De Europeesche Oorlog. KAMER NEGENTIEN TWEEDE BLAD. HAARLEM'S DAGBLAD DONDERDAG 10 JUNI 1915 Op het Westelijk Oorlogsveld. Duitach stafbericht: „Aan il'Mi Oostelijken rand van de Loretto-hoopte boproafdten strijd- krachten der geallieerden een aan val. Zij werden Dinsdagmiddag door Duitsch vuur verdreven. •Van den Zuidoostol ijken rand- van de lorellohoogto mislukte een aanval van de geallieerden. Do laatste groep huizen van het reeds sedert 9 Mei ürootendeels in het bezit der Franschen gekomen dorp Neuviile is Dinsdagnacht aan de geallieerden gelaten. Ten Z, van Neuvillo liobben de Duit- schers herhaalde aanvallen met zwa re verliezen voor do Franschen afge slagen. In do buurt ten Z.O. van Hébuther- no is do strijd na ecu mislukten aan val van die- Franschen in de morgen uren'weer aan den gang. In het Beis le Prftre is een aanval van do Franschen bloedig afgeslagen Om kleine stukken van de voorste Duitsche loopgraven wordt nog ge vochten". F ï'jnsch communiqué: In de streek van Notre Dame do Lo- rette is bot artillerie-gevecht zee-r lie vig geweest. Dinsdag heeft da Fran- sclio infanterie overal de veroverde stellingen versterkt en nieuwe vorde ringen gemaakt. Te NeuvilJe-St. Vacst hebben de Franschen liet eohcelo eilandje ten W. van hot dorp en ook nieuwe hui zen in de Hoofdsiraat genomen (noor delijk eilandje). In den Doolhof heb ben de Franschen een hevigen tegen aanval afgeslagen en eenige nieuwe vordering gemaakt. Ten Z. van liebutherne hebben de Franschen hun winst van Maandag en van Maandagnacht behouden, on danks sterke aanvallen, die twee Duitsche bataljons deden, welke haas tig in auto's uit de streak ten W. van Arniemtières waren aangevoerd. De Franschen hebben daarna hun vorderingen over een front van 1*200 M. ongeveer voortgezet. De Duitschers hebben de loopgra ven hevig gebombardeerd die do Franschen hun den 7den ten N. van do Aisne bij Moulin-sous-Touvcnt hadden afgenomen. Dit bombardement, dat door do Frarische artillerie levendig beant woord is, is met gevolgd door eenigen tegenaanval. Aan den zoom van het Bosch lo Prêtre hei-ben de Franschen twee en op enkele punten drie linies loopgra- Yon genomen en 50 gevangenen ge maakt' Op het Oostelijk Oorlogsveld. lluitsch sta fbericht: „Op den oostelijker, oever van Win-dau is Kubyl-i ten N. O. van- Kur- schany door de Duitschers genomen. Van het zuidwesten af naderen Duitsche aanvallende troepen de stad Szawle. Aan de Dubissa is de noordelijke vleugel van de Russen door een om- vattingsbe weging aangevallen en in zuidoostelijke richting gedreven. De voorste Duitsche linies hebben den weg Betygola—Ilgize bereikt. Ten Z.O. van de Njcmen hebben de Russen na hardnekkige gevechten hij Dembowa, Ruda en Koszliski den te rugtocht op Kowno begonnen. Hierbij hebben do Duitschers 300 gevangenen cn 2 machinegeweren genomen. Bij do verdere vervolging kregen de Duit schers. met beveiliging tegen een aanval uit Kowno, den weg Mariam- pol-Kow'rto Ln bezit. Op het Zuidoostelijke oorlogslcr- reiu is de toestand ten O. van Prze- mysl onveranderd. Tea N.O. van Zurawno brachten de troepen van generaal v. Linsingen den aanval der Russen tot staan. Meer naar bet Zuiden wordt 'om de hoogten ten W. van Halycz en tem W. van Jezupli nog. gestreden. Stanislau is reeds in Duitsch-Oos- ter.rijksch bezit. Zij maakten 45(10 ge vangenen cn hamen 13 machinege weren O o s t e 1 ij k 'oorlogsveld. „Ier. zuiden van den Dnjsstr heb- ben do Russen opnieuw terrein verlo ren. De troepen der Duitschers en Oostenrijkers, die onder voortduren de vervolgir-gsgc-vochton zegevierend voorwaarts dringen, hebben Dmsdag ten noorden van Kolomea de lüvio KoelaczköwceKorszow bereikt, do hoogten van öttynia veroverd en des avonds Stai-islof in bezit genomen. Zij zijn verder doorgedrongen tot Ilalicz. Er werden 5570 Russen krijgs gevangen gemaakt. Aan het overig gedeelte van bet front in Guliciii en Polen is niets bij zonders gebeurd". Russisch stafbericht „Bij Schawli namen de Duitschers, na versterkingen gekregen te hebben, een nieuwe opstelling in en deden een verwoeden aanval op Buku. Den 7den ontruimden Russische troepen dat dorp en concentreerden .zich in een stelling vóór Schavvli. Aan den Beneden-Doebissa ontwik- kolt zich 't Russische offensief op be vredigen do wijze, Aan den l'n-kor Weichse'oever ten noorden van Rawa poogden do Duit schers opnieuw, gebruik makende van d-en gunstigen wind, de Russische troepen le besoken met vergiftige gas sen. In Ga'icië duurde het verbitterde gevecht voort op den linkeroever van de Visjna, waar de Duitschers en Oostenrijkers den 6on er in slaagden de Russische troepen terug te wer pen bij tegenaanvallen maakten de Russen ongeveer 2000 gevangenen. Aan het Dnjestr-front werd den 6en en Ten gevochten tusschen de rivie ren de Fismenica en Lukoa. De aanvallen van de Duitschers en Oostenrijkers op Russische stellingen op den rechteroever tussclien Lijartst- berg en Jidaksjof waren vruchtbaar. Té Jidaksjof maakten de Russen on geveer 300 krijgsgevangenen, onder wie zes officieren, terwijl zij twee mt tra'heurs veroverden. Op den linker-Dnjestr-oever bij Ju ra wno werd de strijdmacht van de Duitschers en Oostenrijkers versterkt, waarna deze overgingen tot de bezet ting van 't bosch tot den spoorweg. Op den rechter-Dnjewtr-oever vielen de Duitschers in de richting van liet dorp Sifka in een hinderlaag mitrail leurs beschoten hun gesloten kolon- ne, waarna een vlugge bajonetaanval van de Russen volgde. Ongeveer twee honderd Duitschers sneuvelden. De Russen sloegen een aanval tus- schen Sifka en Lukva af."' Het „Berliner Tageblatt" verneemt uit het Oostenrijksohe oorlogspcrs- buTeau, dat de laatste vier en twintig uur vooral aan den Boven San en aan het Dnjestrfront opnieuw plaat selijke successen voor de Duitsch-Oos- tcnriiksche troepen brachten. Dins dag werd vooral in de richting ten no o id en van Zurawi.io in liet gebied, waar generaal von Linsingen vooruit dringt, cn verder oostwaarts in de vlakte om Kalusz, ten slotte bij Na- dorna, waar het offensief van de le gergroep van gener. Pflanzer merk baar wordt, heftig gevochten. 't Bureau Norden deelt mede: De berichtgever van de „National. Ztg." in 't Oostenrijksch oorlogspers- kwartier meldt, dat de Russen, toen zi j in liet bezit waren van Przemysl, van 12.000 inwoners der stad er 0000, zonder onderscheid van nationaliteit en geloof, naar Rusland stuurden om als gijzelaars te dienen opdat lat overige gedeelte der bevolking zich van spiomiage zou onthouden. Uit de mededeelin,2en van officie ren en n-DJ-schappen der gevangen genomen Russen blijkt, dat er gebrek aan officieren in het Russische leger bestaat. Dit ge-brok kwam het sterkst te voorschijn bij den aanval dor Rus sen te go a het leger iaii Von Mucken- sen. Vele compagnicu stonden daar zonder leider en waren op zich zelf aangewezen, waaraan de mislukking ondanks de offers is toe te schrijven. Op het Zuidelijk OoKogstooneel. 0 o s t li r ij k s c h Jagerbericht: „Dindagir.iddiag deden de Italianoi voor het eerst een aa'aval met eon prootere troepenmacht, ongeveer ter sterkte van een infanterie-divisie cn wel op liet bruggenhoofd bij Górz. Do Italianen werden met groote verlie zen aan hun zijde algeslagen. Zij ge raakten bij den terugtocht in Otsteu- rijksch artilierio-vuur en moeiten eon groot aantal stukken in den steek la ten. Even weinig succes hadden zij net aanvallen oji Gradisca en Monfal- cono. De gevechten aan de grens van Ka- rinUiië ten oosten van den Plêicken- pas en het geschutvuur van beide zij den in het gebied van de Oostenrijk sohe Karifithische en Tiroolsche sj>er- versterkingen duren voort Italia a nsch stafbericht: „Dinsdagmorgen werd eon van de ItalLaanscho luchtschepen (volgons het officleelo Oostererijk&che be-riclit was het do „Citta di Fori ara". Red. H. D.), na een tocht over Fiumc, waarbij eenigc bommen werden ge worpen op oogenschijnlijk militair© gebouwen, door een panne gedwon gen in zee to dalen nabij het eiland Lussin. Het schip verbrandde. Volgens een bericht van de Oosten rijkers schijnt de bemanning van het luchtschip gered en gevangen geno men te zijn". De oorlogscorrespondent van het „Fremdonblalt'1 bericht omtrent de Vernieling van liet Italiaansclie lucht schip „Citta di Ferrara", dat 't schip onmiddellijk nadat men het in het ge zicht had gekregen, door een Oosien- rijkscli-Hojv.'aarsch vliegtuig achter volgd werd. Hc-t vliegtuig vloog loodrecht boven het luchtschip en wierp een projectiel naar beneden, waarop liet luchtschip uiteen sprong en in stukken ter aar de stortte. OOSTENRIJK—SERVIë. O o s t e n Ir ij k(s c 9i stafbericht „Aan de Servische grens hebben hier en daar schermutselingen en weinig beteekonende artillerie-gevech ten plaats gehad. Bij Kor'to l'n Herzegowina) werd n Montenegrijnsche bende in Oos- tenrijkech-Hongaareche uniformen uiteengedreven." Verspreid nieuws van dooorlogsvelden DE GUILLEN VAN KOGELS. In „Uebcr Land und Meer" vertelt een hoofdofficier van gezondheid, dr. Brettner, een reeks merkwaardige voorbeelden van kogel-werking. Voor al geldstukken hebben dikwijls het leven van de getroffenen gered. Een tholer, dien een man in zijn broekzak droeg, werd door een gc- weerprojoctiel getroffen, legde zich in den vorm van een vingerhoed om den kogel heen en drong met dezen diep dn liet spierweefsel lot aan het dijbeen. Door zijn tegenstand had het geldstuk blijkbaar een breuk van het been verhinderd. Drie tlialers op elkaar in een borst zak werkten nog beter als schild, doordat zij het projectiel niet alleen ophielden, maar zelfs zóó sterken •tand boden, dat de kogel tot een platte schijf vervormd werd, waarop het inschrift van den t-haler afgedrukt stond. Een onderofficier is door zijn ijze ren kruis gered, dat in liet midden den kogel tegen hield, terwijl de vier armen vu-n bet kruis zich naar voren bogen. In een gcheele reeks van gevallen heeft een horloge het leven gered. In November 1914 werd hot horloge van een onderofficier bij Yperen op veer tig meter afstand door een kogel ge troffen. De kogel werd zóó vertraagd, dat hij slechts een kleine wond in de long maakte, die goed genas. Bij Atreciit werd een infanterist liggend getrolfen en meende een schot in de borst gekregen te hebbey. De kogel was echter in zijn zeer misvormd hor loge blijven steken. Ook andere voorwerpen, die op het lichaam gedragen worden, verzwak ken soms de werking van een kogel. Aan het einde van een vijf-en-veertig centimeter diepe kogelwond vond men drie broekknoopen en drie ver bogen koperen munten. De wonde ge nas. Sonrs echter hebben harde voor werpen, die zioh in de kleeding be vonden cn door het projectiel werden mee gesleept, er toe bijgedragen, dat de wonde ernstiger werd. Een onder officier werd door een kogel de revol ver, die hij in zijn broekzak droeg, in de dij gedreven. Deze verbrijzelde het dijbeen en de man stierf. Ook andere voorwepen, die zich niet in de kleeding bevonden, hebben soms een projectiel tegen gehouden. Een merkwuardig geval is van een Duitschen kogel, die in een Engel- sellen patroonhouder twee patronen doorboorde, terwijl hij in de beide an dere steken bleef en alleen met de punt voor #dcn dag kwam. EEN STORMAANVAL VOOR Y PEREN. Het „Berliner Tageblatt" heeft een brief van een soldaat gekregen, dien hij geschreven heeft kort voor hij bij Yperen sneuvelde. Sedert, we met Paschen voor de laat ste maal in een echt kwartier gelegen hebben, zijn we in voortdurende be weging. Er was iets aan de hand, wij wisten slechts niet waar. Herhaalde lijk werd de landstorm uit de com pagnie genomen, hier of daar heen gezonden, weer bij ons ingedeeld, enz. Begin Mei gingen we uit onze oude stelling ten zuiden van St. S. en richtten ons voor N. Ln. Dat wil zeg gen, wij groeven ons daar woningen. Het labyrinth van loopgraven, dat nron ver kris cn kras over heuvels en door bosschcn loopt, door velden en door dorpen, is het tiende wereld wonder. Op vele plaatsen wonen hee- le regimenten in een onderaardsche stad. "s Nachts staan wij vaak voor de vijandelijke linies te graven. Haas tig, met vliegenden adem, in shrap- nell-vuur. Als lichtkogels het veld be schijnen, ziet men een lange reeks van weggedoken gedaanten, dio knie lend in de aarde woelen, als ging het om hun leven. En zoo is het ook. Na een half uur loopt een lange aardwal zigzag door het land, onder wiens dekking nu verder gegraven wordt, tot ieder man, overeind staande, tot aan hot hoofd gedekt is. Als de mor gen aanbreekt, is het werk gedaan. Een paar uur slaap gedurende den morgen moet onze vergoeding zijn voor onze nachtrust. Zoo gaat liet nu al sedert weken. De zenuwspanning is ontzaglijk. 'Maar langzamerhand nadert men den vijand in gunstige positie. Den lOdcn Mei ging het regiment tot den aanval over. Do loopgraven zaten vol reserve. Drie dagen lang braakten honderd© kanonnen moord dadig vuur in de Engelscho linies. De 22 centimeter kanonnen en de zware mijnen werpen aarde, 6teenen en stof in dikke, zwarte wolken hoog in de lucht. Het heele terrein siddert. Het geraas is steeds door oorverdoo- vênd. Men kan niet spreken met zijn buurman. Alle vijf minuten antwoorden de Engol'schen met 38 centimeter soheepskanonnen, waarmede zij vlak langs onze stelling den weg naar Yperen beschieten. Men hoort de projectielen indrukwekkend, maar ook schrikwekkend aansuizen en werpt zich in de loopgraaf plat op den grond. Dan een vreeselijke ontplof fing, alsof de aarde scheurt. Steonen een ijzer hoog in de lujcht geslingerd, vliegen vier tot vijfhon derd meter ver. Twee minuten hoort men zo fluiten in de lucht. Tot ein delijk de doodelijke regen met doffe slagen om ons heen naar beneden gekomen is. Engelscho zwavelgrana- len werpen een dikke gele walm om boog. In de lucht is een gegil ails in de hel. Eindelijk gaan we vooruit. Wij kruipen uit de loopgraaf. Zoo vormen we met groote afstanden een lan ge tirailleur lijn, die zich in een klein dal tot een stormcolonno vereenigt. Dan opgesp rongen en in looppas vooruit. Vijftien, twintig passen snel naar voren en dan weer plat op den grond. Twee tot vijf minuten verade ming. Als roofdieren in elkaar gedoken kijken we naar den boschrand voor ona Weer komt bet bevel om op te springen. Slechts tien pas en dan weer op den grond. De Engelsche machinegeweren zaaien dood en ver derf. Bij ons valt geen schot. "De ka nonnen dreunen, de aarde schijnt te branden. Onze adem fluit Men ziet niet wie vailt Nu do laatste sprong. Men zet dé armen op den grond. Ra zend gaat het voorwaarts met ver opengespalkte oogen, do mond ge opend voor een hoera. Plotseling juichen er duizend kelen. We zien de Engelsjchen uit de loopgraven krui pen en in het bosch verdwijnen. doffe druk op hart en hoofd lost zich op. Met do bajonet gaan wij hen ach terna. Geen schot valt. Met één sprong zijn we over do Engelscho loopgraven hoon in het bosch. Zestig tot tachtig meter ver tot aan den an deren rand. Wij zien den vijand de dorpsstraat oversteken en zich in de huizen vast zetten. Wij gaan liggen en beginnen te graven. In vijf minu ten hebben we een kleine aardhoop tot dekking. Nu eindeloos geweer vuur. Om den anderen man graaft verder. Na een uur zijn we gedekt en zwijgt het vuur. Korte rust De lijken, meest Schot- 'he hooglanders, worden ter zijde gerold. Er wordt twee dagen en twee nachten koortsachtig gewerkt,. Onze positie is goed en moet gehouden worden. Genie komt te hulp. Na drie dagen is do loopgraaf twee meter diep. Er worden verbindings- graven naar ajchter aangelegd. In elndelooze rijen brengt de reserve zandzakken, stalen schilden, planken en patronen. In de rustpoozen kauwt een stuk brood met spek. Den derden dag kan men eten halen, uren er onder grannatvuur. Koude koffie, koud eten. Men kan zich nauwelijks nog overeind, houden. De helft staat geleund tegen de schietgaten, houdt met de grootste moeite nog de oogen open. Do andere helft ligt in de loop graven op den drnssigen grond als dood uitgestrekt, In den slaap der uitputting. Den derden dag, om elf uur des avonds, worden we afgelost. Dood moe, vies, volkomen uitgeput mar- cheercn we door eindelooze loopgra ven terug in de reserve-stelling. Te gen den morgen komen we voor do woonholen in onze vroegere loop graaf aan en ieder laat zich omval len, waar hij Juist staat. En toch ls het ons allen liciit te moede. We zijn vooruit gekomen en in veiligheid. Nu hebben we een paar dagen rost gehad en zijn we weer tot bezinning gekomen. Menige kameraad is weg. Men ziet steenharde trekken, grauwe gezichten met scherpe plooien om den samen getrokken mond. Maar de oorlog is meedoogenloos AAN DEN DOOD ONTSNAPT. In een in de Germania gepublleeer- dein soldatenbrief leest men: ...We moesten van stelling veran deren om een compagnie af te lossen, die reeds hevige verliezen had gele den. Pij. de aflossing werden wij waar genomen uit een ba Ren captf, die zoo hoog in de lucht ging. dat hij voor onze artillerie slechts te berei ken was. Orze nieuwe stelling was door granaten hevig gehavend. We kregen last vooral op vijandelijke bommen te letten. Die ziet men na melijk vliegen. Spoedig hoorde men dan ook „pas op, een bom rechts" of „pas op, een bom links". In een sap pe stond ik op post. Ik weet alleen, dat ik daar gestaan heb. Wat er ver der gebeuld is, hebben mijn kamera den n:ij verteld. Toen ik ontwaakte lag ik in een schuilplaats op een bed met een ransel onder het lioof-i en kon ik mij niet bewegen. Plotseling ging als een loopend vuür door do loopgraven- „ze komenl" De Fran- echen vielen aan, een razend geweer vuur begon. Do Franschen probeerdén het drie maal, maar werden leikens weer afgeslagen. Ik dan had op schildwacht gestaan achter een barricade van zandzak kenwaarin een granaat geslagen was. De zandzakken vielen om en be groeven mij, zoodai ik op den rug kwam te liggen. Een bravo onderoi- ficier lieefi mij voor den dag gehaald anders was ik gestikt. Ik heb eemge uren bewusteloos gelegen, 's Avcnds heeft mij een kameraad met lcvonsge- r uit de in elkaar geschoten looj)- graaf gehaald. De dokter constateer de hevige kneuzing en geknikto rib ben... BOMMEN OP VENETIè. Ilet „Berliner Tageblatt - verneemt uit Lugano Dinsdag om vier uur "s ochtends verschenen twee Üosienrijksche vlie gers boven Vonetie. Zij werden met ©ene geweldige beschieting ontvan gen. De eene vlieger vloog weg, maar do andere wierp een dozijn bommen uit. Eerst viel hij de loodsen voor vlieg machines te Campallo aan, daarna slingerde hij bommen, waarvan één een landingssteiger voor stoonibooten van San Marco beschadigdede rui len in hotels en huizen in de buurt werden door de kracht der ontplof fing verbrijzeld. Andere bommen vielen in de wijk San Samuel© en Castello, waar, naar gezegd wordt, slechts geringe schade weTd aangericht; een korporaal der génie werd gedood. Na eene beschieting, die een half uur duurde, vertrok de Oostenrijk- sche tweedekker weer, achtervolgd door Italiaansche vliegmachines. FABRIEKEN TE FILME BESCHADIGD. *t Wolff-bureau seint uit \V oenen Naar uit Boedapest wordt gemeld, veroorzaakten bommen, geworpen door de bemaamuig van het tater ver nielde ItaLiaansche luchtschip „Citta di Ferrara" op eenige fabrieken van de open stad Fiume materieel© scha de hel bedrijf word echter overal voortgezet. In do omgeving van Fin- me werden eenige personen gewond; op Oostenrijksch gebied werd een vrouw gedood. Do bevolking van Fiu me. die bij den luchtaanval rustig bleef, vernam de vernieling van het luchtschip met groote vreugde. ENGELSCHE VERLIEZEN. In het Engelsche Lagerhuis is me degedeeld, dat het totaal der verlie zen van de Engelsche expedltic'egers in Frankrijk en aan de Mlddel'and- eche Zee, met Inbegrip van de Indi sche en koloniale contingenten, tot 31 c-i bedraagt 10.955 officieren gosneu- Id, gewond of vermist en 247.11-1 manschappen gesneuveld, gewond of vermist. DE TANGO KAMPIOEN TE VELDE. De Berlijnscho teekenaar Leonard, die in vredestijd een bekend typo was in de wereld waarin men zich' vermaakt en o.a. een kampioen in het tango-dansen, is thans soldaat en schildert in de „Berliner Morgen- post" zijn gevoelens. „Wij waren goed over de vervloek te brug gekomen, die voortdurend onder vijandelijk shrapnellvuür lag. Het was een spannend ©ogenblik, maar toen we er over waren, wensclt- ten we eikaar met flauwe grappen geluk. Een beeije hartklopping had echter ieder wel gehad. Toen begon weer een eindelooze marsch in den avond, ln de kou, in den nachl. Een treurig, langzaam decrescendo van alle dingen, van het licht, van do maag, van de stemming. Grappen, gesprek en mondharmonica zwijgen reeds lang. De paarden draven me chanisch, de rijders zijn te moo om nog te schelden. Ik wikkel me vaster in mijn deken. Er valt nai. koude avond-dauw. Do modder van den ellendigen weg hangt slijmig aan de vielen. Een kreupele infanterist kruipt achter mijn cais son aan en vraagt om een plaatsje. Hij vertelt verontschuldigend, dat hij zijn compagnio moet zoeken. Hij komt van een gevangen transport uit Augnstow. Eerst hoor ik toe. In teressante dingen, "l'en slotte hoor ik alleen nog den klank van zijn woorden, die even slaapwekkend werken als het geluid van de wielen. Ook hij eoest in. Het wordt steeds donkerder. Een vale, grauwe donkerte. Het bosch wordt kleiner. Het is alsof de boomen In een moeras verzlnkem. Wij rijden,langzaam het onzekere tegemoet in het grauwe voor ons. Langzaam zinkt mijn hooifd tegen mijn kameraad aan, die reeds slaapt. IIoo lang dat duurt, weet ik niet1.- Ineens een ruk, een geroep. Er moet ieis san de hand zijn. Ik sla de oogen half op. Voor mij zi© ik twee paarden koppen. Met suffe, vermoeide uit drukking. U© voorste paarden van do volgende caisson. Hier of daar komt een lichtstraal vandaan.. Uit mijn jas komt iets vormloos te voorschijn, groot, kleverig, zwaar. Beweegt het zich eigenlijk? Wat is dat toch? Ik probeer beter toe te zien. Ach, hot is gen schoen. Nu heeft het zich beslist bewogen. Ik richt me op. Juist, juisl. Maar het is mijn eigen voet. Ik had hem niet herkejid. Dat is dus mijn schoen, dit plompe, ongelooflijk lee- lijko ding. En onmiddellijk springen mijn gedachten over op: mijn dans-, schoenen. Mijn Berlijnscho dans schoenen vallen mij plotseling in. Elegante dingen. Ik zie electrisch licht, een goudgeel parket, met reflexen. Muziek, zacht eerst... zachtj )k weet het niet precies, maar ik ge loof, dat ik met half gesloten oogen zacht lig te fluiten. Een fijne, smalle vrouwenhand ligt op mijn schouders. Ik voel een goudbruin haar, dat uit eosi bleek voorhoofd groeit lk zie het terug gebogen, half droomende hoofd van een zeer schoone vrouw. Dans ik.? Een zaal staat voor me, roode, zwa re fauteuils, verguld© zuilen, op ron de tafeltjes kristal en porcelein. Een zachte en toch levendig© conversatie van zeer gemanierde menschen gaat door het vertrek. Een kleine, elegan te man, met onberispelijk wit vost, mengt de sausen met een bijna plech tig© oplettendheid. Hij proeft voor zichtig. Eindelijk schijnt hij tevreden. De kellner draait nog eens de dikk© flesch in den koelcmmer om, legt mof onnavolgbare handigheid een geroos terd kapoenboentje met een stukje spek op het bord van de schoon© vrouw en „Zeg, kameraadzeg, kameraad, hoor eens, heb je niet een stukje brood over Feuilleton Uit het Engelsch van FLORFNCE WARDEN. Mabin Trachtte zichzelf nog- wijs te mak©.' dat ze zich vergiste. Het was onmogolijik dat een vrouw die niet door en door slecht was, haar toe stemming gaf tor zulk een misdaad. Het was afschuwelijk, dat ze zoo iets dacht. En toch, wat moest ze er van denken? Ze was er vast van over tuigd dat zt in het kantoor de stom van Joe Wright gehoord had en dus, redeneerde ze, was Joe de man die Ciprian aangovaüen had en hem ge dood of gevaarlijk gewond had. En zijn houding tegenover zijn zus ter en de dingen die tij tegen haar zo'do, bevestigden dit alles. Hel is niet te verwonderen dat Ma bin onder deze omstandigheden en ge kweld door zulke gedachten, bijna niels kon eten van wat haar gebracht was Gelukkig werd lady Moorhamp- ton zoo in beslag genomen door haar lastigen broer, dat zc in 't geheel niet lette op het mei6je naast haar. Na een paar minuten kwam er ge lukkig wat afleiding. Aangekondigd door een zwak geschrei, werd het kindje binnengebracht in de uruncn van een kindermeisje, gevolgd door een tweede. Lady Moorhampton eproDg op. toen de meisjes met het kind binnenkwa men, cn zo trok Mabin met zich mee or naar toe. Mabin voelde een ontzet tend, medelijden met het kindje toen ze er naar keek. Ze had van lady Moorharn-pton gehoord dat de jongen een jaar oud was, maar het wezen tje was zoo mager, zoo klein en ver schrompeld, dat hij niet ouder leek dan- zes of zeven maandep. Zijn haar was dun en roodachtig; zijn lichte oogen stonden dof en yerdwaasd; zijn huid was droog en geelwit van kleur, en voortdurend kreunde hij alsof hij aldoor pijn had. Is het geen pracht van een kind? riep lady Moorhampton uit. O, na tuurlijk, als u van grove, dikke kin deren houdt, zult u Edred nn'et kun nen bewonderen. Hij heeft er altijd zoo beschaafd en verfijnd uitgezien. Is hij niet sprekend lord Moorluunp- ton? Mabin antwoordde een beetje ver ward dat ze geen vorstand had van kleine kinderen, cn Joe lachte spot tend en zeide tegen zijn zuster Hoe kun je nu zoo gek zijn, Edith, om aan juffrouw Wrest din gen te vragen, die zij noch iemand anders kan beantwoorden? Hij lijkt op niemand, behalve op andere ake lige, ongezonde kinderen. Lady Moorhampton keek hem woe dend aan. Hoo durf je zulke dingen te zeg gen? Hij is achterlijk als je dat zoo wilt noemen, omdat ik nk-t wil heb ben dat hij te vroeg leert loopen. lk vrees dat je van geluk zu't mogen spreken a'ls het kind ooit leert loopen antwoordde haar broer bru taal. Zijn zuster was op het punt hom tegen te spreken, maar Delmaine nam Joo bij den arm en trok bem mee naar de biljartkamer. InlusRcheii had Mabin gezien dat de twee kindermeisjes e'kaar eiec-ls- gcwijae aankekendaaruit merkte ze dat ook de andere bewoners van liet huis voelden, dat er hier iets niet in den haak was. Ze vond het moeilijk om zoo verrukt over het kind te zijn als er van haar verwacht werd en zo was bHj toon lord Moorhampton binnenkwam en de aandacht daardoor van het kind afgeleid werd. Ze zag dat hij heelemaai geen noti tie nam van het kind, dat op den arm van de kindermeid zat. Hij be gon onmiddellijk tegen haar te pra ten en zeide Zoudt u denken juffrouw Wrest dat u niet te moe bent om vanmid dag nog een paar d'ngen voor me te doen? U zoudt u dan eerst nog wat kunnen vcrlrtsschen, op uw kamer natuurlijk. Vóór Mabin antwoorden kon, viel lady Moorhampton in Beste Edrie, denk nu toch eens even na. Ilct arme kind weet nog totaal n'et wat haar werk hier za' zijn. Bovendien Ik wil heel graag gauw begin nen, vie Mabin vlug in de rede. Ze verlangde naar een onderhoud met l^rd Moorhampton, hoewél zo het nog heelemaai n'et met zich ze't eens was wat ze tegen hem zeggen zou. Ze wist alleen dat zo meer kans had in hem een vriend te vinden voor kleine D'bs dan in zijn luchthartige vrouw, al was ze er hce'emaal niet zeker van hoe hij haar verhaal zou opnemen, maar ze voelde dat ze het hem vertellen moest, al wist ze ook dat het tot vee! verwikkelingen aan leiding kon geven. Als li ij haar geloofde, dan moest -hij er van overtuigd zijn dat zijn zwa ger een schurk was. Als hij haar niet geloofde, zou hij haar misschien weg zenden. En in leder geval had ze gezond venstand genoeg, om te weten, dat alleen al het feit dat zij dit heele huishouden in de wor zeu 6turen met haar verhaal, in do hoogste mate ge vaarlijk was. Te oordoelen naar wat ze van lord Moorhampton gezien had, dacht ze dat hij een man was d'c bereid was voel te verdragen om den vrede maar te bewaren en hij zou er zeker legen opz'en zijn gezin in een schandaal te wikkelen en dc zaak openbaar te ma ken, zoodat ze voor bet gerecht behan deld moest worden. En wat had zij hem te verte'len? Zulk een vreemd, onwaarschijnlijk verhaal dat zij er zelf wel eens aan twijfelde of al-les zoo werkelijk ge beurd was en ze vroeg zich af of ze niet alles, wat er na dïen ochtend ge beurd was, gedroomd had. Intu&schen liet lady Moorhampton, dio knorrig geworden was, Mabin naar haar kamer brangon en beloof de haar eigen kamenier naar haar toe te sturen, om te zien of die haar ook aan wal kleercn kon helpen tot haar eigen bagage aangekomen zou zijn. Mabin ging met een der kinder meisjes naar boven, die haar offioieel voorstelde aan do huishoudster, juf frouw Lowndes, een moederlijke ou de vrouw, waartoe het meisje zich dadelijk aangetrokken gevoelde. Juffrouw Lowndes ging haar voor naar een karuer op de tweede verdie ping groot, luchtig en vroolijk, en binnen gaande, zeide ze met een veet- beteekenenden biiv Ik denk dat u deze wel prettL- gor zult vinden dan die kleine kamer, d'e ik u op de eerste verdieping had kunnen geven. Meneer WhiglU en kapitein Dolmaine en de andere lo gés die wc hier hebben zijn nogal luidruchtige menschen en ik dacht zoo dat u zich meer op uw gemak zoudt voelen als u maar c-en heel eind van hen af was. Te oordcelen naar wat ze van d« bo'de mannen gezien had, was Mab'n het met ihaar eens. Ze glimlachte dankbaar. Waar is dc secretaresse, die ik kom vervangen? vroeg ze. Juffrouw Lowndes lachte flauwtjes. Die is weggegaan, zoodra ze hoorde dal u gokomers was, legde ze uit. Ze was bi ij dfti ze kon gaan. Mabin keek angstig en ze voegde er vlug bij Er is veel toet toe noodig om met lord en lady Moorhampton op te kunnen schieten. Zij had hei altijd aan den stok met lady Moorhamp ton. Zoo, zeido Mabin aarzelend. Ik heb zoo'n idéé, vervolgde de huishoudster, dat u beter zult ©lagen dan al de anderen, juffouw WresL U ziet er zoo flink uit. (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1915 | | pagina 5