De Europeosche Oorlog. Alleen op de Wereld TWEEDE BLAD. HAARLEM'S DAGBLAD VRIJDAG 26 NOVEMBER 1915 Ds buit Tan de Daitsebers en Oostenrijkers ln Mitrowltza en Pristina. De hooding ran de entente tegenover Griekenland. Militaire beschonwingen. Officieel nieuws. Aan de stafberichten ontleen en we: WESTELIJK OORLOGSVELD. Van den Duitschen etaf Niels bijzonders voorgevallen. Van den Franse hen staf: ln Artois en Lotharingen "kwamen Woensdagnacht op enkele plaateen gevechten" met handgranaten voor. Hier en daar artillerie-duels. OOSTELIJK OORLOGSVELD. Van den Duiteehen etaf Legergroep-Von Hindenburg Ber- semünde is in Duitsche handen. 9 Of ficieren en 750 man gevangen geno men, drie mitrailleurs buit gemaakt. Van don O o s t e n r ij k s c li e n staf: „Er gebeurde niets van belang5 ZUIDELIJK OORLOGSVELD. Van den Ooslenrijksciien etaf: De verbitterde gevechten m de streek tusschen de monding van de Wippoch en San Morlino duurden dag en nacht voort Ten noorden van den Mont© San Miuhele deden de Italianen herhaal delijk aanvallen met sterke troepen machten. Het gelukte hun verscheiden malen in de Oostenrijksche loopgra ven binnen te dringen, maar zij wer den er in een nachtelijk geveolit, dat uren lang voortduurde, weder uitge- Monte San Michete f/i èf mislukte, evenals alle vorige. Bij San Morlino werd met afwisselend geluk gestre den tot het eindelijk den Italianen gelukte de stelling geheel en al te hernemen en t© behouden. Het broeigehoofd van Gore, het zui delijk gedeelte der stad en de plaats jes Savogna en Rupa werden hevig gebombardeerd. Een aantal Italiaansche bataillons deden een aanval bij Oslavija, wer den echter teruggeslagen, twee com pagnieën werden totaal vernietigd. Twee Oostenrijksche vliegers wier pen bommen op 'tolmezzo. De strijd In Servië. STAFBERICHTEN. Van den Duitschen etaf Bij Mitrovilza zijn door de troepen van het leger van generaal Von Kö- vess ongeveer 10-000 Serviërs gevan gen genomen. Negentien kanonnen werden buit gemaakt, ln de gevech ten van Pristina en aan de Sitnica vielen 7400 gevangenen en 6 kanon nen in Duitsche handen. De buit aan oorlogsbehoeften en voorraden ia aanzienlijk. Van den Oostenrijkschen etaf: De Montonegrijjien zijn ook ten oosten van de Toca teruggeslagen. Ten zuidwesten van Sjenica over schreden de Oostenrijkers de Montie- negrijnsche grens. In Mitrowltza zijn ook 130 wagens, 7 locomotieven en veel ander oorlogs materiaal buitgemaakt. Een Oostenrijksch Hongaaxsclie co lonne, die van Mitrowitza verder op rukte, veroverde de streek van Wu- schitizu. 'Dein ztuidan daarvan staan Duitsche en Bulgaarsche troepen ge reed over do Sisniza to trekken. Van den Bulgaarse hen staf: Sedert tien dagen wurctu verbitter de gevechten om Pristina aan den Êang. Nadat 't Bulgaarsche legor nisdag do Serviërs geheel en al in liet noorden, oosten en zuiden omsin geld had, deden de Serviërs nog de uiterste pogingen om Pristina te ver dedigen. Zij konden den druk echter niet weerstaan en werden uit hun laatste stellingen geworpen, waarop zij genoodzaakt waren terug tie trek- k'ui naar het westen. Te half drie 's namiddags rukte eerst een cavalerie regiment de stad binnen, waarop do Bulgaarsche troe pen van het noorden-front en afdeel in_ geil van de naburige Duitsche colonne volgden. De Servische legatie te Parijs deelt mede, dat de toestand van het Servische leger verbeterd is. Hel. Bul gaarsche leger leed een écliec ten noordoosten en zuidoosten van Prizri end. Het bericht, dat do Serviërs Mo- nastir zouden hebben ontruimd is on juist De lu-oepen, die die stad ver dedigen, zijn tot dusverre niet van stelling veranderd. DE MILITAIRE TOESTAND. De militaire deskundige van hel Alg. Handelsblad schrijft Dé strijd woedt thar.s op het Am- selveld, Kossowo Polje, het gebied waarin de rivieren do Drin, de War- da r en de Morawa ontspringen, een uitgestrekte, vruohtbare, maar wei nig bebouwde vlakte, door ontoegan kelijke bergen, den Sar Planina, den Cicavica Planina, de Albanische Al pen en in het noordoosten van Ko- paonik Planina omgeven. Als belang rijkste toegang tot deze vlakte geldt de Katsjanik-pas, die in handen der Bulgaren is, en de rivierdalen van do Lab en de Sitnica, die door de Duitsche en Oostenrijksche legers zijn bezet. Van de groote plaatsen, die in deze vlakte gelegen zijn. liggen Djakowa en Ipelc in Montenegro, is Pristina door de Duitsche troepen bezet en is slechts Prizrend nog in Servische handen. De toegangen uitliet Zuiden, bij Tetovo en Kalsjanik, zijn door de Bulgaren afgesloten, die naar het oosten en noorden door de Duit- schers en Oostenrijkers, zoodat nog slechts do wegen tot Montenegro, over Djakova en die naar Albanië over Prizrend open staan voor de Ser vische legers, welke reeds over de Sitnica werden teruggeslagen. Reeds is de Servische regeering. volgens het laatste bericht uit Lon den, naar Skoetaii. in Albanië, ge gaan. Heel wat plaatsen werden in de laatste dagen genoemd, waarheen de Servische regeering zou zijn ge vlucht. Waarschijnlijkheid bestaat er zeker meer voor do Londensche me- dedeeling, wijl de weg naar Monte negro nog voor de Serviërs open staat, terwijl liet niet waarschijnlijk is dat uit Prizrend Monaetir, in het zuiden van Macedonië, kan worden bereikt, wijl de toegangen tot liet zuiden zijn afgesloten door de bezet ting van de begaanbare wegen over Tetovo, Katejanik. Ueskjueb en de Baboena-passen. Daardoor is ook voor het Servische leger de gelegenheid om naar het zuiden uit te wijken gering, en de kans, dat het van daar 'hulp ontvangt van Fransche of Engelsche troepen, niet groot. Het Servische legertje, dat niet sterk meer kan zijn, al kan niemand zeggen, hoeveel man 't nog telt en al zijn de opgaven daarover weinig ver trouwbaar, is zeker niet in staat zich in de vlakte van Kossovo langen, tijd te verzetten tegen de van alle zijden aanrukkende vijanden. VAN DUITSCHE ZIJDE. 't Duitsche bureau Norden seint: De correspondent van de Pesti Hir- lap" bij het leger van von Mackensou seint: ,,Om een capitulatie of een omsin geling van het Servische leger, die feitelijk een einde zou maken aan den oorlog in Sorvië, te vermijden, hebben de Serviërs hun beste troepen tot nieuwe formalities samengetrok* ken en dezen nieuwe aanvoerders ge geven. Uit deze formaties werden de troepen der derde linie uitgeschoten, en de stomtroepeui' mot aefdeve officio ren naar het zuiden gezonden. Aan de infanterie der derde linie werd opdracht gegeven, om dein terugtocht te dekken, doch er is reeds een vrij groote verwarring in hun gelederen ontstaan, die op een paniek lijkt". Do Servische kolonel PopowitsJ verklaarde aan den correspondent van de „Corriere della Sera" dat het Servische leger geen weerstandsver mogen meer bezit. Het leg ei- heeft meermalen gebrek aan brood. De ossen en proviandeeringscolonnes moesten ondei weg van hoivjer omko men. Het Servische leger is volkomen uitgeput. De „Lokal Anz." ontleent aan een bericht uit Momaskir, d.d. 21 Nov dat deze stad onder voortdurenden angst leeft ln afwachting van den in tocht der Bulgaren. Om tot nog toe onbekende redenen marcheeren dó Bulgaren niet op. Zij staan ongeveer 20 kilometer van Monastir verwijl derd. Sedert twee dagen wordt er aan de Zorna-rivier, in dc richting van Var dal-, tusschen Bulgaren en Fran- achen zeer hevig gestreden. VAN BULGAARSCHE ZIJDE. Naar het „Weeneche Volksblatt", d.d. 23 dezer uit Athene verneemt, waren er toen reeds 70.000 Servische krijgsgevangenen in Bulgarije ge bracht. Griekenland en de entente EEN BULGAARSCH GEZANT AAN 'T WOORD. De Bulgaarsche gezant in Zwitser land, de heer Tocheff, is geïnter viewd. 't Duitsche persbureau Nor den meldt daarover Wat Griekenland betreft, heeft To cheff de vaste overtuiging, dat het zich niet door de geallieerden op sleeptouw zal laten nemen. Enge- lands schepen kunnen het geen schrik aanjagen. Want Griekenland weet zeer goed, dat de verbonden mo gendheden er nooit toe zullen over gaan zich een nieuwen vijand op den hals te halen, die, als Griekenland, over goed-geoefendö en sterk© armeni beschikt. Daarbij komt nog, dat spoedig een half millioen Turken, dank zij den nieuw-geopenden weg naar het Ooeten, volledig uitgerust zullen zijn, en een formidable strijd macht zullen vormen. Reuter seint uit Londen Naar wij vernemen, hebben de ge zanten van de Entente-mogendheden te Athene niet den eisch gesteld, dat Griekenland zou demobiliseeren maar voorgesteld, dat er geen Griek- sche troepen zouden aanwezig zijn in de zóne, waai- de geallieerde optre den. i Over het geheel is het streven ge weest, de belangen der geallieerden te verzekeren zonder den toestand ingewikkelder te maken. Uit Londen seint Reuter In antwoord op een vraag omtrent geldelijke voorschotten, die aan Grie kenland verstrekt of .beloofd zouden zijn, antwoordde minister Grey in het Lagerhuis ,,lk moet erkennen, dat dit een zeer natuurlijke vraag is ik acht het echter niet wenschelijk, op dit oogenblik mededeelingen te doen betreffende fjnancieele transacties tusschen Groot-Brittannië en de ge allieerden en neutrale mogendheden". Grey voegde daaraan nog toe, dat hii thans geen mededeelingen kon doen over den toestand wat Grieken land en de geallieerden betrof. EEN GR1EKSCH CONSUL AAN HET WOORD. Reuter seint uit Londen In een onderhoud verklaarde Siavridi, de Grieksehe consul-gene raal te Londen, die teruggekeerd is van een kort bezoek te Athene, de gevoelens van de eroote massa van het Grieksehe volk jegens de Entente zoo vriendschappelijk zijn als slechts mogelijk is. De verschrik kingen van de laatste twee Balkan oorlogen echter liggen nog vcrsch in het geheugen, zoodat het naar geen nieuwen oorlog verlangt. Bovendien is er een zeer actieve Duitsche pro paganda gevoerd, zoodat het volk diep doordrongen is van de groote mocht van Duilschland. Deze propa ganda staat in schril contrast met de bescheidenheid en terughoudendheid var. de geallieerden. Wat de beweerde blokkade betreft, verklaarde Stavridi „Verscheidene leden van het kabinet deelden mij mede. dat Griekenland verplicht is. zich bij de geallieerden aan te slui ten, zoodra een voldoend aantal troe pen der geallieerden ter plaatse be schikbaar zal zijn. Wat een botsing met de troepen der geallieerden aangaat, gaven le den van de regeering mij de meest besliste verzekering, dat het ondenk baar was, dat Griekenland ooit, on der welke omstandigheden ooit, tot cenige actie tegen de mogendheden zoude overgaan." Verder zei de Stavridi „Men dwaalt wanneer men denkt, dat de Koning onvriendschappelijk gezind is jegens Engeland. II >i was eer op gesteld, dat Kitchener hem zou komen bezoeken. Toen hij hoor de, dat Kitchener te Moedros was, zeide hij ,,lk ben geen groot diplo maat, ik ben soldaat. En liet zal aan de zaak ten goede komen, wanneer il< ze met een ander soldaat be spreek". Dat is de reden, waarom Kitchener den Koning een heaoek bracht." KOPERMIJNEN VERNIELD. Aon den „Poster Lloyd" wordt uit Onsowa bericht, dat de terugtrekken de Serviërs de bekende kopermijnen van Vor, in het district Zajecar m Noord-Servié, die aan een Fransche maatschappij toebchooren, en een waarde van vele millioencn hebben, bijna totaal vernield hebben. Militaire besohouwingen. EEN MILITAIRE BESCHOUWING VAN ENGELSCHE ZIJDE. De militaire medewerker van de „Times" zegt in een overzicht van den toestand: De grondslagen van de kracht der geallieerden zijn stevig en als onze actie in de toekomst geleid wordt door juiste strategische beginselen, kan er slechte één einde zijn aan den oorlog. Het mislukken Aan Duitschl anti's poging, om Rusland te verpletteren in het groote offensief, dat in Mei begon, zal waarschijnlijk een even grcot keerpunt in de geschiedenis van deze campagne zijn als Napo leon's echec in 1812. Dank zij den heldhaftigen tegenstand van de Rus sische troepen niettegenstaande den voortdurenden tegenslag, dank zij echter ook verschillende ernstige fou ten, door den Duitschen generalen staf 'begaan, zijn de (Russische legers niet overweldigd en zijn de Duit- schers evenmin vitale deelen van Rusland kunnen .binnendringen. Daar de RussLsche legere met over weldigd zijn, zullen zij doorvechten en daar het land niet veroverd is, zal het nieuwe legers voortbrengen. Heel Rusland is dag en nacht in de weer om wapens en munitie voort te brengen. Al de helden, die in milüoenen hebben moeten wachten met deelne ming aan den strijd, cundat do noo- dige oorlogsbehoeften ontbraken, zijn nu eindelijk gewapend en zullen in het voorjaar naar de militaire gren zen trekken, als de campagne weer zal beginnen, heftiger dan ooit te vo ren. Alleen een dwaas kan aan vrede denken. De Duitsche opmarsch in den Balkan is een fijne politieke zet en is niet zonder militaire voordee- len. De Duitschcrs willen mannen, voedsel, koper en katoen zien te krijgen bij het trekken in oostelijke richting en zij hopen de aarzelende neutralen te intimideeren. opdat deze althans passief zullen blijven. Maar dat een groote Duitsche legermacht, sterker dan eenige weinige leger korpsen over den Bosporus zal trok ken, is zeer onwaarschijnlijk. De Duitsche generale staf wet zeer goed, dal op een oogenblik, dat voor raden en mannental afnemen en geen beslissing is verkregen op een der drie voornaamste oorlogstoonee- len, het een slechte strategie zou zijn. legers uit te zenden naar ver wijderde woestijnen en de hoofd legers in Frankrijk, Rusland en aan den Isonzo daardoor te minder in staat te stellen een voor Duifschland gunstige beslissing te verkrijgen. De „Morning Post" verneemt uit Petersburg, d.d. 24 Nov.: „De toe stand wordt met den dag slechter voor de Duitschers op hun noorder front van de Golf van Riga tot Duna- burg en het Driswiaty-meer. Dage lijks winnen de Russen hier of daar terrein op punten, welke van onmid dellijk tactisch belang, of in strate giscli opzicht voor later van gewicht zijn. Nu en dan doen de Duitschers een aanval, maar sinds hoort men niet meer van successen door hen be haald. Zelfs wanneer men rekening houdt met een onvoldoende regeling van den dienst achter het front en met het feit, dat het door de Duit schers bezette gebied geheel door de Russen op hun terugtocht verwoest is en dat de Duitschers elders de han den vol lrebben, zoo is dit nog geen voldoende verklaring voor liet feil, dat de toestand hier voor de Duit schers, die eens zoo geducht was, on gunstig wordt. On®c|Lwljtfeld willen de Duitschers stand houden en zoo mogelijk in deze streelt meer terrein winnen. Van hun succes in dat op zicht bungt in hoofdzaak af of zij Ln het voorjuar een voorspoedige actie kunnen inzetten. Hun positie schijnt echter zeer ernstig. De „Tlmes' -correspondent te Pe tersburg heeft b:j het verlaten van Dwinsk opgemerkt, dat het daar de laatste week veel levendiger Ls ge worden. De bewoners keeren terug voor zoover het hun veroorloofd wordt, en dc zaken worden geleide lijk hervat. Op Zee. DE JACHT OP DUIKBOOTEN. De „Secoio" verneemt ait Syra cuse De bemanning van het stoomschip „Onda", die te Malta is aangekomen, heeft medegedeeld, dat de Fransche torpedobooten, die jacht maken op de vijandelijke duikbooten. een Oos tenrijksche duikboot in de wateren van Tunis hebben buitgemaakt. On der ds officieren van deze duikboot bevond zich een zekere Matera uit Tunis, die 20 jaar lang kapitein is geweest van het stoomschip „Caroia" van de Adria-maatschappij, dat da gelijks den postdienst tusschen Syra cuse en Malta waarnam. Deze lijn1 werd door de Engelsdhe regeering flink gesubsidieerd. Uit Eng«land. DE WERVING. Asquitli heeft ln het Lagerhuis ge zegd, dat de werving volgens het sys teem van lord Derby nog tot 11 De cember open blijft. Uit Dultsohland. DE HEROPENING VAN DEN RIJKSDAG. Donderdag werden in het departe ment van binnenlandsche zaken de besprekingen der leiders van de ver schillende fracties in zake de aan staande zitting van den Rijksdag aangevangen. Heden worden die be sprekingen voortgezet, Maandag a.s. zullen de partij leiders een onderhoud met den Rijks kanselier hebben. De Rijksdag zal in deze zitting het wetsvoorstel op de voorbereiding der oorlogswinstenbelasting. volgens het welk de handelsmaaischappijen ver plicht worden, 50 pCt. van haar oor logswinst in reserve te houden, be handelen. De Rijkskanselier zal in een lange redevoering den algeineenen toestand en de binnen- en buitenlandsclie po litiek bespreken. Allerlei. EEN AVONTUURLIJKE ONTVLUCHTING. Reuter seint uit Londen Er is hier een verhaal gepubliceerd van de pogingen, door een gevangen Duitsch officier in het werk gesteld, om weer naar Duitschland terug te komen. Hij maakte daarvoor een reis rondom dc wereld en werd weer ge vangen genomen op de Noordzee, haast in het gezicht van zijn vader land. Deze officier, Eugen W'ahlen gehee- ten, diende bij e »n Pruisisch regi ment en werd in het begin van den oorlog door de Russen bij Tannen- lierg gevangen genomen. Twee malen deed hij in twee ver schillende kampen pogingen om te ontsnappen, eerst den derden keer gelukte het hem weg te komen. Hij kocht daarop van iemand, dien hij ontmoette, een spoorwegbiljet voor de reis door Siberië naar Moekden. Van daar bereikte hij Peking, waar hii verscheidene maanden bleef. Ver volgens ging hij naar Yokohama, toen naar San Francisco cn trok van daur naar New-York. Hier werd hij door eenige Duitsch-Amerikanen in een matrozenpak gestoken en nam hij dienst als matroos op een Noorseh zeilschip, dat naar Europa vertrok. Toen het echip in de Noordzee aan kwam, werd het door een Engelsch oorlogsschip aangehouden. Wahlen werd ontdekt en het schip kreeg be vel. zich naar een Engelsche haven te begeven. Wahlen is een rijk. Duitsch aristo craat. C4. dsnieuws Concertvsreeniglng Haar e n'» Muziekkorps. De Concertvereeniging „Haarlem's Muziekkorps" heeft Donderdagavond een buitengewone algemeen© leden vergadering gehouden. Ongeveer veertig leden waren aanwezig, FEUILLETON van HECTOR MALOT. 26) Gij wilt, dat wij onze voorstel lingen zullen voortzetten dat is ze ker een goede raad, dien gij geeft maar zullen wij daarmede iets ver dienen? Daarop komt alles aan. Als wij niet slagen, bestaat ons ge- heele fortuin uit drie stuivers. Wij moeten dan onze magen maar slui ten. Daar de zakon zoo staan, hoop ik, dat gij zult inzien, m welke droe vige omstandigheden wij verkeeren in dat gij al uw krachten zult inspan, nen om dc gunst van het publiek te winnen. Ik vraag slechts gehoor zaamheid. matigheid cn moed. Laten wij elkander bijstaan en rekent gij op mij, evenals ik op u reken. Ik durf niet beweren, -dat mijn makkers den echoonen vorm van mijn redevoering vatten, maar zeker is 't, dat zij den algemeericn zin ervan begrepen. Zij wisten, dat door de af- wezigheid van mijn meester er iel? van het grootste gewicht cebeurd was cn zij verwachtten van mij een ver klaring. Indien zij niet alles begre pen, wat ik zeide, zij waren ten min ste voldaan' over dc wijze, waarop ik handelde, en zij toonden mij huune tevredenheid door zeer oplettend tc zijn. Wanneer ik van hun oplettendheid spreek, bedoel ik hiermede dc honden, want wat Joli-Coeur aangaat, dezo kon onmogelijk zijn geest lang met hetzelfde onderwerp bezig hou den. Naar het eerste gedeelte van mijn rede had hij met de grootste be langstelling geluisterdmaar tclnn ik twinig woorden gesproken had, was hij in den boom geklauterd, on der welks schaduw wij rustten en hij vond het nu veel aangenamer om heen en weer te schommelen en van den eenen taak op den anderen te springen. Als Capi mij een dergelijke belecdiging had aangedaan, zou hij mij gekrenkt hebben, maar van Joh- Coeur verwonderde mij nooit iets hij was onbezonnen en gedachteloosen wel beschouwd was het ook zeer na tuurlijk, dat hij eenige afleiding zocht. Ik moet eerlijk bekennen, dat ik gaarne hetzelfde zou hebben gedaan en dat ik met het grootste genot mij zou hebben heen en weder geschom meld, maar de gewichtige rol, dio ik thans speelde, veroorloofde mij der gelijk genoegen niet. Toen wij eenige oogenblikken had den uitgerust, gaf ik het sein tot ver trekken wij moesten ons nachtver blijf opzoeken en 111 elk geval zorgen voor het ontbijt van den anderen morgen, nadat wij, zooals wel waar schijnlijk wufi, ons hadden beholpen met den blauwen hemel tot dak. Na eene wandeling van ongeveer eon uur kwamen wij aan een dorp. dat me geschikt toescheen voor de verwezenlijking van mijn plan. Van verre zag het er nogal erg arm uit en wij hadden dus niet veel kans 0111 er goede zaken te doen maar dit ontnam mij den moed niet. Of ik veel of weinig ontving, was voor mij niet de hoofdzaak maar hoe kleiner het dorp was, zooveel te minder ge vaar liepen wij 0111 er agenten van politie te ontmoeten. Ik kleedde dus mijn personeel aan en zoo ordelijk mogelijk trokken wij het dorp binnen. Jammer maar, dat wij Vitalis niet hadden om op de fluit te spelen en door zijn voorko men. evenals een tamboer-majoor, de aandacht te trekken. Ik had het geluk niet om zoo lang te zijn als hij en ik miste ook zijn lryaien kopmijn ge stalte was eer klein dan middelma tig bovendien was ik vrij mager en op mijn gelaat stond meer angüt dan zelfvertrouwen tc lezen. Onder het voortgaan wierp ik ter sluiks rechts en links een blik, 0111 te zten welken indruk wij maakten. Maar die was niet bijzonder groot men keek eens even op en terstond weder voor zich en niemand volgde ons. In het midden van het dorp was een plein inct eene fontein, die docr piataanboomen omringd was. iLier zette ik mijn harp neder en begon een wals te spelen. De muziek was vroo- lijk mijn vingers vlug ,al was mijn hart ook nog zoo treurig gestemd. Ik deed Zerbino en Iiolce dansen zij gehoorzaamden dadelijk on be gonnen op dc maat rond te springen. Maar niemand gaf zich do moeite om naar ons te komen kijken en toch zag ik voor verscheidene huizen vrou wen, die breiden en met elkander praatten. Ik speelde maar altijd voort en Zerbino en Dolce bleven dansen. Mis schien zou er eindelijk wel iemand naar 011e komen kijken, en als er een was, zou wel een tweede volgen en dan tien en daarna twintig. Maar of ik al speelde en Zerbino en Dolce al dansten, de menschen bleven waar zij waren en keken zelfs niet naar de plek waar wij stonden. Het was om wanhopend te worden. Toch gaf ik den moed niet op; ik speelde nog lastiger voort, zoodat de snaren hij na sprongen. Eindelijk kwam er een kind uit een der huizen. Het was zoo klein, dat men haast zeggen zou, dat het voor T oen t liep. Langzaam naderde het ons. Zeker zou nu zijn moeder ook wel komen en na de moeder een buurvrouw-, wij zouden publiek krij gen en dan ook zeker wel wat ont vangen. Ik speelde nu wat minder hard. om het kind niet bang tc maken en het spoediger bij ons te doen komen Met de annpjes uitgestrekt en waggelend op zijn beentjes naderde het lang zaam. Het kwam al dichter en dich ter bij nog enkele schreden en het was bij ons- Zijn moeder keek op, verwonderd zeker en ongerust misschien dat het niet bij haar was. Daar zag zij haar kind Maar in plaats van het na te ioopen, zooals ik gehoopt had. riep zij het terug cn het gehoorzame kind keerde dadelijk om. Misschien hielden die menschen niet van dansen. Dat wa$ ook moge lijk. Ik beval Zerbino en Dolce te gaan liggen cn begon mijn chausonelta te zingen. Nooit deed ik zóó mijn best er op. Ik hief het tweede couplet aan. toen ik een man met een jas en een vuilen hoed naar mij toe zag komen. Eindelijk 1 Ik zong nog lustigor. Zeg eensl riep hij, wat doe-jij hier, kwajongen! Ik hield eensklaps op, onthutst door die vraag cn bleef hem met open mond aanstaren, terwijl hii noir „Voorstel van 't Bestuur" luidde do agenda; wat dat voorstel behelsde, bleef een geheim, totdat d»> voorzitter Dr. H L. v a 11 Linden van den lieu veil de vergadering geopend en de secretaris do notulen voorgelezen had. Toen deelde de voorzitter het vol gende mede In December 1914 maakte de ver«- eenieing als alle veroehigingen zwa re tijden door. Leden en donateur» bedankten en met hen verdween een belangrijk doel van de inkomsten. 't Voorstel is toen gekomen, om do vereeniging te ontbinden. Door de medewerking der orkestleden, dio voorloopig met 75% van hun salaris genoegen namen en met opofferingen van andere belanghebbenden, bleef dn veneeniging echter bestaan. De ex ploitatie der Vereeniging viel mede en de orkestleden, die er in hadden toegestemd dot zij slechts 75% van hun salaris zouden ontvangen, heb ben successievelijk tot nu toe 93% kunnen ontvangen Spr. noemde dit een mooi resultaat en men was dan ook van plan, de exploitatie voort te zotten. Den or- kesileden werd dit plan medegedeeld, en het vertrouwen werd uitgesproken dat zij voorloopig met 85% van hun salaris genoegen zouden nemen, met kde toezegging, dat er uitzicht was op latere aanzuivering. Echter kwam tot bevreemding van het. bestuur een schrijven van 11 le den in, die besloten hadden niet U bewilligen in reductio van hun sala ris. Zij verklaarden, dat hunne om standigheden niet toelieten, dat zij op hefc bestuursvoorstel ingingen. Rijpelijk is dit schrijven bij het be stuur overwogen en daarna is een conferentie gehouden mc-t het geheele orkest, speciaal m« de 11 bewuste lo den. Hierbij werd o.m. aangedrongen op meer subsidie van de zijde van de stad. 't Bestuur kon aan dit verzoek niet voldoen, 't Zou niet politiek ge» weest zijn, aan deze subsidie te gaan tomen, die pas een jaar geleden is toegestaan en een belangrijk bedrag beloopt, Eenige dagen later kwam een schrijven in, waarin de 10 ondert/e- kenaars (1 had zich teruggetrokken) mededeelden, dat zij geen enkele re ductie op hun salaris konden toe staan. 't Bestuur staat nu voor deze moei lijkheid: Moeten deze 10 orkestleden ontslagen worden of moet de vereens- ging worden ontbonden? Ten einde deze vraag :e bespreken, waren dc leden bijeengeroepen, die na de inleiding van den voorzitter door den penningmeester, den heer J. S c h r 0 11 d e r s, omtrent den toe stand der financiën werden ingelicht. De heer Schreit eters deelde mede, dat in November van 't vorig jaar 't verlies aan leden een contributie- bedrag van f 769 vertegenwoordigde. Aan contributies van nieuwe leden wen! f 468 gehoekt. De heer H. C. v. d. V' a n g e t vroeg naar de vermoedelijke resul taten over 1916. De heer S_c hreuders deelde mede, dat de 7 pCt. der salarissen, die nog niet is uitgekeerd, ongeveer f 190ü beloopt. Voorts, da; de begrooting voor 1916 een nadeelig saldo van f 2700 oplö- vert, d-i. ongeveer 10% van de saia rissen. Men heeft een slag om den arm gehouden en 15 pCt. reductie verzocht. Vooralsnog is het zeer on zeker of zooveel zal worden ontvan gen, dat deze 10% nog kan worden uitgekeerd. Do heer Sc hreuders zal met een vermoedelijk verlies van f 2700 dan ook nier kunnen lo.;«eggtn, dat de saiarissen onverkort kunnen wei den uitgekeerd. Wanneer tot het vol ledig u---,keeren der salarissen werd besloten zou spr. zich niet langer beschikbaar kunnen stellen als pen ningmeester. De heer H, Savry bepleitte do wen seiielijkheid van een hootdelijken cm. slag over de leden, De Voorzitter zog hier wei nig heil in. Dr. H. D. Kruseraan ging met hem acooord. Hoofdelijk© Omslag is een der meest gehate uitgaven. Spr. verwachtte zeer veel hedankjes wan neer tot een hoofdei ij ken omsiag zou worden overgegaan. Do lieer Schreuders vestigde er d© aandacht op, dat oen hoofde lijk© omslag een belangrijke ver hooging zou bettekenen voor de le den. Wanneer bijvoorbeeld alleen de 361 loden worden aangeslagen, dia f 12.50 betalen, dan komt op dï: be drug goed f 7 II. O. Dat gaat bijna niet aan. De heer Savry antwoordde, dat waar 't voor de vereeniging hier een guaostie van to be or not to be bo tieft, hij alleen heeft bedoeld een voor stel te doen, om uit dezo moeilijk# positie te komen. Ook de heer M. S c heer voeld» dichterbij kwam. Komaan, krijg ik haast ant woord Ik zing, mijnbeer Heb-je een permissie om in onze gemeente te zingen? Neen. mijnheer. Maak dan dat je wegkomt, als je niet wil. dat ik proces-verbaal te gen je opmaak. Maar, mijnheer Noem mij geen mijnheer, maar veldwachter, en ruk uit, luie bede- laur. Een veldwachter l Ik wist door het- geen mijn meester overkomen was, wat men te wachten heeft als men zich t«g«en politieagenten en veld wachters vereet. Dus hol ik het mij geen tweemaal zeggen Ik ging heen zooals mij gelast was, langs denzelf den weg dien ik was gekomen. Bedelaar! Neen. dat woord was niet verdiend. Ik had niet gebedeld; ik had gezongen; ik had gedanst; dat was mijn manier van werken, en welk kwaad had ik daarmede ge- daan Binnen vijf minuten was ik buiten het zoo weinig gastvrije, maar zoo goed bewaakte dorp. (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1915 | | pagina 5