De Europeesche Oorlog.
derde blad.
haarlem's dagblad
zaterdag 31 juli 1915
Hoe do burgors in Belgio
en Noord-Frankrijk
gevoed worden.
De Brusselsch© correspondent van
t „Alg. Hatidtulsblad" schrijft
Geen menscli ia B&heel België, die.
niet de waarde kont van VJ© geheim
zinnig doende let tens C. R. B. Wie,
in vroeger tijden, een reisje per
Beigisoh spoor aanvaardde, Inreeg o!
gauw cle letters C. F. It. onder de
oasen, met do niet moeilijk te gissen
bedoeken is „Chemins de fer beiges".
Thans staat ©r .Hechte een R, in de
plaats der P. Maar overal nu ont
moet men die lettere C. R. B. Men
vindt «e zoowaar op per Duitse.1»
spoor of jier buurtspoorweg ver
zonden goederen, en er is geen dorp,
hoe klein en afgelogen ook, waar
niet een gobousw bestaat., uit Wflks
gevel een witte vin# wappert, waar
op deze letters op de meest eenvoudi
ge wijze in het rood zijn aange
bracht. En het achterlijkste kind zal
u weten dieted» te maken, dat ih©t
zoo ongewoon bevlagd buis een ma
gazijn is van 'de Commission for Re
lief in Belgium. Of. zoo a is hot volk
kortweg zegt, van het Ameri
kaanse® com kt eft. Want alleen ge
durende een paar dagen hoeft de
nationale Amerikaansche vlag mo
gen waaien aan de op:flagplaatsen
van de „Commission for Relief". Hot
Duitsche voorloopigó Bewind had er
dadelijk bezwaar tegen, met het ge
volg dat het Amerikaansche oomiteüt
heel practiseh een eigen vlag ging
samenstellen, een wit veld waarop
in 't rood de letters C. R. B. prijken,
welke vlag evengoed als een andere
dienst doet en eoribied verdient.
Want het werk, door die Arneri-
kaansdhe commissie verricht, al
komt een zeker deel der verdienste
aan vele medewerkers uit. andere
landen too, is moeilijk te overschat
ten. Ook was er waarlijk reden te
over, om den voorzitter der Commie
sion, toen hij onlangs België be
zocht, den dank der Belgen wegens
de ondervonden hulp te betuigen,
zooals do heer Franqui, de voorzitter
van het Belgisch Nationaal Steun
en Voeding,scomiteit, het op dat tijd
stip heeft gedaori. Het geschiedde tor
gelegenheid van een vergadering
van het Nationaal Cornitoit, waarop
de Anierikaansch© voorzitter der
Commission, de heer Herbert. Hoo
ver, aanwezig was. Eigenlijk be
stond de lof. don heer Herbert Hoo
ver toegezwaaid, bijna uitsluitend
uit cijfers, wat een recht Ameri
kaanse!) hort voorzeker van genoe
gen zal hebben doen trillen. Cijfers
beduiden feiten en alleen feiten zijn
van waarde. Hoe mooi ingekleed,
een complimentis tijdverlies
In die. cijifens mogen wij nu, een
kort oagenb'ik. grasduinen. Ze zijn
trouwens belangrijk. Want uit hen
vernemen wij thans, dat de bevolking,
die door de „Commission for Relief"
van de allernoodzakelijkste voedings
middelen moet worden vooralen, niet
minder dan tien müMoen zielen telt.
Daar'n zijn begrepen ongeveer- 7 1/2
miUioen Jkilgen. van de ongeveer 8
mi-Uioen die 't land vóór den oorlog
telde, en circa 2 1/2 miMioen Fran-
sohen uit de Noordcrdapartomentcn
en uit do streek van M-aifbengo. welke
Fransche bovplking door de oorlogs
verrichtingen van hare andere land-
geoooten is afgesloten. Do levensmid
delen, voor die tien miUioen mensohen
noodig, dienen alle In den vreemde te
worden aangekocht, naar Europa,
Haarlemmer Halletjes
EEN Z.VTEIvDAGAVONDPRAATJE.
Wie or hot eerst van sprak weet ik
niet meer (en. nasporen gaat óók niet
orndot n u niemand die eerste geweest
wil zijn) maar dit is zeker, dat we
met ons vieren hij elkaar waren:
Wouter, Hupstra, Hopma en ik. Er
was druk gesproken over lange af-
standsmarschen door militairen en
burgers, totdat dan één van ons het
denkbeeld opperde: „waarom zoawicn
wij óók niet een krachtprestatie be
ginnen?"
Dat dit in den huiseOijken kring ge
opperd word was buitengewoon on
aangenaam, want vrouwen lachen je
altijd uit. als je met oon ferm, man
nelijk plan voor den dag kornt. Mijn
vrouw schoot in een onverholen lach,
Koosje (mevrouw Wouter) kirde van
pret 't is een brave vrouw, maar
haar manier van. lachen prikkelt je
en mevrouw Hupstra, benevens me
vrouw Hopma, glimlachten. „Als de
dames 't niet kwalijk nomen", oppen
de ik, „dan gaan we een beetje in
den tuin. We kunnen dan rooken en
voor juliio is 't wat te koud".
Dat bleek het eigenlijk toen we oen-
maal op de l>ank zaten, voor ons ook
te wezen, zoodat we, zonder de aan
dacht to trekken, ln hel schuurtje
verdwenen en daar op den rond van
do lcoleribergplants gingen zitten over
leggen.
Eerst oyer don afstand llupst,ra,
die do dikste is, opperde V eisen, rnanr
Hopma wees dat met groot© minach
ting af; het nicest minstens Cnstricum
wezen.
Dit leek mij een gebroken wandel
tocht: lk stelde kloekweg Alkmaar
voor.
„Alk..." riep Hupstra met een
schelen blik op zijn buikje, maar een
minachtend neusophaiein van Ifopma
deed de tweede lettergreep in zijn
ondanks de door den oorlogstoestand
ook voor zeevervoer geschapen moei
lijkheden, vervoerd te worden; over
gescheept in Holland moeten zij dan
over de Be'-giLsche grens gebracht en
ten slotte over de versoh'Hende ge
westen naar gelang van de vele en
verscheidene behoef ten in redelijke
mate verdeeld.
Een kleinigheid i3 dit wiet. Te meer
als men bedenkt dat bij de minste ver
traging, of zoodra iets dn die oneindi
ge keten van handelingen modht gaan
haperen, do storing een heele bevol
king in den grootslen nood kan bren
gen. Maar laten wij,, echt Ameri-
kaansch praktisch, ons bij 't vermel
den van cijfera bepalen
In den tijd vari zos maanden, dit
is tegen het midden van Augustus
aanstaande, zal het Amerikaanse!» oo-
nriteit in België hebben ingevoerd:
530.000.000 K.G. tarwe;
50.000.000 K.G. rijst
33 000 000 K.G. boonen en erwten i
13-000.000 K.G. spek en reuzel
100.000 000 K.G. Spaansohe tarwe ofte
nia'is
30 000.000 K.G. diversen.
Alles te zarnen dus van 750.000.000
kilogram eetwaren. In zes maanden
tijd. De daardoor veroorzaakte uitga
ve bedraagit de ontzaglijke som van
300 000.000 franken.
De moeilijkste quaosUc is nochtans
niet geweest, de vraag, hoe men die
aanzienlijke hoeveelheden te ven ami d-
delen in België zou krijgen en aan den
man, den lijdenden ntan brengen.
Maar wel de vraag, waar de gelden,
voor zulk een liefdewerk noodig. van
daan zouden ik<c«mcn. Zoodra echter 't
lijden over België kwam, zoodra do
verschrikkiugen dea oorkigs er zijn
gaan woeden, onvenvachi-i dadelijk
ook hóeft de wereld prachtige blijken
gegeven van deelneiUiug in die e1-
ieride en van onovertroffen offervaar
digheid. In de golieole beschaafde we
reld zijn comiteiten tot btand geko
men, dis zich ten dool stelden de ge
teisterde bevolking ter hulp te snel
len. Het woord solidariteit onder de
me noch en had zijn 'beteek en is nog
niet geheel verteren. Al die stichtin
gen werkten op eigen hout. Toen dan
de „Commission for Relief in Bel
gium" op Amerikaanse hen bodem
werd opgericht, en te Now-York, Lon
den, Rotterdam en Brussel door haar
kantoren in't leven werden geroepen,
kon echter meer eenheid in den gekl-
verzaiueienden arbeid worden betracht
en gebracht. De Amerikaansche com
missie. na ruggespraak mot de reeds
bestaande stichtingen, ste'de zich in
betrekking met vooraanstaande per
sonaliteiten uit de kringen der poli
tiek, der weienschappen cn kunsten
en der pers. en ook met nersoua'itei-
ten op gebied van handel en nijver
heid in de geheete wereld, met het
doel om overal plaatselijke comiteiten
•;u 't leven te roepon, die giften in
ge'd, in waren en in kteedingsluk-
ken in ontvangst zouden nemen. Aldus
werden meer .dan duizend comiteiten
tot stand gebradht. Een prachtige be
weging van solidariteit volgde daar
op. Bolangh'oze ihu'p werd overal
door particulieren, vereenigingen en
vennootschappen aangdbodc-n voor
den aankoop, het bohandelen en het
vervoeren der waren. Spoorwegmaat
schappijen vervoeren kosteloos de voor
Be'gië bestemde levensmiddelene'-
ders worden gebouwen en opslag
plaatsen kosteloos ter beschikkiing der
O'uramissten gesteld en gehouden
kantoorbehoeften en de noodig© druk
werken worden kosteloos door do fa
brikanten en drukkers geleverd. Voor
keel achterblijven; daarna schoot die
lettergreep in zijn luchtpijp, ^zoodat
hij verbazend aan 't hoesten raakte
en eerst eenige minuten laler kon
•zeggen: „Ja natuurlijk. Alkmaar..."
op een toon, alsof hij dat afstandje
wel eens even verslinden zou.
„En terug", zei nu Wouter, uiterst
koelbloedig.
„En terug?" vroeg Hupstra. „Dat i-s
te zeggen wanneer?"
„Dadielijk, na, een uur rusten'.
„Ik meende voor te stellen: den vol
genden dag", opperde Hupstra
schuchter. „We konden dan ook nog
wal van Alkmaar zien".
Wouter antwoordde niet, maar in
<te manier waarop hij zijn schouders
ophaalde, lag een wereld van min
achting: het ceno halfrond op zijn
linker-, het andere op zijn rechter
schouder. Hupstra greep zenuwachtig
naar eïn stuk steenkool en begon dat,
zonder dat hij '1 merkte, fe verbrok
kelen, zoodat zijn handen loken op
die van don Moriaan.
„Hoor eens", zei Ifopma, „als je
wat doen wilt, moet het flink wezen.
Geen wandelingetje van een paar ki
lometer, iets flinks en fern s, iets ste
vigs. waar jo mee voor den dag ko
men kon. Dus Alkmaar en terug.
Iedereen voor, jij FidoUo, Hupstra.
Wouter..."
„Ik ben er tegen", zei Wouler. A1 s
je wat cteen wilt, loop dan naar den
Helder en terug".
„Dat is belachelijk!" riep Hupstra,
met het angstzweet op zijn gezicht.
Daarna begon hij aan zijn knevel te
trekken en smeerde zoodrwr.de kool-
strópen op zijn gezicht, alsc-f hij zoo
dadelijk voor Kwarto Piet moest spe
len. Inmiddels werden de beraadsla
gingen voortgezet. Er moest vijf kilo
meters per uur worden geloopon.
heen en terug 's morgens te zes uur
zou het vertrek plaats hebber-, onder
weg mocht telkens tweemaal een
kwartier worden gerust en dan le
Alkmaar een uur, aoodat uitgere
kend werd. dat we precies te half m-
enkele havens en kanalen is vrijstel
ling van het haven- en tólredht ver
leend. En zoo meer. In de eerste da
gen van oortegsversohitkiking was
dit liefdewerk, zoo groolsch a's er
ooit een 's geweest, voor velen, dte
hun duurbaarste vi ode-draomen za
gen aan flarden scheuren, een troost
en een hoop.
Aanzienlijk zijn de fondsen, d'e
door al deze ruim duizend comiteiten
in de wereld werden bijeengebracht.
Doch vooraan komt Amerika. Onge
veer 50 procent der opbrengst stamt
u-t het tend van Uncle Sam. Dan ko
men Engeland en zijn koloniën, Voor-1
al Australe en Canada. Vervolgens
Spanje, Italië, Nederland, enz.
Op d-ie miljoenen kilogrammen (in
gevoerde eetwaren heelt de „Com
mission" „een winst van ongeveer
13.000.000 franken Ifunnen boeken.
Want een deel van de levensmidde
len wordt weiswaor kosteloos aan
de behoeftige bevolking van België
verstrekt, doch de meer welgeate'den
vergoeden d-ifc eigenlijk, daar da prij
zen. voor hen gesteld, des te hooger
zijn. Elke niet-betlöeftige Belg, ter
wijl hij zich in de Amerikaansche ma
gazijnen van do voor hem noodige
eetwaren voorziet, draagt dus weer
hij tot de kostelooze voed'ng zijner
auïndergegoede landgenoot©!). Zóó
ze'fs dat de Commission nog op eer.
•winst 'kan rekenen, die in eon bijzon
der hulpfonds wordt gestort, ter voor
ziening in zwaardere tijds-jmstandlg-
iheden.
De giften aan kleedinigistukken, vele
mjllioen ton zwaar, kunnen op
8.500.000 franken word on geschat
Opmerkelijk is 't, dal de giften wel
ke alte bij elkaar die reusachtige, be
dragen bobben gevormd zooals de
heer Franqui, niet zonder gerechte
voldoening inocht. mededeolen, in
terroweg do moeste gevaJlen gering
zijn. De 'ijst der gevers bevat de na
men van verscheidene millioerien per
sonen, over de geheele beschaafde we
reld verspreid. Een enkole gift as van...
royalen omvang. De „Rockefeller
Foundation" schonk! ongeveer
5-000.000 franken.
De bo'anglooz© medewerking van
zoovete liefdadige personen cn veree-
nigingen heeft er óók belangrijk toe
bijgedragen, dat de reeds genoemde
winst van 13 mUlteon franken kon
word'en afgeworpen, of sol woon de prijs
van het brood in België nog steeds
10 lager Is geweest dan de gemid
delde prijs in 't huiïen'and. Een
nieuwtje, dat onze Belgische huishou
ders weiiioht met belangstelling ver
nemen zul'en dat ze misschien ceni-
germate zal troosten van de zware
brood-u'tgaven, maar dat hen_toch
niet met vreugde zal vervullen. Want
zulk een constatatie stijft het tinnier
.maar ijler wordend geldtasclijo ri'et
c>en zier.
Verspreid nieuws
van deoorlagsvelden
BOMMEN EN TELESCOOP-
GEWEREN.
Router's correspondent in het BrU-
«che hoofdkwartier in Frankrijk
schrijft nog eenigo bijzonderhedien
over werp hommen en telescoop-gewe
ren. Zooate reeds gome'd is werd
vooral bij de gevechten bij Ilooge veel
van werpbommien gebruik gemaakt.
Het zijn zeer doodelijüce wapens op
korten afstand. Een vijand d'e achter
een loopgraaf-verschansing staat of
in oen schuilkull, kan mol eon geweer
gen terug konden zijn aan de Nieuw-
poort.
Iedereen zou voor zijn eigen mond
kost zorgen. „Moet er ook pen dub-
eostuum wezen?" vroeg Hupstra, die
een beetje fatterig is. „Ik ga op pan
toffels", verklaarde Wouter, „voor
zulke eindjes Irek ik geen schoenen
aan". ,.'l ZaJ wel aardig wezen",
overwoog llopma, ook niet vrij van
een klein wereldscb ijdelheidje, „om
in .de krant te lezen: „Gisteren heb
ben Yier bekende ingezetenen naar
Alkmaar heen en weer geteopen on
kwamen in de beste conditie aan,
binnen den door hen zelf bepaalden
tijd Do kloeke wandelaars, die te
za.men X jaar oud zijn... ja, hoe oud
zijn we toch met elkaar?"
Het schuurtje w-.»onde het optel
sommetje bij: Drie en vijftig van
Hopma. twee en vijftig van mij, twee
en vijftig van Hupstra. „En hoeveel
van jou, Wouter?"
„Zeven! en vijftig", zei mijn neef.
„Dat is dan samen tweehonderd
n ogen tien", tolde Ifiqistra.
„Nee®, (rekenmeester", smaalde
Wouter, ,,'t Is maar tweehonderd
veertien".
.,'k Had de vijf die jij smokkelt
maar Yast meegeteld", zei Hopma,
waarop Hupstra gicb.olde on Wouter
uit de hoogte, oen hoogte van zeker
wel duizend meier vermaande: „hcu
nou je gezicht en ga liet wassohen",
oon toespraak, die ik verre van be
schaafd vond. Maar de arme Hopma
greep naar zijn gezicht en maakte
't nog erger, zoodat ik hom eindelijk
meenam naar de waterleiding, vaar
hij de handdoek ais een poetslap ach
terliet.
Do dames waren, boen we weer
bLnnenkwomon, dol nieuwsgierig om
te weten wat we hadden afgesproken,
maar niemand van ons wou inlichting
geven. „Niet voor overmogen'had
den we bepaald, „den dag vóórdat do
iocht zou plaaLs hebben". Zoo scheep,
ten we dan alle nieuwsgierige vra
gen af. ,Ixiter, later, 't Is de tijd :>sg
niet getroffen worden, maar wel door
een nauwkeurig geworpen bom.
Daarom zijn de bommenwerpers aL
tijd zoo talrijk bij de aanvallen, voor
al bij die van lokalen aard, waarbij
een zeker gedeelte of een stukje van
een loopgraaf vrijgemaakt moet wor
den van vijanden.
Een mooie Duitsche nog niet ont
plofte bom werd in een der Engelsche
loopgraven gevonden. Die was ovaal
en zeer lteht en kon dus zeer ver ge
worpen worden, desnoods op 60 M.
afstand, en het mechanisme was zoo
danig dat hoe 't ding ook viel er steeds
een ontploffing voflgen moest (behal
ve dan juist bij het gevonden exem
plaar). De böitenste ring van deze
bom was vooraten van vijf eteghoed-
jes. Een zesde knop bovatte de veilig-
heid9pen die los g'ng zoodra de bom
de hand van den werper verliet.
Een ander wapen, waarvan men
niet genoeg voorraad kan hebben, la
het zoogenaamde telescopisch geweer.
Dit bestaat uit oen gowoon geweer
met een extra vizier er op bevestigd
waardoor het te treffen voorwerp eenl-
ge koeren vergroot wordt.
Dit vizier wordt zóó dioht bij het
oog gdbracM. dat, op korten afstand,
het bijna onmogelijk -is om het doel
te rntesen.
In handen van eon ervaren scherp
schutter wordt een geweer voorzien
van zulk een instrument, en waarmee
uit een schuilhoek over den korten
afstand tusschen de loopgraven ge
schoten wordt, con nood falend wa
pen.
De Duitsche bataljon hebben een
scherpschutters-a Meeting, meestal bij
de Eiïgetechen bekend staande, a's de
„hatttafdeeWng" en men gelooft dat
eMc dier uitmuntende scherpechuttens
met zulk een telescope-geweer bewa
pend ig.
DRAMA'S DER LUCHTEN.
Do Frarrsche vheger A .C. verhaalt
irt de „Petit Parisien" (de vertaling
is van de Te-'egraaf)
„Mijn vlucht rekt zich, steeds moei-
zomer. Alleen in mijn onbewapend
vliegtuig, dat ik aan den staf van de
nieuwe formaties der zware artillerie
moet brengen, dwaal ik sedert uren
te mhiden der vochtige, sombere ne
velslierten, gezweept door de gieren
de stegen tier rukwinden.
Zoo daal en stijg ik, verloren in de
ze doodsche duisternisheen en weer
g«arukt door den storm, terwijl ik d'en
grond niet zie dan gedurende korte
poozen van verheldering, zonder
steinrpunf, oon daarnaar de drift van
mijn toestel te kunnen berekenen.
Spoedig verlos ik mijn weg, nu ik aL
leen op mijn compas ben aangewezen,
en als ik uit de wolkenbank te voor
schijn schiet, zweef ik boven onbe
kend tend. Dan vak de avond, die
met zij'rt droefheid mijn ongerustheid
komt vermeerderen.
Ik nvoet landen. Zonder den motor
af te zotten, begin ik te dalen en met
gierende vaart splijt ik liet gordijn
van Mof-natte -nevels, dat opnieuw
den bodem vóór mij verbergt.
Ineens, met waanzinnig® snelheid,
doet zteh <cn schouwspel voor. ver
bijsterend in zijn onvermoeidheid. Al
le begrip dooft, al-te zinnen verstom
pen onder de hevigheid en den ^poed
der indrukken, een buitensporig in-
snoet boheerecht do reflex-liewegin-
gen. Nauwelijks hen ik door het mist
gordijn hoen gedrongen of eon vaag
belijnd göbied vertoont zich e» dade
lijk zie ik lange vuuraohtehten uit
schieten en rosso oriifpteTfihgsv'arn-
rnen sidderen. Rpokflardien rekken
/Loh cn met den wind me© buiteten
kteift© granaatwoHojos elkaar achter
na: onder mij woedt een slag! Zonder
nadenken, met een werktuighjko,
maar nauwflceurlg handdtende snel
heid zet ik de gaskraan wijd open,
en uit alte macht tracht ik door het
dwarsroer om te gooien op de plaats
niet". Do wouwen keken eerst wat
verstoord, kregen daarna baar goeie
stemming terug en glimlachten fijn
tjes. Ze wisten wel, dat z© dienzelf-
den dag alles nog haarfijn zouden
weten, omdat oen man, na een zui
geling, het meest hulpbehoeven-do
scïtepee-1 op aarde is en geen enk©!©
©nddincer.ing totstand kan brengen
zonder de hulp var. eon vrouw. Wi©
zou de kleoren voor (de wandeling
klaar leggen, wie dó teerkost in orde
maken, wie zou zorgen, dat de man
's morgens op lijd gewekt werd? Wie
anders dan de vrouw.
Ik wil wol iKrkennon, dat ik loen
onze gasten de cteur uit waren, bin
nen een kwartier het heelc plan al
aan mijn vrouw verteld had. Het
had haar instemming niet, integen
deel zij uitte haar oordeel op de
meest openhartige? wijze, maar daar
dit van 't mijn© afwijkt, behoef ik den
lezer daarmee niet op te houden. Wel
verklaarde ze zich bereid om de noo
dige maatregelen te neuten en geen
half uur later zocht z© naar een paar
sokken, dat nog niet gestopt was, om.
dut je in gestopte sokkon op den duur
pijnlijke Vooten krijgen kunt,
De twee dogen tusschenruimt© gin
gen met normale snclltfid voorbij.
De builenwac'ht, deze geheimzinnige
nieuwsbron die alios weet, wist te
vertellen, dat Hopma in traininghvas
gegaan, 's Morgens vroeg werd hij
op den Schotefweg gezien ©n des
avonds laat aan den overkant van
het Zuidcr Buiteiispaarne, waar een
dienaar van d©n Nachtveiligiheids
dienst hem al aangehouden had, als
verdacht van booze plannen. Wat
andera zijn groeftste zorg was, zijn
bufkje, had (hein dezen keer gered.
Inbrekers zijn niet zwaarlijvig.
Hupstra was in oen boekwinkel
opgemerkt, waar hij ©en groot aanteo-
kenbook kocht en oen potlood aan
een kotlinkje, om een uitvoerig reis
verhaal te schrijven. Ik zelf vond
het geraden, vooral dictie knie
buigingen to oefenen, om de scTiar-
om te koeren. Op hetzelfde oogcnbiSk
bemerk ik ©en grooten vijandelijken
dubbe'dek'ker, d'e recht op mij af
komt. Or> het oogenbÜk dat de wen
ding voflbracht is en ik den vijand
uit het oog verlies, geschiedt het on
herstelbare, ln een storm van loei
ende geluiden! Het naar voren ge
worpen toestel drukt mij de lend©
non, de linkervleugel versplintert, de
roer- en vleugoldraden voel sk eiap
worden tn mijn handen, dan ec-n
schommeling, ondanks mijn vruchte
loos geworstel met echeluwing en
hoogteroer, da-n het voorover kippen
de va'.
Do aande stormt naar mij op En
dadelijk grijpt het afschuwelijk denk
beeld van den brand na den val mij
bfj den strot, en ik stoot kreunend
verwarde woorden, uitik weet niet
meer wat.
Noen, dat niet —dat niet!
Met woedende haast zot ik den mo
tor stop, laat inct één hand eon der
stuurhefboomen los en traoht de rie
men los te maken die anij aan het toe
stot banden.
Ik hol» er den tijd niet toe. Ilet-ioe-
stol bereikt den grond. Eerst baret de
schroef in splinters en <?ade'ijk daar
op volgt ©en onbeschrijflijke verwar
ring van bewegingen, en geluiden.
Mijn riemen snijden wreed dn mijn
lichaam, scheuren, en ik val gehurkt
tusschen allerlei trok konden en bui
genden rommel, spanten en draden,
met in mijn hersens nog liet schim
mig hèr-voeten van een woedenden
ren door de ruimte.
Ondanks die verbijstering, die ver
warrend© indrukken tracht ik. ge-
hoonaincnd aau een dwingend in
stinct, mij vrij te maken wit het war
net van gebroken pteh-osnaren. Maar
een dreunende stem stijgt u't dc aar
de „Oa liggen. Zo schieten oj> je'
Pas op dat oogenblik bemerk tk, dat
do stag de ruimte met zijn woest ge
tier vervult, en dat de grond boeft on
der de herhaald© losbarstingen.
Dp eenigo passen af stands loopt
een ondiep© grappel ik laat mij er
in rollen. Een buitengewone ge
waarwording vari rust en veiligheid
vervult onmiddellijk mijn hersons,
mijn hart klopt met zware slagen in
mijn borat, die als ledig aanvoelt.
Mot ihet.gelaat naar den hemel ge
wend. krijg ik eensklaps iliet gevoel,
dat mij® blik verduistert en dat een
kleverig zweet op mijn gezicht plakt.
Machinaal tracht ik mij op een
elleboog te steunen, maar juist op
dat cogenblik klapt op den etean, die
mijn l-.oofd beschut, de matte slag
van oen kogel, dio terugvliegt, ineen
waaier van vonken. Hij stoot een
zoo gillend, zoo kr ij schend gefluit,
©en zoo wanhopige®, doodschen
klaagtoon uit, dat ik, bewegingloos,
weer terugval op den bodem van den
greppel. De duizeling wordt sterker;
ik hol» don vagen indruk, dat all©
gevoel uit mijn lichaam wegzalft.
Don komt de bewusteloosheid. Hoe
lang die duurde? Ik weet het niet.
Eén voor één koonen de gewaar
wordingen weder terug, eerst fla-uw
©n ijl, als Ln oen droomdan kraoh-
tiger
lk opon de oogen <io dageraad
breidt een grauw licht over 't land
schap uit, het geraas van den slag
schijnt zich t© verwijderen, de sar
rende mitrailleurs hebben de over
haaste maat van hun droog en mal
gobanier vertraagd.
Hen verward stemmen-geluid be
reikt mij. Dan voel ik, dat men mij
bij de voeten trekt, on eensklaps val
ik met ©en weeken plof in een kuil.
Vier of vijf sold aten staan om mij
heen, die medelijdend naar mij kij
ken. Ik ben woder bij zinnen, juaar
een onzeglijke machteloosheid maakt
mij cnlieweeglijk ik kan zells mijn
ooglijden, mijn tong, niet verroeren.
Wel bereiken de stemmen der solda-
ten mij verzwakt, als van heel ver,
nieren wat losser te malien. Maar
of mijn knieën de goeie soort knieën
niet waren of de kniebuigingen niet
van de beate qualiteit. Ik weel het
niet zeker t© zegwm. maar zij ver
stonden elkaar niet goed, zoodat ik
©r me© ophield, in de hoop, dat de
knicsdliijven, die van hun plaats ge
raakt scheme®, te zijner tijd wel weer
in den juisten stand komen zouden.
Van Wouter hoorde ik niets. Er
ziju mouse hen, cfio jo onnaiigouaam
a-audoeai wanneer ze spreken, maar
je nog veel meer bezorgd maken zoo-
dra ze zwijgen. Zoo een is Wouter.
Do stilte scheen onheil te voorspol-
lon.
Hoewel mijn goeie vrouw aan de
heel© wahdoliiig n'et h&chtl© en liet
orgst© voorspelde, o.a. dat wij u'ta
vier op ongeveer gelijke afstanden
met doocgc-loopen voeten aan den w&g
zouden blijven liggen en fit den don
ker ougernerkt een voor oen dooi- do
kar van oon vrachtrijder zoudc-n wor
den overreden, had zij alles in órd©
gemaakt met een grondigheid, alsof
ik ©en wandeltocht naar Zuid-Ameii-
ka zou gaan ondernemen. De kleedtng
was met cte grootste zorg gekozen on
do voorraad boterhummeu toereikend
voor een heel© hongerige familie ge
durende twee dagen.
Dan nacht van l© voren sliep lk on
rustig en verviel ik soms in ©en ha
zenslaapje, dan schrikten akelig©
diroomen mij wakker. Eou daarvan
was, dat Wouter, toen wij samen tot
Velsen .waron gekomen, opeens zeven
mijlslaarzen aantrek, die een bode
lio:n uit het Ruadhuis kwam brengen
en daarin met verschrikkelijke stap
pen vertrok, ons toch rul lende: „ik ga
mar den Heldert" Een ander© droom
bestond Meruit, dat Hopma's buikjo
bij het Kanaal plotseling zwol .en
zwol, totdat hij barstte en het droo-
"vlg overschot uiet een plons t© water
viel.
Half vijf s'ond ik doodmoe op, kloecb
d© inij aan en ontbeet stevig. Toon
wou ik (w© zouden elkaar bij de Kon
en zonder toonval, maar ik begrijp
met gemak en zoor nauwkeurig don
zin van wat zij zeggen e® ze) fa vap.
maak ik mij m©( TOimcrlingpro-
vinciaafecb*. accent vn® oen hunner.
-„Ij zoggen „Hij is loelijk toegeta
keld. Hij i3 niet gekraakt, maar zijn
facie is heeloganr kaduuk." Dan
reept iemand, die niet t© zien is, met
forseh© stom
„Heb jullie den vlieger opge
haald
„Jawel, luit'", antwoordt ©en sol.
daat.
,,tn welken toestand is Kij
„Dat kann© wc niet crien zijn tost
zit vol bloed hij beweegt niet
maar je zou zeggen, dat-i© naarons
keek
D© sten»„Draag hern naar d©
verbandplaats."
„Zal niet gaan, luit'. De Duitschera
houen don weg met stinkbommen
onder vuur d'r kan geen muis
door."
D© slem weer „Breng hem dan
naar de kazemat va® de® kapitein."
D© mfumen nemen mij tamelijk
voorzichtig op en begeven zich op
weg; hot wordt hoe langer hoodon
kerder. Boven omze hoofden het
voortdurend geluid van zijde, d'io
scheurt en het brulgieren van ontel
bar© granaten. Plotseling werpen d©
dragers mij tegen den oardwund en
drukken nchzelvcn tegen de borst
weringen aan. zich zoo klein moge
lijk makend. Dadelijk daarep een
losbranding met d© lievigheid van
een knodsslag op het hoofd, en daar
op een regen van aard© en keisteo-
nen.
De kracht van d© ontploffing
brengt mij op de boen en noemt mijn
verdooving weg, tot groot© verba
zing mijner dragers, di© mu nu door
een doolhof van vcrbLndingsgangon
geleiden.
En nu sta ik voor een grijzend
man, die ziju pijp rookt, geleund te
gen ©en «stapel aartltzakken, de képl
ondor de kin bevestigd door middel
van een zakdoek. Hij heeft een Jovi
aal. haast zacht gezicht. Het is de
kapitein.
Buitengewoon kalm gaut hij van
d© periscoop naar d© telefoon, als
een braaf, bedaard vadertje, een pa
troon. di© zijn arbeiders aanspoort
bij hot verrichten van een dcodge
woon karweitje.
De kapitein reikt mij de hand en
zegt met «an goedigon glimlach: ,,U
heeft daar een Icciijke duikeling ge
maakt." Dan bekijkt bij me ©ven van
ter zijd© ©n vervolgt„lk dacht
eigenlijk dat u dood was
SioomvaartberlcliicD
STOOMV. MAATSCHAPPIJ
NEDERLAND.
Het ainonïschip Bavveun ('huisreis)
arriveerde 28 Juli t© Bombay.
KON. NED. STOOMBOOT MIJ.
Het stoomsch.p Amor arrivoerdo
29 Juli van New-Orleans to Gulfport.
Het stoomschip Castor arriveerde
28 Jrli van Amalerdam te Gravcs-
end.
Het stoomschip Led a voulrok 39
Juli van Swansea naar Valencia.
nOTTERDAMSCHK LLOYD.
Het stoomschip Arnkan (thuis
reis) vertrok 29 Juli van Port-Said.
Het stoomschip Soerakaila. van
Baltimore naar Alexandru-, pasaeer-
de2 9 Juli Sagros.
KON. IIOLL. LLOYD.
Het sUxunsciuy Zeelamlia (thuis
reis) vertrok 28 Juli van lik» Janeiro.
KON. WEST-I ND. MAILDIENST.
Het stoomschip Commerwyn©
(thuisreis) arriveerde 29 Juli te Lis
sabon.
neniorbrng treff.-n) d© deur uitgaan,
maar keek vooraf werktuigelijk in
d© brievenbus.
Er lagen drio briefjes in!
Het eene was van Hupstra. Hij
schreef: „Aralcc, Do oolieusch© ma
nier, waarop Wouter ©n Hopma mij
onlangs li©bl>eri behandeld, doet mij
afzien van een longen wandeltocht in
hun gezelschap. Als je dezer dagen
met mij in één ^ag naar Ar®hom wilt
loopen, ben ik tot j© dienst. Groetend
Hopma".
Dat van Hupstra luaUta. „Arnic©,
Naar ik hoor i3 de training van Hup
stra zoo totaal mislukt, dat bij het
nauwelijks tot Santpoort zal kunnen
brengen. Ouder deze omstandigheden
w©nsch ik mij niet t© wagen aan oen
fiasco, daar wij nog jaren lang uit
gelachen zouden werden en zi© dus
van don tocht af. Wil je dezer dagen
met mij naar Rotterdam wundilon,
dan Leb jo maar t© sproken. Met mor
gengroet Hopma".
Wouters brielj© v/ns hot kortst: „Ik
heb niet den minsten lust oni mij
veer een wandelingetje naar Alkmaar
te derangocron. WU je mee naar den
Helder, dan verwacht ik jo elk oogen
blik. Wouter".
Toen zo: ik con woord, dat niet Ln
een salon, bijna niet ln een huiska
mer, nauwelijks in een gang en al
leen in een stal past. Daar ik geen
stal heb, was (lat woord ongepast.
„Ha", riep ik daarna, „dan gu ik
allcon" Maar toe® ik den straatweg
had bereikt ©u dacht aan al di© e©n-
zanio kilometers, koerd© ik terug en
ging weer naar bed.
Sindsdien hebben we met ons viv
re® ruzie. Mijn vrouw zegt niets, maar
al dri© dogen Lrag ©tan w© oudbak
ken broed, mijn wnuiolbrood.
FIDELIO.