lunar: Hums DERDE BLAD Zaterdag 13 December 1913 ^afild&eresft maas* Ned. ©osfc Indië. De verzeaiding va» brieven enz. Qieeft deze week plaats als volgt: Over Genua, Woensdag 17 Decemb. (Laatste busliohting 3 u '25 min. 's- morgens). Vuorloupige verzending reeds den vorigen dag, vóónoiddags 11 u. 15 m. Over Brindisi, Vrijdag 19 December. (Laatste buslichting 12 u 30 s nam.) Behalve conesp -ndentie voor Atjoh en Oiiderhoonglieden, Sumatra's Oostkust. Paleinbang, Iliouw, Ban ka, Billiton en Borneo, alleen d.e welke van een desbetreffende aanwijzing la voorzien. Over Amsterdam, mot de zoogen. Zeepost, Zaterdag 20 December. (Laat ste busilchting 3 u. 25 m. 's morgens). Het port van met deze gelegenheid te zenden brieven bedraagt 5 cent per 20 gram, dat deT briefkaarten 2 1/2 ct. per stuk. en dat van drukwerk eén cent per 50 gram Om nog met deze gelegenheid te bunnen worden verzonden, moeten postpakketten Vrijdag vóór 9 30 's av. ten poR'kantore zijn bezorgd. NAAR SIJRLNSME. Dinsdag 16 December. Laatste bus- /ichüne 2.35 's morgens. Vrijdag 19 December. Laalste bus- llchtins 7 45 's avonds. Vrijdag 19 December (zoogenaam de Zeeposi). Laatste buslichting 3 £5 'e morgens. Om nog met deze gele genheid te kunnen worden verzonden moeten postpakketten daags te voren ten postkantore bezorgd worden. Het porl van brieven, briefkaarten en drukwerk is gelijk aan dat voor Ned.- Oost-lndic. Wij doen uitdrukkelijk opmerken, dal, bedoeld wordt de bnslicliting aan 't Hoofdpostkantoor in de Zijlstraat. Antomobieltentoo listening. De tentoonstelling vun klcme auto mobielen, motorrijwielen enz., die de Ned. Ver. de Rijwiel- en Automobiel industrie van 12—21 December in het Paleis voor Volksvlijt te Amsterdam houdt, is Vrijdagmiddag om twee uur officieel geopend. De voorzitter van de Nederlandsche Automobiel Cliib, Jhr mr. R. A. P. Sandberg tot Essenburg heeft de (bij dergelijke gelegenheden onvermiidelijke) openingsrede gehou den, die ik niet bijgewoond heb. Nochtans kan ik rne zeer goed voor stellen, dat aari -Ie rede een welkomst woord van den voorzitter van het ten toonstellingscomité voorafging, dat de redenaar daarna wees op den voor- iiitgarig van de automobielindustrie cn op liet meer-véid-winnen van de kleine auto en het motorrijwiel, en dat. hij eindiffde met den wensch dat deze tentoonstelling veel belangstel ling zou ondervinden en veel succes zou hebben De exposanten, die in hun beste jassen, met den hoogen hoed in dt band. er omheen stonden, gaven toer, natuurlijk blijk van hun begrijpelijke instemming niet deze woorden, en daarmee was dan 't officiécle wel ten einde. Deze nieuwste tentoonstelling van <1. meergenoemde industriëele veree niging is dus gewijd aan kleine auto mobielen, motorrijwielen en zoo voorts. Ik onderstreep dit, want en zoo voorts is een belangrijke categorie. Daaronder vallen niet al leen autojasscn en electrische lan taarns en motorbootmodellen (van de Alkmaarsche firma Stoel) niaur ook al die vëhicula die een overgang tus 6chen de-motorfiets'en de kleine auto vormen. Een Engelschinan zou spre ken van „the missinglink", anders ge zegd de ontbrekende schakel. i Daarbij liehooren de vele molorfiel sen met zijspanwagens van velerlei model. Voorspan- en aanhangwagens schijnen te hebben afgeduan, maar een nieuwe vinding, dateerend van de laatste jaren, is een soort van drie wieier met den motor-voorop, een ding dat je imponeert door z'n rnon etruosileit en dat Cyclonette of Phd nomobil heet. Het laatste soort was ter expositie aanwezig, en ik heb er me oprcclitelijk over verbaasd. Maar daarover straks méér. ,De expositie is ondergebracht in de groote zaal en het houten bijgebouw van liet Paleis, op dezelfde manier als de „Tgta" geïnstalleerd was, en do aanblik van dit geheel is aanmerke lijk beter dan die van zijn voorgangers Er is iets moois van gemaakt Een effen-grijze wandbekleeding, bier en daar niet donkergroen afgezet, doei het tentoongestelde veel beter in zijn omgeving uitkomen, vooral omdat de firma-namen niet meer op lawnni- borden aan colonnaden zijn aange bracht, en er geen bonte ver/.ame ling van vlageen en ander opvallend gedoo is, die de aandacht van de hoofdzaak afleidt en van het geheel iets sehreeuwerig-kakelboiits maakt. De namen van firma's en merken zijn heel simpcltjes, zwart op wit, ver nield op de banden langs de ver hoogde vloeren. De tentoonstelling maakt een rusti- geü, pruttigen indruk, en stemt je er toe om eens kalm al het moois, dat er te vinden is, te gaan bekijken. Het was er, een uur na de opening, nog rustigjes. Weinig bezoekers lie pen tusschen de stands, en een groot contingent onder de aanwezigen vormden de exposanten, die, nog lm mer liekachelpiipt, ronddrentelden, mekaars inzendingen critisch beloe rend. Do gróote firmanten herkende je dadelijk, omdat ze den hoogen ziien niet zoon beetje achterover had den staan, en niet hardon lachten om de zïjspanwagen-modcllen van concurrenten Die zijspanwagens! Het is mis scliien niet juist om met de categorie „enzoovoorls" te beginnen, maar ik waag het erop. Toen ik die verschei denheid zag, speet het me waarlijk dat ik onzen teekenaar niet geïnvi teerd had om ine te vereezellen, want er was stof voor hem geweestEr wa ren elegante, sïerl"ke carrosserietie? bij, maar daarentegen ook de vreerndst-gevormde curiositeiten. Eén fabrikant was op 't idéé gekomen om de(n) passagier te laten zitten in een knus-gevoerde mand, met een ope- iiing-bovenaaii om er in te kruipen 1 leis als Mozes' biezen kistje. Anderen hadden zich uitgesloofd in hei torpedo-model, waarbij de meta len carrosserie vooruitspringt in een stompen kogel-vorm, die een oinveten de op dit rijke gebied' zou doen veron derstcllen. dat deze venijnig-uitziende modelletjes voor oorlogsdoeleinden bestemd waren. Weer een ander bleek er in ge siaagd te zijn, een soort gestyleerde badkuip te produceercn, en teuslotte vond ik Cr nog een, die bepaald be stemd was voor een vader mét veel kindereu. Want de eigenaar zou het ding In winlersche dagen kunnen af nemen cn met succes bezigen als sle de. Een paar handvatten eraan en 't was een prachtstuk I Maar nog meer was er in bet genre der zijspanwagens te zien, dat be wees luie Vrouwe Mode's'spreekwoor delijke grilligheid evenzeer op auto- als op vrouwenkleeding-gebicd gel dend is. Daar was me zoowaar het sclioone denkbeeld tot uiting gekomen, om de carrosserie met een Amerikaansche kap te overhuiven Die kap sloot aan tegen een rniniaturige voorruit, en een riempje, vóórlangs gespannen, hield het samenstel op z'n plaats 't Leek een sierlijk miniatuur-draag stoeltje, en wie weet zou een Chinecsche mandarijn het zich niet willen aanschaffen, als er een paar lange draagstokken onderaan werden vastgemaakt? In deze positie was 't echter 'n soort caricatuur van een „heusche" auto mobiel, en ik zou er voor geen daal der in willen rondrijden. Nu zegt dat wel niet veel, waril. wij Hollanders hebben de hebbelijkheid om heel gauw om iet-s ongewoons te lachen maar ik geloof dat het komieke ding zelfs.in Parijs' of Bérlijn's of Londen's stralen mei hilariteit zou worden ontvangen I Neen, het mooie op deze tentoon stelling zat 'm In de auto's en In de motorfietsen, in beide hoofdrubrieken dus. Daarbuiten viel nog de Phano- mobil. Ik zeg het volstrekt nic-t om den fabrikant en den importeur, wier namen ik op 't oogenblik niet eens weet, onaangenaam te zijn, maar dit product vind ik een ontaarding van het systeem driewieler. Stel u voor'n -vrij breedc viorpersoons-autocarrosse rie, van alleszins gelukkig model, rus tend op een chassis dat van achteren op twee gewone autowielen staat maar van voren schijnt, te hangen aan het dorde wiel, dat pedant vóorop loopt en waarop de geheele machine rie open en bloot is opgesteld. Vier cylinders op een rij, met een groot vliegwiel nevens het krukas-carter, met een carburateur op zij en een magneto ervóór enfin, op hot meest in 't oogloopende punt de heele. machinerie in gansch haar onaeslhe- tischen vormHet stuurrad is ver vangen door een leelijken, langen hefboom, die je geneigd bent als „roerpen" te betitelen. En waarom deze verzaking van een goed-bevonden standaardsysteem? De Phanomobil kost voor 2 personen f2160, dus voor de goedkoopte zol het toch zekér niet zijn. Om een schooner geheel te krijgen, vermoedelijk óok niet. Maar waarom dan? Evenmin als de palankijn-vonnige zijspanwagen zal de Plninornobil de Nederlandsche auto-wereld, verove ren De motorfietsen zijn vele, ln getalj en in merk, en evenals bij de kleine auto's maakt de Ilollandsche indus trie, door Simplex en Eysink met bun elegante maar bovendien dege lijke karretjes kranig vertegenwoor digd, een goed figuur. De tegemvoor dige motorfiets met haar practisch systeem van veering, haar groot, ge makkelijk zadel, breede voetrusten en aanzetslïnger (om den motor in gang te zetten vóór je opstapt, waarna die kalm bij 't vertrekken wordt inge schakeld) is wel een ideaat-voertuig vergeleken bij de hortende, aan pan nes- laboreerende, ongemakkelijke dingen van een jaar of tien terug Dat verschil bleek vooral door de pre sentie van een oude F. N. uit 1902. een „ezeltje" (zooals die vehikelt.ïos vrien- deliik betiteld werden), dat op den stand van de N. M. V prijkte en een grappig contrast maakte niet al die mooie, minutieus- afgewerkte hoog-moderne vervoermiddelen. De lichte motorfiets, 't karretje met geringe motoreupocUeit. dat overigens alle voordeden van den zwaren tuf mee moet bezitten, zag ik maar in en kele exemplaren vertegenwoordigd, Speciaal een kleine, keurig-afge- werkte en slevig-geconstrueerde Wan derer viel daarbij op. Overigens inoet ik als een bijzon derheid even vermelden dat de En- gelachen in de motorrijwiel-fabricage legen vvoördig een zeer belangrijke plaats innemen. De fabrikaten Huni- ber, Sunbeam, Douglas, Indian, Wil liamson, B. S. A., Triumph, Rover, Caleott, Herald, Special, Bradbury en Sun zag Ik op deze tentoonstelling vertegenwoordigd, en 't is best moge. lijk dat 'k er nog een paar over het hoofd heb gezien. Onder de kleine automobielen wa ren geen exemplaren die zich door buitenissigheid in vorm onderscheid den, Wel viel er de -onderscheiding „klein en klein e r" te maken. Tot de laatste onderafdeeling behoorde dan wel de Bébé Peugeot. Ik heb van des kundigen gehoord, dat dit wagentje qua technische constructie een ju weel is, en bet model vind ik sinaak volmaar het is te klein, 't is; mihiaturïg. Dezen zomer ben ik eens in zoo'u aardig voertuigje uit rijden geweest, en het ding liep gemakke lijk en snel maar als er een groote auto aankwam voelde je je als een mug naast een olifant Nü weet ik wel, dat het heel nuttig is om op deze manier eens tot nederigheid gedwou gen te worden, maar naar mijn be scheiden meening moet een kleine auto niet een miniatuur wezen. Ais de kap erop slaat, moet je er niet hoeven in te kruipe n en je moet niet het gevoel hebben, in een doosje te zitten waar je met z'n tweeën pre cies in past. Do gerieflijkheid is een belangrijk ding, en die is m. i. gi'ooter bij de mooigobouwde kleine Eysink bij de aardige, vlugge Ilumberette, bij de Simplex (die niet zoo mooi van mo del is, maar er IJzersterk uitziet) en bij vele andoren. Eovendien, er is een elegante Hol- landscbe uitdrukking die luidt: ;,het oog wil ook wat". Do kleine auto's vormen een heel mooie verzameling oji do tentoonstel ling, en alleen orn d i e tc zien kan ik al velen aanraden eens naar het Pa leis voor Volksvlijt te gaan. De prij zen zullen, vrees ik, over 't geheel niet meevallen. Ze \ariceren meest tusschen ƒ2060 en ƒ3000, een enkele (de Ilumberette b.v.) is wat goedkoo per. Voor een burgermansportemon- inde. is ook de kleine automobiel nog-een onbereikbare zaak; Vóór te eindigen wil ik nog even vermolden dat een Haarlemsche expo 6ant in goed gezelschap (tusschen de Ned. Motoi-wielrijders Veroeruging er de h'ed. Automobielclub) op dc ten toonstelling zijn stand heeft, 't ls dc heer J. A. Boom, de uitgever van De Auto en het Motorrijwiel, die nevens meer bezienswaardige dingen interes sanle uitslaande modellen van 4-cy- linder automobielen en een Nedor- landschc automobielkaart exposeert. Het is een tentoonstelling, die voor ieder een bezoek waard is! ROBERT P. Buitenlandsch Overzicht Een muziekuitvoering in het Parlement, Dé Weensche Hbld.-correspondent schrijft; Wanneer bij ons een afgevaardigde een onbeleefd woord zegt of een on vriendelijkheid, dan wordt hem on middellijk van alle kanten beduid, dat de welvoegelijkbeid een ander optre den 'eischt Gaat hij nog iets verder, 'dan onthoudt men hem het prnedi- caat „geaclit" en wordt hij verma nend tot de orde geroepen. En in de bladen slant 's avonds, vet gedrukt, „een incident." - Hier is hei anders. Een janboel.... een bende. Het valt te betreuren, dat dc Ilollandsche journalisten op hun studiereis door Oostenrijk niet een zitting als van heden hebben kunnen bü-vonen. De Rnthe.nen waren ditmaal de mu zikanten. De Rutheensche afgevaar digde Petiu-siewic-z ueïd bij Oen aan vang der zitting het voorstel, met net oog op den sleependen gang der ver handelingen over de kiesrechUu-rz.c- rihvg' in Lemberg, de'vergadering voor eon uur op le schorten, ten einde den •partijleiders gelegenheid te geven zich 'met elkander 'te verstaan. Onmiddellijk slaat de minister-pre sident graaf SEiirgkh op,-vermaant de Ruthenen hun temperament te he- heerschen en de sympathie, die alle partijen voor het werk ui Galiciè voelen, niet te scnaden. ln het ver loop zijner rede verzet hij zich ten .sterkste tegen de ondorbrekoig der zitting. A.s uij gaat zitten, klatert le vendig applaus neer. Even scbrilt een fluitje... alles wordt weer stil. Het voorstel-Peirusievsicz wordt met oveivroote meerderheid verworpen. Aisd'it resultaat bekend wordt, 'klinkt verwoed gefluit. Snerpend gie ren de fluitjes De Rjithemsche flui ters zitten onverstoorbaar rustig in ,hun lwnken en fluiten met lakonieke gezichten. De afgevaardigde wiens voorstel verworpen is, en zijn buur man schuiven het deksel van hun les senaar heen en weer: „Bonk-bonk", We diérikeri even aan voorbijtrekkende mariniers, mer, trommelslag 'en vrao- Üj'Ji ge-pijp Andere Rubhonen slaan met de deksels der lessenaarstegen hun zetel. De meerderheid kijkt, ver woed in de richting der Ruthenen. Oiidcrtusschen neemt een ordelievend afgevaardigde aan de tafel voor refe renten plaats eu geeft door teekeiis te kramen dat er iets zal worden voor gelezen fde derde lezing van de wet op de brandewijn-belarting). Den pre sident ziet men de lippen bewegen, de referent en alle medeafeevaerdigden 'uitgezonderd de Rntbenen1 verhe'fen zich van de zetels en kijken van bun plaats naar de obstructie-scène. Graaf Stürgkb heeft de drukproef van zijn rede gevraagd en zit, alsof er niets om hem heen gebeurt, doodkalm te corri- geeren. De f'uislisten schijnen van geen moeheid te weten. Het gefluit duurt zeker '20 minuten voort. De minister-president is met zijn .proeven klaar. Om hein heen groepee- ren zich eenige Kamerleden. Zij cpre- kpn.druk Men schijnt heslof en te zijn het lawaai der Rnthenen een half uur lang nog te zullen verdingen, daar na echter tot een en bloc-stemming van het financiën-voorstel te zullen overgaan. De Itnthcnen schijnen dit ultima tum ook vernomen te hebben. Alle lessenaarsdeksels worden nu Inwerkt. Zij treden nu gezamenlijk op. Een Ri chard Strauss-lmitatie wordt geën- scènoerd. De fluiten verdubbelen hun krachten, hun wangen bollen zich als die van Rubens bacchanten. Een cres cendo wordt merkbaar. Iedere Ru theen. is musicus geworden. Oolv bij zondere instrumenten komen te voor schijn, Een der j.geachlen" stelt niet eeri glans van verrukking een soort Bell-telephoon-apparaat voor. zich op. j Het blijkt een electrische wekker ie zijn, waarin een klok dagenlang aan één. stuk doorrmkelen kan. Een andere Ruthoen stelt aanschon welijk „Das Lied von der Glocke voor. Met de rechterhand luidt hij een groote klok en bonst met de Imker op zijn tafeltje. Twee codega's zijn 2e eu 3e klok. Ook zij bebeuken huri lalelt. Voorts zien wij nog een electrisch ap paraat. dal automatisch werkt. Het is kwart over elf... Hei automu-. tïsche instrument, botweg maar door ratelende. heeft den mond- en hand arbeid vervangen. Zoo spaart men'zijrï krachten. Vroeger was het smijten met inkt kokers, boeken en dossiers het „schla gende argument nu is ook liet ge fluit,- gegil en gekrijsch vervangen door... de muchine. De obstructie-in strumenten, die destijds in den Galli- cischen Landdag gebruikt wérden, zijn nü naar VVesnen vervoerd en hei heele arsenaal wordt' hiér uitgepakt. „Poé, Poé..." daar knijpt er een in een autornobielhoorn. Rhythmi>ch dreunt het getoeter door de ruimte. De zaal begint leeg te loopen. Ons trom hiel vlies is ongevoelig-geworden, het concert duurt voort. In Vie couloirs dicntelen de werkwilligen. Alen draait jiupierproppen eu duwt ze in den oor- loegtthg. Wanen doen opgeld. liet spectakel vei mindert niet. De banken der afgevaardigden zijn ver laten, maar de tribune loopt vol. He: lawaai heeft liet sensatie-beluste pu bliek gelokt. Men komt even deze al lei-nieuwste toonschepping aanhoo ren. De Roethonen hebben dus toch een auditorium: De president heeft zijn zetel veria- ten. De vice-president zit lijdelijk te wachten. De olptructlonisten zoeken naar nieuwe klar.ken, nieuwe toon aarden, alsof ze bang zijn, ren toning te worden. Kon kinrle.rt.rompetje schet tert, de naaldscherpe fluit-lonen snij den en priemen dooreen, liet scherzo weidt een furuuite. Het tempo wordt sneller, gejaagder, maar rustig-gelijk- matig, rinkelen de apparaten steeds in „allegro" door. Met de kalmte, mu sici in een groot orkest eigen, bren gen zij de wel zeer lang; Ruthoenselie sympbome ten gehoore. Een der af gevaardigden slechts is opgestaan en slaat den ..paukenslag" op zijn lesse- Langzaam en met methode roeien twee mutf.kunaou hun s-chuifdeksels op en neer. vermoedelijk vervangt dit rege.matig getik den dirigentenstaf. Collega Polis, die zich even verwijderd heeft, komt terug inet eenigc latten: en promoveert twee zijner vrienden tol trommelslagers. Met ware woede roffelen ze e." op los, waarop leer meester Polis het hun voordoet: „lang-; :zanm, één, twéé. Een kleine repetitie .tieeft.pU.a-ts. Het resultaat .schijnt den tweeden orkestmeester te bevredigen. La séance continue. Ue muziek-anio- maten honden nan het eens imrezette rhylhme vast. Zij vormen' net hoofd motief. Vaak wordt het overstemd, maar als d* storm zich even legt, treedt dadelijk weer het motief op en maant tot nieuwe klankuiispattingen. De klok slaat 12... Een enkele bewe ging van den minister-president, die nog steeds in de zaal verwij t, doet Jieil ganschë koor steigeren iet de hoog ste klank-effecten Hanuen, mui oen, beenen, alles is in rep en roer. Graat Stüigkii verluut de concertearendeii echter met. Hel twin tig man sterke orkest nadeit lang zaam de Finale con uiolto expreszo ne. Die schijnt zeer origineel geïn strumenteerd te worden. Een nieuwe verschijning komt ter versterking op dagen. Up zijn plaats gekomen haalt het 21e orkestlid voorzichtig een nieuw werktuig- uit een geel-leeren tasch en:zet het voor zich. Doordringend grommelt het. Ook een mondharmoni ca is in actie gekorhen... De disharmonische Til anken voeren een heksendans uit... Dan geschiedt er iets, dat e;n Jbewijs levert van de en- muzikaliteit der spelers. Een der spe lenden komt met een rol papier, waar uit hij suikertjes schijnt rond te doe len. De spelers sloppen echter de witte bolletjes in de ooren... het zïïii wat ten. Op een der bai-ken bevindt zich een klein knstie, een St N i col a si -szo •-Chen k vermoedelijk Er moet een hoogst eigenaardig toiuultapparaat in zitten, dat echter voor later bewaard wordt. Hot lawaai h/ierdoor veroorzaakt, moet bet klankvolume' van iodcr an der denkbaar instrument overstem men. Om één uur verschijnt de president en brult door den gierenden klanken- storm heen, dal de zitting geschorst wordt. Dat werkt als dc eïndzvvuai van den dirigeerstok. Alleen de wek kers tingelen nog na, totdat het con tact uitgeschakeld is. Dnri voelt men de stilte als neerge stort op zich... Een der Ruthenen roept spottend: „Dat hadt gij goedkooper kunnen krij gen. Wij verlangden slechts één uur pauze en nu kost liet u al drie uur!" Onze ooren tuiten, gonzen en sui zelen... Alleen een hoogst modern mu sicus kan wellicht genoegen smaken in zulk een oorvernir-lende valsehe mu ziek Nieuwe dtehnrmonieën zijn hier voetstoots te vir-don. In ernst. Is het niet ongeloofelijk, dat een Parlement zóó zijn aanzien (e grabbel gooii.' Een- dusdanige aan slag, niet alleen op de trommelvliezen cn gehoorzenuwen, maar ook op de wQaj-dligheid' van een volksvergade ring is een schande. En dan klaagt men hij ons over obstructie, vormen- verzaking en decadentie In de Kamer! Gelukkig Holland, waar wel veel straatjongen* zijn, die het den vreem delingen lastig maken, maar waar tenminste op het Binnenhof nog geen concerten worden geeeven. 't Hlenwe Fransche Ministerie In een beschouwing ovér de eerste zitting der Fransche Kamer onder 't nieuwe minïsterïp cchrijft rte Hindels- hl a d - rorrespon d en t ,.TTet is moeiliik uil deze eerde.ont- u-ioetin.-r tu-sschon Kamer en mm'ste- ••;P rppfls conclusies van pon'ge he'ep- kenis te trekken. Gemakkelijk zal het rcgecrèn zeker niet vallen, dat bleek uit de geestdrift waarmee de over- "rootc meerderheid do woorden van Brian cl eerst, van I efèvre daarna, toe juichte. Verder ninct de heer Caillanx op financieel gebied aJ heel voorzich tig zijn, wii hij de meerderheid van de Kamer, die het crediet van Frank rijk dan toch nog boven persoonlijke overwegingen stelt, niet tegen zich krijgen. Tuscchen de driejaarswei, de wet op de Evenredig? Vertegenwoor diging en de firanciecle rjuaestie zit het ministerie zeker h/-fl enkel uk in net gedrang. Maar zoo is het hier in 4° laatste jaren bijna altijd -rawest, en het heeft het ministerie-Burlhoii niet verhinderd bijna acht maanden aan te blijven. Wie w-cet lukt dit Dou- mergue 'ook niet..." De Triple Entente, Bij" de aanvaarding van het'ministöi presidentschap van Frankrijk, deed Doumergue een telegram aan Sasv- nof, den Russischen minister' van buitehlarwisehe zak en, waarin nij ie kennen 'gaf, welk-e 'hooge waarde hij er aan hecht om met den Russischen ambtgenoot de meest hartelijke be trekkingen te or dei houden in net be- lung van het bondgenootschap tus schen heide landen. Sasonof antwoordde, dat hij zou medewerken tot handhaving en be vestiging van hel verbond ten bate van beide landen In een telegram aan Sir Edward Grey, den Britschen minister van bni- tenlandsc'iie zaken, verzekerde hij de zen. dat hij zal trachten de vriend schap en het ver'rouwen tusschen beide landeh aan te kweeksn. Grey antwoordde, "dat Doumergue kan re kenen op zijn medewerking bij de be vordering van hartelijke vriendschap tusschen Frankrijk en Engeland. AllOP:eI Uit den Duitschen Rijk» dag. Bij de voortzetting der bogrootings debatten verklaarde de Rijkskanselier zich tegen de sociaal-democratische voorstellen betreffende de benoeming Haariemmer Halletjes EEN XATERDAGAVONDPRAATJE. Ofschoon de dronkaards op onze «traten zeldzamer worden, verdwe nen zijn za nog niet, want nu en dan zie je zoo'n rampzalige, die met han gend hoofd, slappe armen en wanke lende voeten over de keien laveert, botsend tegen alles wat hard is en niet uit den weg gaat, als hekken en huizen Sommigen kijken hen met medelijden na, maar de meesten la 'chéii. Ik begrijp niet waarom. Dat je lacht om een aap, die zonderlinge gri 'Piassen maakt, om een varken; dat 'orcfer groot geschreëfiw op zijn ko mieko manier aan 't draven is, dal gaat, maar wat er te lachen is om een meuscb, die opzettelijk zijn zelfbe heer selling en zijn waardigheid heeft weggedronken, neen, dat begrijp ik niet. Maar toch is een glimlach niet te onderdrukken, als je hoort van een beschonken man, die zorgvuldig naar het bureau van pol te geleid werd door een vriend, die bleek ook bc schonken te wezen. De politie, die nooit zóó gemakkelijk twee vliegen in één klap sloeg, hield ze allebei tot ze hun roes uitgeslapen hadden en stuurde hen toen ongemoeid naar huis. omdat dc dronkenschap niet op thn openbaren weg geconstateerd was. Hierin zit werkelijk een komisch element. Maar üls we bedenken, dal wellicht twee gezinnen in angstige afwachting dien nacht vergeefs op den man en vader gewacht hebben, als we onsverdiepen in de gewaar wordingen van een vrouw, die deD volgenden dag haar man ontnuch terd thuis krijgt, neen dan glimla chen we niet eens meer Want in zoo'n geval is de positie van de vrouw, die haar gezin toch voor de altijd dreigende ellende be waren wil, verschrikkelijk. Maar laat ik een opgewekter toon unnslaan en vertellen van mijn vriend Hupstra, die wol van wijsgee- rige beschouwingen houdt en dus de ze week, nadat er een vergadering over vrouwenkiesrecht was geweest, tot mij zei: „Fidelio, vertel jij me nu eens, als je wiltis de vrouw sterk of zwak?" Ik vroeg hoe hij dat meende. „Is de vrouw," zoo lichtte hij zijn bedoe ling nader toe, „aan den man gelijk wnardig of is ze dat niet?" Het kwam me voor, dat dit een moeilijke vraag "was, waarop maar niet zoo in zes woorden bescheid te geven was. „Goed," zei hij, „dan zal ik je voor beelden noemen. Is do vrouw op een lange wandeling sterk of zwak?" „Zwak," zei ik. „Juist, want ze is er gewoonlijk niet op gekleed en als er een tram metje'in de buurt is, stapt ze daar maar liefst in. Maar ajs.do vrouw sol liciteert naar een betrekking op een kantoor, waar ze negen uur ingespan nen moet zitten werken, 'hoe noemt ze zich dan?" „Sterk," zei ik. „Precies, want anders krijgt ze de betrekking niet. Maar als ze op een tram stapt en alle zitplaatsen zijn be zet, wat is ze dan weer?" „Zwak," zei ik. „Juist, want ze verwacht, dat een man wel zijn plaats voor haar inrui men zal. Maar wanneer ze een op tocht houdt voor vrouwenkiesrecht wat is ze dan?" „Sterk," zei ik. „Goed begrepen, want anders zou bet den schijn geven, alsof ze niet met- den man gelijkstond Ik vrees," ging Hupstru voort en daarbij nam zijn gezicht de peinzend-wijsgeerige uitdrukking aan, die hem zoo goed slaat, „ik vices, dat de vrouwen sterk of zwak zijn, al naar gelang de om standigheden dat zoo meebrengen. Wij mannen 6preken, als dat zoo te pas komt, elkaar wel eens forscli toé en dat kan geen kwaad en zuivert de lucht-. Maar spreek een vrouw forsch toe en ze barst In tranen hit en vindt je een barbaar den volgenden avond vraagt ze om gelijke rechten als de man. 'e Nachts als er een inbre ker komt stuurt ze haar man er op af oin hem te verjagen en als hij door de politie gevat is wil ze het recht heb ben, hem als advocate te verdedigen. Dit is zoo'n wonderlijke toestand," Fidelio, dat er bepaald een eind aan 'komen moot." „Waar moet een eind: aan komen?" vroeg mevrouw Hupstra, die onver wachts de kamer binnenkwam. Ik zweeg en liet het antwoord aan Hupstra over, die-evenwel het rechte bescheid niet dadelijk bij dc hand scheen te hebben; althans, hij zei eerst niemendal, kuchte toen een beetje en antwoordde eindelijk: „och •niets, we praatten maar zoo wat." Later, toen er niet meer op ons ge let werd, mocht ik zoo stilletjes tegen Hupstra zeggen: „vert8l me eens. was jij daar straks nu sterk of zwak?" Maar dezen keer antwoordde Hup stra In 't geheel niet, zoodat ik ons gesprek maar eens heb opgeschreven en bij deze aan de voorstandsters der vrouwenbeweging beleefd de vraag stel- „is het heusch waar, houdt u zich al naar het 't beste uitkomt, sterk of zwak?" Een van mijn kennissen heeft een eigenaardig geval aan de hand. Zijn naam kan ik niet noemen, want dan zou hij 't onpleizierig vinden, wan neer ik u ging vertellen, dat hij voor do betaling van zijn rijks directe be lastingen el eenige waarschuwingen, aanmaningen en dwangbevelen heeft ontvangen en niettemin ongezind blijft om zijn belasting te betalen. Al dadelijk zij verklaard, dat hij Wputer niet is, integendeel be schouwd mag worden als een man van vriendelijke gevoelens, die ieder ander het beste toewenscht. Hij woont een .beetje afgelegen, maar niet op den bodem van bet Spaarne in een duikerklok, noch in eeo vliegmachine in de lucht heel gewoon op den heganen grond. „Van de maatschappelijke gemak ken." zegt hij. „geniet ik geen enkel Gas heb ik niet. waterleiding even min, de politie beschermt mij niet hoogstens zie ik een heel enkelen keer een veldwachter voorbijstappen met een jachthond Gemeentereinigirig be staat voor mij niet. Ik mag het vuil niet in het Spaarne gooien, maar doe het natuurlijk toch waar zou ik er anders mee blijven? Alleen zorg ik er voor, dot 't gebeurt ajs de wind van de stad af is. Vindt u dat niel een nette manier van doen?"- Rekening houdende met de bestaan de omstandigheden gaf ik een beves tigend antwoord. „Verlichting van den openbaren weg," zoo ging hij voort, „heb ik niet De post komt tweemaal daags bij mij, zes keer bij een ander. Voor een brief rnet expresse bestelling moet ik extra betalen, een telegram kost mij zeven stuivers bezorgloon. De Staat der Ne derlandeu en de gemeente leveren mij dusmiets, dan de lucht die ik inadem en daar die hun ook niets kost, is het toch wel wat kras om mij daar acht en twintig gulden voor in rekening te brengen. Zooveel kan ik'aan fris- sche lucht toch nooit verteren, al zet ik eeu mond als ëeri blaasbalg." Het geval leek me een puzzle. „Zie eeus hier," zei ik, „belasting betalen is meer een quaestie van geven, dan van ontvangende zaak is, dat' bij voorbeeld het fort aan de. Liè in. góe- den toestand moet blijven en daar voor is pok uw bijdrage noodig." Hij verzekerde mij. dat deze ver sterking hem geen belang inboezem de en dat het wat hem betrof gerust in verval kon raken. Ook had hij' al gesprekken gevoerd met den nntvan ger en den deurwaarder, maar zon der dat die tot het gewer.schte dnel konden leiden. ,Ik heb hem mijn oordeel niet ver heeld. dat dit alles tot zijn nadeel zou moe'teii iiitloopen De aarden pol knn het nog.altijd niet uithouden tegen de ijzeren en het Rijk vraagt er niet naar, of iemand plezier en voordeel van de beschaving geniet, maar houdt vol, dat hij voor du algemeene belan gen meebetalen moet. Indien de be schaving niet naar hen toekomt (er zijn inderdaad in ons veeibewoonde vaderland nog piekjes waar dat het geval is) schiet er niets anders over, dan naar de beschaving toe te gaan. Op die manier profiteert men' mee. Het is anders ingericht dan het koo- pen vau een broodje bij den bakker' wie dat niet koopt, behoeft het ook niet te betalen. Het geval van mijn kennis ligt eenigszins anders, want 'de Rijksbakker laat hein duidelijk we ten „vriend, of je mijn broodje koopt of niet, eet of niet, je moet er toch voor betalen I" Tegen een gewonen bakker zou jo zeggen: „dank je," maar tegen dezen Rijksbakker, met zijn macht en zijn dwangmiddeleni FIDELIO.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1913 | | pagina 9