Haarlems Duilm TWEEDE BLAD Zaterdag 22 Mei 19)5 Parijsche Brieven HET VERHAAL VAN ACHILLE. De korporaal Achille, gekomen met ten week verlof, is nog aan tafel. Tuinier cn wannoezenier in hot Bur gerlijk leven, ie hij voor bet middag eten uitgenoodigd geworden door een oude en beminnelijke Parisieno, die gewoonlijk 's zomers verblijf houdt In hour negorij van Islekle-France Do korporaal Achille ie een groole kerel van vijf en dertig jaar of iets ouder, van de ltmdweor. Hij is ma ger onder do kapoljas, de schouders een beetje opgeirokken, een prettige en sympathieke kop: een groole en dikke neus, boven den langen kne vel, die ietwat rossig is geworden door de lucht en "den regen, een nogal uitstekende adamsappel, en kleine, schuchtere oogen, die niettemin zeer fjjntjvs kunnen kijken. II ij heeft noch zijn lange kapot jas uitgedaan, noch zijn képi afgezet; bij houdt zich een weinig gebogen over 'de tafel, waarop zijn ellebogen rusten, en op dit oogenbiik draait hij gerui man tijd hel kopje koffie in de rondte, waarin hij vier stukjes suiker heeft gedaan. In de loopgraven, dames, zegt hij ons met een laohje. dat heel zijn gebruind gezicht plooit, houdt men van suiker. Men is dan als jongens, wat! Daarop leunt hij een boetje tegeu den rug van zijn stoel, de képi schuin op het oor. Hij kijkt en lacht etil in alle tevredenheid. Maar, Acliille, u hebt niet go zegd, waarom u tot korporaal be noemd bent geworden, zegt zijn gast vrouw Vertel ons die geschieden' wilt u? Achille bloost wn krabbelt aan zijn voorhoofd, plotseling geïntimideerd als hij is: O, u weet wel, inijn lieve me vrouwtje, dat dat, waarvoor ik be noemd ben geworden, nic-t zooveel bijzonders was. Elk ander had het zelfde gedaan. En dan, ik moest het eigenlijk niet zeggen, maar 't is do eerste keer, precies, dat ik hang ben geweest. En eon vrees, nee maar, een, die je koude rillingen geeft! O, meneer Achille, vertel ons dat, riepen wij allen. Ik wil 't wei doen, dames, maar, ik zeg u nog eens, dat het niets bij zonders is. Om zich een houding te geven, heeft hij tusschen zijn onbeholpen dikke vingers het boel kleine koffie- lcpeltje genomen, en het om en om draaiende, vertelt hij: Toen waren wij in de loopgraaf, In de eerste linie, de heele sectie. De avond was gevallen, een vochtige herfstavond, die daalde en afvloeide op de aarde als een slak. Men had het niet warm in zijn soldatenplunje! Daar komt de. luitenant aan, na lau gen tijd met den kijker naar de loop graaf der Duitschers te hebben geke ken, dienaar schatting tweehonderd meter van ons ver was. Hij staat niet ver van mij stil: Hoor eens! zegt hij met een niet vroelijk gezicht lk heb twee flinke kerels noodig... Mijl antwoord ik. En mijl zegt een makker. Goed! herneemt de luitenant, die tms met een soort van diepen ernst aankijkt. Nu zal ik u zeggen: waar om... Ik kan do juiste plek niet on derscheiden, waar hun prikkeldraad afsluiting eindigt... Ik geloof, dat z'j die op onze rechterzijde hebben door getrokken. Ik moet weten, of ze de klein» ruimte daar, met struikgewas bedekt, doorkruist Dus jullie gaan. de richting van die afsluiting uit voorzichtig, nietwaar? Jullie volgt die kruipend, rechts. En wanneer jullie op de plok zijn, die mij bezighoudt zulk 11 jullie mijn gefluit hooren, twe© verlengd© slagjes, heel zacht. Komaan, jullie kijken en zoeken met zorg Begrepen? Begrepen, mijn luitenant Daarop drukte hij ons de hand, ons nog steeds aankijkend met een eigenaardig geziohtsgetrek, waar zijn knevel van danst. Wij bijsdhen ons heel zacht de glooiing der loopgraaf op, nven reikt 0113 onze geweren aan en tot weerziens en dankje'. Wij vangen aan te kruipen, hier en daar klompen aarde en terreinplooiingen ziend, Daarna vinden we eonigo lij ken. ilie daar gebleven zijn: van tijd tof tijd liggen wij er achter, en luis teren Niets, de Duitschers zien niets! Zoo komen we aan bij de uiterste prikkeldraadomheining, en van het een© paaltje naar het andere trekken we voort, ik voorop. We gaan niet ving. Ik zei tot mezelf: „Verdikkie! wat boffen d© huisjesslakken, dat re geen haast hebben!'... Daar opeens trekt mijn makker mij aaai een dor voeten. Ik sta stil en keer een weinig het hoofd om: Achille, zei hij me, langs mij kruipend, ga er alleen op uit! Ik kan niet Ik kan niet meer. Ik word go dood, als ik vooruitga, ik ben «f ze ker van. Ik voel dat! Ik zeg je. ga heel alleen 1 Blijf dan. Ga languit liggen, ver- ,roe-r je niet. Ik zal j» bij mijn terug komst. weer oppikken. Ik zet den tocht voort op mijn buik. lk liob er niet bij hem op aan gedrongen. Ik weet, dat mijn makker moedig is, en indien hij stilstaat, is het om ic-ts, waarover niemand moes ter is en dat je waarschuwt zoo maar. opeens. Arme drommel lk ga dooi en ik bereik de door den luitenant aangeduid© plok. lk ga nog verder en daar hoor ik, heel zacht, de twe© fluitsignalen. Ik Iron beelemaal plat gaan liggen: het lijkt me, of daar, in do loopgraaf der Duitsahers, men ook gehoord lieeft, men zich verontrust, zich beweegt. Eenige geweerschoten, de kogels snellen in den ingevallen nacht voorbij, nogal ver van mij trouwens^ Daarop dezelfde stilte: zij zijn gerustgesteld. Ik wacht nog En ik kruip cpnicuw. Ja, de omhei ning eindigt op dal punt. Ik begrijp: het zal misschien mogelijk zijn, hen dezen kant uit te does gaan, onder bet voorwenden van een frontaanval. Nu is het er om te doen, van daar terug te keeren, want de plek elk geval „ongezond", onveilig! Om van daar terug te keeren heeft men niets anders te doen dan terug te kee ren, niet?Jawel, zeker! maar plot seling is mij dat onmogelijk! Een ver schrikkelijke vrees hoeft zich van heel mijn lichaam meester gemaakt. Ik voel ©en groole kou in de haren, en daar lig ik plat op den buik, hot hoofd een weinig opgericht in de richting van de vijandelijke Joop- graaf onbeweeglijk, als een pad die men aankijkt! Onmogelijk, onmo gelijk me 0111 tc keeren en mijn blik af te wenden van die vervloekte loop graaf! Ik voel me beven binnenin mij, en ik heb maar één gedachte, en die ge dachte is als een heel klare stem, die ik zou hooren: „Achille, mijn vriend, als jij je omkeert, ben je dood!'' Was u bang een kogel in den rug 1» krijgen? vroeg een onzer. O! in den rug of van voren, oen kogel blijft een kogelI lk wed liet niet. Ik voelde alleen, dat ik, voor mijn heil, do loopgraaflijn niot uit het oog moest verliezen. Waarom? Ik wist er niets van, zeg ik u. E01 loetn zweette ik over mijn heele lijf... Toch kon ik daar niet blijven, wol? Nu dan, heel zachtjes, met een ontzag lijke inspanning, heel zachtjes, alsof elk van mijn bewegingen honderd Jaar duurde, begon ik weer te krui pen aclrterwaarts: het hoofd altijd een beetje opgeheven, de hals zoo stijf, dat het m© pijm deed, en aldoor kijkend, slaroogend, In do richting der Duitscliers! De tijd, dien ik héb besteed om te rug te kernen, zóó, glijdend, schrij dend met do ellebogen en de knieën en geleid door mijn voeten? Misschien een uur, misschien heel de eeuwig heid! Ik heb er mij geen rekenschap van gegeven. Jk elk geval waren het mijn beide voeten, die mijn kamera den bet eerst boven de loopgraaf za gen aankomen, mijn voeten, die lang zaam de rast van mijn persoontje voorafgingenI „Sindsdien hebben die rekels mij „de Kreeft" genoemd, we gens mijn acbterwaartsche terug komst. Om die roden, dames, en om geen andere, is Achlll© tot korporaal bevorderd. Ik had gelijk met te zeg gen, dat liet niet veel bijzonders wasl En uw kameraad? Wat is er van hem terechtgekomen? Mijn makker? Ik was hem verge ten, den armen drommel. Ik wist niets, letterlijk niets meer! Hij kwam nog 11a mij terug, zich voortslce-pcnd, en toen hij er was. gezeten in de loopgraaf, begon hij te bibberen van koorts, en zijn tanden klapperden... Ik begon hem t© troosten, maar men kan niemand troosten over wat hij had, heusch! llij had den dood ge voeld Het is, alsof... Ik verzeker u, dat rnon zijn dood voelt komen: soms dadelijk, voor anderen wéér is het meer vér-af. En het bewijs daarvan dal mijn kameraad, door ccu kogel rn het voorhoofd, op slag werd ge dood, acht en-veertig uur daarna Ik zeg u, dat rncn gemarkeerd is: wanneer men vertrekt, zijn zij, die niet zullen terugkomen, tevoren aan- gewozwnalsof men ben met den vin ger aanraakte! Nu, dan is hol niet noodig, zicli te kwellen, wel? En, ziend© dat op den bodem van >ijn kopje een weinig opgeloste suiker was overgebleven, schepte de korpo raal Achille die heel kalm roèt zijn lepeltje op. WILMA KNAAP. Versprofd nieuws van deoorlcgsvelden BIJ DE CANADEESCHE EN INDI SCHE 1 BOEPEN TE VELDE. De oorree pondent van de Associa ted Press heeft een bezoek gebracht aan de Indische en Canadeesohe troe pen ln het Engelsche hoofdkwartier en vertelt daarvan hot volgende: schilderachtig© Indische troepen derbreken de eentonigheid van den kleurloozcn oorlog. Hunne kleine ezolwogcns rijden voortdurend rond te midden van do zware motor-omni bussen. Aanvankelijk schenen do Indiërs ini het dhrnpnell-vuur minder bruikbaar thans editor zijn zij or aan gewend. De meester* hunner hebben hun le ven doorgebracht in een heet, droog klimaat, en het n-atkoiide weder van Noord-Frankrijk is derhalve hun erg st© vijrnd. Ms do aon schijnt, is het alsof o 1 glimlach over hut gcheo! e Indische front glijdt. In den lx-gfnn was liet aantal zieken onder hen bui tengewoon crool; mm heeft hea ech ter than.- van wanne kl'eed ing voor zien. en speciale maatregelen geno men voor hun verpleging, en-het ziek- lecijfer is dientengevolge belangrijk gedaald. Al liet voedsel, dat deze soldaten gebruj'kx]!moet uit Jndlie naar Frankrijk worden gebracht. Dec© donkerkleurig© vreemdelin gen, die geen enkel woord Engelsch spreken, wekken nog doze'Me nieuws gierigheid en belangstelling a's in <Pcn beginne. Hediénochtarid ontmoette ik 30XI man Indische cavalerie, die over ©on doorweekten weg roden. Hier en daar zag ik onder de donkerkleurig© ge zichten bet blanke geóaat van een E11.- gelsch officier, die de soldaten afge- exerceerd heeft. De 72-jarig© Sir Pen-tab Singh reed aan de *j>its van zijn rogijueait. Hij reide tot mij: „Men beweerde, dot ik te oud was, maar ik antwoordde daar op, dat ik geen lust had om op mijn bed te sterven er. dat ik toch niet lang moer te leven hod. Eu tocëi lieten zé mij medetrekken". Ofschoon de Indische cavalerie ook in de loopgraven strijdt, worden de paarden toch steeds gereed gehouden teneinde de troepen »ls cavalerie bij een aanval te kunnen gebruiken. Ik bezocht hier ten eigenaardig ge bouw, dat geen hospitaal i6 en ook geen contine. maar een plaats voor rust en herstel. Hier krijgen de Indi sche troepen warme baden en schoo- ne kleederen, maar niemand mag cr langer don H dagen blijven. Bij het vertrek wordt enn ieder een metalen penning uitgereikt. Dit is een auduiding, dat zijn tijd an Ontspanning verstreken is on dat liij den volgenden dag terugmoet naar de loopgraven. „Weg daar, let op de wagens riep plotseling een stem met Muon kaansch accent en ik wist dadelijk, dat ik aam de Canodeescho linie was gekomen. Het was reeds donker cn het oogen blik. dat het eten naar de loopgraven weid gebracht. Geen en kele wagen had. cm luntaalru, wij strompelden er dan langs heen, gin gen door een donkere gang en kwa-1 neJii eindelijk terecht in oen holder •erlichle kamer, nut zware gordij nen voor de vensters, zoodot ec-« a Li-li tstnta.01 naar builen kon vallen. Hot was het hoofdkwartier van 'te brigade en eon der officieren telefo neerde juist nut liet front. De com mandant en de overige officieren ontvingen mij teleefd c-11 gaven mij verlof om naar de loopgraven to gaan. Spoedig won.*» wij, onder geleide van ©en onderofficier uit Ottawa, op weg naar den Ixitaillonsstaf. In een boe renhuisje, dat zoo dicht gesloten was lo donkere kamer van een photo- gruaf want do vijand gebruikt lederen lichtstraal nis mikpunt vonden wij eindelijk den bataillons- commandtar.t. De kolonel van liet re giment was er ook en daar li ij juist dien nacht 111 do loopgraven wilde doorbrengen, nam hij me mede. „Let goed op bet pad", zei hij, .anders valt ge in de slootZoo liepen-w© achter elkander in den donkeren nacht Dit punt beschieten do Duitschers geregeld om liunne machine-ge weren niet te laten roestenzoid© de kolo nel, toen wij over een open plek ho pen. ..Als du begint, kan men niet beter doem dan maar c>p den grc-nd blijven ligger-, tot het schieten vo>r- bij is". Op dit oogenbiik bestraald.- een zoeklicht onze buurt. „Stil blijven staan", fluisieivl© de kiotoae). Dan worden we niet zoo gemakkelijk ge zien-". Nu lioorden we enkele schoten uit do Duitsche loopgraven. „Dat rij» de Duilsche scherpschut- tere", verklaarde do kolonel. dik wijls komen die velfs door onze linies ei» wij weten i.i*-t op welke wijze, wamt zij zijn altijd in khoki-geklced Toen de flink int do kluiten gewas sen Canadoezea liet Engolsehe regi ment hadden afgelost, vonden zij do loopgraven to lang voor hert en gin gent ze dus aan hot werk om ze lioo- ger t© maken. En tevens maakten ze van de gelegenheid gebruik 0-111' zo wat huiselijker in te richten. De man wen waren zeer verheugd iemand te ontvangen, die het Engelsch met hun eigen tongval sprak. Een soldaat uit Ontario zeide tot mij: „Als wij terug- keercu naar Canada, gaan we beelist geen vuurwerk meer zien. daarvan hebben we bier meer dan genoeg ge kregen". Op hetzelfde oogenbiik vi.-| liet schei 10 licht van die Duitsche zoeklichten op do loopgraven. Toen ik later mijn tocht vervolgd?, kon ik vooral liet snorken van do Canadeescho soldaten hooren. In hun bomvrije holen sliepen, do soldaten, gehuld in hiinno deken, rustig voort, tot liet sedn om .op wacht te trekken, hen weder roept. REPUBLIKEINEN' BIJ KONING ALBERT. Een medewerker van t Alg. Hon delsblad schrijft: Een interessante anecdot© werd me door een voorraam ambtenaar van Koning Albert's omgeving medege deeld: Onlangs was staatsminister Van- dorvoldo, de bekende leider der so- ciallvtlsch© partij Jn België, voj* Lon den naar Do Panne gekomen orn met koning Albert over be'iangrijke staats zaken te corefercOTcax De socialist.i sche minister stelle op lit bezoek 7.. M. den benoemden Belgischen dich ter Emilo Verliaeren voor. Kort doar- na werd een andere bekende voor man der s-:« i ilistiseho beweging dc heer Kamiel lluysmans secretaris mo liet Internationaal -Socialistisch© Bu reel, aangemeld. Koning Albert, v-> svion Huysmans geen onbekend© ls toonde zich met diens komst zeer in genomen er de socialist vond het al republikein geenszins in strijd mot zijn beginselen den koning dor Bol gen, opperbevelhebber der Belgische legers, d» bewondering «1 den eer bied dien hij toer zijn «topper gedrag voelde. to tuiden. Terwijl do koningin zich had ver wijder-1 om toilet te maken voor de revuo der troepen, wolk© zo met h« ren gemaal zon bijwonen en waarop liij oon roemrijk regiment «0 nieuw vaandel zou overhandigen, infor meerde de vorst, met vcc) belungstcl- lirig, bij dyn heer lluysmans naar dc opinio dor Belgisch© socialisten over zijn persoon. En daar Iiij ter gepas ter ure graag schertst, vroeg hij «>p het verjoreëid antwoord van des. s«o- ciaJisfischer. dóputé: Dus mag ik me voois».©Hen als lid der Werklieden-Partij? En Kamk-I lluysmans, op des ko- nings woorden ingaande, antwoord de joviaal War© België ee.io republiek, voorzeker zou ik uwer majesteit© can- didatuur voor hel voorzitterschap voordragen. Ondci'lut^chcn hoorden zij in liot naastgelegen vertrek een levendig ge sprok Do koningin liet op zich wach ten, koning Alben zocht haar op en vond haar koutend met dc-n socialis- tischen minister Vandei velde e:i Ver liaeren ■en dc vc-rst dit tafereeltje zag. bloef hij in de d.vir staan. Jlij zag er een teeken dee tijd© In. maar in terpreteerde het op een allergeestige ij ze.- 9 Wie zen ooit hebban gedacht, ■i hij vroelijk, dat mijn vrouw den koning zou doen wachten om zioli het hof to laten maken door den chef dor republikeinen! In Bolglë Er ls sprake van geweest het mora torium 111 Belgie cp te heffen. Aan t AJg Handelsblad wordt daarover g' se!i teven: Tegen 1 Juni zou dan het morato rium afgeschaft wezen, cn de waar den. die in omloop waren bij het uit breken van den oorlog, zouden hun vervaldag hebben in Juni, Juli en Augustus 1915, naar gelang zij zou- don vervallen zijn in Augustus, Sep tember of October 1914. De Koop-handelskamer Ie Antwer pen hoeft niet long moe-ton nadenken om te vatton, welk© een warboel het in het economische leven van t ont redderde België zou teweegbreng©»» als het moratorium in de huidige orn standigheden geschorst worvl. N et al leen een onontwarbare verwikkeling zou t worden maar "t zou daarenb© vei) aanleiding geven tot oen econo mische raznp in het reeds zoo erg be- Proel.le lax*l. Do voorzitter der Koo|,hOodclska- mor, <1© heer Lïdysrd CastOÏein, heeft desaangaando een vertoog geschii©- ven naar don heer Stranden, senator van Hauburg. dm als voorzitter ann- geeteld is va'ui d© Givil-Verwaltuna to Antworpen. Hij vat den slier J'ij do horons 011 zegt openlijk: Wij zoelmn vruchteloos naar het geen vóór het eind© van <lon oorlog noir wat handelslevon kon vcrwokken in <Kt land, waar alle middelen tot productie en O'ansactio verlamd of vernietigd zijn. „Selort acht maanden is ons land een van <1© voornaamst© tooneolen. waar do vreesclijkst© oorlog, die ocit over de wereld gewoed neett, gestro doa wordt. Onze landbouwers zagen hun oogsten, hun paarden, hun hoornbeesten, hun pluimvee v orn iet i- gen of opvorderen; onzo nitveraars mooetcn hun fabrieken, voor zoover die niet verwoest waren, sluiton of minder laten vooitbrangen, omdat t hun niet mogelijk was grondstoffen aan te voeren cf productc-n to verzen den; do nijvetiieidswerklieden zijn zonder werk c-n bijna zonder brood; d© inkomsten van 't roerend ea on- roemid fortuin zijn getroffen ir» bun bronnen; do handelsvoirichtincen, ook d© meest noodzakelijke en gering ste, in Antwerpen aoowel ul« in het kleinst© dierp, bestaan nog slechts in de herinnering, vermits alle voorwer pen, die kunnen verhandeld worde», of wol ontbreken, of wol meegenomen zijn; onze verfceers- en verzondings- middolen, die van do meeet uitgebrei de en volledigsto waren wolke l»e- s torn Ion, slaan niet moer tot onze Lc schikking; kortom, hrt hcole land, waarvan «lo levendig© werkzaam heul toch spreokwoonk-lijk w.,s geworden, is tot oen bedroevend cn staat van ontbering en machteloze roe. l-.os- hf id e.hr.'irht, en li. 1 is zooverre, dat d© Openbar© voeding, waarvan do voorziening het allereerste en aller noodzakelijkste element van .1© handelsvc-rrschtiiigen bij de meest primitieve volkeren, cei? ni.-t n.ecr mogelijk is dooi eigen mid<I«de.n. I) t is zóó waar dat, om x dorste ramp te vermijden dat «hjizemlen v.sn ©n/< medeburgers van longer zond.-n stri ven op bet puin vim hun woningen, do siioiilni©, machtige 011 bewonde renswaardig n.etli<xlis-:ho tussui.-n- konist van do groot© Amerika a nache natie noodig w as „Daar hebt u. mijnheer do voorzit ter, in groot© trol ken, eenvoudig en tragisch echt, de schets van <ien a!- oeme«?nen torétand van het land van 7 millioen Idwoiioim. wicn men zou willen opleggen dal bfniien vier maanden. 750 millioen ocntraclen, zonder ochtertUicht aangegaan ui iy n period© van volle werkzaamheid i« i- d<*. .geliqukleerd worden. „Hel fata!© en rechtstreek»:he Ge volg va» zulk eon proefneming is ge makkelijk to voorzien. Hot wigvr- n an wissels zou geen onteorondo uit* ren do rig meer zijn, maar oen datje- lijkeche 011 gewone daad worden. Ii--t Ixrgrip van handelseer en oerlijklr.-j»l zou, althans voor een tijd, le !o«>r gaan in do algchoelo veil>gen!ie:'l van eer. respectabelen noodtoc-tun'l en twijfelachtig© handelingcj'. De heer CastelHn wijst r vorder r.p, dal do Duitsche overheid van .lo particulieren iets clschen zou wat rij zo'f niel bij machte was t«. ond-rhou- don. Nog altijd moeten de iniiliocn-.ii betaald worden van de mpiisiti s. -,R«?«h1s lang moesten die belui in» gon gedaan zijn, in gevolge van do formeel© verbintenissen, aangegaan tijdens do onderhandelingen -wdo oorlogsschatting. Velo haridelshu:- zen hebben meer gcrequisitionncerd© waren moeten leveren dun hun ka pitaal bedraagt.. Het schorsen v .n hot moratorium, vóór de betaling «tor requisition, zou dus betoeker.cn, «l.it do Duiischo cveiheid b.v. den Aut- werpsctojn handel do waren zond© doen betalen die dc Duitsche over heb! zelf afgoitoincn l.oeft en niet be taalt". Alterlei. BELGIö NA DEN OORI.OG. De Temps" meldt: Dezer dagen heeft de Belgis, hv niT- ministervan justitie, Carton de Wlart te Lyon een iedevx<-ring gehouden, waarin voor het eerst van ofjicieelo zijde met ©en enkel woord melding ervan werd gemaakt hoe de Belgi sch© regeering zich h« herstel van België na d» overwinning der geal lieerden voorstelt. Van uitbreiding van grenzen kan volgens velen geen sprake zijn, slechts van teruggave van grondgebied. Daarvoor zou dan in aanmerking ko men, de uitsluitend Waalsch.: stick ten oosten van do provincie Luik, wc-Jke bij het rerdrag van Weenen aan Pruisen werd afgestaan. Do minister heeft in ziin redevoer-:. verklaard, dat het nog voorbarig schijnt over het aanbrengen van w j- zigingen in de kaart van Europa t© spreken, maar wel reeds ei-chie hij voor de kleine staten het recht op, zich vrij to ontwikkelen binnen hun normale grenzen. Erkend dient, al dus de Belgische minister dat Elzas- Lotharingen weer Fransch moei worden, en Polen bevrijd cn dat „België het herstel van grondgebied zaJ erlangen, dat Duitschland zeil het toezegde in zijn ultimatum' De heer Carton de tViart wees cr tevens op, dat het zaak zal ujn vast te stellen „welke barri«>ro dient opgericht tegen hetgeen van Duitsch land zal overblijven. De „Temps leidt uit dit gedeelte van de ministerieel© redevoering af, «UiA de Belgische >tegcVrrlng, liv te genstelling mot do meen! 11 g daarom trent in sommige Belgische kring.m, volstrekt niet het denkbeeld van ter ritoriale uitbreiding verwerpt. OVER DEN DUUR VAN DEN OORLOG. We lezen in de ,,N. R. Ct." Alexander Powell, de correspondent van de New-York World" in t Britsch-) hoofdkwartier voor Vlaa* -. deren en Zuid-Frankrijk, l>oeft n.ili zijn blad ©en beschouwing van den toestand gezoiuhu, waarin hij o Haarlemmer Halletjes ÉEN ZATERDAGAVONDPRAATJE. Do Raadscandidaat, van wien lk ln mijn vorig© bijdrage vertelde, dat zijn verzet tegen het bouwen van een schouwburg op het Wileonsplein een van zijn aanbevelingen was. hooft geen fortuin gehad. Do Kroon, hij wie vernietiging van het Raadsbesluit gevraagd was, hooft dat verzoek af gewezen en de schouwburg komt dus op liet WUeonsplc'n. Verzet daarte gen kan nu hoogstens nog eon theo retisch pleziertje wcwsn, maar practl- ache belcokenig hoeft het niet mec-r. Je moei maar wanboffen. Nu kan do Candida ar alleen nog om zijn goede eigenschappen worden aanbevolen en al be teekent dat voor een mensch m gewone tij-den meer dan »ets anders, in verkiezingsperioden wil j© wol graag ook nog een leus er bij hebben, bijvoorbeeld ik bon vóór mooi weer, of ik ben tegen het wielrijden of iets anders van die beteokenls. Voor of tegen de bioscopen kan mis schien wel eens als verkiezingsvaan del d'enst doen. Een van mijn keu- niset-.i, die in een vorige beschouwing den lof van bet buitenleven gelezen had. stelde daar liet gooi© van 't stads leven tigen©ver en verklaarde, dat ik hein met geen stofkken naar buiten zou krijgen. Alsof wij buitenmen- BChen zouden willen, dat al onze vrienden -en kon niesen zich ook bul ten kwamen ve-stigen I Dan werd ons ru-stig dorp immers weer een stadje en de stad een ontvolkte woestenij! Neoir, bet bu-iten'oven kan alleen zijn bekoring behouden, wanneer do bui- tcr.mer schen eon beetje zeldzaam blij ven. Net als do geridderden. Maar dit ls een afdwaling. Mijn vriend de stedeling dan had maar éön grief tegen zijn omgeving er werden te veel akeligheden in tentoongesteld. „Ik kom," z»o vertelde hij, „op straat langs ecu bioscoop, waar een groole plaat hangt, met een kerel or op, di-e een vrouw verwoed aankijktmet ko lossale lettere staat er onder: CIIAN- TAGE. Aha. zeg ik zoo tegen me zelf, dat is geen vrooMjk onderwerp. Dus loop ik door en kom voor eon speel goedwinkel ie staan. Anders zoo geen gewoon to van mcnschen op mijn leef tijd, maar dezen keer was 't, of »k or met magnetische kracht heengetrok ken werd. Want voor dat raam lag te koop een compleet stel loopgraven, mot bastions en toebehooren. Kinder speelgoed 1 Zouden w© aan ouzo klei ne kinderen, voor wie, naar wo toch hopen, de eeuwige vrede zal bestaan zoodra zij dc wereld met oogen des onderstheids loeren zien, zuike d'ngen nog als speelgoed ln handen goven? Ik ga verder en kom langs een tweede cinema. Daar hangt eon plaat voor de ruiten met op den voorgrond eon ke rel met starende oogen geknie'd, een strop om zijn hals, het andere ein de over con boomtak geslingerd en het bijschriftLYNCHEN. Och, dacht Ik, verder wandelend, vandaag raak ik, naar 'I schijnt, niot uit de narig heid." Zoo eprak mijn vriend en vroeg, of ik er eens wat over schrijven wou, re den waarom ik bij dezen de plechtig© u'tspraak doe „in deze wereld kan do niersch akeligheden niet ontloo- pen, maar hij haalt er rioh toch veel meer van op den hal?., dan noodig ia." Daarom nu wat vroolij-kers. Ieder jaar vergadert een welbekende grootc vcreonlg'ng. Na do beraadslagingen stappen de vergaderden het realstof van hun hielen en ademen de frissohe lucht in, op weg naar aljcriei fabrie ken of wcrk-plaatsen, d'e ze dan mo gen bezoeken. Dat is van de eigenaars hoogst wel willend. Maar er is een zekere beper king aan verbonden aan vakgenoo- ton wordt verzocht, liever buiten de deur te blijven. De oen vindt dat oven- dreven. omdat tegenwoordig iedereen voor geld alles koopon kan, de an der vindt het verstandig, daar licht con fabridkegoheim verraden wordt hoe 't zij, do gewoont© be«staat. Dit jaar vergadert de vereen 1 ging te Utrecht cn ln 't programma staat als van ouds„de heeren fabrikanten, die hunne fabrieken ter bezichtiging stellen voor de deelnemers aan de vergadering, achten dat van dit bo- zoc-k zijn uitgefloten zij. d'e denzelf den tak van nijverheid beoefenen." Maar 't merkwaardig© is, dat de eerste fabriek, dio daarbij genoemd wordt, is.- de Rijksmunt. Mij dunkt zoo, dat wie denzelfden t&k van nijverheid beoefent, uU eigen beweging en voor de veiligheid, maar liever weg aal blijven. Iloe het met onze brandweer zal gaan, weet nog niemand. Om aiierlei rcdenan (goede redenen; hebben drie van de vier leden van den staf be dankt, zoodat de ©enig overgeblevene is de heer G. A. van der Steur, die dus in do tonnen zou vallen om com mandant te worden, maar van mee- hing ls, dat de ménechen zullen zeg gen „moet die kleermaker nou onze branden gaan blueschen?" Ik kan helpen, dat ik soo n bezwaar n»et stekhoudend vind. Moet iemand juist in natte artikelen handelen om voor do brandweer In aanmerking to ko men, dan heeft een spuUwaterfabri- kart de beste kanoen. Er zijn evenwel eigenschappen voor noodig, d-'c niets met iemands vak te maken hebben. Tot dusver werd de staf gevormd door een schilder, die met zijn handelswaar alleen dan nut kan stichten, wanneer do boel eenmaal afgebrand en door nieuw vervangen ia en eon horlo gemaker, die wat zijn vak betreft, zeker precies kon nagaan, hoelang de brard geduurd had Weliswaar was or een wijnkooper bij, die evenwel voor zijn handelswaar wol betere be stemming wist, don er branden n; te blueschen. Dèkr zit liet dus niet in, wel in de vraag, of iemeiul er plezier in en be kwaamheid voor heeft cn daar die boidv ikn ©enig overgeblevene van de niet ontbreken, zal de heer van Steur eon geschikt© commandant wezen. Wat de reorganisatie plannen be tref t, nog altijd waart het motorepuk- denkbeoid rond ale eon van die bleek© spoken, waarvan wc s nachts akelig drocmen. Misschien tk kan het niet geheet beoordeel c-n ls zoo'n modern machien noodig om hóé! hoog te spul ten, maar om gauwer bij den brand te komen dan tegenwoordig zal niet mogx-lijk wezen, We mogen ons in dit opricht op zeer jongo ervaring beroe pen, In de week, die den 15den Mol elnd'gdo, zijn er tweo brandjes voor gel omen. een In de Koningstraat een ir; de Vogc-ikoopeteeg. die ai bluscht waren, toen de brandweer op het tconeel van de ramp verscheen. Wat kan van een motor-brandspu t méér verlang«l worden. Toch niet, dat d e eon uur of con dag, of misschien wei ctn weck vóórdat de brand u-R- breekt, op de plaat© dee onhei's gear riveerd zal zijn? Zooiet© zou overhaastig wezen en niet plezierig voor de familie. Een boetj© overhaastig was Woensdag ook eon Raadslid, dal in de vergadering van Woensdag vroeg naar eon dl ex et reglement voor een der Haar- leiusche stichtingen, in verband met het ontslag, dat aan iemand, die daar in dienst was, werd gegeven. Do spreker wou niet zeggen, dat dit cei ontslag ten onrechte was: dódrvoor ontbraken hem de gegevens. Van de tafel van B. en W. werd betoogd, dat hij wel degelijk terecht was ontslagen en dat ook zelf erkend had liet Raadslid wou wel zeggen, dat hij deti indruk van den man gekregen had, alsof het ontslag zeer terecht gegeven was. Van de tafel van B. en W. werd nog verzekerd, dat hij gelegenheid had gekregen tot hooger beroep, na dat hij herhaaldelijk in gonad© was aangenomen. Het Raadslid liet de zaak verder rusten. Maar stond hij niet ook, even als de raotorspuit, t«; vroeg vóór de deur op d« brand te wachten? Zooiet© spijt jo te meer. wanneer het een Raadslid geldt, die ander? zulke goed© dingen zeggen kan. Intusschen wordt alles of bijna aiics maar steeds duurder en duurder m duurder, Bas toen het ossenvleeech alweer was opgifeslagon, hoord© ik iemand op straat zoggen „do kooien steken hun kop von trots hoogerin de lucht, omdat ze zoo kostbaar worden." „Maar de menschen," antwoordde eon ander, „laten het hoofd te'kcne meer zinken van torg." FIDELIO.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1915 | | pagina 5