Be Europaesche Oorlog.
TWEEDE BLAD.
HAARLESJl'S DAGBLAD
DONDERDAG 24 SEPTEMBER 1914
Nog altijd duurt de groots en bloedige veldslag ii Noord-Frankrijk voort.
Nemen ds Daitschers ln Frankrijk een verdedigende bonding aan om aan
de Russische grens met meer troepen aanvallend te kunnen optreden?
Aan welke ontberingen de soldates op de slagvelden bloot staan.
Het was slechts één Daitsche onderzeeboot die een aanval deed op de
drie Engeische kruisers en deze tot zinken bracht.
Nog een succes van een Duitsehen onderzeeër.
Zuid-Afrika en de oorlog.
Op hei Westelijk
Oorlogsveld
.NOG ONBESLIST.
Nog altijd duurt de gVooto veldslag
man do Aisu© in Noord-Frankrijk
voort. Men raakt gewend aan die koe
le, korto berichten uit do hoofdkwar
tieren over klein© voordoden h;ior,
een klein© terug wijking daar. Ths-
eehen de regels door is .©venwel veol
té lezen. Men huivert soms bij de ge
dachte aan wat daan' van do troepen
wordt gevergd, aan. de bovenmensehe-
lijke inspanning die zij zich van
weerskanten getroosten, aan de ont
beringen, die zij lijden, nu het koud is
en regent. Men vraagt zich soms af,
hoe hot mogelijk is, dat die honderd
duizenden dat uithouden, dat zij ei
ken nieuwen dag vveér moed en ijver
hebben voor het afmattend werk.
Er vloeit voel bloed, liet kort maar
veiel zeggend bericht (via Maastricht
aan de Telegraaf gezonden) luidde:
Dc laatste dagen zijn ongeveer
50.000 gewonden van de slagvelden
in Frankrijk via Luik naar Duifsch-
"fliïd vervoerd.
OFFICIEELE BERICHTEN.
Tiet Franschc gezantschap te "s-Gra-
venhage deelt omtrent de krijgsver
richtingen het volgende mede
Over het gehecle front, van de Oise
t.oi Woëvre, hebben de Duitschers
den 21sten een zekere bedrijvigheid
aan den dag gelegd, zonder eenig re
sultaat van belang te bereiken.
2o. Op onzen linkervleugel, op den.
rechteroever van de Oise, heeft de
vijand terrein, verloren door de aan
vallen door do aanvallen van Fran
sche zijden. Tusschen de Oise en de
Aisiie is er geen verandering tin den
toestand gekomen, daar de vijand,
zich bepalend tot een langdurige be
schieting uit zijn kanonnen, geen
ornstigen aanval heeft gedaan. in
deze streek liep ons front over Las-
eigny, Ribecourt, Bailly, Foritenoy,
Posly.
2o. In het centrum tusschen Reims
en Souain Keelt de vijand een aan
vallende beweging beproefd die afge
slagen is; tusschen Souain en de
Ai'gonne zijn wij iets gevorderd, tus
schen Argonne en de Maas is de Loc-
siand onveranderd; in Woëvre is de
vijand hevig opgetreden <>n beeft.
Gringrey genomen. Anderdeels heeft
hij de hoogten van de Maas aange
vallen, zonder er zich te kunnen nes
telen.
3o. Op onzen rechtervleugel, in Lo
tharingen, hebben de Duitschers op
nieuw de grens overschreden en heb
ben zij Nomeny en Dehne opnieuw
bezet.
Den 20cn en 2Ien hebben wij 20
appro viandeeringsautoinobielen buit
gemaakt en talrijke gevangenen ge
maakt.
Volgens het officieel© Fronsche
communiqué van Woensdagmiddag
drie uur heeft de Fraiiisohe linkervleu
gel na verwoed© gevechten op den
rechtervleugel van de Oise in de
streek van Lassigny vorderingen ge
maakt. Op don linkeroever van de Oise
en ten noorden van de Aisne is geen
verandering ingetreden.
Van Kunst en Kunstenaars.
No. 84.
De kunst is de taaiste weken wel
zéér in verdrukking geraakt. De ge
spannen belangstelling, naar éénc
richting slechts gewend, scheen van
kunst en kunstzaken geheel zich ver
wijderd te hebben. Totdat de verwoes
ting van Leuven en van zooveel an
der,} schoonheid als het ware kwam
herinneren dat er nog zoo iets als
schoonheids-waarde bestaat, die, in
baar hoogste uitingen het eigendom
niet van een groep, een stad, een volk
zelfs zijn kan, doch der geheele wereld
behoort.
Tentoonstellingen zijn afbesteld of
werden, zoo zo begin Augustus
reeds geopend waren, ternauwernood
bezocht. Voor den verslaggever een
lijd van rust, die hij benutten kan
om zijn literatuur bij te houden. Groo-
le- bijdragen worden van hem toch
niet verwacht, daar d© courant al
haar mooiste ruimte voor (iet oorlogs
nieuws en den commentaar daarop,
noodïg heeft. De kunsthandel is dood
als een pier. Bezuiniging treft daar
het eerst waar kunst als luxe be
schouwd wordt. Ik mag het verkeerd©
van die opvatting hier niet in het
licht stellen liet zou trouwens den
beruchten Moriaan geschuurd zijn
Van onze buitenlandsche vrienden
hooren wij niets meer. lloe zou het
thans den ouden Odilon Redon te
moede zijn, wiens eenig kind, Ari, tot.
het corps der Fransche vliegeniers
behoort 1 Taal noch teeken ontvingen
wij sinds Juli van den beminnelijken
Fra.nschen kunstenaar. Van een an
deren vriend, die in Holland .bekend
In het centrum, tusschen Reims dn
do Maas, is den toestand niet noe
men swaard ge w i j zi gd.
In Woëvre, ten noordoosten van
Veirdun en in do streek van Mouilly
en Dompierre zijn aanvallen der Duit
schers afgeslagen.
In het zuiden van Woe ure houden
de Durtschers de lijn Rielreeourt—
Gironville bezet.
In lx/thai'ingen en de Vogezen heb
ben do DuitscTiers Nomeny (30 KM.
ten noorden van Nancy) en Arracou'rt.
(20 K.M. ten oosten van Nancy) ont
ruimd."
Het Dnitsche communiqué was he
den nog niet verschenen.
IIET DUITSCHE KRIJGSPLAN.
Toongevende Italiaansolie militaire
deskundigen verzekeren naar de
Neue Zürcher Z-tg. schrijft dal de
Duitschors niu voorloopig hun offen
sieve kracht tegen Rusland zullen sa
mentrekken en z,ich in Frankrijk
hoofdzakelijk lot het defensief zullen
bepalen. Dit besluit is o.a. een gevolg
van de nederlaag van de Oostenrijkers
in GaJieië.
Is deze opvatting juist, dan is
meent hét blad het voordeel dat
de Duitschers bij Noyon hebben be
haald van groote beteekenis; want
indien de omtrekkende beweging van
de Franschen gelukt ware, hadden de
Duitschei-s uit hun zeer stérke verde
digende stellingen verdreven kunnen
worden en hadden zij huil defensief
moeten opgeven. Nu echter hebben
zij zich in hun stollingen gehand
haafd en hun tegenstanders kan hen
slechts rechtstreeks aanvallen.
Eiken diag dat de Duitschers zich
in hun van nature reeds buitengewo
ne \oordeelige stellingen kunnen
handhaven, is voor hen winst; want
zij kunnen dan nog meer kunstmati
ge versterkingen, opwerpc-n, een mo
gelijkheid waarvan zij reeds in ruime
mate partij hebben getrokken.
Het is niet onmogelijk, dat de ver-
oenigde Franschen en Engeledien in
deze omstandigheden een tijdi lang
van een offensief in liet oipen veld af
zien, om eea-st d© verdere ontwik lie
Ling van de zaken in liet Oosten af te
wachten.
Met deze verondeirsbelling zou een
bericht van de Times kloppen.
Do correspondent van öe Time® te
St, Petersburg gicoft een overzicht
van de sterkte der Duitech© legers
tegenover het Russische front.
8 legerkoi-psen staan tegenover het
Russische leger van generaal Ren-
nenkampf, terwijl nog 14 legerkorp
sen langs het oostelijk front zijn op
gesteld. Men denkt, dat daarvan G
korpsen, gelegerd zijn in het gebied
van Polen en ia de vestingen van liet
Wed cl Lralgebi eiterwijl er z'ich 8 zou
den bevinden in de streek van Bres-
lau of bij de Oostenrijkers.
Van een totaal van 42' legerkorp
sen. zou Duitscblnnd, volgens dezen
correspondent, er 22 aan het ooste
lijke en 18 aan liet westelijke front
hebben; d© overigen 2 zouden in liet
binnenland staan.
DE SLAG AAN DE AISNE.
De groote slag woedt met toenemen
de woede zoo meldt een telegram
werd, den Luikschen schilder Ar-
ina.nd Rassenfosse, ge kunt op den
Kruisweg een kamer vol interessante
leekeningeu thans van hem gaan
zien, van hem weten wij althans,
dat hij gespaard bleef, al bracht hij
in zijn prachtig huis met het atelier
hoog in de lucht, vlak bij de Citadel,
angstige uren door.
Vooruitzichten Och, waarom
daarover te leuteren Want met alle
voorspellingen en bespiegelingen
komt men niet builen d© leutersf&ev,
daar alles afhangt van de verdere
ontwikkeling- der dingen en daarvan
weet niemand iets af.
Wat zeker schijnt, is dat die apa
thie voor dingen van kunst en schoon
heid niet duurzaam zijn kan. Men
heeft er behoeft© aan, evenals men
aan een bad, aan een wandeling, aan
een gesprek regelmatig behoefte
heeft. Laten de jonge kunstenaars
daarom het hoofd niet laten hangen.
Zij zullen hun plaatsje onder de zon
behouden.
Wat zeker schijnt echter ook, is dat
onder den oeconomischen druk het
spelen met, het speculeeren in kunst
zaken tijdelijk zal worden vastge
legd. De enorme prijzen zullen zee»-
waarschijnlijk voorloopig achterwege
blijven en hun jwgoochelenden invloed
niet meer uitoefenen. Het kunstenaar
zijn zal voorloopig een muider winst
gevend bedrijf worden, en do kunst
zal daar vermoedelijk wel bij varen.
ITet is een eigenaardig verschijnsel,
dat de oorlog als zoodanig weinig
groote kunst geïnspireerd heeft. En
dan nog alleen ddér, waar aan den
afschuw voor, de verschrikking van
den oorlog uiting gegeven kon wor
den.
uil, Bordeaux aan de „Times". „Daar
de vijand begrijpt dat do bondgehoo-
ten ïi'jet te verachten zijn neemt de
vinnigheid van zijn tegenaanvallen
tot wanhopigheid toe. Vooral langs
het front, behalve in Woëvre, waar
de legers met de grootste moeite in
een doorweekt terrein opereeren, wer
pen de bondgenooten zich op de ver
dedigende stellingen van den vijand,
niet met, den roekeloozen moed wel
ke op dolzinnigheid lijkt, maar in
overeenstemming met de koele eï-
schen van liet puin, dat met, de kaart
en het veldtochtplan is uitgewerkt.
De vijand heeft, uil vrees voor her
haling van de manoeuvre, die eindig
de met de ramp van de Marne, zijn
rechtervleugel versterkt, en vandaag
(20 September) de bondgenooten ten
Noorden van de Aisne stroomaf
waarts van Soissons aangevallen.
Een tijd lang bracht de verwoedheid
van den aanval de Duitschers voor
uit, maar voor donker hadden de
bondgenooten hem weer hel verover
de terrein ontnomen. In tusschen ont
wikkelde zich een gevaarlijke bewe
ging op den rechtervleugel van de
Duitschers en op het einde van den
dag had de omtrekkende beweging
dor Franschen langs den rechteroe
ver van de Oise zich verder ontwik
keld. Over het algemeen gaat de
strijd voort volgens het schema van
don slag aan de Marnede bondge
nooten werken zich om de flanken
heen en de Duitschers trachten ten
N. en O. van Reims door het centrum
heen te breken. Die poging heeft
niet meer succes dan zij te Vitry-le-
Frangois heeft gehad.
De algemeene toestand, vervolgt
de correspondent van do „Times"
is gunstig en het optimisme neemt
toe op grond van de berichten, dat
het transport en de proviaudeeriiig
van den vijand gebrekkig is, wat
blijkt uit brieven, die bij gevangen
genomen Duitschers gevonden zijn.
Die brieven zijn echter ook een merk
waardige bijdrage voor dc volhar
ding van den vijand. Dagen achtereen
hebben de soldaten op groenten ge
leefd; die zij uit het veld rukten en
rauw vers'onden. Een van re solda-'
ten vraagt: „Hoe lang zal die ellen
de aanhouden? Sedert de oorlog be
gon, hebben wij maar driemaal brood
gezien." A'le brieven bevestigen de
vreese'ijko verliezen ten volle, spre
ken van compagnieën van 2ö0 man,
die tot op 40 of 50 zijn geslonken en
maken opmerkingen over het uitblij
ven van versterkingen."
't FRANSCHE LEGER -MAN
DEN RECHTERVLEUGEL.
Omtrent de verrichtingen den
uitersten rechtervleugel van het
Fransche leger wordt weinig verno
men. Alle aandacht, is in beslag ge
nomen door de operaties van den lin
kervleugel der bondgenooten. Thans
echter bevat de „Times" een reeks
uitvoerige telegrammen van een cor
respondent.
Deze teekent eerst de verslagenheid
in Frankrijk veroorzaakt door de eer
ste tegenslagen, :t terugtrekken der
Fransche en Engeische troepen. Maur
toen kwam 't oprukken van de ver
honden legers en :t wijken van de
Duitschers.
„liet was het eerste werkelijke suc
ces in den oor'og. Voor het eerst be
gonnen de Fransehen het gevoel van
angst kwijt te raken, dat bij hen was
opgekomen sedert den terugtocht der
verbonden troepen aan de Belgische
In het. begin der negentiende eeuw
levert Francesco do Goya in zijn
„Verschrikkingen van den krijg"
(Desastros delta Guerra) een serie
felle prenten, die nu klassieke waarde
hebben, en die de verschrikking sug-
gereeren zooals die door een gevoelige
kunstenaarsziel ondergaan is. Na 1870
is het in België, onder anderen, Ilenri
de Groux, die analoog werk levert.
Alleen de Napoleontische dera hoeft
in Raffet en Charlet ware kunste
naars, die een verheerlijking dei
Grande Armée leveren en tegelijk
werken scheppen, die, als kunst-uiting
bezien, waardevol zijn. En dan nog....
hoeveel bitteren bijsmaak laten som-
migo dier voorstellingen bij den be
schouwer achter. Men denke maar
eens aan die gewonde Grenadiers van
Géricault 1
In het algemeen gesproken echter t
zijn de meeste oorlogs- en veldslag-
schilderingen van den nieuweron tijd
besteld maakwerk, met meer of min
der smaak en bekwaamheid uitge
voerd, doch zonder vermogen het
menschen-innerlijk te beroeren. Heeft
Pieneman's Slag bij Waterloo in het
Rijksmuseum u ooit ontroerd, u de
verschrikking van den krijg werkelijk
ooit doen voelen Neen immers.
We stonden gebluft voor de enorme
hoeveelheid arbeid, aan de reusachti
ge lap gespendeerd, en keken er naar
als naar een illustratie, die op meer
dan levensgroot gebracht was. Maar
de ontroering bleef uit. En datzelfde
geschiedt bij andere artisten die zich
naam a's veldslagsehilders mankten,
in dezelfde mate. Edouard DetaiHe,
ja zelfs Adolf Menzel interesseeren
ons in hun grootste composities het
minst. Wij zijn in zooverre vooruit
gegaan, dat wij bij liet genieten van
grens, na de slagen van Charleroi en
Bergen. Zelfs «ie officieren te Dyon
ondergingen den Invloed. Tot nu,
hoewel ze vol vertrouwen spraken
van een mogelijk succes, hadden ze
eigenlijk zich alleen bezig gehouden,
a'len gesproken over de wonderbare
volmaaktheid van de Dnitsche orga
nisatie. Dat was een nachtmerrie die
ze niet kwijt konden raken. Die was
nu plotseling verjaagd In een dag
was het duidelijk geworden dat
Frankrijk en Engeland even goed als
de vijand- hun organisatie hadden,
dat de strategie der verbondenen be
teekenis had. En een hoopvol toeken
vooral was de wijze waarop het goe
de nieuws werd opgenomen. Men
gedroeg zich beter dan menig En-
gelschman deed in gelijke omstandig
heden in vroeger dagen. Er was geen
uitgelaten rumoer, geen hysterische
opwinding, alleen een grootere vast
beslotenheid om tot het einde door
te gaan, een versterking van den na-
I,ionalen geest van eenheid en een
beter besef van de waarde en op
rechtheid van het verbond met En
geland en de uitnemende vechtquaü-
teïten onzer troepen."
Uit Belfast meldt de correspondent:
Eerst reden we vele mijlen over de
wijde vlakte ten oosten van Belfort,
die door «Ie dubbele linie der forten
wordt beheerscht Het bericht dat
Belfort aangeva'lon is (het heette
zelfs dat twee forten waren gevallen)
is geheel onjuist. Naar mijn mcening
zal. het zelfs nooit aangevallen wor
den, De stelling is veel sterker dan
die van Namen, dal geen andere be
scherming had dan de forten, en
zelfs Duïlsche roekeloosheid zal te
rugschrikken voor het reusachtige
verlies van menschenlevens, dat een
poging tot aanval met zich moet,
brengen,
En deze verdedigingswerken en de
bewakende troepen in en voor Bel
fort zijn niet de ecnige hinderpalen,
die overwonnen moeten worden voor
een weg door dc Vogezen naar Frank
rijk hier zal zijn gebaand. Daar zijn
nog de Fransche voorposten in
Duitschland zelf, ook die van Mon-
treaux Vieux.
Te Romagny. om te beginnen met
het dorpje dat het verst van de Fran
sche grens is gelegen, bevonden zich
op den dag van den aanval slechts
enkele dorpelingen en Duitsche on
derdanen d'ie toevlucht, zochten in
hun kelders. Er waven in het geheel
geen Fransche - soldalen. Niettemin
bombardeerden de Duitschers het
dorp hevig, van een afstand van
slechts 500 meter, en van huis na
huis waren er de door de projectielen
der veldkanonnen stukgeslagen da
ken, muren. Vooral de kerk was een
doel geweest en ik telde wel twaa'f
plaatsen waar deze was getroffen,
om niet te spreken van de honderden
merken van geweerkogels hier en in
andere gehouwen. Toen de naderende
strijdmacht voldoende had geschoten,
trok ze er binnen.
Te Montreux Vieux echter hadden
de Duitschers. toen zij het naderden,
met wat. anders Ie doen. Het werd
door Fransche soldaten verdedigd.
Eenigen. tijd lang werd het door ar
tillerievuur beschoten, dat in ve'e
huizen duchfiige schade aanrichtte.
Zij deden daarop een infanterie-aan-
val, waarbij zij tot, op een afstand
van 200 meter van hel station het ka
naal naderden, dat de grens van het
dorpje vormt. Verder kwamen ze
niet. Voor zij de brug over het kanaal
bereikten, snelde een sergeant, die
in het hruggenwachtershuisje de
wacht hield, toe en die haalde onder
het vijandelijk vuur koelbloedig de
brug omhoog.
Duo dappere daad maakte feitelijk
een eindè aan den aanvat De Duit
schers waagden het niet'het kanna'
over te trekken onder het hevig vuur
uit station en dorp op hen gericht en
ze trokken overhaast terug. Het
resultaat van den aanval was slechts
de beschadiging van verschillende
huizen, de verwonding van 10 man,
het sneuvelen van een jongen kapi
tein en drie man.
Ik zag hun graven, met de eenvou
dige houten kruizen, op het kleine
kerkhof. De Duitsche grond, waarin
ze rusten, is nu in Fransche han
den. En zal daarin we! blijven, denk
ik
De correspondent eindigt zijn uit
voerig verhaal met de beschrijving
van een k'einen verkenningstocht in
den E'zas, twintig mijlen van de
Fransche grens, een tocht die toonde
kunst niet meer met het iilustratief-
htleressante genoegen nemen, doch
een dieper gaand ontroerd-worden
eischen. En dat wel niet dloor do voor
stelling als zoodanig doch door de
wijze waarop de voorstelling, via den
kunstenaar, tot ons komt. Het kan
niet genoeg herhaald worden, dat
techniek der kunst véél is, ja zelfs
bijna onontbeerlijk geacht, moet wor
den, dloch dat techniek alléén wel be
wondering maar geen mede-voelen
(en dat is kunst genieten) kan te
weeg brengen,
Techniek. Hoe knap in dat opzicht
is bij.voorbeeld «ie Engeische. etser
E. S Lumsden, die in Holland veel
bewonderaars telt en over wien ik
dezer dagen in 't altijd nog frissche en
populaire tijdschrift ..The Studio"
een stukje las en veel prentjes bekeek.
I-Iet is de met prentkunst zeer ver-
trouwde heer Malcolm Salaman die
het schreef en het is natuurlijk in
een eenigssins feestelijken toastvorm
gehouden, Wat niet wegneemt dat hij
het, misschien zijns ondanks,
uitnemend karakteriseert het werk
van Lumsden,'als hij zegt: het zijn:
„pictorial impressions rendered with
delicate selective vision and magic of
etcher's art and printer's craft." In
derdaad, het is een, met een fijn ge
voel van keur-vermogen weergegeven
kijk op schilderachtige gegevens. De
tooverkunst van den etser en de vak
kennis van den drukker d'oen de rest.
Technisch volmaakt en bovendien a1-
lercharmantst van voorkomen is het
niets te verwonderen, dat die werkjes
gretig gekocht en bewonderd wor
den. Toch moeten ze een paar vee-
ren 'aten als wij ze niet ln toast-
stemming maar rustig kunstcritisch
gaan bekijken en vergelijken met an-
dat nergens Dnitsche troepen waren
in voldoend aantal om een aanval op
de Fransche troepen te wagen.
6-JeS bombardement van
Reims.
De „Daily Tel ©graph" heeft van.
haar correspondent een uitvoerig© be
schrijving, gedateerd Zondag, waar
aan onderstaand door d© Telegraaf
is ontleend:
Tegen twee uur naderden wij
Reims en van een klein© heuvel za
gen wij de stad liggen gehuld in
zwarte rookwolken, terwijl van liet
Oosten en Zuid-Oosten voortdurend
kanongebulder werd gehoord. Wij
troffen honderden mannen, vrouwen
en kinderen,, di© droevig hopeloos aan
den weg zaten, he; gezicht in de han
den verborgen.
„Wat is daar geschied?" vroegen
wij. Een oud© vrouw Jteek op en ant
woordde:
„O, mijnheer, sinds vanmorgen,
bombardeeren de Duitschers onze
stad. Onze woningen zijn verwoest
en wij kunnen er niet meer heen
gaan'.
Wij daalden nu den heuvel af- sla
ken een rivier over en traden de stad
binnen; het was het gedeelte, dat hot.
verat van do w uriin.ie verwijderd
lag en daar waren ook de meeste
inwoners bijeen, met den angst op
't. gelaat, ©n toch gaven zij er hun
voldoening over te kennen, dat de
Du i techérèi waren t eru ggtetrok ken.
De straten waren vol Fransche
troepen, infanten©, genie, wielrij
ders in groote massa., allen overdekt
met stof en modder en desniettemin
vol vertrouwen. Toen wij verder de
stad ingingen, vonden wij de straten
weer verlaten, alleen renden de ca
valeristen cr doorheen om orders te
brengen naar Tiet front en nog ver
derop gekomen zagen wiij d© ver
woestingen, die door de kanonnen
waren aangericht. Veel huizen lagen
in puin en van het huisraad was niet
veel meer over dan gebroken stuk
ken.
En de kathedraal?.,. D© zon nliet
meer getemperd door eeuwenoude
boogvensters, belicht vrijuit de ver
woesting daar aangericht en ook daar
omheen is geen huis do vernietiging
ontkomen; het plaveisel op het plein
is ii'iteengesdheurd en overdekt met.
stukken, staal, metselwerk, glas en
losse stoenen.
Recht tegenover de kathedraal
staat, gelijk bekend, het standbeeld
van Jean d'Arc. Men heeft haar een
driekleur in don uitgestrektcn arm
gegeven. De groote granaten hebben
alles om haar heen vernietigd, alleen
7.1 j en haar vlag zijn ongedeerd ge
bleven, maar de buik en de pooten
van haar paard zijn verbrokkeld,
liet hotel „Lion d'Or', dat op 't
plein stout, biedt een treurigen aan
blik door de verwoesting, die twee
bommen er hebben aangericht.
Een. oude man vertelde ons, dot er
in twee uur tijde meer dan 50 bom
men tegen de kalheoraa! geworpen
Waren. Maar dat d© oude, solide mu
i-en nog vrij wat tegenstand geboden
hodden, konden wij ook constats©ren,
zij stonden er nog, al was er veel
van liet buitenste sierwerk bescha
digd.-
„Mijnheer", zoo vertelde 01120 zegs
man, „wij hebben 125 Duitsche ge
wonden, in de kathedraal gebracht
en de Roode Kruis-vlag gehe&chen,
maar het hielp niet, het vuren hield
niet op".
W5j gingen nu de kathedraal bin
nen; het Oostelijk gedeelte was vrij
ongeschonden gebleven, alleen waren
verscheiden© ruiten stuk, en ofschoon
de venster® beschadigd waren, is dat
deel toch niet heelemaal onherstel
baar. In het midden, waar de groote
z-uilen somber majestueus verrijzen,
ligt het puin een duim dik, een oude
candelabra, di© eeuwenlang van een
stolen ketting van de hing, ligt .ver
brijzeld op de steenhoopen. Op deze
hoogte waren de vensters ook ver
brijzeld en het glas versplinterd. In
een anderen hoek zagen we de lijken
van gedoode gewonden, vreemd doen
de in hun sobere, grijze uniform te
gen den statig-sornlieren- achtergrond
van het eerbiedwaardig, half vernie
tigd bouwwerk; ook gedood© Fran
sche soldaten lagen daar nog en de
ge neesheer en van Reims bewogen
zich door het gebouw om nog te hel
pen, waar nog hulp te verleenen
viel.... en buiten donderden de ka
nonnen, Wij begaven ons weer naar
der werk. (Critiek is oordeelen, is
voor het grootste doel is vergelijken)
Want dan zien wij hoe de uiterlijke
Vaardigheid te veel domineert en hoe
deze bovendien een aangeleerde is
zonder veel eigen toevoeging. Lums
den b'ijkt dan uit de school van
Whistier, zonder als een Cameron of
een Penne'l een sterk uitgesproken
eigen karakter tc hebben.
Hij blijkt dan wel vaardig, handig,
knap enz. te wezen maar zijn keur-
vermogen blijkt sterker ontwikkeld
dan 7,ijn individueel vindingsvermo
gen. Ilij is dus noodzakelijkerwijze de
zwakkere van de zooeven genoemde
Engelse h-Am e r i kaansch e artisten.
Toch zijn zijn eigenschappen groot
genoeg om hem een succes te waar
borgen en hem bij de prenttiefheb-
ber.s geliefd te doen zijn. Lumsden
was niet altijd beeldend kunstenaar.
Evenals Méryon was hij oorspron
kelijk bij de Marina Eerst si mis 1908
ongeveer is hij den artisten-weg gaan
bewandelen, na in Reading onder
Fletcher- en in Parijs aan de Aka-
demie Julian gestudeerd te hebben.
In Parijs moet Meryon's prentwerk
wel invloed op hern gehad hebben; de
laatst© jaren is hij gaan "reizen en
bezocht hij vooral het Oosten: Japan,
Chitna, Korea en Voor-Indië. Salaman
vertelt ons, dat vooral de lectuur van
Rudyard Kipling's boek „From sea to
sea" hem naar Voor-Indiö gedreven
heeft. Als wij nu zijn etsen van Be
nares en de Ganges en de verdere
Voor-Indische sujetten zien lijkt het
niet buitengesloten, dat ook het werk
van onzen MariusBauer aan Lumsden
niet indruksloos voorbij gegaan is.
buiten. Do wegen waren opgebroken
en versperd door-barricaden van wa
gons. zakken en meubelen. Wij ont
moetten. den kolonel van een regi
ment, die ons mededeelde, dol, wij
onmogelijk verder konden gaan. Hij
vertelde, hoe de Duitschers gestadig
van dc Veste teruggedreven waren en
hoe zij voor het laatste wanhopig
stand hielden. Het gevecht was
thans rtcchts een hev;g artillerie-duel
tusschen de Duitsche houwitsers en
«te Franecli© kanonnen. Toen de Fran
selie nrliileri© zeer aggressief begon,
op te treden, atwoordden de Duit-
schors door dc kathedraal te beschie
ten en terwijl wij daar stónd-én.
barstten drie nieuwe granaten dicht
bij los.
Wij keerden daarna naar de kathe
draal terug, waar wij onze auto had
den achtergelaten. Het plein was ge
heel verlaten. Een groote plas bloed
laz op de treden van den hoofdin
gang van die kathedraal. Onze auto
was verdwenen ©n wij zochten den
wagen door alle straten. Eindelijk
vonden wij haar even buiten de'stad:
do chauffeur was half krankzinnig
van angst. Een granaat was in zijn
onmiddellijk© nabijheid gesprongen.
Niets kon hient meer besvegen naar
de stad terug te kceren. Zoo keerden
w ij le voet terug, om tc trachten er
gon® onderdak te krijgen voor den
nacht, Het begon donker te worden,
doch dis kanonnen donderden met
meer geweld dan ooit tevoren.
Plotseling verscheen een Duitsche
vliegmachine boven do stad. Zij vloog
zeer hoog en da Fransche soldaten
deden zelfs geen poging cm haar te
beschieten. Na eenig© cirkels boven
de kathedraal te hebben beschreven,
verdween hei toestel weer naar de
Duitschi© linies.
Bij het station vonden wij een ho
tel, waar wij ons spoedig ter ruste
begaven, terwijl het bombardement
met groote hevigheid voortduurde.
DK KATHEDRAAL NIET GEHEEL
VERWOEST.
Do correspondent, van de Evening
News en Daily Mad, heeft Dinsdag
een tweede bezoek aan Reims ge
bracht. Vele van de sclioone beelden,
welke den westelijken gevel versie
ren, zijn hoofdeloos. De klokketoren
is ingevallen en do klokken zijn ver
smolten. Het is echter voornamelijk
het schip, dat geleden heeft, en lier-
stel van het grootste gedeelte der be
schadigde partijen schijnt mogelijk.
DE SCHULD VOOR HET BOMBAR-
DEMENT OP REIMS.
Officieel wordt uit het Duitsche
groote hoofdkwartier gemeld
De Fransche regeenng beweerde, dat
do beschieting der kathedraal van
Reims geen miklaire noodzakelijk-
beid zou zijn geweest. Daartegenover
zij het volgende opgemerktNadat dc
Franschen de stad Reims door sterke
verschansingen tot het hoofdstand,
puin van hun verdediging hadden ge
maakt, dwongen zij zelfs ons tot den
aanval op de stad met all© middelen.
De kathedraal zou op last van het
Duitsche leger commando gespaard
worden, zoolang de vijand haar niet
tot zijn voordeel gebruikte.
Van 20 September af werd op de
kathedraal de witte vlag geheschen
en door ons geëerbiedigd. Niettemin
konden wij op den toren een obser
vatiepost waarnemen, die de goed©
uitwerking der vijandelijk© artillerie
tegen onze aanvallende infanterie
verklaarde. Het was noodig dezen
post te verwijderen. Dit geschiedde
door shrnpnel-vuur uit de veldartille
rie. I-Iet vuren door de zware artille
rie werd ook thans nog niet toegela
ten en het schieten gestaakt toen d©
post was verwijderd.
Naar wij kunnen waarnemen zijn
de torens en de buitenbouw der ka
thedraal niet verwoest. De dakstoel is
in vlammen opgegaan. De aanvallen
de troepen zijn slechts zoover gegaan
als zij beslist gaan moesten. De ver
antwoordelijkheid rust op den vijand,
di© het eerwaardig bouw wérk onder
dekking van de witte vlag trachtte
te misbruiken.
De opperbevelhebber, van do bij
Reims strijdend© Duitsche troepen
meldt aan het oppercommando van
het leger nog het vólgende: „Nader is
gebleken, dat op de Kathedraal van
Reims ook een schot uit een mortier
is gelost. Dat was echter noodig,
daar het niet mogelijk was met het
In d© verdceling van zijn blad echter
houdt hij de WhïsUer'sche traditie,
veel wit, weinig werk in den voor
grond, do eigenlijke voorstelling dia
gonaal afsnijden, vast. Waar hij zijn
kader geheel voelt doet hij aan een
anderen tijdgenoot denken, die ook
i tegenwoordig zeer geliefd is, den
Franschman A. Brouet. Zij behooren
tot een groep artisten, die allen hoogst
waardeerbare eigenschappen hebben,
waarvan de meeste echter aan den
buitenkant van hot werk liggen en dio
misschien juist daarom bij het
groote publiek het gemakkelijkst in
slaan en waardeering vinden.
Men behoeft deze kunst-soort vol
strekt niet te kleineeren als men in
ziet dat hot niet het belangrijkste is
wat daarmee gepresteerd wovdt.
Doch hel kunnen onderkennen, op
prijs stollen en daardoor er van go-
nieten van kunstwerken is niet -iets
wat iede'reen zoo maar aanwaait, al
denken velen dit vaak. Al is de een
er vlugger voor gedisponeerd dan de
ander, het wil geleerd zijn.
Nu er misschien dezen winter wat
minder concerten en tooneelvoorstel-
lingen gegeven of bezocht zullen kun
nen worden vindt men misschien eer
der lust en tijd, zich aan die afdee-
ling der zelfopvoeding to geven. ITet
zal geen solui doen en men zal ér geen
spijt van hebben.
J. II. DE BOIS-
14 Sopt, 1014.