folia's Dm TWEtOa BLAü Vrijdag 12 Januari 1917 „Op de bon...." I. I)rie korte woordjes, die een ge vaar omschrijven, dat voor den sol J daal de grootste verschrikkingen aanduidt. Tenminste voor den ge- «middelden soldaat. Je hebt er 'n aan tal, wier onverschilligheid ten aan- zien van de moeilijkheden des levens in dienst zóózeer is toegenomen, dat een korter of langer verblijf in de „petoet" hen Siberisch koud laat Maar zoo zijn de meesten niet, en „dc bon' is de dagelijkschc boeman. Het dreigen met '11 rapportje heeft op de meeste soldaten, tenminste wan- j jneer ze niet al te lang onder dienst zijn, al een snelle uitwerking. Als ibijv. de troep moe thuis komt van 'n marscb-in-den-regen, de mannetjes neervallen cp kribben en weinig lust toonen om te gaan geweer-poetsen, nadert de sergeant, en dreigt met de ibon. Het pottsen begint metéén. Zelf herinner ik me met innig genoegen, hoe ik in dit aangeduide geval ver- keerend. tot de ontdekking kwam, dat mijn gewesr niet meer gepoetst hóefde te worden. Iemand anders hr.d het al vrijwillig «edaan.\.... ot itenminste hij was er bijna mee ■klaar, ünze brave sergeant bad niet op het nummer van „de spuitgelet, en was, terwijl-ie mij met de bon dreigde als i k niet ging poetsen, in g. n urgel losheid bozig om mijn kar- iweiue od te knappen. Z n eigen geweer, nat en bcmod- deid. stond ergens in de buurt, en nadat ik den toestand had overzien, bleef 'k even naar den zwoegenden 8ectie-commandaut staan kijken, maakte me toen uit de voeten en kwam ecu minuut of tien later terug. De sergeant, met toorn in z'11 slem, en wijzend op het fatale, druipnatte .geweer in den hoek, riep Begin je nou haast aan dat sme- irige ding of 'k rapportóer je wdaraclitig"k zal het doen I Sergeant, da's mijn geweer niet I -— Nou,.dan is het zeker ergens an ders, maar in elk geval heb Je nog niet schoongemaakt Mijn geweer 1 s al schoon 1 Zoo laat me dét dan 's kijken! Ik glimlachte verblijd, stapte op hem toe. en greep het pas-schoonge maakte geweer dat naast 'm stond. Als 't u blieft en mag ik u wél bedanken Kerel, ben je bedda's m ii n spuit 1 Zoo en 't nummer dan llii kéék. zijn blik werd wild, z'n oogert rolden, en ik kan hier niet herhalen wat hij allemaal zei. Maar het .eindigde meten da's nou de tweede keer al, dat me dat over komtwaar is nou in ij n spuit Ik wees op het bemodderde voor werp in den hoek, en een nieuwe serieuitdrukkingen ontrolde mijns superieuren mond. De sectie heeft er minstens drie dagen plezier van gehad Maar "k had het over de bon. Kr zim tienduizende manieren om „d'r op le komen", en wanneer alle over tredingen bestraft werden, moesten er een paar duizend petoeten bijge bouwd worden om alle overtreders te kunnen herbergen. Gelukkig kan in de mcesxe gevallen geen opsluiting, ma .r alleen kwartier-arrest je zon dige persoon treffen. Voortdurend word-je door deze mogelijkheid be dreigd en er komt bij, dat in de laat ste dagen van de week dezclfdo straf veel zwaarden is, dan in de eerste. Immer?, als je 's Maandags je wolle tje niet opmaakt en twee dagen kwartier-arrest krijgt, is dat 1/10 zoo erg als wanneer het oip Vrijdag ge schiedt. Want. dan kost het je Je Zon dag, je verlof. i)it is een an de minder-rechtvaar dige consequenties, die het discipli naire straf stelsel heeft. De practijk van dit stelsel is een belangrijk deel van de wetenschap des afgerichten soldaats, en er zouden pagina's-vol te schrijven zijn over de millioenen pro blemen, die zich in dienst met be trekking tot „de bon" voordoen. Op elke soldatenkamer worut er dag-in, dag-uit over geredekaveld, en d'r zijn heeren met lange straf-lijsten, die volkomen „expert" in de zaak zijn geworden en door schade en schande achter alle denkbare .methodes van 8traf-onlduiking zijn geraakt. De „gewonerecruul 'n man, die d'r niet aan dénken zal 0111 een meerdere te beleedigen, om als schildwacht van z'n post te loopen, dronken thuis te komen of flen paar du,gen onder wa ter te blijven kortom de man met „gemiddeld plichtsbesef", die zich zelf buiten deh petoet weet te houden, kan er met kleinigheidjes vaak tegen aan loopen voor kwartier-arrest. Daar heb je nou niivoorbeeld de' tweede koppel passant. Do tweede of losse koppelpassnut is een reeruten-imchtinerrie. Je hebt het ding vrij zelden noodig, maar1 daardoor vergeet je 't juist zoo licht en bovendien is 't zóo klein, dat. je het pleegt te verhezen. Kom op de wachtparade (als wunnecr je maar één patroontasch draagt en de losse passant dus tot het •-oorgeschreven tenue behoort) en vergeet het ramp zalige ding ereis Dan ben je nog léng niet gelukkig. Het eerste waai de inspecteerende sergeant-majoor naai- kijkt, is de fatale passant. En ontbreekt-ieop de bon Enfin. je ben' een paai' maal op wacht go- weesi, en je weet het nu. Maar daar sturen ze je onverwachts op patrouil le 111 de stad uit. Tenue koppel mei bajonet Je onhandige recruten- vingers krijgen met moeite het riemen samenstel van 't „zwikkie" uit mekaar, je holt tenslotte naar buiten met alleen den koppel en dc bajonetja, en zonder den fatalen passantliet is een der meest-gchate voorwerpen in dienst. Dan heb je dc geel-met-oranjo kokarde op je kópi. Dat ding moet van blik zijn. Niet van katoen, en vooral niet van zijde ofschoon 't er dan precies zóo uitziet maar van blik. De katoen en de zijde zijn voor boogere machten bestemd, maai- dat weet jï als recruut zoo niet en je koopt doodonschuldig een kópi jnet een „onderofficiers-kokarde". Dit schrikkelijk feit is zoovéél voorgeko men, dat het tot dc hoogste hoogen van het leger doordrong, weshalve tijdens de mobilisatie een order van den opperbevelhebber werd uiige vaardigd, die „den commandanten aanbeval om streng te letten op de stof, waaruit de kokardes vervaar digd waren". Als gevolg waren tal- looze piotten „nog lang niet geluk kig". Dan heb je de knoopen. Zooals be kend is, droeg het leger vroeger bolle koperen knoopen, die gepoetst moesten worden en alzoo een nim mer-onderbroken stroom van rappor tjes tengevolge hadden. Tot geluk van der doodgewonen soldaat wer den ze afgeschaft, en de platte knoo pen, met 't wapen versierd en uit een of ander geelachtig blik gemaal*, werden ingevoerd. De meesten dra gen ze nóg. Ze hebben de goede eigenschap, dat als er een afspringt, je deze ramp kunt maskeeren, door het ding in het knoopsgat vast te maken met een lucifer door het rin getje. Deze truc is schier onfeilbaar, al heb 'k 'm eens zien mislukken bij een korporaal, die er op die manier drie onder elkaar had vastzitten. Hij stond voor den troep te commandee- ren, toen juist een windvlaag en een luitenant aankwamen. De eerste deed de tuniek opbollen en toonde een rij vau drie lucifers, de tweede haalde de bon te voorschijn Dit zijn dan een paar bekende en veel-voorkomende bon-kwesties. In een volgend stukje nog lets or over. Vredes-qaaesties. 't Antwoord der Entente san President Wilson. Uit Londen wordt door Reuter ge meld, dat in het antwoord der En tente op Wilson's vredesnota de mec- ning te kennen gegeven wordt, dat het oï> dit oogenblik onmogelijk is, een vrede te verkrijgen, die herstel en teruggeving zal verzekeren, als mede de waarborgen, welke hun rechtens toekomen. In de nota wordt verklaard, dat de geallieerden het uiterste doen, om de schade voor de neutralen, als gevolg van den oorlog, te verminderen. De geallieerden verwerpen od zeer vriendschappelijke, maar duidelijke wijze de analogie tusschen de beide oorlogvoerende partijen. Zij verha len uitvoerig de wreedaai-dige me thodes der Duitschers, die ieder prin cipe van humaniteit verachten cn allen eerbied, den kleine staten ver schuldigd, verwerpen de moorden cru do Armeniërs de Zeppelin-aan vallen; de duikboot-oorlog tegen han delsschepen de mishandeling van gevangenen de deportaties, etc. De geallieerden voegen hieraan toe, dat zulk een reeks misdaden steÜie hun protest begrijpelijk zal maken. Betreffende de vredesvoorwaarden wordt in de nota het volgende ge zegd. Zij omvatten Ie. Herstel van België, Servië en Montenegro, met schadevergoeding. 2e. Ontruiming van Frankrijk, Rusland en Roemenië, met behoorlijk herstel, 3e. Reorganisatie van Europa on den grondslag van de principes der nationaliteiten en het recht van alle volkeren, klein of groot, op vol komen veiligheid en vrije economi- sche ontwikkeling en teniggave van het gebied, dat den geallieerden for meel ontrukt is. ie. Bevrijding van de volkeren, die onder de moorddadige tyramiie van de Turken staan. 5e. Verwijdering van het Turksclie rijk uit Eui-opa. Dc nota verklaart verdor, dat het niet in de bedoeling ligt, tc streven naar de politieke vernietiging der Duitsehc volken. Een rede van Lloyd George. Do Bngelèche .minister-president hoef'- in Guildhall op oen prop ganda-vergadering voor do nicu.vo Engelscho oorlögsleoniny een rede gehouden waarin hij ook de vredes- quacstio besprak. „Do keizer", zeide hij, „heeft een boodschap tot zijn volk gericht, dat de Entente zijn vredesaanbod van de hand gewezen heeft. Dit hoeft hij slechts gedaan om degenen, die hij geen schrik heeft kunnen inboeze men, te bedwelmen. Maar waar zijn cld.ri toch de Duitsehe vredesvoorstel len? De geallieerden hebben er 0111 gevraagd, maar do Duitschers lub ben geen voorwaarden genoemd. Zij hebben slechts een onder mooie woor den verborgen valstrik aangeboden. Zxüko woorden hebben ons in ver zoeking gebracht, maar do leeuw beeft manszijn oogen open gezel. Wij hebben geeno voorwaarden af gewezen, maar wij hebben gezien, dat oorlog beter is dan vrede, ge kocht ten koste van de Pruisische overheorscking in Europa. Dc geallieerden hebben duidelijk gemaakt in hun antwoord 'aan Duitschland en nog duidelijker in hun antwoord aan de Vereenigde Staten ('toejuichingen) dat zij, alvo rens te trachten den vredestempel op te bouwen, willen zorgen dat de fuit- doering daarvoor solide is. Ik ben juist van den krijgsraad, der vier groote geallieerde, landen, op wier schouders Se last van dezen verscbnkkelijken oorlog drukt, terug gekeerd. Ik kan u nioi zeggen, tot welke conclusies wij daar zijn geko men, maar wij bedriegen ons niet wat den omvang onzer taak betreft; maar evenmin twijfelen wij aan de- resultaten. Wij hebben alle moeilijk heden onder de oogen gezien, ze on derzocht en regelingen getroffen om ze te overwinnen. Wij. hebben het denkbeeld op zij gezet, dat het on mogelijk is, den vijand te vers-laan, omdat de overwinning moeilijk zal worden behaald. Wij wankelen en aarzelen niet, er is geen zwakheid of onzekerheid in ons besluit. Er is bij ons het vaste besluit om tot iederen prijs d© hooge doeleinden te berci- ken, waarmede wij de uitdaging der Pruisische militaire kast© aanvaard hebben, en ook om de wereld voor al tijd te bevrijden van de gevaren, die zij medebrengt.. Het feit, dat mij in deze conferentie getroffen heeft, ia de toenemende mate waarin de ge allieerde landen naar Groot-Rrixtun- nie opzien, vol vertrouwen in zijn groote kracht en zijn groote hulp middelen. Het is voor hen 'als een groote toren in het dal. Groot-Brit- tannic wordt meer en meer ue noop der onderdrukten en de wanhoop der onderdrukkers. Op het oogieabliik zijn Engeiand'e legers geweldiger dan ooit te voren, waT opleiding en doeltreffende uilrus ting betreft De natie kan er op re kenen, dat zoo zij hare legwrs den noodigen steun verleent, dezen den weg naar de overwinning zullen hak ken door de gevaren van' de eerstko mende maanden heen. Wij moeten ze steunen, want zij zijn hel waard. Ik wil de cheques door de lucht zien dwarrelen tot voor de versterkingen van den vijand. Iedere cheque, die goed gericht en afgezonden is, is een geweldiger vermetig'ingaimiddeJ dan een 12-inch granaat. Zij ruimt den weg door de prifckeldraaclvereperrin- gen, opdat onze dappere troepen daar doorheen kunnen stormen. Hoe meer wij krijgen, hoe zekerder dc overwin ning en hoe korter de oorlog zai zijn en hoe minder die kosten zal aan schatten en aan den grootsten schat van alles het l>oed onzer dappere mannen. Doze oorlog is c-en uitrusung&ooziog. Waarom slaan de Dutschers onze dap pere boudgenóolen m Roemenië ;e rug Niet omdat zij boter vechten. Dc Roemeensoke boer heeft bewezen, de taaiste soldaat ter wereld tc zijn, als hij slechts gelegenheid krijgt om te vechten. Maar hij heeft die nooit ge had. Wat den Rus betreft, de wij toe waar op hij met ontbloots borst twee en een half jaar lang gevochten hoeft met elechte kanonnen, onvoldoende geweren en een te geringe hoeveel heid munitie, maakt een der treffend ste verhalen van heldenmoed in do ge schiedenis der wereld uit. Laat ons hein bij zijn uitrusting helpen en dan za', men iet6 anders zien. Doze leening is nu reeds een goede belegging, maar na den oorlog zal zij dit in nog hoogere mate zijn. Ik kan geen natie, die ons na dezen oorlog nog zal durven aanvallen. On ze vijanden hadden vergeten, hoe wij vroeger waren, maar het zal lang du ren voor zij deze lee vergeten zullen hebben. Vóór de oorlog begon, scho ten wij in zaken en nijverheid in vele opzichten tekort. De oorlog heeft daar in op merkwaardige wijze verbete ring gebracht. Onze fabrieken hebben de verouderde machines bij het oud roest geworpen en de sleurmethodcs, die de zaken bdemnierden, worden niet meer gevolgd. Ik weet niet, hoe groot de nationale schuld aan het ein de van den oorlog zai zijn, maar ik wsag te voorspellen, dat zij, hoe hoog ook gestegen, den waren rijkdom oer natie ten goede zal komen. De natie js ontwikkeld, gediscipli neerd en krachtiger geworden. Wij zijn een levendiger voik geworden. De Pruisische bedreiging was als een hypotheek, die do waarde onzer na tionale veiligheid verminderde. Die hypotheek zal nu voorgoed afgedaan worden. Na den oorlog zal de wereld in staat zijn zicli rustig aan haar za ken te wijden en in de toekomst zal i de beste zekerheid voor den vrede be reikt worden, wanneer alle natiën ter wereld zich verbinden, om den eer sten, die dei> vrede verstoort, te straf fen. (Deze toespeling op de Ameri- kaansche voorsteken tot oprichting van een verbond tot het afdwingen van den vrede werd langdurig toege juicht.) De premier eindigde met een, vol gens Reuter, opwdkksng om op de Ieenmg in te schrijven. Een Duiteche nots aan d« neutralen. Het Wolff-bureau seint uil Berlijn Den hier gevestigden vertegenwoor digers van neutrale staten werd een nota overhandigd, waarin _aan de neutrale regeeringen de opvatting wordt uiteengezet van de Duitsehe regeering over den stand van zaken, ontstaan door het afwijzende .ant woord van den tegenstander op do Duitsehe nota van 12 Decerriher. Uitlatingen van BercsstorJÏ. De offideuse „Nordd. Ailg. Zlg." schrijft In de Duitsehe per© werden op grond van berichten van de Lon- densdhe „.Timesz.g. uitlatingen weergegeven van den Duitscben am bassadeur te Washington, graaf Bernstorff, volgens welke hij zou heb ben gezegd, dal Duitschland tot eiken prijs tot een vredesconferentie wilde komen. Het zou bereid zijn België te herstellen en schadeloos te stellen en oorlogsvergoedingen te betalen. Het ligt weliswaar voor de hand dat de ambassade dergelijke uitlatingen niet kan hebben gedaan, dat wij hier root de bekende verdraaiingen en onjuiste voorstellingen van de Amerikiaansch- Engeische pere te doen hebben. Niet temin zij nog uitdrukkelijk geconsia- teerd, dat uoch de ambassadeur, noch een lid van de ambassade te Washing ton zulke uitingen hebben gedaan. Van do oorlogsvelden. Ook lieden zijn slechts kleine aoties van de verschillende oorlogsvelden te melden, uitgezonderd uil Roemenië. De Duitsehe staf meldt dat de eentralen IN ROEMENIë weer ter rein gewonnen hebben en wel tus schen hel Uz- en Susitadal en ten N. van den Oituzweg. 800 gevangenen werden genomen en 6 machinegewe ren veroverd. De Russische 6taf verklaart, dat de eentralen die over de Poetna getrokken waren, met verliezen weer over de rivier teruggeslagen zijn. Een Engolsch slagschip getorpedeerd. De «Britsche admiraliteit deelt me de Het slagschip „Cornwallis" iB op 9 Januari in de Middellandsche Zee door een vijandelijke duikboot tot zinken gebracht. De/kapitein en alle officieren zijn gered. Dertien man- schappen worden tennist. Men vreest daLztj hit de ontploffing gedood zijn. j (De „Cornwallis", gebouwd in 1901, had een waterverplaatsing van 14.000 ton. Dc bemanning telde 750 man. De bewapening bestond uit vier 30.5 j c.M. kanonnen, twaalf la c.M. kanon- nen, twaalf twaalfponders, zes drie- j I ponders en 2 Maxims. Verder was het schip voorzien van vier torpedo- lanceer buizen. De „Cornwallis" be- hoorde tot de „Duncan"-klasse Deze klasse telde vóór den oorlog vijf sche- j pen, alle in 1901 gebouwd, namelijk de Russell, Albemarle, Duncan, Corn wallis en Exmouth). EEN ENGELSGH VLIEGTUIG- SCHIP GEZONKEN. Do Britsebc admiraliteit deelt mede Het moeder schip voor zeevliegtuiigen „Ben- machreü", onder Icaipitein Samsou, i6 gezonken door geschutvuur, in de ha ven van Gaasolorizo, in Klein-AziÖ. De eenige persoonlijke ramp Is, dat een ofÊicior en vier man gewond zijn. DE HANDELSOORLOG. Lloyds meldt, dat 't Britsche stoomschip „Hudworflh" (3687 ton) gezonken ia Verspreid nieuwe DUITSOHE DUIKBOOT-COMMAN DANTEN. Havas seint uit Parij6 Den 16den December 1916 hield een Duitsehe duikboot bij de Kanarische eilanden het Grieksche stoomschip ,,Ï6iropina6" aan, rnaar liet bet vrij, nadat een officier den kapitein den raad had gegeven in een onzijdige haven de wijk te nemen, daar Grie kenland ongetwijfeld aan de Entente den oorlog verklaren zou. De „Tsl- ropinas" zette de reis voort, kwam bij Kaap Finisterre, werd weer aange houden door een Duitsehe duikboot en 1111 in den grond geboord. #DK OORLOGSRAAD DER EN'TEN- 'TE. De „Times" schrijftMaandag deelden wij met zoovee! vrijmoedig heid als met bescheidenheid in over eenstemming te brengen was, mede, dat de geallieerde regeeuingen even eensgezind waren als de door hen vertegenwoordigde volken, in nun wil tot de® vrede door overwinning. Toen waren zij op 'het punt om de gewichtige besluiten te nemen, waar van de datum van die overwinning vermoedelijk zou afhangen. Die be sluiten zijn nu genomen. Wij zijn verheugd, dat de wijsheid gezegevierd heeft en de weg naar de overwinning, hoe lang hij ook mage zijn, recli'. naar hel aangewezen doel loopt. DE BELGISCHE STAF. Uit Pa rijs wordt bericht, dat generaal Ru- quoy aangewezen is tot chef van den generalea staf van het Belgische le ge 1 ter opvolging van generaal Wie- lemans. Generaal Ruquoy is 8 No vember 1861 geboren. UIT GRIEKENLAND. Volgens den correspondent te Washington van do „Herald" heeft koning Constan- tijn een brief aan president Wilson geschreven, waarin hij een overzicht geeft van het onrecht, Griekenland aangedaan, en van harte met het plei dooi van den president ten gunste van vrede instemt. Constantijn zegt, dat hij dc ziel van Griekenland ver tegenwoordigt in den strijd met „de harteloos© en beginseilooze mogend heden, die zijn volk aan den honger dood blootstellen". GENTSCtfE PROFESSORATEN. Het te Biussel verschijnende ambte lijke blad heeft dezer dagen de benoe ming vermeld van nog een aantal hoogleeraren aan de Gentsche Uni versiteit. Daartoe behooren de beer Ilippo)iet Meert, de bekende secretaris van de gioep België van het Alg. Ne- derlandsch Verbond, thans algemeen bestuurder aan het Belgische minis terie van wetenschappen en kunsten, die benoemd is tot gewoon eere-pro- fossor voor practische oefeningen in de Nederlandscbe taal, COMPLOTTEN LN AMERIKA. Reuter seint uk. San Francisco: Do federale jury heeft schuldig verklaard F rang Bopp, de Duitsehe oonsul-gene- raul; Von Schalk.de vice-consul; lui tenant Von, Brincken, Charles Browley en Margaret Coieil, be schuldigd van'een samenzwering tot het veiooi zaken van ontploffingen In Amerikaacsche en Canadeesclse mu nitiefabrieken, teneinde munitie- voorraden voor de Entente bestemd, spooiwegbruggen, enz., tc vermelen. EEN ONDERHOUD MET DEN KO NING VAN ROEMENle. De mede- weiher van de „Gennania" te Stock holm zendt dit blad het verslag van een onderhoud, dat een Amerikaan- sclio oorlogscorrespondent van de „Tribune' van New-York met den koning van Roemenië beeft gehad. Deze, die toen in0Rusland was, out wikkelde daarbij een andere opvat- ting van den staat van zaken, dan i hem van den kant der geallieerden tot nu toe werd toegekend, i Do koning dan toonde bij dat ge- spre.k ve£I zelfbeheersching, - zijn bleekc gelaatskleur en het zenuw 1 uchlig trillen van zijn handen, die steeds naar een steunpunt zochten, j verrieden de heftige bewogenheid, i v.auraan hij ten prooi was geweest i en misschien nog was. De koning ontving den berichtgeter in gezel schap van een kabinets secretaris en een Roemeefisch kolonel, die als ad judant dienst deed. Na eenige vluch tige woorden ontspon zich spoedig een levendig gesprek. De Amerikaan- sche dagbladschrijver kreeg daarbij den indruk, dat koning Ferdinand gretig uitsprak wat er in hem om- j(ing. Hii zei „De Amerikanen zullen niét vatten waarom ik mij blijkbaar zonder grond in den oorlog tegen de met mijn oom verbonden hoofden van de midtlelrijken heb gemengd. Het lag volstrekt niet meer in mijn vermo gen, dezen oorlog te verhinderen. Ik ben maar koning van Roemenië en Onze Lachhock Ik ben bang, mevrouw, zei de man die kaïnerg zocht^ dat het huis te dicht bij het station staat. Het ie wel wat rumoerig hier, stemde de hospita toe, maar voor uit het raam hoeft u een mooi gezicht op alle meuschen, die den trein missen! Mevrouw: Heb je de planton in de salon water gegeven, Mina? Dienstbode: Ja, meviouw. Hoor de u het water niet op hot kleed drui pen? Wel, wel, mijnheer Lang, zei do dokter. U hoeft er lang voor noo dig gehad mij die rekening te beta len! Dat is zoo dokter, antwoordde Lang, maar u moet wel bedenken, dat u ook lang noodig heeft gehad on> mij beter te maken. het koningschap heeft bij ons bijna een louter decoratieve waarde. De R'oemenier regeert zichzelf, het par lement is de uiting van zijn wil en daartegen is de koning machteloos. In Roemenië is het onmogelijk, een politiek tegen den volkswil te voeren. Het is inderdaad een ernstige dwa ling onzer leidende politici geweest, od een korten duur van den oorlog tc rekenen en ik heb mijn bezwaren te gen dit ongelukkige optimisme des tijds niet verheeld. Ik heb den chel van den generalen staf er tegen ge waarschuwd. op grond van onzekere beloften deel te nemen aan ccn strijd, welks afloop mij hoogst twij felachtig toescheen. Mijn waarschu wing is echter als vrees voor de Duitschers uitgelegd. Als gij de bla den van Juli en Augustus 1916 na leest, zult gij zien, hoe men mij toen verdacht heeft gemaakt, ik zou inijn land gaarne de ellende van den oor log hebben bespaard, maar Roemenie wilde den oorlog en was daar niet van af te brengen. Bij ons moet de koning in hooge mate rekening hou den met de volksstemming." HET NIEUWE MUNITIEKAMP. In de „Daily Chronicle-' vertelt S;r Arthur Conan Doyie een en ander van het groote Erigelsebe munitie kamp dat thans bezig is te ontstaan. Een jaar geleden was het nog een reusachtig moeras, doch, thans wer ken op een geweldig bouwterrein dat 9 mijlen lang en 1 1/2 mijl breed i= dagelijks mevr dan 25.000 man, die in koortsachtige haast een nieuwe stad bouwen in hoofdzaak voor mu- nitiowerkers bestemd. Die munitiewerkers, ziedaar het tweede wonder, zijn uitsluitend meis jes; meer dan 12.000 zullen er bijeen komen om dag in dag uit niets an- ders to doen als munitie te maken. De grondsloffen, salpeterzuur, eil zwavelzuur worden eveneens in do nieuwe stad gefabriceerd en verder zijn er stapelplaaisen van ruwe ka toen, glycerineraffinaderijen, aether en alcoholdisiilleerdt-rijen, alsmedo fabrieken waar schietkatoen wordt vervaardigd. \Ya» klam- is gaat per veldspoor naar den naburigen heuvel, de nitro- glycerine-houvel genaamd. Het moet een heuvel zijn omdat glycerine biet door middel van pompen verplaats» kan worden, maar door de eigen zwaartekracht naar de plaats van bestemming moet stroomen. Op den heuvel wordt de glycerine met he» 6chie:katoen verwerkt, een uiterst ge vaarlijk karwei, omdat de genngs.ê warmte ontwikkeling terstond oen ge- weidigo ontploffing tc weeg zou brengen. GEDEPORTEERDE BELGEN. T© Hftvre heeft men bericht verkregen meldt de „Times'' dat nicer dan 11.000 gedeporteerde Belgen te Gru- ben, in -DuilecMsnd, geïnterneerd zijn. Do „Nieuwe Ct." publiceert een brief van haar correspondent m Aar denburg, die 0.8. schrijft: „Is er geen mogelijkheid, zoo vraagt men wei, dat in België zelf wederom een indus trie herleeft? En het plan is opgewor pen om een poging te doen, ter.c udo weder grondstoffen voor sommige in dustrieën te bekomen. Als Engeland de grondstoffen doorlaat, en Duitsc!:- iand onder bej>aa!<ie neutrale contrOJe gaiamie©: t, dot de producten vcor be paalde welomschreven doeie:u<len v.or den gebruikt, kan tóch mogelijk een opioesing voor sommige takken mjii bedrijf worden gevonden. Voor dc bij die industrieën betrokken gedepor teerden zou dan het uur der terug voering spoedig kunnen slaan t Een ander pdan heeft nog oiuwng- r ij kor bedoeling. Het aanwezig zijn van g-roote getallen werkloozen in België kan volgens de Duitsehe ovc.'- heid niet worden geduld. Welnu, laat de Duitsehe overheid zich wenden lot de betrokken Belgische gemeenten, met deze toczeggmg: Zoodra door Feuilleton 19) Voordeeliger voor hem -— riep Rulledge uit. Wat bedoel je daar in vredesnaam mee Ik bedoel eenvoudig dit. Sir Do nald heeft f-igendommen in handen, die mijn vader aan zijn zorgen heeft toevertrouwd. Daar ben ik zeker van. Maar hij houdt het geheim en ge bruikt, mijn vaders nalatenschap in zijn eigen voordeel. Kom, kom, dat. is wel een ern stige beschuldiging. Denk er aan, dat hij mijn chef is. Je chef of niet, het is waar, en ik zal he» bewijzen, wat het me ook kost. llii b07.it diamanten, die mijn vader ui' Brazilië meegebracht heeft en aan Sir Donald in bewaring ge geven voor mijn zuster en mij. Dat vreet ik. En wat heeft hij er mee ge daan Hii heeft ze'laten slijpen en ze gebruikt om er geld op te leenen. Is dat soms eerlijk - Maar hoe kun je dat allemaal zeker weten? reide. Rutledge. Zelfs als het waar is wat ik weiger te gelooven hoe kun je dan dit alles weten, als je zoo lang in het buitenland geweest bent Dc weet het uit zeer goede bron, zeide Vicars opgewonden. Mel- chïsideck Hart heeft het mij ver teld. En wie is die Melchisideck Hart Dat is een neef van Bartholo mew Hart, den grootsten diamanten- handelaar in Londen. Hij heeft mij al de bijzonderheden verteld. Sir Do nald heeft een paar van die steenen bij hem gebracht en heeft er niet minder don vijftigduizend pond op gekregen geld, dat natuurlijk van mij is. en hij sloeg inet de vui6t van zijn linkerhand op zijn rechter, om meer nadruk op zijn woorden tc leggen, en die oude kerel, ging hii voort, wil mij niet ontvangen. Ik kook van woede als Ik er aan denk. Hii kent mij best. .die oude vos. maar- ik zal hem wel krijgen. Natuurlijk zou jLi kunnen zweren, dat ik Alec Vicars ben, nietwaar, Rutledge Ik kan mij uatuurlijk niet men gen in een zaak van mijn chef. die mii niet aangaat. Dat kun je toch zelf ook wel begrijpen. Natuurlijk begrijn ik dat. oude jongen. Maar als het jc gevraagd werd, zou je dan willen zweren, dat ik Alec Vicars ben dat bedoel ik. Natuurlijk ken ik jc en dal zou ik ook zeggen. Ik heb altijd wel geweten, datje een eerlijke kerel was, Ruticdge, zeide Vicars. Ga je mee een borrel drinken Neen, dank je, antwoordde Rutledge en trok onwillekeurig vol afschuw zijn neus op. lk heb geen' tijd meer voor je eigenaardige ver halen. Jij yiudt ze misschien vreemd, maar ze zijn waar en dat zul je gauw genoeg merken. En dan nog iets, z.eide Vicars, terwijl hij Rutledge bij een slin van zijn jas vasthield, Neen, ik moet. gaan. Er moet vandaag een groote mail weg en het is al laat. Ook goed. Adieu. 11c hoop je spoedig weer eens te zien. Alsof het noodlot in tiet. apel was, had Sir Donald, die zijn procuratie houder al heel gauw achterna ge gaan was naar het kantoor, doze ontmoeting gezien. Dat wil zeggen, hij liep aan den anderen kant van do straat en ontdekte de twee meu schen net op het oogenblik. dat Vi cars zoo opgewonden raakte. Het was een groote schok voor hem. Daar stond nu zijn voornaamste bediende op hel trottoir, kalm en rustig, maar met onverholen belangstelling te luis teren naar de verontwaardigde ver halen van den man. dien Sir Donald een paar dagen geleden weggestuurd had en niet had willen herkennen. Wist Vicars iets Was hij werke lijk achter het geheim gekomen, dat tot nu toe zoo goed bewaard was ge bleven Zou bij Rutledge kunnen overtuigen. Het is geen oogenblik in mijn hoofd opgekomen, zeide Sir Do nald tot zichzelf, dat die kerel mijn klerk kende. En. natuurlijk, over een paar dagen zou Rutledge het kassiersboekje in handen krijgen en er niets van be grijpen, hoe het deposito opeens zoo groot was geworden. En hij wilde niet, dat iemand zich zou verbazen over Iets wat hij deed. Niemand mocht ook maar een oogenblik non hem twijfelen. De menschen praten altiju. Ze weten niet van op'uomleu, voorn', als het over andermans zaken gaat. Natuurlijk wist hij, dai hij aan kritiek onderhevig was. Maar wat kon hij er aan veranderen Wat hij gedaan had, war alleen maar om tijd te winnen. Daar zat hot in. Tijd, tijd. Niet het geld. Tiid had hij noodig. Tijd. Hij herliauldc het woord telkens weer. Zooals zooveel mensehen, die zorgen hebben, kwam hii steeds weer op het zelfde punt terug, wéér hij ook aan dacht. Tijd had bli noodig. Op het laatst kreeg het voortdurend herhaal de woord een bijzondere betcekcnis voor hem. Hij zag een bevel tot in hechtenisneming en een cel een ge rechtshof en rechters in hun eigen aardige kleedij getuigen, die hun argumenten logisch en duidelijk uit eenzetten hij hoorde de uitspraak van de jury en de laatste plechtige woorden van den rechter toen zag llii gevangeniskleercn en een gebogen ouden man dwangarbeid en een langen, langen straftijd. Tijd. Zou hii zoo zijn tijd moeten gebruiken? Was dat wat hij. die weezen van hun rechtmatig eigendom beroofd had, verdiende Hii rilde bii de gedachte. Hij beefde zóó dat hii bijna niet verder kon gaan. Zou hij naai- zijn kantoor dur ven gaan Zou hij nu kalm met Rut ledge kunnen praten, die natuurlijk nog vol was van het. nieuws, dat Vi cars hem zooeven had verteld Zou hii naar huis gaan Hij zag Jessie's onschuldige gezichtje voor zich als een beschuldiging. De sociëteit? Hij zou het zinncloozc geklets daar niet kunnen verdragen. HelaasEindelijk, maar nu het te laat was, had hij ontdekt, dat al het geluk in ons leven komt van hen die v.c liefhebben en al orjs ongeluk ben die wij benadeelen. llii voelde zich zoo alleen. HOOFDSTUK XII. Een schurk. Hel kantoor van Sir Donald was In do Sanciballstraat en in die buurt was hij een bekende figuur. Lang, mager, onberispelijk gekleed, met een onverschillig gezicht, dat den voorbijgangers misschien een beetje vermoeid toescheen, vervolgde hij zijn weg. Hier en daar beantwoordde hii een groet. Het is vreemd, da', on ze gedachten zoo geheel achter een masker verborgen kunnen zijn en hoe soms dc grootste emoties or.op gemerkt blijven achter een onver schillig uiterlijk. Op het oogenblik was deze flinke, verstandige 7.ake:i- >man hopeloos in de war. Meer dan zestig jaar was hij beroemd geweest om zijn oprechtheid 'en hij had dien goeden naam wel verdiend ook. Hij had in zijn tijd goede zaken gedaan, en zooveel mogelijk profijt getrokken van dc bohonften van anderen; maar zoonis iedereen weet is dot do ma nier om een groot fortuin tc krijgen, en als men in dergelijke zaken al tu nauwkeurig en teerhartig is, dan heeft men als zakeumou geen succes en krijgt men nooit een groot kapi taal bii elkaar. Het voornaamste punt was. dnt hij, zoolang hij al zaken deed. en dat was nu al veertig janr, nooit iets gedaau had wat niet strookte met zijn begrippen van eer lijkheid. Z1111 geweten had hem altijd met rust gelaten en nu wist hii niet wat te doen om het tot zwijgen te

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1917 | | pagina 5