De Europeosche Oorlog.
Alleen op de Wereld
TWEEDE BLAD.
HAARLEM'S DAGBLAD
VRIJDAG 26 NOVEMBER 1915
Ds buit Tan de Daitsebers en Oostenrijkers ln Mitrowltza en Pristina.
De hooding ran de entente tegenover Griekenland.
Militaire beschonwingen.
Officieel nieuws.
Aan de stafberichten ontleen en we:
WESTELIJK OORLOGSVELD.
Van den Duitschen etaf
Niels bijzonders voorgevallen.
Van den Franse hen staf:
ln Artois en Lotharingen "kwamen
Woensdagnacht op enkele plaateen
gevechten" met handgranaten voor.
Hier en daar artillerie-duels.
OOSTELIJK OORLOGSVELD.
Van den Duiteehen etaf
Legergroep-Von Hindenburg Ber-
semünde is in Duitsche handen. 9 Of
ficieren en 750 man gevangen geno
men, drie mitrailleurs buit gemaakt.
Van don O o s t e n r ij k s c li e n
staf:
„Er gebeurde niets van belang5
ZUIDELIJK OORLOGSVELD.
Van den Ooslenrijksciien
etaf:
De verbitterde gevechten m de
streek tusschen de monding van de
Wippoch en San Morlino duurden
dag en nacht voort
Ten noorden van den Mont© San
Miuhele deden de Italianen herhaal
delijk aanvallen met sterke troepen
machten. Het gelukte hun verscheiden
malen in de Oostenrijksche loopgra
ven binnen te dringen, maar zij wer
den er in een nachtelijk geveolit, dat
uren lang voortduurde, weder uitge-
Monte San Michete f/i èf mislukte,
evenals alle vorige. Bij San Morlino
werd met afwisselend geluk gestre
den tot het eindelijk den Italianen
gelukte de stelling geheel en al te
hernemen en t© behouden.
Het broeigehoofd van Gore, het zui
delijk gedeelte der stad en de plaats
jes Savogna en Rupa werden hevig
gebombardeerd.
Een aantal Italiaansche bataillons
deden een aanval bij Oslavija, wer
den echter teruggeslagen, twee com
pagnieën werden totaal vernietigd.
Twee Oostenrijksche vliegers wier
pen bommen op 'tolmezzo.
De strijd In Servië.
STAFBERICHTEN.
Van den Duitschen etaf
Bij Mitrovilza zijn door de troepen
van het leger van generaal Von Kö-
vess ongeveer 10-000 Serviërs gevan
gen genomen. Negentien kanonnen
werden buit gemaakt, ln de gevech
ten van Pristina en aan de Sitnica
vielen 7400 gevangenen en 6 kanon
nen in Duitsche handen. De buit aan
oorlogsbehoeften en voorraden ia
aanzienlijk.
Van den Oostenrijkschen
etaf:
De Montonegrijjien zijn ook ten
oosten van de Toca teruggeslagen.
Ten zuidwesten van Sjenica over
schreden de Oostenrijkers de Montie-
negrijnsche grens.
In Mitrowltza zijn ook 130 wagens,
7 locomotieven en veel ander oorlogs
materiaal buitgemaakt.
Een Oostenrijksch Hongaaxsclie co
lonne, die van Mitrowitza verder op
rukte, veroverde de streek van Wu-
schitizu. 'Dein ztuidan daarvan staan
Duitsche en Bulgaarsche troepen ge
reed over do Sisniza to trekken.
Van den Bulgaarse hen staf:
Sedert tien dagen wurctu verbitter
de gevechten om Pristina aan den
Êang. Nadat 't Bulgaarsche legor
nisdag do Serviërs geheel en al in
liet noorden, oosten en zuiden omsin
geld had, deden de Serviërs nog de
uiterste pogingen om Pristina te ver
dedigen. Zij konden den druk echter
niet weerstaan en werden uit hun
laatste stellingen geworpen, waarop
zij genoodzaakt waren terug tie trek-
k'ui naar het westen.
Te half drie 's namiddags rukte
eerst een cavalerie regiment de stad
binnen, waarop do Bulgaarsche troe
pen van het noorden-front en afdeel in_
geil van de naburige Duitsche colonne
volgden.
De Servische legatie te Parijs
deelt mede, dat de toestand van het
Servische leger verbeterd is. Hel. Bul
gaarsche leger leed een écliec ten
noordoosten en zuidoosten van Prizri
end.
Het bericht, dat do Serviërs Mo-
nastir zouden hebben ontruimd is on
juist De lu-oepen, die die stad ver
dedigen, zijn tot dusverre niet van
stelling veranderd.
DE MILITAIRE TOESTAND.
De militaire deskundige van hel
Alg. Handelsblad schrijft
Dé strijd woedt thar.s op het Am-
selveld, Kossowo Polje, het gebied
waarin de rivieren do Drin, de War-
da r en de Morawa ontspringen, een
uitgestrekte, vruohtbare, maar wei
nig bebouwde vlakte, door ontoegan
kelijke bergen, den Sar Planina, den
Cicavica Planina, de Albanische Al
pen en in het noordoosten van Ko-
paonik Planina omgeven. Als belang
rijkste toegang tot deze vlakte geldt
de Katsjanik-pas, die in handen der
Bulgaren is, en de rivierdalen van
do Lab en de Sitnica, die door de
Duitsche en Oostenrijksche legers
zijn bezet.
Van de groote plaatsen, die in deze
vlakte gelegen zijn. liggen Djakowa
en Ipelc in Montenegro, is Pristina
door de Duitsche troepen bezet en is
slechts Prizrend nog in Servische
handen. De toegangen uitliet Zuiden,
bij Tetovo en Kalsjanik, zijn door de
Bulgaren afgesloten, die naar het
oosten en noorden door de Duit-
schers en Oostenrijkers, zoodat nog
slechts do wegen tot Montenegro,
over Djakova en die naar Albanië
over Prizrend open staan voor de Ser
vische legers, welke reeds over de
Sitnica werden teruggeslagen.
Reeds is de Servische regeering.
volgens het laatste bericht uit Lon
den, naar Skoetaii. in Albanië, ge
gaan. Heel wat plaatsen werden in
de laatste dagen genoemd, waarheen
de Servische regeering zou zijn ge
vlucht. Waarschijnlijkheid bestaat er
zeker meer voor do Londensche me-
dedeeling, wijl de weg naar Monte
negro nog voor de Serviërs open
staat, terwijl liet niet waarschijnlijk
is dat uit Prizrend Monaetir, in het
zuiden van Macedonië, kan worden
bereikt, wijl de toegangen tot liet
zuiden zijn afgesloten door de bezet
ting van de begaanbare wegen over
Tetovo, Katejanik. Ueskjueb en de
Baboena-passen.
Daardoor is ook voor het Servische
leger de gelegenheid om naar het
zuiden uit te wijken gering, en de
kans, dat het van daar 'hulp ontvangt
van Fransche of Engelsche troepen,
niet groot.
Het Servische legertje, dat niet
sterk meer kan zijn, al kan niemand
zeggen, hoeveel man 't nog telt en al
zijn de opgaven daarover weinig ver
trouwbaar, is zeker niet in staat zich
in de vlakte van Kossovo langen, tijd
te verzetten tegen de van alle zijden
aanrukkende vijanden.
VAN DUITSCHE ZIJDE.
't Duitsche bureau Norden seint:
De correspondent van de Pesti Hir-
lap" bij het leger van von Mackensou
seint:
,,Om een capitulatie of een omsin
geling van het Servische leger, die
feitelijk een einde zou maken aan
den oorlog in Sorvië, te vermijden,
hebben de Serviërs hun beste troepen
tot nieuwe formalities samengetrok*
ken en dezen nieuwe aanvoerders ge
geven. Uit deze formaties werden de
troepen der derde linie uitgeschoten,
en de stomtroepeui' mot aefdeve officio
ren naar het zuiden gezonden. Aan
de infanterie der derde linie werd
opdracht gegeven, om dein terugtocht
te dekken, doch er is reeds een vrij
groote verwarring in hun gelederen
ontstaan, die op een paniek lijkt".
Do Servische kolonel PopowitsJ
verklaarde aan den correspondent
van de „Corriere della Sera" dat het
Servische leger geen weerstandsver
mogen meer bezit. Het leg ei- heeft
meermalen gebrek aan brood. De
ossen en proviandeeringscolonnes
moesten ondei weg van hoivjer omko
men. Het Servische leger is volkomen
uitgeput.
De „Lokal Anz." ontleent aan een
bericht uit Momaskir, d.d. 21 Nov
dat deze stad onder voortdurenden
angst leeft ln afwachting van den in
tocht der Bulgaren. Om tot nog toe
onbekende redenen marcheeren dó
Bulgaren niet op. Zij staan ongeveer
20 kilometer van Monastir verwijl
derd.
Sedert twee dagen wordt er aan de
Zorna-rivier, in dc richting van Var
dal-, tusschen Bulgaren en Fran-
achen zeer hevig gestreden.
VAN BULGAARSCHE ZIJDE.
Naar het „Weeneche Volksblatt",
d.d. 23 dezer uit Athene verneemt,
waren er toen reeds 70.000 Servische
krijgsgevangenen in Bulgarije ge
bracht.
Griekenland en de
entente
EEN BULGAARSCH GEZANT AAN
'T WOORD.
De Bulgaarsche gezant in Zwitser
land, de heer Tocheff, is geïnter
viewd. 't Duitsche persbureau Nor
den meldt daarover
Wat Griekenland betreft, heeft To
cheff de vaste overtuiging, dat het
zich niet door de geallieerden op
sleeptouw zal laten nemen. Enge-
lands schepen kunnen het geen
schrik aanjagen. Want Griekenland
weet zeer goed, dat de verbonden mo
gendheden er nooit toe zullen over
gaan zich een nieuwen vijand op den
hals te halen, die, als Griekenland,
over goed-geoefendö en sterk© armeni
beschikt. Daarbij komt nog, dat
spoedig een half millioen Turken,
dank zij den nieuw-geopenden weg
naar het Ooeten, volledig uitgerust
zullen zijn, en een formidable strijd
macht zullen vormen.
Reuter seint uit Londen
Naar wij vernemen, hebben de ge
zanten van de Entente-mogendheden
te Athene niet den eisch gesteld, dat
Griekenland zou demobiliseeren
maar voorgesteld, dat er geen Griek-
sche troepen zouden aanwezig zijn in
de zóne, waai- de geallieerde optre
den.
i Over het geheel is het streven ge
weest, de belangen der geallieerden
te verzekeren zonder den toestand
ingewikkelder te maken.
Uit Londen seint Reuter
In antwoord op een vraag omtrent
geldelijke voorschotten, die aan Grie
kenland verstrekt of .beloofd zouden
zijn, antwoordde minister Grey in het
Lagerhuis ,,lk moet erkennen, dat
dit een zeer natuurlijke vraag is ik
acht het echter niet wenschelijk, op
dit oogenblik mededeelingen te doen
betreffende fjnancieele transacties
tusschen Groot-Brittannië en de ge
allieerden en neutrale mogendheden".
Grey voegde daaraan nog toe, dat
hii thans geen mededeelingen kon
doen over den toestand wat Grieken
land en de geallieerden betrof.
EEN GR1EKSCH CONSUL AAN HET
WOORD.
Reuter seint uit Londen
In een onderhoud verklaarde
Siavridi, de Grieksehe consul-gene
raal te Londen, die teruggekeerd is
van een kort bezoek te Athene,
de gevoelens van de eroote massa
van het Grieksehe volk jegens de
Entente zoo vriendschappelijk zijn
als slechts mogelijk is. De verschrik
kingen van de laatste twee Balkan
oorlogen echter liggen nog vcrsch in
het geheugen, zoodat het naar geen
nieuwen oorlog verlangt. Bovendien
is er een zeer actieve Duitsche pro
paganda gevoerd, zoodat het volk
diep doordrongen is van de groote
mocht van Duilschland. Deze propa
ganda staat in schril contrast met de
bescheidenheid en terughoudendheid
var. de geallieerden.
Wat de beweerde blokkade betreft,
verklaarde Stavridi „Verscheidene
leden van het kabinet deelden mij
mede. dat Griekenland verplicht is.
zich bij de geallieerden aan te slui
ten, zoodra een voldoend aantal troe
pen der geallieerden ter plaatse be
schikbaar zal zijn.
Wat een botsing met de troepen
der geallieerden aangaat, gaven le
den van de regeering mij de meest
besliste verzekering, dat het ondenk
baar was, dat Griekenland ooit, on
der welke omstandigheden ooit, tot
cenige actie tegen de mogendheden
zoude overgaan."
Verder zei de Stavridi
„Men dwaalt wanneer men denkt,
dat de Koning onvriendschappelijk
gezind is jegens Engeland. II >i was
eer op gesteld, dat Kitchener hem
zou komen bezoeken. Toen hij hoor
de, dat Kitchener te Moedros was,
zeide hij ,,lk ben geen groot diplo
maat, ik ben soldaat. En liet zal aan
de zaak ten goede komen, wanneer
il< ze met een ander soldaat be
spreek". Dat is de reden, waarom
Kitchener den Koning een heaoek
bracht."
KOPERMIJNEN VERNIELD.
Aon den „Poster Lloyd" wordt uit
Onsowa bericht, dat de terugtrekken
de Serviërs de bekende kopermijnen
van Vor, in het district Zajecar m
Noord-Servié, die aan een Fransche
maatschappij toebchooren, en een
waarde van vele millioencn hebben,
bijna totaal vernield hebben.
Militaire besohouwingen.
EEN MILITAIRE BESCHOUWING
VAN ENGELSCHE ZIJDE.
De militaire medewerker van de
„Times" zegt in een overzicht van
den toestand:
De grondslagen van de kracht der
geallieerden zijn stevig en als onze
actie in de toekomst geleid wordt
door juiste strategische beginselen,
kan er slechte één einde zijn aan den
oorlog.
Het mislukken Aan Duitschl anti's
poging, om Rusland te verpletteren
in het groote offensief, dat in Mei
begon, zal waarschijnlijk een even
grcot keerpunt in de geschiedenis
van deze campagne zijn als Napo
leon's echec in 1812. Dank zij den
heldhaftigen tegenstand van de Rus
sische troepen niettegenstaande den
voortdurenden tegenslag, dank zij
echter ook verschillende ernstige fou
ten, door den Duitschen generalen
staf 'begaan, zijn de (Russische legers
niet overweldigd en zijn de Duit-
schers evenmin vitale deelen van
Rusland kunnen .binnendringen.
Daar de RussLsche legere met over
weldigd zijn, zullen zij doorvechten
en daar het land niet veroverd is, zal
het nieuwe legers voortbrengen.
Heel Rusland is dag en nacht in de
weer om wapens en munitie voort te
brengen.
Al de helden, die in milüoenen
hebben moeten wachten met deelne
ming aan den strijd, cundat do noo-
dige oorlogsbehoeften ontbraken, zijn
nu eindelijk gewapend en zullen in
het voorjaar naar de militaire gren
zen trekken, als de campagne weer
zal beginnen, heftiger dan ooit te vo
ren. Alleen een dwaas kan aan vrede
denken. De Duitsche opmarsch in
den Balkan is een fijne politieke zet
en is niet zonder militaire voordee-
len. De Duitschcrs willen mannen,
voedsel, koper en katoen zien te
krijgen bij het trekken in oostelijke
richting en zij hopen de aarzelende
neutralen te intimideeren. opdat deze
althans passief zullen blijven. Maar
dat een groote Duitsche legermacht,
sterker dan eenige weinige leger
korpsen over den Bosporus zal trok
ken, is zeer onwaarschijnlijk. De
Duitsche generale staf wet zeer
goed, dal op een oogenblik, dat voor
raden en mannental afnemen en
geen beslissing is verkregen op een
der drie voornaamste oorlogstoonee-
len, het een slechte strategie zou
zijn. legers uit te zenden naar ver
wijderde woestijnen en de hoofd
legers in Frankrijk, Rusland en aan
den Isonzo daardoor te minder in
staat te stellen een voor Duifschland
gunstige beslissing te verkrijgen.
De „Morning Post" verneemt uit
Petersburg, d.d. 24 Nov.: „De toe
stand wordt met den dag slechter
voor de Duitschers op hun noorder
front van de Golf van Riga tot Duna-
burg en het Driswiaty-meer. Dage
lijks winnen de Russen hier of daar
terrein op punten, welke van onmid
dellijk tactisch belang, of in strate
giscli opzicht voor later van gewicht
zijn. Nu en dan doen de Duitschers
een aanval, maar sinds hoort men
niet meer van successen door hen be
haald. Zelfs wanneer men rekening
houdt met een onvoldoende regeling
van den dienst achter het front en
met het feit, dat het door de Duit
schers bezette gebied geheel door de
Russen op hun terugtocht verwoest
is en dat de Duitschers elders de han
den vol lrebben, zoo is dit nog geen
voldoende verklaring voor liet feil,
dat de toestand hier voor de Duit
schers, die eens zoo geducht was, on
gunstig wordt. On®c|Lwljtfeld willen
de Duitschers stand houden en zoo
mogelijk in deze streelt meer terrein
winnen. Van hun succes in dat op
zicht bungt in hoofdzaak af of zij Ln
het voorjuar een voorspoedige actie
kunnen inzetten. Hun positie schijnt
echter zeer ernstig.
De „Tlmes' -correspondent te Pe
tersburg heeft b:j het verlaten van
Dwinsk opgemerkt, dat het daar de
laatste week veel levendiger Ls ge
worden. De bewoners keeren terug
voor zoover het hun veroorloofd
wordt, en dc zaken worden geleide
lijk hervat.
Op Zee.
DE JACHT OP DUIKBOOTEN.
De „Secoio" verneemt ait Syra
cuse
De bemanning van het stoomschip
„Onda", die te Malta is aangekomen,
heeft medegedeeld, dat de Fransche
torpedobooten, die jacht maken op
de vijandelijke duikbooten. een Oos
tenrijksche duikboot in de wateren
van Tunis hebben buitgemaakt. On
der ds officieren van deze duikboot
bevond zich een zekere Matera uit
Tunis, die 20 jaar lang kapitein is
geweest van het stoomschip „Caroia"
van de Adria-maatschappij, dat da
gelijks den postdienst tusschen Syra
cuse en Malta waarnam. Deze lijn1
werd door de Engelsdhe regeering
flink gesubsidieerd.
Uit Eng«land.
DE WERVING.
Asquitli heeft ln het Lagerhuis ge
zegd, dat de werving volgens het sys
teem van lord Derby nog tot 11 De
cember open blijft.
Uit Dultsohland.
DE HEROPENING VAN DEN
RIJKSDAG.
Donderdag werden in het departe
ment van binnenlandsche zaken de
besprekingen der leiders van de ver
schillende fracties in zake de aan
staande zitting van den Rijksdag
aangevangen. Heden worden die be
sprekingen voortgezet,
Maandag a.s. zullen de partij
leiders een onderhoud met den Rijks
kanselier hebben.
De Rijksdag zal in deze zitting het
wetsvoorstel op de voorbereiding der
oorlogswinstenbelasting. volgens het
welk de handelsmaaischappijen ver
plicht worden, 50 pCt. van haar oor
logswinst in reserve te houden, be
handelen.
De Rijkskanselier zal in een lange
redevoering den algeineenen toestand
en de binnen- en buitenlandsclie po
litiek bespreken.
Allerlei.
EEN AVONTUURLIJKE
ONTVLUCHTING.
Reuter seint uit Londen
Er is hier een verhaal gepubliceerd
van de pogingen, door een gevangen
Duitsch officier in het werk gesteld,
om weer naar Duitschland terug te
komen. Hij maakte daarvoor een reis
rondom dc wereld en werd weer ge
vangen genomen op de Noordzee,
haast in het gezicht van zijn vader
land.
Deze officier, Eugen W'ahlen gehee-
ten, diende bij e »n Pruisisch regi
ment en werd in het begin van den
oorlog door de Russen bij Tannen-
lierg gevangen genomen.
Twee malen deed hij in twee ver
schillende kampen pogingen om te
ontsnappen, eerst den derden keer
gelukte het hem weg te komen. Hij
kocht daarop van iemand, dien hij
ontmoette, een spoorwegbiljet voor
de reis door Siberië naar Moekden.
Van daar bereikte hij Peking, waar
hii verscheidene maanden bleef. Ver
volgens ging hij naar Yokohama,
toen naar San Francisco cn trok van
daur naar New-York. Hier werd hij
door eenige Duitsch-Amerikanen in
een matrozenpak gestoken en nam
hij dienst als matroos op een Noorseh
zeilschip, dat naar Europa vertrok.
Toen het echip in de Noordzee aan
kwam, werd het door een Engelsch
oorlogsschip aangehouden. Wahlen
werd ontdekt en het schip kreeg be
vel. zich naar een Engelsche haven
te begeven.
Wahlen is een rijk. Duitsch aristo
craat.
C4.
dsnieuws
Concertvsreeniglng
Haar e n'» Muziekkorps.
De Concertvereeniging „Haarlem's
Muziekkorps" heeft Donderdagavond
een buitengewone algemeen© leden
vergadering gehouden. Ongeveer
veertig leden waren aanwezig,
FEUILLETON
van
HECTOR MALOT.
26)
Gij wilt, dat wij onze voorstel
lingen zullen voortzetten dat is ze
ker een goede raad, dien gij geeft
maar zullen wij daarmede iets ver
dienen? Daarop komt alles aan. Als
wij niet slagen, bestaat ons ge-
heele fortuin uit drie stuivers. Wij
moeten dan onze magen maar slui
ten. Daar de zakon zoo staan, hoop
ik, dat gij zult inzien, m welke droe
vige omstandigheden wij verkeeren
in dat gij al uw krachten zult inspan,
nen om dc gunst van het publiek te
winnen. Ik vraag slechts gehoor
zaamheid. matigheid cn moed. Laten
wij elkander bijstaan en rekent gij
op mij, evenals ik op u reken.
Ik durf niet beweren, -dat mijn
makkers den echoonen vorm van mijn
redevoering vatten, maar zeker is 't,
dat zij den algemeericn zin ervan
begrepen. Zij wisten, dat door de af-
wezigheid van mijn meester er iel?
van het grootste gewicht cebeurd was
cn zij verwachtten van mij een ver
klaring. Indien zij niet alles begre
pen, wat ik zeide, zij waren ten min
ste voldaan' over dc wijze, waarop ik
handelde, en zij toonden mij huune
tevredenheid door zeer oplettend tc
zijn.
Wanneer ik van hun oplettendheid
spreek, bedoel ik hiermede dc
honden, want wat Joli-Coeur aangaat,
dezo kon onmogelijk zijn geest lang
met hetzelfde onderwerp bezig hou
den. Naar het eerste gedeelte van
mijn rede had hij met de grootste be
langstelling geluisterdmaar tclnn
ik twinig woorden gesproken had,
was hij in den boom geklauterd, on
der welks schaduw wij rustten en hij
vond het nu veel aangenamer om
heen en weer te schommelen en van
den eenen taak op den anderen te
springen. Als Capi mij een dergelijke
belecdiging had aangedaan, zou hij
mij gekrenkt hebben, maar van Joh-
Coeur verwonderde mij nooit iets hij
was onbezonnen en gedachteloosen
wel beschouwd was het ook zeer na
tuurlijk, dat hij eenige afleiding
zocht.
Ik moet eerlijk bekennen, dat ik
gaarne hetzelfde zou hebben gedaan
en dat ik met het grootste genot mij
zou hebben heen en weder geschom
meld, maar de gewichtige rol, dio ik
thans speelde, veroorloofde mij der
gelijk genoegen niet.
Toen wij eenige oogenblikken had
den uitgerust, gaf ik het sein tot ver
trekken wij moesten ons nachtver
blijf opzoeken en 111 elk geval zorgen
voor het ontbijt van den anderen
morgen, nadat wij, zooals wel waar
schijnlijk wufi, ons hadden beholpen
met den blauwen hemel tot dak.
Na eene wandeling van ongeveer
eon uur kwamen wij aan een dorp.
dat me geschikt toescheen voor de
verwezenlijking van mijn plan.
Van verre zag het er nogal erg arm
uit en wij hadden dus niet veel kans
0111 er goede zaken te doen maar
dit ontnam mij den moed niet. Of ik
veel of weinig ontving, was voor mij
niet de hoofdzaak maar hoe kleiner
het dorp was, zooveel te minder ge
vaar liepen wij 0111 er agenten van
politie te ontmoeten.
Ik kleedde dus mijn personeel aan
en zoo ordelijk mogelijk trokken wij
het dorp binnen. Jammer maar, dat
wij Vitalis niet hadden om op de
fluit te spelen en door zijn voorko
men. evenals een tamboer-majoor, de
aandacht te trekken. Ik had het geluk
niet om zoo lang te zijn als hij en ik
miste ook zijn lryaien kopmijn ge
stalte was eer klein dan middelma
tig bovendien was ik vrij mager en
op mijn gelaat stond meer angüt dan
zelfvertrouwen tc lezen.
Onder het voortgaan wierp ik ter
sluiks rechts en links een blik, 0111 te
zten welken indruk wij maakten.
Maar die was niet bijzonder groot
men keek eens even op en terstond
weder voor zich en niemand volgde
ons.
In het midden van het dorp was
een plein inct eene fontein, die docr
piataanboomen omringd was. iLier
zette ik mijn harp neder en begon een
wals te spelen. De muziek was vroo-
lijk mijn vingers vlug ,al was mijn
hart ook nog zoo treurig gestemd.
Ik deed Zerbino en Iiolce dansen
zij gehoorzaamden dadelijk on be
gonnen op dc maat rond te springen.
Maar niemand gaf zich do moeite
om naar ons te komen kijken en toch
zag ik voor verscheidene huizen vrou
wen, die breiden en met elkander
praatten.
Ik speelde maar altijd voort en
Zerbino en Dolce bleven dansen. Mis
schien zou er eindelijk wel iemand
naar 011e komen kijken, en als er een
was, zou wel een tweede volgen en
dan tien en daarna twintig. Maar of
ik al speelde en Zerbino en Dolce al
dansten, de menschen bleven waar
zij waren en keken zelfs niet naar de
plek waar wij stonden.
Het was om wanhopend te worden.
Toch gaf ik den moed niet op; ik
speelde nog lastiger voort, zoodat de
snaren hij na sprongen.
Eindelijk kwam er een kind uit
een der huizen. Het was zoo klein,
dat men haast zeggen zou, dat het
voor T oen t liep. Langzaam naderde
het ons. Zeker zou nu zijn moeder
ook wel komen en na de moeder een
buurvrouw-, wij zouden publiek krij
gen en dan ook zeker wel wat ont
vangen.
Ik speelde nu wat minder hard. om
het kind niet bang tc maken en het
spoediger bij ons te doen komen Met
de annpjes uitgestrekt en waggelend
op zijn beentjes naderde het lang
zaam. Het kwam al dichter en dich
ter bij nog enkele schreden en het
was bij ons-
Zijn moeder keek op, verwonderd
zeker en ongerust misschien dat het
niet bij haar was.
Daar zag zij haar kind Maar in
plaats van het na te ioopen, zooals
ik gehoopt had. riep zij het terug cn
het gehoorzame kind keerde dadelijk
om.
Misschien hielden die menschen
niet van dansen. Dat wa$ ook moge
lijk.
Ik beval Zerbino en Dolce te gaan
liggen cn begon mijn chausonelta te
zingen. Nooit deed ik zóó mijn best
er op.
Ik hief het tweede couplet aan. toen
ik een man met een jas en een vuilen
hoed naar mij toe zag komen.
Eindelijk 1
Ik zong nog lustigor.
Zeg eensl riep hij, wat doe-jij
hier, kwajongen!
Ik hield eensklaps op, onthutst
door die vraag cn bleef hem met
open mond aanstaren, terwijl hii noir
„Voorstel van 't Bestuur" luidde
do agenda; wat dat voorstel behelsde,
bleef een geheim, totdat d»> voorzitter
Dr. H L. v a 11 Linden van
den lieu veil de vergadering
geopend en de secretaris do notulen
voorgelezen had.
Toen deelde de voorzitter het vol
gende mede
In December 1914 maakte de ver«-
eenieing als alle veroehigingen zwa
re tijden door. Leden en donateur»
bedankten en met hen verdween een
belangrijk doel van de inkomsten.
't Voorstel is toen gekomen, om do
vereeniging te ontbinden. Door de
medewerking der orkestleden, dio
voorloopig met 75% van hun salaris
genoegen namen en met opofferingen
van andere belanghebbenden, bleef dn
veneeniging echter bestaan. De ex
ploitatie der Vereeniging viel mede
en de orkestleden, die er in hadden
toegestemd dot zij slechts 75% van
hun salaris zouden ontvangen, heb
ben successievelijk tot nu toe 93%
kunnen ontvangen
Spr. noemde dit een mooi resultaat
en men was dan ook van plan, de
exploitatie voort te zotten. Den or-
kesileden werd dit plan medegedeeld,
en het vertrouwen werd uitgesproken
dat zij voorloopig met 85% van hun
salaris genoegen zouden nemen, met
kde toezegging, dat er uitzicht was op
latere aanzuivering.
Echter kwam tot bevreemding van
het. bestuur een schrijven van 11 le
den in, die besloten hadden niet U
bewilligen in reductio van hun sala
ris. Zij verklaarden, dat hunne om
standigheden niet toelieten, dat zij
op hefc bestuursvoorstel ingingen.
Rijpelijk is dit schrijven bij het be
stuur overwogen en daarna is een
conferentie gehouden mc-t het geheele
orkest, speciaal m« de 11 bewuste lo
den. Hierbij werd o.m. aangedrongen
op meer subsidie van de zijde van de
stad. 't Bestuur kon aan dit verzoek
niet voldoen, 't Zou niet politiek ge»
weest zijn, aan deze subsidie te gaan
tomen, die pas een jaar geleden is
toegestaan en een belangrijk bedrag
beloopt,
Eenige dagen later kwam een
schrijven in, waarin de 10 ondert/e-
kenaars (1 had zich teruggetrokken)
mededeelden, dat zij geen enkele re
ductie op hun salaris konden toe
staan.
't Bestuur staat nu voor deze moei
lijkheid: Moeten deze 10 orkestleden
ontslagen worden of moet de vereens-
ging worden ontbonden?
Ten einde deze vraag :e bespreken,
waren dc leden bijeengeroepen, die
na de inleiding van den voorzitter
door den penningmeester, den heer
J. S c h r 0 11 d e r s, omtrent den toe
stand der financiën werden ingelicht.
De heer Schreit eters deelde mede,
dat in November van 't vorig jaar 't
verlies aan leden een contributie-
bedrag van f 769 vertegenwoordigde.
Aan contributies van nieuwe leden
wen! f 468 gehoekt.
De heer H. C. v. d. V' a n g e t
vroeg naar de vermoedelijke resul
taten over 1916.
De heer S_c hreuders deelde
mede, dat de 7 pCt. der salarissen,
die nog niet is uitgekeerd, ongeveer
f 190ü beloopt.
Voorts, da; de begrooting voor 1916
een nadeelig saldo van f 2700 oplö-
vert, d-i. ongeveer 10% van de saia
rissen. Men heeft een slag om den
arm gehouden en 15 pCt. reductie
verzocht. Vooralsnog is het zeer on
zeker of zooveel zal worden ontvan
gen, dat deze 10% nog kan worden
uitgekeerd.
Do heer Sc hreuders zal met
een vermoedelijk verlies van f 2700
dan ook nier kunnen lo.;«eggtn, dat
de saiarissen onverkort kunnen wei
den uitgekeerd. Wanneer tot het vol
ledig u---,keeren der salarissen werd
besloten zou spr. zich niet langer
beschikbaar kunnen stellen als pen
ningmeester.
De heer H, Savry bepleitte do wen
seiielijkheid van een hootdelijken cm.
slag over de leden,
De Voorzitter zog hier wei
nig heil in.
Dr. H. D. Kruseraan ging met
hem acooord. Hoofdelijk© Omslag is
een der meest gehate uitgaven. Spr.
verwachtte zeer veel hedankjes wan
neer tot een hoofdei ij ken omsiag zou
worden overgegaan.
Do lieer Schreuders vestigde
er d© aandacht op, dat oen hoofde
lijk© omslag een belangrijke ver
hooging zou bettekenen voor de le
den. Wanneer bijvoorbeeld alleen de
361 loden worden aangeslagen, dia
f 12.50 betalen, dan komt op dï: be
drug goed f 7 II. O. Dat gaat bijna
niet aan.
De heer Savry antwoordde, dat
waar 't voor de vereeniging hier een
guaostie van to be or not to be bo
tieft, hij alleen heeft bedoeld een voor
stel te doen, om uit dezo moeilijk#
positie te komen.
Ook de heer M. S c heer voeld»
dichterbij kwam.
Komaan, krijg ik haast ant
woord
Ik zing, mijnbeer
Heb-je een permissie om in
onze gemeente te zingen?
Neen. mijnheer.
Maak dan dat je wegkomt, als
je niet wil. dat ik proces-verbaal te
gen je opmaak.
Maar, mijnheer
Noem mij geen mijnheer, maar
veldwachter, en ruk uit, luie bede-
laur.
Een veldwachter l Ik wist door het-
geen mijn meester overkomen was,
wat men te wachten heeft als men
zich t«g«en politieagenten en veld
wachters vereet. Dus hol ik het mij
geen tweemaal zeggen Ik ging heen
zooals mij gelast was, langs denzelf
den weg dien ik was gekomen.
Bedelaar! Neen. dat woord was
niet verdiend. Ik had niet gebedeld;
ik had gezongen; ik had gedanst;
dat was mijn manier van werken, en
welk kwaad had ik daarmede ge-
daan
Binnen vijf minuten was ik buiten
het zoo weinig gastvrije, maar zoo
goed bewaakte dorp.
(Wordt vervolgd.)