tooed van de wanhoop, telkens weer
beproefden zij niet groote vermetel
heid den aanvul oni slechts weer te
worden teruggeslagen. Donderdag
avond kwam er eenTge verandering in
flen strijd en do Duitschers verlieten
enkoio linies van loopgraven. Dat be
ter kendo echter niet den terugtocht,
want reeds Vrijdagmorgen voor het
aanbreken ran den dag begonnen de
kanontien weer te bulderen en werd
het nrtillorieducl hervat. Toen het
even licht begon to worden beproefden
Vie Duitschers in sterke macht een
nieuwen aanval. Blijkbaar hadden zij
aanzienlijk© versterkingen gekregen.
En ook dien dag werd even verwoed
gestreden als de vijftien voorafgaan
de dagen.
De slug van Vlaanderen ''zegt de
correspondent) zal in de geschiedenis
blijven leven als do meest bloedige
Ir. do drie maanden van don oorlog.
De slachting aan Ma me en Aisne
belrekent niets vergeleken met die in
dat deel van Vlaanderen. De velden
en duinen zijn overdekt met stapels
lijken en de loopgraven zijn gevuld
met slachtoffers van den strijd De
iser was rood van bloed en op som
mige plaatsen konden de kanalen
(net lijken worden overbrugd. Het
endergeloopen land tueschen Nieuw-
poort en Dixtnuiden ia een hel, die
woorden niet kunnen beschrijven.
„ITet was eon gruwelijk gezicht," ver
telde een officier den correspondent,
„de Duitschers gevangen te zien in
hun loopgraven toen hot water begon
binnen te stroomen. Juist toen. werd
het vuur van de vloot cn van de batte
rijen der bondgenooten heviger Aan
den rand van het geïnundeerde ter
rein wachtte de infanterie met kogel
en bajonet. In een overslrooming van
vuur en water, in een tornado van
verschrikking die niemand, welke er
getuige van was ooit zal kunnen ver
geten, werd loopgraaf na loopgraaf
genomen en een sterke wig werd in
de Duitsche posities gedreven."
Overigens vertelt ook deze corres
pondent dezelfde vreeselijke bijzon
derheden omtrent do telkens weer her-
haaide aanvallen van de Duitsche
troepen.
De gruwelijkste gevechten waren
de nachtelijke charges, waarbij tel
kens weer de Duitse he ra werden te
ruggedreven. Hunne verliezen zijn
dan ook reusachtig en de correspon
dent schat deze op een totaal van wel
126000 dooden en gewonden.
Maar niettemin duurt de strijd
voort en naar do correspondent van
Zondagmorgen seinde, schijnen we
derom nieuwo versterkingen voor de
Duitschers aan ta komen en worden
tusschen het tegenwoordige front en
Brussel krachtige defensieve stellin
gen in gereedheid gebracht.
Een ooggetuige in het Engelsch©
hoofdkwartier publiceert door middel
van liet Engclsclie perebureau ten be
schrijving „van het schitterende feit
der overbrenging van een grutte Brit
se he troepenmacht van de Aisne naar
het slagveid-gebied in de kuststreek".
Hij zegt, dat „dit slechts geëvenaard
wordt door de Japanners bij Moekden,
die massa's troepen van het centrum
naar den uitersten linkervleugel over
brachten. Hetgeen de Britten ver
richtten was nog opmerkelijker, daar
het aantal der troepen en de af te
leggen afstand grooter waren. De ver
plaatsing geschiedde door spoorwe
gen, auto's en ook te voet, en wel bij
nacht. De Duitschers vermoedden
niets, hoewel somtijds de Union
slechts een honderd meter van elkaar
aflagen. De Franschen muiieu met
goed succes de plaatsen der Britten
in. De Duitschers dachten slechts te
doen te iwübeu met de gewone aflos
singen in ae vuurlinie.
Aan de noordkust van Frankrijk
wordt nu hevig gevochten en de Duit
schers lijden zware verliezen. Dage-
Iijks worden gevangenen gemaakt.
Tweemalen werden troepjes Britten,
die door den vijand gevangen waren
geuomen, bevrijd.
De Briiscice en F ranse he kanonnen
werken krachtdadig sauien.
De geallieerden leden zeer door do*
zware houwitsers dor Duitschers. De
merkwaardigste dag van den slag
iwas de 23ste October, toen de Engel-
sclien zuidelijk vun de Lya de Duit
sche batterijen tot zwijgen brachten
en de infanterie krachtig terugwier
pen terwijl ze noordelijk voortrukten
en do Duitschers uit de loopgraven
verdreven. De artillerie hield groote
opruiming onder de terugtrekkende
Duitschers. Do Duitschers keerden
terug en deden vijf wanhopige aan
vallen^ Zij rukten in massa op., de
Wacht am Rholn zingend, maar kon
den gemakkelijk worden teruggesla
gen. Het was een ware slachting."-
Van 'I Oostelijk
Oorioustooneel
Een D u i t s c h legcrboricht meldt:
„In het oosten zijn de operaüèn
nog in een staaz van ontwikkeling.
Botsingen hadden niet plaats. Ter
opruiming van een ter vernieling ia
gereedheid gebrachte brug, dreven de
Russen van het eerste Siberische la-
gerror j» op 1 Nov. de burgerlijke be
volking voor hun voorhoede uit".
In een O o a t e n r ij k s c ii leger
bende leest men:
„In Russisch Polen brak de Oostcn-
rijksdie strijdmacht, toon zij een
sterk Russisch leger tot ontplooiing
had genoodzaakt, de gevechten in de
richting van hoi Lysa Gora-gebergt©
af, om do na de gevechten voor Iwan-
gorod gelaste bewegingen te vervol
gen.
De toestand in Gaiicië ia onveran-
derd gebleven.
Uit de gevechten van de laatste da
gen ten zuiden van STtwy Sambor an
ten noordwesten van Turko zijn tot
dusverre 2500 krijgsgevangen Russen
weggevoerd.
Dinsdagochtend overvielen huzaren
bij Rybnik Stryjtste oen Russische
munitie-colonne on maakten een aan
tal wagons met artillerie-munitie
buit.
Aan de „Daily Chron." wordt ge
seind De strijd aan het Pruisische
front begon den 25en October en ont
wikkelde zich in een aanval van een
«lerk-o Duitsche strijdmacht oo de
Russische posities ïéR Woslen van'
Suwalki.
Gebruikmakend van den stilstand
der Duitsche operaties, versterkten de
Russen zich krachtig te Bakalarzevo
en. langs een smal meer en in een
bosclirjjk terrein, dat op den Ooste
lijken oever van hel meer steil is.
De Russische stelling bohecrschte
den omtrek. De Duitschers haddc-ni
troepen geconcentreerd, inclusief re-'
serves en regimenten uil Koningsber
gen, a'smedo kanonnen van het
zwaarste kaliber. Van den 26en tol
den 30sten October had een hevig ar
tillerievuur over het meer plaats, j
Vrijdag, toen het sneeuwde en bitter
koud was, kwamen de Duitschers na
derbij en deden wanhopige pogingen
de Russische loopgraven te bereiken.
Fen geweldige slachting had plaats
4000 Duitschers vielen. Zaterdagmid
dag joegen de Siberische bataljons,
gesteund door artillerie, bon uit het
dorp en ondernamen drio verschrik
kelijke bajonet-charges.
Do Duitschers ondervinden grooten
last ran de koude, daar zij geen win-
terkleeren hebben.
Op het Zuidelijk
Oorlopotooneel.
Uit Weenon wordt officieel gemeld:
Eerst than3 is een volledig overzicht
verkregen van het in Macva behaalde
succes. Hot tweed© Servisch© leger
met vie'r vijf divisies, cla't daar had
geslaan, kon zich sleóht» door eon
overhaaste vlucht, waarop hot aller
lei voorraden en treinen in don steek
moesten laten, tilt zijn gevaarlijken
•toestand redden.
De Serviërs zijn, zonder in do reeds
Vroeger ingerichte achtorwaartsohe
posities nogmaals tegenstand te bie
den, in één stuk achtaruilgeweken tot
het heuvelland en bod on nog slechts
bij Sabac, dat in den nacht van 1 op
2 Nov. door Oostenrijk scha troepen
werd bestormd, hardnekklgen maar
vergeefschen tegenstand.
Verspreid nieuws
van deoorlogsvelden
IN HET RUSSISCHE HOOFD-
KWARTIER.
De bijzondere correspondent van
de „Times" ln het Russische hoofd
kwartier schrijft o.a. het volgende:
Er is geen romantiek ln den mo-
deruuu oorlog. De schitterende too-
neelen van vroeger zijn verdwenen.
Men denkt zich het hoofdkwartier van
een groot leger tijdens belangrijke ac
ties als een plaats waar ordonnansen
heen en weer galoppcerea en koorts
achtige opgewondenheid heerscht.
Men stelt zich den opperbevelhebber
voor bleek en vermoeid, leunend over
de met kaarten bedeklo tafel, terwijl
met stof bedekto ordonnansen om
hem slaan en trappelende paarden
daarbuiten wachten onder het gedon
der van het geschut en liet geknetter
der geweren. Maar die tijden zijn
voorbij. Oorlog Is nu ecu groot be
drijf en de leider gaal evenmin in de
vuurlinie als de president van eeu
spoorwegmaatschappij de blauwe
werkkiel aandoet en op de locomotief
gaat staan.
Hier ls Rusland is onder bevel van'
een enkeling het grootste leger bij
eengebracht, dat ooit op hot oorlogs
veld werd samengetrokken1. En het
ingewikkeld mechanisme vau deze
reusachtige organisatie vindt een
middenpunt in een afgezonderde
plaats in de vlakten van Westelijk
Rusland. In eenige spoorwagens leeft
hier de groep van de goede honderd
mannen, die den generalen staf vor
men. Honderden mijlen verder strekt
zich het reusachtige Russisch© front
uit, waarvan elk front per telegraaf
met dezen wagentrein ia verbonden.
Hier op deze ufge'-egen plaats, ver
van het gewoel van den strijd, wer
ken de hersenen van het leger en
krijgen zij een overzicht van het - ge
heel© oorlogstooneel, dat door eeu
positie meer dichtbij onmogelijk zou
zijn.
Het klein© groepje correspondenten
dat van den goneralen staf vergun
ning kreeg het leger te vo'gen, werd'
allereerst naar dit merkwaardige
hoofdkwartier gebracht. „Ilier wer
den we ontvangen door den chef van
den staf, die ons in zijn ealonwagen
begroette en een half uur lang ons.
uiteenzette wat van de .journalisten
werd verwacht en wat hun verboden
was." En de correspondent, die vol
komen erkent, dal. berichten van de
correspondenten, wellicht belangrijke
inlichtingen voor den vijand kunnen
bevatten geeft toe dat het, waar zoo
veel op net spel slaat, noodig is den
journalisten groote bejierkingen op j
te leggen. Do correspondent die den;
chef van den Russische» stal be
schrijft aLs het ideaal van een stra-1
teeg cn organisator, deelt dan verder
mede. hoe na het onderhoud met den
chef van den staf de journalisten
worden voorgesteld aan den groot
vorst. die onder den Tsaar de opper-1
bevelhebber is ran de Russische lo
gons. De grootvorst is een man van
groote gestalte, die den bezoeker voor
al treft door zijn ern6t en eenvoud.
Trouwens dit vooral trof den corres
pondent, do eenvoud van het leven
in het hoofdkwartier. Slechts enke'e
ondcrschcidingsteekenen toonen het
rarsch'1 tusschen den generaal en
den nederigste» subaltemen beambte
van den staf. Er zijn drie grootvor
sten in den staf. maar die evenals do
generalissimus zelf leven geheel afe
de andere officieren, onderscheid
wordt niet gemaakt.
Ook hier in het hoofdkwartier wordt
het vaibod van het gebruik van ster
ke dranken even streng gehandhaafd
ais onder de lagere klassen der be
volking en een matiger leger is dan
ook zeker nooit in het veld geweest,
BEN JONG OFFICIER.
Werner KuihustJioik, zoon van een
officier vaat gerondl-eid, uit Roden
burg in Boven-S.k-iz.ë, la volgens een
bericht bi de Brttstauor Zo;lung in
den ouder dom van 15 jar em. cut 5 maan,
dien op de slagvelden im België dezer
dagen tot officier bovordiwd. De jonge
luitenant bad van. Tiet lioofdeadetteu-
korps dool uitgemaakt.
8 DUITSCHE PRINSEN GESNEU-
VFLD.
Tot nu fee zijn or acht leden van
Duitsche vorstelijke teuteen op bot
oorlogsveld geVaÏÏöni, nantelïjS ren
neef des Keizers prins Max van Hos
sen, two© leden vaat hot huls Mednm-
gen, dirl© van hot huis Ltppe, ren
prins van Walcöck on ren pruts van
Reuss. Op twee ria waren het al.te
jonge prinsen op den leeftijd van 18
tot 22 Jaren.
BRIEF AAN EEN SOLDAAT.
In de officieel© Fransche soldaten
krant hreft de bekendo schrijver
Eugèno Brioux onlangs ren gevoelig
woord ter opwekking en troost ge
schreven aan don enkele aan het
front, die van thuis géén brieven ont
vangt
Arme jongen Hoe loef ik Je ver
legenheid en verdriet mee. telkens
wanneer de wagon moester uiet een
pak brieven verschijnt, om aan greti
ge handen enveloppen uit t© dreten,
bevattend wenschèn en kussen van
moeders en lieve verwanten. Iedereen
is doodernstig gestemd en luistert
naar do namen, die afgeroepen wor
den.
Jij niet 1 Jij weet al vooruit, dat er
voor jou toch niets bij is. Terwijl an
deren naar voren dringen, blijf jij
stil achter of houdt je weg, opdat do
kameradon niet zullen merken, dot
jij geen familie hebt, noch iemand,
die jo zou kunnen schrijven.
Tóch vecht jij even dapper als de
anderen en aldus doo jij iets meer.
Zij vechten voor hun huisgezin, voor
hun bezit. Jij bezit niets, hebt geen
verwanten en tóch vecht j© met heel
je hart en ziel. Voor wie Voor wat
Misschien heb jo Je dat nog nooit
afgevraagd. Welaan, laat ik het je
dan zeggen 1
Jij vecht voor do toekomst, De an
deren doen dit voor het verleden en
het heden, jij voor 't geslacht, dit
komt. In waarheid, als er één voor
een ideaal vecht, don ben jij dat t
Dus flink er op los I
Nogmaals, mijn jongen, hel) goeden
moed en laat mij jo omhelzen, ik,
geen zoon heb, jou, den vadorlooze.
TEGEN BAJONET-STEKEN.
In een Fransch bericht loost men:
Een van de middelen, waarmede do
Duitschers zich trachten te bescher
men tegen de bajonetten, is de jassen
op te vullen met allerlei stoffen. De
Belgische bajonet is oen kort stomp
wapen, dat dan vast blijft zitten in
het opvulsel en zoodoende 't lichaam
niet raakt. Dat is althans de meaning
van degenen, die deze theorie iu prak
tijk brengen. Een Belgisch artillerie
officier verzekerde den correspondent,
dat verschillende vijandelijke solda
ten, dio deze geïmproviseerd'© kuras
sen droegen, in handen der Belgen
zijn gevallen."
HOE VREESELIJK DE OORLOG I'S,
Een Noo'rsche wouw hoeft aanlee-
keningen uit een Fransch hospitaal
gemaakt, voor „Tidens Tegu".
De correspondent der N. lt, Ct, ver
taalt
Zaterdag den lOden October komen
er 67 gewonden van do gevechten bij
Atrocht en Maandag komen er 60
van den slag bij Albert; 'het hospitaal
is vol. De^oidaten van Atrocht waren
allen zwaai- gewond. Zij waren sedert
Dinsdagmorgen onderweg geweest,
zonder dat hun verband verwisseld
was, zonder gewasschen te zijn. Zij
ha&dan gelegen op draagbaren, waar
op zij door elkaar geschud werden,
wat natuurlijk d<© wonden vererger
de. Zij waren zoowat allen aan de
dijen of aan do boenen verwond dour
granaatsplinters, die het vleosoh
hadden weggerukt, zoo dat nion do
beenderen bloot zag liggen, of door
kogels, die door het been of den voet
waren gegaan. Bij een was <te hal'.©
knia weggeschoten en de arm op v:;f
plaatsen gebroken, ©on gapend© wond
in den schouder en ©en schot wond
door de kui'c. Zij klagen niet, zelfs
niet onder de pijnlijkste operaties.
Toen zij bevuild en moed© iin het hos
pitaal aankwamen, zeiden zij half
verontschuldigend: wij hadden nooit
gedacht, dat wij ons op deze wijze
zouden verteon.cn. Allen hadden, na
dat zij verwond waren, om bei. veld
hospitaal t© bereiken, 8 A 4 kilometer
geloopen, maar daar aangekomen,
zonken zij in elkaar. „Eigenlijk' zei
een soldaat, „zijn onze wonden niel6
wanneer gij al diegenen had kun
nen zien, die zich naar de ambulance
sleepten!" Bij een soldaat was de
hand door ren granaatsplinter afge
rukt, zij hing alleen nog maar aan oen
scukje vleesch, en zoo kwam hij, de
stukjes en brokjes bij olkaa'r houden
de, aangeloopen. Hij dacht dat de
hand nog gered kon worden, maar
de dokter nam eeu schaar en kuipte
haar af. Er komen honderden en nog
maals honderden, zich op huiu ltnieeu
voortslepende, terwijl de kogels hen
om de oo'ren fluiten! Sommigen wor
den opnieuw getroffen en zinkeu in
elkaar, anderen krijgen opnieuw een
paar kogels, maar houden zich toch
oP-
Een onder soldaat verleide, lioe hij
over een auderhalve meter hooge heg
gesprongen was, nadat hij een kogel
door de dij had gekregen. Altijd doof
vertelde hij maar, de woorden rolden
uil zijn mond, hij had oogenschijmlijk
behoefte om zich te uiten, om niet al
leen te zijn met al dat gruwelijke, dat
liij gezien had. „Hot is een Ifel, juf
frouw. Maar na verloop van een paar
dagen denkt men er niet ineor over,
alleen do eerste dag is verschrikkelijk
Vooral wanneer j© Jo kameraden
naast je ziet vallen, en dan te denken:
^en volgenden keer is hei jouw beurt.
En dam wanneer je voor de eerst©
maal over ren slagveld kom'tl Gewo'n-
den en dooden door en ovor elkaar
heen, van alle kanten lang en klai-
gend geroep: ziekendragers, zieken
dragers! Stervenden, diio op hun elle
bogen voortkruipen, en reutelen: Zog
aan mijn vrouw, dat..., do rest sterft
weg. Maar dat maakt alloen maa.r oen
eersten keer indruk, juffrouw!
Op zekeren dag logen wij in de
loopgraven en aten wij appeian. Een
kameraad had ©een appel in zijn hand
en bracht die naar zijn mond oang,
kwam sen granaat ön sloög arm on
appel weg. Maar wij zingen altijd,
wanneer wij marohcoron, en beneden
in de loopgraven vertollen wij elkaar
anecdoten. Wanneer wij met de bajo
net aanvallen, zingen wij de Marseil
laise, en dan gaan de Duitschers aan
den haal, zoo hard zij kunnen, want
onze bajonetten reiken vot, terwijl d©
hunne al3 korte messen zijn. En bo
vendien weten zij, dat ouzo bajonet
wonden doodelijk zijn, zulke won
den zijn driekantig, en sluiten ziëh
van buiten dicht, zoodot de verbloe
ding inwendig geschiedt.
Onzo kanonnen, doan ook goed
werk! Wij zijn voorbij loopgraven
gekomen, die tot don rand mei lijken
gevuld waren, niet een was er uit ge
komen. Eens zagen wij aan den zoom
van een bosch ren groepje Duitsche
soldaten, die daar heel rustig met de
kaarten in de hand zaten, zonder dat
zij zich om ona bekommerden. Wij'
sluipen nader en storten cans op hen
zij waren dood, juffrouw 1 Geen
wond te bekennen, maar dö gezichten
waren zwart door den rook. Zij waren
gedood door do gassen, die zich uit de
granaten ontwikkelen. Ik Juin mij niot
begrijpen, dat ik nu al twee maanden
gevochten heb zoïyler gewond te zijn.
Maar men loert op zekere wijze kogels
en granaten onttcxopön. Een granaat
brengt alle mogelijk© geluiden voort
- zij knetteren, zij fluiten, zij gillen,
sommigen miauwen nis katten, ande
ren huilen en klogon. Men trekt het
hoofd ineen tusschen do schouders,
buigt zijn rug en wacht af. Ik weet
niet hoeveel keeren ik door den lucht
druk ter aarde ben geworpen; maar
ik bleef ongedeerd. Maar toen werden
wij naar Atrocht gecommandeerd en
daar kreeg ik het te pakken, lm. vier
dagen cn vier nachten heb ik niet ge
geten, geen spat koffie gedixmken,
niet geslapen. Wij hadden geen tijd.
De Duitechera vielen dag en nacht
aan het liefst zoo om 3 of 4 uur '3
nachts en zoo schoten zij den hee-
ien tijd, en hielden ona wakker, wan
neer wij een slaapje wildon pakken.
Vuur durfden wij niet ontsteken,
want dan konden de Duitschers ons
ontdekken. Ik at eeu beetje rauw
vleesch voordat wij gingen vechten,
en ik, die nooit van gebraden vleesch
hield, ik likte niijn lippen na het rau
we verorberd te hebben. Wij logen in
onze gecementeerde loopgraven boven
elkaar, en het was mooi, wanneer wij
1500 meter per dag vooruit kwamen.
Wij moeten hen uit hum holen ver
drijven, en. toch blijven zij er zich
aan vasthouden. Zooals Ik vertelde,
wij lagen op den vijand te schieten,
toen ik opeens een steek in mijn
rechterschouder gevoelde. Mijn lin
kerhand, dien ik or heenbreng, wordt
Jrood van het bloed. 11c probeer nog
mij;a geweer vast te houden, maar
mijn rechterhand is slap, en terwijl
ik weg wil kruipen, wordt ik zoo won
derlijk moede en ik zink in elkaar.
Mijn luitenant ziet liet, en zegt togen
eeu soldaat: Help Je kameraad! Op
hetzelfde ©ogenblik fluit oen granaat,
de luitenant valt voorover, terwijl
mijn kamerefiid en ik omver tuimelen.
Zoo, zei ik tot mijzelf, dezen keer heb
je hut in je knie te pakken. TIoo ik
weg kwam, begrijp ik nog niet. Ik
bond mijn zakdoek om mijn schou
der, en hinkte 3 kilometer naar de
ambulance, en vandaar werd ik hier
heen gezonden." Nu moet ge rus
ten en slapen gaan, zeg ik daarop.
Juffrouw, het is nu al woo maanden
geleden, sedert ik in ren bed sliep, en
ik kan niet slapen, zoo goed heb ik
het nu»
SPROOKJES OVER DE GROOTE
BROMMERS.
Wederom komen, langs den omweg
over de Zwitscrocho pers, uitvoerige
berichten omtrent de 42 centimeter
mortieren, die beschouwd moeten
worden als fantasieën, al zien de be
schrijvingen e'r nog zoo solide uit.
Aan de Münchener N cuesten Nach-
richten wordt het volgende geschre
ven:
Ik had gelegenheid dezer dagen met
een hooggep laats ton Dullschen artil
lerie-officier te spreken over dit on
derwerp en ben in staat de volgend©
punten te public reken uit ons onder
houd:
In do eerste plaats moot het onzen
artilleristen langzamerhand onaan
genaam stemmen, dat steeds Krupp-
sche ingonieuren genoemd worden
als bedieningsmanschappen der
groote mortieren. Een Berlijnsch blad
ging laatst zoover zelfs te spreken van
„elegante hoeren in cutaway's ter
wijl van den eersten dag af, waarop
de mortieren in werking traden, uite
sluitend artilleristen in uniform, ar
tilleristen behoorende tot hot Dul'i-
sche leger, die geen relatie hebben lot
Krupp, de mortieren bediend hebben
en nog bedienen.
Dez© mededceüngen schijnen bij het
publiek hot vermoeden gewekt te
hebben, dat de mortieren nog eigen
dom zijn van Krupp en dat zij thans
rerst overgegaan zijn aan liet leger
bestuur. Beide vermoedens zijn on
juist. De proeven met do mortieren
zijn ruim zes jaar geleden genomen
en werden gedaan door de arcillerie-
proefnemings-ooinmissie to Berlijn.
En krachlens de voorstellen van dez©
commissie werd het geschut aange
kocht door het ministerie van oorlog.
Natuurlijk zijn jarenlang officieren
en manschappen geoefend in het be
dienen van doae mortieren. Da't dit ge
schut booh eerst bekendheid kreeg in
1914 als een speciale oorlogsvënras-
sing is niet verwondert I jk. Of vindt
men deze langdurige discretie opval
lend? Zij is 'toch niets andors dan oen
plicht van soldaten.
D$ bijzon dorheden in de laatste
maanden bekend geworden over dit
geschut, berusten alleen op vermoe
dens. Do „Zilrlchefr Post" laat elk
schol 48000 Mark kosten, en de Fran
sche bladen berekenon dezo kosten,
volgons de Standard, op 31.500 francs.
De levensduur van doze mortieren
is rerst onbegrensd genoemd. Dit ls
natuurlijk onzin. Maar het is bekend,
dat mortieren hot langer uithouden
dan lang© vlakbaan-kanonnon. En
wanneer men mag aannemen, dat bij
voorbeeld, lange Engelsohe scheepska
nonnen ongeveer tachtig schoten kun
nen vuren, terwijl daarentegen onze
lange kanonnen ren capaciteit heb
ben van ongeveer 250 schoten, dan
kan men er staat op maken, dat onie
42 centimeter mörlieren renig uithou
dingsvermogen hebben.
Men vertelt sprookjes over do go-
varen, die de bedienende manschap
pen bedreigen bij het ra ren van dezo
mortieren. Wanneer ik vertel, dat wij
van dit geschut geen meter vender
wijken dan van ander© kanonnen,
dat wij geen last hebben van oorsui
zingen en kiespijn, dan zal men in
dit monster het normale practisch©
wapen zien, dat het werkelijk is. An
ders is de uitwerking voor den vijand,
die zoowel den invloed ondervindt
van de explosieve stoffen als van do
gassen.
Omtrent de draagwijdte van liet ge
schut wtfrdt veel avontuurlijks ver
teld. Mm leest van 32 kilometer en
zelfs van 44 kilometer. Eon bepaald
getal wil ik niet noemen. Maar ln elk
geval schiet do mortier ver an over
een afstand, die voorloopig door don
vijand niot bereilu wordt. En ook wut
tot nu meegedeeld is omtrent het ge
wicht van deze mortieren is niet over
eenkomstig de waarheid.
EEN HELD IN EEN ZEPPELIN.
Do chef-mac-huiist Richard Luïck-
iiardt behocxlde tot de bemanning
v&n een Zeppetm-luchtschip, dat reeds
met succes had deel genomen aan. het
beschieten van de vestingen Luik en
Namen en dat ook boven Antwerpen
opereerde. Tijdens een der laatste
tochten boven Antwerpen kwam dit
schip m het licht van de zoeklichten
van de vesting en onmidde'lijk word
uit alle kanonnen een vorschnkkelijk
vuur geopend op de Zeppelin.
Een granaat ontplofte bedenkelijk
dicht bij de ballon en vernielde hot
stellage, waaraan een der achterste
schroeven bevestigd was. De zware
schroef helde naar den binnenkant
over en dreigde in do gondel te ral
len, waardoor natuurlijk de motoren
ernstig beschadigd zouden worden en
het leven van do bemanning bedreigd
werd. Nu moest tijdens de vaart hoog
in do lucht do stang af gewaagd wor
den en gelijktljdiig diende men zon
der gevaar voor do' bemanning do
schroef uit den weg te ruimen.
Luiekhardt meldde zich vrijwillig
voor deze gevaarlijke onderneming
Met een metaal-zaag en veilen klau
terde hij Langs den buitenkant van
de ballon eai het gelukte hom werke
lijk na een. half uur hard werken zijn
taak te vervuil eau Bovendlien repa
reerde hij nog de omhulling, d'l© een
groote scheur gekregen had. Luiek-
iwdt werd voor zijn heldenmoed be
loond met het ijzeren kruis eerst©
klasse.
(Berliner Dokal-Anmeiger).
DE KEIZERIN IN HET LAZARET.
De deur met het ontmoedigende
boni: „Ernstigo zieken, toegang ver
boden" wordt raker dan anders open
gerukt. De sergeant Lu een nieuwe
unliform met glimmend gej Kletste
kooopén komt de kamer binnen. Zijn
zekerheid schijnt ietwat te lijden on
der do zenuwachtigheid van het
©ogenblik.
.Binnen een kwartier üs de
keazerm hier"....
In do lange ijzeren bedden bewegen
zich. de lichamen onder de witte,
g&adgevouwen beddekkeu, die zoo re
gelmatig sclujnen als pas gevallen
sneeuw. De zustere 5oopen met koorts-
therrnometers en reageerbuizen in de
hand naar de deur, om b.jzonderhe-
don te hooren. Maar de sergeant 13
weer weg.
Do jonge, phlegmatischo soldaat
van de wamt palit nog eens de bezem
om zijn morgenwerk al to maken. De
zusters morrelen nog wat. Maar veel
lis er niet te doen. Want or heerschen
orda en zindelijkheid in bat lazaret
ook als de keizerin niot komt. liet
eeno kwartier voor, hot andere na,
gaan voorbij, maar het aangekondig
de bezoek is er nog niiot. Van lijd
tot tijd kijkt ©en onderzoekend hoofd
door een k;er van do deur. Een dokter
of een opzichter. „Is alles klaar?"
De zieken draaien zich nog oena
recht iri hom. bed. Eindelijk eens een
afwisseling in deze nooit verande
rende sfeer van morphine en gipsver
band. De dieuren gaan open.
De keizerin is midden in de kamer.
Zij ziet er zoo eenvoudig uit als een
der moeders, die hier eeu zieken zoon
komt bezoeken. Het witte haar schijnt
door den dichten sluier. Een hofdame
en een adjudant van prins Joachim
in vetdgrijs met Hel ijzeren kruis op
de borst begeleiden haar. Anders
niemand. Een kort© begroeting met
de zusters van het Roode Kruis, die
bijna alle vrouwen zijn van garde
officieren, gravin- Lehndorff. baro
nesse Von Knigge, mevrouw Von der
Planitz, Von Ade'sheim, oudste Prui
sische adel. De keizerin kent deze da
mes van de hoffeesten en de wekta-
dïgheuts-bazars. Dat men elkaar zou
weerzien onder zulke treurige om
standigheden, dat had wel geen dezer
dames kunnen donken. Dc keizerin
spreekt nog met reu andere zuster,
een middelgroots verschijning met
temperamentvolle oogen en een goe-
digen trek om den gezonden mond.
Langen, tijd heeft deze zuster geschit
terd op de planken, die de wereld
verbeelden. Nu heeft ze hot pantser
van de jonkvrouw van Orleans ver
wisseld voor do eenvoudige dracht
van het Roode Kruis. Ze is gravin Mt-
not.to, meer bekend onder haar bur
gerlijken naam van Agnes Sorma.
De chef-arts brengt do keizerin van
bed naar bed Kort en mUitalr zijn
zijn mededeelingen.
„Schot in den hals shrapneil-ver-
wonding trap van een paard."
Als ren bloedverwant aprrekt de
keizerin tot iedereen. Vol belangstel
ling en harteljjlte zachtheid. Een
ieder "reikt zij 'de hand, vraagt wniy
hij gevoelden heeft en bij wc'k regi
ment. Zij vraagt naar. al de kleine
dingen, die voor soldaten zoo groot
zijn. Een ruiker rozen en ccn prent
kaa'rt laat zij overal achter.
(Berliner Börsen-Courier.)
OORLOGSKIEKJES.
Zeven uur '6 avonds. In den sla
gerswinkel verdringen vele vrouwe#
elkaar. Vrouwen, eu dienstmeisjes.
Midden ln deze groep slaat een sol.
daat, den arm in een witten doek. Hij
wil geduldig wachten, tot hij aan de
beurt komt. Maar een kleine, blonde
verkoopster rekt den hals uit don
witten kraag, maakt een uitnoodigon-
de handbeweging en vraagt„Wat
wenscht meneer?" Zonder te moppe
ren laten de vrouwen, die voor hem
in den winkel kwamen on reeds zoo
lang wachtten, hem voorgaan. Een
dienstmeisje vraagt hem of hij ook
bij Tannenberg was. Neen, li ij was
niet bij Tannenberg, maar dicht in de
buurt bij Lötzen. liet dienstmeisje
lacht. Misschien kent hij dan Karl
Petermann?? Hij schudt het hoofd.
Neen, hij kent Karl Petermann niet.
Maar over een paar dagen, zoodra de
arm beter is, gaat hij weer naar het
front en dan zal hij naar Karl Peter
mann vragen. De dienstbode straal
van pret.
„Ik ben Marianne, verder behoef Je
niets te zeggen, alleen maar do groe
ten van 'Marianne." En uit haar
mandje haalt de dienstmeid een le
verworst en geeft die den soldaat. IIIJ
neemt de worst dankbaar aan en
schudt Marianne de hand. Nogmaals
zegt ze: „En wel de groeten aan Kar!
Petermann. Niet vergeten, van Ma
rianne."
„Ik zal bet niot vergeten, adieu
Marianne."
„Adieu, soldaat."
Hij salueert en verlaat den winke'.
Gaat naar een auto, die buiten
wacht. De knecht rukt de deur open.
Lachend stapt de soldaat in. „Naar
liuis," roept hij den knecht toe. „Ja
wel, professor."
Het dienstmeisje ziet hem ver
baasd na.
(Berliner TagoblatL)
DE CHUEKA'S.
Het Parijsch© bJad „La Presso" 're
schrijft, naar we m de „N. R. Ct.'-
iezen, ren episode, waarin d© Ghur-
lca's uit Engeisch-Indie in de gevech
ten aan de Ysor ren rol hebben ge
speeld, als volgt:
„Ten Noorden van de Bolgischo
li pi© niet vier van de kust hadden do
Duitschers onlangs verscheidene bat
terijen zware artillerie opgesteld.
Alle pogingen van d© artillerie van de
bondgenooten tegen die kanonnen
waren vruchteloos geweest. Men kon
eten schootsafstand niet vinden en
de Duitsche kanonnen brachten den
bondgenooten zware verliezen toe.
Luchtverkenners vonden eindelijk
de plants .waar do munitie voor dio
kanonnen was opgeslagen; zij lag
ruim 15 K.M. achter do Duitsche
schansen, 's Nachts scheepte ren af-
deeling Ghurka's zich op twee kanon-
neerbooten in en niet gedoofde lich
ten voeren dli© in alle stilte den mond
van de Ysor op. Na ren longen en
stillen marsch kwamen de GlUlrica's
tot op 900 M. van het kamp waar liet
munitie-renvooi was. Hier stonden
zes Duitsche schildwachten op post-
Do officier, die over de lnlandsche
troepen bevel voorre, gaf hun lust, in
een klein bosohje weg te schuilen. Het
heel© bataljon legde zich heel stil neer
en spande zijn oogen in, oin de duis
ternis te doorboren. Langzaam, stil,
kropen zes gestalten, die zich nauwe
Sijfks tegen den grónd af teekenden,
uit het bosch je den weg op. In hun
mond hadden zij iiet lange mes, dat
bij handgemeen het geliefkoosde wa
pen van de Ghurka's is.
Een half uur verstreek. Een diep
basgeluid, als het gekwaak van een
kikvorseh, werd vernomen, en in eeu
seconde waren, de schaduwbeelden
van de zes schildwachten op den weg
verdwenen. Geen geluid, geen kreet
werd gehoord. Het was of de herfst
wind de bladeren, langs den grond
deed ritselen. Nu sprongen de ander©
Ghurka's op en hervatten hun rjarsch
na-ar de opslagplaats van de munitie-
Om een uur 'in den ochtend ontwaar
de de generale staf, die in de richting
van do Duitsche linie niet spanning
uitkeek, een feilen liehtüits aan den
horizon. Eenige seconden later hoorde
men een zware ontploffing, gevolgd
-dloor tallooze andere, toen de liist.eu
met granaten en granaatkartetsen
uit elkaar sprongen. Vervolgens lie-
reikte de kleine troep de kanonneer-
booten weer. Den. volgenden dag wa
ren de Duitsche batterijen naar ach
teren gebracht".
EEN MEISJE IN HET RUSSISCH
LEGER.
In ren veldpostbrief in de „Voss,
Ztg." komt het volgende verhaal voon
We liggen hier in hot Polenlandi
ongeveer acht kilometer vun den zoo-
genaamden weg, in een dorp, ver vilu
«llrt beschaving. De inwoners gaan
ons als schuwe honden uit den weg,
kinderlijk bevreesd. Als zij ons iets
vragen willen, knielen zij en willen,
ais in den tijd van dö lijfeigenschap,
den zoom van onz© jus kussen.
Het dorp bestaat uit vervallen hut
ten, uit vertrekken, die men bij ons
niet als stallen voor de paarden zou
gebruiken. Regen stroomt onoptiou-
doiijk neer. Onze paarden zakken tot
aan de knie in den modderigen bo
dom. Vier en vijftig uren waren we
steeds voorwaarts gorukt, toen wo
eindelijk in het dorp kwartier nonnen,
waar ik getuig© werd van het eindo
van een roman. Toen ik de deur van
het boerenhuis wilde openen, kwam
een onderofficier van het... regiment
hij had zooeven ln het bosch met wei
nige manschappen ©en halve com
pagnie Russen, die-zonder veiligheids
dienst opmarcheerden», gedeeltelijk
gevangen genomen, gedeeltelijk neer
geschoten. Hij had ze eerst dicht bij
Laten komen en toen gevuurd.
Door de lage deur komen wij n
een door waskaarsen spaarzaam v©r-
'licht vertrek. Daar zien w© 't lijk van
oon jeugdigen Russischen soldaat ah
slapend op een stroozak liggen.
Do dood© Russische soldaat is oen
meisje!
't Was de verloofde van een Rus
sischen officier, die don heel en void-
twiht schouder aan 'sdluouder met
hein gestaan had en door oon schot