RUBRIEK VOOR ONZE JEUGD BIJ DEN PROFESSOR. (Een specialiteit). Ik kon het niet langer uithouden hot v as om je de vetzucht op den hals te halen, dat eeuwige ..Neen maar, wat z:o jij or goed uit I Eeri toonbeeld van gezondheid I" Maar al te dikwijls bereidde oen goed vriend mij de ergernis, met een leuk gezicht mij te vragen of ik geen last had win mijn buikje Vooral in den zomer be stond er misschien eenige aanleiding tot die schimpscheuten. Ik was besloten, een bekend profes sor te consultceren, een specialiteit in de behandeling van zwaarlijvigon van allerlei aard. Menige rijkaard, die"te vergeefs Mariènbad bezocht had, \ond bij hem verlossing van een kwellende overmaat van lichaamsgewicht. Ik was wel aan liet rechte adres! In Ju ni meldde ik mij aan en ontving een nummer, waaruit ik mocht afleiden, dat ik 322 voorgangers had. Het was op een Zaterdag; ik kwam dus over een week nog eens terug, maar ©r waren nog 183 lijders aan corpulen tie le behandelen. Tien dagen later werd ik eindelijk toegelaten. Pr ifessor bewoont de geheele derde étage van een In het gezondste ge deelte der Europeesch vermaarde bad plaats gelegen huis de trappen zijn hoog. Toen ik hijgend boven kwam trof fen doffe bijlslagen mijn oor; terwijl uit het salon iinks het rhythmisch monotoon geluid van In de maat be- wog-n dorschvlegels verneembaar werd Een gegalonneerde bediende zag met tergende onverschilligheid toe. hoe ik me afmatte om mijn over jas uit te krijgen het is hem verbo den. de patiënten te helpen. Dit be hoort ook al bij de kuur, evenals de verheven situatie van professor's ver blijf. Eensklaps verstomde het gekletter der dorsohvlegels en een troepje da- mos en hoeren, met hun werktuig over den schouder, marcheerde on der vroolijk gezang over den corridor Ik bemerkte onder hen vertegenwoor digsters en vertegenwoordigers van den hoogen adel en de financieele wereld. Mevrouw de baronesse L dieindeopcia voor haax persoon een abonnement voor twee plaat sen nam, was ongeveer tot 2/3 van haar imposanten omvang geredu ceerd. Zij beslqpt den zcldzamen op tocht ik zou haar niet hebben her kend. Weder opende zich' een deur en de professor werd zichtbaarik trad binnen en zag juist nog hoe de Com- merrienrath F. de hemdsmouwen over de vette armen trok en een bijl, zoo als de houthakkers gebruiken, op ta fel legde. Hij baadde in rijn rweet. Toen hij zijn toilet in orde had ge bracht, nam hij afscheid van profes sor, die hem nog nariep Apropos, hebt ge uw 1000 blokjes naar hehooren opgestapeld De bankier verklaarde plechtig, dat hij bet gedaan had. Wij waren alleen. Professor wierp een onderzoeken den blik op mijne gestalte daarna verzocht hij me, plaa'ts te nemen op oen hoop beukenhout, voor brandstof geschikt hij zelf ging op een hakblok zitten. Deze onbarmhartige voorvechter van het verhardingssysteem had ieder medegevoel verloren ik stond folteringen uit op die geïmproviseerde zitplaats en grijnsde hem aan. In dezen schrikkelijken toestand op de kleine houtmijt, die onrustbarend begon te verschutven bij iedere onbe dachtzame poging om, door een an dere houding, de marteling te ver- zaohten, werd het gesprek gevoerd. Ik bekende den beroemden specialist, die onder hoogé glazen stolpen oVér'a! gips-nfgic-lsels van phenornenale zwaarlijvigen had staan, dat ik door een (e goed leventje en zorgeloosheid minderwaardig geworden was en alle hoop op bevrijding van mijn embon point opgegeven had. Ik verzweeg hem geene, ook niet de geringste, om standigheid zelfs niet het in de fa milie-traditie voortlevende feit, dat grootvader van moederszij de uien niet verdragen kon look, ajuin wordt hier bedoeld, geen aardigheden van twijfelachtig allooi en zelfs dit detail meende ik bij de bespreking van mijn afkomst niet onvermeld te mogen laten. De professor hoorde opmerkzaam anderhalf uur mij aan. Eindelijk hief hij zich van het hakblok op en zeide: Gij zijt heden de drie-en-dertigste, die mot dezelfde bezwaren en onge makken tot mij komt. Maar houd moed, gij zoudt niet de eerste zijn, diea ik door doeltreffende behande ling radicaal genezen heb; o-.er drie maanden kunt ge uw ribben tellen- Een bi jmoedig „Hoezee ontsnap te mij. Wij zullen met de scheepvaart beginnen in liet Kanaal ligt een zwaargcladen platboomd vaartuig, dat gij lot aan de sluts moet boomen de zware vaarboom is expresse lijk voor ons doel gemaakt ah, daar be denk ik, dat al vier patiënten u voor zijn. Misschien ook beter, met u beel systematisch te werk te gaan en lang zamerhand van geschikt huiswerk tot bandlangersdiensten bij bouwwerken ontladen van schepen of wel ia fa brieken over te gaan Hier heeft uecn lijstje met vijftien adressen bij die families verzoek ik u morgen vroeg de kleeren uit te slaan en te reinigen het best is, om zes uur 'e morgens u op weg te begeven. Ik moet er uit drukkelijk op staan, dat u te voet gaat em onder geen voorwendsel ge bruik maakt van versnelde middelen van vervoer desverkiezonde kan u de trambaan volgen rneer dan een paliéut heeft mij verzekerd, dat dit althans eenige verlichting gaf. Ik meende, dat ik door den vloer zou zinken, toen ik dit hoorde En dan, neem u zorgvuldig in acht, niet weer in uw oude gewoonten te vervallen en te drinken, telkens als ge dorst heb. Ik heb er niets tegen, dat ge nu en dan den duim in "den mond neemt, maar sterke en andere dranken zijn contrabande alleen een kopje slappe thee bij het ontbijt naaf loop van het morgenwerk. Het is vijf uur de dikke baronesse, die de 1000 brïquetten van boven naar beneden I« den kelder dragen moet, wacht mij, Adieu, doe stipt wat ik u voorgeschre ven heb. Ik sprong van mijn sofa op en vluchtte weg met achterlating van mijn paletot en regenscherm. Toen ik, volgens mijn gewoonte, den volgen den dag bjj den slager om den hoek mij wegen liet, had ik achttien pond verloren alleen door den moreelen invloed van dit consult Een waar genie Is die professor. Maar ender zijne behandeling sta de ik mij niet. ZIJN STANDPUNT. Professor. Welke geneeswijzen kent gij Student. De allopathie, de ho- moeopathie en Professor (naar een glas water wij- zendel. Nu. er. Student De antipathie. Raadsels RAADSELS. (Deze raadsels zijn alle inge zonden door jongens en meis jes, die „Voor Onze Jeugd" lezen. De namen -der kin de ren, die mij vóór Donderdag morgen goede oplossingen zenden, worden in het vol gend nummer bekend ge maakt). IEDERE MAAND WORDT ONDER DE BESTE OPLOSSERS EEN BOEK IN PRACHTBAND VERLOOT. Hierbij wordt gelet op den leeftijd b verband met liet aantal oplossin gen en op de netheid van het werk. I. (Ingezonden door Tonny Uylen- burg). Ik ben een plaats in Friesland, be slaande uit drie lettergrepen. Veran der mijn laatste lettergreep en ik ben een plaats op Java. 2 (Ingezonden door Theeroosje). .Walk spreekwoord leest ge hieruit Heee&eeeettzijnnnnniiaaalllkksssod Étggn-.r. 3 (Ingezonden door Lien Gautier). Ik ben een jongensnaam, verander mijn eerste letter en ik ben onmisbaar voor. een bioscoop. 4. (Ingezonden door Dirkje den Hollander). Ik ben een plaatsje in Overijsel, zet achter mij een medeklinker en ik ben een stad in Noord-llolland. 5. (Ingezonden door Corrie Mooy). Ik ben een vogel van twee letter grepen. Mijn late dient tot schuil plaats voor mijn 2de en ook voor mijn geheel. Wie ben ik 0. (Ingezonden door 'i'ruus van Bil derbeek). La, de, even, lijk, in, wel, ma. ein de.. scha, keer. Beschouw deze tien woorden als 10 lettergrepen, waarvan ge vijf woor den moet maken. Deze woorden moe ten zóó onder elkaar geplaatst kunnen worden, dat do beginletters een meis jesnaam en de eindletters een jon gensnaam vormen. T. (Ingezonden door Coba van der Gevel). Iets dat heel mooi kan zijn cn een lichaamsdeel vormen een plaats, waar vele heeren hunne werkzaamheden verrichten. 8. (Ingezonden door Aiida Ie Febre). Ik ben een stad in Zuid-Amerika. Verander mijn eerato letter en ik ben con meisjesnaam. 0. (Ingezonden door Cornells van dor Linden). Ik ben een meisjesnaam, zet er twee letters voor on ik ben een we relddeel. 10. (Ingezonden door Annie Lam). .Mijn geheel is in iedere plaats on- ontbaar en telt 9 letters. 1 7 8 9 is een verscheurend dier. 0 3 4 dient om koren te zuiveren. In een 2 7 4 zet men kuikens. 5 7 4 is een boom. II. (Ingezonden door Jan v. Zon). Ik ben een rivier in Afrika, veran der mijn tweede letter en ik woon in 'Afrika. 12. (Ingezonden door Marie van Behagen). Men vindt mij in stad en dorp. Zon der kop en staart bon ik een vaar tuig. Raadseloplossingen De oplossingen der raadsels van de j»orige week zijn 1. Haast u langzaam. 2. Leusden Heustlen. 3. Fluessen-meer, neus, leer, mee, Fer. 4. Oefening staalt spieren. Ring, roer, staal, neger, tol, spar, egel, nest. 5. Renkum. Item, nek, rek, urn. 6. Als elke borrel een steen was, kon menig man zijn eigen huis bouwen. 7 Room. 8. Kotta-radja. Ar, ark, taart, Jo, Ada. P. York New-York. 10. Arbeider. Bed. arL bier. beer. -la rat. Ballarat. Goede oplossingen deze week on* vangen van Jopie de B. 8 Dora van der Eist 10. Liesje Weijers 10. Jan Rozenhart 11. Johanna Francken 9. A. Francken 9. Marie van Sc hogen 6. Trijntje Tromp 7. Lena Koelevold 9. Christina Bocsmans 9. H van Viegen 9. E. van Viegen 9. Johanna Kramer 9. W. en J. Overmeer 9. Dirkje den Hollander 9. M. en P. van Amstel 9. Christina van der Weiden 6. Truus van der Weiden 6. Truus van Bilderbeek 8. Dora Mulder 8. Jan van Zon 12. Corrie Mooy 10. Eef Companjen 10. C. van der Linden 12. J. van Zijtvcld 10. S. Veenhof S. A. Yeenhof 8. F. C. 10. Sneeuwklokje 8. An me Lam 11. Corrie Larn 11. Lien Gautier 9. F. Waage 12. Jasmijn 10 Madeliefje 11. Bosehvioolf je 11. Jacob Ba&y 11. Duinviooltje 11. J. Derlagen 8. C. Willemsen G. Sjaontje Vernimmcn 7. Coba v. d. Gevel 5. STRIKVRAGEN. 1. (Ingezonden door Marie van Schagen). Ik breng vo l leed, keer mij om en ik blijf dezelfde. 2. Ge vindt mij tweemaal in een uur, Maar nooit in honderd jaar. Ik vraag u, wie ik wezen kan, Wie heeft het antwoord klaar? 3. (Ingezonden door Christina van der Weiden) Ig een kerk stonden acht kaarsen, de koster blies er twee uit. Hoeveel bleven er over? 4. Wie kan maaien zonder zaaien 5. (Ingezonden door Theeroosje). Mijn moeder is slap. maar ik ben 6tijf, Gelijk kristal is heel mijn lijf, En wanneer ik eens ga verloren, Dan wordt mijn moeder opnieuw herboren. 6. (Ingezonden door Ferdinand Waage). Welke glazen kan men het best vullen 7. (Ingezonden door Christina Boes mans). Welk voorwerp kan men zonder na deel omkeeren 8. (Ingezonden door Klaproos). k Kw am bij een dijkje, 'k kwam bij een dammetje, 'k kwam een roodbont hondje tegen. Den naam van het hondje ben ik vergeten, 'k heb hem driemaal genoemd en w ie zal het we ten? 9. (Ingezonden door Jacob Baay), Wie geeft ons gewillig, wat zij van een ander loenen moet 10. Wij zijn broeders, maar gelijken in het minst niet op elkander. Mijn broeder is helder en vroolijk ik ben somber en zie er donker uit. Wij wo nen niet bij elkaarals mijn broeder komt, ga ik heen toch zijn wij door eeuwige banden aan elkaar verbon den. Hij loopt mij en ik loop hem na. BEGRAVEN DIEREN. De antwoorden der begraven dieren van de vorige week zijn 1. Kat. 2. Hond. 3. Leeuw, 4. Vink. 5. Eend,, C. Blei. 7. Zalrn. 8 SchoL 9. Eift. IQ. Lam, Goeie antwoorden deze week ont vangen van Dora van der Eist 10. Jople de B. 10. Christina lloesmahs 10. Len i Koele veld 10. Trijntje Tromp 10. Marie van Schagen 10. l< A Francken 10. Ji Francken 10. Jan Rozenhart 10 Liesje Weyors 10. Sneeuwklokje 10. W. en J. Overmeer 9. Johanna Kramer 10. E. van Viegen 9. H. van Viegen 9. M. en P. van Amstel 10. Dirkje den Hollander 10. Truus van Bilderbeek 10. Christina van der Weiden 10. Truus van der Weiden 10. J. vaa Zijtvcld 10. C. van der Linden 10. Eef Companjen 10. Corrie Mooy 10. J. van Zon 10. Dora Mulder 10. TA. Veenhof 10. S. eenhof 10. Boschviooltje 10. Madeliefje 10. Jasmijn 10. Lien Gautier 10. B. en J. Hobo 10. Corrie Lam 10. Annie Lam 10. F. C. 10. C. Willemsen 10. J. Derlagen 10. S. Vernimmen 10. Coba v. d. Gevel 10. Hoe ik mijne vacantle heb doorgebracht. Door Lena Boelens, oud 16 jaar. (Slot), Het ongeval was bulten verwach ting goed afgelocpen. Mijn krachtig geste! was spoedig weer in orde. Dank zij de zorgvuldige verpleging, die ik bij Rolf's oudera had genoten. En nu begon ik werkelijk naar huis te verlangen. „Wat zal Grootje ge schrokken zijn en wat zal Oom Kees gezegd hebben, toen zij ihet geval ver namen." Dit hield mijn geest bezig, toen ik te Amsterdam uit den trein stapte, vanwaar Oom Kees mij tege moet zou komen. „American-Hotel 1"- „Hotel de 1' Europe 1" „Amstel-flotel 1" Het klonk alles hoog en laag door de vestibule van het Centraal-Station. Verreweg de meeste reizigers stoorden zich er met aan en liepen met zekere onverschilligheid de portiers voorbij, hetgeen bij deze laatsten volstrekt geen ergernis w ekte, want het bewust zijn, dat ze de bevoorrechten dezer aarde tot hun meesters hadden, deed ook hen een zekere voorname onver schilligheid aannemen. Maar als er één was, die weinig notitie van hen nam, dan was ik het. Zenuwachtig gejaagd liep ik het per ron af, gaf den oontroleur mijn kaartje en hop in vliegende vaart een der portiers tegen het lijf. „A ...amstel", klonk het hortend uit diens mond, tengevolge a an de woeste botsing, terwijl het woord „hotel" door een verwensching aan mijn adres vervangen werd. Doch wat maalde ik daarom, want in de verte zag ik Oom Kees al reikhalzend naar mij uitzien. „Hallo, Reinier, je bent er niet dik ker op geworden. Ik had gedacht, dal we eerst een rijtuig moesten nemen en dan ergens gaan koffie drinken, want liet is lüer niet zoo gezellig." „Heel graag, oom", antwoordde ik. Toen we in het rijtuig zaten, koek oom mij even glimlachend aan, en toen onze blikken elkander ontmoet ten, barstte hij los „Reinier, jongen, ik moet zeggen, je hebt je krarng gehouden. Ik ben tot de ontdekking gekomen, dat ik me in je vergist heb. Je gelijkt sprekend op je moeder en ik dacht dat je haar zacht karakter ook had. Maar voor eem jongen zie ik je liever zoo, net als je vader. Vroeger dacht ik militaire arts worden is niets voor don jongen, en ik vreesde, dat je te eönigor tijd op je voornemen terug zoudt komen, maar nu zeg ik er zit pit in den jon gen, en het wordt een kranige mili taire arts." Toen we tegen den avond bij Groot je aankwamen, kon ze haast niets zeggen van de tranen, die haar in de keel kwamen, dat ze me weerzag. „Niet huilen, moeder 1" r:ep Oom Kees. ,..le moest blij zijn, dat je zoo'n jongen hebt 't Is immers goed afge- Ioopen Grootje's teedere zorgen hadden me weldra geheel opgeknapt en toen ik eenige weken later klaar stond om naar Leiden te vertrekken, waar ik mijn studies zou maken, zei ze „Die vacantia is niet prettig voor je geweest, hè, jongen?" „Toch wel, Grootmoe", antwoordde ik, „want ik ben ten eerste tien per cent gestegen in de achting van Oom Kees cn ten tweede heb ik liet blijde bewustzijn, een goede daad te hebben verricht." „Bravo 1" riep Oom Kees, die onder de loalste woorden was binnengeko men. „Zoo mag ik hét'hooren. Leve de miliioire arts 1" Zoo eindigde mijn vacantia. Brievenbus ((Brieven aan de Redactie Van de Kinder-afdeeling moeten gezonden worden aan Me vrouw Blomberg—Zeeman, Bloemhofstraat 5, Haarlem. In de bus gooien, zonder aanschellen). C. WILLEMSEN, JO WEIJERS en JO en GER VAN KUIJK. Het spijt me, dat jullie de vorige week te laat wa ren. Daar do post wat ongeregeld raat, kan het best wezen, dat Caspar en Jo en Ger op tijd hun brieven ver zonden hebben. Denk er nu aan met de nieuwe maand,, diat jo een dagje eerder je inzending verstuurt. De co- pao gaat Donderdags vóór 12 uur naar den drukker, dus wat na dien tijd komt, kan niet meer geplaatst worden. JOPIE DE B. Ja, Jopie je moogt meedoen! HENK VAN N. OoE jij bent wel kom 1 DORA VAN DER E. Je raadsed is goed. LIESJE Wv Je bent nu al hee lemaal ingeburgerd liè? Die juffrouw op school lijkt me een grappenmaak- ster. Maar jij moet maar denken: „Klein maar dapper!" Dora had ze ker geen tijd voor een briefje. Nu, die moet ook een heeleboel leerc-n, hè. Er is nog een meisje aan do Rubriek ge komen, dat bij jou op school gaat. Raad eens wie? WILLEM en JOH AN O. - Nu, die Willem kan wel 1 eeraar in het schoon schrijven worden. Ik vind het een heel aardig idee om zel'f eon atlas van Nederland te maken voor den wed strijd. Daar zal heusch een jongen of meisje heel gelukkig rneo zijn. En wat maakt Johan? Of doen jullie het sa men? JAN R. Die padvindertjes heb ban het in deze dagen heel druk hè. Heb je ook al boodschappen moeten doen voor de arme vluchtelingen? Ik ben heel verlangend naar je poppe- kamer. Het is voor een ziek meisje om er heelemaal beter van te wor den. JOHANNA' F. «-= Je naam stond weer niet onder je werk, jonge dame. Je raadsels ziijn goed.. AAFJE F. Het deed me genoegen, dat liet boek zoo naar je zin v Heeft Jo liet ook al gelezen? TRIJNTJE T« Je raadsel Is goed. LENA K. Ja, ik begrijp best, dat je niet zoo dadelijk Ite^luitw kunt De keuze is zoo groot, hè? Pas nu maar op met kouvatton, want je hebt in dezen tijd vaak meer hoestende menschen, dan in het hartje van den winter. CHRISTINA B. Die moeder van jou kan zeker goed grapjes maken. Ik wil wel oude prentenboeken hebben voor den wedstrijd, maar dian moe ten ze er heel netjes uitzien. Geen scheuren en geen vlekken. Dus Je zult den lijmpot en een gom-elastiekje er bjj moeten gebruiken. Misschien is een nieuw, frisch kaftje ook niet over bodig. JOHANNA K. Wat heerlijk, dat broer vooruitgaat. Ik hoop maar, dat het zoo voort mag gaan. Doe jij ook rnaar je best om flink te eten, zoodat je spoedig weer de oude Jo wordt Broer vindt liet zeker wel ge zellig, dat je thuis bent. Ik hoop, dat het gauw een zonnige dag is, dan leun je je eens laten koesteren. Wat zal dat een feest zijn, als Corrie en Trijn tje weer in liuïs mogen komen! Het briefje staal nu zeker nog aan de deur hè? ELIZABETH v. V. Dus ben jij al voor den wedstrijd aan het werk? Wat maak je? Je raadsels zijn goed. Wut ga jij netjes schrijven. Zeggen ze dat op school ook niet? HENDER IN A v. V. Je raadsels zijn goed. MIENTJE en PAÜLIEN'TJE VAN A. Nu, heb ik geen gelijk gehad, dat 10 dagen gauw om zijnl Wat aar dig die verzameling briefkaarten en leerzaam ook. Leer je al aardrijks kunde? Dan kunnen ze uitstekend te pas komen. DIRKJE DEN H_ Ja. hoor. *t Is heerlijk, dat Moeder beter is. Als moeder niet over huis is, dan is alles maar half zoo gezellig hè? Leer jij ir goed, 't kan je altijd te pas ko men. Nu ben ik benieuwd naar je vol genden brief, want dan heb je na tuurlijk veel to vertellen over het Belgische huisgenootje. CHRISTINA v. d. W. Bij je eer ste raadsel heb je de oplossing ver geten. Dus die krijg ik zeker nog. Het, andere was goed. Als je zelf geen pop hebt, dan is het minder eigen aardig poppekleertjes te maken. Dan zou ik liever wat anders bedenken. Misschien kun je van een mandje of een doos een wiegje maken en dat aardig bekleed en cn voorzien van 'iegoed. Denk er maar eens over na 1 T. v. B. Wat je doet zijn toch ai weer nuttige zaken. Dus je hebt je in ieder geval nog wel verdienstelijk ge maakt De oplossing van dat raadsel oveir medelijden is goed. Je uitnoodi- ging neem ik aan, doch vooreerst niet, daar ik het heel druk heb. Je raadsels zijn goed. I JAN VAN ZIJ. Nu weet je zeker al, wat je maken zult, hè? EEF C. 't Doet me genoegen, (lat de wedstrijd zoo naar je zin is. 't Lijkt me echt knus. dat jullie er samen voor werken. Mag ik weten, wat het wordt? C. M. Je raadsel-s zijn heel aar dig. Maar wie heeft jou geleerd „er" een voegwoord te noemen? JAN VAN Zo. - Zeg, ik weet wel een heeleboel werkje» voor jongens. .■Vis je timmeren kunt, kan je een pop- pekomer maken of een ledikant je, of een stal, of een winkel of wat meu beltjes of een strijkplankje. Kan je met timmeren dan kan je misschien een Jan Klaassen-spel maken. Van een cartonnen doos maak je een tooneck Uit een oud prentenboek knip je pop petjes, waarachter je bordpapier pakt om ze wat stevig te maken. Dan plaats je ze op een stokje. Schrijf me eens of dat iets voor jou is? En an ders kom je maar eens bij me. DORA M. Hoe is liet met de proef van Azië afgeiloopen? En is de lioofd pijn niet meer teruggekomen? Je wat nog prachtig op tijd hoor, S. V. Zijn jullie tot eene keuze gekomen? Dat hoor lk zeker wel de volgende w eek. F. C. Je raadsel is goed. 't Is niet noodig, dat je de opgave sun hól raadsel instuurt, ik ben met de oplos sing tevreden. B. en J. H. Het doet me genoe gen^ dat jullie zoo'n zin in den wed strijd hebben. Ik heb nu nog van geen enkel kind gehoord: wat is dat een moeilijke wedstrijd. Dat bewijst mij, dat ik heel wat vriendjes en vriendin netjes bezit, die wat willen doen voor anderen. En dot vind ik een heerlij ,ke gedachte» LIEN G. Dat wegje, dat jij ma bijschrijft, zal ik vast eens gaan ver kennen Volgens je aanduiding is het op de Kerkban. Heb ik dat goed Ihv grepen? Zeg, wat zal jij éen klein bleekneusje blij maken met een pop, die door je zelf is aangekleed, .ie raadsel is goed, JAN VAN T. Je moogt meedoen, maar lees eens goed. waar mijn adres is. Je ingezonden raadsel is goed. FERDINAND \V. Jammer, dat je broer nu zoo'n eind weg is. Maar ge lukkig. dat h-ij zulke goede menschen in dat plaatsje beeft ontmoet We moeten nog maar heel dankbaar we zen, dat we lol nog toe vrije, onaf hankelijke Nederlanders zijn. Vind je ook niet? Je ingezonden raadsel is goed, hoewel ik je verzoek voortaan ook de oplossing van het geheel te vermelden, 't Is nu zoo'n uitzoeken voor me. J. D. Wat ëclieelt er aan? Een beetje de kou te pakken? Ik hoop als jo dit leest, dat de oude lust is terug gekeerd en anders van harte beter schap. JASMIJN, Ja, ik lieb er al meer van gehoord dat ze in Amerika oris btjzoDder beklagen. En dat is geluk kig nog niet noodig, hè? Misschien heb je nog wel een pop, waar je niet meer naar omkijkt en die in een nieuw pakje gestoken toch nog een heel aardig cadeautje is. MADELIEFJE. Waar heb jij het zoo druk moe? Jou inzending kan heel snoezig worden. Uit. een kartonnen doos kan een aardig bedje getooverd worden. Als een mensch iets graag wil, dan wordt hij van zelf vinding rijk. Geloof je ook niet? BOSCHVIOOLTJE. Weet je wat ik geloof, dat jij net als Jaap graag met zoon equipage naar huis wou rijden. Wat doe je alzoo Donderdags avonds? Toch zeker weer andere handwerken maken, dan op school, hè? DUINVIOOLTJE. Je voorstel vind ik zeer prectisch. En als je zelf een warm flanelletje of borstrokje of kieltje voor een jongen of meisje kunt fabriceeren, zul je daar zeker een goed werk mee doen. Neen, ik ben niet op het perron ge weest om de vluchtelingen te zien. Ik dacht zoo: ..als wij eens moesten vluchten en daar in een plaats ont vangen werden, waar de bevolking onze ellende stond aan te gapen als eene curiositeit, hoe zouden wij dat inden?" Ik vind het flink, dat, jc mat je drietje® je aan het Steun comité hebt aangemeld. Het bloemkransje wil zoodoende een bloenipje strooien op een eenzaam pad. Een opstel over den Herfst, hoeft niet taai te zijn- Loop nu eens een uur door Bkemen- danl en schrijf dan je indrukken op cn vertol mij later dan eens. of dut taai was? JACOB B. Die neuzen en kelen beschrijven tegenwoordig wat Ala het al zoo c-rg is, dat je altijd mot open mond moet luisteren, dan liet ik dat gevalletje er maar gauw uit halen. Ik denk, dat je na dien tijd eens zoo goed teert. Wat overcom pleet is, is ook al weer niet goed, hè? SJAANTJE V. Ik was blij weer wat van jullie te hooren. Wat heer lijk, dat je zoon flinke, gezonde meid bent geworden. Zorg nu maar, dat je wangen dik en rood blijven- Is Moe nu weer heelemaal beter? En heeft Bernard het erg druk? Wat heb je voor den wedstrijd bedacht? Tot de volgende week, hè? COBA v. d. G. Neen, ik heb den brand nog met gezien. Maar dat was een angstige nacht voor jullie, t Zal wel een prachtig gezicht zijn ge weest. Ben je nu heelemaal beter en heb je geen kou gevat met het nach telijk avontuur? Je raadsel is goed. Mevr. BLOMBERG-ZEEMAN. 10 October 1914.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1914 | | pagina 13