De „Palembang" gezonken „De Tnliantla". Pers-Overrieht VRAAG. 11 dagen geleden ia ef bi] ons een commensaal gekomen. Maandag 1.1. is hij gekeurd voor de militie en niet meer teruggekomen. Al zijn goed Is nog bij ons. Op hoe veel kostgeld heb ik pocht en wan neer hij niet betaald, heb ik dan recht z'n goed to houden? ANTWOORD. Dat hangt at op wolken termijn hij gehuurd heeft Gij hebt in geen geval recht goederen achter te houden. VRAAG. Wanneer wordt de Land- storm 1916 opgeroepen? ANTWOORD. Dit Is nog niet vastgesteld; vermoedelijk tegen den as. zomer. VRAAG. Ik behoor tot den Land storm lichting 1911. Nu ben ik 10 Maart goedgekeurd. Daar ik echter lichaamsgebreken heb, wil ik mij la ten herkeuren. Tot wien moet ik mij wenden en moet dit schriftelijk of persoonlijk? ANTWOORD. Eene herkeuring bestaat niet voor den Landstorm. Bij Indien stelling worden do dienstplich tigen op nieuw gekeurd. Wanneer gij lichaamsgebreken hebt, kunt gij u door twee daartoe bevoeg de geneeskundigen laten onderzoekon en ificr verklaring gelegaliseerd met een verzoek om ontslag uit den Landstormdionst. opaendien aan den Minister van Oorlog. VRAAG. Mijn zoon heeft 12 jaar gediend. Hij heeft al twee Jaar zijn gagement genoten. Ilij wil nu weer teekenen voor Indiö, voor drie Jaar. Krijgt hij daarvoor nog handgeld? ANTWOORD. Ja, indien nl. de leeftijdsgrens niet is overschreden of andere voorwaarden daarmede niet in strijd zijn. Wend u om verdere inlichtingen op het garnizoensbureel Groote Markt al hier. Den heer J. J. M., alhier. Hel onderzoek dor Regeering zal wel ant woord op uw vraag geven, zoodat ge "t wel te gelegener tijd lezen zult. Kerk en School ACADEMISCHE EXAMENS. Amsterdam. Tot arts bevorderd de hoeren A. C. van der 'l'oigt, geboren te Amsterdam Hugo Visser, geboren te Hilligersberg, eu F. E. A. Hoze- broek, geboren te Bergen-op-Zoom. Geslaagd voor het eerste gedeelte van het arts examen de hoeren J. Hout man en P ,G. die Vos. Amsterdam. (Vrije Universiteit). Geklaagd voor het candidaatsexaiuen rechtsgeleerdheid de heer G. Ruys, caud.-notaris. binnenland Volgens een Lleyds-bericht is het Nederlandsche stoomschip „Palem bang", op weg naar Java, in de Noordzee getorpedeerd. De bemanning is gered. De ..Palembang" Is een vrachtboot van den Rotterdamsohen Lloyd van 6674 ton. gebouwd in 1911. Met de ..Palembang" werden uit sluitend do poststukken vervoerd, waarop door de afzenders werd aan gegeven ..per as. Palerabang". Volgens een nader Lloyds-bericht uit Harwich, is de Palembang in ze ven minuten tijids gezonken. Negen man van de equipage zijn door de ontploffing gewond. Er heersohte aan boord volmaakte tucht Een telegram van Reuter bevat over de toedracht van het ongeluk de vol gen de bijzonderheden-. Lloyd's News verneemt uit Har wich, dat, toen de ontploffingen plants haddien. ide bemanning onmid dellijk op post kwam. De booten wer den snel neergelaten en alle opvaren den gered. De gewonden werden voor zichtig in de booten geplaatst en naar het ziekenhuis gebracht Verscheido- ne leden van de bemanning verklaar den, toen zij aan land kwamen, dat de duikboot drie torpedo's afvuurde. De eerste tixxf het schip van achte ren, de tweede van voren, de darde midscheeps. Do kapiLeln en de passagiers zijn ongedeerd. De bemanning is naar Londen gegaan. Lloyd's News zegt verder, dat twin tig matrozen Zondagavond in het Zeemanshuis in het East End aan kwamen. Zij deelen mede, dat schip zoo snel zonk, dat zij geen tijd hadden om hun boeltje te redden. De bemanning had van bewoners Harwich kleeren gekregen. John Iversen, uit Rotterdam, zeide in een gesprek met een vertegenwoor diger van Lloyd's News: Niemand kan met zekerheid zeggen, of die Pa lembang getorpedeerd of op een mijn geloopen is. Niemand heeft een duik boot of ook maar een periscoop gezien. De Palembang liep tamelijk snel, het weer was prachtig, liet zicht zeer hel der. Plotseling had een lichte ontplof fing plaats, die snel gevolgd werd door twee andere, die ernstiger waren til het schip midscheeps vernielden. De Palembang kreeg onmiddellijk slagzijde en verdween in ongeveer zes minuten in de golven, het voorschip het eerst. Do hond van den kapitein is verdronken. Hij. was het eenige schepsel, dat zijn leven verloor. Eeni ge officieren en matrozen moesten te water springen, waaruit zij opge- viscJit werden. Do Engelscho correspondent van te Telegraaf seint; Zondagmorgen om elf uur en Zon dagmiddag om vijf uur ben ik op on derzoek uit geweest in verband met de Palembang. Hoewel liet onmoge lijk is, definitief iets vast te stellen, wijzen zekere omstandigheden er op, dat het stoomschip is getorpedeerd. De zaak is zoo ernstig, dat men het officïeelc onderzoek rustig voortgang moet latan Kribben, opdat de feiten volledig aan het licht komen, maar het schijnt mij toe, dat ons publiek het recht hoeft, reeds eenige omstan digheden te ervaren, die werkelijk ontzettend zijn. Het schip ging bin nen een kwartier ten oudier, tenge volge van drie ontploffingen. Geluk kig Ls hot loven van 55 leden der be- manning en de twee passagiers, dank zij de bewonderenswaardige koel bloedigheid van kapt. Visser en de andore officieren, gered. Er heersch- la tot .Zondagavond nog onzekerheid omtrent een van de zes Javaansche bedienden. Ongeveer zeven leden van do bemanning werden gewond door de derde ontploffing, die het 9chip aan stuurboordzijde spleet en het drie minuten later deed zinken. Gelukkig zijn de moesten niet ern stig gewond. De jonge stuursmansleer ling, Kempe, wiens moedig gedrag ten zeerste werd geroemd door den kapi tein on den len officier, is aan het hoofd gewond. Eenige tanden, en zijn tong werden hem uitgerukt De 2de officier, Metselaar, is licht gewnnd. De hofmeester, Van den Berg, heeft een hoofdwond gekregen, de maga zijnmeester Ral insgelijks; de stoker I.adenherg is aan den voet gewond, de stokers Ladenberg en Do Drinker aan het hoofd. Ik heb den kapitein, de officieren en passagiers en eenige leden van da bemanning opgezocht in het Great Eastern Hotel, twintig anderen in het Sailors Homo in East Enidi. Ik ving uit de gesprekken liet volgende op: De eerste ontploffing had plaats Zar terdagochtend om 11 uur 25, nabij de Galloperbobi, niet bij het Galloper- lichtschip. Sommige berichten zeg gen, dat het achterschip toen getrof fen werd. Drie leden van de beman ning, die op het achterschip stonden, zagen voor do explosie een witte schuimstreep op het water, dio uit kwam tusschen het eerste en het twee de ruim. Anderen hoondlen een sul- zend geluid. Onmiddellijk daarna peilde de kapitein het schip en bevond alles normaal; hij trof echter do noo- dige voorzorgen. De kapitein had do scheepspapieren, de eenige zaken die gcrod zijn, in zijn boot gebracht. Bij het passeeren van het N'oord-Hinder- lichtsehip had de kapitein wijselijk alle vier reddingsbooten buiten boord gehangen en elkeen een reddingsgor del gegeven. De tijdige voorzorgsmaatregelen van den kapitein hebben ongetwijfeld alle menschenlevens gered. Na de eerste ontploffing gaf de kapitein on middellijk last, de machine achteruit te doen stoomen en vervolgens stop te zetten. Het stoomschip was bijna een hal ve mijl verder gekomen en lag abso luut stil, toen een tweede, zeer zware, explosie gehoord werd. De „Palem bang" bleek getroffen te zijn. Twee booten werden neergelaten, en het kan als bewijs, toen het schip geheel stil lag, gelden, dat deze booten met de riemen werden afgeduwd. De boo ten drie en vier werden nu vlug uit gezet, want het schip maakte snel slagzij naar stuurboord en zonk ook met den voorsteven. Tot na de tweede ontploffing bleef de gezagvoerder op de brug; toen daalde hij af naar dek, en srtond daar met den derden officier en een der manschappen, orders gevend voor Ju-' uitzetten der booten. Juist toen de derde boot werd neergelaten, klonk de derde ontploffing. Dat was om 11 uur 32, dus juist 2 minuten na de tweede. Do „Palembang" werd mid scheeps getroffen, evenals do twee eerste.malen aan stuurboord. Dit feit schijnt wel absoluut uit te sluiten, dat mijnen de ramp teweeggebracht heb ben. Sommige leden der bemanning hebben de veronderstelling geuit, dat do derde explosie door het springen van een stoomketel veroorzaakt werd, maar dit onwaarschijnlijk door het feit, dat gioenerled stoom-ontwikke- ling werd waargenomen. Do kapitein, die zich op dit moment op het middendek bevond, zag die evenmin, maar verklaarde, dat iia de dorde explosie brokken ijzer, hout en steemkoilen over hem en de twee an doren heenvlogien, zoodat zij zich met jassen trachtten te beschutten. De matroos werd niettemin gewond, waarna de kapitein en de derde offi cier hem aan een touw neerlieten in de boot, dio nog bij liet schip lag. Vijf minuten na de derde ontplof fing, dus cun 11 uur '37, zonk de Pa lembang. Do schroef, die het laatst gezien werd, was niet in beweging', waaruit opnieuw blijkt, dat het schip geheel stil lag op 't moment, dat het omlaag ging. Eerst op dit allerlaatste o ogen blik Het de kapitein zich omlaag glijden in zijn boot Z'n hond, die negen jaar lang zijn trouwe metgezel geweest was. kon hij niet meer redden. De derde explosie moet ontzettend geweest zijn. De eerste officier ver telde mij, dat door de ontploffing zijn boot, waarin twaalf man zaten, hoog opgeheven werd, terwijl alle losse voorwerpen er uit geslingerd Werden. ,.Da boot kwam neer en wei d onder water gedruktl In dit oogenblik docht ik, dat wij verloren waren, maar do boot kwam weer boven, vol water. De mannen, die er uit geslingerd wa ren, werden gered". Do koelbloedigheid van den eersten OiiUcier op dat vreeselijk oogenblik, redde de menscheu ln zijn boot, waar van er sommigen gewond waren door vallend hout, door de ontploffing los gerukt. Onder hen was de leerling Kempo, die niettegenstaande zijn ernstige hoofdwonden, roeien bleef. „Zijn gedrag was schitterend", zei- do de eerste officier, terwijl de kapi tein verklaarde: „Uit dien Kompa zal een prachtig zeeman groeien". Spoedig kwam er. hulp van.de Ne- dcrlandsche kolenboot „Merak", vvler diensten echter niet noodig waren. Al le NederJ anders werden snoi aan boord genomen, en wij werden met de Blootste vriendelijkheid behandeld, zeide kapitein Visser. Enkele door natte Nederlanders kregen droge klee ren, en allen werden later overge bracht naai-een Engelsch schip, waar zij ook uitstekend behandeld werden. Ten slotte werden zij allen te Har wich aan land gebracht. Vele stokers waren barrevoets en de geheole bemanning verloor al haar bezittingen. Dat zij him leven althans konden redden is wel oen groot won der. Gelukkig was er, toen de tweede ontploffing plaats had, niemand be neden in het voorruim, anders waren zij stellig gedood. De geheel© bemanning uitte haar dank en lof wegens het schitterend gedrag van kapitein Visser. Iedereen was onder den indruk van het vreese lijk schouwspel, toen de derde ont ploffing het schip langs de geheele stuurboordzijde deed splijten. Man huivert van de verschrikke lijke ervaringen der bemanning, wel ker schip binnen 12 minuten vernie tigd werd. De drie ontploffingen had den alle aan stuurboord plaats, twee terwijl het schip stil lag. De Londcmschö correspondent der „N. R. Ct." seinde nog Ik heb eenige mannen van de „Pa lembang" gesproken, bootslieden, den telegrafist enz. Over 't verslag waren allen het in hoofdzaak eens. Toen de eerste ontploffing gebeur de. Liep de ..Palembang" zeer lang zaam. In het geheel waren er drie ontploffingen, de tweede was de zwaarste. Tusschen de eerste en de laatste verliepen er ettelijke minuten. Bii de laatste ontploffing lag het sc'hin grihoel stil. Het zonk in zeven minuten. De bemanning had grootem lof voor de wiizo waarop de kapitein de ont ruiming van het solnip had geleid. Het geschiedde in uitstekende orde. liet schip zonk zoo snel., dat de laat ste mannen in het water moesten springen. Was het geen daglicht ge weest. dan zouden er stellig men- schen zijn omgekomen. Verscheidene mannen werden gewond, maar nie mand gevaarlijk. Over de vraat* of het schip getor pedeerd was. dan wel od mijnen ge loopen. hadden de manmgn geen vas te meeniuK, of zij uitten haar niet Ze vertelden mii echter, dat eenigen hunner, die ik niet heb gesproken, o. a. een stuurman, een belilebaan hadden gezien. Reutor's bij®ondere dienst seint nog Ofschoon de kaïpitein van de „Pa lembang" om begrijpelijke redenen weigert een meening uit te spreken, of de boot getorpedeerd is. ut op een miin geloopen, acht de meerderheid van de bemanning het onmogelijk, in deze omstandigheden op drie mijnen te hebben geloopem, vooral daar het laatste gebeurd zou zijn toen het schip stil lag. De boot zonk 12 minu ten na de laatste ontploffing. De ge heele bemanning en de passagiers, behalve een Javaan en de hond van den kapitein, kwamen in de booten en werden gered door een Engel- schep torpedojager. Negen man van de equipage, onder wie de eerste steward, twee stokers, do magazijn meester, twee stewards en een leer ling. werden door de ontploffingen gewond. De geheele bemanning werd naar Harwich gebracht en daar op genomen op het waahtsrihip „Gan ges". Vier gewonden zijn opgenomen in het ziekenhuis. De rest van de be manning is naar Londen vertrokken. Kapitein Visser, de eerste-officier Kort en de administrateur werden opgenomen iin het Great Eastern Hotel. Kort verklaarde, dat de eerste ont ploffing gebeurde in de achterzijde van het schip, de tweede in het ruim en de derde in de machinekamer. De eerste ontploffing wq» zwak. tweede hevig en de derdie boven be schrijving. Na de eerste ontploffing werden de machines omgegooid. Het schip lag zoo goed als stil bij tweedie ontploffing en geheel en stil bii de derde. Bericht wordt, dat het peen ketel- ontploffing was. De kolen uit de macliinekamer werden opgestuwd tot boven den schoorstee®. Twee booten aan stuurboordzijde w aren op dat oogenhlik in het water, maar de bakboord-booten niet. Twee booten aan bakboordszijde werden gereed gemaakt De boot waar ik (Kort) in was, aan stuurboordzijde, werd uit het water opgestuwd. liet voorste gedeelte van de vernielde boot was in zinkenden toestand, maar wij hielden haar drijvende, doordat iedereen met alle kracht meeh oogde. De eerste ontploffing had plaats te 11 uur 25. de tweede te 11 uur 30, de derde te 11 uur 32. Het schip zonk te 11 uur 37. Ik heb al mijn hebben en houden verloren, o. a. ook 2500 siga ren. een voorraad Voor een jaar. Het eenige wat ik gered heb, is een hor loge. Wii werden zeer vriendelijk ontvangen aan boord van den torpe dojager en men deed daar alles voor ons wat men slechts kon. Alle scheepspapieren zijn gered. De scheepstimmerman roemde do zorg van den kapitein voor de leden zijner bemanning. Hij vond o.o. nog oen gewonde op 't dek. juist toen hij de „Palembang" wilde verlaten. Met beihulp van een touw werd de ge wonde in de boot neergelaten. Kapitein Visser bezocht Zondag den Nedeiiandschen consul-generaal te Londen en daarna de leden van de bemanning, die in het Zeemanshuis onder dak zijn gebracht De „Batavier II" is Zaterdagmid dag. ongeveer half twee. den Galloper gepasseerd. Van de „Palembang". die om streeks dien tijd op dezelfde hoogte teal onder is gegaan, was niets te zien. Wol is de ..Batavier" de ..Som- melsdijk" en de ..Zaandijk" tegen gekomen. nobii den Galloper, die achter elkaar voeren; ook passeerden zij een raderboot van de Maatschap pij Zeeland. Er dreef ook eonig wrak hout, maar waarvan dit afkomstig was. kon niet worden nagegaan. Men meldt nog uit Den Haag Ook Zondag was bij het departe ment van Marine geen bericht inge komen omtrent hat vergaan van de „Palembang". In een bespreking van het gebeur de vraagt Lloyds News", of Duitsch- iand ruzie zoekt met Nederland, in de hoop. Rotterdam tot operatie-basis tegen Engeland te kimmen maken. San Duitsche verklaring. Wolff seint officieel uit BetUin Niaar aanleiding van de officieels bekendmaking van het Nederland sche departement van marine over den ondergang van het stoomschip „Tubantia". dat volgens de beëedig- verklaringen vam den eersten, vierden officier on den uitkijk duideliik een torpodo-bollenbaan wa6 gezien, wordt bii deze geconstateerd: dat van een Duitschen onderzeeër «een sprake kan wiil de plaats, waar de „Tubantia" ton onder is go- gaan, op minder dan 30 zeemijlen van de Nederlandsche kust ligt, dus (binnen het gebied, dat in de bekend making van 4 Februari 1915 aLs niet gevaarlijk voor de scheepvaart werd aangegeven. Verder kan verklaard worden, dat daar <reen Duitsohe zeemiinen ziin gelegd. Het Duitsche gezantschap te '-Gra- vonhage deelt in ambtelijke opdracht mede „De Duitsche marine-autoriteiten hebben na ontvangst van het bericht van het vergaan van do „Tubantia" een grondig onderzoek ingesteld- Na dat alle in aanmerking komende zee- strijdkrachten van haar stations wa ren teruggekeerd is dit onderzoek kun nen worden voltooid: Als resultaat staat vast dat met betrekking tot de torpedeering van de „Tubantia" geen sprake kan zijn noch van een Dult- eche onderzeeboot noch van een Duit sche torpedoboot. Bovendien zijn in de nabijheid van de plaats van het ongeval van Duitschen kant geen mij>- nen gelegd geworden." Van Enfjelsohe zijd©. Reuter seint uit Londen d.d 19 MaartNaar aanleiding van de offi cinale D.uitfeche verklaring, dat-de „Tubantia" niet door een Duitschen onderzeeër of een Duitsche mijn in den grond kan zijn geboord, verklaart de secretaris der EngeLsche Admira liteit dat geen Engelsche onderzeeër op het oogenblik van het ln den grond boren van de „Tubantia" in de nabij heid is geweest. Betuigingen vandeelneming. Havas seint uit Parijs Aan den Franschen gezant te 'e-Gravenhage is opgedragen aan de vertegenwoordigers van de Neder landsche marine de deelneming der Fransche marine te betuigen roet het verlies van de „Tubantia", die bo- sohouwd werd als een der schoonste schepen van de Nederlandsche han delsvloot.; Vorder seint Havaa: De Fransche pers geeft naar aanleiding van het verlies van de „Tubantia" uiting van haar sympathie voor Nederland. In besprekingen van de artikelen, bij deze gelegenheid in eenige Neder landsche bladen verschenen, betoont de Fransche pers zich zeer veront waardigd over het feit, dat enkele Ne derlandsche organen eenige overeen komst hebben gezien tusschen de oor logvoering der goallieerden, de maat regelen van controle of toezicht, die noodig waren geworden ten gevolge van handelingen van zekere neutrale handelshuizen ten gunste van de vij anden der geallieerden en de opera tics van de centrale rijken., die slechts vernietiging beoogen van mensohen- LevenSo ladingen en schepen, zelfs van do neutraalisten en onscliuldigsten. Router seint uit Buenos Aires Do bevestiging door agenten van de Ned. L'ioyd, van het bericht dat de „Tubantia" getorpedeerd is, heeft hier ontstemming gewekt. „La Na- cion" schrijft>;Het recht om de scheepvaart te belemmeren en passa giersbooten, varende tusschen Rotten oajn (bedoeld is.Amsterdam) en Buono3-Aires, in den grond te boren kan niet erkend worden. Ons geweten kan goen vrede hebben met deze on mens clielijke oorlogsmethoden. Kun nen wij onverschillig blijven bij oor logshandelingen, die gewelddaden zijn en ons op deze wij-zo bonadcolen?' „La Naciori' eindigt haar artikel met het verzoek het probleem in over weging te nemen en te trachten er een oplossing voor te vinden, (Men zie ook onder Persoverzicht.) EEN BRANDKAST GESTOLEN. Inbrekers hebben 'a nachts in het kantoor der steendrukkerij J. A. Litli en Co., Lijnbaanegracht te Amster dam, „gewerkt". De brandkast werd door de inbrekers meegenomen. Maar er zijn alleen boeken in de leastI In 't kantoor vonden de ongenoods gasten 12.35 aan geld. STATENVERKIEZING. De heer N. Sluis, lid van de Pro vinciale Staten van Noord-Holland, heeft aan het bestuur der Centrale A.-R. Kiesvereeniging, district Erik- hulzm, bericht gezonden, dat hij bij de a.s. parodieko verkiezingen we gens hoogen leeftijd niet opnieuw een candidatuur wenscht te aanvaarden. DUITSCHE TWEEDEKKER. Nader meld't men uit Oostburg aan de „N. R- Ot." liet is zoo goed als zeker, dat de Vrijdag hier gesignaleerde vliegma chine een Duitsche tweedekker is ge weest. Te Aardenburg vloog hij zoo laag, dat men dacht, dat hij tegen den toren van de R.-K. kerk zou vliegen. Zoodra de militairen in Ooo'tburg scho ten, ging zij snel de hoogte in. en bin nen enkele minuten was zij uit het gezicht verdwenen. Naar men meldt, moet het vliegtoe stel even over onze grens, in Water vliet bij Uzendijke, zijn neergeko men'en zou de vlieger gewond zijn. UIT DE STAATSCOURANT. Bij K. B. zijn benoemd tot lid van het Hoofdcomité der Ver. „Het Roode Kruis" dr. A. Halbertsmu, gep. dir. off v. ges. lsto ld. v. h. N.-I. leger; jhr. mr. dir. W. Röell, kamerh. l b. d. v. II. M. de Koningin en lste secr. v/b. Int. Bur. v/'h. Perm. Hof v. Arbi trage J. P. Koolemans Beynen, gcp. kol. met den rang van gen.-majoor. DE ENGELSCHE GEZANT. De Engelsche gezant bij ons Hof, Sir Alan Johnstone, die vrij gerui- m i; lijd in Engeland vertoefde ir verband met hdt overlijden zijns va ders. is thans te 's-Gi avenhage te ruggekeerd. NEDERL. POST AANGEHOUDEN. Het stoomschip Nieuw Amsterdam, dat 9 Februari jl. van Rotterdam ver trok. heeft de geheele post voor N.- Amorika in de Downs moeten ont schepen!. D® Tubantia en de Palembang- (Men zie onder Binnenland). Wolff seint uit Beriijm Aan de publicatie van de verklaring der Admiraliteit, dat geen Duitsche onderzeeër en geen Duitsohe mijnen den ondergang van do „Tubantia" hebben veroorzaakt, knoopen verschel den bladen, de opmerking vast, dat 'n Engeleche torpedoboot of onderzeeër waarschijnlijk do „Tubantia" getor pedeerd en zich daarna uit de voeten gemaakt heeft. Do „Deutsche Tages- zeitung" wijst er op, dat reeds voor jaar en dag dergelijke gevallen zijn overgekomen, waarin het hoogst waarschijnlijk was, dat Engelche vaartuigen neutra/Ie handelsschepen vernietigden. Ook de „Köln. Volkszeitung" en de „Köln. Zeit." vestigen de aandacht op de aanwezigheid van een Engel- schen onderzeeër in de buurt van den Noordhinder op het oogenblik, dat de „Tubantia" ten onder ging. Een Duitecher,, die Woensdag en Donderdag j.l. te Amsterdam vertoef de en logeerde in het hotel, waar een aantal passagiers van de „Tubantia" ook voor eenigen. tijd hadden gelo geerd. heeft, naar hij aan de „Köln. Zeit."'schrijft, eenigien hunner, die na de ramp Donderdagavond weder naar het hotel terugkeerden, gevraagd of het schip al of niet getorpedeerd was. Een dame, die niet gieslapen had op het oogenblik van den sohok, had hem verklaard Om treint de oorzaak was ons allen niets beleend." Een jongmensch uit het machine- vak zeide: „Ik geloof evenmin aan een torpedo, als aan een mijn, inaar denk aan een „toeval"". Hij was n.L van meening, dat de een of andere kist, die aan boord was van de „Tu bantia", de oorzaak was van de ramp. En die meening waren, altijd volgens den zegsman van de „KöLnïsche", alls geredden toegedaan „Vossische ZeitunK" schrijft omtrent de nationaliteit van consul Schilling uit Stuttgart ..Richard Schilling is een Ameri- kaansc.h staatsburger. Hij was te Stuttgart vertegenwoordiger van do „New York Levensverzekering Maat schappij". die gedurende den oorlog slechte zaken deed. Hij vertrok daar om met zijne vrouw en dochter naar Amerika, om vertegenwoordiger der zelfde maatschaunii te Rio de Janeiro te worden. Hij stond te Stuttgart gunstig aangeschreven en verkeerde daar in de 'beste kringen. (In den Almanach de Gotha van 1916 wordt Schilling te Stuttgart als consul van Guatemala vermeld)." Indien hot juist blijkt, dat Schil ling Auieriknansch staatsburger is. zal de regeering der Vereenigde Sta ten zich ook nog wel met de torpedeo- •ing der„Tubantia" bazig moeten houden. Algemeen Handelsblad schrijft Het Duitsche marine-bericht, waar in verklaaud wordt, dat geen Duit sche onderzoriboot de misdaad op de ..Tubantia" bedreven kan hebben, moet klaarblijkelijk berusten op een onderzoek, ingesteld vóór de in de Noordzee owe erende onderzeebooten gehoord konden worden. Wii zijn overtuigd, dat een werkelijk en geliik onderzoek tot een ander sultaal zou leiden. Immers, het staat vast, dat de „Tubantia" door een torpedo is ge troffen. Het staat vast, dat Duilsche onder zeebooten vaak en haast als regel zonder onderzoek naar de uationali- telt torpedo's op handelsschepen af- •vroren. Het staat vast. dait een nieuwe en krachtige actie van Duitsche onder zeebooten was aangekondigd en. zoo als een Duitsch officieel bericht luid de. reeds aan den gang was. Het staat vast. (lat de Duitsohe ma rine het in Duitschland's belang acht zooveel mogelijk de op de we reld beschikbare laadruimte te ver minderen. Omdat ook de verininde- ring der neutrale scheepsruhnte rroviandeering van Engeland moei lijker maakt, èn omdat de relatieve pos 11 a e van Duitschland's han dels vloot na deen oorlog daardoor beter wordt. En het staat vast. dat- de Duitsche regeering zich door geen sentimen ten of gevoeligheden heeft laten weerhouden, en zöoals officieel ver klaard ia. zal laten weerhouden, in dezen oorlog te doen wat Duitschland's belang is. De unedodeeling van de Duitsche regeering moet bedoelen te doen aan nemen. dat niet een Duitsohe. doch een Engelscho onderzeeboot de mis dadiger is. Is het nog noodig aan te toonen, dat de onwaarschijnlijkheid daarvan zóó groot is, dat wij wel van onrno- geliiikheid spreken kunnen Een vermindering van de neutrale scheepsruim to is in directen en flagranten strijd met Engeland's be lang. Zelfs indien men de mogelijkheid aanneemt en wii weigeren perti nent aan die mogellikiheid te geloo- ven dat een Engelsch oorlogsschip een groot Nederlandsch passagiers schip in den grond zou boren, alleen in de hoop, dat tusschen Duitsehlund en Nederland moeilijkheden zouden komen, dan is het nog nieti aan te nemen, dat zij daarvoor oen groot passagiersschip zou kiezen, de „Lu- sitania"-misdaad plegen zou. zonder eenige verzachtende omstandigheid. Indien zoo iets duivelachtigs in het brein van een Engelsohman zou op komen. zou hij wel zorgen zijn slag beter te slaan cu een Nederlandsch schip kiezen, waarop talrijke Ameri- kaansche onderdanen waren. Maar. nog eens. wi: achten de mogelijkheid, dat eenig verantwoordelijk staata- 1 even Tang. ïïTeïn als dom. sou toe. passen, geheel uitgesloten. Dom zou de maatregel zijn, onge looflijk dom. Want indien inderdaad geen Duit sche onderzeeboot do misdaad be gaan beeft, is niels gemakkelijker voor de Duitsrihe regeering dan om dit de Nederlandsche regeering te be wijzen. beëedigde verklaringen van commandanten te verstrekken, jour nalen, desnoods Nederlandsche offi cieren zeiven eeh onderzoek te laten instellen. Over menig formeel be zwaar zou de Duitsche regeering ze ker heenstappen, om de volstreWo zekerheid te geven, dat geen Duilsche onderzeeër de schuldige was. En hoe zou don de positie van Engeland zijn Daarom ziin wij overtuigd, dat een nader en beter onderzoek zal doen bliiken. dat hier een Duitsch onder zeeboot-commandant in strijd met aijn Instructies heeft gehandeld. Tooh zien wij iet6 bevredigends in de 'officieele mededeelLng uit Berlijn. Dat de Duitsche regeering niet open lijk voor het plagen van deze mis daad wil uitkomen, wiisti op een ge moedsstemming die ons verheugt. Wij blijven ons vastklampen aan de hoop op de mogeliikheid. dat de fout slechts bij enkelen heeft gelegen, en dat in de toekomst het herhalen van zulke daden door cuke ling on onmio-, geliik gemaakt zal kunnen worden. De Telegraaf oordeelt o. a. Indien de Duitsrihe regeering meent, dat een dergelijke negatieve uit spraak het Nederlandsche volk bo- v redigt. is zij niet op de hoogte van hetgeen er in de natie omgaat. Een categorische tegenspraak ia het niet, te meer waar, zooals bekend ls, de „Artemis" in het zoogenaamde ..ongevaarlijke" gebied door een Duitsche duikboot is aangevallen I Zoo zeer priori staat het dus niet vaat. dat geen Duitsche duikboot in dit gedeelte der Noordzee opereert. In het geval van de Artemis" heeft de Duitsohe regeering erkend, dat een Duitsche duikboot-kapitein de schuldige was. En daaroan doet deze officieele .tegenspraak, die de klaar blijkelijk© 'bedoeling heeft den En- gelschen van de torpedeering de schuld te geven, zeer verdacht aan. DeNieuwcRottêidamsche C t. merkt op Do mogelijkheid is niet uitgesloten, dat. liet eerste bericht onjuist is. en dat de „Palembang" niet getorpe deerd. doch op een mijn geloopen ia Dit maakt, voor ons, niot veol onder scheid. Ter gelegenheid van de tor- pedoering van de „Tubantia" hebben wii dit reeds te kennen gegeven. Zon der waarschuwing, zonder voorzor gen voor de neutrale vaart in het internationale vaarwater ter zee mijnen te plaatse®, is onrecht. Of men den torpedo afschiet, zonder zich er over te bekreunen, wellk schip rnen treft, of miilicwi in zoe strooit, zonder zich er -aan gelegen te laten liggen, welk schip daarop loepen zal, komt ook zedelijk op hetzelfde neer. Het. Duitsche bericht ontkent ook, dat er. ter plaatse waar de „Tuban tia" is vergaan. Duitsche mijnen ge legd zijn. Dan toch elders, op onbe kende plaatsen, wèl? Prof. J. A. van Hamel schrijft Pn 3 Amsterdammer o.?.; „De middelen, om de tracht van ons standpunt en van onze levensbe langen te doen gevoelen, ontbreken daarbij immers geenszins. Wij kunnen retorsiemaatregelen in 't uitzicht stellen, bijvoorbeeld een algeheel verbod van uitvoer naar Duitschland, zoolang aan onze rede- lijke verlangens niet wordt tegemoet En wij" kunne® wat de torpedeerin gen betreft verzekeren, dat ook onze S o p v ao r>d ij Is cü iepen van verdedl- gingsge6chut zullen moeten worden voorzien; indien zij tegenover Duit sche torpedobooten of onderzeeërs zoo onveilig blijken te zijn. De houding van Nederland zal ln Duitschland, eenmaal aan het volk duidelijk wordend, waarlijk niet on verschillig laten. Niet hier geldt, dat zwijgen beier is dan spreken, maar juist anders om: qui s'efait brebis, le loup ie mango. Wie zich als 'n schaap gedraagt, dien eten de wolven eerst rechtl" De Standaard oordeelt: De gruwel, die nu plaats greep, roept luide om de zekerheid, dat her haling er van zich'zelf uit zal slui ten, - De Noordzee en het Kanaal wor den, gelijk het nu toe gaat, verpest. Ze houden op bevaarbaar water te zijn, en vooral ons land lijdt er op doodelijke wijze onder, want afslui ting van de zee is >-oor een land met koloniën en were!dsclieepvaart kort- vog de vernietiging "an zijn zelfstan digheid. Het is nu tot het uiterste gekomen. Zelfs waar het een schip van den vijand gold. zou 't volkenrecht zulk een daad met een passagiersboot niet kunnen gedoogen. Maa.r vooral, nu bet. gelijk thans, een mailschip, en een mailschip uit een neutralen staat was, wordt zulk en toestand onduldbaar. Mr. H. L. Israels schrijft in de Telegraaf o.a.: „Wij hebben bier te lande troepen der oorlogvoerende mogendheden go- in terace rd. Niets is eenvoudiger daa eenige dier geïnterneerden aan boord te plaatsen van eiken koopvaarder, die door de du-ik boo ten van zijn land bedreigd wordt Zij moeten aan boord natuurlijk de uitstekende verzorging genieten, welke passagiers eerste klasse op de Nederlandsche schepen te® deel valt, en zullen zich dus over hu® lot niet te beklagen hebben. Zij worden toevertrouwd aan de per soonlijke zorgen van den kapitein, dio ul zulke maatregelen zal neme® als noodig mochten lil ijlden te zijn om hunne ontsnapping te voorkomen, ©n, om in geval het schip een ongeluk treft, lion, na dio passagiers en da bemanning, slechts tegeLijk met don kapitein liet schip te doen verlaten. Onze koopvaarders blijven dan on gewapend e® onze regeering ziet toe, dat zij strikt neutraal blijven, maai het gevaar dat zij mochten loopen zal in de eerste plaats treffen onderda nen van de bevriende mogendheid die ons dergelijke blijken van vriondschap of vlootvoogd zulk een middel, geeft als de „Tubantia" ondervond."

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1916 | | pagina 6