De Europeesche Oorlog.
Een wonderlijke Zaak
TWEEDE BLAD.
HAARLEM'S DAGBLAD
WOENSDAG 16 DECEMBER 1914
Op hoi Westelijk
Oorlogsveld.
D© D y i l s c h e staf meldt
„De Franschen deden Maandag op
\erschillende plaatsen tevergeefs aan
tallen.
Hun aanvallen op de Duitscho stel
lingen zuidoostelijk van Ypenen mis
lukten met sterke verliezen voor de
geallieerden.
Ook hun aanval uit de streek noord
oostelijk van Suippes werd ufgesla
gen met groot© verliezen voor do ge-
ullieerdei, evenals een aanval noord
oostelijk van Ornes (ten noorden van
A erdun).
In do streek van Ailley en Apré-
mont (zuidelijk van St. Mihiel; tracht
ten de Franschen met een viermaaJ
herhaalde bestorming de Duitsche
stollingen te nemen. De aanvallen
mislukten, eveneens mislukt© een her
nieuwde offensieve bewoging der
Fransehen uit de richting van Fliroy
Inoordelijk vdn Toni).
In de Vogezen dureu de gevechten
nog steeds voort. Hij de herovering
van het dorpje Siemboch (westelijk
van Sennheim) maakten de Duit-
schers 300 gevangenen."
Een Engelsch officieel bericht
meldt
„Na een periode van betrekkelijke
kalmte is de strijd in Noord-Frankrijk
en Vlaanderen krachtig hervat. Een
gecombineerde aanvul der geallieer
den werd Maandag ondernomen over
de lijn Hollebeeke tot Wytesclioote.
Verschillende Döitsche loopgraven
werden genomen, ook zijn een aantal
krijgsgevangenen gemaakt. De ge
allieerden gingen goed vooruit."
't Fransche communiqué luidt
„Do geallieerden handhaafden zich
op het gewonnen terrein, ondanks de
hevige tegen-aanvallen der Duitschers
bij Hollebeeke.
Van de Somm© tot Argonne werd
hij tusschenpoozen, maar mindor ge
vuurd.
In den Elzas betoonen de Duitschers
grooU activiteit met hun zwaar ge
schut. De Duitsqhe infanterie heeft
voet gekregen in Steinbach. Overigens
hebben de geallieerden hun vorderin
gen gehandhaafd."
Do „ooggetuige" in het Britsche
hoofdkwartier weet niet veel bijzon
ders te vertellen, want er werd in die
dagen (612 December) bijna niet ge
vochten. Hij schrijft
„Daar geen ernstige operaties wer
den ondernomen, is de tijd besteed om
belangrijke verbeteringen aan te|
brengen in onze stellingen. liet aan
tal verbindingslooipgraven werd uit
gebreid, de draineering en de woon
plaatsen in de loopgraven werden
verbeterd, en de orgnnisatie van den
aanvoer en den transportdienst aan
merkelijk verbeterd. Alles !s gereed
gemaakt voor den wlnterveldtocht.
Als een voorbeeld van verbeteringen
in don dienst mag worden gewezen
•op het feit, d.rt de manschappen in
sommige loopgraven aan het front
genieten kunnen van het hooren in do
telefoon van grammaphone-concerten,
die acht mijlen ver worden gegeven."
Van 't Oostelijk
Ooriogsiooneel.
Hier wijst de barometer iierliaah
delijk op verandering.
Na eenst veel tegenspoed gehad te
hebben behaalden de Oostenrijkers
hier een belangrijk 6iicces.
De Russische generale ©taf erkent
dit. aldus
In een telegram uit Peteraburg
werd gemeld „De Ooslenrijksche co
lonnes dalen in het gebied van de
Dooklabergen van de noordelijke stel
ling der Karpathen af." Dat wil dus
zeggen De door de Russische troe
pen bezette passen in de Karpathen
zijn door de Russen ontruimd, door
de Oostenrijkers bezet, en deze Iaat-
6ten rukken voorwaarts, Galicié ver
der binnen.
Volgens de Ooslenrijksche berich
ten ging dit „afdaler, der Karpathen"
niet zonder strijd, en zonder ernsti
ge Russische verliezen.
„Onze over de Karpathen opruk
kende colonnes", zegt het telegram
uit Weenen, „hebben: 9000 Russen
gevangen genomen en tien machine
geweren buit gemaakt."
Deze Russische nederlaag, gevolgd
door een terugtrekkende beweging,
moet van invloed zijn op de Russi
sche poging om thans over Krakau
op te rukken. Om het verband tus-
schen de verschillende legers niet te
verbleken, zullen de Russen ook daar,
zoo zij niet tot den terugtocht genood
zaakt zijn, toch hun voorwaartsche
beweging moeten staken.
De Oostenrijkscbe staf
meldt
„Door het offensief optreden der
Oostenrijkers in West-Galicië werden
de Russen tot den terugtocht gedwon
gen en werd ook het Russische front
in Zuid-Polen tot wankelen gebracht.
Oostenrijkscbe troepen, die van het
zuiden uit de Russen onvermoeid ach
tervolgden. kwamen aan de linie
Jas!o (aan de Wisloka)—Rajbrot (ten
Z.O. van Krakau).
Bij deze vervolging en tn den laat-
sten slag werden 31.GOO Russen krijgs
gevangen gemaakt.
Dinsdag zijn berichten Ingekomen
omtrent een achterwaartsche bewe
ging van de Russen aan het geheele
front Rajbrot-Niepolomic© (ten Z.O.
van KrakaujWolbrom—Nowora-
domsk (in het zuiden van Russisch-
Poleii).
In de Karpathen werden tegen het
Voortdringen van de Russische troe
pen in het dal van de Latoroza de
noodige maatregelen genomen.
De Duitsche staf publiceert het
volgende bericht
„Uit Oost-Pruisen geen nieuws.
De Duitsche colonne, die van Soldau
over Mlawa in de richting Tsjechanof
voortrukte, heeft met het oog op de
overmacht van de Russen haar oude
stelling weder ingenomen.
In Russisch Polen is niets van be
lang voorgekomen.
De ongunstige weersgesteldheid is
van Invloed op de Duitsche maatre
gelen."
Op het Zuidelijk
Oor'ogstooneel.
't Bericht (reeds Dinsdagmorgen
door ons gcLultetmeerd) dat de Ser
viërs, na heftigen strijd, weer Bel
grado bezet hebber, is bevestigd.
Uit Weenen wordt geme'd
„De operaties, die het gevolg z.ijn
van de terugtrekking van den rechter
vleugel. maakten het raadzaam ook
Belgrado te ontruimen. De stad werd
zonder strijd aan de Serviërs overge
geven. De ÖO'Stenrijikeche troepen heb
ben ctoor de doorgestane vermoeienis
sen veel geleden, maar zijn met den
besten geest bezield."
De Fransche legatie meldt
„In Servië zijn de Oostenrijkers de
laatste dagen over het gieheolo front
Wijven terugtxe-kken, De Servische
voorhoede heeft Veliki Bosninrk be
reikt in de richting van Sjabatz, als
mede Zavlaka In de richting van I-os.
nltza. Het centrum van het Servische
leger beweegt zich naar het noorden
op Be^radn aanrukkende. (Thans
zijn zij diaar alweer binnengerukt, zoo
als latere berichten meldden Red.
H.'s D.) Tijdens hun aftocht hebben
de Oostenrijkers talrijke krijgsvoor
raden verloren. Sinds de hervatting
van liet offensief tot en met 11 De
cember bedraagt het aantal krijgs
gevangenen door de Serviërs ge
maakt, 23000. De Serviërs hebben 70
kanonnen en 44 machinegeweren ver-
meesberd.
In Bosnië hebben de Montenegrijn-
sche troepen na een strijd van twee
dagen, V'itzgrad genomen en de Oos
tenrijkers naar de overzijde van de
Drina teruggeworpen,"
Verspreid nieuws
van de oorlogsvelden
"T OORLEEL VAN EEN EN-
GELSCHMAN.
Do correspondent van de „Morning
Post" schrijft uit Champagne Na
met verschillende bezoekers van de
gevechtslinie van Sornrne tot Argon-
nenwoud gesproken te hebben, meen
ik te mogen besluiten, dat er slechts
één zwak punt is te vinden in de
Duitsche Unies, n.l. tusschen Berry-
au-Bac en Suippes. Reims is de sleu
tel tot deze positie, Worden de Duit
schers hier verdreven, dan zullen zij
onvermijdelijk zeer ver worden terug
gedreven, voordat zij weer dekking
kunnen vinden in do verdedigende
stellingen.
In de laatste weken wordt in deze
plaats zeer verwoed gevochten. De
druk van den Duitschen aanval is
hier 't 6terkst
De Fransche stelling bij Reims '3
zóó slerk, dat het onmogelijk voor de
DuiLschecs is hier vooruit te komen.
De stad Reims wordt nu reeds 80 da
gen lang bijna e'ken dag door de
Duitschers gebombardeerd.
De verliezen in de loopgraven zijii
zeer gering. In de meeste gevallen is
de dood het gevolg van een schot
door het hoofd, gekregen bij het schie
ten door de kijkgaten. De Duitschers
liggen op 60nunige ptaatsen op min
der dan honderd meter aflstand, zelfs
soms op vijftig meter. Daarom kan
een bedaard schutter, lettende op ecu
kijkgat, er op aanleggen, zoodra hij
een gcaat daarachter ziet verschij
nen.
Aan beide zijden gaat men voort
met hel graven van sappen d z.
offensieve loopgraven en leggen
van mijnen.
De Fransche loopgraven zijn sten
kor dan die van de Duitschers, daar
zij beter bewapend zijn. Eerst wer
den mitrailleurs gebezigd, maar hot
bleek, dat zij niet goed te gebruiken
zijn, daar zij feitelijk alleen geschikt
zijn voor het afslaan van infantc-rie-
oanvallen. Daarom is men tot do
pompom u't den Boerenoorlog terug
gekeerd. Dit wapen was een weinig
in onbruik geraakt, maar door de
onverwachte ontwikkeling van de
tacilek ln dezen oorlog bewijst het
toch zijn nut.
Berggeschut van de Alpenjagers
wordt eveneens in de loopgraven ge
bruikt.
Het Fransche leger beschikt thans
over een uitnemend artilleriepark
men heeft wapens voor aüe doelein
den on alle worden ook gebezigd op
de juiste wijze.
HET ONDERMIJNEN VAN LOOP
GRAVEN.
Herhaaldelijk wordt melding ge
maakt van het ondermijnen van loop
graven, waartoe men zijn toevlucht
neemt, nu bajonetaanvallen weinig
resultaat opleveren, daar beide par
tijen vrijwel even sterk blijken te
zijn. i.
In den Temps" vindt men een
brief van een infanterist, die de ex
plosie in het bosch van Grurie (waar
van onlangs in een communiqué mefl-
ding werd gemaakt) heeft medege
maakt.
Hij schrijft o.m. t
„Ik zat In mijn loopgraaf en Was
bezig je pakje uit te pakken, toen ik
plotseling een vreeselljke. ontploffing
hoorde blijkbaar had de vijand onze
loopgraaf ondermijnd Ik had nog
juist den tijd, je brief in rn'n zak te
steken, toen de Duitschers, gebruik;
makende van onze verwarring, de
gemaakte bres al binnendrongen. Zij
zaten ons zoo dicht op het 'ijf, dat ik
van mijn revolver moest gebruik ma
ken. We zijn ze ton slotto baas ge
worden, maar ik verzeker je. het
kostte moeiteI Wij bestookten elkaar
met handgranaten. Het was een ont
zettende strijd om twee uur 's mid
dags drongen do Duitschers binnen
en pas 's morgens om twee uur hadi-
den we ze er uit gewerkt, lk had er
toen ook meer dan genoeg van. Ik
was doodop. Geen onzer had do laat
ste 24 uur een stuk gegeten. Maar
enfin, de aanval was alweer afgesla
gen. Het meest nog spijt het me, dat
lk de meeste van mijn spullen ln han
den van de Duitschers moest achter
laten.
Het regent maar steeds. Wo bagge
ren tot da enkels door de modder;
eonnniige onzer loopgraven zijn ge
heel ondergciloopen."
ENGELS Cl IE TROEPEN UIT
CANADA.
Canada zoml reeds 30 000 soldaten
naar Europa. 50 000 zijn daar thans
nog in oefening, maar er zullen er
nog meer aangenomen worden. Voor-
loiijog is 't plan tot een totaal van
108 0U0 te gaan.
EEN TREIN IN BRAND.
Een Fransche aviateur heeft een
Duitschen rein bij het station Pagny
ann de Moeze', door 't laten val'en
van een bom, in brand gestoken.
DE LICHTING 1915 IN FRANK
RIJK.
Door het Fransche ministerie van
Oorlog is een besluit, betreffende de
oproeping der lichting 1915, gepubli
ceerd. Het totaal aantal recruten be
draagt 220.000, waarvan 210.340 bij
dc infanterie worden ingedeeld.
KONING PETER AAN HET FRONT.
De /Matin" heeft uit Nish een be
schrijving ontvangen van de weder
verschijning van kening Peter te
midden zijner troepen.
Juist op het oogenb'ik, waarop het
'and in den meest kritieken toestand
verkeerde aldus genoemd blad
en Se Serviër© tegenover een zesvou
dige overmacht stonden, kwam ko
ning Peter op het 6'agve'd aan. Hij
was vergezeld van zijn beide zoons
Alexander en George.
Voor het bevel tot den algemeenen
aanval gegeven werd, sprek de ko
ning zijn troepen als vo'gl toe
„Dappere so'datenl Uw oude ko
ning is gekomen, om met u te ster
ven, voor ona vaderland, voor Ser-
vio. Laten wij den vijand verdrij
ven."
Toen begon de elag. in de onmid
dellijke nabijheid van Torpoéai en
slechts 15 mijlen van den berg Opel-
natz, waar de asch der koninklijke
familie ru6t. Da3r begon de aanval
op het Oostenrijfcsche centrum, die
in een schitterende overwinning ein
digde.
Koning Peter werd overal doorzijn
troepen op buitengewoon geestdrifti
ge wijze ontvangen.
'T OPTREDEN DER DUITSCHERS
IN MAUBEUGE.
Via Londen wordt gemeld:
Een luunecho verpleegster van het
Rood© Kruis, die door de Duitsche
linies heen van Man beu-ge is terugge
keerd, verklaarde, dat de Duitschers
do bewoners van de veisting goed be-
liondeletL
Dat is ten deelc te danken aan het
geen de burgemeester heeft gedaan
ter bescherming van de belangen zij-
ivor medeburgers en voor een ander
deel aan het feit, dat, toen de vesting
nog lu Fransche handen was, in het
hospitaal van het Fransche Roode
Kruis de jonge pr.ns van Saksen-Mei-
ningen. een neef van den Duitschen
Keizer, is verpleegd. Hij werd bewus
teloos met gebroken schedel in 't hos
pitaal gebracht en stierf drie dagen
later.
Do stedelijke autoriteiten zorgden
er voor dat de prins met de eer, aan
ziin rang verschuldigd, begraven
werd, lieten lüjk en ksit photogra-
pkeeren en zonden de photographieën
met hetgeen den prins had toebehoord
aan zijn familie te Metoingen.
De hertog van Saksen-Mei ningen
was zeer gevoelig voor die hoffelijk
heid en zijn dankbaarheid schijnt den
bowonei-s van de stad ten goede te
zijn gekomen.
De dankbaarheid van den hertog
was ongetwijfeld Ie grooter, daar de
prins als Fransch gevangene te Mau-
bonge was aangekomen.
Da prins was een gTOOte, krachtige
jonge man van 18 jaren. Hij werd ge
wond en gevangen genomen door een
Franschen jager, die tege' ijkerkijd
de ordonnans van den prins, een on
derofficier, en twee soldalen van het
regiment, die b,j den prins waren,
wondde en gevangen nam.
HOEVEEL YPEREN GELEDEN
HEEFT.
De correspondent van „De Tijd"
schrijft
4' „Yperen lieeft naar ik verneem,
zeer zwaar geleden. De straat, die
van het Stationsplein naar de Markt
leidt, do straat, waar men het meest
handel dreef, is omtrent geheel ver
woest. Het ergst van alles is de aan
blik van de Groote Markt. Dit 6choo-
ne plein is werkelijk onherkenbaar
geworden. Ontzettend groot is bet ge
tal huizen, waarvan nog slechts en-
kcJio zwartberookto ruines reohtop
ataan. Door een noodlottig toeval zijn
bijna al de mooiste huizen vernield.
De kazerne van het derde 'iniere-
gimeint bleef tot nog toe ongedeerd.
Do St. Nicolaaskerk, de kerk van. het
Carnvenk'ooster en de prachtige St.
Maaiienskerk hebben veel geleden
van de beschieting De prachtige mid-
deiceuwsche hallen zijn niet meer
dezelfde, sommige gedeelten doen den
ken aan de Mexicaanse he ruïnes van
het rijk der Azteken. Zooveel eeuwen
hadl'len dit enfd-eel der Vlaamsche
gemeenten geëerbiedigd."
EEN BELGISCH STRIJDER
VERTELT.
Wij hebben zoo lezen we in de
Telegraaf een soldaat van het Bel
gische leger op ons buxeau gehad, d'ie
als vrijwilliger gediend heeft in het
Belgische leger, aan de Yscr vocht,
daar gowond en door de Duitschers
gevangen genomen werd, vervoerd
naar het krijgsgevangenenkamp te
Wesel en daaruit na een verblijf van
zes weken heeft weten te ontsnappen.
Hij heeft een verhaal gedaan van
zijne avonturen, dat de Telegraaf 000-
vecl mogelijk in zijn eigen eenvoudige
bewoordingen zal weergeven.
We ontleejien daaraan:
„Ik heet Harry van Horsen en ben
Nederlander van geboorte aldus
ving hij zijn verhaal aan docii heb
gerulmen tijd in Antwerpen gewoond,
waar lk mij ook bevond toen de oor
log uitbrak. Ik meldde mij als vrij
williger aan, welk voorbeeld ook door
Russen, Amerikanen en andere lan Is-
lielen gevolgd werd
Na afgericht te zijn werd hij naar
do loopgraven gezonden. Daarover
vertelt hij:
„Den 24sten October waren wij wc
deroni naar de loopgraven gezonden
en ik kwam daar om zeven uur 's
morgens aan. Het vuren was als ge
woonlijk zeer hevig, de kogels floten
over ons heen en sloegen naast ©ns to
den grond, velen mijner kameraden
vielen gewond of dood neer. Tegen
acht uur werd ik gewond. Ik was
juist bezig den grendel van mijn ge
weer over te balen, toen het mij met
een korten, doffen sïag uit de hand ge
schoten werd. Het viel in twee stuk
ken op den grond, bedekt met bloei
uit een afschuwelijke wonde, in mijn
rechterhand. Mijn middelvinger v erd
wo goed als afgeschoten en mijn
wijsvinger zal ik ook wel moeten
missen. Ik verloor veel bloed en daar
ik niet meer schieten kon. bleef ik
be wegenloos op den grond liggen in
de hoop spoedig door ambulance-sol
daten weggehaald te worden. Waar
ik lag woedde do strijd op zto hevigst
en mijn kapitein kwam mij dan ook
weldra vertellen, dat ik moed houden
en als een man mijn hevige pijnen
verduren moest, want dat er voorloo-
pig goen kans bestond op het vervoe
ren der gewonden.
Terwijl ik daar zuo lag en met mijn
zakdoek zoo goed mogelijk he\ bloed
trachtte te stelpen, ontving ik nog
schouderwond, die gdlukkig niet veel
te beteekenen had.
De Duitschers vielen dien dag met
overstelpende massa's aan en s mid
dags om een uur of één hadden zij
200 300 meier terrein op ons ver
overd. Voor het front van onze loop- j
graven voerden zij een schijnbewe
ging uit en doden alsof zij terugtrok
ken, de manschappen van mijn ba
taljon avanceerden, maar daar er
geen verbinding meer bestond tus-
schen de troepen op onze beide vleu
gels en zooals later bleek de
Duitschers daar aan weerszijden op
gedrongen waren, werden wij spoedig
omsingeld en gevangen genomen. Zoo
lang mogelijk hadden onze mannen
stand gehouden, maar toen zij zagen
dat hun toestand hopeloos was, be
gonnen zij met witte doeken te zwaai
en en hieven hunne geweren met do
kolf in de hoogte. De Duitschers wa
ren reeds zeer nabij en konden met
hiet bloote oog zeer goed waarnemen
wat wij deden, niettemin bleven zij
doorschieten en bij groepen zag ik
mijn kameraden onder het moordend
geweervuur vallen. Toen de Duit
schers bij ons gekomen waren, was er
van ons bataljon nog slechts een
achttiental in leven en geen dezer was
omgewond. De overigen waren gedood
of zwaar gewond in een nabij zijnde
grach'i gevallen en verdronken. De
Duitschers, na zich overtuigd te heb
ben, dat wij allien gewond en dus niet
weerbaar waren, lieten ons voorloo-
pig aan ons lot over en den lveoten.
dog en daar opvolgenden naclit lagen
wij hulpeloos in den kouden najaars
nacht onder den blooten biemel o-p den
grond.
Den 25sten October kwam er einde
lij hulp. Soldaten van het Duitsche
Roode Kruis kwamen ons balen.
Verder vertelt de Belgische strijder
hoe hij na een zware en vermoeiende
reis eindelijk in het gevangenkamp te
Wesel aankwam.
Hij had gauw ontvlucfrtingspldn-
nen.
„Ik loerde voortdurend ap een gele
genheid om te kunnen ontvluchten,
doch het duurde zes weken voor ik de
kans daartoe schoon zag. Woensdag
9 December des avonds zes uur onge
veer ben ik over de muren geklommen
en gevlucht. Ik had mijn soldaten-
kleeren op het privaat omgewisseld
voor burgerkleeren, die ik mij met
groote moeite in het geheim verschaft
had en wist aan de waakzaamheid
der schildwachten te ontsnappen
Eindelijk kwam hij to Hollan/l aan.
„Ik ga nu naar Engeland, om mij
daar in een hospitaal onder dokters
behandeling te stellen, want met mijn
wonde wil het nog niet en ik vrees
dat ik mijn wijsvinger ook zal moeten
missen. Misschien kan ik, door met
mijn linkerhand te loeren werken, la
ter weer ln mijn onderhoud voorzien",
- 7/-o besloot deze Rclgische strijder.
GEEN ALCOHOL VOOR SOLDATEN.
Dr. v. Schjerning. het hoofd van
den geneeskundigen dienst van het
Duitse!;© leger to velde, heeft medege-
deeld, dat hel Praisiscbo ministerie
vaïi oorlog ccnigo dagen cel eden een
verordening hoeft uitgevaardigd, vol
gens welke alcoholhoudend© dranken,
behalve roode wijn, voortaan niet
meer als geschenken voor de soldaten
aangenomen en alleen voor gewonden
ei ambulances gebruikt mllem wor
den en dat voor het overige het stre
ven naar ma'iigheld bij het leger ook
in de toekomst zooveel mogelijk be
vorderd moet worden.
TUSSCnEN VniF.ND F.N VIJAND.
In het Berliner Tageblatt schrijft
een officier van gezondheid twee
schetsje®.
Daarin lezen wel
Sedert weken gaat het om hei dorp
W. Begin September waren wij er.
Daarop kwamen de Franschen bin
nen Einde September werd het hun
in stormloop afgenomen. In October
namen wij het weer. Nu hebben wij
leder een helft. Aan hef eene eind lig
gen de Franschen, aan het andere
eind hebben wij ons kwarder. In het
midden van het 'terp. in een der beate
huizen, woont een dame. Ze Is bijna
de eenige inwoonster van het half in
elkaar geschoten dorp-
Toen wij binnentrokken, nam zij
al eenige waardige vertegenwoordig
ster van het vrouwelijk geslacht ons
onder haar hoede. En do vestibule van
haar huls diende ons. bij gebrek aan
een beter vertrek, als officiers-canti-
ne Een groote ronde tafel vulde die
bijna geheel. Boven de dein* waaide
de witte vlag met het roml© kruis. „Ik
ben neutraal", zei zij. Zij was als ver
pleegster opgeleid en had hier onder
Franschen een kleno ambulance
Ingericht. Als wij haar vroegen, of zij1
niet bang was, omdat nieuwe gevech
ten te wachten waren, wees zij ge
woonlijk op de vlag en zei: „Tk ben
neutraal'.
Z had hier reeds bombardement en
straatgevechten meegemaakt. „Waar -
was u in dien tijd?'1 Zij liet mij haar
stevig gewelfden kelder zien. Er sVrnA
een bed en een tafel, en lewenamidde-
1c-. lagen er opgestapeld. Nu was zo
von 's morgens vroeg tot *s avonds
Iaat bezig om voor ons Ie zorgen. Van
onze eerste morgenkoffie tot d© laat-
bisschop toe, waarmee we te mid
dernacht afscheid pleegden te nemen
van de cantine-lafeh
Toen wij uit het dorp terugtrokken,
wilden wij haar meenemen. „Wij
moeten het dorp misschien beschie
ten", zeiden wij. Zij ging niet mee.
,Ik ben neutraal", zei zij. En. wees
op haar vla g.
De Franschen trokken binnen en zij
zorgde Voor hen. Wet dorp werd door
ons beschoten. Haar huis bleef ge-
spaard. Er werden straatgevechten!
geleverd. Zij ging niet weg.
Nu behoort het dorp voor de helft
ons en voor de andere helft aan de
Franschen. Zij woont in het midden.
Boven haar deur waait stukgescho
ten de witte ving met het roode kruis.
Soms in 't middaguur, als meest wa
penstilstand hcerscht, komt in een
doek gehuld, een vrouw met een
mandje aan de hand naar buiten en
draagt het vandaag naai' dit en. mor
gen naar het andere eind© van het
doip, en alle wapens zwijgen,
loder kent haar.
Zij is neutraal.
Als de oorlog ten einde ia, krijgt zij
van Frankrijk het Legioen van Eer en
van Duitschland het IJzeren Kruis.
EEN RIT IN DEN MANESCHIJN,
Een corresjiondent van het ,BerL
Tageblatt" heeft in December ©enig©
dagen aan het front in Oost Pruisen
doorgebracht, ten oosten van Gum-
binnen.
Een militaire auto bracht den jour
naliet in het divisiehoofdkwartier,
waar hij hartelijk verwelkomd werd
door de stafofficieren.
Precies op het voor het middagmaal
aangegeven uur trad de divisie-com
mandant de eetzaal van de dorpsher-,
bci-g binnen en ging aan tafel. Iedere
officier had zijn eigen iepel, mes tn
vork. Van een tafellaken of servetten
was niets to bespeuren. Het hoogst-
eeiivoudiige maai werd besproeid met
een enkel glos bier. Ieder oogenbhk
werden rapporten binnengebracht, of
klonk de telefoon.
Feuilleton
door GUY BOOTHBY.
17)
O, papa, kreet zij, wie kon
zoo wreed zijn om dat te doen en
daarop haar verloofde met weemoe
dige oogen aanziende, ging zij voort
En waar hebben zo hem nu ge
bracht
Lavington legde haar alles uit. Hoe
dapper zij ook ti achtte te zijn, had
de schok haar toch geheel verplet
terd. Even later moed vattende, zei ze
met gebroken stem
Ik moet naar mama toe gaan, ik
ben bang dat dit bericht haar den
dood aan zal doen.
Blijf nog even hier, antwoord
de hij, naar de deur toegaande, in
een minuut tijds ben ik weer terug.
Zij beloofde dit en hij kwam dan
ook weldra weer bij haar, met ecu glas
wijn in de hand.
Drink wat, zei hij, het zal
j© moed geven en dien heb je hoog
noodicr
Zij gehoorzaamd© hem als een kind.
Toen stond ze op en haar tot beneden
aan de trap brengende, gaf hij haar
een kus, terwijl hij haar nakeek, hoe
zij de treden beklom om haar zware
taak bij haar moeder te gaan volbren
gen. Daarop keerde hij terug naar de
rookkamer, waar hij den dominéé op
wachtte.
Daar herinnerd© alles hem nog
even levendig aan den overledene op
de schrijftafel lag zijn pijp, daar
naast de courant, waarin hij had zit
ten lezen toen Lavington dien avond
werd aangediend, en ten slotte, mis
schien het droevigst van al, naast den
haard de pantoffels, die Beatrice voor
hem gewerkt had en die hij verwisseld
had voor zijn laarzen op het oogen-
blik, dat hij den tocht aanvaardde,
die zoo noodlottig voor hem was af
gelopen. Boven de sofa hing een
groot portret van mevrouw Webster
en haar twee dochters, en daaronder
een van den kapitein zelf in uniform,
kort voor zijn laatste reis naar Hong
kong gemaakt.
Zijn boekenkast was niet goed ge
vuld en bevatte alleen werken over
zeevaartkunde en sterrekunde, bene
vens een paar- werken over Indié.
Een sextant stond boven op de boe
kenkast naast een globe en een teles
coop, terwijl er aan den muur tus-
schen de twee ramen, een groote kaart
hing.
Lavington viel op een stoel bij den
haard neer en verzonk in gepeins. Hoe
stond hij nu tegenover Beatrice? Haar
vader was ovei leden en zij had nu
een beschermer van noode, en aan
den anderen kant had hij den over
ledene beloofd, dat hij niet met haar
zou trouwen, zoo lang als hij in on
min was mot zijn vader. Hem restte
dus niets anders, dan op denxelfden
voet van nu door te gaan. Hij was er
bovendien van o\eituigd, dat Beatrico
den laatsten wcnsch van haar vader
zou eerbiedigen.
Zijn overpeinzing werd afgebroken
door do komst van den predikant, die
geheel ontdaan was tengevolgo van
het tooneel, dat hij boven had bijge
woond.
„Arm© vrouw", zuchtte hij, „zo Is
geheel van streek ik heb haar daar
om nu maar alleen gelaten met haar
dochters. Di© arme kapitein Hooveel
uren heb ik met hem ln deze kamer
doorgebracht. Als zij kon spreken zou
z© kunnen getuigen van heel wat da
den van liefdadigheid, ln stilte door
hem verricht. Ik hoor, dat u vannacht
hier blijft, dat doet mij genoegen.
Morgen kom lk bijtijds weder hier
heen.
U is meer dan goed. ant
woordde lavington, en hel was een
heerlijke gedacht© van mij om naar u
toe te gaan.
En ik ben ook zeer blij, dat u
mij gehaald hebt, hoewel ik vrees dat
ik in mijn zenuwachtigheid haar de
droevige tijding niet voorzichtig ge
noeg heb medegedeeld. Maar nu moet
ik werkelijk heengaan; zou ik u ech
ter eerst nog in iels raad mogen
geven
Graag, i©g u maar wat u wilt,
antwoordde de Jonge man.
Nu dan, hernam de predikant,
ik zou d© ochtendbladen van de
couranten voor haar verbergen. Er
zal waarschijnlijk in deze bladen het
een en ander worden vermeld, wat de
dames hoogst pijnlijk aan zou doen.
Neen, ze moeten di© beslist niet
zien, beaamde Lavington, en ik
zal ©r ook voor zorgen, dat geen der
hoeren van de pers hier ln huis toege
laten worden.
Dat is ook zeer verstandig van u,
en nu goodennacht.
Lavington liet hem uit en keerde
toen naar de rookkamer terug. Hij zat
daar pas even, toon hij voetstappen op
de trappen hoorde en, de gang in
gaand, vond hij daar Beatrice Daar
hij wel begreep, dat alle souvenirs in
dit vertrek haar opnieuw hoogst pijn
lijk zouden aandoen, nam bij haar
mc© naar de woonkamer en vroeg
haar, hoe het met haar moeder was.
O, het is zoo treurig om haar te
zien, antwoordde het jonge meis
je. Zij en vader waren altijd alles
voor elkaar.
£ti Alice, hoe gaat het haar
lk heb haar naar bed gezonden,
om tot rust te komen, hernam Bea
trice. O, Hylton, ik kan het nog
niet gelooven, dat wij dien besten
vader nooit zullen terugzien. Weet
men al, wie die afschuwelijke misdaad
heeft gepleegd l
Neen, liefste. De geheele zaak is
nog in duisternis gehuld. Maar zou
jc er nog wel meer over spreken? Het
zal je smart slechts verzwaren.
Neen, neen, laten wij er wel over
spreken, smeekte zij.
Nu, dan moet je mij ook eens ver
tellen, lieveling, of j© vader wellicht
een© mevrouw Sudermann, een pia
niste, die in Peckham woonde, heeft
gekend
Dat geloof ik niet, want hij noem
de dien naam nooitmaar waarom
vraag je mij dat vroeg Beatrice.
Omdat de misdaad in haar huis
werd gepleegd, maar zij zelve is daar
beslist onschuldig aan, want zij gaf
dienzelfden avond een concert in
Bristol. Men denkt op het politie
bureau, dat je vader een inbreker dat
huis heeft zien binnengaan en hem
toen gevolgd is, om de bewoonster bij
te staan.
Dai zou ook juist iets voor papa
zijn, en daarop snikte ze uit
waarom bleef papa dien avond ook
niet thuis? Dan was hij nu nog in
ons midden
Hij poogde haar te troosten, maar
dit was een zware taak. Het was nu
al bij elven en zij was doodop van
droefheid vandaar dat hij haar wist
te overreden om naar bod tc gaan,
hoewel zij daar aanvankelijk niets
van wilde hooren en stokstijf vol
hield, dat zij den heelen nacht bij
haar moeder op wilde blijven, om
samen te schreien en te biddeu.
Jouw kamer is gereed, zei zo,
toen z© samen de trap opgingen.
Wel te rusten, Hylton, moge de lieer
j© zegenen voor j© goedheid, om ons
to troosten in deze droeve dagen. Hei
Is zulk een rustig gevoel, je bij om
te hebben.
Zij stak hem beide handen toe, es
daarna begaf zij zich naar de kamei
van haar moedor, di© voortdurend den
naam van haar echtgenoot zat te sta>
melen, heni smeekende om toch spoe
dig bij haai- terug te komen.
Het is roker onnoodig om t© vermel
den, dat Lavington dien nacht geen
oog dicht deed en dat hij met onge
veinsd© blijdschap de eerste stralen
van de opkomend© zon begroette. Het
was oen zeer treurig-; ontbijttafel dieu
morgen. Mevrouw Webster kwam niet
voor den dag, hoewel Beatrice zei, dof
z© een weinig kalmer was.
(Wordt vervolgd)