haarlems dints
D© zeeslag bij 9t Skagerak
TWEEDE BLAD
Zaterdag 3 Juni 1916
Varsity-ana.
Hemelvaartsdag, en mooi weer!
Vreemde combinatie.
De gezichten van de wherryvaar-
ders, die hun booten over de rollen
van het loods-plank>er te water du
wen, kijken glunder naar het zonnetje
en naar de licht-beschitterde golfjes
van de Am&tel. Mooi weer!
Hemelvaartsdag heeft een slechte
weersreputatie ondier de varenslui-
don. En de pedel, hoofdschuddend
<te lucht bc-stanend, profeteert al on
weer Maar we lachen 'm uit, nie
mand wil 't gelooven, Kitn niet, van
daag!
Wherry na wherry wordt geladen
met jassen, tasschen en alle moge
lijke ingrediënten voor n flinken
tocht-waaraan-een. picnic-vastzit,
bij de andere clubgebouwen zie je ze
ook druk in de we^r.
't Is tijd om te vertrekken, als
't begin van den Varsity nog willen
zien. l)c meeste Aansterdamsche
roeiers zijn al onderweg, en wij, \w-
rend onder onze Spaarne-kleuren, be-
hooren tot de laatste groep die de
reis aanvaardt. Op onzen voorsteven
wappert 't kleine geusje van het Co
mité voor Wherry wedstrijden. Van
daag begint de Hondvaart door Ne
derland, en ons eerste wimpeltraject,
Amsterdum— Haarlem, kunnen wie
opluisteren door t bijwonen van de
wedstrijden op het KanaaJ.
In de Amstel-schutsluis is 't al een
vroolijke boel. Negen wherries van
Amsterdamsclie vereonigingeu, wij
niet onze Spaarnevlag als 'n vreemde
eend in de bijt, vier motorbooten met
Varsity-gangers en een dikke lompe
groenteschuit liggen broederlijk te
zamen in de kleine sluisruimte. De
vlaggen van De Amstel, de Hoop, de
Koninklijke, Nereus en Poseidon
wapperen in 't briesje, nevens de
onze. De witflanellen roeiers-oos-
tuums en de kleurige watersport toi
letjes van de sturende dames maken
er 11 vrool ijk bonte groep van. Er
leeft 'n jolige stemming, meer bijzon
derlijk bevorderd door de dikke
groenteschuit, die door den wind tel
kens van den wal raakt en dan poogt
met z n logge lichaam een der slanke
w herries tegen den sluismuur, plat to
drukken. Maar pikhaken worden
dreigend tegen de logge opgeheven,
en met vereende kracht wordt ie tel
kens weer teruggedreven.
Na drie kwartier scharrelen in de
sluis gaat-ie eindelijk open, en onder
toeloop van honderden Amsterdam
mers die op de mare ,,d'r gebeurt
daar wat' zijn toegesneld, trekt dc
heele flottille van veertien of vijftien
de Nieuwe Heerengiacht door, waar
de volgende sluis ons liefderijk op
neemt eu nóg een kwartiertje vast
houdt.
Daarna eindelijk t vrije sop!
De motorbooten sinéreu '111, de
wherry-vloot raakt uiteen. We ach
terhalen llenri Wijnmalen, ex-
aviateur, nu vliegtuigfabrikant, die
in "n Engelsche wherry de riemen
hanteert.
Dan 't IJ over en t Kanaal op; in
een goed uur stevig doorroeien is de
llcmbrtig bereikt. Twee kilometer
verder is de finish en staat de tribune
voor de studenten, roeiwedstrijdén.
Kn t is daar weer het heerlijk
schouw spel van sport-jolijt, dat onze
groote roeiwedstrijdui altijd bieden.
E'en kaarsrecht Kanaal-stuk van
twee kilometers lengte (drie voor
het hoofdnummer) is als wedstrijd-
baan uitgekozen. De breedte is méér
dan genoeg voor vier strijdende ploe
gen, en nu de baan is genomen over
een traject zonder zijkanalen is het
nadeel van „slechte plekken'", dat
verleden jaar bestond, ook meteen
weg. Jammei" dat er zoon sterke
wind staat; de Zuidwester blaast fel
en brengt 't Kanaal water in nevi£ê
beroering. De ploegen aan boei I
hebben nu 'n aanmerkelijk voordeel,
die zitten 't best onder den Zuidelij
ken wal.
Langs dien wal, in schier-onafge-
broken rij over n aliderhalven kilo
meter afstand, liggen honderden
wherries, bevlagd en bemand met
vroolijke Varsity gangers, togen
riet aan. 't Is als een lang, kleurig
lint, langs 't verre, wuivende riet
geweven.
En do NoordwaJ is nog maar bij
heel kleine stukjes zichtbaar door de
söhier-onafgebroken aaneenschake
ling van zeiljachten, motor- en
stoombooten, getooid met duizenden
vlaggen en vlaggetjes.
Op 't breede Kanaal stuiven snelle
motorbooten heen en weer, veroorza
ken hevige deiningen waardoor de
heele wherry-reeks langs het riet in
wild 'golven gedans komt en maken
het den roeaenden nic-t minder moci-
Jijk.
Later, hij ieder nummer van het
programma, wordt dit herhaald. Ach
ter de strijdende ploegen komt
steeds een gansche cavalcade van
full-speed varende motorbooten. Wij,
in onze wherries lai.gs t riet, zijn
nu eenmaal in een vroolijke Varsity-
stemming en schikken ons blijmoedig
in t geval, ofschoon telkens 't water
over de wherry boorden wipt en nle-
mands inventaris er droog afkomt.
Maar het is toch wel gewensebt, dat
bij volgende gelegenheden dit volko-
men-onnoodige moevaren avan de
motorbooten wordt afgeschaft. Er
rijn nog andere Varsity-bezoekers
buiten de motorjacht-eigenaars!
Voor en in de propvolle tribune
't is nog altijd het oude onsierlijke
houtgevaarto van de Zweth wemelt
liet van de leden van categorie I dei-
bezoekers. Dat zijn de studenten,
bezield door laaiend enthousiasme en
allen overtuigd van de zege hunner
clubcouleuren. Stoombooten uit Am
sterdam hebben duizenden aange
voerd van categorie II, „de burgers'
zooals een rechtgeaard studiosus ons
heet.
Maar de meest typische bezuekers-
soort vau de Varsity is categorie III:
de oud-studiosi. Bchooren nu ook tot
„de burgers'Al doen ze al long niet
moer aan eenige sport, al is hun le
ven gewijd aan kumergeteerdhoid,
aan processen, letterkundige ver
handelingen, theologischen arbeid,
medische practijk, sociale belangen of
andere belangrijke zaken ter Var
sity tijgen ze,worden weer eens een
dag jong, zijn vurig clubchauvinist,
juichen en verliezen een goed deel
van hun in 't harde leven verworven
waardigheid en ernst.
Professor van Hamel junior, liet
hoofd gedekt door 'n Jolig fantasie-
dopje, en hangend over don rand
van 'n motorboot oin n Nereusploeg
te zien passeeren. En er zijn er tal-j
loozen als hij Het meeste decorum j
kleeft nog Haarlems burgemeester
aan. Jhr. Sandberg heeft van zijn
hoogen zijden geen afstand kunnen
doen en houdt 'm in den sterken
wind, wuarin hij aan boord van de
moLorboot Super vun den Studcnten-
Hoeibond staat, met moeite op zijn
hoofd. k Heb Prins Hendrik eens
gezien op 'n zeilwedstrijd... met n
pet, een platte, waardigheids looze
pet opEn die pet stond niet eens
heelemaal recht.
Enfin.
Do wedstrijden waren van goede
qualitcit, ondanks den harden wind.
De uitslagen weten onze lezers al.
Nereus was superieur, won in alle
nummers op-twee-na, roeide t best en
had t meeste uithoudingsvermogen,
terwijl Laga, de prima inter pares
van de laatste drie jaar, „nergens
was'. Zoo gaat het in de race-kiin-
geii: na n paar jaar moet altijd de
glorierijko voor 'n nieuwe coryphae
plaats maken. En gelukkig dat liet
zoo is wat zou t anders vervelend
zijn...
De beste Nereus-ploegen vond ik
do oude vier en de jonge acht: 'n
mooieii, soepelen langen slag hadden
die ploegen, en de eenheid in het
„lichaainswerkw as zelfs op dedaat-
ste 500 M. nog opvallend goed.
T Triton-skiffairtje Ffihri Sneth-
lage had den gunstigen boei en won
door z'n taaiheid cii uitstekend baan-
houden. Hij was overigens outsider
't geen veelal in races een goed
ding is en de favoriet Barnard,
van Njord, ging kopje onder in 't Ka
naai. evenals de toekijkende be
manning van een wherry-aan-den-
wal. Allen werden voorspoediglijk
gered.
Prof. Damsté als kamprechter stoot
over 't watervlak in de bekende race
boot Lucky Jim, en er werd nogal
vlot afgewerkt ondanks een ongeval
aan een Nereus-glek'. waardoor het
hoofdnummer moest uitgesteld wor
den.
Om vijf uur was t algeloopcn, zet
te de gansche massa van vaartuigen
zich in beweging en vervolgden we
onze eerste étappe van de Rond
vaart naar Haarlem. Een zware reis
door den hevigen tegenwind, maar
die ten slotte beloond werd door 't
ontvangen van den eersten Hónd-
vaartwimpel, door Wensink grace-
lijk uitgereikt.
R. P.
De grostste zeeslag die ooit geleverd is. - De
ofËeleele Eagelsche lezing. - De tegenspraak
ln de Dnitsche ea Engelscke verlieslüsten -
Ooggetuigen van 't gevecht. -150 schepen namen
aan den strijd deel. -- Gewonden en geredden
in IJmnlden en Hoek van Holland aangekomen.
vreugde in Dnitschland over de behaalde
overwinning. - Desknndlpn aan 't woord.
De officieele Engelsche lezing.
Do Britsche Admiraliteit be
richt dat er in den namiddag van 31
Mei een zeegevecht bij de kust van
Jutland heeft plaats gehad De Engel
sche schepen die den hevigste» aan
val te verduren hadden, waren de
siagkruisersvloot, eensge kruisers en
lichte kruisers, gesteund door vier
snelvarende slagschepen, waaronder
de vorlizen zeer 7.waar- waren. De
Duïlscho slagvloot verwoed een lang
gevecht met de Engelsche hoofd-
niaoht. Spoedig nadat die op het ter
rein van den strijd verscheen, keeide
de Duitsche vloot naar hare haven
terug, doch niet dan nadat
de Engelsche vloot door de
Duitsche slagschepen ernstig bescha
digd was. De Engelsche slagkruisers
Queen Mary" (26.000 ton), „Inde[a-
tiguable" (18750 ton, in 1909 gebouwd),
en „Invincible" (17000 ton, in 1907 ge
bouwd) en de kruisers „Defence"
(14 600 ton, in 1007 gebouwd) en
Black Prince" (13500 ton, in 1905 ge
bouwd) zijn gezonken. De Warrior
(13500 ton, in 1905 gebouwd1, die. eerst
gesleept werd, moest later door de be
manning verlaten worden. Het is ook
bekend dat de Engelsche torpedojagers
Tipperary, Turbulent, Fortune, Spa«*-
rowhawk en Ardent verloren zijn ge
gaan, terwijl omtrent zes anderen nog
geen berichten zijn ingekomen. Er
zijn geen slagschepen of lichte krui
sers gezonken
De verliezen van de Duitechers zijn
ernstig. Er is minstens één Duitsche
slagkruiser vernield on één ernstig
beschadigd. Volgens ingekomen be
richten is gedurende den nacht een
Duitech slagschip door Engelsche
torpedojagers tot zinken gebracht.
Twee lichte kruisers der Duitsehers
zijn buiten gevecht gesteld en
waarschijnlijk gezonken. Het juiste
aantal Duitsche torpedojagers dat ge
durende den strijd buiten gevech
werd gesteld' is nog niet bekend, maar
moet zeker groot zij-n.
Tegenspraak tusschen
Londen en Berlijn.
De officieele berichten van de Duit
sche en de Engelsche admiialiteit wij
ken nog al van elkaar af. Volgens t
Duitsche bericht heeft de Duitsche
wlóot alleen verloren de „Pommern
(13.200 ton), de „Wiesbaden (tonnen
inhoud hier onbekend) en de „Frau-
enlob" (2700 ton) en verder kleine
6chepen, De Engelschen geven meer
verliezen voor de Duitsohers op. Het
Brioche marinebestuur ontkent voons
het zinken van eenige zijner sche
pen, welker ondergang door de Duit-
schers gemeld is. Het groote slagschip
„Warspite" ie niet gezonken Ook
wordt niets gemeld over de „Marlbo
rough", die de Duitschers meenden
getorpedeerd te hebben. Dit 6Chip is
dus blijkbaar ook in eon Engelsche
haven teruggekeerd. Verder leest
meH niots van 't zinken van een En
gelsche duikboot.
Te IJ maiden zijn met een trawler
eenige geredden aangekomen van
den Duitschen kruiser „Elblag", die
ook gezonken zou ziin. Deze staat
(niet op de verliesliisl. die de Ruit-
sellers opgegeven hebben.
Een Dirtsche optelling
der verliezen
De „Lokal-Anz berekent het
totale Duitsche verlies op 23056 ion,
het Epgelsche op 133210 ton Het
„Berl. Tageblatt" berekent het ver
lies aan groote oorlogsbodems voor
Duit.'fchland op 13.200 ton, voor
Enigeland1 op 1(&980 ton. Do Eni-
geltjche verliezen vormen geen be-
fclissenden factor, maar bét eekenen
een geduchtcn slag.
In den Duilschen Rijksdag.
Bii het begin van de Rijksdagzit-
Ung van Vrijdag zeide de voorzitter
..In de Noordzee heeft een groot zee
gevecht plaats gehad, de eerste bot
sing van onze strijdkrachten ter zee
met het hoofddoel van de Engelsche
strijdmacht. Nadere bijzonderheden
ontbreken nog. maar reods nu iB te
constateeretn, dat onze jonge marine
een groot, schoon succes heeft be
haald. (Levendige toejuichingen).
Weliswaar zim verschillende van
onze mooie schepen gezonken, vele
wakkere matrozen omgekomen, maai
de verliezen van den vijand zijn veel
voudig groot er. (Levendige toejui
chingen). In dc allereerste plaats
•bleek, dat onze vloot in staat is ook
overmachtige Engelsche maritieme
strijdkrachten het hoofd te bieden en
do zege te bevechten, waarvoor wii de
marine groet ui dank brengen.
(Stormachtige toejuichingen).
De leden vau Bondsraad en Rijks
dag hoorden deze woorden staande
aan.
Hoeveel schepen aan 't
gevecht deelnamen.
Do diirecteur van het Reichsina-
rineamt schoul-bij-nacht Hebbmghans
zei do „Volgens do tot dU6\ er ont
vangen berichten bevond zich de
geheels Duitschfl slagvloot (llochsee-
flotte) onder bevel van vieA admi
raal Scheer op 31 Mei des namid
dags tegenover de gezamenlijk© En
gelsche slagvloot van ten minste 3i
moderne groote gevechtsschepen.
D© slag duurde tot des avonds negen
uur. Daarna speelden zich des nachts
een reek wederzijdsche aanvallen
af, van krnisere en torpedobooten.
Het resultaat van deze samenhangen
de gevechtshandelingen ia een ver
heugend en bete eken-end succes voor
de Duitsche strijdkrachten tegenover
een veel sterkeren tegenstander
(Bijval in den Rijksdag) Do schout
bij-nacht gaf vervolgens een opgave
\an de 'reeds bekende Britsche ver
liezen, waarbij hij nog meedeelde,
dal negen tot tien torpedojagers zijn
vernietigd, van welke alleen zes door
hot linieschip „Westfalen". Over de
averij der Duitsche schepen (behal
ve de reeds vermelde verliezen) en
over liet verlies aan menschorilevens
aan Duitsche zijde ontbreken nog
bepaalde mededeelingen. liet is (zoo
zei spreker) tc begrijpen dat ook een
deel van de Duitsche schepen zeer
beschadigd is. Het hoofddeel van de
vloot keerde in do havens terug.
Haarlemmer Halletjes
EEN ZATERDAGAVOND-PRAATJE.
Er lestaan in de wereld veel sprook
jes. Héél veel. Oude, zooals die uit dc
Duizend en één Nacht en nieuwere,
maar die ook al wat beiaard worden,
van Au dorsen en Grimm. en dan
bovendien nog sagen en vertellingen
uit aJlciIei landen, ook uit Neder
land, maar liaarlemsche sprookjes
bestaan niet. Dat wil zeggen (want
een mensch moet zich voorzichtig uit-
drukken) ik heb er nooit van ge
hooid. Nu moeten wo elkaar goed
begrijpen er ziin wel jokkentjes,
groote en kleine, die zoo dagelijks
over de straten en door de huizen en
in de cafés circulecren, maar dat is
toch niet wat we sprookjes noemen.
Misschien zullen sommige men
sen cn. dio voornamelijk aan stoffe-
Inke dingen plegen te denken, aan
Ibruxn brood of wit broed en aan den
priis van de groene erwten en voorts
aan 't fait, dut tweemaal twee vier is.
misschien zullen die zoggen„wat
heb je nu in dezen tijd nog aan
sprookjes Maar hebben deze men-
soheui wei bedacht, dat de tegen
woordige tiid sterk aan een bekend
sprookje doet denken Een visschers-
ionsen, zoo vertelt het oude verhaal,
vond een fleech od het strand en
maakte die open om tc zien wat er
in zat er kwam niets dan een wolk
Uit. die don vorm aannam van eem
mensch en een gevaarlijke toovenaar
bleek te wezo*» die jaren te voren om
eiin euveldaden in de flesch was op
gesloten. Nauwelijks was bij vrij, of
donkere wolken pakten ziich samen,
waarachter de zon zich van schrik
verborg, de zee begon tc koken en te
bruisen, de «ionder rolde, bliksem
stralen flitsten aan den horizon de
booze toovenaar was weer over de
sarde losgelaten.
Is dat ook nü niet zoo: is ged Mars
niet ontketend en geeft de symboliek
van 't oude Oostersche sprookje niet
een treffend beeld van de vreselijk
heid, waar het stukje wereld, dat
Europa ilieet., onder gobukt gaat'?
Ilaark-msche sprookjes dus. Er
was ereiseen spreeuw, die huis
de op den toren van dc Groote Kerk
en veel schik in zim leven had. want
hii was een levendige, enorgieke
spreeuw, die met ziin tiid meeging.
Daarom beoefende hij ook de sport,
wetenxle dat die het beste middel is
om gezond te blijven. Met zijn vrien
den had hii een verceniging gesticht
„De Stuivertjes-Wisselaar", die eiken
avond na het avondeten, om een uur
of acht. bijeenkwam om flinke
lichaamsbeweging te nenven vóórdat
ze zingen slapen. '1 Was me ook
geen Drachtig terrein om stuivertje te
wisselen 1 Het dak van de Sociëteit
een paar schooruteenen
de Lettergieterij, de bovenste
toren-omgang van de Groote Kerk.
hot dak van de Vauxhall in.de Wijde
Appelaar steeg, het balconnetjo van
't Stadhuis en he-t dak van Trou moet
Blycken, dienden voor het heerlijke
«pel ook was er een groot hek met
stangen op Brinkmann gekomen,
maar dat vertrouwde de club niet
erg ie wist nooit, of ze daar electri-
citait door lieteai loooen en don was
de sterkste spreeuw verlonaft
„Kinderen", zei de president-
spreeuw tot ziin kinderen, .'t is zoo'n
heerliik spel. jullie wéét het niet.
Als ie groot bent en ook vliegen ge
leerd hebt. mogen jullie meedoe®,"
da.ii slachten we een tweede elftal."
„Maar die gevaarliik'e men&chen",
piopte een van de Songo spreeuwen.
,.d<oen die geen kwnaki, vader?"
..De menschen'rei Va/ter Spreeuw,
jnct diepe minachting. „Wat zouden
die kunnen! Ze weten nikp, als wij
stuivertje wisselen, zeggen ze op de
Personeel en materieel hielden zich
schitterend, Do stemming is uitste
kend, (Levendige toejuichingen
De Dmlsche pers.
De Duitsche pers en het volk
zijn verheugd over 't behaalde succes,
't Wolffbureeu seint daarover: „Bij
het goh eel e Duitsohe volk heeft de
schitterende overwinning, die de
Duitsche vloot op de Engelsche vloot
behaald heeft, levendige vreugde en
voldoening gewekt. Do geheelc Duit
sche pers vertolkt deze gevoelens op
de meest welsprekende wijze. Kapi
tein Persiuis schrijft in het Berl i-
I) o r Tagoblatt: „Aan Engelsche
zijde zijn de verliezen buitengewoon
zwaar geweest. Aan de Duitsche zij
de daarentegen zeer licht; in verhou
ding tot het behaalde succee zelfs
buitengewoon licht De Duitsche vloot
heeft in een gevecht op open zee,
Zónder een «en eteun van kuatven-
sterkirigen, de machtigste vloot der
wereld op zegevierende wijze elag ge
leverd. Aan Jiaar bevelhebber en aan
alle commandanten en scheepsbe
manningen brengt geheel DuHschland
dank." De T a g es Ve i t u ng
schrijft„Do grootste moderne zee
dag is bij deze ontmoeting 's nachts
in dc Noordzee uitgevochten. Gezien
de geweldige moderne strijdmiddelen
en het feit, dat de Duitsche „blauw-
jakken" de hoofdmacht van de En
gelsche slagvloot voor zich hadden,
gaat deze slag in beteekenis ver alle
vroegere gevechten ter zee te boven.
De Duiteche vloot heeft daarbij een
schitterend succes behaald. Tegen
over het verlies van drie der sterkste
Engelsche dreadnoughts staal geen
overeenkomstig verlies aan den Duit-
schen kant. Daarbij werd deze over
winning behaald tegenover een be
langrijke overmacht De jonge Duit
sche marine heeft tiaar geweldige su
perioriteit boven de machtigste vloot
der wereld betoond. Zij heeft een suc
ces van de schitterendste soort be
haald eij haar vlag met onsterfelijken
,rocm bedekt. Als zeer kenleekenend
voor de grootte der Duitsche overwin
ning, wijzen zoo vervolgt Wolff
de bladen er op, dat de Engelsclien
aun groote echcpen meer dun hon
derdduizend ton, de Dultscherö
slechts 13,200 ton verloren hebben,
geheel afgezien nog van den aard
der schepen. Do verhouding bij de
kleinere schepen is dienovereenkom
stig."
De „Nordd Allgem. Zeitung"
schrijft onder den titel „Die groase
Sceachlacht dos Wcltkrieges"„Het
bericht van de groote overwinning
van onze slagvloot zal overal, waar
Duitsehers leven, groote geestdrift
wekken. Bij de eerste door dc En-
gelschen tot dusver angstvallig ver
meden ontmoeting tusschen de hoofd
macht van de Engelsche slagvloot en
onze vloot, behield de Dnitsche vloot
dc overhand, ofschoon de Engelschen
met een groote overmacht den strijd
konden beginnen. De Engelschen lo
den zware verliezen een aantal van
zijn grootste en nieuwste, oorlogssche
pen liggen op den bodem der zee
Daaronder zijn slagischcpen, die pas
enkele jaren g«>leden in dienst zijn
gesteld De Dnitsche vloot Jeed na
tuurlijk eveneens verliezen. Zij staan
echter, hoezeer elk offer aan Duit
sche levens en Duitsche schepen
groote smart verwekt, iu geert ver
houding tot de verkregen verzwak
king van de Engelsche vdoot. Offi
cieren en manschappen van de Duit
sche vloot verlangden van het begin
van den oorlog af naar een gelegen
heid om zich met den voornaamsten
vijand ter "z-ee te melen thans heb
ben zij kunnen bewijzen, hoe juist
de fiere verwachting was. welke go-
keel Duiischland koceterde van bun
bekwaamheid, onverschrokkenheid en
vastberadenheid. Al heeft ook het op
treden van dc Duitsche oorlogssche
pen tijdens den oorlog steeds weer
de uitmuntendheid van de bevelvoe
ring en van do bemanning aange
toond, zoo gaf toch eerst di-zo groote
zeeslag gelegenheid om alle uitste
kende eigenschappen te toonon,
waarmede het Duitsche volk reeds in
vredestijd voor de werkelijkheid a!s
een vertrouwd nationaal bezit van de
hoogste waarde rekening hield Met
groote dankbaarheid gedenkt het
Duitsche volk zijn heldhaftige zenen,
die voor de geschiedenis van zijn
jonge marine eert heerlijk en roem
rijk blad schreven."
Dc grootste zeeslag in dc
wereldgeschiedenis.
liet Deensche blad ..Politiken' pu
bliceert een reeks bijzonderheden
over den sian cn verklaart, dat het
d.« «rootste seeslazr in de wereld-
Onze Lachhoek
VOLKOMEN ONBEGRIJPELIJK.
Zeer in zijn schik en m<t zichzelf
tevreden, slenterde de oude Laken-
man over zijn buitengoed, toen hij
plotseling vol wdede een paar passen
achteruitdeinsde.
Daar was een vreemdeling dood
kalm bezig in zijn particulieren vijver
te visschenl Zoon schurk! Kokend
van woedé, kwam de oude man nader
Hé, daar! schreeuwde hij: Kun
je niet lezen? Zie je niet wat daar op
dat bord staat: Hier niet visschen'?
De hengelaar keek vragend naar
hem op.
Natuurlijk kan ik dat lezen! ant
woordde hij. En het ia toch wel wat
al te belachelijk! Kijk eens even aan!
hierbij toonde hij een dozijn prach
tige visschen. Zijn het geen pronk
stukken? De man die dat daar op-
Bchrecf, wist zelf niet wat hij dec-dl
geschiedenis 1^ geweest. De equipage
van het Deensche stoomschip „Fjord"
was cetuige van den striid. Wolff
meldt daarover De Duiteche vloot,
door de Engelschen ontdekt, naderde
met volle kracht. Zij boslond uit vijf
linieschepen, verschillende kruisers
en ongeveer twintig torpeddbopten.
Het was een indrukwekkend gezicht.
De Duitschers openden een hevig
vuur op de Engelschen. «lie met volle
vaart naar het noorden terugkeer
den. vervolgd en bescheten door dc
Duitsche vloot, De kan- nnade ver-
etomde een tiidlang en begon later
weor met vernieuwde hevigheid. Bij
Skann ontmoette de „Fjord" twee
Zeppelins, die zich zoo stiel moeeliik
naar het tooneei van don edriid be
gaven. Op grond van de ontvangen
berichten berekent men. dat de zee
slag op twintig zeemijlen ten zuid
westen van Stf.vanger heeft plaats
gehad.
Oog ge tuig en van ilcn strijd.
L it LImuiden wondt aan de „Tele
graaf" o. a. gemeldDe zeeslag
schnnt de grootste te ziin. die boét
geleverd werd. En na de verschillen
de haastige interviews, die wii hier
hadden met ooggetuigen cn gered-
tien. die zoo verech uit den slagkwa-
metn en de kruitdamp nog in de uni
formen hadden, kunnen wij deze
meening onderschrijven. Wanneer
•wii de vele mededcelingcn. die ons
daar in LImuiden gedaan werden, in
het kort moeten samenvatten, dan
kennen wii tot de slotsom, dat daar
©t> de Noordzee con slag geleverd is,
zóó fel en groot van opzet, dat de
cescltiedenie er van zal gewagen als
het hevigste treffen ter zee in dezen
groeten oorlog. Aan beide zijden
schijnen heftige slatten te ziin geval
len. De opvarenden, die wij hier
isorakei». zagen slechts een klein ge
deelte van dezen striid. maken alleen
gewag van wat zii zagen, wat zii ver
loren. En duji nog sprak men onder
alle voorbehoud. Den besten indruk
k rog en wii na een onderhoud met
den gezagvoerder Th. Punt. van den
trawier „John Brow/i". IJ M 109,
reederii de Algemeene Vissohern-
rnaatschap«»i. Het verhaal van kapi
tein Punt is daarom zoo merkwaar
dig. wijl hij het begin van dezen
titan en-striid geheel medomaakte «n
hii er op uit was. goed on nauwkeu
rig waar te nemen.
Op Donderdag 25 Mei was ik al
dus deelde hii mee ter vischvanast
gegaan. Op Woensdagmiddag 31 Mei
was ik vtesrhendc boven oo de zoo
genaamde Monkey-bank. Ijk bevond
mii toen ongeveer 80 mijion van de
Deensche kust. Tegen 2 "uur nam :k
een groote vloot waar. in N.-W. rich
ting varende. Er was van alles bii,
zeei' groote slagschepen, torpedo
jagers. kleine kruisers. De vloot
kwam uiit Z. ten O. en koorste N. ten
vV. Ik vermoedde aanstonds, dat het
een Duiteche vloot was. die uit Helgo
land kwam. De groote kruisers had
den vier schoorsteencn 3 gele en 1
roode. In het geheel schat ik. dat er
50 schepen bij elkaar waren. Wij
bleven kalm doorvisschen. want het
was niet dc eerste maal. dat wij een
oorlogsvloot ontmoetten. Aanvanke
lijk dachten wij dan ook. dat do
vaartuigen wel verder zouden trek-
ktyi. Maar even over vieren merkten
wii, dat er slag geleverd zou worden.
Then viel het eerste schot. De sche
nen waren 20 miil ten N. van ons ge
draaid. Om half vijf begon een kort.
maar hevig gevecht. Ik vermoedde,
dat het meer een soort voorposten-
Groote Markt„hoor die spreeuwen
weer snateren 1" Ze weten niet eeus,
dat het onze sport is. Dom als een
mensch. zeggen wii spreeuwen al
tijd Nu. goeiendag, moeder en ik
•gaan stuivertje wisselen, post op. dat
jullie niet uit het nest valt."
Dien avond ging het bijzonder
prachtig. Vader Spreeuw vloog als
een bliksemstraal van het eene dak
naar t andere en won het van ieder-
eeu. zoodat bii van puren overmood
iets dat ik niet noerneu zal vallen
liet boven op een boogeu hooti, waar
onder een deftige oude heer over de
Groote Markt liep. Maar toen hij.
hijgend van inspanning, op het dak
van de VauxhaJl zat, vergat hij op
eens 't heele stuivertje wisselcei, waait
hii hoorde de spanten en latten en
ruiten van het glazen dak met elkaar
fluisteren en ze vertelden zulke
vreemde "dingen, dat jc er koud van
werd.
Vader Spreeuw zat doodstil op een
•nok. <Lat ze toch maar~ niet oa> hem
letten zouden. Het eerst was een
groote spant aan het woord. „Ik ben
zoo oud", zei hij, „ik zal het wel niet
lang meer maken. Vroeger voelde ik
tmerg ui iniju knokken, dan kon de
wnfd blazen zooals hij verkoos, ik
kraakte wel een beetje, maar 't hin
derde me niet. Nu voel ik me ziek en
zwak. ik zeg jelut 't duurt niet lang
of ik vul in felkaar en mün broer
links en mijn zuster rechts denken
er ook zoo over."
„Wat moeten wij doen?' fluister
den de ruiten. „Als we onzen steun
verliezen, vallen wij ook."
De spant wilde antwoorden, maar
kon nieteen siddering liep door
zijn k'den. hii kraakte en steunde
ziin broer en zuster kraakten en
steunden mee. het heele houtwerk
bewoog van pijn. zoodat Vader
Spreeuw banc word en opvloog, om
niet moe naar benoden te vallen avbji-
necr het houtwerk naar benoden
stortte. Toen ging het gesprek voort
tusschen de bejaarde dakstumpers.
Vader Spreeuw, dio het heele stuiver-
He wisselen vergeten was on daarom
niet weinig door zim mode-clubleden
gehoond word, vloog zonder zich
daarom te bekommeren naar zijn
woning on de Groote Kerk terug.
Dien nacht kon hii den slaaif maar
niet vatton. Stellig en zeker zou bin
nenkort liet dkk van de Vauxhall in
storten en welke ongelukken konden
daar niet bij gebeuren„Dc men-
schen hebben het wel niet aan ons
verdiend", zei hij don volgenden
morgan aan 't ontbijt tot Mevrouw
Spreeuw, „maar ik wil toch waar
schuwen." En den boelen mongen
trachtte hii de aandacht te trekken
van allerlei menschan. waarvan hij
dacht, dut ze imloed hadden iu offi
cieele zaken. Luid piepend vloog hij
hun voor de voeten, maar de men-
schen begrepen het niet. scholden op
die brutale spreeuwen„je brengt
ie leven nog in gevaar", zei Mevrouw
Spreeuw, die het aanzag, „en wat
moet er dan van mii en dc kinderen
worden Helaas, haar profetie
was bii na vervuld, want Vader
Spreeilws rechterpoot raakte onder
ean kinderwagon, zoodat hii door
drie leden van dc club voor stuivertje
wisselen naar huis uubraeht moest
worden. Hii vloekte als een spreeuw
en ging te keer over de domme ïnen-
sclien. die nooit wat begrepen „nu
moet", zei bii. „maar gebeuren wat
niet te vermiiden is. Vrouw, leg een
Prleeanitz-verband op mijn poot en
waarschuw de club. dat ik vanavond
niet stuivertje wisselen kan."
Het was pas twee dagen later, op
Zaterdagmiddag, dat Vader Spreeuw
weer zoover hersteld was. dat hij uit
kon gaan. Langzaam vloog hij over
het dak van de Vauxhall. toon hij
«9t hevig gekraak hoorde.
liet dak stortte in!
Toen Vader Spreeuw een weinig
van zijn schrik bekomen was, vloog
hij naar benoden en zette zich op den
vloer op de puinhoopen neer.
„Brutale spreeuw!" hoorde hij weer
iemand in zijn nabijheid zeggen,
maar daaraan stoorde hij zich niet,
want in de nabijheid zag hij den ou-
den dakspant liggen, die het woord
gevoerd- had en van dezen wou hij
nog afscheid nemen. Het scheen, dat
de spant hern herkende, althans zijn
grootste stuk kraakte vriendelijk cn
Vader Spreeuw hoorde een zacht, o
zoo zacht gefluister
„VVo zijn naar beneden gevallen,
„toen we zagen dat er niemand in de
„zaal wasgeen seconde langer
„hadden onze krachten het kunnen
„uithouden. En aan den scheurka
lender hadden wo gezien dat 't Za
terdag was
Do stem stierf bijna weg, vader
Spreeuw boog zich zoover mogelijk
naar den dakspant toe.
„daarom dachten we nu kunnen
,,de mcnschcn ons vóór den Zondag
„nog opvegen7**
Twee minuten later voelde een
voorbijganger iets vochtigs op zijn
neus vallen en opziende, zag hij een
vogel over zich heen strijken.
„Viezerik!' riep hij boos.
Maar was niet dat wat hij dacht,
't was &en dikke traan uit het oog
van Vader Spreeuw, die langzaam
naar den toren vloog
Dien avond ging hij niet mee
stuivertje wisselen. Het gebeurde had
hern te zeer aangegrepen
Dit Is het sprookje van Vader
Spreeuw, dat heusch waar gebeurd
moet zijn. Jullie kunt het hem zelf
vragen, hij is een groot soort spreeuw,
mei een wit vlekje boven op ziin kop
en trekt nog een beetje met zijn lin
kerpoot. door den kinderwagen.
Nu zat ik vertellen van een ander
sprookje, dat een van mijn vrienden
vertelde in den kring van zijn ken-
„Er was ereis een man m Haarlem,
die moest belasting betalen."
Dc vrienden bromden
„Hij ging naar het Pand met ziin
zoontje aan dc hand en het geld in
zijn zak, precies j»opasi, want li ij be
hoefd© geen waarschuwing of aan
maning te betalen."
Dat jok je." riepen zijn Kennissen,
„dat bestaat niet!"
„In de vestibule van het belasting
kantoor zag die man een groofe ta
fel met koek en taart en limonade en
sigaren en daarbij stond een bode.
die zei tegen iedereen „tast u manr
toe, de gemeente tractcert vandaag!"
De kennissen zeiden eerst niemen
dal, toen merkie één hunner op, met
iets dreigends in zijn stem - „zoo'n
leugenanr heb ik nooit meer gezien!"
,.'t Was merkwaardig" ginr «I®
verteller voort, „maar aüe mensetien
d'e van "t loket terugkwamen, ke
ken verheugd
Er ging onder dc ken niseen een
hoonend geloei op. wanrbovpn de
verhaler zich ternauwernood ver
staanbaar maken kon.
„De klerk aan 't loket zei tot don
beJn<rtingbMnle.rhier is uw biljet
voldaan geteekend terug, geld mag
ik niet aannemen; er is vanmorgen
een heer geweest, die alle twdaetmg-
betalers, welke vandaag aan 't kantoor
komen, vrij houdt: ik kan. zei hii,
van mijn oorlogswinst gemakkelijk
een ton missen
Op eens stonden al de kennisesn
overeind. „Gooi hem er uit 1" riepen
ze, „den leugenaar, den knoeier, den
zwendelaar!" En "twee minuten later
lag hij met een bloedenden neus en
gescheurde klceren op straat,
Het was ruw en niet wellevend.
Maar zulke sprookjes vertelt men
toch ook niet!