BIJBLAD VAN HAARLEM'S DAGBLAD Een wonderlijke Zaak 32e Ja*re*Bg ZVTERDA.G 5 DECEMBER 1914: Ne 9653 DE ZATERDAGAVOND HAARLEM'S DAGBLAD KOST f 1.20 PER 3 MAANDEN OF 10 CENT PER WEEK. ADMINISTRATIE GROOTE HOUTSTRAAT 53. DRUKKERIJ ZUIDER BUITENSPAARNE 12. IN HAARLEM'S DAGBLAD ZIJN ADVERTENTIËN DOELTREFFEND. ONZE ANNONCES WORDEN OPGEMERKT. naariemscne Handeisvereeniging Goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van 12 Nov. 1892 No. 29 en gewij zigd bij IioninkL besluit van 21 Mei 1897 No. 58 en van 13 Juli 1909. No. 52. Bureau: Jansweg 11. geopend alle werkdagen van 9—5 uur. Telepboon No. 403. Op 10 Mei 1892 werd bovengenoem de Vereeniging hier ter stede opge richt inet bet doel de belangen der le den op allerlei gebied te behartigen, doch allereerst de belangen hunner handel of bedrijf te bevorderen en wel speciaal door bet verstrekken van informatiën en bet incasseeren vari dubieuse vorderingen. Voor posten welke men de vereeni ging ler invordering in handen stelt op buiten de stad woonachtige per sonen moet 10 ct. porto worden be taald terwijl van alle vorderingen door de vereeniging geïnd 3 pet pro visie wordt geheven. Ingekomen vorderingen van 1 Mei tot en met 31 October 1914. Totaal t 4094.80. De maand Augustus toonde heilaag ste cijfer, nl. f 321.98. De maand Oc tober daarentegen toonde e^n on;- vangstcijler aan van f 1413.86 1/2. Bovendien hebben üe leden het ree t op het hun gratis te verstrek ken advies van de rechtsgeleerde ad viseurs der vereeniging, de heeren Mrs. Tb. de Haan Hugenholtz en A. H. J. Merens, Spaarue 94 alhier, die desgewenscht ook in proceduren en faillissementen, gratis voor hun op treden. natuurlijk echter alleen voor zaken betreffende den handel of bet bedrijf der leden. Bij eike vordering der recbtsgeleer den in banden gesteld moet 10 cent voor porto worden gevoegd, terwijl van de bedragen der langs dezen weg ingevorderde posten 5 pCt. moet worden betaald. 11. H. rechtsgeleer den hebben het recht in geval van ge rechtelijke vervolging het door bun noodig geoordeelde voorschot te vra gen aan den inzender der vordering. Over in de stad woonachtige per- souen geeft de vereeniging gratis mondelinge of telephonische inlich ting; verlangt men de informatie schriftelijk dan wordt 25 ct. berekend terwijl voor informatiën op buiten de •ta i wonende personen f 0.60 plm. 5 cl portovergoeding moet worden betaald. Aan net kantoor Jansweg 11 zijn coupons A 10 cL verkrijgbaar, waarop men aan het bureau van den Burger lijken Stand op bet Raadhuis inlich tingen kan bekomen over de adres- Ben van hier ler stede op bet bevol kingsregister ingeschreven personen. Verder zijn voor de leden verkrijg baar legïümatiekaarten, waarop zij persoonlijk informatiën kunnen vra gen in andere plaatsen bij de daar gevestigde en bij den Ned. Bond van Onderl Infor. en Schuldinvordering- bureaux en Handelsvereenigingen aangesloten vereeuigingen. Deze informatiën worden gratis ver strekt indien ze onmiddellijk zonder verder onderzoek kunnen worden ge geven Is een nader onderzoek noo dig, rlai- bedragen de kosten daar van 20 cenL. Nieuwe leden voor 1914—1915 kun nen nu reeds tot de vereeniging toe treden tegen betaling van een half jaar contributie A f 1.75 en 10 cent voör reglement. Het is noodg er nog eens nadruk kelijk op te wijzen dat goed infor rneeren, vooral naar nieuwe clièn ten eene bepaalde noodzakelijkheid is geworden, waar zoovele geheel onbe kende personen zich in onze stad en aangrenzende gemeenten komen vea tigen. Onder alle koren is kaf. Bovengenoemde Bond, waarbij 19 vereenigingen in de voornaamste plaatsen van ons land gevestigd zijn aangesloten geeft uit eene-tweemaan- delijksche lijst van namen van per sonen omtrent wien men wordt aan geraden inlichtingen te vragen voor dai men met ben in handelsbetrek king treedt, waarvan het geheim on- gesononden moet blijven en die als waarschuwingsmiddel uitstekende diensten bewijst Waar eeue vereeniging, die haren le den al.deze voordeelen en gemakken aanbiedt, slechts f 3.50 jaa/lijksche contributie vraagt, is dit zeker een zeer bescheiden tisch te noemen, te meer daar al het opgenoemde niet hei eenige is wat de Haarlerasohe Handelvereeniging doet; steeds heeft zij een open oog gehad voor alle za ken, die hare leden in 't bijzonder en -onze gemeente m t algemeen betrof fen en adtijd heeft zij daarvoor ge sproken. Het zou te ver voeren alles op te noemen, waarvoor zij opkwam, al leen dient nog vermeld, dat het bare bedoeling is, in deze richting kraah- tig voort te gaan. In verband hiermede zijn in het be stuur drie commissiën gevormd en is daarvoor het bestuur uitgebreid. Van deze commissiën bemoeit eene zich met het Informatie- en Incassowezen, eene met algemeen® Middenstand3be- langen en is er eene voor Gemeente belangen. Alles, te zamen genomen roepen wij allen toe, handelaar of particulier: Steunt deze onze vereeniging door lid te worden, het werk, dat zij doet en •waardoor zij onnoemelijk veel goeds lot stand brengt verdient uw sym pathie en de contributie, f 3.50 per jaar, kan geen bezwaar zijn. Hoe sterker zij is in ledental, des te meer kan de Haarlemsahe Handeisver eeniging doen. Sluit u bij haar aan ten bate van aller belang, dus ook in uw eigen be lang. HET BESTUUR. Het Rijke Natuurleven STERKE PLANTEN. "Als het waar is, dat het vooruit zicht van een genot, dit laatste in waarde overtreft, moet een wandeling der den wintertuin al heel veel vol doening geven. „Nog niets te zien", denkt men zoo oppervlakkig en dan staat men ver baasd, hoe groot het aantal planten is, dai al bijna klaar staat om de rustperiode te eindigen, hoe anderen het nieuwe leven ten minste al in eer sten aanleg duidelijk vertoonen. De rhododendrons, d;ie met hun ste vige bladeren en krachtige bloem knoppen bijna het heele jaar van kracht en energie spreken, kunnen we zelfs nog wel buiten beschouwing laten. Dat zijn planten, die van geen wijken weten. Als de nijpende wintervorst haar aanval op de leerachtige bladeren en kele dagen en nachten achtereen vol houdt, ziet de rhododendron er wel wat minder fier uit, doordat de blade ren zich wat omlaag buigen en langs do stengels gaan hangen, rnaar van ondergaan in den strijd is geen spra ke. Nauwelijks is de wind iets ge draaid en de 'temperatuur een paar graden gestegen, of ook de bladeren van onzen sterken heester hernemen hun ouden stand en tot de volgende vorstperiode is aan niets te zien, dat do hladcellen heel wat hadden te ver duren. Maar dat zijn dan ook forsche hees- sters. Veel meer valt de stevigheid an den bouw en het groote herstel lingsvermogen op bij kruidachtige gewassen. De muurbloemen hebben hun jonge stengels reeds in al hun frischheid klaar voor de volgende lentemaanden. UKerlijk verschuilen de zachte blaadjes zoozeer van die der rhodo dendrons, dat er geen sprake schijnt te zijn van eetnig weerstandsvermogen en toch is dit ook bij de muurbloemen heel groot. Wel buigen de stengels eerder het hoofd, wel hangen de bladeren gau wer omlaag, maar de vorst moei al heel langdurig en streng zijn, om de overwinning te behalen. Onaantast baar zijn de muurbloemen niet Zoo hevig kunnen ze worden aangetast, dat dc sappenstroom geheel ophoudt cm de planten na de vorstperiode zich niet meer kunnen oprichten, maar re gel is dit niet'en zelfs als het schijn baar zoo ver is gekomen, worden we in den zomer vaak plotseling verrast me* nieuwe, krachtige stengels, die op hun beurt zullen trachten den win ter door te komen. Merkwaardig is het zeker, dat het. onkruid zich zoo prachtig weet aan te passen aan het klimaat. Onze met zooveel zorg gekweekte tuinplanten moeten hot heel dikwijls afleggen, als we ze zonder bedekking laten overwinteren. Er zijn er bij, die na de eerste vorst-aanvallen, die ons en do planten soms al in November verrassen, al zooveel hebben geleden, dat zo red dieloos verloren zijn, maar kom daar eens om bij de lastige on kruiden. De vogelmuur, een plantje, dat soons heele bedden in den tuin ver overt in korten tijd, vooraJ als we wat te veel met Chilisalpeter hebben ge werkt, ziet er met de zachte groene blaadjes en teenen stengeltjes al heel zwak uit. Het lijkt een indringster, die niet veel 'hc-cift te beteek enen, ais de win ter nadert, maar die in innerlijke kracht niet onderdoet voor muurbloe men en zelfs niet voor rhododendrons. Men moet ze tusschem de aardbei- planten de viooltjes, de vergeet-mij- nietjes of de andere overwinterende gewassen zien staan, frisch als in den heerlijken zomer krachtiger schijnend dan ooit. omdat ze met hun frissehe blaadjes zoo scherp afsteken tegen de dorre omgeving. „Onkruid vergaat niet". Dit gezeg de is op den vogel muur In de eerste plaats van toepassing en hoewel oen echte plantenvriend eigenflïrk niet van onkruid mag spreken, is dit woord toch niet uit zijn voert bul air weg 'te strepen en daar zorg; ons kleine plant je al in de eerste plaats voor. Ook de stinkende gouwe, anders f on heel sympathieke, mooi gevormde plant, maakt het te bont. als men hear een weinig vrijheid geeft. Achter mijn frambozenrijen had Lk ze een plaatsje afgestaan, de gehate, maar toch zoo merkwaardige planten. P i is nog maar een goed jaar gele den. De tuinman vond het sentimen- tecle nonsens en zijn schoffel schoof per ongeluk wat verder dan geoor loofd was, zoodat slechts enkel© plan ten werden gered. Nu, een goede veertien maanden vorder, is het tusschem de frambozen een groen veld van Goujveplanten, die alle winterkoude zouden trots se als het vonnis niet over hen was uitgesproken. Vermoedelijk hebben de mieren, aan de verspreiding der zaden meedoen, mij nog geholpen bij het be schermen der planten en zoo is liet gebied, dat hun eerst redhtmatig was afgestaan, zoo uitgebreid, dat een te gengaan gebiedend noodzakelijk is geworden. Een enkele plant mag inriusschen blijven 6taan. Z© geeft in den zomer zooveel genot, dat ze wel haar plaats je waard is. IL PEUSENS. Rubriek voor Vrouwen De mode In verband met de tijdsomstandigheden. Moderniseeren van be slaande toiletten. Goed- koope avondmantels. Warme stoffen. Zelden is er op de naaisters ateliers meer. tegenstrijdig werk dan in de maand December! Men werkt dan aan buitengewoon warme blouses en peig noirs, aan warm© avondmantels en aan do meest fragile stoffen voor avondtoiletten. Weliswaar wordt e'r in dit rampjaar veel mindietr aan dacht geschonken aan mooie soirée- toiletten, omdat er door de tijdsom standigheden weinig of geen soirées gegeven worden! Men merkt dat 'n de residentie wel het beste! En geen wonde'r! Nu H. M. de Koningin olie hoffeesten heeft afgelast en zelfs in de Koninklijke huishouding bezuini ging bevolen heeft,, kunnen zij, lie in do onmiddellijke omgeving van H. M. leven, niet anders doen, dan hel Ko ninklijk voorbeeld volgen; en zoo zijn de toiletzorgnn der voorname dames vervangen door zorgen van veel nobe ler aard, nl. die der algemeene lief dadigheid welke zich uiten in den vorm van: „een Koninklijk Nationaal Steuncomité"! Nu spreekt 't van zelf, dat de groote mode-ateliers hierdoor schade lijden, want geen feesten, geen nieu we toiletten en men merkt dan ook uiterst weinig van nouvcauté's op dit gebied. De dames bepalen er zich toe om bestaande toilettc-n wat te laten opknappen, of omwerken, doch aan nieuwe denkt men niet Zoo zullen zij, die nog in het bezit zijn van ge dragen satijnen toiletjes, die laten moderniseer en door toevoeging van tuniques of overrokken van tule, gase dc soie of ander doorzichtig weefsel. De tailles kunnen door een nieuw halsgarnituur eenige verandering on dergaan en „las; not least" de cein tuur, die men als de clou van het sei zoen beschouwt, voltooit het geheel en geeft aan ieder toilet, dat eigenaar dig cachet van „nieuw zijn!" Voor heel jonge meisjes, die men 'Jrate de treurige tijdsomstandigheden niet alle genoegens der jeugd ontzeg gen wil, komen- straks de uitvoerin gc van muziekschool en de bals der danslessen en H. B. Scholen, waar voor noodzakelijk een weinig toilet gemaakt wordt. De meeste meisjes hebben nog wel een aardig, licht zoiiror-toile.je, dat met een kleine wijziging voor boven bedoelde gelegenheden in orde ge- bracht kan worden, doch daarmede zijn ze dan nog niet „au grand com plet'. Heel noodig is een geschikte, war me avondmantel, di© wijd genoeg is om het fragile japonnetje niet kreu ken, doch vooral hoog aan den hals gesloten en met lange mouwen 'nge- richL De modellen, die men in cte oonfeotie brengt, voldoen niet altijd aan bovengenoemden eisch, z odat hel aanbeveling verdient dit onmis baar kleeding&tuk te laten maken. Moeders, die gewoon zijn, zélf de toi letjes harer meisjes te vervaardigen of met behulp eener huisnaaister, kun- r. hiermede heel goedkoop klaar komen. Men neemt hiervoor 3 meter Tosca- na, peau de singe of laine des Pyre- néos, allen zeer gescliikte weefsels van 1.39 NL breed A drie gulden vi.f.ig -per Meter. De keerzijde van de stof is zoodanig, dat voeren overbodig is en men volstaan kan met naden met een reepje satinet te omboorden. Geschikt© modellen bekomt men van de bekende Buiterick's modeplaat pn garneering heeft men niet noodig, daar kraag- en mouwopslagen van dezelfde stof kunnen zijn; alleen- dus eenige knoopen, zoodat men voor on geveer 12 gulden een mooi, praktisch kleedingsfcuk kan hebben, dat jaa'r in, jaar uit benut kan worden. De bedoeld© stoffen brengt men in wi'i, rose, rood en fijn staalblauw; maar ook in donkere nuancen, die daardoor meer geschikt zijn voor peig noirs en blouses. Ui'l 1.50 M. maakt men een blouse, terwijl 3 M. ruim vol doende is voor een peignoir, die als het ware onverslijtbaar Is. Men kan deze weefsels uitstekend wassöhen on hert mooi laten verven, daar ze uiterff; soepel zijn, zooals trouwens van alle moderne weefsels gezegd kan worden. Voor kragen op blouses en peignoirs verdient het grof geribde piqué alle aanbeveling. Het staat frisch cn kreukt minder dan de kragen van glas-batist, die den afgeloopen zomer veel gedragen werden. MARIE VAN AMSTEL. Amsterdamsche Kout 150. De St-Nicolaasdrukte. Ev© nementen op kunstgebied. Men mag zeker de Sint-Nicolaus drukte of.... het tegendeel daarvan aannemen als graadmeter der econo mische gevolgen van den oorlogs toestand. Lang, lang van te voren reeds heb ben <le Amsterdamsche winkeliers in allerlei toonaarden het liedje van angst gezongen. Het liedje van angst, dat de economische gevolgen van den oorlog zich duchtig zouden doen roeien op het Sinterklaas-debiet. In-de kringen der minder met aard- sche goederen gezegenden niet alleen, maai- ook in die der beter gesitueer den, hóoren we telkens en teikens het refrein „Wij doen van 't jaar niets aan St Nicolaashet zijn veel te dui tijden". Iloe is nu de werkelijkheid geweest? Hebben inderdaad de koopers hui» geld in den zak gehouden en zijn de winkeliers, die toch al geen over- grooto voorraden zullen hebben inge slagen, met hun spulletjes blijven zitten Statistieken staan mij niet ter» dienste, dus ik kan mijn lezers niets voorrekenen volgens den soliden regel van 2 maal 2 is 4. Maar wat ik wel weet, is dit: Am sterdam heeft in het rampjaar 1911. in de tien A veertien dagen vdór St. Nicolaas hetzelfde aspect gehad als alle andere jaren. Terwijl ik dezen Kout schrijf is het een mooie, herf-t- nchtige dag. De maan staat al vroeg helder aan den hemel en werpt een zacht-vriendel ijken schijn over de mysterie-volle avond-stad. Nu trok ik er op uit, nu het licht is en vroolijkheid en leven, de groote winkelstraten in: Nieuwendijk, Kal- verstraat, Leidschestrant; Reguliers- breestraat, UtrechtschestraaL Het is een geweldig woelig bewegen van moeizaam voortschuifelende men- schenklompen tusschen de helle, de fei-lichte gevels der winkelhuizen. Dat heerlijke, levendige, krachtige rnenschenbewegen in het glorierijke licht der klaterend vroolijte straten.. Dat lokt en dat trekt telkens weer men wordt het nimmer moe. Vreemde lingen trekt het met wondere macht en geboren Amsterdammers lokt het met zoete stemmen vol verleiding, waaraan geen weerstand ie bieden Telken jare weer dringt de electrisec- rende, de fascineerende macht van -te bekoring aer woelige, schaterend- vroolijke avondstraten de drommen ter woning uit. Of nu, dit jaar het meerendeel der kijkers koopers wa ren 1 Nog eens, ik weet het niet. Maar de geweldig© drukte op straat bracht toch ook massa's mensclTen de winkels in. De golfslag van het menschengedrang sloeg ook kringen van koopers in do magazijnen en op mijn tochten zag ik er heel vele, waar rijen kijkers rijen koopers werden. Het gesjouw met pakjes, het zenuwachtig gedoo van kruiers en loopjongens, de vol* beladen dames en heeren, 't was alles „als weleer", als jaren en iaren, „vaa ouds bekend". Waarmee ik maar zoggen wil, dat- er toch nog wel geld onder de men sehen zit en dat men ook voor luxe nog wel wat over heeft. Ik hoop, dat het St.-Nicolaasfeest, het echt oud-Hollandsche feest vun. den huiselijken haard, ook in de drukke hoofdstad voor velen een blij en prettig feest is geweest. En dat hot wat warmte en geluk mag hebben go- bracht in het droeve leven van de ar me vluchtelingen..,,. Er zijn twee evenementen van be lang in liet kunstleven der hoofdstad te boekstaven. Ik bedoel in de eerste plaats bet jubileum van Herman Heyeroians. Nederlands groote dramaturg is deze week vijftig jaar geworden en de bladen uil de hoofdstad en in de pro vincie hebben aan dit feit meer don gewone aandacht gewijd. Een geestig collega schreef„Roein, dat is op je vijftigsten verjaardag een feuilleton in de krant en je portret in „De Prins". Als dit waar is, dan kan Heyertnans op zijn vijftigsten verjaardag tij zijn ontwaken hebben bemerkt, dat hij be roemd is. Hij hééft zijn stukken in de krant gehad. Laat mij bij den lof, die hem van verschillende zijden is toegezwaaid, als hevig belangstellende in 't kunst leven van mijn stad, ook mijn beschei den stem mogen doen hooren in het hulde-koor. Al is Heyermans van geboorte Rot terdammer, hij behoort toch als kun- Feuilleton 7) ilo GUY BOUl'lIBY. Ik zou het u liever niet vertel len, maar, daar u zulke verlangt, zal lk het doen, antwoordde de jonge man. Zeg mij a'leen maar of ze met mijn dochter iu verband stonden. Ver der behoof ik niets te welen, hernam de heer Webster, maar dit pas juist hetgeen Lavington 't mecstd uchtte en de oude heer die zijn verlegenheid be speurde, ging nu weder voort: Ik kan wel nagaan wat er voorgevallen Is U hebt zeker uw vader medege deeld dat u beneden mv stand wilt trouwen, is het rniet? Beatrice is geenszins een meisje beneden mijn stand, haastte Laving ton zich hoi te zeggen Ik heb nooit lijnore dame ontmoet, dan zij is. Juist; u «laat den spijker op den kop. U zegt onder de dames die u ont moet hebt, maar misschien hebt u nog •nooit, in de groote wereld verkeerd. Laten wij nu de zaak van ons beider standpunt bekijken. Lord Lavington. U verlangt met mijn dochter le trou wen. en ik geloof inderdaad dat u hiutt Uuiig bemint, maar ik, als va der, moet haar geluk beoogen. lk ben maar een eenvoudig koopvaardij kapitein, niet eens een zee-officier. Als zij met u trouwt zou ze in een ge heel andere kring komen en ik ver onderstel dat uw vader dit juist zoo inziet als ik en dat dit de reden is van uw oneenigheid met hem. Heb ik geen gelijk? Weigert u dan uw toestemming tot ons huwelijk? vroeg de jonge man nu op teleurgestelde» toon. Dat zeg ik niet, want zooals ik zooeven reeds verzekerde, beoog ik In de eerste plaate het geluk van mijn dochter, hernam de oude heer. U moet mij tijd geven om a'les te wik ken en te wegen en dan zal ik u mijn besluit meedeelen Lavington gevoelde zich eenigsziins getroost, wamt nu restte, hem althans nog een greintje hoop. Da kapitein had immers niet gezegd, dat hij het zou tegenhouden, en dit maakte hem nu hoopvoller. Ik hoop, dat u mij niet 'nng in spanning zult laten, smeekte hij nu. U kunt toch wel beseffen wat het voor mij be teek ent. Ja, zeker, antwoordde de kapi tein, want ik heb vroeger hetzelfde meegemaakt. Mijn schoonvader was de lastigste man van de geheclc we reld en eerst nadat ik merkte dal het niet zoozeer mijn persoon was als wel mijn beroep, dat hem tegenstond, kon ik met hem opschieten. Hij zette zijn tegenzin zoover door. dat hij niet eens 2eevisch in zijn huis duldde. Toen hij hoorde dat ik nog slechts derde-stuur man was op een boot, die op China voer, zette hij mij zijn huis uit en verbood hij mij allen omgang niet' zijn dochter Wij waren vier en een liaif jaar teng geëngageerd en moes ten wachten met te trouwen tot na zijn dood. U zal ik echter niet zoo lang in angst laten zitten, my'ord. Ik za' vanavond alles eens op mijn gemak met mijn vrouw bespreken en u dan mijn besluit schriftelijk doen toeko men. Lavington bedankte hem en zei dat hij het nu tijd achtte om de dames goeden nacht te zeggen, vandaar dat zij maar de woonkamer terugkeerden, waar, naar men zich kan voorstel len, althans één der dames vol ver langen hun terugkomst verbeidde. Hij nam «u afscheid en was op liet punt om, vergezeld door zijn gastheer, de kamer te verlaten, toen deze zich be dacht en zijn oudste dochter zei zijn plaats m te nomen. Zij trok hem de eetkamer in en toen de armen om zijn hals slaande, vroeg ze het resultaat van het gesprek te vernemen. Ik heb hem alles gezegd niets achtergehouden, zei Lavington, en hij beloofde mij de zaak met je moederie bespreken en mij dan schriftelijk hun beslissing mee te deelen. Tracht jij nu je moeder voor onze belangen te winnen. Dat beloof ik je, antwoordde zij. -maar als papa iets in zijn hoofd heeft gaat het moeilij'k daarin verandering te brengen. Enfin, lieveling, laten wij hopen dat alles tenslotte terecht toomt. Nu ziet alles er nog duister uit, verzucht te hij, maar men beweert immers dat de wolken altijd zilveren randen heb ben en als je 'atc*r eemmaal gravin van Rippingdal© zult zijn, zien we wellicht nog met veel genoegen op de zen tijd terug. O, Hyiton, je zult me toch im mers blijven vergunnen je aldus te noemen? vroeg ze nu, zich tegen hem aanvlijend. Je inoogt mij noemen, zooals je het? liefste wilt. Zoolang het niet oen slechl echt genoot is, schertste zij. Een ding moet je mij beloven. hernam zij nu weer, en dat is geduld met mij.te hebben als ik vroeger of later eens een fout bega. Ik weel dat ik niet in de groote wereld thuis be hoor, maar ik zal nochtans mijn best doen om je geen schande aan in ij te doen beleven, lk tril echter n-u a! wan neer ik aan de verantwoordelijkheid denk die mij later wacht. Ik weet niet welke verantwoor delijkheid je bedoelt, antwoordde hij 'achend, en wees er zeker van dat ik je zal helpen die te torsen als ze jou ie zwaar drukt. En niu moet ik naar huis gaan. God zegene je, echatje. Op den terugweg was Lavington droevig te moede. Herhaaldelijk dacht hij weer over hetgeen hij met den ka pitein besproken had, zonder zeker heid te krijgen wat daarvan het ge-1 volg zou zijn. Hij vertrouwde wel dat de oude zeeman van hem hield, en dat hij ook ter wille van Beatrice hem zou willen voorthelpen, maar aan den anderen kant begreep hij toch ook i dat er uit eeu maatschappelijk oog punt bezwaren aan hun voorgenomen huwelijk verbonden waren. Hij be greep echter dat hij niets anders kon doen dan voor de toekomst het beste te hopen. Hij was nooit sentimenteel aange-1 legd geweest, totdat hij Beatrice Web- j ster had ontmoet, maar toen was dan ook zijn zoo lang bedwongen natuur met kracht te voorschijn gekomen. Hij had één voor één al zijn vrienden en 1 tijdgenooten zich zien vestigen, trou wen en zich uit de samenleving terug trekken, alsof 't 'n doodzonde was zich in de wereld te bewegen,en nu verlang de hij op zijn beurt niets vuriger dan hun voorbeeld te volgen. Toen hij dien avond, thuisgekomen, in zijn zitka mer stond, nam hij het portret van Beatrice van den schoorsteenmantel om het aandachtig te bezien. Hij voel de nu als het ware haar armen om zijn hals en hoorde haar met haar lieve stem zeggen dat zij geen oogen- blik zou aarzelen om zijn vrouw te worden, als hij doodarm was. Men za' eenig begrip krijgen van de vooringe nomenheid van den verliefden jongen man, warneer men verneemt dat hij zoozeer verdiept was in zijn gedach ten, dat hij vergat te rooken iets wat niet aan de aandacht van zijn ouden knecht ontsnapte, toen hij den volgen den morgen het aschbakje ledig op do schrijftafel vond sfean. Wat hem nu scheelt-, begrijp ik niet, verzuchtte het eerbiedwaardige oudje, en daar liggen ook nog een half dozijn brieven, die met de laat ste post zijn bezorgd, ongeopend op de vensterbank. De modelknecht nam ze nu één voor één in de hand en bekeek ze aandachtig. Men moet thans vermel den dat hij de herkomst van alle wist aan te geven s'echts een daarvan bleek van een man afkomstig te zijn. „Dat is iets bijzonders," mompelde de oude John nu binnensmonds, „en ik ben een boon als mijnheer nu geen trouwplannen heeft, daarom boeze men deze brieven hem nu geen be langstelling meer in. Enfin, aLs hel werkelijk zoo ver mocht komen, zal ik mijn biczen gauw pakken, want a's hier een vrouw in huis komt, ben ik mijn vrijheid kwijt. Ik zoek dan weer een dienst bij een heer die den heelen dag en den halven nacht bui tenshuis doorbrengt, zooals het hier tot nu toe het gevxal was. (Wordt vervolgd)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1914 | | pagina 9