folia's Dm
TWEtOa BLAü
Vrijdag 12 Januari 1917
„Op de bon...."
I.
I)rie korte woordjes, die een ge
vaar omschrijven, dat voor den sol J
daal de grootste verschrikkingen
aanduidt. Tenminste voor den ge-
«middelden soldaat. Je hebt er 'n aan
tal, wier onverschilligheid ten aan-
zien van de moeilijkheden des levens
in dienst zóózeer is toegenomen, dat
een korter of langer verblijf in de
„petoet" hen Siberisch koud laat
Maar zoo zijn de meesten niet, en
„dc bon' is de dagelijkschc boeman.
Het dreigen met '11 rapportje heeft op
de meeste soldaten, tenminste wan- j
jneer ze niet al te lang onder dienst
zijn, al een snelle uitwerking. Als
ibijv. de troep moe thuis komt van 'n
marscb-in-den-regen, de mannetjes
neervallen cp kribben en weinig lust
toonen om te gaan geweer-poetsen,
nadert de sergeant, en dreigt met de
ibon. Het pottsen begint metéén. Zelf
herinner ik me met innig genoegen,
hoe ik in dit aangeduide geval ver-
keerend. tot de ontdekking kwam,
dat mijn gewesr niet meer gepoetst
hóefde te worden. Iemand anders
hr.d het al vrijwillig «edaan.\.... ot
itenminste hij was er bijna mee
■klaar, ünze brave sergeant bad niet
op het nummer van „de spuitgelet,
en was, terwijl-ie mij met de bon
dreigde als i k niet ging poetsen, in
g. n urgel losheid bozig om mijn kar-
iweiue od te knappen.
Z n eigen geweer, nat en bcmod-
deid. stond ergens in de buurt, en
nadat ik den toestand had overzien,
bleef 'k even naar den zwoegenden
8ectie-commandaut staan kijken,
maakte me toen uit de voeten en
kwam ecu minuut of tien later terug.
De sergeant, met toorn in z'11 slem,
en wijzend op het fatale, druipnatte
.geweer in den hoek, riep
Begin je nou haast aan dat sme-
irige ding of 'k rapportóer je
wdaraclitig"k zal het doen I
Sergeant, da's mijn geweer
niet I
-— Nou,.dan is het zeker ergens an
ders, maar in elk geval heb Je nog
niet schoongemaakt
Mijn geweer 1 s al schoon 1
Zoo laat me dét dan 's kijken!
Ik glimlachte verblijd, stapte op
hem toe. en greep het pas-schoonge
maakte geweer dat naast 'm stond.
Als 't u blieft en mag ik u
wél bedanken
Kerel, ben je bedda's
m ii n spuit 1
Zoo en 't nummer dan
llii kéék. zijn blik werd wild,
z'n oogert rolden, en ik kan hier niet
herhalen wat hij allemaal zei. Maar
het .eindigde meten da's nou de
tweede keer al, dat me dat over
komtwaar is nou in ij n spuit
Ik wees op het bemodderde voor
werp in den hoek, en een nieuwe
serieuitdrukkingen ontrolde
mijns superieuren mond.
De sectie heeft er minstens drie
dagen plezier van gehad
Maar "k had het over de bon. Kr
zim tienduizende manieren om „d'r
op le komen", en wanneer alle over
tredingen bestraft werden, moesten
er een paar duizend petoeten bijge
bouwd worden om alle overtreders te
kunnen herbergen. Gelukkig kan in
de mcesxe gevallen geen opsluiting,
ma .r alleen kwartier-arrest je zon
dige persoon treffen. Voortdurend
word-je door deze mogelijkheid be
dreigd en er komt bij, dat in de laat
ste dagen van de week dezclfdo straf
veel zwaarden is, dan in de eerste.
Immer?, als je 's Maandags je wolle
tje niet opmaakt en twee dagen
kwartier-arrest krijgt, is dat 1/10 zoo
erg als wanneer het oip Vrijdag ge
schiedt. Want. dan kost het je Je Zon
dag, je verlof.
i)it is een an de minder-rechtvaar
dige consequenties, die het discipli
naire straf stelsel heeft. De practijk
van dit stelsel is een belangrijk deel
van de wetenschap des afgerichten
soldaats, en er zouden pagina's-vol te
schrijven zijn over de millioenen pro
blemen, die zich in dienst met be
trekking tot „de bon" voordoen. Op
elke soldatenkamer worut er dag-in,
dag-uit over geredekaveld, en d'r
zijn heeren met lange straf-lijsten, die
volkomen „expert" in de zaak zijn
geworden en door schade en schande
achter alle denkbare .methodes van
8traf-onlduiking zijn geraakt. De
„gewonerecruul 'n man, die d'r
niet aan dénken zal 0111 een meerdere
te beleedigen, om als schildwacht van
z'n post te loopen, dronken thuis te
komen of flen paar du,gen onder wa
ter te blijven kortom de man met
„gemiddeld plichtsbesef", die zich
zelf buiten deh petoet weet te houden,
kan er met kleinigheidjes vaak tegen
aan loopen voor kwartier-arrest.
Daar heb je nou niivoorbeeld de'
tweede koppel passant.
Do tweede of losse koppelpassnut
is een reeruten-imchtinerrie. Je hebt
het ding vrij zelden noodig, maar1
daardoor vergeet je 't juist zoo licht
en bovendien is 't zóo klein, dat.
je het pleegt te verhezen. Kom op de
wachtparade (als wunnecr je maar
één patroontasch draagt en de losse
passant dus tot het •-oorgeschreven
tenue behoort) en vergeet het ramp
zalige ding ereis Dan ben je nog
léng niet gelukkig. Het eerste waai
de inspecteerende sergeant-majoor
naai- kijkt, is de fatale passant. En
ontbreekt-ieop de bon Enfin.
je ben' een paai' maal op wacht go-
weesi, en je weet het nu. Maar daar
sturen ze je onverwachts op patrouil
le 111 de stad uit. Tenue koppel mei
bajonet Je onhandige recruten-
vingers krijgen met moeite het
riemen samenstel van 't „zwikkie"
uit mekaar, je holt tenslotte naar
buiten met alleen den koppel en dc
bajonetja, en zonder den fatalen
passantliet is een der meest-gchate
voorwerpen in dienst.
Dan heb je dc geel-met-oranjo
kokarde op je kópi. Dat ding moet
van blik zijn. Niet van katoen, en
vooral niet van zijde ofschoon 't er
dan precies zóo uitziet maar van
blik. De katoen en de zijde zijn voor
boogere machten bestemd, maai- dat
weet jï als recruut zoo niet en je
koopt doodonschuldig een kópi jnet
een „onderofficiers-kokarde". Dit
schrikkelijk feit is zoovéél voorgeko
men, dat het tot dc hoogste hoogen
van het leger doordrong, weshalve
tijdens de mobilisatie een order van
den opperbevelhebber werd uiige
vaardigd, die „den commandanten
aanbeval om streng te letten op de
stof, waaruit de kokardes vervaar
digd waren". Als gevolg waren tal-
looze piotten „nog lang niet geluk
kig".
Dan heb je de knoopen. Zooals be
kend is, droeg het leger vroeger
bolle koperen knoopen, die gepoetst
moesten worden en alzoo een nim
mer-onderbroken stroom van rappor
tjes tengevolge hadden. Tot geluk
van der doodgewonen soldaat wer
den ze afgeschaft, en de platte knoo
pen, met 't wapen versierd en uit een
of ander geelachtig blik gemaal*,
werden ingevoerd. De meesten dra
gen ze nóg. Ze hebben de goede
eigenschap, dat als er een afspringt,
je deze ramp kunt maskeeren, door
het ding in het knoopsgat vast te
maken met een lucifer door het rin
getje. Deze truc is schier onfeilbaar,
al heb 'k 'm eens zien mislukken bij
een korporaal, die er op die manier
drie onder elkaar had vastzitten. Hij
stond voor den troep te commandee-
ren, toen juist een windvlaag en een
luitenant aankwamen. De eerste deed
de tuniek opbollen en toonde een rij
vau drie lucifers, de tweede haalde
de bon te voorschijn
Dit zijn dan een paar bekende en
veel-voorkomende bon-kwesties. In
een volgend stukje nog lets or over.
Vredes-qaaesties.
't Antwoord der Entente san
President Wilson.
Uit Londen wordt door Reuter ge
meld, dat in het antwoord der En
tente op Wilson's vredesnota de mec-
ning te kennen gegeven wordt, dat
het oï> dit oogenblik onmogelijk is,
een vrede te verkrijgen, die herstel
en teruggeving zal verzekeren, als
mede de waarborgen, welke hun
rechtens toekomen. In de nota wordt
verklaard, dat de geallieerden het
uiterste doen, om de schade voor de
neutralen, als gevolg van den oorlog,
te verminderen.
De geallieerden verwerpen od zeer
vriendschappelijke, maar duidelijke
wijze de analogie tusschen de beide
oorlogvoerende partijen. Zij verha
len uitvoerig de wreedaai-dige me
thodes der Duitschers, die ieder prin
cipe van humaniteit verachten cn
allen eerbied, den kleine staten ver
schuldigd, verwerpen de moorden
cru do Armeniërs de Zeppelin-aan
vallen; de duikboot-oorlog tegen han
delsschepen de mishandeling van
gevangenen de deportaties, etc.
De geallieerden voegen hieraan
toe, dat zulk een reeks misdaden
steÜie hun protest begrijpelijk zal
maken.
Betreffende de vredesvoorwaarden
wordt in de nota het volgende ge
zegd. Zij omvatten
Ie. Herstel van België, Servië en
Montenegro, met schadevergoeding.
2e. Ontruiming van Frankrijk,
Rusland en Roemenië, met behoorlijk
herstel,
3e. Reorganisatie van Europa on
den grondslag van de principes
der nationaliteiten en het recht van
alle volkeren, klein of groot, op vol
komen veiligheid en vrije economi-
sche ontwikkeling en teniggave van
het gebied, dat den geallieerden for
meel ontrukt is.
ie. Bevrijding van de volkeren, die
onder de moorddadige tyramiie van
de Turken staan.
5e. Verwijdering van het Turksclie
rijk uit Eui-opa.
Dc nota verklaart verdor, dat het
niet in de bedoeling ligt, tc streven
naar de politieke vernietiging der
Duitsehc volken.
Een rede van Lloyd George.
Do Bngelèche .minister-president
hoef'- in Guildhall op oen prop
ganda-vergadering voor do nicu.vo
Engelscho oorlögsleoniny een rede
gehouden waarin hij ook de vredes-
quacstio besprak.
„Do keizer", zeide hij, „heeft een
boodschap tot zijn volk gericht, dat
de Entente zijn vredesaanbod van de
hand gewezen heeft. Dit hoeft hij
slechts gedaan om degenen, die hij
geen schrik heeft kunnen inboeze
men, te bedwelmen. Maar waar zijn
cld.ri toch de Duitsehe vredesvoorstel
len? De geallieerden hebben er 0111
gevraagd, maar do Duitschers lub
ben geen voorwaarden genoemd. Zij
hebben slechts een onder mooie woor
den verborgen valstrik aangeboden.
Zxüko woorden hebben ons in ver
zoeking gebracht, maar do leeuw
beeft manszijn oogen open gezel.
Wij hebben geeno voorwaarden af
gewezen, maar wij hebben gezien,
dat oorlog beter is dan vrede, ge
kocht ten koste van de Pruisische
overheorscking in Europa.
Dc geallieerden hebben duidelijk
gemaakt in hun antwoord 'aan
Duitschland en nog duidelijker in
hun antwoord aan de Vereenigde
Staten ('toejuichingen) dat zij, alvo
rens te trachten den vredestempel op
te bouwen, willen zorgen dat de fuit-
doering daarvoor solide is.
Ik ben juist van den krijgsraad, der
vier groote geallieerde, landen, op
wier schouders Se last van dezen
verscbnkkelijken oorlog drukt, terug
gekeerd. Ik kan u nioi zeggen, tot
welke conclusies wij daar zijn geko
men, maar wij bedriegen ons niet
wat den omvang onzer taak betreft;
maar evenmin twijfelen wij aan de-
resultaten. Wij hebben alle moeilijk
heden onder de oogen gezien, ze on
derzocht en regelingen getroffen om
ze te overwinnen. Wij. hebben het
denkbeeld op zij gezet, dat het on
mogelijk is, den vijand te vers-laan,
omdat de overwinning moeilijk zal
worden behaald. Wij wankelen en
aarzelen niet, er is geen zwakheid of
onzekerheid in ons besluit. Er is bij
ons het vaste besluit om tot iederen
prijs d© hooge doeleinden te berci-
ken, waarmede wij de uitdaging der
Pruisische militaire kast© aanvaard
hebben, en ook om de wereld voor al
tijd te bevrijden van de gevaren, die
zij medebrengt.. Het feit, dat mij in
deze conferentie getroffen heeft, ia
de toenemende mate waarin de ge
allieerde landen naar Groot-Rrixtun-
nie opzien, vol vertrouwen in zijn
groote kracht en zijn groote hulp
middelen. Het is voor hen 'als een
groote toren in het dal. Groot-Brit-
tannic wordt meer en meer ue noop
der onderdrukten en de wanhoop der
onderdrukkers.
Op het oogieabliik zijn Engeiand'e
legers geweldiger dan ooit te voren,
waT opleiding en doeltreffende uilrus
ting betreft De natie kan er op re
kenen, dat zoo zij hare legwrs den
noodigen steun verleent, dezen den
weg naar de overwinning zullen hak
ken door de gevaren van' de eerstko
mende maanden heen. Wij moeten ze
steunen, want zij zijn hel waard. Ik
wil de cheques door de lucht zien
dwarrelen tot voor de versterkingen
van den vijand. Iedere cheque, die
goed gericht en afgezonden is, is een
geweldiger vermetig'ingaimiddeJ dan
een 12-inch granaat. Zij ruimt den
weg door de prifckeldraaclvereperrin-
gen, opdat onze dappere troepen daar
doorheen kunnen stormen. Hoe meer
wij krijgen, hoe zekerder dc overwin
ning en hoe korter de oorlog zai zijn
en hoe minder die kosten zal aan
schatten en aan den grootsten schat
van alles het l>oed onzer dappere
mannen.
Doze oorlog is c-en uitrusung&ooziog.
Waarom slaan de Dutschers onze dap
pere boudgenóolen m Roemenië ;e
rug Niet omdat zij boter vechten. Dc
Roemeensoke boer heeft bewezen, de
taaiste soldaat ter wereld tc zijn, als
hij slechts gelegenheid krijgt om te
vechten. Maar hij heeft die nooit ge
had.
Wat den Rus betreft, de wij toe waar
op hij met ontbloots borst twee en
een half jaar lang gevochten hoeft
met elechte kanonnen, onvoldoende
geweren en een te geringe hoeveel
heid munitie, maakt een der treffend
ste verhalen van heldenmoed in do ge
schiedenis der wereld uit. Laat ons
hein bij zijn uitrusting helpen en dan
za', men iet6 anders zien.
Doze leening is nu reeds een goede
belegging, maar na den oorlog zal
zij dit in nog hoogere mate zijn. Ik
kan geen natie, die ons na dezen
oorlog nog zal durven aanvallen. On
ze vijanden hadden vergeten, hoe wij
vroeger waren, maar het zal lang du
ren voor zij deze lee vergeten zullen
hebben. Vóór de oorlog begon, scho
ten wij in zaken en nijverheid in vele
opzichten tekort. De oorlog heeft daar
in op merkwaardige wijze verbete
ring gebracht. Onze fabrieken hebben
de verouderde machines bij het oud
roest geworpen en de sleurmethodcs,
die de zaken bdemnierden, worden
niet meer gevolgd. Ik weet niet, hoe
groot de nationale schuld aan het ein
de van den oorlog zai zijn, maar ik
wsag te voorspellen, dat zij, hoe hoog
ook gestegen, den waren rijkdom oer
natie ten goede zal komen.
De natie js ontwikkeld, gediscipli
neerd en krachtiger geworden. Wij
zijn een levendiger voik geworden.
De Pruisische bedreiging was als een
hypotheek, die do waarde onzer na
tionale veiligheid verminderde. Die
hypotheek zal nu voorgoed afgedaan
worden. Na den oorlog zal de wereld
in staat zijn zicli rustig aan haar za
ken te wijden en in de toekomst zal i
de beste zekerheid voor den vrede be
reikt worden, wanneer alle natiën ter
wereld zich verbinden, om den eer
sten, die dei> vrede verstoort, te straf
fen. (Deze toespeling op de Ameri-
kaansche voorsteken tot oprichting
van een verbond tot het afdwingen
van den vrede werd langdurig toege
juicht.)
De premier eindigde met een, vol
gens Reuter, opwdkksng om op de
Ieenmg in te schrijven.
Een Duiteche nots aan d«
neutralen.
Het Wolff-bureau seint uil Berlijn
Den hier gevestigden vertegenwoor
digers van neutrale staten werd een
nota overhandigd, waarin _aan de
neutrale regeeringen de opvatting
wordt uiteengezet van de Duitsehe
regeering over den stand van zaken,
ontstaan door het afwijzende .ant
woord van den tegenstander op do
Duitsehe nota van 12 Decerriher.
Uitlatingen van BercsstorJÏ.
De offideuse „Nordd. Ailg. Zlg."
schrijft In de Duitsehe per© werden
op grond van berichten van de Lon-
densdhe „.Timesz.g. uitlatingen
weergegeven van den Duitscben am
bassadeur te Washington, graaf
Bernstorff, volgens welke hij zou heb
ben gezegd, dal Duitschland tot eiken
prijs tot een vredesconferentie wilde
komen. Het zou bereid zijn België te
herstellen en schadeloos te stellen en
oorlogsvergoedingen te betalen. Het
ligt weliswaar voor de hand dat de
ambassade dergelijke uitlatingen niet
kan hebben gedaan, dat wij hier root
de bekende verdraaiingen en onjuiste
voorstellingen van de Amerikiaansch-
Engeische pere te doen hebben. Niet
temin zij nog uitdrukkelijk geconsia-
teerd, dat uoch de ambassadeur, noch
een lid van de ambassade te Washing
ton zulke uitingen hebben gedaan.
Van do oorlogsvelden.
Ook lieden zijn slechts kleine aoties
van de verschillende oorlogsvelden te
melden, uitgezonderd uil Roemenië.
De Duitsehe staf meldt dat de
eentralen IN ROEMENIë weer ter
rein gewonnen hebben en wel tus
schen hel Uz- en Susitadal en ten N.
van den Oituzweg. 800 gevangenen
werden genomen en 6 machinegewe
ren veroverd.
De Russische 6taf verklaart,
dat de eentralen die over de Poetna
getrokken waren, met verliezen weer
over de rivier teruggeslagen zijn.
Een Engolsch slagschip
getorpedeerd.
De «Britsche admiraliteit deelt me
de Het slagschip „Cornwallis" iB op
9 Januari in de Middellandsche Zee
door een vijandelijke duikboot tot
zinken gebracht. De/kapitein en alle
officieren zijn gered. Dertien man-
schappen worden tennist. Men vreest
daLztj hit de ontploffing gedood zijn. j
(De „Cornwallis", gebouwd in 1901,
had een waterverplaatsing van 14.000
ton. Dc bemanning telde 750 man. De
bewapening bestond uit vier 30.5 j
c.M. kanonnen, twaalf la c.M. kanon-
nen, twaalf twaalfponders, zes drie- j
I ponders en 2 Maxims. Verder was
het schip voorzien van vier torpedo-
lanceer buizen. De „Cornwallis" be-
hoorde tot de „Duncan"-klasse Deze
klasse telde vóór den oorlog vijf sche- j
pen, alle in 1901 gebouwd, namelijk
de Russell, Albemarle, Duncan, Corn
wallis en Exmouth).
EEN ENGELSGH VLIEGTUIG-
SCHIP GEZONKEN. Do Britsebc
admiraliteit deelt mede Het moeder
schip voor zeevliegtuiigen „Ben-
machreü", onder Icaipitein Samsou, i6
gezonken door geschutvuur, in de ha
ven van Gaasolorizo, in Klein-AziÖ.
De eenige persoonlijke ramp Is, dat
een ofÊicior en vier man gewond zijn.
DE HANDELSOORLOG. Lloyds
meldt, dat 't Britsche stoomschip
„Hudworflh" (3687 ton) gezonken ia
Verspreid nieuwe
DUITSOHE DUIKBOOT-COMMAN
DANTEN. Havas seint uit Parij6
Den 16den December 1916 hield een
Duitsehe duikboot bij de Kanarische
eilanden het Grieksche stoomschip
,,Ï6iropina6" aan, rnaar liet bet vrij,
nadat een officier den kapitein den
raad had gegeven in een onzijdige
haven de wijk te nemen, daar Grie
kenland ongetwijfeld aan de Entente
den oorlog verklaren zou. De „Tsl-
ropinas" zette de reis voort, kwam bij
Kaap Finisterre, werd weer aange
houden door een Duitsehe duikboot en
1111 in den grond geboord.
#DK OORLOGSRAAD DER EN'TEN-
'TE. De „Times" schrijftMaandag
deelden wij met zoovee! vrijmoedig
heid als met bescheidenheid in over
eenstemming te brengen was, mede,
dat de geallieerde regeeuingen even
eensgezind waren als de door hen
vertegenwoordigde volken, in nun
wil tot de® vrede door overwinning.
Toen waren zij op 'het punt om de
gewichtige besluiten te nemen, waar
van de datum van die overwinning
vermoedelijk zou afhangen. Die be
sluiten zijn nu genomen. Wij zijn
verheugd, dat de wijsheid gezegevierd
heeft en de weg naar de overwinning,
hoe lang hij ook mage zijn, recli'. naar
hel aangewezen doel loopt.
DE BELGISCHE STAF. Uit Pa
rijs wordt bericht, dat generaal Ru-
quoy aangewezen is tot chef van den
generalea staf van het Belgische le
ge 1 ter opvolging van generaal Wie-
lemans. Generaal Ruquoy is 8 No
vember 1861 geboren.
UIT GRIEKENLAND. Volgens
den correspondent te Washington van
do „Herald" heeft koning Constan-
tijn een brief aan president Wilson
geschreven, waarin hij een overzicht
geeft van het onrecht, Griekenland
aangedaan, en van harte met het plei
dooi van den president ten gunste
van vrede instemt. Constantijn zegt,
dat hij dc ziel van Griekenland ver
tegenwoordigt in den strijd met „de
harteloos© en beginseilooze mogend
heden, die zijn volk aan den honger
dood blootstellen".
GENTSCtfE PROFESSORATEN.
Het te Biussel verschijnende ambte
lijke blad heeft dezer dagen de benoe
ming vermeld van nog een aantal
hoogleeraren aan de Gentsche Uni
versiteit. Daartoe behooren de beer
Ilippo)iet Meert, de bekende secretaris
van de gioep België van het Alg. Ne-
derlandsch Verbond, thans algemeen
bestuurder aan het Belgische minis
terie van wetenschappen en kunsten,
die benoemd is tot gewoon eere-pro-
fossor voor practische oefeningen in
de Nederlandscbe taal,
COMPLOTTEN LN AMERIKA.
Reuter seint uk. San Francisco: Do
federale jury heeft schuldig verklaard
F rang Bopp, de Duitsehe oonsul-gene-
raul; Von Schalk.de vice-consul; lui
tenant Von, Brincken, Charles
Browley en Margaret Coieil, be
schuldigd van'een samenzwering tot
het veiooi zaken van ontploffingen In
Amerikaacsche en Canadeesclse mu
nitiefabrieken, teneinde munitie-
voorraden voor de Entente bestemd,
spooiwegbruggen, enz., tc vermelen.
EEN ONDERHOUD MET DEN KO
NING VAN ROEMENle. De mede-
weiher van de „Gennania" te Stock
holm zendt dit blad het verslag van
een onderhoud, dat een Amerikaan-
sclio oorlogscorrespondent van de
„Tribune' van New-York met den
koning van Roemenië beeft gehad.
Deze, die toen in0Rusland was, out
wikkelde daarbij een andere opvat-
ting van den staat van zaken, dan
i hem van den kant der geallieerden
tot nu toe werd toegekend,
i Do koning dan toonde bij dat ge-
spre.k ve£I zelfbeheersching, - zijn
bleekc gelaatskleur en het zenuw
1 uchlig trillen van zijn handen, die
steeds naar een steunpunt zochten,
j verrieden de heftige bewogenheid,
i v.auraan hij ten prooi was geweest
i en misschien nog was. De koning
ontving den berichtgeter in gezel
schap van een kabinets secretaris en
een Roemeefisch kolonel, die als ad
judant dienst deed. Na eenige vluch
tige woorden ontspon zich spoedig
een levendig gesprek. De Amerikaan-
sche dagbladschrijver kreeg daarbij
den indruk, dat koning Ferdinand
gretig uitsprak wat er in hem om-
j(ing. Hii zei
„De Amerikanen zullen niét vatten
waarom ik mij blijkbaar zonder
grond in den oorlog tegen de met
mijn oom verbonden hoofden van de
midtlelrijken heb gemengd. Het lag
volstrekt niet meer in mijn vermo
gen, dezen oorlog te verhinderen. Ik
ben maar koning van Roemenië en
Onze Lachhock
Ik ben bang, mevrouw, zei de man
die kaïnerg zocht^ dat het huis te
dicht bij het station staat.
Het ie wel wat rumoerig hier,
stemde de hospita toe, maar voor uit
het raam hoeft u een mooi gezicht op
alle meuschen, die den trein missen!
Mevrouw: Heb je de planton in
de salon water gegeven, Mina?
Dienstbode: Ja, meviouw. Hoor
de u het water niet op hot kleed drui
pen?
Wel, wel, mijnheer Lang, zei
do dokter. U hoeft er lang voor noo
dig gehad mij die rekening te beta
len!
Dat is zoo dokter, antwoordde
Lang, maar u moet wel bedenken,
dat u ook lang noodig heeft gehad on>
mij beter te maken.
het koningschap heeft bij ons bijna
een louter decoratieve waarde. De
R'oemenier regeert zichzelf, het par
lement is de uiting van zijn wil en
daartegen is de koning machteloos.
In Roemenië is het onmogelijk, een
politiek tegen den volkswil te voeren.
Het is inderdaad een ernstige dwa
ling onzer leidende politici geweest,
od een korten duur van den oorlog tc
rekenen en ik heb mijn bezwaren te
gen dit ongelukkige optimisme des
tijds niet verheeld. Ik heb den chel
van den generalen staf er tegen ge
waarschuwd. op grond van onzekere
beloften deel te nemen aan ccn
strijd, welks afloop mij hoogst twij
felachtig toescheen. Mijn waarschu
wing is echter als vrees voor de
Duitschers uitgelegd. Als gij de bla
den van Juli en Augustus 1916 na
leest, zult gij zien, hoe men mij toen
verdacht heeft gemaakt, ik zou inijn
land gaarne de ellende van den oor
log hebben bespaard, maar Roemenie
wilde den oorlog en was daar niet
van af te brengen. Bij ons moet de
koning in hooge mate rekening hou
den met de volksstemming."
HET NIEUWE MUNITIEKAMP.
In de „Daily Chronicle-' vertelt S;r
Arthur Conan Doyie een en ander
van het groote Erigelsebe munitie
kamp dat thans bezig is te ontstaan.
Een jaar geleden was het nog een
reusachtig moeras, doch, thans wer
ken op een geweldig bouwterrein dat
9 mijlen lang en 1 1/2 mijl breed i=
dagelijks mevr dan 25.000 man, die
in koortsachtige haast een nieuwe
stad bouwen in hoofdzaak voor mu-
nitiowerkers bestemd.
Die munitiewerkers, ziedaar het
tweede wonder, zijn uitsluitend meis
jes; meer dan 12.000 zullen er bijeen
komen om dag in dag uit niets an-
ders to doen als munitie te maken.
De grondsloffen, salpeterzuur, eil
zwavelzuur worden eveneens in do
nieuwe stad gefabriceerd en verder
zijn er stapelplaaisen van ruwe ka
toen, glycerineraffinaderijen, aether
en alcoholdisiilleerdt-rijen, alsmedo
fabrieken waar schietkatoen wordt
vervaardigd.
\Ya» klam- is gaat per veldspoor
naar den naburigen heuvel, de nitro-
glycerine-houvel genaamd. Het moet
een heuvel zijn omdat glycerine biet
door middel van pompen verplaats»
kan worden, maar door de eigen
zwaartekracht naar de plaats van
bestemming moet stroomen. Op den
heuvel wordt de glycerine met he»
6chie:katoen verwerkt, een uiterst ge
vaarlijk karwei, omdat de genngs.ê
warmte ontwikkeling terstond oen ge-
weidigo ontploffing tc weeg zou
brengen.
GEDEPORTEERDE BELGEN.
T© Hftvre heeft men bericht verkregen
meldt de „Times'' dat nicer dan
11.000 gedeporteerde Belgen te Gru-
ben, in -DuilecMsnd, geïnterneerd
zijn.
Do „Nieuwe Ct." publiceert een
brief van haar correspondent m Aar
denburg, die 0.8. schrijft: „Is er geen
mogelijkheid, zoo vraagt men wei,
dat in België zelf wederom een indus
trie herleeft? En het plan is opgewor
pen om een poging te doen, ter.c udo
weder grondstoffen voor sommige in
dustrieën te bekomen. Als Engeland
de grondstoffen doorlaat, en Duitsc!:-
iand onder bej>aa!<ie neutrale contrOJe
gaiamie©: t, dot de producten vcor be
paalde welomschreven doeie:u<len v.or
den gebruikt, kan tóch mogelijk een
opioesing voor sommige takken mjii
bedrijf worden gevonden. Voor dc bij
die industrieën betrokken gedepor
teerden zou dan het uur der terug
voering spoedig kunnen slaan t
Een ander pdan heeft nog oiuwng-
r ij kor bedoeling. Het aanwezig zijn
van g-roote getallen werkloozen in
België kan volgens de Duitsehe ovc.'-
heid niet worden geduld. Welnu, laat
de Duitsehe overheid zich wenden lot
de betrokken Belgische gemeenten,
met deze toczeggmg: Zoodra door
Feuilleton
19)
Voordeeliger voor hem -— riep
Rulledge uit. Wat bedoel je daar
in vredesnaam mee
Ik bedoel eenvoudig dit. Sir Do
nald heeft f-igendommen in handen,
die mijn vader aan zijn zorgen heeft
toevertrouwd. Daar ben ik zeker van.
Maar hij houdt het geheim en ge
bruikt, mijn vaders nalatenschap in
zijn eigen voordeel.
Kom, kom, dat. is wel een ern
stige beschuldiging. Denk er aan,
dat hij mijn chef is.
Je chef of niet, het is waar, en
ik zal he» bewijzen, wat het me ook
kost. llii b07.it diamanten, die mijn
vader ui' Brazilië meegebracht heeft
en aan Sir Donald in bewaring ge
geven voor mijn zuster en mij. Dat
vreet ik. En wat heeft hij er mee ge
daan Hii heeft ze'laten slijpen en ze
gebruikt om er geld op te leenen. Is
dat soms eerlijk
- Maar hoe kun je dat allemaal
zeker weten? reide. Rutledge.
Zelfs als het waar is wat ik weiger
te gelooven hoe kun je dan dit
alles weten, als je zoo lang in het
buitenland geweest bent
Dc weet het uit zeer goede bron,
zeide Vicars opgewonden. Mel-
chïsideck Hart heeft het mij ver
teld.
En wie is die Melchisideck
Hart
Dat is een neef van Bartholo
mew Hart, den grootsten diamanten-
handelaar in Londen. Hij heeft mij al
de bijzonderheden verteld. Sir Do
nald heeft een paar van die steenen
bij hem gebracht en heeft er niet
minder don vijftigduizend pond op
gekregen geld, dat natuurlijk van
mij is. en hij sloeg inet de vui6t
van zijn linkerhand op zijn rechter,
om meer nadruk op zijn woorden tc
leggen, en die oude kerel, ging
hii voort, wil mij niet ontvangen.
Ik kook van woede als Ik er aan
denk. Hii kent mij best. .die oude
vos. maar- ik zal hem wel krijgen.
Natuurlijk zou jLi kunnen zweren,
dat ik Alec Vicars ben, nietwaar,
Rutledge
Ik kan mij uatuurlijk niet men
gen in een zaak van mijn chef. die
mii niet aangaat. Dat kun je toch
zelf ook wel begrijpen.
Natuurlijk begrijn ik dat. oude
jongen. Maar als het jc gevraagd
werd, zou je dan willen zweren, dat
ik Alec Vicars ben dat bedoel ik.
Natuurlijk ken ik jc en dal zou
ik ook zeggen.
Ik heb altijd wel geweten, datje
een eerlijke kerel was, Ruticdge,
zeide Vicars. Ga je mee een borrel
drinken
Neen, dank je, antwoordde
Rutledge en trok onwillekeurig vol
afschuw zijn neus op. lk heb geen'
tijd meer voor je eigenaardige ver
halen.
Jij yiudt ze misschien vreemd,
maar ze zijn waar en dat zul je gauw
genoeg merken. En dan nog iets,
z.eide Vicars, terwijl hij Rutledge bij
een slin van zijn jas vasthield,
Neen, ik moet. gaan. Er moet
vandaag een groote mail weg en het
is al laat.
Ook goed. Adieu. 11c hoop je
spoedig weer eens te zien.
Alsof het noodlot in tiet. apel was,
had Sir Donald, die zijn procuratie
houder al heel gauw achterna ge
gaan was naar het kantoor, doze
ontmoeting gezien. Dat wil zeggen,
hij liep aan den anderen kant van do
straat en ontdekte de twee meu
schen net op het oogenblik. dat Vi
cars zoo opgewonden raakte. Het
was een groote schok voor hem. Daar
stond nu zijn voornaamste bediende
op hel trottoir, kalm en rustig, maar
met onverholen belangstelling te luis
teren naar de verontwaardigde ver
halen van den man. dien Sir Donald
een paar dagen geleden weggestuurd
had en niet had willen herkennen.
Wist Vicars iets Was hij werke
lijk achter het geheim gekomen, dat
tot nu toe zoo goed bewaard was ge
bleven Zou bij Rutledge kunnen
overtuigen.
Het is geen oogenblik in mijn
hoofd opgekomen, zeide Sir Do
nald tot zichzelf, dat die kerel mijn
klerk kende.
En. natuurlijk, over een paar dagen
zou Rutledge het kassiersboekje in
handen krijgen en er niets van be
grijpen, hoe het deposito opeens zoo
groot was geworden. En hij wilde
niet, dat iemand zich zou verbazen
over Iets wat hij deed. Niemand
mocht ook maar een oogenblik non
hem twijfelen. De menschen praten
altiju. Ze weten niet van op'uomleu,
voorn', als het over andermans zaken
gaat. Natuurlijk wist hij, dai hij aan
kritiek onderhevig was. Maar wat
kon hij er aan veranderen Wat hij
gedaan had, war alleen maar om
tijd te winnen.
Daar zat hot in. Tijd, tijd. Niet het
geld. Tiid had hij noodig. Tijd. Hij
herliauldc het woord telkens weer.
Zooals zooveel mensehen, die zorgen
hebben, kwam hii steeds weer op het
zelfde punt terug, wéér hij ook aan
dacht. Tijd had bli noodig. Op het
laatst kreeg het voortdurend herhaal
de woord een bijzondere betcekcnis
voor hem. Hij zag een bevel tot in
hechtenisneming en een cel een ge
rechtshof en rechters in hun eigen
aardige kleedij getuigen, die hun
argumenten logisch en duidelijk uit
eenzetten hij hoorde de uitspraak
van de jury en de laatste plechtige
woorden van den rechter toen zag
llii gevangeniskleercn en een gebogen
ouden man dwangarbeid en een
langen, langen straftijd. Tijd. Zou
hii zoo zijn tijd moeten gebruiken?
Was dat wat hij. die weezen van hun
rechtmatig eigendom beroofd had,
verdiende
Hii rilde bii de gedachte. Hij beefde
zóó dat hii bijna niet verder kon
gaan. Zou hij naai- zijn kantoor dur
ven gaan Zou hij nu kalm met Rut
ledge kunnen praten, die natuurlijk
nog vol was van het. nieuws, dat Vi
cars hem zooeven had verteld Zou
hii naar huis gaan Hij zag Jessie's
onschuldige gezichtje voor zich als
een beschuldiging. De sociëteit? Hij
zou het zinncloozc geklets daar niet
kunnen verdragen.
HelaasEindelijk, maar nu het te
laat was, had hij ontdekt, dat al het
geluk in ons leven komt van hen die
v.c liefhebben en al orjs ongeluk
ben die wij benadeelen.
llii voelde zich zoo alleen.
HOOFDSTUK XII.
Een schurk.
Hel kantoor van Sir Donald was In
do Sanciballstraat en in die buurt
was hij een bekende figuur. Lang,
mager, onberispelijk gekleed, met
een onverschillig gezicht, dat den
voorbijgangers misschien een beetje
vermoeid toescheen, vervolgde hij
zijn weg. Hier en daar beantwoordde
hii een groet. Het is vreemd, da', on
ze gedachten zoo geheel achter een
masker verborgen kunnen zijn en
hoe soms dc grootste emoties or.op
gemerkt blijven achter een onver
schillig uiterlijk. Op het oogenblik
was deze flinke, verstandige 7.ake:i-
>man hopeloos in de war. Meer dan
zestig jaar was hij beroemd geweest
om zijn oprechtheid 'en hij had dien
goeden naam wel verdiend ook. Hij
had in zijn tijd goede zaken gedaan,
en zooveel mogelijk profijt getrokken
van dc bohonften van anderen; maar
zoonis iedereen weet is dot do ma
nier om een groot fortuin tc krijgen,
en als men in dergelijke zaken al tu
nauwkeurig en teerhartig is, dan
heeft men als zakeumou geen succes
en krijgt men nooit een groot kapi
taal bii elkaar. Het voornaamste punt
was. dnt hij, zoolang hij al zaken
deed. en dat was nu al veertig janr,
nooit iets gedaau had wat niet
strookte met zijn begrippen van eer
lijkheid. Z1111 geweten had hem altijd
met rust gelaten en nu wist hii niet
wat te doen om het tot zwijgen te