haarlems dints D© zeeslag bij 9t Skagerak TWEEDE BLAD Zaterdag 3 Juni 1916 Varsity-ana. Hemelvaartsdag, en mooi weer! Vreemde combinatie. De gezichten van de wherryvaar- ders, die hun booten over de rollen van het loods-plank>er te water du wen, kijken glunder naar het zonnetje en naar de licht-beschitterde golfjes van de Am&tel. Mooi weer! Hemelvaartsdag heeft een slechte weersreputatie ondier de varenslui- don. En de pedel, hoofdschuddend <te lucht bc-stanend, profeteert al on weer Maar we lachen 'm uit, nie mand wil 't gelooven, Kitn niet, van daag! Wherry na wherry wordt geladen met jassen, tasschen en alle moge lijke ingrediënten voor n flinken tocht-waaraan-een. picnic-vastzit, bij de andere clubgebouwen zie je ze ook druk in de we^r. 't Is tijd om te vertrekken, als 't begin van den Varsity nog willen zien. l)c meeste Aansterdamsche roeiers zijn al onderweg, en wij, \w- rend onder onze Spaarne-kleuren, be- hooren tot de laatste groep die de reis aanvaardt. Op onzen voorsteven wappert 't kleine geusje van het Co mité voor Wherry wedstrijden. Van daag begint de Hondvaart door Ne derland, en ons eerste wimpeltraject, Amsterdum— Haarlem, kunnen wie opluisteren door t bijwonen van de wedstrijden op het KanaaJ. In de Amstel-schutsluis is 't al een vroolijke boel. Negen wherries van Amsterdamsclie vereonigingeu, wij niet onze Spaarnevlag als 'n vreemde eend in de bijt, vier motorbooten met Varsity-gangers en een dikke lompe groenteschuit liggen broederlijk te zamen in de kleine sluisruimte. De vlaggen van De Amstel, de Hoop, de Koninklijke, Nereus en Poseidon wapperen in 't briesje, nevens de onze. De witflanellen roeiers-oos- tuums en de kleurige watersport toi letjes van de sturende dames maken er 11 vrool ijk bonte groep van. Er leeft 'n jolige stemming, meer bijzon derlijk bevorderd door de dikke groenteschuit, die door den wind tel kens van den wal raakt en dan poogt met z n logge lichaam een der slanke w herries tegen den sluismuur, plat to drukken. Maar pikhaken worden dreigend tegen de logge opgeheven, en met vereende kracht wordt ie tel kens weer teruggedreven. Na drie kwartier scharrelen in de sluis gaat-ie eindelijk open, en onder toeloop van honderden Amsterdam mers die op de mare ,,d'r gebeurt daar wat' zijn toegesneld, trekt dc heele flottille van veertien of vijftien de Nieuwe Heerengiacht door, waar de volgende sluis ons liefderijk op neemt eu nóg een kwartiertje vast houdt. Daarna eindelijk t vrije sop! De motorbooten sinéreu '111, de wherry-vloot raakt uiteen. We ach terhalen llenri Wijnmalen, ex- aviateur, nu vliegtuigfabrikant, die in "n Engelsche wherry de riemen hanteert. Dan 't IJ over en t Kanaal op; in een goed uur stevig doorroeien is de llcmbrtig bereikt. Twee kilometer verder is de finish en staat de tribune voor de studenten, roeiwedstrijdén. Kn t is daar weer het heerlijk schouw spel van sport-jolijt, dat onze groote roeiwedstrijdui altijd bieden. E'en kaarsrecht Kanaal-stuk van twee kilometers lengte (drie voor het hoofdnummer) is als wedstrijd- baan uitgekozen. De breedte is méér dan genoeg voor vier strijdende ploe gen, en nu de baan is genomen over een traject zonder zijkanalen is het nadeel van „slechte plekken'", dat verleden jaar bestond, ook meteen weg. Jammei" dat er zoon sterke wind staat; de Zuidwester blaast fel en brengt 't Kanaal water in nevi£ê beroering. De ploegen aan boei I hebben nu 'n aanmerkelijk voordeel, die zitten 't best onder den Zuidelij ken wal. Langs dien wal, in schier-onafge- broken rij over n aliderhalven kilo meter afstand, liggen honderden wherries, bevlagd en bemand met vroolijke Varsity gangers, togen riet aan. 't Is als een lang, kleurig lint, langs 't verre, wuivende riet geweven. En do NoordwaJ is nog maar bij heel kleine stukjes zichtbaar door de söhier-onafgebroken aaneenschake ling van zeiljachten, motor- en stoombooten, getooid met duizenden vlaggen en vlaggetjes. Op 't breede Kanaal stuiven snelle motorbooten heen en weer, veroorza ken hevige deiningen waardoor de heele wherry-reeks langs het riet in wild 'golven gedans komt en maken het den roeaenden nic-t minder moci- Jijk. Later, hij ieder nummer van het programma, wordt dit herhaald. Ach ter de strijdende ploegen komt steeds een gansche cavalcade van full-speed varende motorbooten. Wij, in onze wherries lai.gs t riet, zijn nu eenmaal in een vroolijke Varsity- stemming en schikken ons blijmoedig in t geval, ofschoon telkens 't water over de wherry boorden wipt en nle- mands inventaris er droog afkomt. Maar het is toch wel gewensebt, dat bij volgende gelegenheden dit volko- men-onnoodige moevaren avan de motorbooten wordt afgeschaft. Er rijn nog andere Varsity-bezoekers buiten de motorjacht-eigenaars! Voor en in de propvolle tribune 't is nog altijd het oude onsierlijke houtgevaarto van de Zweth wemelt liet van de leden van categorie I dei- bezoekers. Dat zijn de studenten, bezield door laaiend enthousiasme en allen overtuigd van de zege hunner clubcouleuren. Stoombooten uit Am sterdam hebben duizenden aange voerd van categorie II, „de burgers' zooals een rechtgeaard studiosus ons heet. Maar de meest typische bezuekers- soort vau de Varsity is categorie III: de oud-studiosi. Bchooren nu ook tot „de burgers'Al doen ze al long niet moer aan eenige sport, al is hun le ven gewijd aan kumergeteerdhoid, aan processen, letterkundige ver handelingen, theologischen arbeid, medische practijk, sociale belangen of andere belangrijke zaken ter Var sity tijgen ze,worden weer eens een dag jong, zijn vurig clubchauvinist, juichen en verliezen een goed deel van hun in 't harde leven verworven waardigheid en ernst. Professor van Hamel junior, liet hoofd gedekt door 'n Jolig fantasie- dopje, en hangend over don rand van 'n motorboot oin n Nereusploeg te zien passeeren. En er zijn er tal-j loozen als hij Het meeste decorum j kleeft nog Haarlems burgemeester aan. Jhr. Sandberg heeft van zijn hoogen zijden geen afstand kunnen doen en houdt 'm in den sterken wind, wuarin hij aan boord van de moLorboot Super vun den Studcnten- Hoeibond staat, met moeite op zijn hoofd. k Heb Prins Hendrik eens gezien op 'n zeilwedstrijd... met n pet, een platte, waardigheids looze pet opEn die pet stond niet eens heelemaal recht. Enfin. Do wedstrijden waren van goede qualitcit, ondanks den harden wind. De uitslagen weten onze lezers al. Nereus was superieur, won in alle nummers op-twee-na, roeide t best en had t meeste uithoudingsvermogen, terwijl Laga, de prima inter pares van de laatste drie jaar, „nergens was'. Zoo gaat het in de race-kiin- geii: na n paar jaar moet altijd de glorierijko voor 'n nieuwe coryphae plaats maken. En gelukkig dat liet zoo is wat zou t anders vervelend zijn... De beste Nereus-ploegen vond ik do oude vier en de jonge acht: 'n mooieii, soepelen langen slag hadden die ploegen, en de eenheid in het „lichaainswerkw as zelfs op dedaat- ste 500 M. nog opvallend goed. T Triton-skiffairtje Ffihri Sneth- lage had den gunstigen boei en won door z'n taaiheid cii uitstekend baan- houden. Hij was overigens outsider 't geen veelal in races een goed ding is en de favoriet Barnard, van Njord, ging kopje onder in 't Ka naai. evenals de toekijkende be manning van een wherry-aan-den- wal. Allen werden voorspoediglijk gered. Prof. Damsté als kamprechter stoot over 't watervlak in de bekende race boot Lucky Jim, en er werd nogal vlot afgewerkt ondanks een ongeval aan een Nereus-glek'. waardoor het hoofdnummer moest uitgesteld wor den. Om vijf uur was t algeloopcn, zet te de gansche massa van vaartuigen zich in beweging en vervolgden we onze eerste étappe van de Rond vaart naar Haarlem. Een zware reis door den hevigen tegenwind, maar die ten slotte beloond werd door 't ontvangen van den eersten Hónd- vaartwimpel, door Wensink grace- lijk uitgereikt. R. P. De grostste zeeslag die ooit geleverd is. - De ofËeleele Eagelsche lezing. - De tegenspraak ln de Dnitsche ea Engelscke verlieslüsten - Ooggetuigen van 't gevecht. -150 schepen namen aan den strijd deel. -- Gewonden en geredden in IJmnlden en Hoek van Holland aangekomen. vreugde in Dnitschland over de behaalde overwinning. - Desknndlpn aan 't woord. De officieele Engelsche lezing. Do Britsche Admiraliteit be richt dat er in den namiddag van 31 Mei een zeegevecht bij de kust van Jutland heeft plaats gehad De Engel sche schepen die den hevigste» aan val te verduren hadden, waren de siagkruisersvloot, eensge kruisers en lichte kruisers, gesteund door vier snelvarende slagschepen, waaronder de vorlizen zeer 7.waar- waren. De Duïlscho slagvloot verwoed een lang gevecht met de Engelsche hoofd- niaoht. Spoedig nadat die op het ter rein van den strijd verscheen, keeide de Duitsche vloot naar hare haven terug, doch niet dan nadat de Engelsche vloot door de Duitsche slagschepen ernstig bescha digd was. De Engelsche slagkruisers Queen Mary" (26.000 ton), „Inde[a- tiguable" (18750 ton, in 1909 gebouwd), en „Invincible" (17000 ton, in 1907 ge bouwd) en de kruisers „Defence" (14 600 ton, in 1007 gebouwd) en Black Prince" (13500 ton, in 1905 ge bouwd) zijn gezonken. De Warrior (13500 ton, in 1905 gebouwd1, die. eerst gesleept werd, moest later door de be manning verlaten worden. Het is ook bekend dat de Engelsche torpedojagers Tipperary, Turbulent, Fortune, Spa«*- rowhawk en Ardent verloren zijn ge gaan, terwijl omtrent zes anderen nog geen berichten zijn ingekomen. Er zijn geen slagschepen of lichte krui sers gezonken De verliezen van de Duitechers zijn ernstig. Er is minstens één Duitsche slagkruiser vernield on één ernstig beschadigd. Volgens ingekomen be richten is gedurende den nacht een Duitech slagschip door Engelsche torpedojagers tot zinken gebracht. Twee lichte kruisers der Duitsehers zijn buiten gevecht gesteld en waarschijnlijk gezonken. Het juiste aantal Duitsche torpedojagers dat ge durende den strijd buiten gevech werd gesteld' is nog niet bekend, maar moet zeker groot zij-n. Tegenspraak tusschen Londen en Berlijn. De officieele berichten van de Duit sche en de Engelsche admiialiteit wij ken nog al van elkaar af. Volgens t Duitsche bericht heeft de Duitsche wlóot alleen verloren de „Pommern (13.200 ton), de „Wiesbaden (tonnen inhoud hier onbekend) en de „Frau- enlob" (2700 ton) en verder kleine 6chepen, De Engelschen geven meer verliezen voor de Duitsohers op. Het Brioche marinebestuur ontkent voons het zinken van eenige zijner sche pen, welker ondergang door de Duit- schers gemeld is. Het groote slagschip „Warspite" ie niet gezonken Ook wordt niets gemeld over de „Marlbo rough", die de Duitschers meenden getorpedeerd te hebben. Dit 6Chip is dus blijkbaar ook in eon Engelsche haven teruggekeerd. Verder leest meH niots van 't zinken van een En gelsche duikboot. Te IJ maiden zijn met een trawler eenige geredden aangekomen van den Duitschen kruiser „Elblag", die ook gezonken zou ziin. Deze staat (niet op de verliesliisl. die de Ruit- sellers opgegeven hebben. Een Dirtsche optelling der verliezen De „Lokal-Anz berekent het totale Duitsche verlies op 23056 ion, het Epgelsche op 133210 ton Het „Berl. Tageblatt" berekent het ver lies aan groote oorlogsbodems voor Duit.'fchland op 13.200 ton, voor Enigeland1 op 1(&980 ton. Do Eni- geltjche verliezen vormen geen be- fclissenden factor, maar bét eekenen een geduchtcn slag. In den Duilschen Rijksdag. Bii het begin van de Rijksdagzit- Ung van Vrijdag zeide de voorzitter ..In de Noordzee heeft een groot zee gevecht plaats gehad, de eerste bot sing van onze strijdkrachten ter zee met het hoofddoel van de Engelsche strijdmacht. Nadere bijzonderheden ontbreken nog. maar reods nu iB te constateeretn, dat onze jonge marine een groot, schoon succes heeft be haald. (Levendige toejuichingen). Weliswaar zim verschillende van onze mooie schepen gezonken, vele wakkere matrozen omgekomen, maai de verliezen van den vijand zijn veel voudig groot er. (Levendige toejui chingen). In dc allereerste plaats •bleek, dat onze vloot in staat is ook overmachtige Engelsche maritieme strijdkrachten het hoofd te bieden en do zege te bevechten, waarvoor wii de marine groet ui dank brengen. (Stormachtige toejuichingen). De leden vau Bondsraad en Rijks dag hoorden deze woorden staande aan. Hoeveel schepen aan 't gevecht deelnamen. Do diirecteur van het Reichsina- rineamt schoul-bij-nacht Hebbmghans zei do „Volgens do tot dU6\ er ont vangen berichten bevond zich de geheels Duitschfl slagvloot (llochsee- flotte) onder bevel van vieA admi raal Scheer op 31 Mei des namid dags tegenover de gezamenlijk© En gelsche slagvloot van ten minste 3i moderne groote gevechtsschepen. D© slag duurde tot des avonds negen uur. Daarna speelden zich des nachts een reek wederzijdsche aanvallen af, van krnisere en torpedobooten. Het resultaat van deze samenhangen de gevechtshandelingen ia een ver heugend en bete eken-end succes voor de Duitsche strijdkrachten tegenover een veel sterkeren tegenstander (Bijval in den Rijksdag) Do schout bij-nacht gaf vervolgens een opgave \an de 'reeds bekende Britsche ver liezen, waarbij hij nog meedeelde, dal negen tot tien torpedojagers zijn vernietigd, van welke alleen zes door hot linieschip „Westfalen". Over de averij der Duitsche schepen (behal ve de reeds vermelde verliezen) en over liet verlies aan menschorilevens aan Duitsche zijde ontbreken nog bepaalde mededeelingen. liet is (zoo zei spreker) tc begrijpen dat ook een deel van de Duitsche schepen zeer beschadigd is. Het hoofddeel van de vloot keerde in do havens terug. Haarlemmer Halletjes EEN ZATERDAGAVOND-PRAATJE. Er lestaan in de wereld veel sprook jes. Héél veel. Oude, zooals die uit dc Duizend en één Nacht en nieuwere, maar die ook al wat beiaard worden, van Au dorsen en Grimm. en dan bovendien nog sagen en vertellingen uit aJlciIei landen, ook uit Neder land, maar liaarlemsche sprookjes bestaan niet. Dat wil zeggen (want een mensch moet zich voorzichtig uit- drukken) ik heb er nooit van ge hooid. Nu moeten wo elkaar goed begrijpen er ziin wel jokkentjes, groote en kleine, die zoo dagelijks over de straten en door de huizen en in de cafés circulecren, maar dat is toch niet wat we sprookjes noemen. Misschien zullen sommige men sen cn. dio voornamelijk aan stoffe- Inke dingen plegen te denken, aan Ibruxn brood of wit broed en aan den priis van de groene erwten en voorts aan 't fait, dut tweemaal twee vier is. misschien zullen die zoggen„wat heb je nu in dezen tijd nog aan sprookjes Maar hebben deze men- soheui wei bedacht, dat de tegen woordige tiid sterk aan een bekend sprookje doet denken Een visschers- ionsen, zoo vertelt het oude verhaal, vond een fleech od het strand en maakte die open om tc zien wat er in zat er kwam niets dan een wolk Uit. die don vorm aannam van eem mensch en een gevaarlijke toovenaar bleek te wezo*» die jaren te voren om eiin euveldaden in de flesch was op gesloten. Nauwelijks was bij vrij, of donkere wolken pakten ziich samen, waarachter de zon zich van schrik verborg, de zee begon tc koken en te bruisen, de «ionder rolde, bliksem stralen flitsten aan den horizon de booze toovenaar was weer over de sarde losgelaten. Is dat ook nü niet zoo: is ged Mars niet ontketend en geeft de symboliek van 't oude Oostersche sprookje niet een treffend beeld van de vreselijk heid, waar het stukje wereld, dat Europa ilieet., onder gobukt gaat'? Ilaark-msche sprookjes dus. Er was ereiseen spreeuw, die huis de op den toren van dc Groote Kerk en veel schik in zim leven had. want hii was een levendige, enorgieke spreeuw, die met ziin tiid meeging. Daarom beoefende hij ook de sport, wetenxle dat die het beste middel is om gezond te blijven. Met zijn vrien den had hii een verceniging gesticht „De Stuivertjes-Wisselaar", die eiken avond na het avondeten, om een uur of acht. bijeenkwam om flinke lichaamsbeweging te nenven vóórdat ze zingen slapen. '1 Was me ook geen Drachtig terrein om stuivertje te wisselen 1 Het dak van de Sociëteit een paar schooruteenen de Lettergieterij, de bovenste toren-omgang van de Groote Kerk. hot dak van de Vauxhall in.de Wijde Appelaar steeg, het balconnetjo van 't Stadhuis en he-t dak van Trou moet Blycken, dienden voor het heerlijke «pel ook was er een groot hek met stangen op Brinkmann gekomen, maar dat vertrouwde de club niet erg ie wist nooit, of ze daar electri- citait door lieteai loooen en don was de sterkste spreeuw verlonaft „Kinderen", zei de president- spreeuw tot ziin kinderen, .'t is zoo'n heerliik spel. jullie wéét het niet. Als ie groot bent en ook vliegen ge leerd hebt. mogen jullie meedoe®," da.ii slachten we een tweede elftal." „Maar die gevaarliik'e men&chen", piopte een van de Songo spreeuwen. ,.d<oen die geen kwnaki, vader?" ..De menschen'rei Va/ter Spreeuw, jnct diepe minachting. „Wat zouden die kunnen! Ze weten nikp, als wij stuivertje wisselen, zeggen ze op de Personeel en materieel hielden zich schitterend, Do stemming is uitste kend, (Levendige toejuichingen De Dmlsche pers. De Duitsche pers en het volk zijn verheugd over 't behaalde succes, 't Wolffbureeu seint daarover: „Bij het goh eel e Duitsohe volk heeft de schitterende overwinning, die de Duitsche vloot op de Engelsche vloot behaald heeft, levendige vreugde en voldoening gewekt. Do geheelc Duit sche pers vertolkt deze gevoelens op de meest welsprekende wijze. Kapi tein Persiuis schrijft in het Berl i- I) o r Tagoblatt: „Aan Engelsche zijde zijn de verliezen buitengewoon zwaar geweest. Aan de Duitsche zij de daarentegen zeer licht; in verhou ding tot het behaalde succee zelfs buitengewoon licht De Duitsche vloot heeft in een gevecht op open zee, Zónder een «en eteun van kuatven- sterkirigen, de machtigste vloot der wereld op zegevierende wijze elag ge leverd. Aan Jiaar bevelhebber en aan alle commandanten en scheepsbe manningen brengt geheel DuHschland dank." De T a g es Ve i t u ng schrijft„Do grootste moderne zee dag is bij deze ontmoeting 's nachts in dc Noordzee uitgevochten. Gezien de geweldige moderne strijdmiddelen en het feit, dat de Duitsche „blauw- jakken" de hoofdmacht van de En gelsche slagvloot voor zich hadden, gaat deze slag in beteekenis ver alle vroegere gevechten ter zee te boven. De Duiteche vloot heeft daarbij een schitterend succes behaald. Tegen over het verlies van drie der sterkste Engelsche dreadnoughts staal geen overeenkomstig verlies aan den Duit- schen kant. Daarbij werd deze over winning behaald tegenover een be langrijke overmacht De jonge Duit sche marine heeft tiaar geweldige su perioriteit boven de machtigste vloot der wereld betoond. Zij heeft een suc ces van de schitterendste soort be haald eij haar vlag met onsterfelijken ,rocm bedekt. Als zeer kenleekenend voor de grootte der Duitsche overwin ning, wijzen zoo vervolgt Wolff de bladen er op, dat de Engelsclien aun groote echcpen meer dun hon derdduizend ton, de Dultscherö slechts 13,200 ton verloren hebben, geheel afgezien nog van den aard der schepen. Do verhouding bij de kleinere schepen is dienovereenkom stig." De „Nordd Allgem. Zeitung" schrijft onder den titel „Die groase Sceachlacht dos Wcltkrieges"„Het bericht van de groote overwinning van onze slagvloot zal overal, waar Duitsehers leven, groote geestdrift wekken. Bij de eerste door dc En- gelschen tot dusver angstvallig ver meden ontmoeting tusschen de hoofd macht van de Engelsche slagvloot en onze vloot, behield de Dnitsche vloot dc overhand, ofschoon de Engelschen met een groote overmacht den strijd konden beginnen. De Engelschen lo den zware verliezen een aantal van zijn grootste en nieuwste, oorlogssche pen liggen op den bodem der zee Daaronder zijn slagischcpen, die pas enkele jaren g«>leden in dienst zijn gesteld De Dnitsche vloot Jeed na tuurlijk eveneens verliezen. Zij staan echter, hoezeer elk offer aan Duit sche levens en Duitsche schepen groote smart verwekt, iu geert ver houding tot de verkregen verzwak king van de Engelsche vdoot. Offi cieren en manschappen van de Duit sche vloot verlangden van het begin van den oorlog af naar een gelegen heid om zich met den voornaamsten vijand ter "z-ee te melen thans heb ben zij kunnen bewijzen, hoe juist de fiere verwachting was. welke go- keel Duiischland koceterde van bun bekwaamheid, onverschrokkenheid en vastberadenheid. Al heeft ook het op treden van dc Duitsche oorlogssche pen tijdens den oorlog steeds weer de uitmuntendheid van de bevelvoe ring en van do bemanning aange toond, zoo gaf toch eerst di-zo groote zeeslag gelegenheid om alle uitste kende eigenschappen te toonon, waarmede het Duitsche volk reeds in vredestijd voor de werkelijkheid a!s een vertrouwd nationaal bezit van de hoogste waarde rekening hield Met groote dankbaarheid gedenkt het Duitsche volk zijn heldhaftige zenen, die voor de geschiedenis van zijn jonge marine eert heerlijk en roem rijk blad schreven." Dc grootste zeeslag in dc wereldgeschiedenis. liet Deensche blad ..Politiken' pu bliceert een reeks bijzonderheden over den sian cn verklaart, dat het d.« «rootste seeslazr in de wereld- Onze Lachhoek VOLKOMEN ONBEGRIJPELIJK. Zeer in zijn schik en m<t zichzelf tevreden, slenterde de oude Laken- man over zijn buitengoed, toen hij plotseling vol wdede een paar passen achteruitdeinsde. Daar was een vreemdeling dood kalm bezig in zijn particulieren vijver te visschenl Zoon schurk! Kokend van woedé, kwam de oude man nader Hé, daar! schreeuwde hij: Kun je niet lezen? Zie je niet wat daar op dat bord staat: Hier niet visschen'? De hengelaar keek vragend naar hem op. Natuurlijk kan ik dat lezen! ant woordde hij. En het ia toch wel wat al te belachelijk! Kijk eens even aan! hierbij toonde hij een dozijn prach tige visschen. Zijn het geen pronk stukken? De man die dat daar op- Bchrecf, wist zelf niet wat hij dec-dl geschiedenis 1^ geweest. De equipage van het Deensche stoomschip „Fjord" was cetuige van den striid. Wolff meldt daarover De Duiteche vloot, door de Engelschen ontdekt, naderde met volle kracht. Zij boslond uit vijf linieschepen, verschillende kruisers en ongeveer twintig torpeddbopten. Het was een indrukwekkend gezicht. De Duitschers openden een hevig vuur op de Engelschen. «lie met volle vaart naar het noorden terugkeer den. vervolgd en bescheten door dc Duitsche vloot, De kan- nnade ver- etomde een tiidlang en begon later weor met vernieuwde hevigheid. Bij Skann ontmoette de „Fjord" twee Zeppelins, die zich zoo stiel moeeliik naar het tooneei van don edriid be gaven. Op grond van de ontvangen berichten berekent men. dat de zee slag op twintig zeemijlen ten zuid westen van Stf.vanger heeft plaats gehad. Oog ge tuig en van ilcn strijd. L it LImuiden wondt aan de „Tele graaf" o. a. gemeldDe zeeslag schnnt de grootste te ziin. die boét geleverd werd. En na de verschillen de haastige interviews, die wii hier hadden met ooggetuigen cn gered- tien. die zoo verech uit den slagkwa- metn en de kruitdamp nog in de uni formen hadden, kunnen wij deze meening onderschrijven. Wanneer •wii de vele mededcelingcn. die ons daar in LImuiden gedaan werden, in het kort moeten samenvatten, dan kennen wii tot de slotsom, dat daar ©t> de Noordzee con slag geleverd is, zóó fel en groot van opzet, dat de cescltiedenie er van zal gewagen als het hevigste treffen ter zee in dezen groeten oorlog. Aan beide zijden schijnen heftige slatten te ziin geval len. De opvarenden, die wij hier isorakei». zagen slechts een klein ge deelte van dezen striid. maken alleen gewag van wat zii zagen, wat zii ver loren. En duji nog sprak men onder alle voorbehoud. Den besten indruk k rog en wii na een onderhoud met den gezagvoerder Th. Punt. van den trawier „John Brow/i". IJ M 109, reederii de Algemeene Vissohern- rnaatschap«»i. Het verhaal van kapi tein Punt is daarom zoo merkwaar dig. wijl hij het begin van dezen titan en-striid geheel medomaakte «n hii er op uit was. goed on nauwkeu rig waar te nemen. Op Donderdag 25 Mei was ik al dus deelde hii mee ter vischvanast gegaan. Op Woensdagmiddag 31 Mei was ik vtesrhendc boven oo de zoo genaamde Monkey-bank. Ijk bevond mii toen ongeveer 80 mijion van de Deensche kust. Tegen 2 "uur nam :k een groote vloot waar. in N.-W. rich ting varende. Er was van alles bii, zeei' groote slagschepen, torpedo jagers. kleine kruisers. De vloot kwam uiit Z. ten O. en koorste N. ten vV. Ik vermoedde aanstonds, dat het een Duiteche vloot was. die uit Helgo land kwam. De groote kruisers had den vier schoorsteencn 3 gele en 1 roode. In het geheel schat ik. dat er 50 schepen bij elkaar waren. Wij bleven kalm doorvisschen. want het was niet dc eerste maal. dat wij een oorlogsvloot ontmoetten. Aanvanke lijk dachten wij dan ook. dat do vaartuigen wel verder zouden trek- ktyi. Maar even over vieren merkten wii, dat er slag geleverd zou worden. Then viel het eerste schot. De sche nen waren 20 miil ten N. van ons ge draaid. Om half vijf begon een kort. maar hevig gevecht. Ik vermoedde, dat het meer een soort voorposten- Groote Markt„hoor die spreeuwen weer snateren 1" Ze weten niet eeus, dat het onze sport is. Dom als een mensch. zeggen wii spreeuwen al tijd Nu. goeiendag, moeder en ik •gaan stuivertje wisselen, post op. dat jullie niet uit het nest valt." Dien avond ging het bijzonder prachtig. Vader Spreeuw vloog als een bliksemstraal van het eene dak naar t andere en won het van ieder- eeu. zoodat bii van puren overmood iets dat ik niet noerneu zal vallen liet boven op een boogeu hooti, waar onder een deftige oude heer over de Groote Markt liep. Maar toen hij. hijgend van inspanning, op het dak van de VauxhaJl zat, vergat hij op eens 't heele stuivertje wisselcei, waait hii hoorde de spanten en latten en ruiten van het glazen dak met elkaar fluisteren en ze vertelden zulke vreemde "dingen, dat jc er koud van werd. Vader Spreeuw zat doodstil op een •nok. <Lat ze toch maar~ niet oa> hem letten zouden. Het eerst was een groote spant aan het woord. „Ik ben zoo oud", zei hij, „ik zal het wel niet lang meer maken. Vroeger voelde ik tmerg ui iniju knokken, dan kon de wnfd blazen zooals hij verkoos, ik kraakte wel een beetje, maar 't hin derde me niet. Nu voel ik me ziek en zwak. ik zeg jelut 't duurt niet lang of ik vul in felkaar en mün broer links en mijn zuster rechts denken er ook zoo over." „Wat moeten wij doen?' fluister den de ruiten. „Als we onzen steun verliezen, vallen wij ook." De spant wilde antwoorden, maar kon nieteen siddering liep door zijn k'den. hii kraakte en steunde ziin broer en zuster kraakten en steunden mee. het heele houtwerk bewoog van pijn. zoodat Vader Spreeuw banc word en opvloog, om niet moe naar benoden te vallen avbji- necr het houtwerk naar benoden stortte. Toen ging het gesprek voort tusschen de bejaarde dakstumpers. Vader Spreeuw, dio het heele stuiver- He wisselen vergeten was on daarom niet weinig door zim mode-clubleden gehoond word, vloog zonder zich daarom te bekommeren naar zijn woning on de Groote Kerk terug. Dien nacht kon hii den slaaif maar niet vatton. Stellig en zeker zou bin nenkort liet dkk van de Vauxhall in storten en welke ongelukken konden daar niet bij gebeuren„Dc men- schen hebben het wel niet aan ons verdiend", zei hij don volgenden morgan aan 't ontbijt tot Mevrouw Spreeuw, „maar ik wil toch waar schuwen." En den boelen mongen trachtte hii de aandacht te trekken van allerlei menschan. waarvan hij dacht, dut ze imloed hadden iu offi cieele zaken. Luid piepend vloog hij hun voor de voeten, maar de men- schen begrepen het niet. scholden op die brutale spreeuwen„je brengt ie leven nog in gevaar", zei Mevrouw Spreeuw, die het aanzag, „en wat moet er dan van mii en dc kinderen worden Helaas, haar profetie was bii na vervuld, want Vader Spreeilws rechterpoot raakte onder ean kinderwagon, zoodat hii door drie leden van dc club voor stuivertje wisselen naar huis uubraeht moest worden. Hii vloekte als een spreeuw en ging te keer over de domme ïnen- sclien. die nooit wat begrepen „nu moet", zei bii. „maar gebeuren wat niet te vermiiden is. Vrouw, leg een Prleeanitz-verband op mijn poot en waarschuw de club. dat ik vanavond niet stuivertje wisselen kan." Het was pas twee dagen later, op Zaterdagmiddag, dat Vader Spreeuw weer zoover hersteld was. dat hij uit kon gaan. Langzaam vloog hij over het dak van de Vauxhall. toon hij «9t hevig gekraak hoorde. liet dak stortte in! Toen Vader Spreeuw een weinig van zijn schrik bekomen was, vloog hij naar benoden en zette zich op den vloer op de puinhoopen neer. „Brutale spreeuw!" hoorde hij weer iemand in zijn nabijheid zeggen, maar daaraan stoorde hij zich niet, want in de nabijheid zag hij den ou- den dakspant liggen, die het woord gevoerd- had en van dezen wou hij nog afscheid nemen. Het scheen, dat de spant hern herkende, althans zijn grootste stuk kraakte vriendelijk cn Vader Spreeuw hoorde een zacht, o zoo zacht gefluister „VVo zijn naar beneden gevallen, „toen we zagen dat er niemand in de „zaal wasgeen seconde langer „hadden onze krachten het kunnen „uithouden. En aan den scheurka lender hadden wo gezien dat 't Za terdag was Do stem stierf bijna weg, vader Spreeuw boog zich zoover mogelijk naar den dakspant toe. „daarom dachten we nu kunnen ,,de mcnschcn ons vóór den Zondag „nog opvegen7** Twee minuten later voelde een voorbijganger iets vochtigs op zijn neus vallen en opziende, zag hij een vogel over zich heen strijken. „Viezerik!' riep hij boos. Maar was niet dat wat hij dacht, 't was &en dikke traan uit het oog van Vader Spreeuw, die langzaam naar den toren vloog Dien avond ging hij niet mee stuivertje wisselen. Het gebeurde had hern te zeer aangegrepen Dit Is het sprookje van Vader Spreeuw, dat heusch waar gebeurd moet zijn. Jullie kunt het hem zelf vragen, hij is een groot soort spreeuw, mei een wit vlekje boven op ziin kop en trekt nog een beetje met zijn lin kerpoot. door den kinderwagen. Nu zat ik vertellen van een ander sprookje, dat een van mijn vrienden vertelde in den kring van zijn ken- „Er was ereis een man m Haarlem, die moest belasting betalen." Dc vrienden bromden „Hij ging naar het Pand met ziin zoontje aan dc hand en het geld in zijn zak, precies j»opasi, want li ij be hoefd© geen waarschuwing of aan maning te betalen." Dat jok je." riepen zijn Kennissen, „dat bestaat niet!" „In de vestibule van het belasting kantoor zag die man een groofe ta fel met koek en taart en limonade en sigaren en daarbij stond een bode. die zei tegen iedereen „tast u manr toe, de gemeente tractcert vandaag!" De kennissen zeiden eerst niemen dal, toen merkie één hunner op, met iets dreigends in zijn stem - „zoo'n leugenanr heb ik nooit meer gezien!" ,.'t Was merkwaardig" ginr «I® verteller voort, „maar aüe mensetien d'e van "t loket terugkwamen, ke ken verheugd Er ging onder dc ken niseen een hoonend geloei op. wanrbovpn de verhaler zich ternauwernood ver staanbaar maken kon. „De klerk aan 't loket zei tot don beJn<rtingbMnle.rhier is uw biljet voldaan geteekend terug, geld mag ik niet aannemen; er is vanmorgen een heer geweest, die alle twdaetmg- betalers, welke vandaag aan 't kantoor komen, vrij houdt: ik kan. zei hii, van mijn oorlogswinst gemakkelijk een ton missen Op eens stonden al de kennisesn overeind. „Gooi hem er uit 1" riepen ze, „den leugenaar, den knoeier, den zwendelaar!" En "twee minuten later lag hij met een bloedenden neus en gescheurde klceren op straat, Het was ruw en niet wellevend. Maar zulke sprookjes vertelt men toch ook niet!

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1916 | | pagina 5