RUBRIEK VOOR ONZE JEUGD.
F e ullleton
Di
DERDE BLAD
tgblad.
ZATËRDAO £2 JULI 1816
T h n i s.
Liesbelh vertelde niet, dat zij den
vorigon avond den tuimmanejongen
een briefje had meegegeven, waarin
ze aan haar moeder schreef, dat
volk uutging en de jonge juffer a)lf>
nig bleef. Of moeder morgen niet wal
vort kon maken met 't werk. Dan
musten ze haar maar vragen om por-
Raadsels
(Deze raadsels zijn alle ingezonden
door jongens en meisjes die ,,Voor
Onze Jeugd" lezen. Denamen der kin
deren, die mij vóór Woensdagmiddag
4 uur goede oplossingen zenden, wor
den in het volgend nummer bekend
«maakt) Iedere maand worden
onder de beate oplossers twee boeken
In prachtband verloot. Hterbi] fere te bakken.
■wordt gelei op den leeftijd in verband I Al was Liesbelh maar een eenvou-
hf4 aantal onloesriniren en op de dig dienstmeisje, ze had een hart van
gcud. Vooral nu Mevrouw haar ©p
't hart gebonden had, voor Lenie te
zorgen, voelde ze voor haar, wat een
oudere zuster voor een kleiner zusje
voelt. Trui kwam al heel vroeg op
dagen. Lenie mocht den heelen dag
c' De ooievaars vlogen klapperend wel blijven. Moeder had een grOo:
heen. i P®n brii °P vuur:.
d. Het Is vandaag weer Oostenwind...Lust Je wel brij"' vroeg Lic6bet
- Therese dacht niet om haar lachend.
„[Dolgraag,zei Lenie. Lenie b<
greep wel, dat Liesbeth dacht, dat ze
liever de fijne gerechten van Tante
„et het aantal oplossingen en op de
netheid von het werk.)
1. Tngez. door Rosa Friedman
Verborgen bloamen of vruchten
a De paarden trappelen van onge-
buiswerk,
f Het rijtuig heeift Rika sl bo-
gteld.
e. Almelo en Hengelo zijn plaatsen
hTOverijsel.
h. Vader wa6 er in geslaagd een ge
6chikte woning te vinden.
2 (Ingez. door Jean Bart
Ik ben een plaats in Duitschland
van 5 letter», neem mijn 2de letter
weg en ik ben een plaats in Limburg.
3 (Ingez. door Najada
Men virmt mij tweemaal in het uur.
Maar nooit in honderd jaar.
Ik \raag u, wie ik wezen kan.
Wie heeft het antwoord klaar?
(Ingez. door Arend.).
Zet op de le rij een rivier In N--
imerika.
Zet op de 2de rij een rivier ln
Turkije.
Zet op de 8de rij een rivier in
Spanje.
Zet op de idle rij een rivier m
België.
Zet op de 5de rij een rivier ln
Nederland.
Zed op de 6e rij een rivier in Afrika.
Zev op do 7de rij een rivier ln
Duitschland.
Zet op de 8ste rij een rivier ln
Frankrijk.
De beginletters vormen den naam
van een Hol'andsche provincie.
5 tlngez. door Pim de Jong)
Ik ben een dier, dat langzaam
vooruitkomt. Zonder kop wordt >k op
brieven gebruikt, zonder staart ben
ik een groenie.
_6 (Ingez. door Rep on Klimop.)
Ik bon een plaats in Utrecht van 7
letters. Verander mijn 2de en 3de
letter en lk be>n een plaats in Lim
burg.
burg.
Raadseloplossingen
De oplossingen der vorigs raad-
Beis zijn
1 Komt tijd, komt raad,.
2 Houtwol.
8- Petten Etten.
4. Ruiter te paard.
5. Elk huis heeft zijn kruis.
6. Macaroni Caro Nico
aroma.
Goede oplossingen ontvangen van:
Witte van Haamstede 4. G. P. Vroom
4 Loontje Vroom 4. Hertevoet 4. Jo-
han Willemsen 4. Th. J. Ovenneer 6.
4. Karei Brands 4 J. v. Du'sho-
ten 6 Leidenaar 6. Controleur 6. Ma
rie Antoinette 5. Aronskelk 5. Anneke
Govao.-ts 5. Roodkapje 5. C. W. Wil-
lemseri 6. Corrie Groenendal 6 Arend
6 Lena Koeieveld "5. Anemoon 6
Mosroosje 6. Pepijn de Korte 6. Jan-
ny Leeflang 6. K. de Groote 4. Lobelia
6. Eekhoorntje 5 Jan van Hemert 5.
Tulp 6. Bets 6. BuschbeS 4. Zwartje
5. Takje Hulst 6. Bellefeur 6. Fortu-
na 5. A. Spaargaren G. Wim Spoor
6 W. P. v. d. Bogaardt 5. Mientje eo
Paulientjo van Amslel 5. Crocus G.
Janus Tulp 6. Morel 6. Heideroosje
6. Kabouter 6. Diderik v. Batenburg
6. A. J. Bijlsma 5. Michiel de Ruyter
6 Dirkje den Hollander 6. Generaal
de Ney 5. Doornroosje 8. Frans
Gehl 4.
fl De Wedstrijd.
Inzendingen ontvangen van
J Aronskelk, oud 13 jaar. Annie Ge
il vaeru. oud 10 jaar. Marie Antoinette,
cud 14 jaar Generaal Botha, oud 12
I jaar. Lena Koeieveld, oud 15 jaar.
I Floris V, oud 9 jaar. Boschbes, oud
1 11 jaar II. van Calcar, oud 12 aar.
G. Biankeeu-ijn, oud 15 jaar. Willem
L. Kok, oud Loentje Vroom, oud 10
I jaar. Goudkopje, oud 11 jaar. G. P
I Vroom, oud 13 jaar. Meiklokje, ouu
16 jaar. Herfstsering, oud 13 jaar.
Adèle'e tafel had. Maar 't was won
derlijk, zie proefde niet eens meer, dat
allee zoo veel heerlijker smaakte, dan
het eenvoudig eten bij Moeder thuis.
'tWerd een eoht gezellige dag voor
I-enie. Vrouw Bruin had er den slag
van met weinig veel te kunnen doen
Ze lachte en zong met haar troepje
mee alsof ze zelf nog jong was. En
elgenijk was ze dat ook en haar hart
zou jong blijken, al zouden haar
haren grijs en haar schouders gebo
gen zijn. Bij de eerste kennismaking
met Lenie had ze al gevoeld, dat ze
lots miste, dat ze niet eenoeg had aan
al den rijkdom van „ae villa".
„Jao," had ze bij zichzelf gerede
neerd, „al binne ze arm of ziek, een
moeder is nooit te missen.' En nu
onder het bakken der poffers, luister
de ze met hei eene oor naar kleinen
broer, die verhalen van de bewaar
school vertelde, maar met het andere
oor luisterde ze naar Lenie, die het
over schipper Kuipers had en dat ze
zoo graag mee wou. Als moeder ziek
was, zou ze wel weer terug komen.
Maar dan had ze Moeder immers weer
eens gezien. En het boerevromvtje
had met een diepzinnig gelaat in de
beslagpot gekeken, al maar mompe
lend. dat loopt verkeerd. „Wat is
it, Moeke?" had Truitje gevraagd,
maar vrouw Berg had lachend geant
woord „Niks weerd, een mins denkt
wel eens overluud."
„Kijk, daar komt Miintje aan," riep
Lenie, die toevallig oen weg langs
keek.
„Die ooHjkerd, zo komt op de lucht
af," riep Trui. „Gemiddag saam. Ik
had gehoord, dat Lenie hier was en
nu moest 'k zeggen van Vader, dat
hij Maandagavond pao vertrekt. Hij
krijca Maandag nog vracht in en hij
haalt de scha best in, want 'savonde
wordt hij gesleept."
„Om hoe laat gaat hij dan?" vroeg
Lenie, die T beusch pameier vond, dat
haar vroege morgenwandeling niet
door zou gaan.
„Vader zei, dat we daar niet op
konden -wachten, want 't kon wel
laat worden. Du» je kan het pakje
brengen, als je wilt.
M'k Heb een kistje vol fijne choco
lade voor Moeder gekregen van Tanig
en ik schrijf er morgen nog een groo-
ten brief bij," vertelde Lenie.
„Breng hei Maandagmiddag maar,
dan kunnen we nog een lekker poos
je aan boord spelen,opperde Mijn
tje. Nu, dat plannetje werd door Lo
me, zoowel als Tiui direct goedge
keurd.
„Dan is mijn moeder er ook," zei
Mijnt.e. „Die kijkt allee nog eens na
en dan neenn ze kleine zus mee."
j Toen LieSEeth een paar uur later
Lenie kwam halen, moest ze natuur
lijk vernemen, dat er Maandag weer
een prettig dagje in 't vooruitzicht
was.
(Wordt vervolgd.)
Brievenbus
.Brioven aan de Reductie van de
Kinder-Afdeeling moeten gezonden
worden aam Mevrouw BLOMBERG
ZEEMAN, Bloemhofstraat 5.
In de bus gooien, zonder aan
schellen!)
Nieweling is, WILLEM L. KOK,
Reitzstraat 33, Schoten.
THEODOOR J. O. Wordl wel be
dankt voor zijn mooie kaart uit Alk
maar.
C. VV. W. Ik vond hot leuk eens
een brief van je te krijgen, "t Zou me
geapeflen hebben, al» je door het ge
mis van de courant niet moe had kun.
nen doen. Hoe is de zwemwedstrijd
afgeioopen? lk wist niet, dat je daar
zoo'n matador in was. Hoe maken je
ouders hot en helpt broertje ook al
meo aan de raadseis? Ben je an den
zomer niet op Aerdonhout geweest?
Ik meende je te zien. 5 raadsels wa
ren goed.
DIRKJE DEN H. Jij verstaal do
kunst otn van een regenachtigeri Zen.
dag toch een gezelligen dag to ma
ken. Dat 16 maar heerlijk, want als
het zonnetje buiten niet schijnen wil,
moeten we het van binnen maar la
ten schijnen.
HERFSTSERING. Heb je al wat
van Morgenrood gehoord? Wat pret
tig, dat je naar Zandvoort bent ge
weest. Dat was zeker in jaren niet
gebeurd.
ABEL TASMAN. Ik hoop maar,
dat je op je schoolreisje mooi v
hobt. Jullie zijn toch zeker met tram
of spoor naar Zandvoort geweest?
DIDERIK VAN BATENBURG.
Neen, ik had in lang niets van je ge
hoond en ik vind het altijd leuk, als
oude klantjes weer op komen dagen.
Ik geloof, dat ik je al eens voorbij heb
zien komen. Eerlijk gezegd weet ik
niet goed moer, hoe je er uit ziet.
Kun je al mooi timmeren? Je raadsel
is goed.
MOREL. Je versje is goed, dus
je kunt gerust slapen.
KABOUTER. Zij, je dicht bij Ano
moon en babbelen jullie wel eend?
MIENTJE en PAULIENTJE VAN
A. Veel pleirier morgen! Stoei er
maar lustig op los. Moeder hooft je
zeker wel jurkjes aangetrokken die
er tegen kunnen.
G. P. V. Je raadsel is goed. Het
is volstrekt niet te moeilijk.
MEIKLOKJE. Het deed me veeJ
genoegen, weer wat van jullie te hoo-
ren. Ik kan me best begrijpen, dat
drukke bezigheden de oorzaak waren
van je stilzwijgen. Neen, ik ken Juf
frouw B. niet. 't Is te hopen, dat je
de naailes wat prettiger zult gaan
vinden, want straks met je examen
maakt het een voornaam punt uiL
Wat leuk, -dat je bij je zusje in do
klas les geeft. Zegt ze netjes „juf
frouw" tegen je? De ondeugende kin-
dersf.reken zijn er anders nog niet
uit. Die arme meneerl Misschien zie
ik je nog wel ln de vacantle. Raad
eens hoe.
LE ENTJE V. Help me nog maar
ons onthouden, dat bat 4 Aug. een
feestdag voor Je is. Had je een mooi
boek met de regenachtige dagen?
WITTE VAN HAAMSTEDE.
Vraag in de Ruil-Rubriek maar om
postzegels, of om dubbele to ruilen.
Misschien heb je wel succes.
GOUDKNOPJE. Zoo kleine dreu
nt as komt jij ook weer voor den dag.
Of ben je niet meer klein? Je btnt cr
met schrijven hard op vooruit gegaan
Wat dapper om alleen naar Leiden te
durven. Je lijkt roe een heele kraan
in de handwerken. Je kunt voor moe
der de kousen wol mazen en stoppen.
WILLEM L. K. Ja hoor, je mag
meedoen.
PIET BEP en WIM S. Tien kui
kentjes, wat een massa! En groeden
ze flink? Iloe gaat het nu met de ko
nijnen? En heeft Piet zijn eerste piano
les ai beet? Zandvoort vond hij ze
ker te dichtbij! En wat neemt me
neertje een lange vacantia!
FORTUNA. 't Was jammer, dat
het woer niet meeliep, toen jullie naar
Artis gingen. Maar je hebt de dieren
zeker wal goed kunnen zien.
TAKJE HULST. Neen, hoor, ik
vind het heusch niet te druk, als jo
me aile weken schrijft. Wat zullen de
patiënten te H. het heerlijk gevonden
hebben, dat jullie kwamen zingen. Ik
J graag geiooven, dat je in Artis ge
noten hebt. Was je er nog nooit ge
weest?
ZWARTJE. Vond je het aqua
rium niet prachtig? t Is zoo sprook
jesachtig verlicht. Het kleine Nijl
paard je was dus nog een echte baby.
Miaar ik denk wel niet, dat hij in oen
wieg zou willen liggen, ai was liet
ook nog zoo'n mooie. Je raadsel is
goed.
G. B. De vacantie doet de oudjes
weer terugkeeren, naar het schijnt.
Je hebt een scltitierend rapport. Dat
maakt de vacantie dubbel prettig. Ge
loof je liet ook niet?
BOSCHRES. Die Hein is een
knappertje. Feliciteer hem maar voer
me. De groeten voor moeder.
BETS. Wat voor plannetjes heb
ben jullie? lk hoop, dat je me in de
vacantie trouw blijft
TULP. Dat was een reuzen-brief.
Ik heb mijn hand over mijn hart ge
streken en de oplossingen der vorige
week voor dit koer laten meegeldai.
Je bent, zooals ik al vermoedde, over
gegaan Goluk gewenscht er mee! Je
vindt het zeker heerlijk, dat je toch
nog maar óp school b'ijft Van den
winter zal het inders wol een tijd van
blokken voor je worden.
JAN VAN II. Nu ben ik heel be
nieuwd naar Je volgend schrijven, om
t» vernemen, hoe de operatie is afge-
loopen. Kan je me zelf geen bericht
sturen, misschien wil dan een der
huisgenooten mij wel eens melden,
hoe het met mijn moedig vriendje
gaat.
FRANS G. Is vader Woensdag
nog gekomen? Wat zal dat een groote
errassing geweest zijn! En vond va
der je niet groot gewonden?
FLORIS V. Wel bedankt voor je
mooie bloemen. Ik was er toch zoo blij
mee. Zijn ze uit je eigen tuintje? Gi
lukkig, dat je nu weer heelemaal be
ter bont Want ziek zijn en vacantie
hebbon, zijn twee dingen, die niest bij
elkaar hooren. Ik hoop, dat je met va
der heel wat visch zult vangen!
EEKHOORNTJE. Je raadsel is
goed.
JAN'NY L. Ik had geen plaats
voor Jan Bluf. Anders was het wel
gedrukt. Je raadsels zijn goed.
schrijft zeker vaak aan je vriendin
netje.
KORENBLOEM. Wat spijt het
me, dat je zoo ln den lappenmand
bont geweest! Misschien tengevolge
van het gure weer. Heb je den zilve
ren armband nog terug gekregen?
Kom Woensdag maar eens naar de
plaatjes kijken.
ANEMOON en MOSROOSJE. Om
voor een prijs in aanmerking te ko
men, doet het er niet toe, of je lang
of kort met de Rubriek meedoet.
LENA K. Ja, Je hebt goed ge
sprongen. Ik hoop om je verjaardag
te denken. Maar het valt niet op Za
terdag. Profiteer maar lekker van je
karretje, dan geniet je meteen van de
buitenlucht.
GEN. DE NEY'. Je raadsels zijn
goed. Nu weer trouw meedoen, hoor!
Generaal Botha. Je inzending is in
orde.
AREND. Ben je al naar Zand
voort geweest? Of moet dat Dinsdag
nog gebeuren? Dan wensch ik je een
heel mooi, zonnig dagje toe.
C. W. \V. Nu krijg je twee brie
ven van me. Je raadsels zijn goed.
ROODKAPJE. Nog één weekje
geduld en dan hoop ik den uitslag te
vermelden. Wensch zus maar veel
genoegen op haar verjaardag.
ANNIE G. Wortlit het Dinsdag
n dag van verrassingen? Vertel je
e de volgende week eens, wat jullie
uitgehaald hebben.
MARIE ANTOINETTE, Ik ge
loof, dat jij overgebakken moet wor
den. Gelukkig, dut je weer schrijven
kunt Wat zul je veel met Mignon af-
gehabbetd hebben. Vond je het niet
gezellig, weer naar het atelier te kun-
;n gaan? Is je schilderstuk al af?
JOHAN W. Als je juist naar
Zandvoort ging, moesten ae raadsels
by inschieten. Dat begrijp ik best
t daar ben ik niets boos om.
Th. J. O. Dat schoolreisje zaJ je
niet licht vergeten. Moest je er later
geen opstel over maken?
DOORNROOSJE. lk denk, dat je
naam er de vorig» week bij ongeluk
le uitgeglipt Je raadsels zijn opge-
teekend, ze waren alle goed.
PERICLES. Gefeliciteerd met je
verhooging. De tijd voor liefhebberij-
werk wordt nu steeds minder. Heb
je eens een rustig oogenblikje, kom
dan nog eens een papierpraatje ma
ken.
Mevr. BLOMBERG-ZEEMAN.
22 Juli 1916.
Clotilde'i vlucht.
door SimonMoa.
't Was een warme dag.
Dit kon als een bijzonderheid gel
den in dezen kouden. wateraChtigen
zomer alle vorige dagen waren nat,
klam. koud en guur geweest. Daar
om. nu toet warm was. word dit met
dankbaarheid geconstateerd.
Door het geopende raam van de
zitkamer, uitziende op den turn.
kwam eèn heerliike. zwoele zomer
geur naar binnen. Juffrouw Hortense
zat ijverig te baken aan een kantje
voor een chemiset Zli was nooit ge
huwd geweest en woonde niet haar
eveneens ongehuwde zuster sinds ja
ren in een lief huisje od een lande
lijk plékie van een stil stadje, waar
de beide juffrouwen algemeen als de
„dames van Rustoord" bekend war
•ren. De zuster was echter kort gele
den gestorven en nu was juffrouw
Hcrtense alleen ucbtergobleven in
deze rustige, idyllische omgeving.
..Alleen' is echter wel wat t e ge
preciseerd. Het lieflijke „Rustoord"
werd nog mede bewoond door de ge
trouwe. doove dienstmaagd Brechtje
en eenice dierlijke wezens. Zoo wa-
ren er neg twee smousies. Lilly en
Willy, boide uit één nest. tweelingen
dus. een arlis inet-witte poes. Jacque
line. een paar oude tortelduiven.
Matthieu en Geneviève cn een aller
liefst siisie. Clotilde.
Geheel alleen was juffrouw Hor-
tense dus bepaald niet. Zli vond heel
<wat afleiding in het verzorgen en
vertroetelen van haar Hovelingen, die
bun namen hadden ontvangen naar
zcor intieme familieleden of speciale
konnissen van juffrouw Hortense.
•Zoo was liet siisje genoemd naar
ihaar overleden zuster.
Wonderlük was het. hoe die ran
hankeliike beesten dadeliik reageer
den. wanneer zii mei hun namen
werden aangeanroken. Het was zelfs
orinoodig. dat juffrouw Hortense de
L van Lilly en de W van Willy bij
zonder scherp articuleerde, de bees-
ten wisten onmiddellijk wie de vrouw
bedoelde, wanneer zii een der hondjes
riep. Zij lazen bet compleet van haar
lippen.
Piet-Piert-Pietewiet riep Clotilde
en huppelde vergenoegd van het stok
je. dat voor het fonteintje was ge
plaatst. tot oo het schommelende,
ooortvormize hangertje, boven in het
koperen traliekooitje. Pikte zich
eenige malen ouder de geel-met-zwart
gedekte veertjes, hief dan het kopie
weer op en keek Hnks en rechts,
waarbij ziin glinsterende kraaloogjes
guitig meedraaiden, telkens weer
roepende „Piet-Pietewletewiet 1"
Juffrouw Hortense keek van haar
handwerkle op en vroeg met een
door haar dunne liDDen gespit.it tuit
mondje
Wat is het. Piet Wat wil-ie
dan Och, ie zal 't ook warm heb
ban, hè, Piet Kom I vervolgde
opstaande en naar het kooitje
gaande, dat od een zwart houten
pièdestal in een hoek dor kamer was
geplaatst, neem maar 'ne wat
vrijheid 1
Ze maakte het deurtje open. gelijk
ze meermalen deed. zoodal het sijsje
Hoor de kamer kon fladderen. Het
was daaraan gewend en soms zette
bot zich vertrouwelijk od juffrouw
iHortense's schouder, of huppelde ge
zellig op schoorsteenmantel, tafei en
theéblad. zeer tot verdriet van
Brcclitie. die daarvan altiid onzinde
lifke sparen terugvond, en steen en
been klaagde, dat bet nare beest
overal vuil deponeerde.
Maar juffrouw Hortense hield te
veel van haar lieveling, om zich
daaraan ook maar Voor 't minst te
storen.
Clotilde vloog uit de opening van
'het deurtje direct naar de tafel en
pikte gretig naar eenige suiker-
koj'rels. welke juffrouw Hortense
daaroo had gestrooid. Daarna draai
de 't zich om en noc eens om en wipte
toen plots od de vensterbank, waar
de met zomergeuren bezwangerde
lucht haar blijkbaar zóó vermetel
'maakte, dat zij meer en meer naar
buiten scharrelde, een vóór juffrouw
Hortense het kon vermoeden, dat de
aandacht van Clotilde zoozeer getrok
ken! werd door dat open raam. wus
het diertle tot buiten od het koziin
gehuppeld.
Hoewel ze het volste vertrouwen
«telde in Clotilde, kwamen haar deze
etvolutién toch hoogst bedenkelijk
daarom stond zii op om te
trachten door zoet» overredings
kracht het beestje van verdere open
lucht-uitspattingen af te houden. Met
allerliefst stemgeluid vleide ze
Kom maar hier. Piet 1 Piete-
Piet I Zoete PietWil-ie nog wat sui
ker van de vrouw?Pietie-Piet I
lokte ze. met oen paar korrels in de
uitgestrekte rechterhand.
Doch Clotilde negeerde deze k-k-
pcfiingen. scharrelde nog wat tus-
schen de od het koziin geplaatste
geranium-DOties en zette er toen
subiet de soat .n. door met druk ge
fladder ou te vjlegen en regelrecht
koers tc zetten naar het schuurtje
achter in den tuin.
Met een luiden gil was juffrouw
Hortense door de keuken naar het
plaatsje gesneld, zóó luid, dat
Brcchtie ontsteld een pan uit haar
glibberige zeensophanden had laten
vallen, maar toen ze hoorde wat er
aan de hand was. dat Clotilde was
weggevlogen, kon ze de opmerking
niet onder zich houden
Wat 'n malle drukte om zoo'n
orir.elclie? 1
Clotilde scheen reeds tot bezinning
te ziin gekomen van haar plotselinge
dolle streek althans ze scheen geen
neiging te gevoelen, om verdere hel
dendaden te beginnen. Ze keek wel
hlii verrast en in-gelukk-g naar die
oneindige, zonnige ruimte boven
haar. doch bepaalde het onderzoe-
kiirgsvcld voorshands alleen tot het
dak van het schuurtje, waarop canine
overgewaaide zaadkorrels te vullen
waren.
Door het ruzieïg geredekavel van
juffrouw Hortense meit Brechtje was
buurinun naar buiten gekomen op
het erf. dat aan zün huis grensde aan
het tuintje van „Rustoord"; hij vroeg,
ziin lange Goudische erven uit zijn
mond nemende, naar de reden van
Juffrouw Hortense's ontstemming.
Toen buurman was ingelicht ora-
j Irent het slippertje van Clotilde. dis
zich nog ultild oo het schuurtle
scheen te vermaken, aurzelde hij geen
oocenbl.k. de behulpzame hand te
bieden, om te trachten het diertje
weer machtig te worden. Met behulp
van een kort laddertle. dat behoed
zaam tegen het schuurtje werd gezet,
klprn hii. nadat hij juffrouw Horten
se verzocht had. z'n lange pijp enen
te willen vasthouden, voorzichtig
naar bovon.
Od heit dakJe gekomen, sloop de
hulpvaardige man stilletjes, voetje
voor voetje, in de richting van Clo
tilde voort, die niet scheen te begrli-
pgn od welke listige wiize zii belangd
werd. Naderbit gekomen, nam hij
met de rechterhand ziin met goud-
bestikte kalotje van het hoofd en
hield dit. met de omening naar be
neden. in de uitgestrekte baad. ge
reed om liet zoo over het argeloos
pikkende diertje te werpen.
Nog een klem stapjebuurman
boog het bovenlijf wat voorover
zak-.e nog iets lager, door de knieën
te buigen, en mikte toen met kracht
het kalotie ln de richting van Clotil
deHelaas De aanvangssnel-
beid was klaarblijkelijk te groot ge
weest. het hoofddeksel vloog voorb.J
Clotilde en tolde toen het dakje af in
het aangrenzende weiland, dat met
een hooge schutting was afgesloten.
Clotilde was echter ln geenen deele
verontrust door deze mislukte ma
noeuvre. zii bleef pikkende over het
dak huppelen, gewend aJs ze was
aan de nabijheid van den mensch.
Ofschoon de iiver van buurman wel
©enigszins bekoeld was door deze
ongelukkige good naar het gevluchte
dier. kreeg de bereidwillige man het
in letterlijken zin erg warm, daar
van een strak-blauwen hemel de
gloeiend-heete middagzon haar ver-
schroe ende stralen liet smeten op het
ongedekt. haarloo6 hoofd. Iïikko
zweetdrop pel en parelden hem over
voorhoofd en wangen, wiil hij tot ziin
spiit ziin zakdoek Ln ziin .woning liaJ
laten liggen.
Daar juffrouw Hortense Clotilda
niet uit het oog wilde verliezen, durf
de ze zich niet te verwijderen, doch
stelde voor. dat buurman zich zou
behelpen, door zoolang een doek om
heit hoofd te doen. Van den nood een
deugd makende, knoopte hii den door
Brechtje gebrachten bonten keuken
handdoek om ziin hoofd.
Toen hij daarna weer aanstalten
maakte om het gevluchte dier mees
tor te worden en sluwe pogingen deed
'het dartele beest te griinen. vloog
het eensklaps op. om zich nu op hot
plat van de uitgebouwde keuken neer
te zetten.
Een oud-huzaar, stalknecht van de
villa aan de andore ziide van het huis
van juffrouw Ilortense. die al gerui-
men tiid naar de vruchtelooze pogin
gen had staan kiiken. waarbij hij
krasse opmerk.ngen had ge
mompeld aan h*t adres van juffrouw
Hortense en haar helper, kon het nu
blijkbaar niet langer aanzien. Met
een sprong was hii over het hek ie.
nam het laddertje weg van 't schuur
tje. plaatste dit tegen het keukentje,
rende vlug tegen de sporten van het
wankelend leertje co en snelde op
het plat naar het thans echuw kijken
de diertje, dat. toen het de hefiigo
gesticulaties van don luidruchlicen
stalknecht bemerkte, onmiddellijk
weer opvloog en over het dak naar
d« voorzijde van het huis verdween.
\V'el sakkernicntsputterde
de knecht, terwiil hii zich weer van
het plat langs het laddertje liet zak
ken. Greep dat resoluut beet, snelde
de keukendeur in. waar hij
Brechtje toeschreeuwde „Op zij.
doove hark!" en ging toen de gang
door naar voren, gevolgd door juf
frouw Hortense. die aanhoudend-
angsiig aanspoorde„Wees toch
voorzichtig, man. wees toch voorzich
tig nadat de robuste kerel haar
tegen het lijf was eeloooen. waardoor
üiaar de düd van buurman uit de
hand en aan stukken op den grond,
was gevallen.
Op het balkonnetje aan de voorzndo
van het huis was Clotilde neergestre
ken. nu echter meer opgejaagd, dan
wel uit zucht tot verdere avonturen.
De oud-huzaar, die pogingen deed,
niet het korte laddertje het balkon te
bereiken, kon daarin niet slagen; hij
rekte rijn armen, doch kon niet tot
de onderliggers van het balkon ko
men.
Clotilde bleef kalm zitten op een
3T hoekpaaltics. 6jilpte een paar
maal niet uitdagend geluid, waarbij
zii haar korpje zoo glunder bewoog,
alsof ze wilde zeggen „Pak me eens.
als je kunt 1"
Wacht maar. zei de stal
knecht, ik heb haar zóó I
Tegelijkertijd ging hij naar binnen
en rende de trap op paar boven.
Maar man. wat wil je nu begin
nen vroeg met verschrikt gelaat
juffrouw Hortense.
Ik zal dat dierage hebben. zei
de knecht.
Meteen was hij boven gekomen,
maar ibegreeo. dat hij nu wat behoed-
zamer te work moest gaan. Als-:e
•maar wat had om over het diertje
heen te gooien. Wacht!Daar la#
Allereerst waa hot noodzakelijk,
zijn inoteoorileen naar eene veiliger
plaats te brengen dan Johnson s
Mews. Philip twijfelde niet aan zijn
reclit op den steen, hij beschouwde
Sien, als hom door rijn moeder u t
den homo! gezonden. Doch de Itonger
begon hoin weer te kwellen, «n hij
[Verlangde er naar een kloir, deel van
rijn rijkdommen reeds in geld omge
jet in zijn zak :o liobben. Het spert
hem nu, dut hij geen zesetuiverstuk
van O ürien had geleend, maar het
was nu te laat, om nog terug te gaan
.want bot was Zaterdag en het was
dus waarschijnlijk, dat do kantoren
hi Hatton Gardon vroeg gesloten zou
den worden.
Op dut oogcjiblik kwam hem oen
lekkere geur in d.en neus. Hij ging
Voort»:] rten l.-nin restaurant, waar
Worsten en u-en in groot© tinnen pan-
sisten, en varkeecote'.etten ver-
«eidelijk in bruine saus lagen ui tg©
stald. De eigonaar, ean forsch en dik
tean met een kaal hoofd ©n bakke
baarden, stond aan de deur te praten
met zijn buurman, een groentonboer.
Philip in vertrouwen op zijn rijkdom
baak)t tfs baproeven, lof men hom
erudiet wilde verleenen. I-lij ging
naar de mannen toe. Ik heb nog
geen geld, zeide hij tot den restau
ranthouder, maar al» ge mij iets
te eten wilt geven, wil ik gaarne van
middag terugkomen em u bet dub
bele betalen.
Do mannen staarden hom verwon
dei-d aan, doch antwoordden niet.
De dikke man eche-on een l>eroerte
van kwaadheid le krijgen en keek
naar de lucht
Heb ik ooit van mijn loven! hak
kelde hij.
De groentenbocT lachte en Philip
bloosde.
Het is ean eerlijk aanbod, drong
do jongen aan. Gij duikt toch,
hoop ik niet, dat ik u w.l afzetten?
Kijk eons aan? Wie heeft ooit zoo
iota beleefd!
Maar de groenlenboer kwam tus-
sohenbeide.
Gij zijt een schrandere jongen,
lachte hij. Zoekt gij werk?
Noen, was het korte antwoord.
11; zoek iets te eten.
Wel verdraaid, dat zal je heb
ben. Naar binnen met je. Ik zal wel
betalen, 'i al me goed doen, je te zien.
Zijt gij gek, meneer Judd, vroeg
zijn buurman, die weer bij adem was
gekomen.
Wel neen. Die dromnudsche jon
gen kan niet voor een shilling eten,
don zou hij barsten. Iloor eons, ik
wed om tweo shilling, diait hij zal be
talen.
Afgesproken! Ga naar binnen,
meneer. Wat verlangt u te gebruiken,
meneer?
Philip stoorde zich niet aan liet
sarcasme van den restaurantliouder,
maar ging den winkel binnen en gaf
zoo bedaard zijne wensch en te ken
nen, dat de eigenaar overbluft werd
en de groentonboer, die tusschen zijn
zaken door, door het raam naar hem
bleef gluren, werkelijk verrukt was.
Philip at flink en zijne verteriivi be
droeg negen stuiver, welke zijn bond
genoot vrooi ijk betaalde. De jongen
stak hem de baud toe.
Dank u, meueer Judd. zeide hij
met eo.i open blik. Ik kom terug.
Ik zal u niet beleedigen door u meer
aan te bieden, dan ge mij hebt voor
geschoten, maar mischicn kan ik het
u nog wel eens dloor een goeden dienst
vergelden.
Toen ging li ij verder en meneer
Judd koek hem na.
llij praat als een heertje; Ik
hoop toch maar, dat de Jcrngen weer
komt, en niet om die lorrige negen
«stuiver. Tomaten, juffrouw? Ja, juf
frouw. Pas van morgen ontvangen
Voor hij llatficm Gordon lx-rei kt
had, bleef Philip oen oogenblik staan
om nog eens goed te bedenken, wat
hij den heer Isaacstein zou zeggen.
Hij besloot in t geheel niet over dm
meteoorsteen te spreken en zoo de
heer Isaacstein vroeg naar de her
komst van zijn steentje, eenvoudig te
zeggen, dat het hem behoord© en dat
hij kon inforraeeren. of er ergens zoo
een gestolen was. Dan wilde hij hem
den steen tegen een bewijs laten en
uiteen maar eerst een voorschot vra
gen. Later kon d» zaak dan afgehan
deld worden. Of hij zijn adres zou
geven of niet, kon hij nog niet beslis
sen.
Hij wiide nu geen tijd meer verlie
zen en had weldra heft kantoor be
reikt- „Isaaaste'.n en Co. Diamant
handelaars. Kimberley, Amsterdam
on Londen", stond er op een groot
koperen naambordje.
Hij trad het kantoor binnen en
stoiKl voor een Jongeling, welke hem
aanzag door oen traliehek met een
loketje er in om brieven en pakjes
aan to nemen.
Is meneer Isaacstein op het kan
toor? vroeig Philip.
O o, ja-a, grinnikte do ander.
Wilt ge zoo goed zijn hem te zog
gen, dat ik hom wensch te spreken?
O-o, ja-a. De Jeugdige grinnikte
weer en ging door met hot kopieeren
van een ad ree. Philip wachtte eenige
oogenblik ken.
Waarom gaat ge meneer Isaac
stein niet waarschuwen, dat ik hier
ben? vroeg hij eindelijk
O-o ja—a. Je bent grappig, hè?
Philip begreep, dat hij cup nadrukke
lijker wijze moeet optredenindien
hij don grooton man wenschte te
zien.
Ik waarschuw u, dat de hoor
Wilson van de firma Grant en Zo
nen, Ludgait© Hill, mij naar den heer
Isaacstein heeft gezonden. Moet ik
soms meneer Wilson gaan zeggen,
dat de loopjongen mij weigert toe te
laten?
Iloor eens, was heft nijdige ant
woord. Pak je weg. Ik ben bezig.
Toen stak Philip rijn hand door
loketje, greep den jongen bij zijn
kraag en duwde zijn groeten neus en
dikke lippen hevig tegen de trahes.
Do angstige gil van den Jongen
doed twee bedienden toeanellen, en
een deur werd opengeworpen. Philip
liet zijn tegenstander los en gaf een
verklaring. Een dier bedienden, een
bejaard man, zag wat dieper dan de
versloten kte-eren van don jongen en
het noemen van meneer Wilson's
naam verschafte hem gohoor. Boven
dien was do man op do hoogte van
de praktijkon van den jeugdigen por
tier.
Mot een klop om de ooren werd dit
baloedigde persoontje weggezonden
om don heer Isaacstein to gaan zeg
gen, dat er een boodschap van den
heer Wilson was.
Wcidra stond Philip nu voor den
groeten man in een zaal vol glazen
tafels, waaraan versclie:-
dene klerken zaten.
Wat drommel begon, maar be.
dacht zich. Wat verlangt de heer
Wilson? ging hij voort. Die naam was
Philip blijkbaar van groot nut
Hij verlangt niets, meneer, zei-
de Philip. Hij heeft mij naar u
venvezen in een gewichtig© zaak.
Kan ik u eenige oogenWikken alleen
spreken?
Isaacstein was een dikhoofdig,
breedgeschouderd man, die veel op
eon ton geleek cn bij de minste ont
roering heen en weer draaide. Dat
deed hij nu en alle kierken zagen
nieuwsgierig naar don jongen, die 't
durfde wagen met zulk een verzoek
bij den geweldige aan te komen.
Doze yroeg: Moet dat een grapje
verbeelden?
Alle klerken grinnikten in koor.
Gelukkig was Isaacstein ln een goed
humeur, want hij had juist een pa
rel voor 250 pond gekocht, welke li ij
aan de een of andere dame voor 800
zou verkoopen, om bij een andere in
een oorbel te passen.
Dat schijnt zoo. zeid© Philip,
toen de vroolijkheid bedaard was.
De ernstige oogon van den jongen
stonden het onderzoek van het dikke
mannetje goed door.
Gij zegt, dat de heer Wilson u
heeft gezonden van de firma Grant
en Zonen?
Ja, maneer.
(Wordt vervolgd).