer, als bevrijd van eeu zwaren
last, die op haar drukte.
Zoo is men altijd, wanneer men c:a
groot besluit heeft genomen.
Geduldig wachtte zij deu achterin
Juli af.
Toen deze dag aanbrak, verliet zij
bij zonsopgang hel huis éu begaf zich
naar de kerk, waar zij het huwelijk
van Marie-Rose wilde bijwonen.
(Slot volgt.)