imlek duui! Voor Eer en Recht. TWEEDE BLAD 7 Mei 1914 EianeatarJ Rapport omtrent het spoorwegongeluk bij Beilen. In ons vorig nummer gaven \v róóds een breedvoerig overzicht va het verslag van den Raad van Toe zicht op de Spoorwegdiensten en clat der Staatsspoorwegmaatsehappi.i om trent het zoo betreurenswaardige spoonvegöngoluk bij Beilen op 24 De cember van het vorige jaar. Eenige aanvulling van het meege deelde is evenwel gewenseht De De directie meent, dat er geen en kele aanwijzing is gevonden, die een ontsporing op het rechte spoor onaf hankelijk van den wissel hetzij voor of op dien wissel zou kunnen verklaren. Do mogelijkheid blijft dus sleehls bestaan, dat aan don wissel gedurende den tijd, dat de trein er over heenreed, een afwijking is ont staan van de gesloten oostelijke tong. Hot ten aanzion van de vermoedelij ke oorzaak der ontsporing medege deelde moet geheel als veronderstel ling blijven beschouwd. De na het ongeval op den weg aangetroffen tee- kenon mogen gelden als aanwijzing in welke richting de oorzaak waar schijnlijk is te zoeken een bew ijs, dat do ontsporing zich inderdaad moet hebben toegedragen als is om schreven, leveren zij niet. Slechts kan worden vastgesteld, dut de gemaakte veronderstelling zich goed bij de ge vonden teekenen aansluit. AI schijnt do gegeven verklaring dus aannemelijk, dan mag toch met uit het oog verloren worden, dat zij vereischt de samenwerking van een rx-ks van ongunstige omstandighe den, waardoor het ge-beurde als een zeer bijzonder feit zou moeten worden beschouwd. Ook de gevolgen van liet ongeval zijn door toevallige omstandigheden van buitengewoon ernstigen aard ge worden. Do ter zijde van het hoofd spoor zich bevindende stapels dwars liggers en spoorslaaf hebben in hooge mate invloed geoefend op den om vang der ramp. Toch zal het gebeurde een aansporing moeten zijn om meer dan ooit aandacht te wijden aan do samenstelling van w isselonderdeelen. Aldus besluit liet rapport van de Staatsspoor, dat ondertekend is dooi den directeur-generaal Van Kretsch- mar. Een naschrift tot dit verslag behan delt de mededeelingen van zekeren R. Stevens aan de redactie van de „Asser Courant' en de naar aanleiding daar van en van verder door deze redactie ingesteld onderzoek in genoemd dag blad versohenen artikelen, overgeno men in een groot deel der Nederland' sche jiers, welke den Minister hebben bewogen door tusschenkomst van don Raad van Toezicht op (ie Spoorweg diensten aan do Maatschappij te ver zoeken, ter zake nadere inlichtingen to wallen verstrekken. Hieraan gevolg gevende, wordt medegedeeld, dat aan genoemden Stevens op zijn verzoek mot ingang van 20 September 1013 eervol ontslag verleend is als weg werker, onder toevoeging, dat do ont slag-aanvrage een gevolg zou zijn ge weest van ongenoegen met zijn ploeg baas. wijl do door Stevens voor ziiii werk betoonde ijver onvoldoende word geoordeeld. Betreffende do in de couranten be doelde spoorstaaf, die aan de west zijde in bet spoor lag bevestigd op het zuidelijk landhoofd van de brug over het Oranjekanaal, worden dan inlichtingen verschaft. Daaruit blijkt, dat o.p den avond van 2-4 December dadelijk na het ongeval wegpersoneel en ook de sectie-ingenieur persoonlijk zich van den toestand van dit spoor- gedeelto ter doge overtuigd heeft cn daaraan geenerlei gebrek kunnen op merken, dat met de oorzaak van bet ongeval verband zon kunnen houden. De bewuste staaf vertoonde geen be- schaditring en bad noch in horizon tale, noch in verticale richting een afwijking van meer dan drie m.M. uit de rechte lijn, terwijl de bevestiging volkomen in orde was. Ten slotte zegt do directeur-gene raal, dat do door de ..Asser Courant' Ingevolge de van H. Stevens verkre gen mededeelingeri of door haar ver der onderzoek aan liet licht gebrachte feiten, voor zoover juist, haar reeds vóór het opstellen van het verslag vol komen bekend waren, en dus geen aanleiding kunnen geven, dat daarin cent ge Wei wijziging wordt gebracht. V o r in o e d e 1 ij k o toedracht ontsporing volgens den Raad v a n Toezicht. Naar do Raad vermoedt, is do toe dracht der ontsporing als volgt sainci te vatten I. De vooras van AR 2088 ontspoor de tusschen de brug en wissel 1 naar rechts. II Het linker voorwiel van AB 2088 brak en verboog den w issolstangel en bracht de linkertong uit den aangeslo ten stand. Hl De midderuts van AB 2088 liep half spoor, doch hersjioordo vóór liet worteleinde der tong, de achteras van AB 2088en verder alle assen van C 628 boven het hoofdspoor, het achtereinde vail C 028 boven bet slibspoor en deze rijtuigen werden, nog steeds aan elkander en aan den train gekoppeld door den trein in schuinen stand voortgesleept. V. Niet ver van wissel 4 brak de trein af tusschen het 3de en 4de rij tuig van achteren, do doorgaande rem kwam vol in werking. AB 2088 kantelde naar links, viel op een .of meer stapels opgehoopte dwarslig gers De koppeling werd tusschen het Urn- rijtuig van achteren. AB a AB 2038 verbroken. AB 775 bleef in het spoor en reed nog een vijftigtal meters voort. AB 2088 gleed, opgeduwd door C 628, nog over een kleinen afstand over den stapel dwarsliggers en kwam in nabijheid van het puntstuk van wissel 4 tot rust, evenals het rijtuig C 628, dat niet omsloeg. Deze voorstelling van de vermoede lijke toedracht moet, naar het den Raad voorkomt., gehandhaafd blij ven, ook na kennisneming van de le- zing, welke de Maatschappij tot Ex ploitatie van Staatsspoorwegen van het ongeval geeft. Volgens die lezing zon de ontspo ring tusschen brug en wissel 1 niet dc oorzaak, doch slechts een der gevol gen van het ongeval zijn. De voorstelling der vermoedelijke toedracht van het ongeval door de Stautssp. Mij. komt in meerdere op zichten minder aannemelijk voor. De voornaamste bedenkingen daartegen worden door den Raad ontwikkeld. Het rapport van den Raad komt tot onderstaande gevolgtrekkingen. In de samenstelling van trein 146 geen enkel element gevonden, aaraan de ontsporing zou bunnen worden toegeschreven. I)e snelheid, waarmede de trein de plaats van her ongeval naderde, noch de toestand, waarin bet rollend materieel vóór en na het ongeval verkeerde, zijn geble ken t"t het ongeval aanleiding te sbbeu kunnen geven. De ciiigheidsinricbtingen van Iwl hoofdspoor en van de brug zijn ge heel in orde geweest, zoowel vóór als onmiddellijk nii het ongeval. Gedurende den loop van den trein van Groningen naar het Oranjeka naal is, voor zoover bekend, ten slot te niets onregelmatige» voorgevallen. Achtereenvolgens is mitsdien vast gesteld kunnen worden, dat niet cene groot e mate van waa rsdrijnlijklueid mag worden aangenomen, dat noch in de samenstelling van dien trein, noch in het rollend materieel en zijne onderdeelen, noch in de snelheid} waarmede trein 146 werd vervoerd en evenmin in de bcvciligingsiniüchtin.- gen de aanleiding tot het omgeval verborgen heeft gelegen. Deze achtereenvolgende eliminatie pi mogelijke oorzaken voert nood zakelijk tot de concessie waartoe ook do Maatschappij geraakt, dat de naaste aanleiding tot de 'ramp in den weg moet gelegen hebben. Waar intueschen de Maatschappij tot de slotsom komt, dat een ba-enk van do wissclstang van wissel 1 da ramp fceeft ingeleid, is uil de recon struct io van de vermoedelijk© toe dracht van het omgeval aangetoond, dat do breuk van gezegde w isselstang waarschijnlijk niet als do primaire oorzaak is aan te zien, maar het ge volg is geweest van eene ontsporing tiaar rechts van de vooras van het voorlaatste rijt-ufg van den trein-, nl. van AB 2088, op een punt geêegto, tusschen het Zuidelijk landhoofd der draaibrug cn den nabij gelegen ovefr- reg. Neemt men dit aan, dan blijft do raag to beantwoorden, weflke de vermoedelijk©.oorzaak van deze ont sporing kan zijn geweest I)o omstandigheden, dat in de op 29 December 1913 uit de spoorbaan tusschen brug en wissel verwijderde rechter spoorstaaf vorhiafwijklr zijn geoonstatetirdt met name e n< platting bij de aamsluitingsvoeg met do rails op de brug en een lichte vow- lie.ih- en horizontale knik, en tevens, dat de grondslag van liet spoor nabij het zuidelijft landhoofd cene neiging Lot inzinken vertoond© en wel bepaal delijk onder d© rechter (westelijke) spoorslaaf en dat eeno vaste ligging van liet spoor, mede na do plaatsge vonden 'herverdeeling der dwarslig- gare, nog niet was verkregen, deze oiiist-ird gheden leverden vermoede lijk c'k voor zich geen gevaar voor ontsporing op. Voegt men de boven geschetste voorwaarden te zomen, toevallig sa men! rol ft-nde met nog andere ongun stige omstandigheden, als het maken van cene slingering naar rechts van hot voöreinde van hot rijtuig juist, op de het meest aan inzinking on derhevige plaats der spoorstaaf, of het eenigermato ontlast zijn van de draag veer aan de rechter voorzijde van liet rijtuig tijdens een© vertical!© slingering (slingeringen, aan welke alle over spoorstaven bewogen v> tuigen onderhevig zijn), dan is er plaats voor het vermoeden, dat aan de combinatie van al deze elke voor zich wellicht minder gevaarlijke- af- w-IJgfngen en bewegingen de ontspo ring van de vooras van AB 208S moet worden toegeschreven. Zonder die samenwerking van on gunstige omstandigheden zouden de assen van de beide laatste voertuigen zeker even goed. over de „zwakke plek"' in ihet spoor gekomen zijn ais do assen del- locomotief en dio der twaalf daarop volgende voertuigen van den trein cn de talrijke treinen, welke sedert do maand September 1913, maand, waarin d© inzinking voor het eerst, de aandacht trok, over de bewuste plaats zonder ©enig scha* delijk gev olg heen gingen. Naar het voorkomt heeft, indien t bovenvermeld© verband mag worden aangenomen, het betrokken spoor wegpersoneel, met h:t dagelijksch on- deréi-oud belast, de mogelijk© gevol gen van den toestand van het simili ter plaatse onderschat, anders zou het mot volstaan hebben met het aan* vragen van een andere spoorstaaf en het lichten van het spoor, nis zich c-ene inzinking vertoornde, maar zou lliet maatregelen hebben genomen, dat, zoolang de spoorstaaf niet ver vangen was, do treinen daar lang zaam reden. Ho© betreurenswaardig tl© onder stelde misvatting, ook door har© ge volgen. moge zijn, een bepaald ver zuim zoude het betrokken personeel niet ten .'ast© kunnen worden gelegd, zulks to minder nu, waar het bewijs voor de juistheid van liet hiervoren tot uiting gekomen vermoeden om trent de oorzaak von bel ongeval niet kan worden gelev erd. De gevolgen van de ontsporing zou den vermoedelijk niet tut een ramp hebben geleid, zoo d© ontsporing niet de nabijheid van eon Wissel in Ihct door don t'rein bereden spoor had plaats gegrepen. Het is namelijk geen zeldzaamheid, dat de ontspoor de voorns van een drie-assig voertuig na eenogen tijd over de dwarsliggers gered- n t© hebben, weder* herspoort. Hier echter gaf de as terstond aan leiding tot het halfspoor loo- pen van andere assen. En ook daaruit spruit noodzakelijkerwijze nog gecu levensgevaar voor dc rei zigers voort, aangezien de trein reeds bij de plaats gekomen was, waar de beide sporen elkander na derden en de kansen op het ooislaan der ontspoorde rijtuigen aanmerke lijk verminderden. De annvveaigjfieid der stapels dwars liggers en der losse spoorstaaf tus schen do spo'ren waren namelijk de meest noodlottige der factoren, welke de ontsporing vair een as hebben doen aangroeien tot een ramp. Door- hel onderzoek is gebleken, dat, hoewel de stand van den wis sel, waarop de ontsporing plaats greep, verzekerd was door een vei ligheidsslot (Clauss-slot), deze veilig heidsmaatregel verijdeld werd, doo'n- dat de wisseD tangen getroffen wer den door een ontspoord wiek Deze omstandigheid rnog© wel ui terst zelden voorkomen, niettemin, is gebleken, dat in do kwetsbaarheid van de tleelen, welke den stand der w is j cl .stangen vaar een togen do spits bereden wissel moeten waarborgen, een gevaar schuilt, waarin hetzij dot/r doelmatige- bescherming d'cr dcelcn, hetzij door gewijzigde constructie getracht-moeten worden te voorz Ton slotte wil 't den Raad voorko men, dat uit het lange tijdsverloop, dat het telegram met het eerste be richt omtrent het ongeval van station Beilen naai- Groningen beloofde om zijne bestemming t© bereiken, wensdhelijkheid moet worden afge leid aan telegrammen, ongevallen Ikj treffende, den voorrang te geven bo ven andere treint elegrammen, voor zooverre althans dit zonder bezwaar voor de veiligheid op den spoorweg toelaatbaar is. Als bijlagen zon gevoegd bij het verslag der Staatsspoorwcgmaat- schappij fotografiën van de iieschor digde rijtuigen tegen verschillende zijden gezien; bij het rapport van den Raad van Toezicht verklaringen van reiziger», van het spoorwegpersoneel, van andere personen, schematisch© voorstellingen en fotografische afbeel dingen van verschillende sta nden van wissels en van allerlei spoo'rwegmar tericeL PRINS HENDRIK OP JACHT. Prins Hendrik, vergezeld van zijn adjudant, den luitenant ter zee 1ste klasse, <1en heer Bijl de Vroe. arri veerde Dinsdagavond aan het slation te Apeldoorn, van waar dc Prins zich per auto naar het Paleis begaf. Des nachts te 2 uur reed Z. K II. per auto uit, vergezeld van zijn adjudant, den opperhoutvester, den heer Tutein Nol- thenius en den houtvester, den heer T Bcijcr, voor een jacht op korhoen ders in de omgeving van Loenen c-n de Woeste Hoeve. Gedurende de laat ste twee jaren was Z. K. H. door rheumatische pijnen verhinderd aan deze jachten deel te nemen. In den vroegen morgen keerde het jachtge zelschap op het Loo terug. WONINGNOOD IN DEVENTER. Binnenkort zullen B. en W. den ge meenteraad voorstellen om van ge meentewege over te gaan tot den bouw van een complex van 314 arbei derewoningen. Er zullen drie typen gebouwd worden, n 1. 28 van 3 huur per week, ongeveer 60 van /2.G0 en pl in. 20 van f2.20. Alle woningen krijgen twee flinke kamera beneden c-n twee slaapkamers boven, benevens nog een keuken met uitbouw beneden. Het duurste type zal drie slaapkamers krijgen, BRANDEN. Te Wijk (Maastricht) is het w inkel huis in de Iloogebraeslraat, bewoond door Brouwers, tot-den grond toe af, gebrand. Een gi-oote voorraad klom pen 'everdegoede brand Tof. Dc brand schijnt ontstaan door het springen van een gaslamp. Verzekering dekt de -cliadz. T© Enschede verbrandde bet heerenhuis staande aan den Noorder hagen, toebehoorende aan Mr. E. ter Kuile en bewoond door S. Menko. Gok de inboedel ging verloren. Assurantie dekt de schade. IIET NIET VLAGGEN TE ZAANDAM. De Tel. meldt: Het lid der Tweede-Ka nier, de heer Bruin molkamp, heeft tot den minister j van Binnienlandsche Zaken een drie tal vragen, gericht in verband met het feit, dlat to Zaandam op den ver jaardag' van prinses Juliana van do geineentegebouwen niet is gevlagd en tevens naar aanleiding van bet door B. en W. dier gemeente aangekondig de voornemen, om het volgend jaar op 1 Mei aan de onderwijzers der openbare scholen vrijaf t© geven. MINISTER TltEUB. De minister van Landbouw. Nijver heid en Handel, mr. Treub. heeft na zijn terugkeer uit het buitenland, zijn werkzaamheden hervat. ONTROUWE POSTBODE. De Tel. meldt: Door d© politie te Venlo is gevangen genomen en aan den officier van ju stitie overgegeven do postbode P. Th. H. P. lo Venlo, verdacht van verduis tering van een aangeteekenden brief. VERDUISTERING. De Tel. meldt: Als verdacht van verduistering van gelden, tot de menage hehoorende, is in voorloopige arrest gesteld de fourier van I.. beboerende tot de de pot-compagnie van het rog.ment in fanterie te Assen. EEN VREEMDE PLAATS VOOR EEN VOGELNESTJE. Aan de Binnenhofpoort bij het Mauri tehuis bevindt zich een licht bak der II. T. M. met het bekende stopsein. Een musschcnpaar hail nu, volgens de IL Ct-, de brutaliteit, gaande door een opening aan den bovenkant van c-en paar cM. in dezen bak een nest te bouwc-n. Men vindt in dezen lichtbak 3 liclit- aeriee, een voorsein met stopsein voor de' tranis, komende van het Plein eu een controle-sein dat inge schakeld wordt voor dc trams ko mende van het Binnenhof. Deze liehtseries branden elk óén maal in dc 6 minuten; dc vogels zijn er schijnbaar niet bang voor. Men ziet de lampjes van het con- trólesein en eveneens van de 0 en de P van Stop gloeien door het gelnest heen. De tramdirectie, die geen hinder heeft van dit nest, laat het tot nu toe stil zitten. DE KONINGIN REGENTES IN IN Die GESTRAND. Het Soer. libld. deelt mede, dat bel st. Koningin Regentes in liet dok is gesleept. Slechts de verf is ernstig bescha digd. Wat de oorzaak van het ongeluk be treft, verneemt het blad. dat een lui tenant ter zee tweede klas de schuld is. die buiten weten van den comman dant het schip 15 gr. uit den koers deed loopen. De schuldige komt voor den krijgs raad, terw ijl de commandant vrij-uit gaat. STAKING. Wc-dcrom bfak te Noordwijkerhout eene staking uit onder de opperlie den en metselaars van het in aan bouw zijnde R. K. Krankzinnigenge sticht. Dc werklieden eischen weer toonsverhooging. MISDAAD? Op den straatweg Oldenzaal— Dene kamp, nabij Oldenzaal werd Dinsdag avond door een paar voorbijgangers het lijk gevonden van een circa 23 ja rigen Dnitschei', di© door ceii --eliot in den slaap bleek gebood ie zijn. in zijn nabijheid lag een nog gedeeltelijk geladen revolver. Op het lijk, dat. naar Oldeneaal werd vervoerd, werd nog circa 10 Mark aan geld gevonden, zoo meldt do Tel. DROEVIG. Dinsdagmiddag had te Katwijk aan Zee een treurig ongeval plaats. De ongeveer 4-jarige A. Kijgli was aan het Prins Hendrikkanaal aldaar aan het spelen met een bootje, toen hij voorover te water schoot. Eenige kin deren, die bij hem waren liepen naar huis om hulp te halen. Toen na een kwartier de hulp kwam, alsook de geneesheer, kon deze niets anders constateeren dan den dood. Wel wa ren nog eenige teekenen van leven te bespeuren toen de dokter kwam, doch dadelijk daarop stierf het kind. Het geval is des 1e treuriger, als men weet, dat in de onmiddellijke nabijheid visschers aan liet werk wa ren die, indien dadelijk geroepen, het jongetje gemakkelijk hadden kunnen redden. ONGELUKKEN. De N. R. Ct. meldt: Dinsdag is G. v. d. H. bij het schep pen van vloedwater in de Nieuwe Ha ven te Werkendam van de steen glooi ing gegleden, en verdronken. Het zesjarig© dochtertje van den ■wagenmaker O., te Boxum, is in de Boxumervaart gevallen en verdron ken. GREEPJES. 46. „DE RAZZIA IN HET TIJGERHOL'. De nieuwste Nick Carter. Hondend-zes-en-zestigste staaltje van <tit genre van prikkellectuur. Ondertitel: ..The great spy system" (met <1© zeer letterlijke vertaling „Het groot© spionnage systeem"). Ik heb er van genoten, en meen door een korte inhoudsopgave ook anderen ©enigszins in dat genot te mogen laten doelen: E e r s te Hoofdstuk. Speelt op 't Witte Huis, in Washing ton. De ..bondspresident' heeft er Nick Carter, den grróooten criminalist, ont boden, en vertelt hem dat d© Japan- sehe spion baron Mutushimi met z'n vijftig handlangers nog immer in Washington i», na den poets dien hij (in ©en vorige aflevenng) Nick Carter en een zeker Bondsstaat*-i Mark Hal- lan hoeft geakken. Hij heeft helm na melijk in een eenzaam huis gelokt en een vloer onder hen laten verdwijnen, zoodat z© in „een soort kelder" vie len. Niettemin ontkwamen ze, en de bondspresident commandeert Nick Carter thans, den baron te nrrestee- ren. Ik zal mijn plicht doen! ant woordt degroote criminalist met eene vaste stem. cede en derde Ho tuk. Nu Ca rti ontmoet in z n hotel senator Dalian en boomt schrikkelijk lang met hem, in den voorhal. Hij :s inmiddels slim, zooals 't hem betaamt, want hij laat zich expresse!ijk over z'n planner, uit, terwijl hij weet dat van de straat af Mutushimi'» ver- rajers hem beloeren. Dit zou voor ierier ander don Nick Carter een ge vaar wezen, want genoemde heeren verslaan uitnemend de „üptaoi". (Dit is de kunst, om iemand tot op 'n kilo meter afstand de woorden van dc lip pen te lezen Het slot van 't gesprek is. dat beide hoeren besluiten om Mutushimi plus de andere vijftig schurken in* Stante]ijk te gaan vangen. Vierde Hoofdstuk. Nick Carter en Mark Hallun op stap". De laatste deelt den eerste uk>- de: „dat hij een veelbelovend jong- mensch is, die het vuistdik achter z ;n ooren heeft". Nick ls met deze loftuiting zeer ge coiffeerd. Het blijkt bovendien dat hij een secuur broekje is, want hij heeft z'n kapitaal in buizen belegd, en stapt nu mei z'n partner naar twee zijner perceelen, die aan.ongebouwd zijn, toe. De speurhonden van „den geelhuidigen schoft' volgen hen in middels. Door tijdig optreden vail 5fick assistent Patsy pikken re ei ui passant éen in, cn Patsy hr.-ngt 'ra vast naar de bedoelde perceelen. Do beide heeren ontkomen nog ©ven aan den aanslag van een mes en war per iook al een satelliet van den ..met alle wateren gewasschen vos" Mutus- liimi) komen in Nick's huizen /n wachten daar met de helpers Chirk on Patsy de bende van den baron op, d.o den gevangene komt opeisclien. Zij arriveert spoedig, en met snij dend schorpo stem roept Mutushimi: „Voorwaarts, mannen! Loopt de dour in!" Vijfde Hoofdstuk. Mutushimi c.s. rammen de deur niet een paal in stukken, na een be hoorlijke voorafgaande sommatie. Met een tevreden glimlach kijkt de detective vau i portaal omlaag, cn ziet veertig vei zaaiers binnenkomen. Als ze den trap bestijgen weei klinkt plots een gehuil, alsof de bewoners van alle gekkenhuizen c-en samen komst houden. De trapleuning is go- electi iseerd, en de stroom houdt do handen van alle veertig spionnen vast. Pijn, jammer, schrik, ontsteltenis. D© senator grinnikt. Mutushimi is aan den geélectri- seerden deurknop geklemd, maar hij werpt zich met een ongehoorde in spanning achterover, springt me! een reusachtigen zet weg en eclipseert! Zesde Hoofdstuk. De veertig spionnen worden aan handen cn voeten gebonden. Patsy neemt op zich, om den luitenant van Mutushimi alsnog binnen t half uur in te pikken. ZevendeHoofdstuk. Do luitenant is gepakt. Hij is een Franschinan en voelt onverholen haat tegen Patsy, ofschoon hij zich ver baast dat dio zoo goed Fronsch spreekt. Met behulp van de elect scermachine wordt deze verraaiei er toe gebracht, z'n meester méde te verrajen. Achtste Hoofdstuk. Nick Cartel-, Mark Ha 11 an, Chick en Palsy ontdekken Mutushimi's huis. Het heeft (tusschen twee haakjes ge zegd) onpractische schuifvenstere. De baron ligt ziek in bed ©n gravin (.lur ry (óok een verraieres'j past m' op. Haar gelaat draagt de sporen von vergoten tranen. Ze expliceert den heeren, dat Mutushimi op sterven ligt. Toen hij zich van den deurknop losrukte, kreeg hif zóó n hevigen schok, dat waarschijnlijk inwendig een bloedvat is gesprongen. Nu ver- bloedt-ie (eveneens inwendig). Nick Carte rgelóoft dit zeer medisch betoog, wil don zieken baron niet ver voeren en laat 'm door Patsy bewa ken. Hij gaat nog even enkele ontbre kende spionnen pakken. Negende Hoofdstuk. De groot o criminalist redt Patsy net bijtijds uit het brandende huis van Mutushimi. die hcelemaal niet ziek was en met gravin Cherry is verdw - nen, nadat hij den jongen detperu heeft bedwelmd met het vel bek*: tul© Japansche droompoedcr. Inmiddels zijn nog door de andere heeren een negental spionnen :n bet tijgerhol (waarvan we niet vee! hoc.ren) gear resteerd. Alleen Mutushimi en dc gravin zijn nu nog zoek.... D© volgende aflevering (nr. 167) be vat: Ik koop 't ding vast! FEUILLETON Men zag het hem direct aan, dat hij Uit een wereldstad als Berlijn kwam In stilte benijdde Fritz den nieuwen volontair dan ook wegens dezen cluc Zijn eenvoudig, grijs zomercostuum kwam hem opeens tamelijk gewoon tjes voor. Als landbouwer kon hij zich dit fijne heertje evenwel moeilijk den- keu. In kaplaarzen en een. oud jasje moest de „knappe Stanislaus" er ze ker bespottelijk uitzien. En dit zacht geurende parfum paste evenmin bij vee- en stallucht. Fritz glimlachte bij deze gedachte Om een gesprek aan te knoope-n, vroeg hij dan U wilt den landbouw praclisch lecren, meneer von Prokowski? Ja. Is u al eens op ccn groote boer derij geweest? Ik ben op 't land opgevoed Mijn ouders hadden een landgoed in Wee'.- Pruiscn O, dat is wat andcis. Dan kent u hot landleven Prokowski glimlachte weemoedig. Dat is al een tijdje geleden, meende hij Dc laatste jaren hebben wij te Berlijn gewoond. Daar was u ook in betrekking? Ik ben nooit in betrekking ge weest ik heb ©en hartkwaal. Ach, dat spijt me. Nu, zooiets wordt mettertijd beter Het leven op 't land in de frissche lucht zal u goed doen Jk hoop het, antwoordde Pro kowski zacht en staartje mistroostig voor zich uit. Het gesprek stokte weer. Fritz Born vond, dat de „knappe Stanis laus" toch wel wat. kortaf was. Hem scheen deze rit door liet echo one, ro mantische Wiesendal in hot minst niet te bevallen hij zag in bet ge heel niet naar de prachtige omgeving en zuchtte somwijlen. Waaraan bij wel dacht? Fritz liet de vossen de zweep voe len. zoodat deze hun eneLsten loop aannamen Prokowski klemde zich aan de kan ten vast. - Rijd toch niet zoo woest, zeidc hij wrevelig. Dat beteekent nog niets, lachte Fritz Dan moet u eens met freule Erika rijden. Die rijdt over lieg en steg. Ik dank voor zoo n plezier. Wederom verzonk Stanislaus in een doffe droomerü en daar Fritz geen lust had, het gesprek opnieuw te beginnen, werd de verdere weg naar het slot II am bach stilzwijgend afgelegd. Eerst toen men het fraaie, oude kasteel en dc naast© omgeving zag liggen, ontwaakte Stanislaus uit zijn stille mijmerij cn richtte zich oj>. Zijn gelaat helderde op. Duidelijk las men de gedachten op zijn gelaat. Nu, in dit kasteel is het wel uit te houden, dat wordt niet zoo erg, als ik wel gedacht heb. Toen Fritz naar de reutmeesters- wouing wilde rijden, waar do nieuwe volontair immers wonen zou, wenkte do baron van het bordes, dat hij daar zou voorrijden. Dat was voor Stanislaus reeds een heelc genoegdoening. Dit gevoel nam nog toe, toen de baron hem vriend schappelijk de hand schudde en naar <1e -salon zijner vrouw bracht, waar de barones hem allerminzaamst be groette. Ik verheug me zeer, den zoon mijner vriendin te zien. zei ze met een lieftalligcn glimlach. Ik hoop. dat het bij u ons zal bevallen. Ik beu er van overtuigd, barones, antwoordde Stanislaus zacht en kuste de tcere hand der barones. Dit is onze dochter Erika, stelde deze daarop het jonge meisje voor, dat totnutoe half verborgen achter een bloementafel had see taan en den „knappen Stanislaus" inet een crili- echon blik gemonsterd had. Prokowski boog onberispelijl'. In zijn donkere oogen schitterde hc-t, toen hij het lichtelijk blozende, fris sche gelaat van Erika zag, doch slechte een oogenblik De donkere leden zakten dan weer, zijn gelaat die eenigszina zwaarmoedige uitdruk king gevend, die zoo interessant maakt. Ik Jioop, dat u beiden vlijtig zult musiceeren, zei de baronea. Uw ma ma schreef, dat u uitstekend viool speelt. Mama overdrijft, maar ik stel Die gaarne ter uwer beschikking. Wat speelt de freule liet liefst, Beethoven Chopin? Dat is iue geheel onverschillig, antwoordde Erika lomp. Er is toch onderscheid tusschen deze beiden. Neemt u me niet kwalijk, onder brak dc ba'ron deze muzikale uiteen zetting, wanneer ik een prozaïsche vraag doe, meneer van Prokowski. Hebt u al gegeten? Ja, dank u, ik heb inden restau rfttiewagen gedineerd Mooi Dan drinkt u een kop koffies met ons op de veranda. U behoeft u niet te verkleeden, we leven hier vrij. We hebben met opzet een uur met de koHie gewacht. U is wel goed. Men begaf zich naar de veranda, waar den nieuwen volontair nnss Baylay, de gouvernante van de doch ter des huizes, werd voorgesteld. Miss Baylay was ongeveer \eert-g jaar. Zij was hier reeds vijftien jaar en had de opvoeding zoowel van de oud ste dochter, die reeds met ritmeesïer von Ilartleben gehuwd was, als die van Erika geleid. Zij was slank, mat- blond, had blauwe oogen en droeg het eenvoudig gekapte baar in een klei ne wrong op het achterhoofd Haar kleeding bestond uit een grijze, tot den hals gesloten japon, met witten boord en manchetten. Overigens was zij een trouwe, door en door eerlijke ziel. die Ietwat dweperig was aange legd. Met stijve gratie schonk zij koffie in, terwijl een bediende sandwichs en koekjes presenteerde Hier was 't wel uit te houden, constateerde Stanis laus voor de tweede maal. Hij moest do barones van zijn moe der vertellen, wat hij mot zwaarmoe digheid en medelijden in zijn stem deed; zijn ariue mama bad bange tijden doorgemaakt. Nu gaat bet haar beter, voegde hij er bij. Zij heeft tenslotte uit de ruïne van ons vermogen nog ©en klein deel gered, dat haar voor direc- ten nood behoedt. Mijn zuster heeft bovendien een benoeming tot lecra re© in 't Franech aan een instituut aangenomen. Dat doet me plezier, antwoordli j' de barones hartelijk. Voor u zi.ü u we ook wel wat goeds vinden, wo.J eerst maar weer goed gezond. Jo, en leert u maar flink. vo. g- de de baron cr vrij koTluf bij. wat hem een bcstraffenden blik zi;r:;r echtgcnoote op den hals haalde. Ik 2a! u naar uw kamer brengen Stanislaus beschcids:-. /.ijn wiii.;:e:s weer neerslaande. De baron hield hem een kistje inct Sigaren voor. Wilt n rookeii? Dank u als u me vergum :;ri sigaret aan te steken O, zeker, daar staan sigarelRs Stanislaus stak een sigaret aa-i en Erika zog tot haar verbazing, ho-- lijj den rook inzoog en eerst na een ppo.-? weer uitademde. Zij nam zich voor, dal kunstmiddel in 't geheim ook eens te probcercrt Ik zal u naar uw katner brengen en u aan rentmeester Grup© voorstel len, die uw leermeester in alle land bouw aangelegenheden zal zijn zei de baron, opstaande. Ontbijt en soup-1 krijgt ii op uw kamer, 's middags en 's avonds eet u bij ons, om half een en om half zeven; een kwartier tevoren luidt de gong, opdat u u kunt kleed a. Ie u klaar? Tot uw dienet, baron. fWordt vervolgd

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1914 | | pagina 5