luiurs Dasbuq mephisto TWEEDE BLAD Dinsdag 24 Maart 1914 Guitenlandsch Overzicht Dit de Fragschc politiek. Deen qucle-commissie. De enquête-commissie in de zaak- Rochette hoerde Maandag Coill&ux, die or krachtig op aandrong, dat men kou tc weten komen, wio X is, die aan den advocaat Bernard kwam zegt dat uitstel van de behandeling dor zaak zou worden verleend. Caillnux verklaart., op zijn eer, dat Bernard item in zijn kabinet kwam vragen, of de Reg coring zich tegen uitstel 7.011 verzetten. Caillaux voegde daaraan toe, dat hij dit verzoek van den advocaat over bracht aan Monis, en nooit kennis droeg van het karakter van het onder hond tusschen den procureur-gene raai en Monis. Naar zijn meening had de procureur generaal aan den minister van finan ciën inededeeling moeten doen vaiï «le 'inancieele gevolgen, waartoe volgens Item het uitstel aanleiding zou geven. Caillauz zet uiteen, dat Bemaril nooit drcisde dat hij in zijn pleidooi <!e Regeering onaangenaam zou zijn; inaar Bernard zeidc wel zoo terloops, «kat de mogelijkheid liestond den eenen of anderen dag voor een onaangenaam pleidooi te komen staan. Caillaux zet. uiteen, dat Bernard bovendien drie dagen vergist in den datum van liet onderhónd met Monis, en trekt daaruit de conclusie, dat het rapport niet dadelijk na het onder houd word opgesteld. Caillaux, sprekende over zijn onder houd niet Fabre in 1911, herhaalt dat do procureur hem toen verklaarde, «hit Monis hen. hij de quaestie van liet uitstel niet over hem, Caillaux, sprak. De procureur-generaal voegde er toen hij op aandringen van Caillaux, dat Briand hein in 1908 last gaf Ro- chette te arresteeren; later, bij een onderhoud met Briand en BarUnou werd hein gezegd niet de geheele waar- hod te zeggen voor de enquête com missie. Ten slotte, zeidc- Caillaux, verklaar- <ie de procureur.nood een proces-ver haal te hebben opgesteld over het on derhoud met Monis. Fabrc wordt daarna geconfronteerd met Caillaux. Hij houdt vol, dat op 22 Maait, den vroeger genoemden datum, liet onder houd met Monis plaats had, en dat hot proces-verbaal op 31 Maart werd geschreven. Over de quaestle van het uitstel zeide Caillaux persoonlijk niets maar Monis zeide, dat het uitstel Cail laux aauMcnaain zou zon. Fabre zeide tot Monis, dat het uitstel gevraagd was, om Rochettc in staat ie stellen ijn zaken voort te zotten, maar Mo ms maakte aan die verklaring een oindc. De procureur-generaal ontkent aan Caillaux. in den loop van een onder houd in 1911 medegedeeld te hebben, dat hem verzocht was de waarheid te kort te doen voor de enquête-commis sie. Caillaux spreekt daarna den procu- reur-gcneruui op de meest besliste wijze tegen, wat het procesverbaal aangaat: en de procureur erkent ge zegd te hebben dat liet proces-verbaal niet bestond. Maar hij houdt vol dat hem in gesprekken met Briand on Barthou, gecnei-lei hevel gegeven is o:n op dit speciale punt geheimhou ding te oefenen. Fuhre antwoordt op verschillende vragen, dat hj niet precies rneer kan zoggen, op welken datum hij het pro ces-verbaal aan Briand overhandigde. Jlij gelooft dit gedaan te hebben, toen Briand optrad. Toen hij tot Caillaux zeido, dat tiet- document niet bestond, was zijn wensch, Caillaux niet te ver ontrusten; met vreemd aan dit gezeg de, maar het ware motief was, dat tiij het bestaan van een document niet wilde mededeelen. dal bij niet wilde overhandigen. Hij zeide nog, dat. toen hij het stuk liet zien aan Bloch-Laroque en Bclierdlui, hij alleen wilde toonen, m tegenspraak met de geruchten, die in hel paleis werden verteld, dat hij niet gele was. CailJaux wordt daarna weer onder vraagd. Hij zeide dal hij zijn opvolger van hel onderhoud mol den procureur-ge neraal generaal Fabrc op de hoogte stelde. Fabre verklaarde daarna dal Bienvenu Martin bet document wei gerde te overhandigen, maar hein den inhoud daarvan, mededeelde. Caillaux verklaarde, dat uit de ver klaringen van Bienvenu Martin blijkt, dat Fabre hem niet alleen het docu ment weigerde, maar ook' weigerde' hem den inhoud mode te deele-n. Tenslotte zijn Fabro en Caillaux het eens, dat Fabrc noch direct, noch in direct met Caillaux over de zaak Ro chettc. gesproken heeft. Ondanks liet sterke aandringen - an .Inures weigerde mr. Bernard beslist, onder voorwendsel, dat het beroeps geheim het hem verbood, den persoon te noemen, die hem had gezegd, dat het verzoek om verdaging zou worden toegestaan. Jaurès verklaarde daarop, dat het oixtor deze omstandigheden geen zin zou hebben Caillaux en Bernard met elkander te confronteeren. Cailluux verzocht Bernard duidelijk te verklaren, dat hij, Caillaux, in gee- nerloi opzicht met de zaak iets te ma ken liacl gehad, waarop Bernard her haalde, dat hij noch direct, noch indi- recht betrokken was bij politiek of journalistiek en bij voegde daaraan toe, d'at hij voor 23 Maart niet met Caillaux over de zaak-Rochette had gesproken. Briand schetste, de verschillende phases, die de zaak doorleeft, tot hij voor de tweede maal minister van ju stitie werd. Hij had den procureur-ge neraal toen te verslaan gegeven, «lat hij hem geheel en al verantwoordelijk 'stelde voor liet uilstel van zeven maanden. Fabre had daarop geant woord, dat hij daartoe gedwongen was geworden en dat hij gemeend had aan hel gegeven bevel te moeten F" hoor/amen Toen Fabre hem het st.ii waarin een overzicht werd geg©v van het onderhoud, ter hand ha<l ge stold. had hij het voorgeleden in den ministerraad en het daarna in een verzegelde enveloppe aan den direc teur voor het personeel overgegeven. Het was geen officieel stuk. Toen Briand aftrad, had hij het overgege ven aan Barthou. Toen laurès hem had medegedeeld, «lat hij hem wenschlc te hooren, kwam hij in oen onaangenaam parked, daar men, om oen vertrouwelijk document te. controleeren, een onderzoek zou moeien instellen naar de gesties de ministers, die voor hem in functie waren geweest. Caillaux had hem ver klaard, dat hij bezorgd was over do zaak on gezeg«l. d'at het van groot be tuig was, dat de zaak verdaagd word, daar hij als minister van financiën van meening was, dat een pleidooi, waarbij een smet werd geworpen op een ojienbare credietinstelling, ernsti- g<-ii terugslag op de zaken kon heb ben. Benige dagen voor den dood van Calmette had Barthou hem medege deeld, «hit de directeur van de Figaro ten copie van het document had en vail plan was liet uit te geven. Op aan dringen van Barthou en Briand gai Calmctle echter zijn woord, dat het met gejiubhcecrd zou worden. Briand had den indruk, dat de publicatie met geschied zou zijn, zoolang Ca.lmetle leefde. Briand verklaarde verder, dat hij aan de zaak niet eerder ruchtbaarheid had gegeven, omdat hij zich niet wil de bodionen van een stuk, dat onder zijn berusting was gesteld, om een schandaal te veroorzaken, ten einde zijn politieke tegenstanders te trof fen. Hij had echter niet god acht, dat «lo zaak zulk een schandaal ten gevol ge zou hebben. Hij had Monis en Cail laux er over gesproken, dezen echter hadden aan de commissi© daarvan geen kennis gegeven. Briand voegde daaraan toe. dat zoo de zaak thans niet geëindigd was, hij den procureur-generaal om het origl- neele document verzocht en dat voor zijn oogen verbrand zou hebben. Zoo- Lang hol stuk onder zijn berusting was geweest, was er geen copie van ge maakt. Hij achtte het geenszins onmo gelijk, dat Barthou liet stuk in de Ka mer had voorgelezen ter cere van de nagedachtenis van Calmette. Briand had de magistraten er steeds op gewezen/dat zij hunnen plicht moosten doen zonder zich te bekomme ren om de politiek. In gesprekken met Moois en Cail laux had hij den indruk gekregen, dat zij wisten, dat er op het ministe rie van Justitie een stuk was, dal hen betrof. Wal Bidault de l'Isle betreft, deze heeft ambtelijke solidariteit betoond, daar hij meende, dat Fabre gevaar liep. Daarop werd de zitting verdaagd lot lied «pi. Dinsdag. De gevolgen? Het „Journal' vraagt zich af, welke straf voor Monis en Caillaux te wach ten is, indien zij door dc enquête commissie schuldig worden bevonden aan liet uitoefenen van pressie op le den der magistratuur, en komt tot de conclusie, dat zij dan een daad osukooping zouden verricht hebben en terecht zouden moeten staan voor liet Opperste Gerechtshof, hierbij steu nende op het oordcel vun een aantal rechtsgeleerden, beboerende tot Ka ntor en Senaat. Verder zal alléén de enquête-c'om- misaie hebben uit te maken, of e.v aan leiding bestaat, de ger oemde ministers iu stoat van beschuldiging tc stellen. FEUILLETON Vrij naar bet Duitsch van EDWALD AUGUST KöN'lG. 84) i' 'I Zeer gaarne, alleen moet ik u verzoeken om mijn verbitterde stem ming een wemig in liet oog to hou-' den. Zet u die geschiedenis, toch uit Jiet hoofd, raadde Turner op een dcelnenienden loon, zoo menige wensch blijft onvervuld, men moet zich in het onvermijdelijke weten te schikken. Genoeg daarover, viel Cham- borfort heul ruw in de rode. Wat verlangt ge van mij Waarom wildot ge me komen bezoeken Ik wilde u nog cons herinneren aan uwe belofte, mij voer ©enigen tijd gedaan, om mij geld te zullen lee- ncn. Gii kent dc verlegenheid, waarin ik mn bevind Wil Sirnon nici langer geduld hebben? Neen, hij dreigl z.ich tot mijn chef te zullen wenden, en tol geen prijs mag ik het zóóver laten komen. En nu verlangt ge van mij vijf duizend thaler? Gij 20udt er mij een onuitspre- kei ijken dienst mede bewijzen. Welke zekerheid kunt gij mij aanbieden? Wanneer u het woord van een eerlijk man voldoende is. Mijn beste vriend, met dezen borgtocht ben ik er altijd zeer slecht afgekomen, spotte Chamberfort, hij hoeft voor mij dan ook niet de minste waarde. Dat. er echter in deze verkla ring geen Leleediging voor u ligge, ik zeg zulks maar in het algemeen, op vVoord van eer leen ik geen geld. Ook niet aan een vriend? vroeg. Turner. Gij zijt een gefortuneerd man, gij kunt mij helpen, wanneer gij slechts will Op het oogcnblik niet I viel Chamberfort hem weder in do rede, terwijl zij langzaam de straat afwan delden. oj) het oogcnblik met den bes ten wil ter wereld niet Morgen dan wellicht? Dat is wol mogelijk. Ik verwacht geld van mijn bankier, wanneer het editor komen zal, dit kan ik niet met zekerheid zeggen. Simo'n zou wellicht met een borgstelling tevreden zijn, wanneer gij mij dezen dienst mocht willen be wijzen Zoo ja, dan moet het Oppersfe Go rechtshof over hen vonnissen, maar dan moeten ook tevens de magistraals personen terecht staan, ti'ie zich heb ben laten dwingen om onwettige «la den te begaan, en wel voor het Hor van Cassatie. De g e h c i m z i n n i g e. Interessant zijn de beschouwingen van Clémenceau in de „Homme Li bre" over de tot dusver door dc com missie bereikte resultaten. Clémen ceau, hoewel partijgenoot vou CaiI laux eu Monis. en in de periode van «le laatste drie maanden een van «ie trouwste on derf tenners ran het mi nisterie .erkent, dal wat tegen de bei de oud-ministers gebleken is een ern- stigen indruk maakt. Aan de realiteit van liet bevel va. Fabre vaJt, vindt hij nu niet meer twijfelen, maar in dc eerste plaat; is nu noodig, dot de waarheid blijkt ten aanzien van de In terventie van den geheinizinnigon X, die mr. Maurice Bernard waai-schuw- de, dat hij het uitstel vragen kon. Dat dc a«lvocaat weigert te spreken, is dui delijk, maar men loeft hier to doen met een landsbelang, waarvoor alle andere overwegingen wijken moeten. Ministercrississen? De „IJbro Parole" zegt te weten, dat drio leden van het Kabinet: Vi vian:, Lebrun en Maginot, van pion zijn. vandaag of morgen hun ontslag in te dienen, en dat Noulens, dc mi nister van oorlog, hen waarschijnlijk volgen zal. De „Action Francais© zegt, dat het ministerie vervangen zal worden «ioor een ministerie van republikcinsclie de fensie, waarin Clemenceau en Briand zitting zulien hebben, en dat binnen veertien dagen zal optreden, om de verkiezingen onder gunstiger omstan digheden aan to pakken. Mevrouw Caillaux.- Mevrouw Caillaux is Maandagmid dag opnieuw verhoord en bij dezo gelegenheid geconfronteerd met de dame, die haar omtrent de zooge- naamdo publicatie van haar brieven door Calmette zou ingelicht hebben Deze (de prinses de Mesagne Estra- dère) ontkende echter de waarheid van «lie bowering met do moeste be slistheid. Met name verklaarde ze, dat ze nooit niet mevrouw Caillaux ge sproken heeft over een aanstaande publicatie van brieven in de „Figaro waar ze indertijd werkzaam was. Een betooging van Cochon. De bekende leider van den liuur- dersbond, Cochon, heeft Maandag middag in het paleis van justitie tc Parijs een betooging togen de ma gistratuur willen houden. Met een aantal kameraden drong bij liet ge bouw binnen en ontplooide hij in een dor gangen een lange, wilto strook, waarop hovin&ndo opmerkingen aan bet adres van. rechters en ministers. De aanwezige wacht verijdelde cclrtor do manifestatie, verscheurde den wit ten lap en nam Cochon In hechtenis. Onlusten in Ulster Tol heulen is nog alles vrij rustig in Ulster-. De Times" meent dat een besliste oplossing var. het Ulstervraaestuk moet worden gevonden, tér de harts tochten feller worden. Of dit zal gelukken? „Reynold's Newspaper" drukt in vette letters een verklaring af, die dit radicale blad (waarvan o.a. T. I'. O Conner een geregeld medework<>r is) verklaart te komen uit officieeie bron van betoekenis. Daarin wordt gezegd dal geen over dreven betoekenis moet gehecht wor den aan de militaire en maritieme beweging in Ierland in de laatste da gen. De Rcigeonng hóéft, in de hoop dat een parlementaire oplossing der ler- sche quaestie zou gevonden worden en om den toestand in Ulster niet te ver ergeren, tot dusverre geen stappen ge nomen leren «Ie leiders en onruststo kers in verband met de onwettelijk© troepenvorming, die plaats had. Eerst toen duidelijk idoek «lat geen der con cessies der Regeering door Sir lid- ward Carson en zijn vrienden in over weging zou woixlen genomen, heeft de Regeering maatregelen genomen to gen on.vv ettelijke stappen, die mis schien zouden worden genomen. De Regeering geloott. niet dat Sir Edward Carson persoonlijk verantwoorrlelijk wil zijn voor oen «tor-gelijken stap; het gevaar is «lat sommige der lerscbe vrijwilligers, door liet optreden van een zeker deel der pers, buiten con- tröie zuilen geraken, en daardoor on- geregeldheden gevreesd kunnen wor den. De Regeering zou zich blootstel- Jen aan rechtmatige cvitiék, bijaldien zij niet al het mogelijke deed om ge vaar voor levens en eigendom te voor komen. Verder meldt liet blad, dat de Re geering bereid is zooveel mogelijk te voldoen aan het voorstel-Bonar Law in zake ©en referendum, doch in een tos Daar San ik in het geheel niet in treden, viel Chamberfort hem haastig in de rede, borg spreken voor iemand doe ik nooit. Zeg aan uw schuldeiscker, dat hij maar moet wachten. Hoovaak heb ik hem dat al ge zegd, zuchtte Turner met een vor- scheinlcn blik op zijn begeleider. Zijn geduid raakt nu uitgeput, en goed cn wei beschouwd kan ik hem dat niet kwalijk nemen. Kent ge Benjamin Simon? Alleen bij naam. Dan weel ge ook niet. hoe zwaar die zaak op mij drukt. Ik kom mij zeiven voor als een opgejaagd stuk wild, dat «Ie honden geen rust laten. Welnu, bied dan den honden hel hoofd, spotte Chamberfort. Het kan immers nooit in het belang van Ben jamin Simon liggen, om u uit uw be trekking to dringen, zijn bedreigin gen zijn slechts looze schoten, lach er om én zeg hem, dat hij maar geduld moet hebben, totdat gij de schulden, betalen kunt. En wanneer hij mij daarop ant woordt, dat hij bepaald den dag wi' weten, waarop dit gebeuren zal? vroeg de kassier vol ongeduldige ver wachting. Ik zou hem wellicht dezen dag kunnen opgeven, wanneer ik met zekerheid op uw hulp mocht rekenen. Daarover zullen wij nader spre ken, wanne«-a- ik het geld ontvangen zins andoren geest dan waarin bet voorslei -werd g«Klaan. liet wordt waarschijnlijk geacht dit binnen zeer korten tijd «le Eerste Mi nister in naam van liet Kabinet, aan «lo Oppositie liet voorstel zal doen dat hij liet wet worden der Home Rule Rill, en dc Dishestablisbment Bill en Plural Voting Bill, dio door het La gerhuis in den loop der zitting voor de tweede maal zal worden aangeno men. «ie Regeering zal worden bereid bevonden Zijne Majesteit to advise ren het Parlement te ontbinden en de aangenomen wetten te onderwerpen aan liet oordeel der kiezers. Dit zal natuurlijk medebrengen het afdoen van alle financieele zaken, i'och met hri o«»g op de naderende verkiezingen zon dit vermoedelijk niet. veel tijd vor deren. Mocht de Oppositie J/Croid zijn op dit aanilxMi in te gaan, dan is het waai-schijnt ijk dat de algemeene "ver kiezingen zouden kunnen plaats hcL- bon einde juni ui begin Juli. De minister van oorlog verklaarde in liet Lagerhuis, dal Vrijdagavond op het ministerie van oorlog do mede- deeling van den "opperbevelhebber voor Ierland was ontvangen, dat ecniigo officieren hem hadden bericht, dat zij. onder zekere omstamligheilen, zich l>ezwaard zouden achten «le be velen. die hij noodig zou achten hun te geven, op te volgen. De betrokken hoofdofficieren ont vingen last zich to melden op het ministerie van oorlóg en toen bleek bij onderzoek, dat het inckient voort sproot uit een misvatting omtrent een vraag, die door den opperbevelhebber aan de officieren was gesteld. Dezen hebben nu bevel gekregen zich weder to meiden bij hun regimenten. Op ilezo mededeeling volgde een hef tig debat. Bonar Law, leider der oppositie, verklaarde, dat de regeering den ernst van het gebeurde onderschatte en dat den officieren was medegedeeld, dat zij ontslag moesten nemen; wanneer zij niet togen Ulster verkozen to vech ten. Hij zeide verder, dat Seely moeite zou hebben om het Iluis en liet land to overtuigen, dat sommige zijner ambt- genooten, optredende namens de re geering, niet de trooponbewegingen hadden gelast als onderdeel van een weloverwogen plan om Ulster te pro- vocoeren of bang tc maken Eerste minister Asquiüi herhaalde, dat de genomen maatregelen van zuiver beschermen tien aard v.are? en hij verklaarde nogmaals, dat de re geering. niet van plan was, verdere troepenbewegingen le gelasten hij ontkende, aal er andere instructies nun tie officieren gezonden waren dan zulke, die in verband stonden niet de genoemde bewegingen en de algemee- no instructies van December j.l., waarin er op werd gewezen, dat liet do plicht der officieren was. eventueel de burgerlijke autoriteiten to steunen Deze instructies hadden geen betrek- king op een burgeroorlóg, maar zou den ook gelden in geval van een slaking. Het was een feit, dat enkele officie ren do opmerkingen en vugon, door den opperbevelhebber in Ierland tot ben gericht, in io ruimen zin hadden opgevat. Het hod het legerbestuur echter genoegen gedaan, dat dit mis verstand was voorgekomen. (Gelach bij «le oppositie). Tot de be«toelde officieren behoorde ook ncneraal Gough, een der uitste kends'© cavalerie-aanvoerdcrsbij echter zoowel als de andere officieren waren onvoorwaardelijk op hun post teruggekeerd. Balfour stekto de pogingen van As- quitli en Seely, om liet gebeurde to verkleinen, in een belachelijk dag licht on verklaarde, dut de door den eersten minister genoemde- instructies bedoeld waren, voor Ulster. Gough had zijn ontslag ingediend en het ge kregen, omdat hij verklaard had niet te willen strijden tegen l'lster en wus weder in «lionst gesteld, ofschoon hij bij die verklaring was gebleven. (Ge lach bij do oppositie). Allerlei De VereeRiigd c Staten en Bryan's vredesplan. Minister Bryan is 54 jaar géworden cn te zijner eerr- hebben «le demóera- ten van Nebraska een fccstmaid ge houden, waaraan d'. minister zelf we gens ambtsbezigheden niet kon deel nemen. Hij zond echtc-r oen ie. eg raio, waarin hij zeide: President Wilson hooft onze hoogste verwachtingen overtroffen. Wij denken met vreugde terug,aan bat afgeloopcn jaar cn zien dc toekomst mei vertrouwen in. Het ondorteeikensn van verdragen is wel iict aangenaamste deel van mijn taak. (teen vredesplan beeft ooit zooveel in stemming gevonden als dat hetwelk liet vo-rige jaar aan alle natiën is aan geboden. Het is waarschijnlijk dat binnen liet jaar sedert de president tot het vredesplan machtiging gaf, «ie hal ve wereld met ons verbonden zal zijn heb. Dat luidt tc onbestemd. Van avond wacht Simon mij, het is dt laatste termijn. liet spijt mij, maar heden is het mij onmogelijk, om u tc helpen. Bo vendien rnoet ge er ook eens over na denken, welken borgtoebt gc mij stel len kunt, uw woord alleen is mij niet voldoende. Kom vanavond, nadat gc bij Simon zijt geweest, bij mij, wel licht vinden wij er wat op, waardoor ge geholpen kunt worden. /.ij waren aan den hoek eener straat blijven slaan en Chamberfort bood bij «leze laatste woorden <tcn kassier de hand tot afscheid, —Belooft ge mij uw hulp? vroeg Turner opgewonden, Als ik in het bezit van deze belofte bon, dan zal ik zeker den moed hebben, om nog een maal met leege banden bij den onge duldigen echuldeischer arm te komen. Wat ik doen kan, zal ik ook doen, week Chamberfort een bepaald antwoord uit, kom vanavond bij mij, dan willen wij die zaak eens nader bespreken. Met deze woorden nam hij afscheid, on met haastige schrede» sloeg hij den hoek om. geen aandacht slaande op hot wanhopige gelaat, waarmede Turner hem aankeek. 'Vanavond zal hij zoo gedwee zijn. als ik maar wenscheu kan, mompelde hij. Simon heeft zijn in door troctateii, die eerst een onrtor zoek voorschrijven, voordat tot oorlog door dc contracteerende partijen kon worden overgegaan IJ i t M e x i c o. Een telegram uit Bermejillo meldt, dat een gevecht woedt. 22 mijlen be noorden Torree iide hond stroepon zouden daarin IOC dood en verloren hebben, de opstandelingen 3 dooden en zeven geworden. De rebellen maakten zich meester van een irrigatiekanaal, waarover zij Jiegonncn een brug te slaan. De bond>- tróepen trokken overhaast terug op Chihuahua. De rebellen hebben, volgens officiee ie berichten, een voorpost der bonds- troepen uiteengeslagen bij Bermejillo; «le bonds troepen vluchtten met achter lating van 90 dcoden. Aan de zijde der opstandelingen sneuvelde een man. Duits chla n d cn Frank r ij k. De bekende Fransche professor Cton ics Rich et, bezitter van een Nobelprij;, zal do volgends week in Berlijn ko men, en «laar in do Vredesvereoiuging een openbare voordracht houden ovor: „de mogelijkheid ©ener vriend schap pelijke toenadering tusschen Frank rijk en Duitscbland. Binnenland HOFBERICHT. Het Huis ten Bosch wordt thans in gericht om met 1 April gereed te zijr. voor het verblijf van het Hof, dat er alsdan vermoedelijk tot het laatst van Mei intrek zal nemen. DE BIJZETTING VAN PRINS WIULEM V. We lezen in dc- N. R. Ct. Men herinnert zich wellicht, dat in September 1-1. dr. K. T. W. Stroot- man, na een bezoek aan den vorste- lijkon grafkelder tc Brunswijk, in een artikel in dc „N. Rolt. Ct." getiteld „Een eereschuld'' uiting heeft gege ven aan het denkbeeld om liet stoffe lijk overschot van onzen laatste» Prins-Stadhouder, die daar sedert April 1806 ib den vreemde rust te midden van de dooden uit het Welfen- huis, naar bet vaderland te doen overbrengen. De schrijver van ge- ncemd aitikel ontving zeer vele be tuigingen van instemming uit ver- schillende maatschappelijke kringen, waarbij dc wensch werd uitgesproken dat het denkbeeld weldra mocht ver wezenlijkt worden en Prins Willem V zijn laatste rustplaats mocht hebben bij die van zijn ouders, gemabn en kinderen. Een en ander heeft er toe geleid, dat cenige personen, oa. de. minister van staat jhr. mr. A. F. de Savornln I.ohman, «lo oud-minister van oorlog Sabron, prof. P. J. Blok, niej. Johan na Nabcr, mr. F. A. C. graaf van Lyn don van Sandenburg, jhr. P. J. Vege- lin van Claerbergen, de gep. 11. gene raals do Bas en van Nooten (welke laatste '"n een uitvoerig artikel over Willem V in de Tijdspiegel dezelfde denkbeelden heeft ontwikkeld), bene vens majoor C E. Baud (als comman dant van hel in 1793 door Prins Wil lem V opgericht korps rijdende artil lerie) z'cii met dr. Strootman heoben v.reenigd en er een adres tot H. M. do Koningin is gericht. In dit adres wouii o.a. dc aandacht van II. M ge vestigd op het onmiskenbare feit, dat er in deze jaren van herdenking een s!rooming in den lande is oi istaan om het stoffelijk overschot vau den kaatsten Stadhouder, den vader van den eersten Koning der Nederlanden, naar het vaderland te doen komen. Zoodoende zou eindelijk hel woord in vervulling komen, dat Prins Wil Icm V bij zijn onvrijwillig heengaan in Januari 1795 tot den Scheveuing- echen vtsscher toen deze zijn aandoe ning niet kon bedwingen, gesproken heeft - „Schrei niet, mijn vriend, ik kom terug."' DERDE VREDESCONFE RENTIE. De Nieuwe Ct. verneemt, dat tus- schen de Nederlandsche en de Russi sctie regeering volkomen overeen stemming zou beslaan aangaande de iuslc wijze van voorbereiding van de d<rilc Conferentie, terwijl de waar schijnlijkheid groot is. dat Belgié ziel liiPrbij zal aansluiten. Het zou in de bedoeling liggen, een beperkt internationaal comité vau oorbereiding voor dc vaststelling var. een ontwerpprogramma tc bcnoo men, teneinde de bijeenkomst van <ls itorde Conferentie zooveel mogelijk te bespoedigen. UIT DE STAATSCOURANT. Bij koninkl. besluit is bevorderd tot officier van Ornnje-Nassau, de eervol ontslagen O.-I. ambtenaar M. G. Die- penheini, gewezen alg. onlv. le kl. var. 's lands kas te Bandoeng. Is aan den gep. kol. jhr. J. T. van Spengler, comm. Xde infanteriebrig. tn aan den res. ritmeester jhr. J. L. slructics, hij moet hem mecdoogen- loos «h n duim op de keel zetten Mot geduld en volharding kan men alles gedaan krijgen, incn moet alleen goed weten tc prulheerèn van de zwakhe den der incnschen. Eu wanneer de ze zaak goed afgeloopcn is, dan weg van hier! zei hij binnensmonds, toen hij liet luns binnentrad, waarin hij woonde Hier is liet geluk mij niet gunstig, het zou ceil grooie dwaas heid zijn, hier mijn woonplaats op tc willen slaan. Juist terwijl hij op hc! punt. etomj de trap op tc gaan, stond hij eens klaps tegenover een inageren man, die van boven naar beneden kwam cn een oude jas op den arm droeg. Ha, vind ik u eindelijk, zei Christiaan Kasebier verheugd.. Gu maar gerust naar boven, ik volg u. Chamberfort nam den kleermaker met een wantrouwenden blik van het hoofd tot de voeten op. Wi© zijt go? vroeg hij. Wat wenscht gc van inij? Dat zult ge boven wel vernemen, antwoordde Kasebier kalm. Het schijnt mij toe, dat kleer maker zijt, ik heb op dit uogenblik geen werk voor u Een kleermaker kan te gelijk ook nachtwaker wezen, antwoordde Ka sebier, den verachtelijken blik van Chamberfort met onmiskenbaren overmoed beantwoordende. Wellicht. Mock, 1ste rog. liuzvergunning ver houd tot het aannemen en dragen van de onderscheidingsteekenen van dc Johannitcrordo, UIT HET OVERSTROOMDE LAND. Een „Ilbld "-berichtgever schrijft nog Do riviertelcgrammen over' „was' en „val" gaan nog steeds op en neer als beursberichten. Hoog, laag vul boven, was beneden precies an dersom als een gowoon inenschenver- stand zou voorspel!: n. Wanneer toch bij Se«lan de Maas vallende is, dan moet bij Maastricht, Grave en bij an dere Nederlandsche Maasplaatsje? liet lager water worden. Wanneer Keulen was seint, dient, zoo zou men meenen, Inj Louuii ©en eindo te komen aan d© water-ellende. Niet» daarvanJuis'l ziet men soms het omgekeerde Ja ieder geval blijft het hoog water over al lang staan, doorweekt dijken en dammen nóg moer, perst ten slotte al les weg, aarde, zand, kistingen enz. En al heeft d© liuil-st© dagen de zon voorjaarsachtig na den eersten lente dag geschenen in de grachten en stra ten uer droog en hoog liggende s:o den, en vond men het „mooiweder, zoo is aan de rivieren nog maar altij i do water-ellende even erg gebleven, ju, erger geworden. Zoo is, naar men bericht, het aan de militairen in: h:j- n ie gen niet mogen gelukken om de bekisting in de kade van de Beersche Maas, tegenover Ovcr-Asselt, te dich ten. Op vele plaatsen is d:e bekisting doorgebroken. Steeds meer water en steeds veel te voel. stroomt binnen cn vergroot de toch reeds enorme schade. To Grave, in hot kleine, schilder achtige stadje, zal men daar nu ook wel weer veel lust van krijgen. Vooral van het kwelwater Jijden die plaatsen erg. En na weken, als men in droog- Nederland niet moer denkt ovor hoog water, dun komt juljst in de huizen, buisjes, .schuren en veestallen nan de overstroomd© gedeelten dat doodo kwelwater zeer levendig opzetten en blijft langen tijd een huisplaag van belang. Nóg meer loed en schade voor duizenden landgenooten. Nóg meer strijd. Te Uden is de toestand ook zéér be denkelijk. De bmekgronden staan ge heel onder water Do Leygraaf ont vangt zooveel water, dat het op plaat sen buiten de oevers is getreden. TL© zoogenaamd© „Oude Diik" staat óp verschillende plaatsen blank. Vooral het gehucht Bedaf heeft veel last van het water. Op sommige plaatsen is h«.-t reeds de stallen binnengedrongen. D© weg van Haren naar Bercbem staat sinds 14 dagen onder Wat de boer aan liet oen wint, geeft hij door dat scha delijke water op een andere manier weer toe. De grintweg van Mill naar Grave is overstroomd. Dit gebeurd© wel eens bij uitzondering, moor nog nooit zoo hoog als thans, Vele kelders ten Noor den van de kom staan onder water. In Groot-Linden zucht mén Alweer die Maas. Dreigend slaat zo aan do grenzen en kan elk oogcnblik een in val doen. Als de wachters niet op hun qui vive zijn. volgt er stellig een over rompeling en Onweerstaanbaar in haar vaart. Komt ze gelijk ©cn hollend paard, de dammen verbrekend, di© den toe gang tot haar aloud gebied trachten te versperren. En dan Dan zal ©r ge klaag en gejammer zijn. Van de boor- don der Maas tot iu het hartjo van Noord-Brabant Waar land was, daar zal water zijn. Waar do hoop van den landman stond te groenen, daar zal de stroom den akker omwoelen of gladscheren. en met kommer in liet hart zal d© boer staren naar de plaats, waar hij gezaaid heeft. Het is te hopen dat het zoo.ver niet komt. Zooeven ben ik naar den Over laat geweest. Men staat verbaasd over den arbeid, die daar verricht is en nog wordt verricht. Over een lengte van meer dan vierduizend meters liseft men daar oen dam opgeworpen van planken en zoden In den nacht van Vrijdag op Zaterdag schenen kou de regenvlagen met «te Slaas samen t© spannen om het work onmogelijk to maken. Nergens «te minste beschut ting. Regen en wind uit de eerst© hand. Toch ging de strijd door, een strijd om 't bestaan voor velen. Tot hiertoe bleef het gevaar ?e- keerd Hoe zal het morgen zijn? Wel roepen de torenklokken uit de omlig- «.'oude dorpen herhaaldelijk om hulp. Eu Linden, Beers Gassel, Cuyk, Escharen en zoifs Hans geven gehoor aan di© stem. Toch komen er nog sleeds handen to kort, want de be dreigd© punten zijn vole en het werk moeilijk. Wie dat werk niet inet eigen oogen gezien hoeft, kan zich geen denkbeeld vormen van den arbeid, die daar gevorderd wordt. Hoeden af voor d© leiders van dien arbeid, die met taaie volharding trots weer en wind, den strijd tegen den machtigen stroom volhouden tot l et dal ge u mijner na deze verklaring herinnert. liet gelaat van Chamnciiori was inderdaad een weinig blocker gewor den, hij vond het nu toch raadzaam, om het gesprek op dc trap af ie bre ken en zijn weg voort tc zetter: Christiaan Kasebier volgde hem in het elegante woonvertrek. Welnu? Wat verlangt ge? vroeg Chamberfort barsch. Maak liet zoo kort mogelijk, wanneer gc mij oen verzoek te «leen Een verzoek, antwoordde de kleermaker bedaard, terwijl zijn uiik nieuwsgierig door de kamer dwaal de. Herinnert ge u den nachtwaker, dien ge bclocdigd en later mei een vuistslag neergeveld liebt? Ik heb u terstond terughcrkeiul en het is mij ook gelukt, uw woning uit te vor- fichen, en nu ben ik hier gekomen, om schadevergoeding le cischen. William Chamberfort had den lan gen knevel eeiiiga móten door de vin gers laten glijden en daarbij heime lijk het hoekige gelaat van den kleer maker gadegeslagen hem was deze herkenning hoogst onaangenaam, want het kou hem wel eens met «le justitie in een voor hem minder aan gename aanraking brongen. (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1914 | | pagina 5