tooed van de wanhoop, telkens weer beproefden zij niet groote vermetel heid den aanvul oni slechts weer te worden teruggeslagen. Donderdag avond kwam er eenTge verandering in flen strijd en do Duitschers verlieten enkoio linies van loopgraven. Dat be ter kendo echter niet den terugtocht, want reeds Vrijdagmorgen voor het aanbreken ran den dag begonnen de kanontien weer te bulderen en werd het nrtillorieducl hervat. Toen het even licht begon to worden beproefden Vie Duitschers in sterke macht een nieuwen aanval. Blijkbaar hadden zij aanzienlijk© versterkingen gekregen. En ook dien dag werd even verwoed gestreden als de vijftien voorafgaan de dagen. De slug van Vlaanderen ''zegt de correspondent) zal in de geschiedenis blijven leven als do meest bloedige Ir. do drie maanden van don oorlog. De slachting aan Ma me en Aisne belrekent niets vergeleken met die in dat deel van Vlaanderen. De velden en duinen zijn overdekt met stapels lijken en de loopgraven zijn gevuld met slachtoffers van den strijd De iser was rood van bloed en op som mige plaatsen konden de kanalen (net lijken worden overbrugd. Het endergeloopen land tueschen Nieuw- poort en Dixtnuiden ia een hel, die woorden niet kunnen beschrijven. „ITet was eon gruwelijk gezicht," ver telde een officier den correspondent, „de Duitschers gevangen te zien in hun loopgraven toen hot water begon binnen te stroomen. Juist toen. werd het vuur van de vloot cn van de batte rijen der bondgenooten heviger Aan den rand van het geïnundeerde ter rein wachtte de infanterie met kogel en bajonet. In een overslrooming van vuur en water, in een tornado van verschrikking die niemand, welke er getuige van was ooit zal kunnen ver geten, werd loopgraaf na loopgraaf genomen en een sterke wig werd in de Duitsche posities gedreven." Overigens vertelt ook deze corres pondent dezelfde vreeselijke bijzon derheden omtrent do telkens weer her- haaide aanvallen van de Duitsche troepen. De gruwelijkste gevechten waren de nachtelijke charges, waarbij tel kens weer de Duitse he ra werden te ruggedreven. Hunne verliezen zijn dan ook reusachtig en de correspon dent schat deze op een totaal van wel 126000 dooden en gewonden. Maar niettemin duurt de strijd voort en naar do correspondent van Zondagmorgen seinde, schijnen we derom nieuwo versterkingen voor de Duitschers aan ta komen en worden tusschen het tegenwoordige front en Brussel krachtige defensieve stellin gen in gereedheid gebracht. Een ooggetuige in het Engelsch© hoofdkwartier publiceert door middel van liet Engclsclie perebureau ten be schrijving „van het schitterende feit der overbrenging van een grutte Brit se he troepenmacht van de Aisne naar het slagveid-gebied in de kuststreek". Hij zegt, dat „dit slechts geëvenaard wordt door de Japanners bij Moekden, die massa's troepen van het centrum naar den uitersten linkervleugel over brachten. Hetgeen de Britten ver richtten was nog opmerkelijker, daar het aantal der troepen en de af te leggen afstand grooter waren. De ver plaatsing geschiedde door spoorwe gen, auto's en ook te voet, en wel bij nacht. De Duitschers vermoedden niets, hoewel somtijds de Union slechts een honderd meter van elkaar aflagen. De Franschen muiieu met goed succes de plaatsen der Britten in. De Duitschers dachten slechts te doen te iwübeu met de gewone aflos singen in ae vuurlinie. Aan de noordkust van Frankrijk wordt nu hevig gevochten en de Duit schers lijden zware verliezen. Dage- Iijks worden gevangenen gemaakt. Tweemalen werden troepjes Britten, die door den vijand gevangen waren geuomen, bevrijd. De Briiscice en F ranse he kanonnen werken krachtdadig sauien. De geallieerden leden zeer door do* zware houwitsers dor Duitschers. De merkwaardigste dag van den slag iwas de 23ste October, toen de Engel- sclien zuidelijk vun de Lya de Duit sche batterijen tot zwijgen brachten en de infanterie krachtig terugwier pen terwijl ze noordelijk voortrukten en do Duitschers uit de loopgraven verdreven. De artillerie hield groote opruiming onder de terugtrekkende Duitschers. Do Duitschers keerden terug en deden vijf wanhopige aan vallen^ Zij rukten in massa op., de Wacht am Rholn zingend, maar kon den gemakkelijk worden teruggesla gen. Het was een ware slachting."- Van 'I Oostelijk Oorioustooneel Een D u i t s c h legcrboricht meldt: „In het oosten zijn de operaüèn nog in een staaz van ontwikkeling. Botsingen hadden niet plaats. Ter opruiming van een ter vernieling ia gereedheid gebrachte brug, dreven de Russen van het eerste Siberische la- gerror j» op 1 Nov. de burgerlijke be volking voor hun voorhoede uit". In een O o a t e n r ij k s c ii leger bende leest men: „In Russisch Polen brak de Oostcn- rijksdie strijdmacht, toon zij een sterk Russisch leger tot ontplooiing had genoodzaakt, de gevechten in de richting van hoi Lysa Gora-gebergt© af, om do na de gevechten voor Iwan- gorod gelaste bewegingen te vervol gen. De toestand in Gaiicië ia onveran- derd gebleven. Uit de gevechten van de laatste da gen ten zuiden van STtwy Sambor an ten noordwesten van Turko zijn tot dusverre 2500 krijgsgevangen Russen weggevoerd. Dinsdagochtend overvielen huzaren bij Rybnik Stryjtste oen Russische munitie-colonne on maakten een aan tal wagons met artillerie-munitie buit. Aan de „Daily Chron." wordt ge seind De strijd aan het Pruisische front begon den 25en October en ont wikkelde zich in een aanval van een «lerk-o Duitsche strijdmacht oo de Russische posities ïéR Woslen van' Suwalki. Gebruikmakend van den stilstand der Duitsche operaties, versterkten de Russen zich krachtig te Bakalarzevo en. langs een smal meer en in een bosclirjjk terrein, dat op den Ooste lijken oever van hel meer steil is. De Russische stelling bohecrschte den omtrek. De Duitschers haddc-ni troepen geconcentreerd, inclusief re-' serves en regimenten uil Koningsber gen, a'smedo kanonnen van het zwaarste kaliber. Van den 26en tol den 30sten October had een hevig ar tillerievuur over het meer plaats, j Vrijdag, toen het sneeuwde en bitter koud was, kwamen de Duitschers na derbij en deden wanhopige pogingen de Russische loopgraven te bereiken. Fen geweldige slachting had plaats 4000 Duitschers vielen. Zaterdagmid dag joegen de Siberische bataljons, gesteund door artillerie, bon uit het dorp en ondernamen drio verschrik kelijke bajonet-charges. Do Duitschers ondervinden grooten last ran de koude, daar zij geen win- terkleeren hebben. Op het Zuidelijk Oorlopotooneel. Uit Weenon wordt officieel gemeld: Eerst than3 is een volledig overzicht verkregen van het in Macva behaalde succes. Hot tweed© Servisch© leger met vie'r vijf divisies, cla't daar had geslaan, kon zich sleóht» door eon overhaaste vlucht, waarop hot aller lei voorraden en treinen in don steek moesten laten, tilt zijn gevaarlijken •toestand redden. De Serviërs zijn, zonder in do reeds Vroeger ingerichte achtorwaartsohe posities nogmaals tegenstand te bie den, in één stuk achtaruilgeweken tot het heuvelland en bod on nog slechts bij Sabac, dat in den nacht van 1 op 2 Nov. door Oostenrijk scha troepen werd bestormd, hardnekklgen maar vergeefschen tegenstand. Verspreid nieuws van deoorlogsvelden IN HET RUSSISCHE HOOFD- KWARTIER. De bijzondere correspondent van de „Times" ln het Russische hoofd kwartier schrijft o.a. het volgende: Er is geen romantiek ln den mo- deruuu oorlog. De schitterende too- neelen van vroeger zijn verdwenen. Men denkt zich het hoofdkwartier van een groot leger tijdens belangrijke ac ties als een plaats waar ordonnansen heen en weer galoppcerea en koorts achtige opgewondenheid heerscht. Men stelt zich den opperbevelhebber voor bleek en vermoeid, leunend over de met kaarten bedeklo tafel, terwijl met stof bedekto ordonnansen om hem slaan en trappelende paarden daarbuiten wachten onder het gedon der van het geschut en liet geknetter der geweren. Maar die tijden zijn voorbij. Oorlog Is nu ecu groot be drijf en de leider gaal evenmin in de vuurlinie als de president van eeu spoorwegmaatschappij de blauwe werkkiel aandoet en op de locomotief gaat staan. Hier ls Rusland is onder bevel van' een enkeling het grootste leger bij eengebracht, dat ooit op hot oorlogs veld werd samengetrokken1. En het ingewikkeld mechanisme vau deze reusachtige organisatie vindt een middenpunt in een afgezonderde plaats in de vlakten van Westelijk Rusland. In eenige spoorwagens leeft hier de groep van de goede honderd mannen, die den generalen staf vor men. Honderden mijlen verder strekt zich het reusachtige Russisch© front uit, waarvan elk front per telegraaf met dezen wagentrein ia verbonden. Hier op deze ufge'-egen plaats, ver van het gewoel van den strijd, wer ken de hersenen van het leger en krijgen zij een overzicht van het - ge heel© oorlogstooneel, dat door eeu positie meer dichtbij onmogelijk zou zijn. Het klein© groepje correspondenten dat van den goneralen staf vergun ning kreeg het leger te vo'gen, werd' allereerst naar dit merkwaardige hoofdkwartier gebracht. „Ilier wer den we ontvangen door den chef van den staf, die ons in zijn ealonwagen begroette en een half uur lang ons. uiteenzette wat van de .journalisten werd verwacht en wat hun verboden was." En de correspondent, die vol komen erkent, dal. berichten van de correspondenten, wellicht belangrijke inlichtingen voor den vijand kunnen bevatten geeft toe dat het, waar zoo veel op net spel slaat, noodig is den journalisten groote bejierkingen op j te leggen. Do correspondent die den; chef van den Russische» stal be schrijft aLs het ideaal van een stra-1 teeg cn organisator, deelt dan verder mede. hoe na het onderhoud met den chef van den staf de journalisten worden voorgesteld aan den groot vorst. die onder den Tsaar de opper-1 bevelhebber is ran de Russische lo gons. De grootvorst is een man van groote gestalte, die den bezoeker voor al treft door zijn ern6t en eenvoud. Trouwens dit vooral trof den corres pondent, do eenvoud van het leven in het hoofdkwartier. Slechts enke'e ondcrschcidingsteekenen toonen het rarsch'1 tusschen den generaal en den nederigste» subaltemen beambte van den staf. Er zijn drie grootvor sten in den staf. maar die evenals do generalissimus zelf leven geheel afe de andere officieren, onderscheid wordt niet gemaakt. Ook hier in het hoofdkwartier wordt het vaibod van het gebruik van ster ke dranken even streng gehandhaafd ais onder de lagere klassen der be volking en een matiger leger is dan ook zeker nooit in het veld geweest, BEN JONG OFFICIER. Werner KuihustJioik, zoon van een officier vaat gerondl-eid, uit Roden burg in Boven-S.k-iz.ë, la volgens een bericht bi de Brttstauor Zo;lung in den ouder dom van 15 jar em. cut 5 maan, dien op de slagvelden im België dezer dagen tot officier bovordiwd. De jonge luitenant bad van. Tiet lioofdeadetteu- korps dool uitgemaakt. 8 DUITSCHE PRINSEN GESNEU- VFLD. Tot nu fee zijn or acht leden van Duitsche vorstelijke teuteen op bot oorlogsveld geVaÏÏöni, nantelïjS ren neef des Keizers prins Max van Hos sen, two© leden vaat hot huls Mednm- gen, dirl© van hot huis Ltppe, ren prins van Walcöck on ren pruts van Reuss. Op twee ria waren het al.te jonge prinsen op den leeftijd van 18 tot 22 Jaren. BRIEF AAN EEN SOLDAAT. In de officieel© Fransche soldaten krant hreft de bekendo schrijver Eugèno Brioux onlangs ren gevoelig woord ter opwekking en troost ge schreven aan don enkele aan het front, die van thuis géén brieven ont vangt Arme jongen Hoe loef ik Je ver legenheid en verdriet mee. telkens wanneer de wagon moester uiet een pak brieven verschijnt, om aan greti ge handen enveloppen uit t© dreten, bevattend wenschèn en kussen van moeders en lieve verwanten. Iedereen is doodernstig gestemd en luistert naar do namen, die afgeroepen wor den. Jij niet 1 Jij weet al vooruit, dat er voor jou toch niets bij is. Terwijl an deren naar voren dringen, blijf jij stil achter of houdt je weg, opdat do kameradon niet zullen merken, dot jij geen familie hebt, noch iemand, die jo zou kunnen schrijven. Tóch vecht jij even dapper als de anderen en aldus doo jij iets meer. Zij vechten voor hun huisgezin, voor hun bezit. Jij bezit niets, hebt geen verwanten en tóch vecht j© met heel je hart en ziel. Voor wie Voor wat Misschien heb jo Je dat nog nooit afgevraagd. Welaan, laat ik het je dan zeggen 1 Jij vecht voor do toekomst, De an deren doen dit voor het verleden en het heden, jij voor 't geslacht, dit komt. In waarheid, als er één voor een ideaal vecht, don ben jij dat t Dus flink er op los I Nogmaals, mijn jongen, hel) goeden moed en laat mij jo omhelzen, ik, geen zoon heb, jou, den vadorlooze. TEGEN BAJONET-STEKEN. In een Fransch bericht loost men: Een van de middelen, waarmede do Duitschers zich trachten te bescher men tegen de bajonetten, is de jassen op te vullen met allerlei stoffen. De Belgische bajonet is oen kort stomp wapen, dat dan vast blijft zitten in het opvulsel en zoodoende 't lichaam niet raakt. Dat is althans de meaning van degenen, die deze theorie iu prak tijk brengen. Een Belgisch artillerie officier verzekerde den correspondent, dat verschillende vijandelijke solda ten, dio deze geïmproviseerd'© kuras sen droegen, in handen der Belgen zijn gevallen." HOE VREESELIJK DE OORLOG I'S, Een Noo'rsche wouw hoeft aanlee- keningen uit een Fransch hospitaal gemaakt, voor „Tidens Tegu". De correspondent der N. lt, Ct, ver taalt Zaterdag den lOden October komen er 67 gewonden van do gevechten bij Atrocht en Maandag komen er 60 van den slag bij Albert; 'het hospitaal is vol. De^oidaten van Atrocht waren allen zwaai- gewond. Zij waren sedert Dinsdagmorgen onderweg geweest, zonder dat hun verband verwisseld was, zonder gewasschen te zijn. Zij ha&dan gelegen op draagbaren, waar op zij door elkaar geschud werden, wat natuurlijk d<© wonden vererger de. Zij waren zoowat allen aan de dijen of aan do boenen verwond dour granaatsplinters, die het vleosoh hadden weggerukt, zoo dat nion do beenderen bloot zag liggen, of door kogels, die door het been of den voet waren gegaan. Bij een was <te hal'.© knia weggeschoten en de arm op v:;f plaatsen gebroken, ©on gapend© wond in den schouder en ©en schot wond door de kui'c. Zij klagen niet, zelfs niet onder de pijnlijkste operaties. Toen zij bevuild en moed© iin het hos pitaal aankwamen, zeiden zij half verontschuldigend: wij hadden nooit gedacht, dat wij ons op deze wijze zouden verteon.cn. Allen hadden, na dat zij verwond waren, om bei. veld hospitaal t© bereiken, 8 A 4 kilometer geloopen, maar daar aangekomen, zonken zij in elkaar. „Eigenlijk' zei een soldaat, „zijn onze wonden niel6 wanneer gij al diegenen had kun nen zien, die zich naar de ambulance sleepten!" Bij een soldaat was de hand door ren granaatsplinter afge rukt, zij hing alleen nog maar aan oen scukje vleesch, en zoo kwam hij, de stukjes en brokjes bij olkaa'r houden de, aangeloopen. Hij dacht dat de hand nog gered kon worden, maar de dokter nam eeu schaar en kuipte haar af. Er komen honderden en nog maals honderden, zich op huiu ltnieeu voortslepende, terwijl de kogels hen om de oo'ren fluiten! Sommigen wor den opnieuw getroffen en zinkeu in elkaar, anderen krijgen opnieuw een paar kogels, maar houden zich toch oP- Een onder soldaat verleide, lioe hij over een auderhalve meter hooge heg gesprongen was, nadat hij een kogel door de dij had gekregen. Altijd doof vertelde hij maar, de woorden rolden uil zijn mond, hij had oogenschijmlijk behoefte om zich te uiten, om niet al leen te zijn met al dat gruwelijke, dat liij gezien had. „Hot is een Ifel, juf frouw. Maar na verloop van een paar dagen denkt men er niet ineor over, alleen do eerste dag is verschrikkelijk Vooral wanneer j© Jo kameraden naast je ziet vallen, en dan te denken: ^en volgenden keer is hei jouw beurt. En dam wanneer je voor de eerst© maal over ren slagveld kom'tl Gewo'n- den en dooden door en ovor elkaar heen, van alle kanten lang en klai- gend geroep: ziekendragers, zieken dragers! Stervenden, diio op hun elle bogen voortkruipen, en reutelen: Zog aan mijn vrouw, dat..., do rest sterft weg. Maar dat maakt alloen maa.r oen eersten keer indruk, juffrouw! Op zekeren dag logen wij in de loopgraven en aten wij appeian. Een kameraad had ©een appel in zijn hand en bracht die naar zijn mond oang, kwam sen granaat ön sloög arm on appel weg. Maar wij zingen altijd, wanneer wij marohcoron, en beneden in de loopgraven vertollen wij elkaar anecdoten. Wanneer wij met de bajo net aanvallen, zingen wij de Marseil laise, en dan gaan de Duitschers aan den haal, zoo hard zij kunnen, want onze bajonetten reiken vot, terwijl d© hunne al3 korte messen zijn. En bo vendien weten zij, dat ouzo bajonet wonden doodelijk zijn, zulke won den zijn driekantig, en sluiten ziëh van buiten dicht, zoodot de verbloe ding inwendig geschiedt. Onzo kanonnen, doan ook goed werk! Wij zijn voorbij loopgraven gekomen, die tot don rand mei lijken gevuld waren, niet een was er uit ge komen. Eens zagen wij aan den zoom van een bosch ren groepje Duitsche soldaten, die daar heel rustig met de kaarten in de hand zaten, zonder dat zij zich om ona bekommerden. Wij' sluipen nader en storten cans op hen zij waren dood, juffrouw 1 Geen wond te bekennen, maar dö gezichten waren zwart door den rook. Zij waren gedood door do gassen, die zich uit de granaten ontwikkelen. Ik Juin mij niot begrijpen, dat ik nu al twee maanden gevochten heb zoïyler gewond te zijn. Maar men loert op zekere wijze kogels en granaten onttcxopön. Een granaat brengt alle mogelijk© geluiden voort - zij knetteren, zij fluiten, zij gillen, sommigen miauwen nis katten, ande ren huilen en klogon. Men trekt het hoofd ineen tusschen do schouders, buigt zijn rug en wacht af. Ik weet niet hoeveel keeren ik door den lucht druk ter aarde ben geworpen; maar ik bleef ongedeerd. Maar toen werden wij naar Atrocht gecommandeerd en daar kreeg ik het te pakken, lm. vier dagen cn vier nachten heb ik niet ge geten, geen spat koffie gedixmken, niet geslapen. Wij hadden geen tijd. De Duitechera vielen dag en nacht aan het liefst zoo om 3 of 4 uur '3 nachts en zoo schoten zij den hee- ien tijd, en hielden ona wakker, wan neer wij een slaapje wildon pakken. Vuur durfden wij niet ontsteken, want dan konden de Duitschers ons ontdekken. Ik at eeu beetje rauw vleesch voordat wij gingen vechten, en ik, die nooit van gebraden vleesch hield, ik likte niijn lippen na het rau we verorberd te hebben. Wij logen in onze gecementeerde loopgraven boven elkaar, en het was mooi, wanneer wij 1500 meter per dag vooruit kwamen. Wij moeten hen uit hum holen ver drijven, en. toch blijven zij er zich aan vasthouden. Zooals Ik vertelde, wij lagen op den vijand te schieten, toen ik opeens een steek in mijn rechterschouder gevoelde. Mijn lin kerhand, dien ik or heenbreng, wordt Jrood van het bloed. 11c probeer nog mij;a geweer vast te houden, maar mijn rechterhand is slap, en terwijl ik weg wil kruipen, wordt ik zoo won derlijk moede en ik zink in elkaar. Mijn luitenant ziet liet, en zegt togen eeu soldaat: Help Je kameraad! Op hetzelfde ©ogenblik fluit oen granaat, de luitenant valt voorover, terwijl mijn kamerefiid en ik omver tuimelen. Zoo, zei ik tot mijzelf, dezen keer heb je hut in je knie te pakken. TIoo ik weg kwam, begrijp ik nog niet. Ik bond mijn zakdoek om mijn schou der, en hinkte 3 kilometer naar de ambulance, en vandaar werd ik hier heen gezonden." Nu moet ge rus ten en slapen gaan, zeg ik daarop. Juffrouw, het is nu al woo maanden geleden, sedert ik in ren bed sliep, en ik kan niet slapen, zoo goed heb ik het nu» SPROOKJES OVER DE GROOTE BROMMERS. Wederom komen, langs den omweg over de Zwitscrocho pers, uitvoerige berichten omtrent de 42 centimeter mortieren, die beschouwd moeten worden als fantasieën, al zien de be schrijvingen e'r nog zoo solide uit. Aan de Münchener N cuesten Nach- richten wordt het volgende geschre ven: Ik had gelegenheid dezer dagen met een hooggep laats ton Dullschen artil lerie-officier te spreken over dit on derwerp en ben in staat de volgend© punten te public reken uit ons onder houd: In do eerste plaats moot het onzen artilleristen langzamerhand onaan genaam stemmen, dat steeds Krupp- sche ingonieuren genoemd worden als bedieningsmanschappen der groote mortieren. Een Berlijnsch blad ging laatst zoover zelfs te spreken van „elegante hoeren in cutaway's ter wijl van den eersten dag af, waarop de mortieren in werking traden, uite sluitend artilleristen in uniform, ar tilleristen behoorende tot hot Dul'i- sche leger, die geen relatie hebben lot Krupp, de mortieren bediend hebben en nog bedienen. Dez© mededceüngen schijnen bij het publiek hot vermoeden gewekt te hebben, dat de mortieren nog eigen dom zijn van Krupp en dat zij thans rerst overgegaan zijn aan liet leger bestuur. Beide vermoedens zijn on juist. De proeven met do mortieren zijn ruim zes jaar geleden genomen en werden gedaan door de arcillerie- proefnemings-ooinmissie to Berlijn. En krachlens de voorstellen van dez© commissie werd het geschut aange kocht door het ministerie van oorlog. Natuurlijk zijn jarenlang officieren en manschappen geoefend in het be dienen van doae mortieren. Da't dit ge schut booh eerst bekendheid kreeg in 1914 als een speciale oorlogsvënras- sing is niet verwondert I jk. Of vindt men deze langdurige discretie opval lend? Zij is 'toch niets andors dan oen plicht van soldaten. D$ bijzon dorheden in de laatste maanden bekend geworden over dit geschut, berusten alleen op vermoe dens. Do „Zilrlchefr Post" laat elk schol 48000 Mark kosten, en de Fran sche bladen berekenon dezo kosten, volgons de Standard, op 31.500 francs. De levensduur van doze mortieren is rerst onbegrensd genoemd. Dit ls natuurlijk onzin. Maar het is bekend, dat mortieren hot langer uithouden dan lang© vlakbaan-kanonnon. En wanneer men mag aannemen, dat bij voorbeeld, lange Engelsohe scheepska nonnen ongeveer tachtig schoten kun nen vuren, terwijl daarentegen onze lange kanonnen ren capaciteit heb ben van ongeveer 250 schoten, dan kan men er staat op maken, dat onie 42 centimeter mörlieren renig uithou dingsvermogen hebben. Men vertelt sprookjes over do go- varen, die de bedienende manschap pen bedreigen bij het ra ren van dezo mortieren. Wanneer ik vertel, dat wij van dit geschut geen meter vender wijken dan van ander© kanonnen, dat wij geen last hebben van oorsui zingen en kiespijn, dan zal men in dit monster het normale practisch© wapen zien, dat het werkelijk is. An ders is de uitwerking voor den vijand, die zoowel den invloed ondervindt van de explosieve stoffen als van do gassen. Omtrent de draagwijdte van liet ge schut wtfrdt veel avontuurlijks ver teld. Mm leest van 32 kilometer en zelfs van 44 kilometer. Eon bepaald getal wil ik niet noemen. Maar ln elk geval schiet do mortier ver an over een afstand, die voorloopig door don vijand niot bereilu wordt. En ook wut tot nu meegedeeld is omtrent het ge wicht van deze mortieren is niet over eenkomstig de waarheid. EEN HELD IN EEN ZEPPELIN. Do chef-mac-huiist Richard Luïck- iiardt behocxlde tot de bemanning v&n een Zeppetm-luchtschip, dat reeds met succes had deel genomen aan. het beschieten van de vestingen Luik en Namen en dat ook boven Antwerpen opereerde. Tijdens een der laatste tochten boven Antwerpen kwam dit schip m het licht van de zoeklichten van de vesting en onmidde'lijk word uit alle kanonnen een vorschnkkelijk vuur geopend op de Zeppelin. Een granaat ontplofte bedenkelijk dicht bij de ballon en vernielde hot stellage, waaraan een der achterste schroeven bevestigd was. De zware schroef helde naar den binnenkant over en dreigde in do gondel te ral len, waardoor natuurlijk de motoren ernstig beschadigd zouden worden en het leven van do bemanning bedreigd werd. Nu moest tijdens de vaart hoog in do lucht do stang af gewaagd wor den en gelijktljdiig diende men zon der gevaar voor do' bemanning do schroef uit den weg te ruimen. Luiekhardt meldde zich vrijwillig voor deze gevaarlijke onderneming Met een metaal-zaag en veilen klau terde hij Langs den buitenkant van de ballon eai het gelukte hom werke lijk na een. half uur hard werken zijn taak te vervuil eau Bovendlien repa reerde hij nog de omhulling, d'l© een groote scheur gekregen had. Luiek- iwdt werd voor zijn heldenmoed be loond met het ijzeren kruis eerst© klasse. (Berliner Dokal-Anmeiger). DE KEIZERIN IN HET LAZARET. De deur met het ontmoedigende boni: „Ernstigo zieken, toegang ver boden" wordt raker dan anders open gerukt. De sergeant Lu een nieuwe unliform met glimmend gej Kletste kooopén komt de kamer binnen. Zijn zekerheid schijnt ietwat te lijden on der do zenuwachtigheid van het ©ogenblik. .Binnen een kwartier üs de keazerm hier".... In do lange ijzeren bedden bewegen zich. de lichamen onder de witte, g&adgevouwen beddekkeu, die zoo re gelmatig sclujnen als pas gevallen sneeuw. De zustere 5oopen met koorts- therrnometers en reageerbuizen in de hand naar de deur, om b.jzonderhe- don te hooren. Maar de sergeant 13 weer weg. Do jonge, phlegmatischo soldaat van de wamt palit nog eens de bezem om zijn morgenwerk al to maken. De zusters morrelen nog wat. Maar veel lis er niet te doen. Want or heerschen orda en zindelijkheid in bat lazaret ook als de keizerin niot komt. liet eeno kwartier voor, hot andere na, gaan voorbij, maar het aangekondig de bezoek is er nog niiot. Van lijd tot tijd kijkt ©en onderzoekend hoofd door een k;er van do deur. Een dokter of een opzichter. „Is alles klaar?" De zieken draaien zich nog oena recht iri hom. bed. Eindelijk eens een afwisseling in deze nooit verande rende sfeer van morphine en gipsver band. De dieuren gaan open. De keizerin is midden in de kamer. Zij ziet er zoo eenvoudig uit als een der moeders, die hier eeu zieken zoon komt bezoeken. Het witte haar schijnt door den dichten sluier. Een hofdame en een adjudant van prins Joachim in vetdgrijs met Hel ijzeren kruis op de borst begeleiden haar. Anders niemand. Een kort© begroeting met de zusters van het Roode Kruis, die bijna alle vrouwen zijn van garde officieren, gravin- Lehndorff. baro nesse Von Knigge, mevrouw Von der Planitz, Von Ade'sheim, oudste Prui sische adel. De keizerin kent deze da mes van de hoffeesten en de wekta- dïgheuts-bazars. Dat men elkaar zou weerzien onder zulke treurige om standigheden, dat had wel geen dezer dames kunnen donken. Dc keizerin spreekt nog met reu andere zuster, een middelgroots verschijning met temperamentvolle oogen en een goe- digen trek om den gezonden mond. Langen, tijd heeft deze zuster geschit terd op de planken, die de wereld verbeelden. Nu heeft ze hot pantser van de jonkvrouw van Orleans ver wisseld voor do eenvoudige dracht van het Roode Kruis. Ze is gravin Mt- not.to, meer bekend onder haar bur gerlijken naam van Agnes Sorma. De chef-arts brengt do keizerin van bed naar bed Kort en mUitalr zijn zijn mededeelingen. „Schot in den hals shrapneil-ver- wonding trap van een paard." Als ren bloedverwant aprrekt de keizerin tot iedereen. Vol belangstel ling en harteljjlte zachtheid. Een ieder "reikt zij 'de hand, vraagt wniy hij gevoelden heeft en bij wc'k regi ment. Zij vraagt naar. al de kleine dingen, die voor soldaten zoo groot zijn. Een ruiker rozen en ccn prent kaa'rt laat zij overal achter. (Berliner Börsen-Courier.) OORLOGSKIEKJES. Zeven uur '6 avonds. In den sla gerswinkel verdringen vele vrouwe# elkaar. Vrouwen, eu dienstmeisjes. Midden ln deze groep slaat een sol. daat, den arm in een witten doek. Hij wil geduldig wachten, tot hij aan de beurt komt. Maar een kleine, blonde verkoopster rekt den hals uit don witten kraag, maakt een uitnoodigon- de handbeweging en vraagt„Wat wenscht meneer?" Zonder te moppe ren laten de vrouwen, die voor hem in den winkel kwamen on reeds zoo lang wachtten, hem voorgaan. Een dienstmeisje vraagt hem of hij ook bij Tannenberg was. Neen, li ij was niet bij Tannenberg, maar dicht in de buurt bij Lötzen. liet dienstmeisje lacht. Misschien kent hij dan Karl Petermann?? Hij schudt het hoofd. Neen, hij kent Karl Petermann niet. Maar over een paar dagen, zoodra de arm beter is, gaat hij weer naar het front en dan zal hij naar Karl Peter mann vragen. De dienstbode straal van pret. „Ik ben Marianne, verder behoef Je niets te zeggen, alleen maar do groe ten van 'Marianne." En uit haar mandje haalt de dienstmeid een le verworst en geeft die den soldaat. IIIJ neemt de worst dankbaar aan en schudt Marianne de hand. Nogmaals zegt ze: „En wel de groeten aan Kar! Petermann. Niet vergeten, van Ma rianne." „Ik zal bet niot vergeten, adieu Marianne." „Adieu, soldaat." Hij salueert en verlaat den winke'. Gaat naar een auto, die buiten wacht. De knecht rukt de deur open. Lachend stapt de soldaat in. „Naar liuis," roept hij den knecht toe. „Ja wel, professor." Het dienstmeisje ziet hem ver baasd na. (Berliner TagoblatL) DE CHUEKA'S. Het Parijsch© bJad „La Presso" 're schrijft, naar we m de „N. R. Ct.'- iezen, ren episode, waarin d© Ghur- lca's uit Engeisch-Indie in de gevech ten aan de Ysor ren rol hebben ge speeld, als volgt: „Ten Noorden van de Bolgischo li pi© niet vier van de kust hadden do Duitschers onlangs verscheidene bat terijen zware artillerie opgesteld. Alle pogingen van d© artillerie van de bondgenooten tegen die kanonnen waren vruchteloos geweest. Men kon eten schootsafstand niet vinden en de Duitsche kanonnen brachten den bondgenooten zware verliezen toe. Luchtverkenners vonden eindelijk de plants .waar do munitie voor dio kanonnen was opgeslagen; zij lag ruim 15 K.M. achter do Duitsche schansen, 's Nachts scheepte ren af- deeling Ghurka's zich op twee kanon- neerbooten in en niet gedoofde lich ten voeren dli© in alle stilte den mond van de Ysor op. Na ren longen en stillen marsch kwamen de GlUlrica's tot op 900 M. van het kamp waar liet munitie-renvooi was. Hier stonden zes Duitsche schildwachten op post- Do officier, die over de lnlandsche troepen bevel voorre, gaf hun lust, in een klein bosohje weg te schuilen. Het heel© bataljon legde zich heel stil neer en spande zijn oogen in, oin de duis ternis te doorboren. Langzaam, stil, kropen zes gestalten, die zich nauwe Sijfks tegen den grónd af teekenden, uit het bosch je den weg op. In hun mond hadden zij iiet lange mes, dat bij handgemeen het geliefkoosde wa pen van de Ghurka's is. Een half uur verstreek. Een diep basgeluid, als het gekwaak van een kikvorseh, werd vernomen, en in eeu seconde waren, de schaduwbeelden van de zes schildwachten op den weg verdwenen. Geen geluid, geen kreet werd gehoord. Het was of de herfst wind de bladeren, langs den grond deed ritselen. Nu sprongen de ander© Ghurka's op en hervatten hun rjarsch na-ar de opslagplaats van de munitie- Om een uur 'in den ochtend ontwaar de de generale staf, die in de richting van do Duitsche linie niet spanning uitkeek, een feilen liehtüits aan den horizon. Eenige seconden later hoorde men een zware ontploffing, gevolgd -dloor tallooze andere, toen de liist.eu met granaten en granaatkartetsen uit elkaar sprongen. Vervolgens lie- reikte de kleine troep de kanonneer- booten weer. Den. volgenden dag wa ren de Duitsche batterijen naar ach teren gebracht". EEN MEISJE IN HET RUSSISCH LEGER. In ren veldpostbrief in de „Voss, Ztg." komt het volgende verhaal voon We liggen hier in hot Polenlandi ongeveer acht kilometer vun den zoo- genaamden weg, in een dorp, ver vilu «llrt beschaving. De inwoners gaan ons als schuwe honden uit den weg, kinderlijk bevreesd. Als zij ons iets vragen willen, knielen zij en willen, ais in den tijd van dö lijfeigenschap, den zoom van onz© jus kussen. Het dorp bestaat uit vervallen hut ten, uit vertrekken, die men bij ons niet als stallen voor de paarden zou gebruiken. Regen stroomt onoptiou- doiijk neer. Onze paarden zakken tot aan de knie in den modderigen bo dom. Vier en vijftig uren waren we steeds voorwaarts gorukt, toen wo eindelijk in het dorp kwartier nonnen, waar ik getuig© werd van het eindo van een roman. Toen ik de deur van het boerenhuis wilde openen, kwam een onderofficier van het... regiment hij had zooeven ln het bosch met wei nige manschappen ©en halve com pagnie Russen, die-zonder veiligheids dienst opmarcheerden», gedeeltelijk gevangen genomen, gedeeltelijk neer geschoten. Hij had ze eerst dicht bij Laten komen en toen gevuurd. Door de lage deur komen wij n een door waskaarsen spaarzaam v©r- 'licht vertrek. Daar zien w© 't lijk van oon jeugdigen Russischen soldaat ah slapend op een stroozak liggen. Do dood© Russische soldaat is oen meisje! 't Was de verloofde van een Rus sischen officier, die don heel en void- twiht schouder aan 'sdluouder met hein gestaan had en door oon schot

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1914 | | pagina 6