De Europeesche Oorlog.
TWEEDE BLAD.
HAARLEM'S DAGBLAD
ZATERDAG 5 DECEMBER 1814
Parijsche Brieven
(DE ZWAARSTE LAST.)
Hot ie aan hel uiterste einde van
een langeji corridor, dat rich, in het
hospitaal „La Charité" de zaal be
vindt, die gereserveerd ia voor de ge
wonde militairen. Wij zijn, uit het
duister gekomen, ineens ve'blind,
wanneer, de deur open, de heel blan
ke, netto en wijde zaal onze blikken
mot k'aarhoid vult Ik heb een oogen-
hlik geweifeld om mijn oogleden op te
heffen, daar ik te veel ellende be
vroedde maar het zijn lachen, kre
ten van vroo'ijkheid, die mijn ooren
op zonderlinge wijze treffen. Hoe nu?
Is het dus, zoowel vóór als na den
veldslag, overal dezelfde en overwin
nende Vreugde?
Wit als sneeuw twee rijen bedden
langs de wanden, dnnrlusscheix een
lichte rij tafeltjesToch zijn het
daar mannen, die hard beproefd zijn
geworden, die tegen zich het wanke
lend gewicht hebben gevoeld van val
lende lichamen, die zeiven gevallen
zijn. onder bloedverlies. Herstellen
den ontvangen ons. komen ons moei
zaam tegemoet, de een zich voort
slepend op krukken, de ander met
den linkerarm in verband. Zij be
groeten ons met groote kinderlijke
vreugde, leiden ons vervolgens
bed tot bed, naar de kamera dei
alle bedden zijn hoofden opgericht,
bleek, eer weinig starend van veel ge
leden te hebben, maar hoe ge'ukkig
zijn zij, dat men hen kornt opzoekenI
En naar hun oogen kijkend het is
als het kijken naar de oogen, plot
seling lichtend, van heel kleine kin
deren, dien men bonbons gaat ge
ven. Met elk hunner spreken wij eeni-
ge rmouten. Hier in dit bed no. 1 is
het e^n arme jongen, die gisterenmor
gen is geopereerd. Hij is nog als uit
geput. hij heeft veel moeten door
staan niettemin glimlacht hij toch,
lacht met zijn kameraden, schertst,
ziende hoe zij ons omringen, over
hun gelukkig lot.
Naast zijn bed. naast alle bedden
6laat een tafeltje pakjes tabak,
briefkaarten, snoeperij kleine at
tentie» van de dames, die er geweest
zijn Zij zijn verwend, en zóó, dat
wanneer we hun vracen wat zij graag
van ons zouden willen hebben, bij
een nvuw bezoek, zij lang nadenken
en niet3 weten te vinden Zij hebben
van a'les. zeggen zij met een dank
baren glimlach... Zij ziin gelukkig, zij
voelen zich hPrleven in de atmosfeer
van ongeruste teederheid. die hen
omgeeft De rust In epn bed (sedert
twee of drie maanden hadden zij zich
niet. np een bed uitgestrekt), do wij-
d'nfrsvolle zorgen van elk oogenblik
en zie. zij hebben niet meer den star-
rpn blik dien huiveringwekkenden
blik van al degenen, die van het slag
veld terugkomen.
Wat verder volgt een ander, mager,
hel gelaat bleek en de baard lang. ons
met zijn blik vol emotie. Het is een
slrijÖ3r van de Aisne, gewond voor
den tweeden keer!... Hij is vader van
een kleinen jongen van acht jaar, van
een klein meisje van zes jaar.
Ja, hot was verschrikkelijk.,
hij me, het schijnt een lange nacht-
merrie te zijn 1 De loopgraven, die
graven worden, de bommen, de ko
gels. Maar het verschrikkelijkste,
hernam hij alsof hij tot zichzelf sprak,
dat is de bajonet, de charge, mannen
op mannenAh! men moet als gek
ziin. met moet niets zien, opgaan in
de massa. Maar men kome voor een
enkel mensch te staan, in Lndividuee-
len strijd, als men dan nogal gevoe
lig is, neen!Dat is mij overko
men Ik had een s'ag gegeven, in de
warreling, en toen, plotseling, heb
ben hij en ik elkaar gezien, wij kij
ken elkander aan, en daar schreeuwt
hij me toe: ..Genade, genade, kame
raad!Ik ben misschien een
slee' t Franse.hman geweest, des te
erger, maar opnieuw treffen, onmo
gelijk!
U is een Franschman geweest,
lieel eenvoudig.
Ik hernam schroomvallig, daar ik
te aangedaan was-
O, al die arme soldaten, wat zijt
gij Ie beklagen 1
Hij keek mij met groote zachtheid
aan, en op een toon van vereering
antwoordde hij
Neen, niet wij, mannen, zijn hot
meest te beklagen.
Gij zijt het, die den zwaarsten last
draagt, gij, vrouwen Wij, die voort
durend den dood bestrijden, wij deu
ken niet meer aan het gevaar. Ter
wijl wij het huis verdedigen, houdt
gij het in ordo, maakt gij het geluk
kig. Elk uur is voor u, moeders, ecln-
gonooten,-zusters, een uur van anost.
Uw gedachten dwalen ver weg en
wiegelen ons en belioeden ons... Gij
zijt angstig hij liet lezen der dagbla
den, en. als de smart in u is, als do
dood u iemand beeft ontroofd, zijt gij
nóg heroïsch, en wanneer het kind
zich Lot u keert en u diiep in de oogen
kijkt, ziet liet in u een. grootere lief
de, goon tranen want gij zijt do
kalmte en de gerustheid.
Ziju aandoenmg vernergonde, hield
hij mét spreken op hij kon liet, on
getwijfeld, niet meer,.,.
Als spijtig kondigt de stem van. een
waker aan, dat het uur dor bezoeken
is afgeloopen. Wïij verlaten onze gast-
heeren, met laatste blikken achter
waarts, hope in ons, want zij zijn het,
di6 ons gesterkt hebben.
Ik denk: ja, zij zijn sterk, de kleine
FrangaLses, zij zijn stille heldinnen...
Zij zijn Spartaansclie moeders, stoi-
cijnsche echtgenooten. Zij zoeken de
kalmte van beur ziel onder het leni
gen van het leed dergenen, die, wel
licht, nog zwaarder beproefd zijn; zij
zoeken nieuwe geestkracht en de lie-
rusting, nijgend naar een grootero
smart dan heur eigen smart. EUie
barer draagt op bewonderenswaardi
ge wijze haar deel van het ongeluk,
dat aar. elke deur kan kloppen.
Ziehier een brief van een moeder,
wier eenig kind op het veld van eer is
gestoi-ven. Niets eenvoudig schooners
is er geschreven, niets is misschien
gevoeld in zuiverder opoffering:
„Mijnheer, ik dank u heel oprecht
voor den brief, deen u mij wel hebt
witlen schrijven. Dank vooral voor de
zore. die gij fcébt genomen orn mij
met zooveel omzichtigheid de ver
schrikkelijke tijding mede te deel en,
die mij overstelpt...
In dut vreeselijk ongeluk blijft mij
één troost over. Zeventien jaar lang
heb ik mijn zoon aan alle mogelijke
ziekten betwist .Ik heb hem aan dea
dood kunnen ontrukken door gesta
dige zorgen. Ik ben diep trotsch er in
geslaagd te zijn, hem te behouder
om hem in staat te stel Ion, voor hel
vaderland te sterven. Daar is rnijn
groote troost...''
Jonge meisjes en kind&reQ zeiven
brengen hun. deel van toewijding aan
het - schooae Frankrijk. Ik ken een
kiem meisje van acht jaar, onder zoo
vele andoren, die met eon aandoen
lijke naarstigheid onophoudelijk klei
ne vierkante stukken wel breit. Het
etensuur zou dikwijls voorbijgaan,
indien er geen moeder was om er liet
kind aan Ve herinneren. Deze vier
kantjes, daarna vercenigd, worden
wanne dekens, die daarheen gaan,
waar onze soldaten slechts een. hui
ven, ijskouden slaap slapen, In de
loopgraven.
liet is onder allen, als om strijd,
een aelfde gedachte om z:ch toe te wij
den, om nuttig to zijn; een wakkere
werkzaamheid is in. hen. Ziehier, zoo
bij toeval op st.ra.at waargenomen,
eeli bekoorlijke trok van oen kleine
Parisienne. Het is in de Rue Notre-
Darne-de-Lorette, dot een zwaar !>c-
vracht voertuig moeizaam stijgt,
bij oen kromining, niet verder kun.
De karrovoerder schreeuwt zijn pa'ar-
den toe, do goede beesten trokken met
gest relt ten nek tevergeefs.... Man
nen kijken toe, denken or hooi omual
niet aan, te helpen. Dan, zonder een
woord te zeggen,, loopt een heel jongo
vrouw naar een der wielen, duwt niet
al liaar kracht, tegelijkertijd met een
nieuwe poging der bespanning: en
het voertuig raakt los, komt weer in
gang, terwijl het vrouwtje glimla
chend en heel rood heengaat.. De
neu, vastgenageld op het trottoir, zeg
gen niets, ze kijken naar hun voeten.
Sterk uw ziel, en verstevig uw spii
ren zoo. zijt gij, gij, „die den zwaar
sten last draagt", jonge vrouwen en
jonge meisjc-s, die hel nieuwe Frank
rijk zijt!
WILMA KNAAP.
Brieven Dit Eerlijn.
Berlijn, 1 December 1014.
De vijfde oorlogsmaand begint. Ver
en onwerkelijk k'inkt het woord vre
de bij liet terugdenken, even verre en
onwerkelijk schijnt hij nog in de toe
komst, Wel gaapt een diepe kloof
tusschen vroeger en nu, verstoorde
volksii'usies liggen; daar begraven
En tochvergelijkt men de som
bere profetieën van allerlei de pen.
hanteerende en zelf Duitschers zijn
de mannen van vuor den oorlog met
datgene wat feitelijk ontstond en is,
dan is er reden te over voor het DuiU
sche volk trotsch op eigen kracht en
aanpassingsvermogen te zijn. Er is
niets te hespeuren van da erbarme
lijke toestanden, die voorspeld waren,
Integendeel, een leger van véle mil
lioenen menschen en een volk van
nog meer niiilioenen worden nog
steeds goed verzorgd en dit kan ook
verder geschieden voor een thans nog
onaf/denbaren tijd. Industrie, handel
en nijverheid liggen niet totaal stil,
en de financieele toestand is bevre
digender dan de beste kenners van de
geldmarkt ooit hadden durven ho
pen,
De groote factor, die het Duitsche
volk in dezen reuzenstrijd he'pt, is
aanpassing. Alles is mogelijk, in al
les kun men zich schikken, naar ai.es
voegt, men zich. Nog voor een half
jaar ware hel. onmogelijk geweest in
Noord-Duitschland, speciaal in Ber-
liju. döor te drijven dat de met ver-
sche wittebroodjes gevulde mand van
de restaur&nttafeUjes, waar zij ter
beschikking der gasten troonden en
zoo vaak men dat wen-schte opnieuw
gevu'd werd, plaats maakte voor toe
gemeten porties, die de kellner tege
lijk met de spijzen bracht. Voor een
half jaar klaagde men nog steen en
been wanneer een tram- of autobus
lijn een weinig verlegd werd, zoodat
men enkele minuten langer moest !oo-
pen dan anders om zijn doel te berei
ken. Aan de tradities van comfort en
dagclijksche gewoonten liet men niet
tornen. Thans echter hegrijpt men
dat een spaarzaam omgaan met den
graanvoorraad de Duitsche weer
kracht sterkt, men klaagt niet omdat
de hakkers thans slecnis tweemaal
per dag vensch brood mogen hakken,
men betaalt enkele penningen meer
voor eieren en petroleum, men mist
de bananen op straat niet al te zeer
en velou hebben bij deze kleine ontbe
ringen nog vaak het gevoel, dat kij
veel te gering zijn vergeleken bij den
ernst der tijden, die daardoor niet diep
genoeg tot de harten dergenen door
dringt, die hij juist zou moeten lou
teren.
Dit is natuurlijk niet als een lof
zang op ascetische neigingen bedoelü.
En toch moet o'ke buitenstaander
met eenige fantasie het begrijpelijk
vinden, dat de gewonden dte naar
Berlijn komen, terug in een leven vol
vrede uit die hel op aarde, die oorlog
heet, even, als met de oogen knippend
tegen oen te schel licht, verbaasd
staan over den voortgang van het du-
gelijk'sch leven, verwonderd kijken
naar de menschën, die zelfs naar dé
conicdie gaan. Toch behoeft niemand
hier aanstoot aan te nemen, want
lichtzinnigheid is het niet, en de offi
cieren en.minderen, die 's avonds de
eerste rijen van het parket vullen, do
borst vaak versierd met het ijzeren
kruis en moeilijk gaand op een of
twee krukken, doen het dan ook niet
meer als zij even over het overweldi
gend contrast heen zijn.
Vier maanden oorlog. En de indus
trie bloeit: Een oorlogsindustrie wel
'iswaar. De leveranties voor het leger
brengen millioenen in omloop en niet
minder die andere leveranties die in
dan vorm van „Liebesgaben" dezer
dagen door het gansche volk naar
Oost en West gestuurd worden, om <le
troepen nog tijdig voor het kerstfeest
to bereiken. Hoeveel millioenen paar
kousen zijn er wel sinds Augustus
gebreid! Op het oogenblik houdt de
speciaal daartoe ingerichte tak van
den National en Vrouwendienst met
minder dan 1700 Heimarbeiteriuneii
bazig met breien, in goed verwarmde
lokalen, waar Het werk gekruid wordt
i door het voorlezen van veidpostbric-
vaa of goede gedichten en waarmede
oen eetgelegenheid verbonden ia De
wol is duur, anders zou een nog groo-
ter aantal hier werk kunnen vinden
Kousen, poiswanners, bouffantes zijn
oveirigens bijna geheel uit het ijverig
liefdewerk van talrijke «ouwen,
hooggeplaatste en eenvoudige, ont
staan. De Industrie heeft met deze
soort milde giften niet heel vosl te
maken. Destenieer met dio duizenden
dingen, die de practische Duitsche
geest uitvond, om het leven der troe
pen te veraangenamen. Koffie, thee,
zelfs cognac en ruiu in vasten vorm,
tubes gevuld met hom? cn gelei, bat
terijen om op allerlei wijze licht of
warmte voort to brengen, liet zijn
slechts oen paar .staaltjes van alles,
wat in de groote warenhuizen onder
het stralend licht der kerstboomkaar-
sen op de sold&tc-nkersttafcl s te kust
en te keur ligt, en dat met verrukking
door groote en kleine kinderen ge
kocht wordt
Verzen worden gedicht en brieven
aan de onbekende ontvangers ge
schreven en met dennen takjes en zil
verdraden worden poëtische pakken
vol materieele heerlijkheden samen
gesteld. die door do bureaux der dag
bladen en een aantal depot* verza
meld cn per auto» naar de vuurlijn ge
bracht worden. En zoo actueel is do
vervroegde kerstmis, dat, slechts
j het doel de kerstpakken v oor de
soldaten die ieder zenden wil, zoo
practiseh mogelijk tc maken, een ten
toonstelling van alle zaakjes die daar
toe bijzonder geschikt zijn, gehouden
vrordt. Alles wat er ligt is to koop, en
ean geheel© klasse van kleine meisjes
uit de volksschool, die eiken dag wis
selt, verlevendigt het geheel met het
gerikketik harer breinaalden, waar
over de blonde en bruine kopjes zich
zoo ijverig buigen, dat zij zei ven nau
welijks iets zien van alle dnikte «u
haar heen en alleen maar voor de an
denen ec-ii lief en aandoenlijk schouw
spel zijn.
OP het Westelijk
Oorlogsveld
De Duitsche staf bericht
„Aanvallen van de Franse!>cn op
Duitsche troepen in Vlaanderen zijn
bij herhaling afgeslagen, eveneens in
do streek ten Noordwesten van Alt
kirch (El-zus), waar do Franschen
aanmerkelijke verliezen hebben gelo
den."
Het F r a n 6 c h c communiqué
luidt
„Bij tusschenpoozen was er oen vrij
levendig geschutvuur tusscheu de
spoorlijn Yperen—Roessclaere en cp
den weg van Bocclaere naar Paschcn-
daelc, waar do Duitsche infanterie,
zonder succes echter, trachtte terrein
te winnen.
Van do Somme tot in Argoaae was
het rustig op het geheel© front.
lu Argonne werden verschillend©
aanvallen van Duitsche infanterie af
geslagen, o. m. te Racomo ten noord-
westen van het bosch La Grurio.
In Woêvrè en Lotharingen kwamen
eeiugo kanonnades voor."
Een mededeeling van de Fransche
legatie te 's-Gravenhagc luidt
„In Belgic valt een vrij levendig
onderhouden beschieting te vermel
den tegen Nieuwpoort, tégen Lamper-
nisse ten westen van Dixmuiden en
ten -zuiden van Yperen.
Aan de Aisne, in de streek van
Craonne en van Reims (door de Duit-
schers) ging de dag kal in voorbij. De
beschieting van Reims heeft sedert 1
December 's avonds opgehouden.
In het Argonncnwoud hebben de
Fransclieu vrij hevige aanvallen te
verduren. Do Duitschers hebben het
vooruitstekend noordwestelijk gedeel
te van het Grurie bosch in de lucht
laten vliegen.
Op den rechteroever van den Moezel
hebben de Franschen Lesmeriels be
zet, op 4 kilometer noord-oostelijk
an Pont a Mousson.
In de Vogezen hebben Fransche
troepen op schitterende wijze Tête de
Faux (ten zuiden van het dorp Bon-
hommeDiedelshausen) genomen,
hetwelk een belangrijk punt vormt,
dat den heuvelkam aan de grens be-
heerscht en den Duitschers tot waar
nemingspost diende.
Terwijl de Franschen voortgaan
met in den Elzas vooruit te rukken,
hebben zij liet station van BurnJiaupt
bezet en zich ingericht op de lijn As-
pach—Po ri t d' Asp ach—Bu ril haupt
ten zuid-oosten van Thaun."
Van 't Oostelijk
Oorïogs'ooneel
De Duitsche staf meldt
„Aanvallen van Russen ten oosten
van de Masurische meren zijn met
zware verliezen voor de Russen afge
slagen.
De Duitsche aanvallende beweging
in Polen neemt hareu gewonen loop."
Keizer Wilhelm is voor een kort
erblijf te Berlijn aangekomen.
Het Oostenrijksche legerbe-
richt meldt
„In de Karpathen, West-Galicië en
Zuid-Polen bleef het Donderdag in
het algemeen kalm.
De gevechten in Noord-Polen duren
voort."
3 Russische generale staf
meldt:
Degevechten in de omstreken van
Lowitsj duren voort. Belangrijke
strijdmachten van de Duitschers,
meerendeels troepen in November van
het westelijke ooriogsterrein overge
bracht, ojienden op 2 December het
offensief in het gebied Ljoesomersk
Szertsof.
Op het overige gedeelte van
front langs den linkeroever van den
Weichse! zijn geen belangrijke wijzi
gingen voorgekomen.
Ten zuiden van de Karpathen heb
ben de Russische troepen Bartfcld
bezet, waarhij zij 8 officieren cn 1200
Oostenrijksche soldaten gevangen na-
en en 6 mitrailleurs buit maakten.
(Bartfeld :igt in Noord-Hongarije,
aan den zuidelijken voet der Karpa
then.)
Verspreid Nieuws
van de oorlogsvelden
WAT ZICH OP -T OOSTELIJK OOR
LOGSVELD AFSPEELDE,
't. Eerste oordeel is van "t Engelsche
blad de „Times", die betoogt.
Het is nu wel duidelijk geworden,
dat de Duitsche troepen, na den mis
lukten aaivval op. Warschau, tcru;
trokken naar- een terrein, vaar zij
door goed aangelegde versterkingen,
en meer in het bereik van hunne ver-
1 ndiingswegenhunne verliezen kon
den aanvullen en tevens de Russen,
met meer kans op succes konden af
wachten
Maar toen Hindenburg de kans
schoon zag, om eon nieuwe offensieve
beweging te ondernemen, liet hij die
niet gliippen. Door een aanval op de
Russische U'pepen, die uit Warschau
tegen hem oprukten, wist hij dezen be-
noorden en bezuiden den Weichsol *n
ernstigen slag toe te brengen, cn zijn
legers opnieuw tot het offensief to
voeren.
Opnieuw rukte hij nu oostwaarts
voort, doch aanzienlijke Russische
troepen-versterkingen noodzaakten
hem tusschen Lovistj en Lodz den
dan slag te aanvaarden. Aanvankelijk
waren, de Duitsche troepen daarbij in
hel voordeel, maar de steeds aanruk
kende Russische versterkingen nood
zaakten hem tot den terugtocht.
En daarbij liep liij gevaar omsin
geld te worden.
Van aJle kanten waren de Russen
komen opdagen, en de ijzeren ring
zou zeker gesloten zijn geworden, zoo
niet de Russische generaal Rennen»
kampf te laat de hem aangewezen
plaats luid instromen. (Reeds is
gemeld dut deze Russische generaal
ontslagen is red. H. D.)
Twee Duitsche legerkorpsen waren
bij Breeiny door de Russen bedreigd,
noesten zich door de Russische li
nie heenslaan. Twee andere leger
korpsen weiden afgezonden, om deze
breking te doen slagen. Door de
opening in de Russische omsingeling,
dio door het (e laat komen van Ren-
iienkampf's leger was ontstaan, kon
den de vier legercorpsen zich met el-
r vereernigen, en de Russische troe-
verslaan; zij maakten, daarbij een
groot aantal Russen gevangen, on
ian een aantal kanonnen, zonder
ze if oen kanon te verliezen.
Do „Times" meent, dat de tweede
aanval van Hindenburg op Warschau
door den Russischen staf niet vfir
wacht werd. De Russen, die een aan
vullende beweging op Krakau maak
ten, besloten dien niet te staken doch
Hindenburg te laten vooruitgaan, om
later met hem af te rekenen.
Zooals men ziet is dit mislukt.
De „Times" acht intusschen de ge
heele manier van optreden van den
Duilschen aanvoerder generaal Hin
denburg ingegeven door wanhoop. De
voortdurende drang van Russische
zijde wordt toch voor de Duit
schers noodlottig. De Russische
overwinning nadert haar voltooiing,
en de laats:© hoop der Duitschers op
ec-n succes ean de Oostelijke grens
zal weldra moeten worden opgegeven.
Zoo ziet men van Engelsche zijde
den toestand in.
De Duitsche opvatting vindt men in
een artikel van majoor Moraht inhei
„Berliner Tageblatt".
Deze meent, dat bet Russische plan,
om met een geweldige macht op 1e
rukken naar de Duitseh-Oo^tenrijk
sche grens, verijdeld is. En hij zeg'.
Er zweeft een ongelukkig gesternte
over de Russische operatieplannen,
die daardoor geworden zijn tot een
serie van mislukkingen.
oor de moderne oorlogvoering is
een voor de mobilisatie uitgewerkt
plan van aanval een noodzakelijk
heid. Vroeger kon dat plan alleen
bestaan in de gedachten van den veld
heer. Napoleon heeft verklaard nooit
een veldtochtsplan te hebben gehad
en Frederik de Groote kon zijn eigen
chef van den staf zijn. Zij konden
hunne successen behalen door do
grootheid van hun genie. Maar -la
nieuwe tijd eischt een voor de opera
tics der reusachtige legers tot in do
bijzonderheden uitgewerkt planal
moot bij de uitvoering van de oor
spronkelijke gedachte steeds rekening
worden gehouden met de veranderde
omstandigheden.
Zulk een plan nu heeft Rusland
niet gehad, of tenminste niet ge
volgd.
Toen het eerste Russische operatie
plan werd opgemaakt, geschiedde dit
onder den invloed van Frankrijk in
Parijs werd de marschroute van het
Russische leger vastgesteld, en de
grondgedachte daarvan was de krach
tige offensieve beweging tegen
Duitsohland.
Rusland achtte zich daaraan ech
ter niet gebonden. Het voerde zijn
greote legermacht niet tegen Duitsch-
lund, maar tegen Oostenrijk. Hel
meende daarbij een gemakkelijke
overwinning tc kunnen behalen.
Later eerier bezon het zich en ging
het eerste plan uitvoeren. Het zond
zijn grenstroepen en cavalerie tegen
West- en Oost-Pruisen, en liet deze
door drie groote legers volgen. Hin
denburg sloeg deze Russen achtereen-
volgens en dwong ze tot den terug
tocht.
Opnieuw wierp Rusland zijn legers
nu togen Onsienrijk-Hongarije, waar
door Hindenburg in staat was ziju
tocht naar Warschau te onderne
men.
Toen nu groote Russische troepen-
massa's bij Iwangorod over den
Weichsel rukten, trok Hindenburg te-
Haarlemmer Halletjes
EEN" ZATERDAGAVONDPRAATJE.
Mooie uitvoering," zei een nii>
lii-kliethebbcr, kwart vóór achten,
tot den kastelein, „veel afwisseling
en goeie namen."
„Zeker," zei de kastelein, „u heeft
het zeker wel gezien ik 6peel ook
mee."
„Jij?" En aandachtig keek hij het
programma langs„ik kan je
naam nergens vinden 1"
„Precies in 't midden," zei de kas
telein. „Kijk u maar goed, daar staat
rnijn nummerPAUZE. Daar treed
ik op als solist
„Met begeleiding?"
„Zeker. Accompagnement van ke'l-
ners, glazen, lepeltjes en zoo meer.
Wil u wel gelooven, (hier nader
de hij wat dichter en begon voorzich
tig te fluisteren „dat het publiek
veel liever een van die muziek num
mers, dan mijn nummer PAUZE zou
missen?"
De muziekliefhebber deed er het
zwijgen toe, maar kon in zijn hart
den spreker geen onge'ijk geven. Hij
wist ook wel, dat menschen op uit
voeringen zoo om en bij negen uur
•droge kelen krijgen, zoodat hun dorst
op 't allerspoedigst moet worden ge-
lescht.
„Krijgt u van dat blazen niet een
geweldig droge keel?" vroeg dezelfde
concertbezoeker aan iemand, die een
boIo op de fluit ten beste gegeven had.
„Och nee," zei de musicus.
„Vreemd, nadat uw nummer uit
!was heb ik zoo'n schrikkelijke trek
in een glas bier gekregen."
Iemand vroeg aan een drankbe
strijder, waarom in de pauze van een
muziekuitvoering of schouwburgvoor
stelling de menschen het buffet be
stormen. „Dat is de drinkgewoonte,"
zei de drankbestrijder met nadruk.
„Ik hield het voor een neiging om
de kaken te bewegen, nadat die zoo
lang rustig waren geweest."
„Neen. Presenteer in do pauze
broodjes met kaas voor een stuiver
en je maakt geen zaken, wel met bier
of koffie of limonade voor een dub
beltje. Weet u wel, wat de sterkste
spier is van 't heele menschelijke li
chaam?"
„De biceps of bovenarmspier," ant
woordde hij vol overtuiging.
„De slikspier, tengevolge van ge
stadige oefening."
Maar daar was de pachter van het
buffet in een welbekenden schouw
burg het niet mee eens. ,^>e meu-
schen," zei hij, met de zekerheid der
welbewuste ervaring, „hebben in de
pauze een lekkere teug noodig wegens
de aandoening, 'k Praat niet van blij-
of kluchtspelen, dóór is voor 't buffet
niets aan te verdienen nee, meneer,
geef mij een tooneekspel of een flink
drama, dóór krijgen de menschen
dorst van. Het is toch ook wel te begrij
pen," ging hij betoogénd voort, „dat
als het publiek zit te huilen van al de
akeligheid die ze ziet, in de pauze
behoefte bestaat aan een warmen of
kouden dronk. Het lichaam moet on
derhouden worden en mijn zoon, die
op de Hoogere Burgerschool is, heeft
ze'f gezegd, dat er telkens nieuw cel
weefsel wordt opgebouwd; zoo ihoet
het ook wezen met de vochten, die door
aandoening aan het lichaam worden
onttrokken. Nooit zijn de menrohen
dorstiger, dan wanneer ze onder het
stuk eens flink gehuild hebben. Daar
om heb ik wel gedacht, dat het voor
't buffet beter zou wezen, als de
heldin vóór de pauze stierf, maar dan
zou het 6luk na de pauze niet kun
nen voortgaan. En is ze eenmaal dood
in 't laatste taf reel, dan hebben alle
menschen zoo'n haast om weg te ko
men, dat ik de tapkast gerust kan
sluiten. Hoogstens komt er dan nog
zoo'n vrijgezel, die geen haast heeft
om naar zijn ongezellige kamer te
gaan en koopt een cognacje, maar..."
en hier gaf de kastélein een knip
oogje, „dat Is dan niet tegen de aan
doenlijkheid van 't stuk, maar te
gen de nachtlucht, die erg gevaarlijk
moet wezen vanwege de plotselinge
afkoeling."
Nu ik al deze menschen hun mee
ning heb laten zeggen, moet mij van
't hart, dat in sommige bijeenkom
sten al bitter weinig verteerd wordt.
Zoo eon heb ik er nog pas bijgewoond.
Tien minuten over negen kondigde de
spreker een rustpoos aan en ver
dween uit de zaal met de commissie,
ons achterlatende. De kellner kwam
schuchter om den hoek kijken, met
een gezicht waarop je lezen kon; „*t
zal vanavond toch wel weer niemen
dal opdiepen." Hij kreeg twee kop
thee en twee kop koffie te leveren,
waarvan drie 6tuks aan heer en. Zie
daar een zielkundig vraagstuk. Waar
om wordt er, in bijeenkomsten van
voornamelijk, vrouwen, zoo goed als
niet gedronken? Mijn vriend-de drank
bestrijder zegt„omdat de drinkge
woonte bij de vrouwen minder door
gedrongen is mijn vriend Hup-
stra, die nu en dan voor vrouwenha
ter poseert, antwoordt: „omdat de
voordracht haar minder diep treft,
dan de mannen, zoodat ze niet van
aandoening een droge keel krijgen."
En mijn neef Wouter keek me, toen
ik hem de vraag deed, aan met die
trek om zijn mond van „wat-ben-je-
toch-een-uilskuikcn" en antwoordde
kortaf„omdat een vrouw haar ver
tering nooit kan betalen, want in haar
heeie japon ie geen behoorlijke ber
ging voor een onnoozel kwartje en in
het taschje, dat ze overal meedraagt,
zit een zakdoek, een huissleutel, een
paar dubbelgevouwen brieven, maar
geen poitemonnalo
'k Vond het antwoord onaardig.
Maar een feit was hetde dames ge
bruikten niets. En toch zou het zoo'
aardig verzetje zijn geweest, want de
spreker kwam niet gauw weerom. Dio
zat vast ergens Ln een gezellig kamer
tje te causeeren met de commissie en
had geen haastwij mochten intus-
i schen elkaar wat opnemen en de lich
ten in dc zaai tellen en telkens den
ken, dat het de spreker was, die te
rugkwam. Maar dun was het de kell
ner weer. die om den hoek keek. in
volhardende hoop op zegen en omdat
hij wel weet, dat de menschen hot
hardst behoefte aan hem hebben, wan
neer hij er niet is. Eindelijk was het
inderdaad dc spreker die weer ver
scheen en toen waren wc binnen een
half uur klaar. Het was bij deze gede
genheid, dat ik mijzelf afvroeg, waar
toe in zulke voordrachten de pauze
dienstig is. De kastelein hecht er niet
aan hoe eerder hij zijn licht kan uit
draaien, des te liever zal 't hein we
zen de 6preker heeft geen gelegen
heid om uit te rusten, want hij wil
vriendelijk, liever nog boeiend, liefst
geestig wezen tegenover de Commis
sie en detoehoorders zijn zoo zwak
hoofdig niet, of ze kunnen de heeie
lezing wel achter elkaar aanhooren.
vooral wanneer de spreker zich dan
een beetje bekort Vijf kwartier, hoog
stens anderhalf uur is lang genoeg
over een letter- of natuur- of ar.der
kundig onderwerp.
Daarom zou ik, let wel voor deze
soort van lezingen, willen zeggen
„weg met de panze!" Het is waar, dat
alle menschelijk weten het levensge
luk verhoogt, maar wat kan het mij,
welbeschouwd, schelen, hoeveel lich
ten er ln de zaal branden en hoe de
'amhrizeering geverfd is?
Het is niet goed mogelijk, aan
quaesties over pauzes te denken, zon
der daar meteen den schouwburg bij
to halen. Ik wil wel erkennen, dat de
manier, waarop die pauze in toonoel-
voorstellingen aangekondigd wordt,
mij altijd buitengewoon heeft gehin
derd. Terwijl de kapper en de costu
mier dikwijls met name op het pro
gramma genoemd worden, verzwijgt
de directie nauwgezet den naam van
den souffleur. Niet omdat ze iets to
gen hem heeft, maar omdat, in 't be-
'ang van de illusie van 't publiek,
gedaan moet worden, alsof hij niet
bestaat. liet is waar, dat het publiek
den hce!en avond tegen zijn hok aan
kijkt, maar bij stilzwijgende afspraak
gedragen we ons, alsof dat een toe
vallige puist van den vloer Is, niets
meer. Het is ook volkomen in over
eenstemming met dit etandpunt, dat
niemand van het publiek den souf
fleur ooit ziet komen of gaan Alleen
's avonds, bij den laatsten trein, staal
naast de bekende gezichten van de
actrices en acteurs, een vreemdeling.
Nooit zegt hij een enkel woord
HU zwelgt In zwijgen, 'i Is de souf
fleur l
Welnu, deze bescheiden man, wiens
aanwezigheid de illusie van de toe
schouwers verstoren zou. is belast mei
het op 't souffleurshok zetten van hel
bordje PAUZE Terwijl zijn aanwe
zigheid verborgen moet blijven, schiet
na 't voorlaatste bedrijf opeens zijn
arm met het pauze-bordje omhoog.
Dat i6 een fout, die een nieuwe thea
terdirecteur (de eenige, die ooit verbe
teringen wil invoeren, daar anders
zijn optreden overbodig zou echijnen)
dient weg te nemen.
Maar ik kom tot wat ik wilde zeg*
gen, Heijermans is vijftig jaar. Een
commissie is bezig zich samen te stel
len, om op dit feit nadruk te leggen.
Waarom nü eigenlijk? Was hij voor
een bejubeling op zijn negen en veer
tigste te jong, of vreest men, dat hij
op zijn een en vijftigste daarvoor te
oud wezen zal? Als Heijermans zijn
humor niet alleen bewaart voor de
figuren uit zijn stukken, maar die ook
weet toe te passen op zichzelf, dan
zal hij bij dit Jubileum wegens zijn
vijftigste levensjaar in zichzelf zeg
gen
PAUZE.
F1DELIO.