Hmmlehs Dts&u
TWEEDE BLAD
Donderdag 23 Haart 1916
OM ONS HEEN
No. 2130
Habatrachtlng iai den
Gemeenteraad.
Bommige leden van den Raad.
misschien wel de meeste, doen ln
bet eerste jaar van bun functie de
lervaring on. dat er nie^ dHe beteeke-
ïiis aan venbonden is, welke zii ver
wacht hadden. Een van die teleur-
«e-stel den moet zeker de heer Koen
«jjn. In een vorige Vergadering bleek,
dat hij alleen naar de Lichtfabrieken
had willen gaan, ft geen onmogelijk
twas. en nu klaagde hij er over, dat
(hem niet veroorloofd werd, de scho
len te bezoeken. Men deed hem. als
Raadslid, de deur voor den neus
dicht.
Wie kan zich niet begrijpen, dat
zulke ervaringen teleurstellend wer
ken 1 Met de beste bedoelingen vangt
een jong Raadslid zijn carrière aan,
Stii wil studeeren. onderzoeken, door
eigen oogen zienhet is onmoge
lijk zells de gemeentelijke Instellin
gen mag hii niet alleen bezoeken, wel
te zamen met een (er is niets kwaads
met het woord bedoeld) kudde, waar
door het hem onmogelijk is, op som
mige punten eens wat dieper in te
gaan. andere over te slaan. Het
groepsbezoek, dat Voelt bij, ie niet
veel meer dan de visites, die Cook-
reïziigers aan musea brengen, waar
bij de begeleider niet anders kan dan
een oppervlakkige verklaring geven.
Erger nog het bezoek van scholen
wordt hem in 't gehéél niet toege
staan. Hij zou de directeuren willen
spreken, zelf hun inlichtingen vragen
't is niet mogelijk dan Verzoekt
hii deemoedig den wethouder om een
toegangskaartB. en W. zullen er
over spreken, maar hij krilgt die
niet. De burgemeester verzekert hem,
hii wijze van troost, dat het toezicht
op de scholen aan de Commissie Van
toezicht opgedragen ia
Ongetwijfeld, de beer Koon kan de
Lichtfn,brieken zien, op de manier
zooals B. en W_ willen, hij kan in
lichtingen over onderwijs kriigen,
die B. en W. hem Verschaffen zijn
persoonlijk initiatief loopt tegen een
Btelsel van centralisatie laim. Het 1 s
ontmoedigend, maar laat de heer
Koen zich eens voorstellen, hoe het
zou kunnen gaan, als S3 Raadsleden
elk op hun beurt oonferenfties hielden
met hoofdambtenaren, bezoeken
brachten aan gemeentebedrijven
daaruit zou immers een ware chaos
ontstaan. Als de heer Koen zich dus
beklaagt, moet hij aan B. en W.
geen verwijt maken vain het stelsel,
maar tot de droeve erkenning komen,
dat het Raadslidmaatschap niet is,
wat het van buiten bekeken lijkt.
Een zelfde ervaring, zii het dan
ook in anderen vorm, heeft de heer
.Wolzak dezen Woensdag opgedaan.
(Als B. en W. een voorstel doen en
een enkel lid van den Raad, zij het
ook een ijverig en bekwaam man als
de heer Wolzak, daarop eeai reeks
amendementen indient, komt van die
wijzigingen niets terecht. Do Raad
wordt daar kopschuw van, Het stelsel
van B. en W., zoo redeneert dan de
meerderheid, is van alle kanten be
keken, we wetein waartoe het leidt en
dat er geen gevaarlijke gevolgen aan
vastzitten laat ons dein velligen weg
kiezen en op de min of meer avon
tuurlijke amendementen van onoen
collega, die wo toch ook niét goed
kunnen overzien, niet ingaan 1
1 Zoo is het ook met de wijzigingen
Van den heer Wolzak gegaan, 't Was
daarom wijs. dat hij ze Introk en
door een motiie verving, waarin al
thans getracht werd. het beginsel te
redden. Maar meer dan een aardige
minderheid kon de mottte niet ha
len.
FEUILLETON
HECTOR MALOT.
125)
Na het gebeurde met Capi werd
onze verhouding zuiverder aangege
ven. Wel niet met woorden, want ik
kon mij niet gemakkelijk in het En-
gelsch 'uitdrukken, maar door eenige
duidelijke gebaren, waarbij mijne
vuisten een voornpme rol speelden,
gaf ik hun te kennen, dat. zoo zij het
minste tegen Capi ondernamen, ze
met mii te doen zouden hebben om
hem te verdedigen of te wreken.
Nu ik geen broers had. wilde ik
toch zusters hebben maar Annie, de
oudste, betoonde mij al niet meer
genegenheid dan hare broeders
evenals deze. beantwoordde zij elke
poging tot toenadering met stuursch-
heid en g«jen dog ging er voorbij, zon
der dat zii mii eenigen streek speelde,
waarin zii dit moet ik erkennen
teer ver was.
Door Allen en Ned afgestooten en
hfgestootcn ook door Annie, bleef
mii niets dan de kleine Kate, die pa3
De beteckemïs van 's Raads beslis
sing te mibschien niet heel principi
eel. 't Kan zijn, dat er nu leden van
den Raad tegen de motie gestemd
hebben, cbie in normaler tijden vóór
zouden zijn geweest. Maar afgeschei
den daarvan was wat de heer Wol
zak wenschte zéér ingrijpend. Bij de
bemaling van een edhoolgeld Voor
middelbaar onderwijs hebben we
Immers niet enkel te maken met de
flnancieele draagkracht van de
ouders, maar ook met de tarieven,
die in soortgelijke gemeenten voor
hetzelfde onderwijs bestaan. En nog
veel dieper ging het denkbeeld van
den heer Nagtzaam. om middelbaar
onderwijs te geven voor een mini
mum van tien gulden. Daarvan zou
natuurlijk een ontzaglijke toeneming
Van leerlingen het gevolg zijn ge
weest wat dat aan de gemeente zou
kosten, laat ik een oogenbliik onbe
sproken. stellig zouden al de mid
delbare scholen verdubbeld zijn.
Maar er is een tweede vraag: zou
den die nieuwe leerlingen, na'dat zij
de middelbare scholen hebben afge-
loopen. daarvan in do practiik van
het leven voldoening hebben gehad
Zouden onbemiddelde oudere den
leertijd in 't buitenland, die zoo niet
geëieeht, dan toch gaarne gezien
wordt, hebben kunnen bekostigen
Zouden zij de relaties hebben bezeten,
die vaak noodig zijn (waarlijk niet
voor de minder geschikten) orni met
sucees naar een betrekking te kun
nen dingen Dat is bet bewaar tegen
kosteloos of bijna kosteloos bezoek
van de scholen voor middelbaar on
derwijs met het volbrengen Van
den cursus is het niet gedaan. Na
het eind-examen komen vaak de
grootste eisohen. Menige vader, dtie
niet tot de onbemiddeld en wordt ge
rekend. maar ook niet tot de bemid
delden behoort, gaal dan onder de
zwaarste financleele zorgen gebukt.
En voor den geheel onbemiddelde
izom hot Vaak zlin, alsof hij tot de
poort was gegaan, maar den strengen
wachter den -obolus niet kan betalen,
die van hem gevergd weid. Bitter
gestemd zou bij moeten terugikeereri
en wensdhen, dat men hem ook niet.
zóóver had laten gaan, alfe hij toch
het einddoel van den 'tocht, niiet be
reiken kon.
De beer Nagtzoiam «al dit alles
niet behoorlijk en niet billijk vinden,
anaar het is de pmetijk van het leven,
waartegen wij allen op onze beurt
het Voorhoofd piinliik stooten. Toch.
is er een troost, de heer Loos)es "heeft
het zeer juist gezegd alleen in het
onderwijs zift het hesn niet. Gestu
deerde damooren (ze zijn. er) brengen
het tot niets, Jongelui van geringe
schoolwijsheid kunnen hen ver voor-
bii streven, wanneer zii maar heb
ben den lust om rich in te sponden,
zich onmisbaar te maken, de uren
niet af te passen, vrlie uurtjes voor
eigen studie te gebruiken, kortom
door hun persoonlijke eigenschap
pen zich te onderscheiden van
de rest. Dezen, al kwamen ze ook
niet verder, dan het meer uitgebreide
lager onderwijs, zullen ln de wereld
ervaring opdoen van deze onomstoo-
teliike waarheid, dat er in de wereld
altijd een mooie plaats opem Is voor
wie al zlin krachten inspant, om de
eenvoudige reden, dat de groote
meerderheid daarvoor hartelijk be
dankt
De eigenaars van de perceelen op
het voormalige bulten Van den heer
Van de Poll mogen de servituten, die
op deze huizen rusten en die geen
doel meer hebben, van de gemeente
afkoopen voor honderd gulden per
stuk- Ik feliciteer de gemeente m£t
het voordeeltje, maai' oolc daarmee
alleen, niet met haar houding, die
opnieuw licht doet schijnen op de
onbillijkheden, waartoe zulke erf
dienstbaarheden kunnen leiden. Na
een eeuw of een halve eeuw zijn zul
ke beperkende rechten a 11 ij d een
zotternij, hier blijkt, dat ze na enkele
jaren al een onrechtvaardigheid kun
nen worden. Alle servituten (we kun
nen het woord vertalen met begren
zing van recht) moesten op hun beurt
worden begrensd door tijd, dat - wil
drie jaar oud was en dus te jong onx
met haar broers en zusters samen te
spannen. Zij liet zich dan ook door
mii liefkoozen. eerst omdat ik Capi
kunstjes voor haar liet doen en later,
toen ik Capi weder terugkreeg, om
dat ik haai' koekjes, sinaasappelen
en andere lekkernijen gaf, die ik
kreeg van de kinderen, als ze met
een heel voornaam gezichtje riepen:
„voor den hond I". Sinaasappelen
aan een hond te geven was niet heel
verstandig, maar ik nam ze dank
baar aan, want op die wiize kon ik
de liefde winnen van Kate.
Dus was er van het geheele gezin,
waarvoor ik zooveel liefde gevoelde,
toen ik in Engeland aan wal stapte,
slechts een enkel lid. de kleine Kate,
die ik mocht liefhebben. Mijn groo
vader ging nog maar altüd voort,
m--' te spuwen naar mijn kant, als ik
dicht bij hem kwam. mtin vader be
moeide zich niet met me. behalve des
avonds om het. geld te ontvangen, dat
wij hadden verdiendmijn moeder
was in den recel buiten westen. Al
len. Ned en Annie hadden een hekel
aan mijKate alleen liet zich aan
halen. en nog maar alleen, omdat ik
miln zakken vol lekkere had.
Welk eene teleurstelling
In 'me droefheid zeide ik dan ook
;i zeiven. niettegenstaande ik de
onderstelling van Mattla in het eerst
had afgewezen, dat. zoo ik werkelijk
het kind was van die familie, men
'zeggen na een zekér aantal Jar'en
van zelf eindigen.
Over de bebouwing van de door de
gemeente aangekochte gronden aan
den Zijlweg waren sommige leden
niet bijzonder tevreden, 't Was nog
wel een wethouder, 'de heer Modoo.
die het. stratenplan allerkomiekst
vond de voorzitter meende, dat een
komieke straat naast de bestaande
doodlsche. eentonige straten geetn
kwaad kon. wat ook geen sterk ar
gument 4s. Misschien worden ze, nu
ook dit tweede buiten bebouwd
wordt, een beetje levendiger. Zooveel
Is zeker, dot1 Pieter Langendijk, de
vroolijke blijspeldichter, niet ver
moed zal hebben, dat zliai naam ooit
prijken zou op den hoek van zoo'n
stille straat.
En bij de rondvraag weer een ge
dachten wisseling over de vermaarde
worst. „Es 1st mir Wurst 1" zeggen
de Duitsohens. waarmee ze dan be
doelen. dat iets hun onverschillig is.
De Raad kan evenwél bijdeze worst-
hfistorie niet onverschillig blijven.
Mr. Bomans vertelde vaai het protest
der handelaars in toebereide vleesdh-
'waren en van de scheikundige ana
lyse van de worst der firma Meester,
die onze lezers kennen en daagde den
heer Modoo voor zijn rechterstoel,
om te komen verklaren, dat hij' zijn
onvriendelijke woorden over de han
delaars in toebereide vleeschwaren
i introk.
Evenwel verscheen de heer Modoo
niet voor dien stoel, maar hield rich
-aan zlin eigen zetel en beloofde, dat
'hij de zaak onderzoeken zou. We
kriigen dus nu waarschijnlijk een
wet enscl lappel i i k-scheïkundig debat
tusschen de Slachthuïsstraat en de
Barteljorisstraat. dat ons leekan,
Weldra te hoog zal gaan.
De voorzitter stelde de discussie
uit tot den volgenden keer. „Anders
praten we iedere veiwadering over
worst'.l Ja. plezierig is het niét, maar
zoo gaat het. wanneer maatregelen
worden genomen, waarvan de practi-
sche waarde zoo ontzaglijk overdre
ven wordt als hier gebeurt met de
centrale keuring. Do heer Modoo, die
zich inderdaad den vorigen keer nofc'-
al kras uitliet, scheen ditmaal toch
wel onder den indruk van het venzet;
ziin toon was althans nJeer pathe
tisch. „Hoe is 't mogelijk", verzucht
te hii, „dat de 'handelaars de zleker-
held niet méér op prlis stellen, die
ze verkrijgen door de centrale keu
ring. dat wat zii aan het publiek le
veren, goed Is 1"
Maar de zaak Js juist, dat rij die
zekerheid in de centrale keuring
niet vinden en zich daarvoor todh
veel overlast en vriiwat kosten moe
ten getroosten I
Mijn twee worstjes wórden nog
beroemd. Als ik 't bad kunnen voor-
2jien, dan had ik ae laten kieken en
een afdruk gezonden aan het stede
lijk archief, met het onderschrift
De historische worsten
van 1916.
J. C. P.
De strijd nabij Verdun
Do stafberichfesn.
Do D u i t e c h e staf deelt mede:
Bij d,e op don aanval van 20 Maart
ten noordoosten van Avooourt vol
gende opruiming van het gev echts -
veld en de bezetting van nieuwe Fran-
6che loopgraven buiten het boschter
rein, steeg het aantal daar gemaakte
ongekwetste gevangenen tot 5 officie
ren en 291-4 man.
De artillerie-strijd aan weerszijden
van de Maas duurde met hevigheid
voort, lei-wijl slechts nu en dan een
verslapping intrad.
Bij Obersept beproefden de Fran
sehen. nogmaals het échec van 13
Maart goed to maken. Met aanmerke
lijke verliezen werden de Franschen
teruggeslagen.
Drie vliegtuigen der geallieerden
weiden ten noorden van Verdun in
een iuchtstrijd builen gevecht gesteld,
twee kwamen noordoostelijk van Sa-
mogneux achter 't Duitsche front neer
de derde viel brandend achter de
Fransche linie. Luitenant Bölke
echoot daarmede zijn dertiende, lui-
andere gevoelens aan mii zou toe
dragen dan mii nu zoo onbewimpeld
werden getoond., terwijl ik, vanmiin
kant. niets gedaan had om die on
verschilligheid en die hardheid te
verdienen.
Toen Mattia mij onder den indruk
zag van die treurige overpeinzing,
begreep hii zeer goed. wat er de oor
zaak van was. en alsof hii tot zicli-
zelven sprak, zeide hij
Ik bon erg nieuwsgierig, wat
vrouw Barberin zal antwoorden.
Teneinde den brief te bekomen, die
mLi ..poste restante" zou worden toe
gezonden, waren wij van onzen ge
wonen tocht afgeweken en inplaats
van naar Holborn te gaan, begaven
WÜ ons over West-Smithfield naar
het postkantoor. Zeer dikwijls deden
wij dien tocht tevergeefs, maar ein
delijk werd de brief, dien wij met
zooveel ongeduld verwachtten, mi]
ter hand gesteld.
Het gtooto gebouw van het post
kantoor was geen plaats, bijzonder
geschikt om brieven te lezen. Wij
zochten daarom een cang op in eene
naburige straat-, wat mii tevens den
tiid gaf om mijne ontroering eenigs-
zlns meester te worden. Daar kon lk
eindelijk den brief ven vrouw Barbe
rin. of liever --n den pastoor van
Chavanon, openmaken. Hij luidde
tenant ParseHau zijn vierde vijande
lijke machine naar beneden.
Fransche staf:
Ten westen van de Maas ls de ar-
tillcriestrijd zeer levendig ln de lijn
MalancourtEsneshoogte 304, en
vooral hevig om de hoogte van Hau-
court.
Ten oosten van de Maas heftige be
schieting van de lijn VauxDamloup.
Het kwam ln dein loop van den Dins
dagnacht niet tot lnfanterie-actie.
D® Dultaoh® aanvallen.
Do militaire deskundige van 't AJg.
Handelsblad schrijft:
Geheel mislukt is de aanval der
Duitschers bij Melancourt-Avocourt
dus niet.
Deze aanval werd ondernomen,
naar een Havas-bericht uiteenzette,,
om op den uitersten rechtervleugel
van de Duitsche stolling om Verdun
een flankbeweging uit te voeren, ten
einde de Fransche posities van Bé
thincourt--Mort Homme in den rug te
kunnen bedreigen.
Het is een herhaling van de poging,
aan den linkervleugel gedaannadat
de linie in het noorden wat was voor-
uitgebrachV werd in het gebied tus
schen Ornes en Etain, en ten zuiden
daarvan een beweging uitgevoerd,
die ook daar de Duitsche linies, in een
-haakstellingi, dichter bij Verdun bren
gen moest.
Daarna werd op den westelijken
oever van de Maas de linie uit het
Noorden wat vooruitgeschoven over
Forges naar R-egneville en in de rich
ting van Béthincourt en den Mort
Homme. Than6 werd de uiterste rech
tervleugel van de Duitsche linies
vooruitgebracht in de richting van
Malancourt—Avocourt.
En daarbij is wel éenig succes be
haald. Het Duitsche legerberichl meld
de, dat de sterk bevestigde stelling-en
aan en in het boscli van Avocourt
daarbij in Duitsche handen vielen,
waarbij 32 officieren en 2500 man ge
vangen werden gemaakt.
Het Fransche bericht erkende dien
vooruitgang. Het meldde, dat het
zuidoostelijk deel van het boscli van
Malancourt, dat op de kaarten als
bosoh van Avocourt wordt aangege
ven, in Duitsche handen viel, doch dat
alle pogingen van de Duitschers om
zich van dat bosch uit te ontwikkelen,
mislukten.
Een natter bericht van Fransche
zijde poogt de beteekems van dezen
plaatselijken vooruitgang als weinig
beteeken end voor te stel lent doch geeft-
tevens aan wat de bedoeling van den
Duitsohen staf kan zijnhet bericht
wijst er op, dat de Duitschers, op 17
kilometer van Verdun, pogen door
den pas of de engte, van Montzeville
vooruit te gaan,, ten einde de vesting
van die zijde te naderen.
Het Duitsche optreden -heeft dus een
drieledig doelden Fr&nschen linker
vleugel in te drukken, de verdediging
van Béthincourt en Mort Homme te
belemmeren, zoo niet onmogelijk te
maken door te trachten in den rug
van die verdedigingslinie to komen en
door de engte van Montzeville,' die
tusschen twee heuvelruggen loopt, de
stad Verdun, en de fortenlinie op den
westelijken Maasoever te naderen.
Ook in dit gebied verzetten do Fran-
schen zich hardnekkigook hier
wordt door artillerie en infanterie he
vig gevochten, en ook hier konden de
Duitschers slechts een kleinen voor
uitgang bewerkstelligen. Het zal nu
ln de volgende dagen blijken of zij
hun plannen kunnen voortzetten, of
dat de tegenstand der Franschen
krachtig genoeg zal zijp, om ze ook
hier een „tot hiertoe en niet verder",
een „passe-pas", toe te* roepen.
HOE VREESELIJK DE STRIJD BIJ
VERDUN T'S.
De correspondent van de „Vossi-
solie Zeilung" op het Westelijk oor-
logstooneel seint over de gevechten
Plij Verdun
„De oorlog van Verdun is geen
menschenwerk meer hii is de bel.
Niemand kan etormloopen over vel
den met prikkeldraad, door hinder
nissen, voetangels en wolfskuilen,
tegen enelvuu^kanonnen en machine
geweren. Aam den stormenden troep
moet de dood voorafgaan dood,
schrik en verwoesting.
Mét de verdedigingsmiddelen nam
ook de macht der verdediging toe.
Zoo. kreeg de oorlog ziin tegenwoor
dige gedaante. Dat is geen oorlog
meer. geen worstelen en strijden van
menechon. Dat is een natuur-evene-
inent. een woeden van ontketende
krachten der elementen. Dezo oor-
log is 'het eerste en het laatste, llij
kent de primitieve wapenen van den
grauwen voortijdvuist en tanden, 1
en laat met de geraffineerde strijd
middelen der moderne techniek de
schrikbeelden van toekomstige oor
logen voorzien, in welke het schieten
j misschien verouderd en gasvlammen
en electrische stroom zijn plaats ge
heel en al zullen hebben ingenomen.
Het is geen minderwaardige tegen-
etander. dien de D uitschers voor zich
Mijn lieve Ré-nri.
Ik ben zeer verwonderd en ont
stemd over hetgeen in uw brief te
lezen slaat, want naar hetgeen
miin goede Barberin mili altijd
gezegd haa, zoowel nadat hij u
ln de Avenue de Lvetoui 1 had ge
vonden, als nadat hii met den
persoon gesproken had. die n
zocht, moesten uwe ouders be
middelde. 3a zelfs vermogende
menschen zijn.
In die meening werd ik beves
tigd door de wijze, waarop gij
gekleed waart, toen Barberin u
te Chavanon bracht en uit de
kleeren. die gli toen aan hadtM
bleek klaar, dat zij tot de luieft
mand behooren van een rijk
kind. Gij verzoekt mij u duidelijk
te beschrijven hoe de kleertjes er
uitzagen, waarin men u had ge
wikkeld. Ik kan dit des te ge
makkelijker doen. omdat ik al
die voorwerpen heb bewaard,
daar rij eenmaal misschien strek
ken konden om u te doen herken
nen, als men u mocht opvorde
ren. wat volgens m;II zeker moest
gebeuren.
Maar vooraf moet ik u zeggen,
dat gii eigenlilk geen luiers hadt;
als lk daarvan soms gesproken
mocht hebben, was dit uit ge
woonte en omdat d-e kinderen bij
ons luiere dragen. Gij hadt die
h'ebbcP. aan maPschapDëri ÖP mate
riaal met uitzondering van de
grootste kalibers, de 42 c.M. niet
zwakker dan zii.
Geen middel van moderne, geraffi
neerde oorlogstechniek is den Fran
schen vreemd. Geen middel en geen
tegenmiiddel. Zoo wegen ten slotte
alle verfijningen der techniek weder
zijds tegen elkaar op en eindelijk
stiaat weder man tegen man."
Oostelijk oorlogsveld.
De Duitsche staf deelt Stede:
De groote offensieve ondernemin
gen van de Russen namen nog toe.
De punten van aanval zijn talrijker
géworden; de aanvallen volgden op
verschillende plaatsen elkaar dag en
naoht onafgebroken op. De krach tig-
tigste aanval ls weer gericht op het
front noordwestelijk van Fostawy.
Hieir waien de Russische verliezen
zelfs voor Russische massale aanval
len buitengewoon hoog. Bij een suc
cesvollen tegenaanval op een plaats,
waar een kleine doorbraak was ge
schied, werden elf Russische officie-
ren en 573 man gevangen genomen.
Maar ook in vele andere gevechten
(ten zuiden en zuidoosten van Riga,
bij Friedrichstadt, ten westen en
zuidwesten van Jacobetadt, ten zui-
d!en van Dunaburg, ten noord-en van
Widzy, tussohen het Narocz- en Wis-
mieezme-er) sloegen de dappere Duit
sche troepen de Russen onder zware
verliezen voor dezen terug en ontna
men hen bij tegenaanvallen nog ruim
600 krijgsgevangenen af. Op geen en
kel punt gelukte het don Russen eenig
succes te behalen. De verliezen zijn
over het algemeen gering.
De Oostenrijksche staf:
De actie van de Russen werd Dins
dag op bijna het geheele noordoost
front levendiger. De Oostenrijksche
stellingen werden onder artillerievuur
genomen.
Aan de Strypa en het Kormijngie-
bied deden Russische imfanterie-af-
deelingen aanvallen, maar deze wer
den overal afgeslagen.
In Oost-Gal icië verloor bij zulk een
aanval een Russische gevechtsgroep
ter sterkte van een bataljon aan doo-
den 3 officieren, en ruim 150 man, aan
gevangenen 100 man. Bij de Oosten
rijkers werden slechts'enkelen ge
wond.
Verspreid nieuws
van de oorlogsveld en
TOONEEL TE VELDE.
De „Vorwdrts'' vertelt het. een en
ander over het tooneel bij de Duit
schers te velde. In de etappen heeft
liet legerbestuur bioscopen ingericht.
Voordrachten *van gezang en musi-
ceeren komen vrijwel tot in de vuur
linie voor bii het leger van Falken-
hausen is nu zelfs een ambulant too
neel. dat lanes het front rondrijdt.
Het is niets anders dan de oiude
„Schmiere" die wij allein van de ker
missen kannen. Zij te echter streng
militair georganiseerd. Aan het
hoofd staat een regisseur in uniform,
die over een troep van 53 man het be-
Vel voert. Z-oo trekt de troep rond.
tEen bijzondere wagen levert de ver
lichting bij de voorstellingen. Dé boe
ren in de lialfvernielde dorpen "in de
Vogezen zetten groote oogen bij op
als zii alles zien.
De overgebleven dorpsjeugd verza
melt rich onmiddellijk om den wa
gen als deze aankomt en'heeft over
groot» belangstelling voor het op
slaan van het tooneel. Een schoolver-
trek. een sdhuur of zelfs de open
luciht, biedt de plaats ervoor. Solda
ten helpen bij het opslaan. Een groot
st.uk «wart-wit rood doek begrenst, de
plaats van het orkest. Voor honder
den toeschouwers worden banken
-ongesteld. Alles wordt meegebracht,
tot de programma's en .de entréebil-
jetten toe. De opbrengst der voorstel
lingen komt aan de n-"-platen betrek
kingen van gesneuVelden uit het
Duitsol ie leger ten goede.
Merkwaardig schouwspel is het de
soldaten door de smalle oude dorp
straten naar dezen schouwburg te
zien stroomen. Ze komen uit de loop
graven met. vermoeide gezichten, aan
kleeren en schoenen hangt nog de
aarde. Met nieuwsgierig ongeduld
nemen zij op de banken plaats, de
muziek zet in met een vroolijke wals
die als een electrische stroom werkt.
De soldaten zijn on-dor den In-druk.
Zij rijn dankbaar voor allee, voor de
kunsten van de ath-teet en acrobaten,
voor de dwaasheden en grappen van
de clowns. Mannen kwartetten zingen
ernstige en vroolijke liederen.
Opgewekt gaan do manschappen
weer naar hun kwartier.
Den volgenden morgen gaat het
tooneel weer verder. Geen etappe
wordt vergeten. De toeloop van mili
tairen en burgers is overal zeer groot.
Zelfs de legercommandant, generaal
overste van Falkenhauscn, heeft de
voorstellingen bezocht.
nietintegendeel ziehier, hoe
gii waart aangekleed en welke
dingen ik bij u heb gevonden: een
kanten mutsje, dat niets bijzon
ders had, behalve dat het zeer
fraai en kostbaar was; een nauw
sluitend hemdje van fijn linnen
met een kantje aan den hals én
aan de mouwen een flanellen
hemdje witte wollen kousjes; ge
breide witte schoentjes een
manteltje met een kap van wit
cachernir, met zii de gevoerd en
fraai geborduurd.
Gij hadt een wollen luier aan,
die tot dezelfde luiermand be
hoorde, maar bii den commissa
ris van politie had men u een an
dere aangedaan, een gewonen
doek.
lk moet eir ten slotte nog bij
voegen. det geen.van die kleeren
gemerkt waren, maar de wollen
luier en het hemdje moeten ge
merkt zijn geweest, want de hoe
ken. waarop gewoonlijk het merk
staat, waren afgeknipt, waaruit
genoeg blijkt, dat men alle voor
zorgen had genomen om naspo
ringen vruchteloos te maken.
Ziedaar, lieve Rêmi. alles wat.
ik u vertellen kan. Als gii meent
die dingen noodig te hebben,
schrijf mii dan maar dan zal
lk ze u zenden.
Laat het u maar niet spijten,
kindlief, dat gii mij de mooie pre-
Onze Lachhoek
TE DUUR GEKOCHT.
Een haJf uur lang was hij al van
plan geweest heen te gaan. Eindelijk
stond Herman dan toch op.
Zoo gauw al, beste? zuchtte Dora
droevig. Kun Je niet wat langer blij
ven.
Herman Bchudde heel beslist zijn
mannelijk hoofd.
Ik moet gaan, lieveling, ant
woordde hij, ofschoon ik wel tien
jaar van mijn leven zou willen geven
om nog wat langer bij je Ic blijven!
Maar, hield zij vol, waarom ga
Je'dan van avond zoo vroeg weg?
Omdat, Hef meisje, zei hij droe
vig, onze club vanavond; bijeenkomt»
en als ik niet kom, moet ik een kwurt
Je boete betalen.
WAAROM, ACH WAAROM?
Hij was een arm noveJJenschrijver,
zij een rijke erfgename. Maar de lief
de,lacht wat met maatschappelijke
posities, en op een lange zeereis ver
loor hij zijn hart aan haar.
De erfgename liet zich zijn hofma
kerij met, koele glimlachjes welgeval
len, maar beantwoord-de zijn liefde
niet: Hij was een arm novellensdlirij-
ver, zooals gezegd is.
Eens op een avond, toen rij over do
borstwering leunend naar het blau
we uitspansel tuurden, zei ze:
Ik heb de zee zoo lief!
Ik begrijp niet waarom, ant
woordde haar aanbidder op bitteren
toon. Zij heeft h-eelemaal geen geld'
ZACHTJES VOORBEREID.
Hij nL Bruin was trotsch op zijn
kalmte on/Jor alle omstandigheden.
Op zekeren dag liep hij het kantoor
van een vriend binnen en zei ter
loops:
Zooeven je vrouw gesproken, ou
de jongen.
Is ft waart merkte zijn vriend
op. Ik wist niet, dat rij vandaag Sn
de stad zou komen.
O, zij was niet ln de stad. Ik
bracht een bezoek aan je huls, twn ik
er voorbij ging.
Maar rij ontving toch zéker niet?
vroeg zijm vriend verbaasd.
Toen ik vanmorgen wegging, zei
ze, dat zij erge hoofdpijn had.
Zij heef-I er tegen mij niet over
gesproken, zei Bruin bedaarvl1. Maar
er waren zooveel menschen in Je huis,
dat wij niet veeJ konden praten.
Zooveel menschen! zei de ander
verbaasd.
Ja; rij kwamen met de brand
spuit.
De brandspuit! kwam met moed-
te tusschen de bleeke lippen van den
verschrikten huisvader uit.
Houc^ je bedaard, oude Jongen,
zei Bruin sussend. Het was heelemaal
geen ernstige brand, en zij wisten
hem spoedig te bluesohen. Maar lk
dacht, dat je er wel op gesteld 'zou
zijn, er wat van te hoor en!
OVER HET BELGISCHE LEGER.
Uit Louden wordt aan de Telegraaf
gemeld:
Lord Nortiicliffe geeft een beschrij
ving van zijn bezoek aan hot Belgi
sche front. Hij zegt, dat hij in het
Belgische leger vertoefd heeft, nadat
het juist eeai aantal achterhoedege
vechten doorstaan had; het leger leed
toen onder de zware verliezen, het
was uitgeput en had rust noodig.
maar toch lieten de dappere mannen
den moed nimmer zakken.
Thans is dit leger opnieuw georga
niseerd, het staat onder bekwame lei
ding en mag zich verlieugen in de
zorgen van zijn koning. Het is uitge
rust met groote kanonnen, zware hou
witsers, 75 c.M.'ere, mcahinegeweren
en is voorzien van een enorme hoe
veelheid^ granaten van allerlei soorL
Lord Northclilfe zag ergens onder
den grond een onnoemlijken grooten
voorraad granaten, waarvan er ver
scheidene in Engeland gemaakt wa
ren.
Li gezelschap van generaal Wlele-
mans kon de lord de uitwerking van
de üelgi&che kanonnen waarnemen.
I-lij brengt warme hulde aan de ecliit.
terende eigenschappen van baren
Rroqueville, die vol vertrouwen is.
Do lord brucht een bezoek aan een
kleine platgeschoten stad, waai' nog
steeds 30ü bewoners gebleven zijn.
Oude mannen werken er in de tuinen,
terwijl de vrouwen allerlei bezighe
den verrichten, de kinderen spelen
er met stukken van Duitsche grana
ten.
De Duitschers bombardeeren de
stad van tijd tot tijd, lieewel er geen
senten niet geven kunt, die gij
mij hebt beloofd de koe, waar
voor gii het geld uit uw mond
gespaard hebt. is voor mij mooier
dan bet kostbaarste geschenk. Ik
kan u tot miin blijdschap zéggen,
dat zii nog altijd gezond ie zij
blijft evenveel melk geven en
door haar heb ik nu alles wat ik
noodig heb en leef ik in over
vloed. Zoo dikwijls ik -haar zie,
denk ik aan u en aan uw vriend
je Mattia.
Gij zult mij genoegen doen als
«ij weer eens iets von u laat
hooreiiMnoge het altijd iets goeds
rijn. Gii ziit zoo lief en hartelijk
wat zoudt gij gelukkig ziin met
eene familie, een vader. een
moeder, broers en zusters, dié u
liefhadden, zooals gii verdient
Vaarwel, mijn lief kind ik
omhels u bartel iik ln gedachten
Uw pleegmoeder.
Weduwe BARBERIN.
Het slot van den brief deed mijn
hart klODDon arme vrouw Barberini
wat w;us zij goed voor mii. Dat was
omdat zii mii lief had en rii zich er-
beeldde. dat iedereen mii moest lief
hebben zooola zij.
(Wordt vervolgd.)