RUBRIEK VOOR QMZE JEUGD. Oe lacht naar millioenen 3KE«,k* x»I em'f DERDEBLflD 0bljRd. ZATERDAG IS September T8Ï7 Raadsels G. Lüurens Cosier G, Giraal F1 oris V .6, Aeonietj© 4, Karei V G, C. PhiJiip zijn alk- Ln^'zouaan 11>0 6> Aajj« West G, Andri.es West 6, J. van Heem 6, Stukadoor 6, Jans Lo- mang 6, Leidenuar 6, Controleur G, Kerstboompje 6, Old Tirehand 6, Be gonia 6, Rudolf Osdhatz C, Dirk Oschatz 6, Piet Jonges 5. W. P. v. <1. Bogeard't 6, A. - Spaargaren 6, Frang G©hl 6, Pannetje Schutter 5, Wnllemientje Schutter 5, Wam Spoor G. Je en Teun Reimerink 6, Robin- :sjijn< 'Cruisolé U (Deze n door jongens eu meisjes, dJie „Von Dnae Jeugd lezen. Do namen dier kinderen, die mij vóór Woensdag middag 4 uur goed© oplossingen |on-, den worden in bet volgende nummer bekend gemaakt). Iedere maand wordt onder de beste oplossers twee hoeken in prachtband vea-.'Jook 1. (Ingez. door Arend): Schrijf onder elkaar: een vogel, een boom, een viervoetig dier, oen deel van een visch, een jongensnaam, een anderen naam voor woud, een kruipend dlier, een gevleugeld insect, oen metaal, een apolhakersgewicbtje, «ion plaats in Drente. Ai deze woonden moeten 5 letters groot zijn en do middeLste lettere moeten van boven naar beneden ge- - lozen den naam van een sappige vrucht vormen. 2. Ingez. door Bernard. Vernim- iucn): Mijn 1ste vindt ge aan een huis, .mijn 2de woont iri het water en mijn gehoftl woont ook in het waiter. 3. (Ingez. door Casper Wiüemse): Ik ben een schier eiland van Azië vun 11 lottere. 1, 2, 3 is een loióet-artikel, 4. 11, 10 is c-ijji deel van een boom, 5. Ij, 7, 8, 1» is een kostbaar bezit iü, )1 .s oen lucfisjesnaam. 4) (Jingdi. door Alpen roetsj©); Mijn geheel is een plas dc-.ri.and van 10 letters. 2, 3, 4 h&d'l'o men in het kaartspel. 4, 5, G, 2-, 3, 10 heelt iedere stad. 4, 5, 2, 3, G, 10 hebben veel dieren. 3, 8, 9, 10 i(s een getal. 1, 2, 3, 4 is een Hollandsohe lüviicr. 10, 2, 3, G, 5, is een lekkernij. 4, 5, 2, 1, heeft een boom. 0, 2, 3, 1, heeft een huis. 4. 5, 6, 2, 1 zijn veel oude lieden. 1, 7, 4, 10 doet het vaaik in den he'fst. 'ó- (Ingez. door Frans Bads); ik ben een spreekwoord van 29 Ruil-rubriek. J. v. BÉEM, Teylerstr. 22 vraagt van &eBch.pl. de nrs. 2, 3, 4, 31', 35, 40, 41, 47, 50, 61, 67, 68, 73, 75 70 en 91. Bij gieeft. er TJsel, Naardttrmeer, Zuiiderzee, Bontewea, Boish en Bei de, en Herfstpl. voor terug. De Wedstrijd. Inzendiingen ontvangen van: Wim Spoor, oud1 10 jaar. Connie Kramer, oud 11 jaar. Asacbepoesier. Door W. B. Z. Vervolg van' Hoofdstuk I'I. 9. Lenie van Oeveren protesteerde, loen ze hoorde, dat de meisjes nu al vertrekken wilden. Lien stond in tweestrijd, maar To gaf door gebaren Ie kennen niet toe te geven, liet eer- jsie sein tot den opstand werd dooi meerdere gevolgd en een kwartier la- in Ne- ter stond er weer een file rijtuigen voor den huize Van Oeveren. Toen de heide vriendinnen huiswaarts reden, wilde Lien natuurlijk weten, wat er aan scheelde. To zocht uitvluchten. Ze kon zelfs aan haar boezemvriendin niet vertellen, wat ze gehoord had. Met niemand wou ze daarover praten. Lien voelde zich ietwat gekrenkt door To's terughoudendheid en daarom zat ieder stil in haar hoekje. Bet was een heel, heel ander ritje dan eenige uren geleden. HOOFDSTUK HL AssC'hepoes? misschien deed het vader verdriet, net zooals het haar. verdriet had ge daan. V'ader was voor Noor even Lief en goed, als voor hen allen. Toch was hel waar, dat Noor een heel druk leventje had. Zoolang To het zich her inneren kon. was dit zoo geweest. Ze verving immers moeders plaats, tfou Noor het zelf altijd prettig gevonden hebben? Daar kon je eigenlijk nooit iels van merken, want Noor was alle dagen hetzelfde. Niemand in huis zou Noor kunnen missen. Vriendinnen hield ze er niet op na. „Ik geef er niet om," had ze eens legen vader gezegd, toen deze haar voorstelde kennis te maken met een logeetje van de buren, dat ongeveer van Noor's leeftijd was. Ze had het er ook veel te dnulc voor. Leek ze toch eigenlijk niet een beetje op een Asschepoes? Arme, lieve Noor! Met tranen in de oogen dacht .To aan arienlei kleine voor vallen, waarin ze onaardig tegenover haar pleegzuster was. Hoe gaarne zou ze liet ongedaan willen maken. Lusteloos stond ze op, kleedde zich aan, zeurde nog wat rond, alvorens naar beneden ie gaan. Natuurlijk zou den allen wat van het feest willen weten en liet allerliefst sprak ze er met niemand ooit meer één woord over. Ze deed zacht de deur open. (Wordt vervolgd.) Brievenbus „En heb je veel genoegen gehad?" „Jawel." „Ging de voordracht goed?" i,Jawel." „Werden er leuke dingen gedaan?"' „Jawel." „•Lieve deugd, To, wat kom je saai thuis. Ben je soms erg mee?" „Och ja." „Jawel," riep Noor, die met vader op To's thuiskomst had zitten wach ten en haar nu hielp aan haar rijg laars j es, waar natuurlijk weer een onmogelijke knoop in zat. Ze had ver wacht, dal To zooveel te vertellen zou maaier hield de zeis tegen zijn hebben en nu deed ze alsof ze eigen- rug. j lijk geen ol weinig plezier bad ge- b. Wie ringen wil koopen moet bij had. zouden de andere meisjes soms ft.M «.rakmiil veel mooier aange.Kieeü zijn geween: den goudsm.d wezen. Onwillekeurig keek Noor naar de ge- e. De kastelein ..verkoopt baei- vliet- b0rd,uumle jurk, die over den stoel water ,s voor fcinderm vee', gewondier. |.lir,g_ 'A>0 süheen haar gedachten te d. (Ingez. dbor Wim Sipoor). raden. Opeens 'sloeg ze haar armen Aan de haven loopen bootwerkers, om Noor's hals, kuste haar en zei har- e. Bij M konijnenhol staan strili- 'Wijk lk_ikuik 15, iG, 17, 18 is een edel metaal. 1, 4, 3 is een soort paard. 19, u, 21, 12, 23 is een gezonde drank. 29, 16, 8 is speelgoed, lz, 13, 14, 18 is een vogel. W at 24, 7, 26, 14, 28, 21 is iliet dK>f. 4, 27, 28, 3 is eon vloeistof. 2.3, 2, 9, 10, 2 gebraakt een schoen maker 22, 22, 17, 19 duurt lang. G. Verborgen plaatsen, a. (Ingez. door Charlie Chaplin): 1'. Jassen zijn kloedmgstukken. g. Geef mij een vel papiier. raadseloplossingen De raadseloplossingen der vorige week zijn: 1. Broek. 2. Paros 'Parijs. 3. Naarden dien ar Arma. 4. Paard. Pa, ar D. 5. Galm palm halm zalm. G. Katwijk kat. 6. Goodeoplossmgen ontvangen van Theeroos 6, Klimop 6, P. Jansen 6, H. van Doornik 6, Generaal Botha 6, Dalia 4, Dina 6, Annie 6, Alpen roosje 5, Hoidebloescm 6, Kabouter 6, Arend 6, Duin roosje 6, D. A. P. en C. L. J. den Hollander 6, Batavier Corrie Kramer 6, Klaas Kramer 6, Ghariy 6, Billy G, Vio.el 6, Vinkje 6, die Wielrijder G, Onrust 6, Aart Over moed- 6, Th. J. Overmeer G, J. C. Sparrebooin G, Joost van dien Vondel 6, Dikkerdje 5, Asschepoes 5, B'Iody Fok 5, W. Wililemseu G, C. W. Wü- Iemsen 6, Tiek-fc en P ene 6, Sneeuw witje 6, Roodkapje 6, Anemoon 6, k Mosroosje 6, Condructeur 6, Maantje snoezige lint en omdat je de jurk zoo mooi gestreken hebt." Verbaasd en lachend keek Noor op. „Malle meid, 't is ook wat. Ga nu gauw slapen en slaap maar een gat in den dag." „Gek, mompelde Noor, toen ze haar eigen kamertje opzocht, „er is wal en ik kan in de verste verte niet nagaan, wak" Door vermoeidheid viel Lo spoedig in den slaap. Den volgenden dag wift •het, Zondag en Noor had er voor ge zorgd dat To rustig kon uitslapen. De jongens waren met vader een groole wandeling gaan doen en Nel zal heel lief met haar poppen te spe len. De zon 6tond al hoog aan den hemel, toen To ontwaakte. Opeens was ze zich bewust van iets heel on aangenaams. Ze ging overeind zitten, wreef met haar hand over voorhoofd en oogen en was nu wel overtuigd, dat ze goed wakker was. 't Was gis teren een schitterend feest. Ze was nog nooit op zoo'n fijne partij genoo- digd en toch, en toch wenschte ze, dat ze maar thuis was gebleven, want het w.as vreeselijk, dat dat nare meuscli, die Lroteche freule Noor As schepoes noemde. Assahepoee! En kon ze het nu nog maar aan iemand vertellen I Wim zou er misschien om lachen en Jan en Frits ook. Jongens nemen zulke dingien altijd andera op dan meisjes. En Nel was te klein om het te snappen. Maar, ais ze er eens en Paul tentje va» A rustel 6, Soldaat met vader over sprak. Misschien, heel (Brieven aan de Redactie van de Kinder-Afdeeling moeten gezonden worden aan Mevrouiw BLOMBERG— ZEEMAN. 'Bloemhof6traat 5. In de bus gooien, zon der aan schellen 1) Nieuwelingen zijn Jacob Cornells Sparreboom. oud 12 jaar, Rolland- straat 89Hendrik van DoorniK, Westergoraeht 10 z., oud 12 jaar Dora v. d. Linden, oud 12 jaar, Oliesla- genslaa® 9 Nellie v. d. Linden, oud 13 jaar, Olieslagerslaan Andries en Aafje West. oud 11, en 8 jaar, L. Mo lenstraat 42 A rood. FRITZ 'NOLLES. Vriendelijk dank voor je mooie kaart uit Noord- wijk. Ben je daar voor je gezondheid öf voor plezier öf voor alle twee? P. J. Je strikvragen zijn goed. JO en TEUN R. 'k Durf julhii •haast niet aan- te 'kijken, omdat ik je den vorigen keer heelemaal geen briefje terugschreef en ook geen raad sels vermeldde. Door een ongelukki- gen loop van omstandigheden was je brief tuseohen andere paperassen ver zeild geraakt. Je hadt alle raadsels goed. Al6 Teun hei zoo. heel naar vindt van huis te gaan, ben ik erg blij voor liem, dat hij bij vader en moeder mag •blijven. Dat eigen haard is tooh ook maar het heerlijkste plekje van de 'wereld. Dag' jongens! BiLOiD'Y FOK. Wat een mooi Zancivoortsch kiekje stuurde je me. Wel bedankt! UiLD-FIREHANlD. Je raadsel is goed. C. P. Heerlijk, hè, dat de ïieptem- bermaaaid zulke mooie zomersche da gen geelt. Ben je Woensdag weer naar duin geweest? Pas jmaor op, kleine eekhoorn, dat je niet uit de hoornen valt. Nog wei gefeliciteerd met vaders verjaardag. KABEL V'. Nu niei meer zoo vergeet-aolitig zijn. Maar zoo'n voor- 1 naam personage heeft ook zooveel i aan zijn hoofd, hè? DUIN-ROOSJE. J'ij bent zoo'n knappe ruadeeioploster, 't hindert heusch niet, of je voor een keertje ze niet allemaal hebt. FRANS G. Nu het wat fiieecher gaat worden, krijgen je konijntjes ze- kei1 een extra dekentje. TANNETJE S. Jij maakt, dunkt me. een aardig stelletje kleeren voor liet popje van zus. Fs het borduur- I doosje ook al ingewijd? WIM S. Vandaag had ik geen tijd je opstel te lezen. Maar de volgende week zul je 't weten, hoe ik er over denk. Als jij een prijs wint, weet ik al wal je krijgt. Raad eens! Zoo juist worden je -bloemen binnen gebracht. Jongen, wal een verrassing. Harte- lijk dank, hoor'. Waar zit die stoute i Piot toch? En moet Beb zooveel hand- werken? J0 en TEUN R. Nu krijgen jul- j lie een dubbelen -brief. Nog wel gefeli- citeérd met je' verjaardag. Wat heb i je veel gekregen. Die Gerri is zeker' lieel rijik. dat ze zoo maar een gulden gaf. AOOiNLETJE. Ja, ik wou ook j wel, dat we dezen keer maar een6 i geen winter kregen. Maar we zullen er wel aan moeten. Weet je al of je I op Toynbee geplaatst kan worden? MI ENTJE en PAULIBNTJE v. A. Wat hielpen jullie flink mee met de verhuizerij 1 Bevalt het nieuwe huis goed? Jullie waren zeker dol'blij toen alios weer ccn plaatsje had. Traotecr- 'de moeder niet van plezier? ROODKAPJE. t Was toch heusch geen onbekend spreekwoord. Deze i week vind je ze zeker wel heel ge- makkelijk. SNEEUWWITJE. Je opstel heb Ik met heel veel genoegen gelezen. Ik kou wel merken, dat je er jé uiterste best op hadt gedaan. 22 September •hoop ik den uitslag te vermelden. De week «jtaaröp is het mijn plan met jul lie een' praatje te houden over onzen Kiiutsel-wedslrijd. TI EK IE en PI ENE, --- Boe is hel nu mei Boukje? is de keel wat minder pijnlijk? Ut hoop, dat ze me spoedig zelf kan schrijven. Wat gezellig, dat jullie met de familie P. naar duin zijn geweest. Waren jullie dicht bij el kaar? SLODY FLOK. - Je mag win jo eigen raadsels altijd de oplossing ver meiden. Voor je moeite heb je dan een buitenkansje. I AS9CHEPOESTER. -- Je opstel 'was heel aardig. Je raadsel is goed. DIKKERDJE. Je raadsel is goed. I JAtOÖB OATS, -• Zet voortaan je schuilnaam maar onder je werk j TH. J. O. Hoeveel locomotiefna- men heb je nu? AART O. Het zal mij benieuwen, wie van je beiden het eerst 100 na men heeft. Jij moet bepaald nog eens naar Schoor!, anders heb ik gejokt. VINKJE. Is je vriendinnetje on der de nieuwelingen? Na dezen wed strijd komt de St. -Nico!auswedstrijdi. Ga er maar vast eens over prakki- zeeren. VIOLET. lik vind hei. steeds pret tig weer wat van mijn oude vriendin netjes te vernemen. Ben je genoeglijk uit geweest? Laat Pepijntje maar fink leeren. Plicht gaal v«or genot, iloor ik nu nog eens gauw wat? CORRIE K. Flink zoo, dat je tocli maar meegedaan hebt. Weet je al, wanneer je naar Artis -gaat? Te- genwoordig és het heusch 't beste der- I gelijke plannen-niet uit te stellen. BATAVIER. Ik hoop. dat onze I volgende wedstrijd echt naar je zin is. Heb je veel huiswerk te maken? D. A. P. en C. L. J. DEN H. Je raadsel is goed. Gezellig dut jullie naar Artis zijn geweest. Daar had je ook best een opstel van kunnen ma ken. Was broer er ook bij? OHiARLY en BdLLY. Je moogt ie werk wel met potlood schrijven, mits het netjes en leesbaar is. Vond Billy het een lijïi boek? En heelt Chaiiy het ook mogen lezen? - Mevr. BLOMBERG—KEEMAN Bloeonhofstraai 5- 15 Sept. 1917- verwijderen, r Zoo is het, kolonel, r bij het Heeft eenig bericht van dsn elementen had weten tv 1 Zoo kwam het, dat Würgoi regiment geen aangenaam leventje V|jand? had. De oude kolonel, die hem wat I „een! ^0,0u' Jn MooscrtMden had, voiai al I „dj vi|. Ujd iols op hem aiui te merken; nu and is afgetrokken waarheen, dit comrnand-eerdo hij te luid, dan te kenden de patrouilles niet zien. zacht; nu was het dit, dun was liet I Hm, hm. dat Als men In mlitairen dnenst dat', 1-en kwariici uurs was Wfirger wü, dan Ml mm allijd wnl u vit. «•••««5» v,""'uil J toen Jiij onverhoeds een zijweg in- sioeg, lec-hts van den grootcn weg. Do oude kolonel trok een gezicht., ids wiet hij niet, hoe hij 't had. 'Mag ik u vragen, meneer, waar om u dezen weg kiest? Ik geloof, dat die nader is. ko lonel. Nauw was hij een eind in de nieu we richting voortgegaan, toen de lui- tenant de vijandelijke afdeeling waar nam, die, zich vOorloopig nog volko men veilig wanende, rustig in het grae lag en het naderen van de andere partij verbeidde. De kolonel was doorgereden, waar schijnlijk om den tegenstander te waarschuwen maar Wurger was nu zeker van zijn zaak. Door een kleine hc-ogte gedekt, verzamelde hij zijn compagnie en, zonder een oogenblik te verliezen, stormden de kerels met een wild hoera! op den vijand in, die zoodanig verrast was, dat hij niet eens er aan dacht, zich te verdedigen. Ir. werkelijkheid ware er dan ook niets van terecht gekomen. De oude kolonel raasde en vloekte als een wilde zoo'n dolle aanval was hem in zijai militaire leven nog uiet voorgekomen. Wtirger beet, zich op tie lip van woe de, maar wist zich te bedwingen en commandeerde: „Rechtsom keert!" Meneer, waar wilt u heen? sela reeuwde de kolonel. Terug! luidde het antwoord. Ik beu verslagen, zooals u zegt en de krijgsgeschiedenis leert, dat een aan- oerder, die het onderspit delft, in de Ue oude Kolonel. In het Duitsohü leger- wordt nog altijd een overwegend gsroot aantal adellijke officieren aangetroffen, ©n nog altijd zijn er regjaientscomman- uoivtn, zooals kolonoi Von iMarctóow, van wren Froit'h. v. Schlicht ons ver haalt, di ie in gemoed© de mooning zijn toegedaan, dat de odiwiieirsstand u.tsudtend voor den adel gecreëerd .is en zoo waren burgerlijke of-fi- oiei'en voor hem^eo rpso een ondiing. Htorvan was hij nüot af te birongen. Wanneer- men dan voorbeelden uiit de krijgsgesclitedfuis bijbracht, waar inüdtivadallijleö (OiniOtöieretn womd-tr-eai van dapperheid li addon veiuuciht, schuddie liij loot hoofd en zei: Dat is niets, mijne hoeren, wal zouden adellijke officieren daar- hebben be staan?! Men noemde ihem „de oudie kolo- neJ niiet omdat hij al zoo oud was; 'irutqgendeed, op betipakkeJijk óieugdb- gon leeftijd was hij met het oomman- do van. een re® dn ent bekist maar omdait zijne beginselen en zienswij zen in menig opzicht nog aJ antiek waren. Nu was 'hiatenant Würger naar zijn reg'Lment ovea-gieplaatst ge worden. Neg in het kaatste oogen-1 blik had de kolonel getrachti, een ander officier te bekomen; hij had al'ies in beweging gebracht, doch te vergeefs. Wat bevolen was, 1 was bevolen; daarin was geen veran dering moei- te brengen, dat wust hij zeil wel en zoo 'b.oef hem met anders j over dan luitenant Wurger, loon deze j zich bij hem kwam aanxueldlen, met ee zoetzuur lachje in het, regiment i welkom te 'heeten. Gij zijit de eoni.ge 'burgeiilijke affn- cior m mijn korps; ik hoop dax gij het eer aan doen zul'l. Tot uw orders, kolonel 1 De jonge luitenant, nog niet lang officier, l\ad de ontvangst wel wat anders verwacht; want toen hij een oogenbük later het rogiincntsbureau verhel, zette hij ©en vrij akelig gezicht. En de oude kolonel was, 1 toen de deur achter dien luitenant was dichtgevallen, 't, met ziicliasven eens,1 dat de heer Wünger gven belangrijke aanwinst voor zijn korps was. Wat hjj overigens op hem aan te merken had, wist hij eigenlijk zelf niet; maar de man paste nu eenmaal niet in het kader en mettertijd zou het hem wel gelukken, luitenant Wiir- gier weer weg te werken, zooals hij ook vroeger reeds alle burgerlijke ten Zoo werd liet leven de. ondraaglijk gemaakt en zoo wensdhte hij zijn legimentscmmandaiit soms hartgrondig naar den duivel, terwijl deze' hem in gedachten gaarne had zien owrpaatsen naar het land, waar d© peper gr-oeit. N'u kwam.de zomer in het land en Uld'rti wond Würger verrast met de order, dat lusschon hem on luitenanti v. Matiluaius oen veidicl'j'enstoefenlng zou plaats hebben. Hjj wist vooruit dat de oude kolonel allee zou loven, wat de andier deed, en alles zou af keuren, wat hij prestoeren zou. Hij. mocht zidh voorbereiden op die an tiek, dat al, wat hij verrichtte, „el ders misschien voldoende kon wor den bevoncuen, maar voor een korps, waartoe hij vooralsnog de eer Jiad, te behooren, geheel onvoldoende ge acht moest worden. Na een sjajioloo- zen naclit kwam ei' een zekere gal genhumor over hem en Juj was op hel ergste voorbereiid. Het wag nog vroeg in den mongen, even zes uur, wen iiij uitrukte, en hem, als dien jongere, was cl© verst' verwijdeixie rendez-voua-plaats nan- gewezen; hij moest zich haasten, wan neer hij op den bepaalden Ujd met zijn troop daar aanwezig' zou zijn. In de straten, d/i© hij door stilte; zelfs d/e bakicersjungens, zich gereed maakten oui in de vnoeg- te zicii op weg te begeven, verstoor den haar ni et- Peinzend JieD hii voort en dacht zoo: Laat hii maar zeccon, wat hii wil ik trek er mii' neen snars van aan. Of beter non en hij niim lacht© nu. Na twee .uur bereikte de troel) de aannevvezen plaats: Wurger liet de geweren aan rollen zetten en de man schappen rusten. Al spoedig meldde mi hem het naderen van den regi mentscommandant en plichtmatig eins de luitenant hem tegemoet Nu. meneer, gaarne zal ik ver nemen welk© beschikkingen u geno men heeft tecen een viiandeliiken aan val.? Ik heb de manschappen bevolen eerst, den inwendieen mensch wat te versterken. U teegt? Ze eten huil kommiesbrood. Zou ik mogen vragen wat u tut dat wonderlijk bevel aanleiding heeft gegeven? Om u te dienen kolonel: de voor beelden uit de krijgsgeschiedenis dat goedgevoede troepen den vijand een hardnekkigen tegenstand kunnen De den. terwirl honderlee manschappen beslist in het nadeel ziin. Zoo hm daar ia iets waars i, mompelde de kolonel, terwijl zijn adjudant met moeite bedwong. Nu, we zullen dan verder doet. ohoerel*, heea-schte n<^ een'piecntig» fer&U' l>laate er v001' ^rgen moet dat .4,,,.. c i/«sMnuitB Aj, op genoegzamen afstand van den e, ze.is d/e baklcersioncens. «iiic vijand zijn troepen verzamelt en dan •val herhaalt. Weder keek de oude kolonel zijn luitenant, die hem geen antwoord schuldig bleef, zich niets liet aanleu nen en zich toch disciplinair ge droeg, vernietigend aan. Nu, klein maken zou hij hem wel. „De duivel zou er mee spelen, als hij, de adellijke kolone' Von Marchow, niet een bur gerlijken luitenant, er onder kreeg". Bij liet den troep nu vijfhonderd meter teruggaan en kwam toen eens klaps op zijn snuivend ros aan ga!op- peer en, Luitenant Würger, een veronder stelling. Terwijl u terugtrekt, wordt u aangevallen, van voren door een© compagnie infanterie, in dc beide flan ken door cavalerie, in den rug stelt een 'batterij veld-artillerie zich op. Wal doet u? Maar onverwijld uwe maatregelen nemen, luitenant Wür ger het dreigend gevaar veroorlooft u niet. lang te talmen hier moet snel. doortastend gehandeld .worden. De oude kolonel was zoo opgewon den. dat zijn woorden met horten m stopten er uit kwamen. Nu, mijnheer. Ik wacht - - wat zou u doen in dit geval? -- Mijn testament maken, kolonel! Met een ruk hield de revdments- commandant zijn paard in en hij staarde naar zijn luitenant, die in on berispelijk militaire houding hem nu salueerde. ie, v.,.. Een oogenblik scheen het of de ko- laciijelone! hem te lijf wilde gaan toen wat u gaf hij. zonder een woord meer te zeggen, een ruk aan de teugels en ver- Hij wendde zijn paard, om naar de dween in galop, tegenpartij te rijden en Wurger zag Van bit oogenbtik af gaf do oude hem lunet stal genoegen wegdraven. kolonel, het op, luitenant Würger De eerste aanvat was alzoo gelukkig klein te krijgen, en voortaan leefden afgeslagen nu echter was het zaak, »e zooals men zegt, „op gewapend op te passen, want zeker zou de be- onzijdige!) voel", of zooals de "goe gc- mïnnelijke ©hef alles doen om hem er meente zegt in volslagen harmonie in te laten loopen! Onverwijld begon totdat het den kolonel zou geluk- hij nu de .posten uit te zetten hij ken zich „langs admlnistratieven overtuigde zich er,van, dat alles naar w*eg" van dezen luitenant te ontdoen. de voorschriften geschiedde en wacht-1 te toen, zooals hem bevolen was. na- ^aiteniennie dere orders af. Zoo verliep het eene wjiaUollSCliW_ uur na liet andere geen meerdere liet zich zien toen plotseling de adju- REiDE-MR darit kwam aanrennen. IIEEltKENS TH'IJS- SEN. Op. de Donderdag te Nijme- De kolonel gelast, dal. u oprukt ger_ behouden Geiderschen Katholie- en Jeu vijand, w u hem Sioogl kenda» heelt mr. J. N. J. E. Heer. aantreifen, aanvalt. Jten6 Thijssen gesproken over „He! Wurger deed de noodige aanwijzin- christelijk huisgezin". Spr. had zijn gen en liet, den taoep aantreden, toen i>e'oos in de volgende vijf conclusion ademloos ©en man van de rechter saani|evat zij-pati'OuiLle aankwam. I. Eene christelijke maatschappij is Rapport van de reciiter-zij-pa- giecnue mogelijk, wanneer de huisge- trc-uille de vijand heeft zich onge- zmnen, die de grondpijlers der rnaat- veer twee kilometer van iuer rechts 6cliapuelijke orde vormen, dooixiron- van den straatweg m hinderlaag ge- gen zij.n van teu dinstolijken geest, lego. Ik neb afgeluisterd, wat de ko- n Iiet is de la;,,k van lie, christe- yene. zei de vijand moet beproe- Jnjjiagezin., cm door onderlinge ven, ons al te snijden. hulp en steun zich een passende mate Die is mooi dat genoegeutje van tijdelijke welvaart te verschaf- zuüen wc hem benemenI mompelde fen_ God dienen en daardoor het Wurger. Je hebt je vcrdienstelijiK ge- geuwie zieleheil van alle gezinsleden maakt, nnjn zoon; als ik. generaal te pevverken was, zou ik je tot mijn adjudant be- IM Aankweekcr, en onderhouden noemen nu echter beloon ik je vor- van den godsdienstzin is een hoofd- stelijik met deze. sigaar. voorwaarde voor het bewaren van den Een oogenblik later marcheerde christeiijken geest in Jiet huisgezin. Würgertegen, den vijand op en meteen IV. De opvoeding der kinderen in verscheen de Oude kolonel weer, om, zooais hij zioli uitdrukte ,.,'t gevalle tje eens aan te zien". Nu, meneer, vroeg hij een wei nig ironisch, zijn uwe mannen nu ge noegzaam verzadigd, om den vijund aan te durven? F e uilieton gorlsdieivstig'en ziif io één der eerste plichten van de oudere. V. De zorg voor het onderhouden van een godsdienstige)) geest, in het huisgezin strékt zich ook uit. tot de inwonende dienstboden. In de toelichting op deze ©onolusièn D. C. MURRAY. 14) U wilt weten of de heer werd bespied, voegde hij er aan toe. Ja dat is hel ge\ al, dat zal ik u overigens aauwlijks behoeven te zeggen. U wordt ook bespitmneerd. Heel goed, zei Priekelt. Den volgenden dag bevond zich de man met net ondoorgrondelijk gezicht precies bij het standbeeld van Achil les, roem de klok twaalf sloeg trad een oude lieer niet grijs haar en ecu grijzen baard door de poort, het park binnen, liij was netjes geiteed, en. zag er ook zoo uit, alleen zijn oogen hadden een gejaagden schuwen blik. Tusschen den tweeden en den derden vinger hield hij oen sigaar, en, toen hij in de nabijheid van Pricketl. kwam greep hij in zijn zak, haalde een klei ne zilveren sigarenaansteker er uit en scheen verrast, dat deze niet ge vuld was. Mag ik u misschien om wat vuur verzoeken, mijnheer Prickett? zei de oude heer, volgens afspraak op Prickett toegaande. Met genoegen, mijnheer, ant woordde Pihcketl. Men volgt mij, fluisterde Marie's vader nauwelijks verstaanbaar. - Steek uw sigaar aan, antwoordde Prickott even zacht. Hij knipoogde niet toen hij nu En gel in persoon door de poort van liet park zag gaan en naderbij komen. De militaire snor en hat litteekan op de neus waren verdwenen. Overigens was zijn voorkomen niet veei! veran derd, toch wel zoo veel dat een be kende van Generaal Fel thorn hem gei- makkelijk voorbij had kunnen 'oopen. Ga in een rijtuig en rijdt naar mijn huis, beval Prickett aan zijn nieuwe-n kennis. Niemand, dan ik zaJ ii volgen. Wacht, op den hoek der straat, op mij. De oude heer stak zjjn sigaar aan en gaf de lucifers terug, nam zijn hoed af en ging weg. Hij was doodsbleek cn zij.n handen beefden, maar hij toonde toch zclfbehéersehing genoeg, dal, eon oningewijde de bespreking niet Prickett als beslist toeval ig had 'moeten opnemen. Prickett beant woordde den groet en bleef nog een poosje in de houding van een onschul dig led'igganger voor hef standbeeld staan. Engel, die hem nu eerst be merkte, was een oogenblik verstijfd van schrik alsof een electrische schok hem getroffen had. Hij wilde niet afgewend gezicht, of hij iets in de verte zag voorbij gaan, maar Pric kett sprak hem heel kalm aan. Goeden morgen,'^en mooie dag, niet waar'? merkte hii op. Engel trok een !eelijk gezicht en gaf geen antwoord, m aar Prickott sloot zich éénvoudig bij hem aan. Ik wil niet hebben dat u met mij oploopt, bromde Engel. Dat geloof ik dadelijk, antwoord de Prickett kalm Men heeft mij verteld dat u Londen verlaten had? Een vriend van mij zei me zelfs, dat hij ujiad zien afreizen naar Berlijn, meen ik, Ik wenscii uw gezelschap niet, herhaalde Engel en .'aat mij uw ge leide niet opdringen. Maar lieve vriend, u weet toch zeer goed', dat ik mij door u geen on beleefdheden laat aapleunen. En ik evenmin van u, zei do an der, zijn pas inhoudend. U heeft zoo weinig recht mij op de hielen te volgen als dat u een vreemde, die zich voor zaken of op een plezierreis hier ophoudt, zoudt kunnen lastig val len. Als u twist zoekt, mij ook goed. Ik heb er geen haast mee, doch zoo a's u wilt, antwoordde dc ond-inspec- teur van politie. Prickett regelde zijn pas in even redigheid met dien van zijn metgezel. Onbeschaamde ezel! riep Engel terwijl hij bleef staan. at wilt u dan eigenlijk. Tezelfder tiijd volgde zijn blik on afgebroken, de izicli haastig verwijd derend© gestalte van Óen ouden heer, wat Prickett ten zeerste speet. Ik moet u verzoeken, zei Pric kott, den wijsvinger opheffend, om niet meer voo inijn schaduw te ©po len, geen jonge menschen meer uit 'te zenden die mij den lioed van het hoofd slaan, geen jonge weduwen niet zeer weinig overtuigende aanbeve lingsbrieven in mijn huis te sturon, kort en goed mij met rast te laten. Een voorbijganger, die ondanks den gedempt©» toon een paar woorden moest hebben verslaan, bleef staan. Ga maar kaJ.ni verder, jonge man, zei Prickett tol hem en voegde er aan toe, terwijl hij zich tot Engel wendde: Ileb de goedheid nog een paar minuten bij mij te Wijven, Ik héb u nog het een en •ander te zeggen. Maar ik heb u niets te zeggen, antwoordde Engel barech. U wilt mij in het harnas jagen cn doen als of u nog een beetje macht heeft, ter wijl u in het geheel niet© meer be toe kent. Meent u dit? zei Prickett, terwijl hij de hand een weinig ophief, waar op dadelijk een agent naderbij trad. Geloof mij, ik lach om uw poli tie, riep Engel, terwijl hij van woede trilde. Denkt u dat ik mij laat' overrompelen? De politieagent groette op militaire wijze. Iloudt dezen heer in het oog en verlies hem niet uil het oog, beval Prickett kortaf. Ik heb even veel recht om hier (e zijn als elk ander, brulde Engel met nauwelijks onderdrukte woéde..— Dat zal ik u inpeperen' Hoe kunt u het toch wagen een onschuldig wan delaar in een openbaar park aan tc spreken en te bedreigen. Het doel van Prickett was inkis- sclien bereikt, de nietig© gestalte van den heer met grijs haar was geheel verdwenen. De lieer is gewaarschuwd, zei hij tot. den po'dReagent. Als hij het een of ander mt wil halen, dan weet je, wat je te doen hebt. Of de politieagent uit deze aanwij zing wijs kon worden is de vraag, maar hij kende Prickett en had van jongs af steeds vol vereering tot dit „Sieraad van zijn beroep" opgezien. De ex-ambtenaar wendde zich kalm af, en ging heen, en daar Engel kon voorzien, dat zich daar binnen kor ten tijd een oploop van menschen zou vormen, gaf hij er de voorkeur aan om op zien baren te vermijden en zijn woede te beteugelen. Heelernaal zijn mond houden kon liij echter nog niet. Deze kerel, knarstte hij, de vuist achter den rug van Prickett ballend, is ©en vervloekte dwnas! Dan vergist gij u echter, zei de politieagent lachend. Hij ie de flinkste ambtenaar van de geheel e Londensche politie. Hij zal wei ©ens dood geslagen worden! Dat verzeker ik u, beet Engel den dienaar van Hermandad nog toe en daarop ging hij hoen, want on danks zijn woede zag hij in, dat lan- g©r verzet noodlottig voor hem zou kunnen worden. Prickett reed intusschen naar huis en ontdekte dadelijk zijn nieuwen be kende, die dicht bij zijn woning heen en weer liep. U bent, dus Hans Harcourt, be gon Prickett nadat hij de trap opge klommen waren, nu eens Jakob Walter of dan weer Johan Hardy? Mijn naam is Harcoun, ant woordde de oude lieer, die zoowel wat spraak a's uiterlijk betrof een be schaafd man bleek te zijn, wien het barsche optreden van Prickett pijnlijk scheen te ontroeren. Do beide hoeren traden te zamen het huls binnen en kwamen in de ks- mer van Prickett. Luister hu naar hetgeen ik u te zeggen heb, begon de oude politieman. Een jonge persoon, die zich uw dochter noemt, heeft mij een lange geschiedenis vertelt. (Wordt veivolcd.i

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1917 | | pagina 9