BUBLAD VAN HAARLEM'S DAGBLAD DE BOOSDOENERS. lie J&irgftng ZA.THHDAG 17 OCTOBER 1«U; N« 9668 DE ZATERDAGAVOND MAASSIM MOKAO «oar fi.20 Pili 8 MAANDEN CP 10 CENT PER WEEK, APMTCSI KAÏÏH OROOTE HOUTSTRAAT SS. DRUKKERIJ ZU1DER BCrTEHSPAARSB 6. IN HAARLEM'S DASBLAO ZUN AOVESrmimi DO£LYRESF£Nü. ONZE A1S60NOE3 WCSCcTJ CPGSMETSt*- tiaarlemsche Handelsvereeniging Goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van 12 Nov. 1892 No. 29 en gewij zigd bij KouinkL besluit van 21 Mei 1897 No. 58 en van 13 Juli 1909, No. 52. Bureau; Jansweg 11, geopend alle werkdagen van 9—5 uur. Telephoon No. 403. Op 10 Mei 1892 werd bovengenoem de Vereeniging hier ter stede opge richt met het doel de belangen der le den op allerlei gebied te behartigen, doch allereerst de belangen hunner handal of bedrijf te bevorderen en wel speciaal door het verstrekken van üxfermatiën en het incassee'ren van dubieuse vorderingen. Voor posten welke men de vereeni ging ter invordering in handen stelt op buiten de stad woonachtige per sonen moet 10 ct. porto worden taald, terwijl van alle vorderingen door de vereeniging geïnd 3 pet. pro visie wordt geheven. In Januari en Februari 1914 zijn vorderingen tot een bedrag van i 1203.81 betaald; 32 vorderingen v den afbetaald, 17 vorderingen zijn uitgesteld. Bovendien hebben de loden het recht op het hun gratis te verstrek ken advies van de rechtsgeleerde ad viseurs der vereeniging, de heeren Mrs. Th. de Haan Hugenlioltz en A. H. J. Merens, Spaarne 94 alhier, die desgewenscht ook in proceduren en faillissementen, gratis voor hun op treden, natuurlijk echter alleen voor zaken betreffende den handel of het bedrijf der leden. Bij eike vordering der rechlsgeloer den in handen gesteld moet 10 cent voor porto worden gevoegd, terwijl van de bedragen de>r langs dezen weg ingevorderde posten 5 pCt. moet wo-den betaald. H.IL rechtsgeleer den hebben het recht in geval van ge rechtelijke vervolging het door hun noodig geoordeelde voorschot te vra gen aan den inzender der vordering. Over in de stad woonachtige per sonen geeft de vereeniging gratis mondelinge of telephonische inlich tlng; verlangt men de informatie schriftelijk dan wordt 25 ct. berekend terwijl voor information op buiten de stal wonende personen f 0.60 pLm. 5 ct portovergoeding moet worden betaald. Aan net kantoor Jansweg 11 zijn coupons 10 ct. verkrijgbaar, waarop men aan het bureau van den Burger lijken Stand op het Raadhuis inlich tingen kan bekomen over.de adres sen van hier ter stede op het bevol kingsregister ingeschreven personen. Verder zijn voor de leden verkrijg baar legltiwutiekaarten, waarop zij persoonlijk informatiön kunnen vra gen, in andere plaatsen bij de daar gevestigde en bij den Ned. Bond van Onderl. Infor. en Schuldinvordering- bureaux en Handelsvereemigingen aangesloten vereenigingen. Deze informafcièn worden gratis ver strekt indien ze onmiddellijk zonder verder onderzoek kunnen worden ge geven. Is een nader onderzoek noo dig, dan bedragen de kosten daar van 20 cent. Nieuwe leden voor 1914/15 kunnen nu reeds tot de vereeniging toetre den en genieten alsdan tot 1 Mei e.k. alle voorrechten als een gewoon lid. Het is noodg er nog eens nadruk kelijk op te wijzen dat goed infor- ineeren, vooral naar nieuwe cliën ten eene bepaalde noodzakelijkheid is geworden, waar zoovele geheel onbe kende personen zich in onze stad en aangrenzende gemeenten komen ves tigen. Onder alle k o r e n is kaf. Bovengenoemde Bond, waarbij 18 vereenigingen in de voornaamste plaatsen van ons land gevestigd zijn aangesloten geeft uit eene tweemaan- delijksche lijst van nomen van per son en omtrent wien men wordt aan geraden inlichtingen te vragen voor dat men met hen in handelsbetrek king treedt, waarvan het geheim on geschonden moet blijven en die als waarschuwingsmiddel uitstekeinde diensten bewijst Waar eene vereeniging, die baren le den al deze voordooien en gemakkeu aanbiedt slechts f 3.50 jaarlijkse he contributie vraagt, is dit zeker een zeer bescheiden eiacb te noemen, te meer daar ai het opgenoemde niet het eenige is wat de Haarlemsohe Handel vereeniging doet; steeds heert zij een open oog gehad voOr alle za ken, die haTe leden in 't bijzonder en onze gemeente in 't algemeen betrof fen en altijd heeft zij daarvoor ge sproken. Het zou te ver voeren alles op te noemen, waarvoor zij opkwam, al leen dient nog vermeld, dat het hare bedoeling is, in deze richting krnah- tig voort te gaan. In verband hiermede zijn in het be stuur drie commissiën gevormd en is daarvoor het bestuur uitgebreid. Van deze commissiën bemoeit eene zich met hot Informatie- en Incasso wezen, eeno met algemeene Middenstandshe- langen en is er eene voor Gemeente belangen. Alles te zomen genomen roepen wij allen toe, handelaar of particulier: Steunt deze onze vereeniging door lid te worden, het werk, dat zij doet en waardoor zij onnoemelijk veel goeds tot stand brengt verdient uw sym pathie en de contributie, f 3.50 per jaar, kan geen bezwaar zijn. Hoe sterker zij is in ledental, des te meer kan de Haarlemsohe Handelsver eeniging doen. Sluit u bij haar aan ten bate van aller belang, dus ook in uw eigen be lang. HET BESTUUR. He» Rijke Natuurleven GROOTHEID EN VERVAL, liet verval in de natuur is begon nen. De enkele nachtvorsten in lvet begin dezer week hebbein een aanva! op de bladeren gedaan en aan het o economische werk van sommige hoo rnen, het onttrekken van do lualrie Voedingssappcn aan de blad schijven, ia plotseling vrijwel een einde geko men. Niet bij allen. Ileel wat hoornen staan nog in het frissche groen van den zomor en het groote kleurenspel in het najaarewoud is nog in vollen gang. De walde wingerd geeft gloe i en loven en de beuken p: ijken met mengeling van tinten, maar iedo- ren morgen wordt de kiude'rregen dichter en het is vaak uren achtereen een gestaag neerdwarreleu van afge werkte schijfjes, die nog wekeh lang rullen dwalen, duizenden en duizen den bijeen. De somberheid en de weemoed gaan heerschen in tuin en boscii, op de w ei den en de velden en slechts als de zon haar stralen over het landschap giet, heeischt er zomer&che vroolijkheid. De natuur ondervindt den invloed van do geheimzinnige macht, die maanden achtereen veel gebonden zal houden. Maar het leven blijft sprankelen alom en slechts voor hem, die zich met eon algemeen en andruk verge noegt, kan ör van een doode natuur sprake zijn. Neen, tot in het. hartje votn den win ter zal er hier en daar vreugde en vroolijkheid en nieuw opbloeien zijn. Eeuwig jong is de plantenwereld, want waar de eene vegetal,e tot rust wordt gedoemd, na maanden van in tens werken, daar komt een andere in al haar kleur en haar gloed voor den dag en ook de schijnbaar doode plan ton hebben de kiem van vernieuwd leven in het volgend voorjaar in zich. De herfs tasters kleuren den. tuin nog met haar paarse bloemen. Honderden knopjes kwamen in Au gustus al tot ontwikkeling, duizend tallen volgden in September en tot November blijven deze sterke planten haar levendige kleuren ipeftigen in het najaarskleed, dat al zoo rijk is aan. nuances. Zij leven dius nog het Volle, rijke leven, maar op den bodem, onder de nog bloeiende takken, hebben zich al nieuwe ui bloopers ontwikkeld, rood bruin» stengeltjes met donker groene bladeren. Dat moeten sterke weef sels zijn. Alles zullen zij moeten trotseeren. herfstregens, najaarsstor men en nijpende w interkoude en toch zijn ze in het- volgeud voörjaar klaar om hun zware taak te beginnen, m een paar weken groeien ze ruim een meter en do nu vastgelegde kracht in de onderaardse)!» plantend eek-n blijkt bijna oppermachtig te zijn. Zonder eenig prachtvertoon, schrom pelen. de blaadjes van de hazelaars ineen. Eerst worden de randen bruin en perkamentachtig hard. Daarna ver- loeit langzamerhand liet groen» middenschijfje, maai" als het heele blad gekleurd is, vertoont het nergens den goudgloed der beuken, het leven is voorgoed verdwenen, traag dwar relen de blaadjes naar den grond en lange,, dunne twijgen steken spichtig omhoog. Maar dun plotseling is de hazelaar al haai" m:stroostigheid kwijt, plot seling zieu we de duizenden groene katjes hangen, klein nog, maar frisch getint en de plant, di» in do kleureix- liannonie van het herfstlandschap niet meetelde, spreekt lang voordat de groot» natubr tot rust is gekomen, an nieuwen opbloei in de lente. De nu nog kleine katjes zullen al ra Jar nuari, dat is over tien of twaalf we ken, het naderend voorjaar inluiden. Zij zullen de eerste zijn der groot» planten, die het bloeitijdperk begin ton. Hun lentefeest volgt bijna, onmid dellijk op het korte tijdperk vau ver- al in dezen tijd en tegelijk met de vruchten hebben zich de nieuwe bloeanpakjes ontwikkeld. Een heel ander beeld vormen de eenjarige planten. Daar staat de zon nebloem met gebogen kop en neerhan gende bladeren. De groot» bloemhoofd]cs, de eerste, die met een gele zonneschijf pronkten éa waaraan de plant het grootste deel van haar verzamelde krachten heeft gegeven, zijn nu zoo zwaar, dat zij de stengels omlaag doen buigen. Zij maken van de planten een beeld an vervuilen grootheid, zoo fier en krachtig nog, enkele weken geleden, io zwak en machteloos nu. Langzaam sterft de plant af. Zij blijft geven zoolang zij kan. Als boven aan dcïi top alle bloei Voo'rbij is, ontwikkelen zich benetien aan de zijtakkan nog steeds nieuwe knoppen. Maar de stralende zonnen worden kleiner, de Sccngela dunner en eindelijk maakt de winter een eind aan alles. Dat juist, wat de vaste planten zoo geliefd maakt in het na jaar, missen de eenjarige planten. De eerste vervallen, maar bloeien bijna gelijktijdig weer op, terwijl de een jarigen slechts in hun zaden blij ven voortleven. Ieder jaar moeten zij weer met een ndetig cellencomplex beginnen. H. PEUSENS. VRAGENBUS. B. te II. Over het nut dor Latij'nsche namen ben ik liet geheel met u e Maar mijn artikelen beoogen in de eerste plaats populair te zijn en dan hinderen de Latij'nsche nomen lu&- sclien den tekst wel eens wat b:j het vlotte lezen. Intussclic-n lijkt het ook mij w»l goed, daar den wctensehappelijken naam te gebruiken naast het Neder- iandsch, waar verwarring voor de hand ligt. Rubriek voor Vrouwen OVER EEN SOORT HUISMIDDE LEN IN VROEGER EN TE- GBNWOORDIGLN TUD. In vervlogen tijden wc-rden er tal van dierlijke stoffen aangewend ux de geneeskunde, votfr een deel na tuurlijk berustend op een kras bijge- looL Maar ook kwam er ervaring Dij men probeerde op goed geluk alle mogelijke middelen, tegen alle moge lijke ziekten; werd de meusch nu na het aamvenden van liet middel ge zond, wehiu dan was hij er door In het algemeen is het aantal ge neesmiddelen aan de dierenwereld ontleend, verbazend groot; zoodat die m deze apo'Jieek een voorname rol ulde: Zoo verdreef men bijvoor beeld podagra en rugpijn door het eten van gebraden ooievaars, ook jonge zwanen bewezen in dit geval goede diensten. Ia de apotheken ran de zeventiende eeuw waren te bekomen: „gebrande": koekoek, zwaluwen, winterkoninkjes; de binnenste huid van hoendermagen, de hersens van musschen, „duiven- drek", patrijsveere», schalen der broedeieren van hoenders en struis vogels, vogelvet en nog honderd an dere dingen, die in de ofCciede lijs ten niet genoemd werden. Zoo verkreeg men aileen van den gier, behah» liet vet, ook het vleesch, de hersens, de gal, de veeron, en den mest; van den uil: vleesch, gal en rat; van den kraanvogel ook vooral: het mdrg uit de pooten! w at de apotheek niet leverde, bezorgde de vogelhandeiaar; b.v. all» soorten kleine levende vogels. Wie aan geelzucht leed hud maar eenige malen een koolmeesie met gele borst te zien, het vogeltje trok de ziekte tot zich en de patiënt was er van be vrijd, zoo heetve het. De genezende kracht moet 'm hier in de kieur heb ben gezeten want dezelfde diensten bewezen ook: de geelgors, de kanarie eax de kruisbek. Op dezen laatsten vo gel vooral werd ui een dergelijk geval hooge prijs gesteld, omdat die immers zijn eersten rui, reeds zijn Bchoon rood kleed, met een onaanzienlijk geel verwisselt, en daardoor blijk geeft, dat de ziekte op hem is over gegaan. Bekend is het ook, dat deze vogel jicht, rheumatiek en water aan trekt, de zieken worden gezond en de vogel moet sterven. Zelfs hei water waarin de kruisbek gebaad heeft, is goed tegen jicht en krampaandoe- n in gen. Niet zelden ïnxmers sterft de kruisbek onder krampachtige ver schijnselen, reeds na korten tijd in de gevangenschap; an de knobbelige, ziekelijke zwellingen aan de pooten, 'toon en duidelijk, dat de jichtknob- bels op hem zijn overgegaan. Ook de duiven weren ziekten af: de Tortelduif in Oldenburg de tering en duivenbloed verdrijft in Silezië wrat ten. In ons land is het ook tegenwoordig nog gebruikelijk, om kinderen ran den dauwworm te genezen, door een paar tortelduiven boven de wieg te hangenI De ziekte gaat op de duiven ovc-r, waardoor deze sterven, zoo luidt het bijgeloof! Bij hoofdpijn moest een hein helpc-n; vooral geen zwarte, men sneed ze nog levend, langs den rug midden door en stortte ze, met Moed en in gewanden nog warm, den patiënt over heit hoofd. In Bohemen gaat eien koortslijder 'óór zonsopgang naar het bosch, neemt uit hel nest van een boschsnip een jong en houdt het drie dagen bij zich; dan gaat hij naar het bosch terug en laat den vogel vliegen: die neemt de kooris dan mee! Makkelijk lijkt ons dit middel niet, want een houtsnip-heeft men maar niet dadelijk bij de hand, en hoe kan het beestje na drie dagen vliegen?... Imusschen is ei" zeker geen beken de vogel waarvan heit vleesch niCo hij de een of andere ziekte gegeten werd; bijna geen waarvan men de gebran de asch niet in water of wijn heeft ingenomen! Een uilengebraad was goed voor melancholische cn bedroefde men- .sclren; wie nachtegalen at wérd waakzaam als de vogel zelve; nog be ter is het echter, hun vleesch o.' de oogen in een lederen zakje hij zich te dragen, eersL wanneer men den aniu- t weg neemt, valt men in slaap! Men geloofde, dat eksters leden m epilepsie, waarom ze deze kwaal bij uieuschen genazen. Maar niet alleen de gehvele vogel, ook enkele deelen van liet vogelli chaam werden tegen allerlei ziekten aangewend: De walm van gloeiende pauwemveeren heelde Toode, tranen de oogen. Zwanenveeren bewezen goede diensten bij koliek. De ronde spiegeioogen van de pauw werden to'i poeder gestooien en daar van garf men teringlijders eiken mor gen drie messpitsen in een zacht ge kookt ei. Van d» andere uiterlijke deelc-n van het vogellicluuuii gebruik te men weinig; dus rullen we het bij genoemde voorbeelden maar laten! MARIE VAN AMSTEL. Amsterdamsche Kout 144. De arme Belgen. Het is niet dan met eenigen schroom dat ik uw aandacht een oogenblik durf vragen voor de arme uitgeweken Belgen, en voor de wijze, waarop ze in de hoofdstad ontvangen en ver zorgd zijn. Hun nood en misère te schetsen, met woorden te pogen een beeld te schilderen van <le ellende der arme onterfden, verdreven van huis en haard, ik zal het niet doen. Mijn lezers hebben trouwens mot eigen oogen de droeve stoeten vluch telingen gezien. En was Haarlem en het mag er trotsch op zijn niet de eenige gemeente in ons land, die voorbereid was op de komst, en uitge bloeide maatregelen getroffen had? Waarmede goede resultaten werden bereikt, totdat.... de geweldige stroom ook hier te groot werd. Amsterdam heeft op den stroom vluchtelingen niet gerekend. Wij zijn hier door de invasie overvallen. Maar spoedig is hier een uitstekend werkende organisatie tot stand geko- men en de Belgen vinden hier een ver zorging, die tot de opmerking leidt, dat alweer Amsterdam het hart is van Nederland. Maar met dat al, toen Woensdag nacht de eerste stroom stamverwante stakkerds aan het Centraal Station kwam, was het een geweldig tobbeu en onderhandelen en redeneeren en peinzen, eer de menschen onder dak waren. Ik was bij die nachtelijke ontvangst tegenwoordig. Om twaalf uur ongeveer was hier bekend, dat Belgische vluchtelingen zouden komen en een uur later rolde de trein binnen. Hoeveel het er zou den zijn, men w ist het niet. Waar ze een onderdak zouden moeten vinden, men had er eenvoudig geen begrip van. Het waren er een driehonderd (ongeveer, met hun kisten en koffers en, soms ook, met hun allerschamelste bagage. Met de allergekste dingen als kostbai» schatten tegen zich aan ge klemd. Er waren er velen, gelukkig, die familie en vei'wauten konden op zoeken. Maar met de bonderde ande ren zat men geweldig verlegen. Er werd getelefoneerd naar links e:i rechts. Er werd schifting gemaakt tusschen de Hollanders, die uit Ant werpen naar het moederland kwa men, en wesch-eelite Belgen. De eerstgenoemde categorie werd in eeu hotel opgenomen, waarbij de Bond van Orde het risico der betaling droeg, en laatstgenoemde categorie bleef na den angst en de ontberingen, na de vermoeiende i-eïs, eenvoudig op het statioji overnachten, waar een eerste klas9e wachtkamer voor hen in gereedheid werd gebracht. Het was een droevig gezicht, die hulpelooze, verbijsterde menschen, die niet w isten waarheen en aan wie ook niemand zeggen kon waarheen.... Gelukkig zijn toen onmiddellijk de" noodige maatregelen getroffen, zoo dat men voorbereid was toen de groo te stroom kwam. in de dagen daarna en vooral op Zaterdag. De menschen zijn gehuievesi in alles wat woon plaats bood: de goederenbeurs, de effectenbeurs, het bijgebouw van „De Bijenkorf", goederenloodsen aan de IJkade, beurs voor den diamanthan del, diamantslijperijen der firma's Asscher en Van Dam, passanten-hui?, Artis, scholen, en nog veel meer. Lr zijn karrevrachten stro» aangebracht en vrachtauto's vol dekens. Levens middelen bij geweldige hoeveelheden. Het is eon verblijdend feit, dat gul en hartelijk de broeders en zusters uit het arme Belgenland hiel ontvan gen zijn. Roerende voorbeelden van medelijden en echt mooi uienschelijk hulpbetoon zijn te vermeiden. Zoo zag ik een naar Amsterdam gevlucht Belgisch machinist, die zoo zielig doelloos en zwervend door de stait liep. Een Hohandsch werkman ziet hem op een grooten afstand reeds aankomen. Hij tast in zijn zak. en on gemerkt stopt hij hei gekt dat hij te voorschijn had gehaald den Be'g tu de hand. Waren het verwante zie len? Zoc onbemerkt als de gever zijn gave afstond, zoo onbemerkt ontving de bewtidadigde het. Wie niet heet scherp, bijna opzettelijk had toege zien, had er niets V&n bcepe-js^d. Op dien eersten nacht heb ik i;ioand ge zien, die een groot gezin van hem FEUILLETON (Naar het Engelsch). 38) Angela's blos had nu plaats ge maakt voor een doodelijke bleekheid, en met koele verachting antwoordde zij Ik geloof niet, dal gij goed be grijpt, wat een meisje gevoelt ten minste wat ik gevoel, want ik ken geeu andere mcisjee. Misschien zou liet nutteloos zijn voor mij om to trachten het tc verklaren. Ik zou lie ver blind willen zijn, dan mijn oogen te gebruiken tol zulk ecu schandelijk doei. Angela, zeide haar vader, zoo toornig als zij hem nog nooit gezien had, Iaat ik u zeggen, dat gij een dw aas kind, nog erger, eene belemme ring zijt. Uw geboorte, voegde hij er bitter bij, beroofde mij van uw moeder, en het feit, dat gij een meisje waart, beroofde onzen familietak van zijn rechten. Nu gij groot zijt gewor den, wilt gij liever aan uwe grillen voldoen, dan mij helpen bij liet ver- wezenlij keu .van de eenige hoop, waarvoor ik leef, door eene onbeteo- kenende handelwijze, die niemand zal schaden. Ik heb u volstrekt niet ver zocht, een verkeerd© daad te ver richten, Ja, ja, dat had ik kunnen verwachten. Tot dusverre hebben wij elkaar niet dikwijls ontmoet,, en hoe minder wij elkaar voortaan spreken, des te beter. Gij hebt het recht niet, op die wijze tot mij te spreken, gaf zij ten antwoord, met fonkelende oogen, ofschoon ik uw dochter ben, en het. is laf om mij mijne geboorte, mijne sekse en mijne afhankelijkheid te verwijten. Ben ik voor een van die dingen ver antwoordelijk Maar ik zal u niet langer tot last zijn. En wat betreft de rol, die gij mij wilt laten spelen, en waarover gij zoo luchtig denkt, vraag ik u, of mijne arme moeder er in zou hebben toegestemd, dat haar doch ter... Bij deze woorden stond Philip haas tig op, en verliet de kamer en het huis. Zij is dezelfde als haar moeder, dacht hij bij zich zelf, toen hij liet huis den rug had toegekeerd. liet had Hilda zelf wel kunnen zijn, maar zij is twee maal mooier dan llilda. Ik weet nu reeds, dat ik weer een slech ten nacht zal doorbrengen. Op de een of andere wijze moet ik haar echter kwijl raken, want ik kan haar niet in mij no nabijheid duldenzij herin nert mij dagelijks aan dingen, waar aan ik niet mag denken, en als zij mij aanstaart met haar groote oogen, dan is het mij, alsof zij door mij heen ziet. Ik zou wel eens willen weten, of -ij de geschiedenis van Maria Lee kent En daarna deze gedachten uit zijne hersens bannende, dat wil zeggen, hij trachtte liet te doen, begaf hij zich dwars door het veld naar Isleworth Ilall, een groot wit steenen Jiuis, in den stijl koningin Anna, dat ongeveer op een afstand van twee mijlen van Abhey House lag verwijderd. Bij zijn komst vroeg hij naar zijn neef George en werd onmiddellijk binnengelaten. De jaren hadden grooter invloed gehad op George dan op Philip, en ofschoon er in zijn vuurrood haar nog geen sporen van grijs waren te ontdekken, toonden de met bloed doorloopon oogen, en de rimpels on der de oogen, om niet te spreken van het bijna onmerkbare maai- voortdu rende trillen van zijn handen, dat li ij een man was van ver in den mid delbaren leeftijd, die veel van het le ven had genoten. De tijd had de uit drukking van zijn gelaat nog onaan- geuamer en alledaagscher doen wor den. leder jaar waren de karaktertrek ken der Carcsfoots meer en meer uit zijn gelaat verdwenen. George Cares- foot zog er volstrekt niet uit als een heer, hetgeen bij Philip zeer zeker wel het geval was. Gij sclxijnt niet geheel wel te zijn, George. Ik vrees, dat uw reizen u geen goed heeft gedaan. Waarde Philip, antwoordde zijn neef met matte en gemaakte stem, als gij gelceld hadt zooals ik ge durende de laatste twintig jaar heb geleefd, dan zoudt gij ook wel anders zijn. Ik heb het er goed van genomen, maar mij nooit ontzien, en dat is ecu groote fout van mij geweest, en een van de ergste gevolgen nu is, dat uïets meer mij aantrekt. Dau moet gij deze bezitting ver- koopen en een huis in de stad gaan bewonen dat zal beter voor u zijn. Dat kan ik wel doen zonder dit landgoed te verkoopen. Het is vol strekt mijn plan niet om het te ver koopen inderdaad, niets zou er mij toe kunnen bewegen dal tc doen. Den een of anderen dag ga ik nog trouwen, er; wil het dan nalaten aan oen toekomstigen Caresfoot, maar ik beken, dat het tot dusverre nog niet mijn plan is, dat te doen. liet is een dwaasheid om te huwen. Een verstan dig man moest nooit trouwen. Neem u zelf eens tot voorbeeld, beste Philip, en bedenk eens, waar uw huwelijk toe heeft geleid. In ieder geval tot uw voordeel, antwoordde zijn neef bitter. Juist, zeide George. Zij Is mijn persoonlijke weldoenster ge weest, en ik vereer haar dus op een afstand. Maar van uw huwelijk gesproken, d:t doet mij denken aan uw dochter. Bellamy heeft mij ver teld, dat uw dochter Angela (als ik een dochter had, dan noemde ik haar liever Diabolo, dat past beter voor een vrouw) buitengewoon mooi is. Breng haar eens hier, opdat ik haar eens kan zien. Daarover kan ik niet oordeelen, maar gij zult spoedig in de gelegen heid zijn, er zelf een oordeel over te vormen dat hoop ik tenminste. Mijn plan is om morgen met Angela hier een formeel bezoek te komen af leggen. Dat ie goed. Zeg aan mijn schoo- ne nicht, da! ik stellig thuis zal zijn en mij, figuurlijk gesproken, er op zal voorbereiden voor zooveel lieftal ligheid neer te knielen. Wat ik nog zeggen wil, er schiet mij nog iets te binnengij hebt toch zeker wel ge hoord van Bellamy's, of liever vau mevrouw Bellamy's voorspoed? Neen. Wat nog niet Wel, hij is nu „Sir John Bellamy knight". Werkelijk Hoe is dat mogelijk Gij herinnert u nog wel de ver kiezing van zes maanden geleden O ja Mevrouw Bellamy dwong mij letterlijk, tegen mijn persoonlijk verlangen, om te stemmen. Juist. Welnu, de geschiedenis was zoo. Toen de oude Prescott stieri kwam Showers, het lid van liet gou vernement, die zijn zetel had verlo ren, haastig hierheen om weer te wor den gekozen. Hij had ecliter sir Percv Vivian tegenover zich. Bellamy trad op als agent van Showers, die minis ter is van het kabinet, maar lxij zag heel spoedig in, dat deze tegenover sir Percy Vivian geen kans had. Dank zij den invloed van mevrouw Bellamy, trok laatstgenoemde zich nog bijtijds terug, waarvan het ge volg was, dat Showers werd gekozen. Binnen drie maanden was Bellamy sir John Bellamy, quasi voor zijne diensten, bewezen aan Roxham ail gemeenteklerk. Hoe onze vriendeu dat hebben bewerkstelligd, Is mij eea raadsel. Zullen wij buiten niet wat gaan wandelen*, het is een mooie avond voor den 30sten April. Morgen is he' de 1ste Mei, een dag, dien wij beidci nooit zullen vergeten. Bij deze toespeling huiverde Philip maar zeide niets. (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1914 | | pagina 11