mee op. Reeds in de eersto dagen van j
Augustus verschenen hier de Kozak
kon, dreven het vee weg, plunderden
en lieten vele gebouwen in vlammen
opgaan. Toeoi kwamen dagen, waarin
men hoopte dat de Duitsche troepen
in deze streken de overhand zouden
houden, de vhichtel ingen keerden
zelfs al terug, doch den 21sten Augus
tus moesten de Duitschers wijken en
reeds den volgenden dag was Neiden-
burg door de Russen bezet, die er na
ruim een week, na den slag bij Tan-
nenberg, weer uit verdreven werden.
In tusschen had ds stad eelt ter door
beschieting en brandstichting zwaar
geleden en het grensgebied bleef nog
wekenlang in onrust.
Van Osterode, het plaatsje waar
onze getrouwe auto's ons verlieten,
ging het per trein naar Thorn, wij
kwamen er laat aan, op een haast
donker perron, en ook in de stad
konden wij geen lichten onderschei
den. Een weinig aangename ont
vangst zou ons hier te beurt zijn ge
vallen, wanneer wij het militaire ge
leide van den generalen staf, die al
onze persoonlijke legitimaties bij
zich droeg, hadden moeten missen.
Want Thorn is een vesting, en wie
zonder pas hier aankomt wordt er
niet toegelaten.
Wij hebben van Thorn bij daglicht
vooral de oude gebouwen, bijvoor
beeld een prachtige kerk, het gezicht
op den Weichsel en oen beroemde
poperkoekfabriek in onze herinnering
bewaard. En ook nog de schitterende
versiering van den feestdisch, waar
aan wij vlak voor on3 vertrek naar
Posen aanzaten en waar ik de
grootste en mooiste geraniums zag,
die ik ooit aanschouwde, van heel
licht rose over zalm- en terracotta-
kleur tot het vurigst karmozijn en
het donkerste rood.
En toensliepen wij tot Posen-
Ja. ik schaam mij niet het te beken
nen, want na onzen vlerdaagschen
autotocht, waarbij wij volgens getui
genis dergenen, die reeds aan het
front waren, moer vermoeienis had
den to doorstaan don bij een tocht
daarheen het geval pleegt te zijn,
e.n na den extra toer in Thorn, waar
bij wij om half vijf opstonden voor
een reis naar Alexondrowo op bezet
gebied, om daar een gezondheids-
instituut alias ontluizingB-inriclHing
in functie te zien, hadden wij. on
danks het ons drie maal tusschen zes
en tien uur aangeboden ontbijt met
champagne en zoete wijnen, daar
werkelijk behoefte aan.
Ook in Posen merkte men de cul
tuur. Och, hoe gemoedelijk was het
daar geweest, in het mooie, vrucht
bare, boschrijke Oost-Pruisen, met
zijn valleien en nveren, en de harte-
Iiiko, gastvrije, doch meestal eenvou
dige ontvangst., die on6 ten deel viel.
Harmonisch stemde dit. alles over
een met den last dien het land ie
drugeu had. met de ernst der tijden
en den rouw om de verwoesting, dio
liet teisterde. Hier echter heerschte
woelde en overdaad in apijs en
drank, ver scheen do oorlog, en zijn
zware hand, en slechts de 6tedelijko
inrichtingen, die wij bezichtigden,
üe werkplaatsen voor militaire be-
noodigdheden, de eindelooze regi
menten die door de stad trokken,
herinnerden er aan.
Ook Posen 13 een vesting. Do zocr
bekende 011 vaak misverstane gene
raal von Bernhardi, die o.a. met
haast clairvoyanten blik reed3 voor
drie jaren dezen oorlog voorspelde
en op de gelijkenis tusschen don ze
venjarigen oorlog onder Frederik
den Groote en dezen strijd wees, is
hier in functie.
De bezichtiging van liet raadhuis
van Posen, in Italiaanschen re
naissancestijl gebouwd was, in te
genstelling met die van het nieuwe
keizerlijke slot, ook van binnen een
groot en zuiver genot. Interessant
was ook het waterwerk der stad.
Een staaltje van pruclische welda
digheid, die uit de beste soort van
weldadigheid, namelijk werkver
schaffing bestaat, vonden wij hier
in don detailverkoop van deze le
vensmiddelen aan de Poseneche huis
vrouwen, waarbij dames van 't loo
med, die zonder engagement waren
als verkoopstere fungeerden, terwijl
hun chef, een lyrische tenor was, die
zun taak op voorbeeldige wijze ver
vulde.
Een bijzonderheid in de stadsphy-
pionomle van Posen is de sterk
Poolsche insla# die hier hoorscht.
Nauwelijks een opschrift ziet men,
waar niet het Poolsch naast het
Duitsch staat. Ook de zoogenaamde
Ramlvwgas. om religieus© redenen
uit Zuid-Duitfichlaiul uitgewekenen,
«lie in zeden en gewoonten Poolsch
werden doch thans na eeuwen hun
specifiek costuum dragen, zijn eon
l'osensche specialiteit
Tien dagen had onze reis geduurd,
toen wij naar Berlijn terugkeerden
Temidden van het vale koren, dat
naar don intuspchan rijkelijk geval
len regen Binachtto, lagen bloedig
rood klaprozen veld jos. Ons gezei-
schap spatte uiteen. Aon elke vol
gende halte der vele Berlijnsche sta
tions verlieten on3 enkelen. En ook
dat afscheid nemen van ons eigenlijk
vreemde roenscben, waarmede wij
toch tien dagen lang in gezelschap
geleefd hadden, die hetzelfde zagen
en veel van dezelfde indrukken mee
namen als wij, was een tikje wee
moed in den vollen beker van bele
ven, dien wij geleegd hadden.
Wij waren weer in Berlijn en ver
als in een droom lag het geziene.
Maar het was een sterke droom ach
ter welks wanden een zeer recele
kracht schuilt, de kracht van een
volk dat in al zijn lagen volkomen
bewust van den reuzenstrijd dien liet
voert en op bewonderenswaardige
wijze tot in de kleinste kleinigheden
toegerust, niet wijkt en niet won-
kelt.
Parijsche Brieven
DE GEDENKDAG,
Op den lsten Augustus van dit
Jaar, in de Rue de la Tour, ten huizo
van Jean Jaurès, voor zijn op het
hooge voetstuk geplaatst borstbeeld,
dat een ernstig en vastbesloten leven
uitdrukt, zijn, ter lierdeijking van
dit verschelden, waarvan wellicht
een oogeublik het lot van Frankrijk
en van den oorlog afhing, zijn vrien
den en zijn bewonderaars oerbiedig
op bezoek geweest. Uit alle maat
schappelijke standen, ook uit vor-
schillonde politieke partijen zijn tol-
loozen er geweest, plechtig schrij
dend en in stille overpeinzing, de
gedachte in vol bewustzijn en bet
hart in groote ontroering.
Ik herinner mij thans den dood
van den grooten volksleider, den po-
litieken aanslag van een waanzinni
ge. die, den dag zeiven vóór de mo
bilisatie. zoogenaamde socialistische
kuiperijen moende te overwinnen,
door het hoofd te dooden. Ik herin
ner mij de bulletins, midden in den
nacht langs do straten brullend
aangekondigd door hardloopende
kranten ven tere, en de volksopeen-
hoopingen, die overal plants hadden,
de stemverheffing, die uitbarstte.
Men voelde zich toen neSr^edrukl
door een slecht voorgevoel, en de
oorlog, waaraan niemand had wil
len gelooven, zoodanig zou zijn ver
schrikking zijn, de oorlog scheen,
van dat oogeublik af. hot Parijsche
volk onvermijdelijk toe. Voor dat
volk was deze ruwe en onredelij
ke moord als noodlot-openbarend
teeken van den oorlog, in dezen zoo
hachelijken nacht. Misschien zou het
den volgenden dag meer don oorlog
r— zou het de wrekende Revolutie
zijn Men wadlvtto als onder een
stiormachtigen hemelDe oprech
te. eenvoudige proclamatie van den
minister Viviani en het voorbeeldige
gedrag van het Parijsche-volk red
den alles I Den volgenden avond
werd over geheel Frankrijk de mo
bilisatie afgekondigd, door de schrik
wekkend plechtige klaroenen en door
de alarmklok
Toen toog Frankrijk ten strijde
men weet. met welk een ruriigen
heldenmoed. Zij twijfelden er niet
aan. de strijders, of zij zouden liet
leger tegenhouden, dat met reuzen
schreden voortging.
Doch welk oen schrik van machte
loos verzet, welk een smart, toen
men den inval op het geschonden
Belgisch grondgebied te weten kwam
en plotseling den terugtocht van het
noordelijk leger en d$ intrede des
vljonds op hot Fransche grondgebiod
vernam.
Naarmate de vijand naderde, le
digden de steden en de dorpen zich
voor de gewelddaden. Van alle kan
ten, van het noorden, het oosten en
het westen reden treinen naar het
zuiden, doch ook jammerlijke stoe*
ten van ossenkarrotje6 gingen over
de wegen, met, bovenop, een weinig
huishouden en huisdieren, dooroen
met de vrouwen en kinderen.
Ik was toen buiten, op ruim veer
tig kilometer afstands van Parijs.
Aan mijn venster, niet ver van den
groöten weg, waarop sedert twee
weken onophoudelijk treinen met
manschappen en ammunitie hadden
gerold, gevoelde mijn ontroering op
vreemdsoortige wijze de groote droef
heid. opeens en gedurende acht-en-
veertig uur groote Belgische loco
motieven te zien komen. O, hoe dier
baar vizioenen zijn de groote ma
chines met groote wielen, van een
ons ongewoon model, en bestuurd
door een man inot een pet van was
doek, een Belg. Vervolgens kwamen
de Fransche locomotieven, van het
noorden en van het westen, even
eens bij tientallen gekoppeld en
gaande naar de dépóts van Tours.
En <te Duitschers, die aankwamen
in drie stortvloeden, welke zich óp
Parijs richtten, waren eensklaps te
Compiègne i De exodus der vrou
wen, grijsaards en kinderen ver
snelde zich zóó, dat, om te Parijs
terug te keeren. dé treinen zeldza
mer en zeldzamer werden. En Parijs
zou wellicht eenzaam worden, WIJ
wilden in Parijs torugkeeren.
Den 3d en September namen wij
den trein van 4 uur 's namiddags
en wij kwamen den volgenden och
tend te 3 uur te Parijs aan I Elf
uren, instocte van twee In gewone
omstandigheden, terwijl onze trein
eik kwartier stil stond, aan een sta
tion, midden op liet veld, overal, ten
einde de soldotontreinen te laten
voorbijgaan. Een trein ging voorbij,
een weelderige, die in den donkeren
nacht meer verlicht was. Wij wis
ten het was de trein, die de afge
vaardigden, hun verwanten en hun
vrienden naar Bordeaux vervoerde.
Doch wij kruisten ook andere trei
nen, aangrijpende het was Frank
rijk, dal de toekomst redde, zijn be
dreigde kleine levens. Treinen vol
kinderen, en hoe moer wij Parijs
naderden, hoe vollor nog de stations
met kinderen waren
Hun gezicht, dat zooeven nog
nieuwgieriglijk levendig was door
de vreemdheid van hot geval, ver
somberde langzamerhand door ver
moeienis. Hun wangetjes, rood ge
worden door oen slaapje op de bank,
zoo maar, of met 't hoofd op moeders
knieën, de blikken vragend, ver
schrikt en koortsig door het telkens
plotseling wakker worden, de mond
een weinig mistroostig en slap, met
een arrn trekje op de lippen hot
was zoo meelijwekkend, hen aan de
stations te zien, hen gewaar te wor
den. wannoor hun trein den onzon
langs ging. En voor zoover wij, bij
een oponthoud, een beetje naar hen
konden kijken, voelden wij in de
grootsten iets als een plooi van
ernst, van wil op hun lippen, wil om
zoet te zijn en het leed van hun woe-
nonde moeder niet te verergeren.
Doch tijdens en sedert de overwin
ning aan de Marno en 'den Duitse hen
terugtocht naar het Noörden, ble
ven, met heur kinderen, families op
enljele kilometers afstands van den
vijand, en, boter nog, onder de Duit
sche kanonnen zooals de families
van Reims. Heldhaftig, als de groo
ten, zijn de kleinen, onder het bom
bardement van de stad gebleven, bij
kans hun gewoon leven levend, be
halve dat hun bestaan voor oen
groot deel in de kelders geschiedt.
Toen de Duitschers gesloten de
vernieling te voltooien, daalde
iedere&n fluks ondergronds af, waar
bij de honden en de katten allen
voorgingen. „Vervelende oefening!"
docht ongetwijfeld oen kleine jongen
van drie jaar, die 1111 te Parijs terug
is en die op iocu gegeven oogenblik
zich koppig vermat niet meer in den
kelder af te dalen, wanneer de gra
naten weer kwamen te vallen en hij
op dat oogenblik bezig was te eten
,,De Dultsehers vervelen mij", ver
klaarde hij heroïsch, zonder hot te
vermoeden. In de kelders hebben de
schoollessen plaats daar loeren do
kleinen de geschiedenis van Frank
rijk.
En soms laat do oude meester, on
der de luide ontploffingen van liet
bombardement, de volksliederen door
zijn leerlingen aanheffen. Zoo heb
ben zij gedurende den ganschen win
ter als kleine heiden geleefd.
En nu men wederom Parijs en de
steden verlaat, doch voor rust
gevend verblijf buiten, na dit ver
schrikkelijk jaar, heeft men or, om
.hen te. beloonen en hun onschuldige
hoofdjes een weinig te ontspannen,
or op gestaan, hun een aangename
verrassing te bereiden. Voor den
jaardog des oorlogs hebben speciale
treinen de kleintjes van Reims naar
Parijs vervoerd, van waar zij ver
volgens in verschillende richtingen
zijn vertrokken, naar Normandic en
Dauphiné. De belooningen voor een
jaar van werk, de uitdeel in gen van
prijzen hadden te Parijs plaats, op
plechtige wijze.
Bovendien is op 15 Aug us! us, die
in Frankrijk een groote feestdag is,
aan de soldaten gedacht, aan hen,
die hun geestdrift van het l>egi,n
gaaf houden. Men weet, dat de mili
taire overheid aan de soldaten van
'het front, die meer dan zes maanden
op het slagveld zijn geweest, een ver
lof van eetnigo dagen heeft toege
staan, door te brengen in him fami
lie. Een mooi idóe, dat aan de mees
ten, die weer ten strijde tijgen, een
gelukkige, zachte en sterke heugenis
geeft. Doch onder hen zijn er, dio
noch familie, noch geld hebben. Zul
len zij dus droevig van dit verlof
moeten afzien Hot is daarvoor, dal
Gustavo Ilervé, redacteur van ,,I-a
Guerre Sociale", het initiatief bij de
openbare macht heeft genomen voor
een „Journée du 15 aóut". Het door
collectes over gansch Frankrijk In
gezamelde geld zal onmiddellijk in
de loopgraven worden uitgedeeld,
ten gebruik© der verlofgangers.
Voorts hoeft men, door bemidde
ling der pers, te Parijs en elders tal
van aanvragen van particulieren op
gezameld, die liet zich een geluk
achten, gastvrijheid aan de soldaten-
zonder-familie te verleenen. Welk
een vindingrijkheid in de liefdadig
heid hobl>en wij aldus, sinds dezen
oorlog, opgeteekend 1 Zoo zal men
ook nog voor hen, die zich alleen en
•ellendig gevoelen, een zachte leger
stede bereiden, en de gisteren onbe
kende vriend zal nog dapperder weer
naar het front gaan, omdat hij zich
wederom aan liet leven gehecht
beeft en gevoeld, hoe men van hem
houdt, hoe men van al onze soldaten
houdt, alsof men hen allen persoon
lijk kende.
"VVILMA KNAAP.
De geheimzlonige ver-
dwijoing.
door J. H.
Er is ook altijd wat, mopper
de Joo StTeetman, wreed uit zijn
slaap gewekt door het nijdig rinke
lende belletje van het telefoontoestel,
dat vlalk naast zijn ledikant stond.
Ongeduldig nam hij den hoorn op
en wachtte tot het ibelletje tot rust
zou zijn gekomen het stoorde zich
absoluut niet aan de op vaderlijken
toon door Streetrnan gegeven ver
maning „Bedaar maar, bedaar
maar".
Eindelijk hield het stil en Street-
man bracht den hoorn aan het oor.
Hallo, Streetrnan 1 riep hij,
nog steeds nijdig."
Direct op het bureau komen,
klonk het bevelend in zijn ooren,
een zeer dringende en ernstige
quaestie.
Hij legde den hoorn neder en be
gon zich te kleeden, wat ongelooflijk
snel gebeurdet
Alles scheen gereed te liggen om
er zóó in te vallen als het ware, en
binnen tien minuten verliet Street-
man kant en klaar 'het huia.
Hij deed denken aan een tooncel-
speler, vyunneer men hem zoo zag
met zijn glad geschoren gelaat en
zijn eenigszine artistieke kleeding.
Zijn beroep echter was detoctrva
Hij had als medewerker van een
particulier detective-bureau veel
naam gemaakt en bij alle geheim
zinnige zaken van New-York en
dit waren er heol wat was hij ge
ïnteresseerd, vandaar zijn verzuch
ting
Er is ook altijd wat I
Hij had geen vermoeden van wat
er nu gn; -wie was, doch het feit, dat
men hem opriep, nadat hij pas een
zoer vermoeien den tocht naar Bue
nos Ayrea achter den rug 'had, wees
er op, dat het wel iets belangrijks
moest wezen.
En dat was het ook.
Toen Streetrnan op het bureau
was aangekomen, vond hij daar den
directeur in druk gesprek met een
heer van nog jeugdigen leeftijd.
Streetrnan werd onmiddellijk toe
gelaten en de vreemde heer werd
hem voorgesteld als Mr. Revoult.
Streetman's eerste indruk van mr.
Revoult was niet ongunstig, ofschoon
de sterk gebogen, puntige neus en
de neergeslagen half gesloten 00gen
aan onoprechtheid deden denken.
Het hooge, eenigszins bolle voor
hoofd daarentegen was een teeken
van intellectueele energie.
Streetrnan had de gewoonte, di
rect de menschen goed aan te zien
en naar de uiterlijke teekenen hun
innerlijk wezen te raden en het ge
beurde maar hoogst zelden dat hij
zich vergiste en dat zijn conclusies
verkeerd bleken.
Mr. Revoult heeft een zeer
eigenaardige zaak te behandelen,
begon de directeur.
Streetrnan knikte.
Do quaestie is, vervolgde zijn
chef, dat de aanstaande schoon
vader van nir. Revoult spoorloos
verdwenen is
En dat is hierom zoo ernstig,
viel rnr. Revoult plotseling in, dat
er, wanneer men ter beurze bemerkt,
dat «te bankier Lexon plotseling ver
dwenen is, een paniek zal ontstaan'
en mijn schoonvader geruïneerd zal
zijn.
Streetrnan was geschrokken toen
hij den naam Lexon hoorde.
Dit was een r der meest bekende
New-Yorksche 'bankiers en Street
rnan begreep hooi goed, dal zijn ver
dwijning een financieel© paniek ten
gevolge zou hebben. Hij doorzag dan
ook dadelijk, dat het hier een truc
van Lexon's concurrenten gold en
hij bleef wachten tot men hern meer
zeggen zou.
Het was de directeur, die hot eer
ste sprak.
U begrijpt wat uw laak is Mr.
Lexon in den kortst mogelijken tijd
terug te vinden.
En alles moet zoo geheimzinnig
(mogelijk geschieden, opdat, men zijn
verdwijning niet - bemerkt, voegde
Mr. Revoult er aan too.
Streetrnan knikte. 11ij zei nooit
iets. doch wachtte altijd of anderen
nog wal zeggen zouden.
Hij had daardoor dikwijls iets ge
hoord, wat hij door vragen niet te
weten zou zijn gekomen.
Er ontstond een pijnlijke stilte.
Mr. ltcvoult zal zeggen, onder
welke omstandigheden mr. Lexon
verdwenen is, zei de directeur.
Pardon, zei do ander vlug,
daarvan is mij niets bekend.
Streetrnan wachtte nog zwijgend.
Het ©enige wat ik u zeggen kan
is, dat wij gisteravond naar de ope
ra geweest zijn mijn schoonvader,
mijn meisje en ik dat we naar
huis gegaan zijn, waar ik van mijn
meisje en haar vader afscheid nam,
en toen naax mijn kamers ging.
Daar werd ik vannacht 0111 vijf uur
opgeroepen door een der bedienden,
die me vertelde, dat mr. l,oxon ver
dwenen was. Onmiddellijk ging ik
er heen en vond het geheele huis in
opschudding. Een half uur te voren
was er gebeld uit de kamer van den
lieer des huizes en toen een der be
dienden er herm ging, vond hij daar
niemand absoluut niemand. De
meening is, dat mr. Lexon onwel ge
worden was of iets dergelijks. Doch
het moest eigenaardige was, dat de
bediende niets gezien had onderweg,
en toch had niemand de kamerkun-
nen verlaten zonder dat hij dit be
merkt zou hebben. Dal is het, wat
mij bevreemdt beangstigt zelfs.
Als gij ter plaatse zijl, zult gij het
zelf kunnen nagaan.
Mr. Revoult scheen hoogst ontdaan
door dit geheimzinnige voorval.
Na een korte pauze vervolgde hij
Direct waarschuwde de jonge
meesteres den bediende, die op zijn
beurt inij waarschuwde. Ik vond al
les zooals ik het u juist beschreef en
ben toen hierheen gekomen.
Mr. Revoult zweeg en Streetrnan
koek starend voor zich uit. Hij over
dacht het verhaal en werd nog meer
versterkt in zijn meening, dat het
hier juist de bedoeling was, om deze
zanik ruchtbaar te maken anders
toch had men niet gebeld, De vraag
was nu wie had liet meeste belang
bij de verdwijning en dus de ruïnee
ring van Mr. Lexon
Weet u ook. waarin Mr. Lexon
zijn kapitaal belegd had vroeg
hij opeens.
Mr. Revoult keek verwonderd op
bij' deze onverwachte vraag.
In aandeelen in de petroleum-
bronnen der Freaton Oil Company,
zei hij.
Juist, antwoordde Street-
man, èn weet u ook misschien,
of hij pas groote ontvangsten of uit
betalingen heeft gedaan?
Dat zou ik u niet kunnen zeg
gen, antwoordde de ander be
dachtzaam, zóó goed bon ik niet
bekend met Mr. Lexon's zaken.
Omdat n ook zoo weet, waarin
hij zijn 'kapitaal belegd had, merk
te Streetrnan op.
De ander beet zich op de lijp. Hij
voelde zich geslagen.
Wat zou er gebeuren, wanneer
men Mr. Lexon's verdwijning ver
nam
Allen zouden hun geld komien
terughalen.
En zou man het kunnen uitbe
talen
Dat geloof ik niet.
Dus zou de bank dan sprin
gen
Neen, want ik zou betalen.
Deze woorden werden geuit op een
zekeren en overtuigenden toon. De
directeur keek op. Hij vond het mooi
van dezen jongen man. dat hij zoo
veel zou willen offeren om den naam
van Lexon te sparen 011 hij kon oen
goedkeurend knikje niet onderdruk
ken.
Streetrnan zag het en glimlachte
onmerkbaar.
Dus u denkt niet, dat het geld
disponibel zou zijn
Neen, mr. Lexon vertelde mij,
dat hij veel gestoken had in oen
Spaansche kwikzilvermijn.
U schijnt toch nogal goed op
de hoogte te zijn, zei Streetrnan.
De ander l>eet zich opnieuw op
de lip.
En dat nog wel, niettegenstaan
de Mr. Lexon u niet zoo bijzonder
gunstig gezind is. vervolgde
Streetrnan luchtig.
Hoe weet u dat? vroeg Revoult
schrikkend.
Dat is vakgeheim, antwoordde
Streetrnan lachend. Doch laat ons
beginnen naax Lexon's kamer ie
gaan.
De drie mannen 3-onxlon op, en be
gaven zich naar het huis van 'Jen
bankier w&ar ieder in diepe versla-
geilheid ven-keerde.
Streetrnan onderzocht do kamer van
Mr, Lexon. Het bed was beslapen ge
weest en alle kleederon, ook do voor
werpen. van waarde, lagen onaange
roerd.
Mr. Lexon echter was spoorloos
verdwenen!
Er hing in de kamer een lichte chlo
roform lucht, klaarblijkelijk had men
Mr. Lexon in zijn slaap overvallen,
hem bewusteloos gemaakt en wegge
voord. De vraag was alleen maar hoe.
Er was gebeld, direct was een c'er
bedienden 1 uur boven gegaan en hij
vord niemand on hod niemand ge
zien, Eu toch had hij iedereen moeten
zien, die de knnier verliet.
Er was altijd één der bedienden dio
's -nucli'S dienst had, d.w.z. die moest
opblijven om voor oen eventueel ge
val dat Mr. I.exon lets noo'dig had,
dadelijk op- diens bellen present te
zijn.
Deze man behöèfde maar con paar
stappen to doen om bij de trap te
zijn. Reeds na enkele treden bestegen
te hebben kon hij door de gang de ka.
mei'deur zien. Er loon dus niemand p,n
a] vast niet iemand die een lichaam
moest medencinen uit de kamer ge-
lcomen zijn, voor do bediende op Je
trap was et: bovendien had men In
nlle kamers, die aan de gang grens
den, een onderzoek ingesteld, doch
niets was ontdekt.
Het was hoogst merkwaardig. Vol
verwachting keken de directeur van
het detective-bureau en Mr. Revoult
naar Streetrnan, ©vonnis Miss Lexon
en de bedienden, die allen opgestaan
waren.
Streo'man dacht een poosje na.
Laat een van de bedienden gaan
naar tie krun ei' waar de nachtwacht
zich bevond, zei hij eindelijk.
De man die dienst gehad had, ver
trok.
Misschien wilt u even op de schel
drukken, vroeg Streetrnan aan Miss
lexon,ofschoon, voegde hij er aan foe,
het niet geven zal, want de man lie
neden zal toch niets hooren
Miss Ltxon deed wat S reetman
haar vroeg, ook toen hij haar ver
zocht voor een tweede on (oen voor
een derde maal op hot knopje te druk
ken.
Als nu even iemand den anderen
bediende wil boven roepen, vroeg hij,
Ook dit gebeurd© en do bediende die
op het bellen moest wachten, kwam
terug
Iloevoel maal hoorde u bellen?
Vroeg Streetrnan hom.
Geen enkele maal, antwoordde de
man.
Pardon, er is drie maal gebeld,
vied Stree-man in.
Ik heb absoluut niots gehoord,
betuigde de ander op een toon, die
geen twijfel meer overliet.
Een algemeen gemompel van ver
wondering .ging op en allen keken
verbaasd naar den man, die dit
vreemde verschijnsel voorspeld had.
Deze zei niets doch keek zwijgend
naar da zoldering.
Wilt 11 allen hier blijven? ver
zocht hij. Ik zou alleen gaarne een
lantaarn hebben, en even In de kamer
hiernaast willen gaan.
Men verschafte hom hot gevraagde
en Slro>»-rnan verliet do kamer, waar
de anderen in stomme verbazing
achterbleven.
In .do aangrenzende kamer keek
Streetrnan sieclits naar den zolder,
waarop hij heft licht van zijn lantaarn
liet vallen. Vandaar ging hij naar
een aangrenzend© kamer en zoo ver
der. In alle kamers keek hij slechts
even naar de zoldering. Ton s'olte was
hij geheel aan liet andere einde van
de gang on teen riep hij deu oudsten
bediende.
Wal: is er vlak onder deze ka
mer? vroeg hij den man.
De keuken, antwoordde deze.
Breng mij er dan heen.
Dc verwondering steeg. Men vroeg
zich a.f of Streetrnan soms meende,
dat Mr. Lexon door den vlo-er gegaan
was.
In de keuken gekomen keek Street-
man weer nnar den zolder. Yóóral ren
hoek scheen hem speciaal belang in te
boezemen.
Hij nam in dozen hoek plaats èn
vroeg toen:
Wat is er nu vlak onder me?
De wijnkelder, luidde 't verwon
derde antwoord.
Breng mij er heen, zei Streetrnan
onverstoorbaar.
Die verf. is bepaald gele, gromde
de bediende en nijdig daalde hij, ge
volgd door Streetrnan, in den kelder
af.
Deze liep naai' dein hoek waarboven
hij zoo juist geslaan had.
Waarvoor is dit? vroeg hij, wij
zend op een plank, waarop eenigo
eloclrinche batterijen stonden.
Die zijn voor de schellen, ant
woordde de bediende, nog steeds ten
hoogste verbaasd.
Streetrnan nam oen laddertje, zei'/.e
dit legen den muur 'naast de plank cn
en klom naar boven.
Toen hij bij <1© batterij gekomen
was, bekeek hij doze nauwkeurig cn
uitte een zacht gefluit.
Even was hij bezig en toen dhald©
hij weder omlaag.
We kunnen naar boven gaan, be
sloot ixij, on 11 denkt er wel om, over
niets van waft u hier gezien hebt
moogi ge oen woord spreken.
Begrepen.
De oude knikte zwijgend.
Hij liegroep er steeds minder van
en zijn verwondering steeg nog toen
Streetrnan hem de volgende vragen
Stelde, welke hij echter prompt be
antwoordde: Kwamen er wel eens
vreemden in den kelder?
Neen, nooit, alleen de bedienden.
Mr. Lexon zelf ook niet?
Hoogst zelden.
Is dat lang geleden?
Neon... nu een week ongeveer ge-
leden is hij er eens mek Miss Lexon
en Mr. Revoult geweest. liet was ge
loof ik, een "aardigheid van Miss
Lexon.
En na dien tijd is er nooit
iemand geweest, behalve het perso
neel.
ALteen nog d© wijnhandelaar en
vorder niemand.
Ja, toch, do metselaar ook nog.
Kan men ook langs een anderen
kant in den kelder.komen?
Ja, direct van buiten af. Döz©
uüiTan# wordt edhter nooit gebruikt
De sleutel hangt hier op een sijker.
Geef eens hier.
Do oude man ging naar hot andere
einde van den kelder, doch uitte plot
seling een kreet van verwondering.
Do sleutel hangt er niet meer,
riet) hij. Als u liier komt met do
lantaarn kunnen wo zien of hij ook
gevallen is.
Noon, da.t behoeft niet, besloo-i
Streetrnan, ga maar mede,
Belden gingen naar boven waar do
anderen nog steeds wachtten.
Mijn werk hier Is afgeloopen, tel
Strretnian. Laat ons gaan. heerern
Mejuffrouw gaaf n maar weer naar
bod eide bedienden ook maar. Wij
zullen nog even onderzoekon, want tt<
boeren gaan toch mede niet waar?
zo- hij tot den directeur en Mr. Re
voult die beiden toestemmend knikten
en dian zal ik u morgenochtend do
lijding brengen, c'at Mr. Lexon komt
koffiedrinken.
Ilij zei dit op een zoo rustigen cn
zekeren toon, dat allen verrast opke
ken. Niemand kon denken, dat deze
jonge man zoo zou durven snoeven en
toch leek hel ongeloofelijk dV- hij hot
geheim nu reeds Itad opgelost.
Zelfs de oude l>ediende die hem vor-
gezold had op zijn vreemden tocht, be
greep er niets van.
Streetrnan en de heide andere hoe
ren verlieten hot huis van Mr. Lexon,
Ik zou*gaarne naar uw kamers
gaan, Mr. Revoult, zei Streetrnan, als
men daar tenminste vrij spreken kan.
Mr. Revoult stemde hierin toe en
zwijgend gingen zij naar zijn kamors,
die vlak bij het huis van den verdwe
nen bankier gelegen waren en waar
zij spoedig aankwamen. Vooraf ech
ter had Streetrnan zoekend een eindje
der straat, waarin Mr. Lexon woon
de, op en neer geloopen.
Zie eens 'hier, nam Streetrnan het
woord, toen zij gez-oten waren, ge
woonlijk tracht ik te ontdekken hoe
een misdaad is uitgevoerd, dan waar
om en door wien. liet waarom wist
ik reeds'! het veroorzaken van een fi
nancieel© crisis en de ruïneering van
Mr. Lexon, dit laatste zou echter dank
zij de edelmoedige tusschenkomst van
zijn aanstaanden schoonzoon niet
plaats hebben. Doe men hier te werk
gegaan was leek een onoplosbaar
rondsel en toch was het zoo eenvou
dig.
De beide anderen luisterden in
spanning.
Er is ongeveer een uur, nadat
Mr. I-exon was thuisgekomen, iemand
in buis geslopen door den wijnkelder,
waarvan hij den sleutel weggenomen
had, reeds een poosje geledendie
man lieaft Mr. Lexon bedwelmd en
hem medegenomen naar den kelder,
terwijl dehediende die wacht had, zat
te sluimeren.
Toen heeft hij Mr. Lexon ergons
heengebracht met een rijtuig dal iels
verder wachtte de sporen zag ik nog
in do straat en is teruggekomen om
te bellen en aldus iedereen te wekken
en ©en zekere sensatie teweeg fe bron
gen.
Maar hoe beide hij,? vroeg de di
recteur in spanning.
Mr. Revoult zei niets, hij scheen
verstomd over zooveel doorzicht.
Ilij helde uit don kelder; ant
woordde Streetrnan. De geleiding naar
do kamer van Mr. Lexon was ver
broken, vandaar dat Miss Lexon ver
geefse^ pogingen deed en de ont
voerder bracht zelf beneden het con
tact tol stand, dat de bel deed luiden.
Ik ontdekte dit door den «^raad door
het geheele huis to volgen. In zijn
haast om toen weg to komen vergat
hij de geleiding weder te herstellen.
E11 wat was zijn doel hiermee?
Hij hoopte.door in doze zaak eer
zekero geheimzinnigheid, te brengen ot
meer ruchtbaarheid aan to govern.
Want dat tocii was do heelo opzet:
Mr. Lexon zou zonder mijn hulp of dio
van andere detectives ook wel zijn te
ruggekomen, vanavond of vannacht
misschien reeds.
Doch één dag was juist voldoend©
011» de paniek te veroorzaken. Boven
dien wilde onze man de aandacht af
leiden, opdat men aan de eigenlijke
opsporing niet direct zou beginnen,
doch eerst zou trachten het geheim
zinnige op te lossen. Wanneer hij niet
vergeten had de geleiding wederom
te herstellen, zou hem dat misschien,
gelukt zijn. Nu bob ik dat gedaan. En
ten slotte de vraag door wien?
De man, die dit deed, was zeer goed
bekend met het huis. Do sleutel had
hij ©enigen tijd geleden weggenomen,
hij wist, dat Mr. lexon sliep en waar
hij sliep en wist waar de batterij stond
Zijn doel was den ondergang van
Mr. Lexon, of liever diens redding,
opdat hij dan aanspraak mocht ma
ken op Mr. Lexon's dankbaarheid en
daardoor d© hand van diens dochter
verworven kon. Is het niet zoo, Mr.
Revoult.
De'"> antwoordde niet
Een doodelijk bleek had gedurende
Street-man's laatst© woorden zijn ge
laat overtrokken. 1-Tlj lag roerloos ln
zijn fauteuil.
Do directeur hoorde verstomd' toe en
vroeg zich af, of Streetrnan gek go-
worden was om zoo'n beschuldiging
te uiten tegenover Mr. Revoult
Laat ons alle schandaal voorko
men, zei Strectmoa rustig en zeg mij
waar Mr. Lexon is.
Met een wanhopig gebaar wees Mr.
Revoult naar de dour van een aan
grenzend vertrek en toen Streetrnan
daar binnenging zag hij Mr. Lcxoi?
als levenloos op een divan liggen.
Hij vond het heol -dom om het slacht--
offer daar zoo te laten liggen.
U is geen beroepsmisdadiger,
merkte hij op, met een lachje naar
Mr. Revoult.
Don volgenden dag liep op de beurs
hot gerucht, dat Mr. Revoult zichzelf
had doodgeschoten en dal Mr. Lexon
spoorloos verdwenen was.
Het eerste gerucht bleek waar ta
zijn, doch het tweede niet, want ren
half uur voor het sluiten verschoon
Mr. Lexon in levenden lijve.
Ilij was wat bleek, doch men ver
moedde dat dit was tengevolge van
den slag, die hom getroffen had in don
dood van zijm aanstaanden schoon
zoon.