RUBRIEK VOOR ONZE JEUGD. Raadsels s L; a ie u SM $s De Vondeling DERDEBLAD ZATERDAG 25 Mal 1618 (Deze raadsels zijn alle ingezonden 8oor jongens en meisjes, die „Voor Onze Jeugd lezen. De namen der kinderen, die mij vóór Woensdag middag 4 uur goede oplossingen zen don worden in het volgende nummer bekend gemaaikt.) Iedere maand worden onder de 'bes te oplossers twee boeken in pracht band verloot.- 1. (Ibgez. door Monbretia.) Mijn geheel is een bekend spreek woord van 17 lettens. 10. 11, 12, 7 ie een ander woord voor woning. 14. 10. 6, 8 ie een ander -woord voor beest 8, 6. 7, 9 doei 's winters wel dienst. 1,2, 3 4 en 5, 6. 7, 8 zijn windstre ken. 13 is een sisklank. 14, 15, 16, 17 Is goed. 2. (ingoz. door Piet van (Drie).) Met b. ben ik een drank, met d. een beest, niet h. niet ver, met g. een vo gel, met 1. een scheepswerktuig of muziek-instrument, met n. een li- chaumsdeel, met an. een insect, met v. een getal. 8 (Ingez. door Lodewijik Bonaparte.) Mijn 1ste is voedsel, mijn 2de is papier en mijn geheel is onmisbaar voor arm en Tijk, oud en jong. 4. i Ingez. door Jacob Cats.) Ik ben een plaats in 'Dmtschlaild van 10 letters. 7, 8. 9, 10 is hoog. 4, 5. 6 behoort bij 'i kippenhok. 7, 8, 9. 1 is een plaate in Zwitser land. 10, 2, 3, 4 kan zeer lijn zijn. 5. (Ingez. door SchapenflJloempje.) Ik besta uit 3 lettergrepen en ben vaak een groot genot voor mannen. Laat mijin lste lettergreep weg en ik ben onmisbaar voor iedere huisvrouw. 6 -Strikvragen: a. (Ingez. door Robin Hood.) Waarom loopt een kip en hipt een musch? b. (Ingez. door Lodewijic Bonaparte) Welke knecht werkt zonder loon? c. (Ingez. door Piel Spoor.) Wat staat er tusschen berg en dal? d. Wat «iaat vooraan in school? e. Er zit een mannetje op ons dak Het rookt een pijp, maar geen tabak. Lang is zijn hals en zwart zijn mond, 't Is nu eens vierkant en dan weer eens rond. Raadseloplossingen Dt raadseloplossingen der vorige week zijn 1. Melk - klem. 2. Gramsbergen. 3. De kleeren maken den man niet. Meel tin'ram nek Ier dak iep. 4. Leeuwarden. 5. Dagblad 6. a. Burgemeester b. Bergkete nen, c. potlood, d. de letter ij, e. de letter s. Goede oplossingen, ontvangen van Jan zonder Vrees 2, Soldaat 6, Lou- rens Coster 6, Fauna 5. Spirea 6, Hor tensia 6. Aart Overmeor 5, Vesuvius 4, Prairiebloem 4. De tweeling 5, Jas mijn 5, Krekelt e 5. Onrust 6, Geldrop- je 6. Generaal de Wet 6, M. Labeur 4. P. Labeur 4. J. Labeur 4. Sneeuwwit je 5. Roodkapje 5, Vrede 5. Water nimf 5. Old Dc-ath 5, Boschfee 5, Arend 5. Harmcr. de Vries 5, Tini Waal 3. Paljas 4, Truusje Bakker 5, Goudreinet 5, Op 't kantje af 6. Ann o Govacrts 6, Lelietje van Dalen 4. C. Philippo 6, Udina C, Tiekie en Piene 6, Kwade Wouter 3, Blody Fok 3, Bloqd- je 5 Co en Jan Sluiter 6 F. F. Gehl 4, Willem Teil 6, Klaproos 6, Thee roos 6, KI.mop 6, Kwikstaartje 5, Ma deliefje 3, W immie KOrntnann 5, Zwa nebloem 5, Doornroosje 4, Dora cn Jo- pie Fabe. 3, JJikkertje 5, Asschepocs 5, Conducteur- 5, Pronkboon 6, Rooni- hoornlje 5, Truitje Goud 5, Schapen- bloempje 4, 'Betsie Spoor 5, Wim Spoor Doin'.uet 3, Zondagskind 3, Goudv.schje 5, J. C. de Haan 5, Piet Hein 4i Prins Mnurits 4, FlOris V C, B. s. d. Loos en F. v. d. Loos 5, Ane moon 5, Mosrooeje 5, Kabouter i. Heidetakje 4-, Dik Trom 5, Rudolf Osctiatz 5, Boterbloempje 4, Wille- inienljp en Tannetje Schutter 6. Zil verschoon 5, Roza fluweeltje 4, E. van Essen 5. Assehepoester. 't Was maar goed, dat. het scherm viel voor een volgend bedrijf, want anders zou To leelijk uit haar ro| ge vallen zijn. Het stukje werd prachtig afgespeeld. Bij de familie Bolters was er maar één roep over. Stijintje, Mijn tje en Trijntje deden ook nog een aar dige voordracht. Er werd braaf ge smuld, af en toe uit volle borst, gezon gen, maar toen het 'klokje twaalf sloeg volgden ze het voorbeeld van Aasche- poes en verklaarde boer Bolters dat het nu „slaoptied" was. „Toch een leuk feest," zei Lien le gen Te onder het uitkleeden. „Ik vond het eenig. Natuurlijk heel nndei'6 dan toen bij de Van Oeverens. Maar eigenlijk zie je „Eigenlijk vond je het hier nog wel zoo prettig," vulde Lien aan, terwijl ze over den bedstee-rand klom. To volgde spoedig en toen ze zich behaag lijk hadden uitgestrekt, zei 'Lien plot seling „Toe To. vertel me nu eens, wat je toch voor vervelends hebt on dervonden op dien avond." Eenige oogenblikken dacht To na. Zou awn et zeggen? Hc-t zou haar zeker goed doen. als Licn het ook een. val- sche beschuldiging vond. En toen apen reeds in diepe rust waren, fluisterde To aan haar vriendin het geheim toe, dat Laar al zoo lang op liet. hart had gebrand. „Ze is mal." was Lien's on parlementair oordeel over Freule van iBlankenheim. 'En na die uitlating slie pen de vriendinnen als rozen. (Wordt vervolgd.) Roilrabriek WIM SPOOR, Westergracht 21 z„ vraagt van Naarderineer de nrs. 25, 32, 31. 36, 49, 51. 55. 72. 73, 88, 111. 117, Ro. Van Veoht nr. i41. Hij geeft er Vecht. Maizena, Use! en Naarder meer voor terug. Brievenbus (Brieven aan de Redactie van de Kinder-Afdeeling moeten gezonden worden aan [Mevrouw BLOMBERG - ZEEMAN, iBloeunhofstraat 5. In de bus gooien, zonder aau- schellen!) Nieuweling-is MIMRJE VAN DEN- BURG, Pres. Steynstraat 39. oud 11 jaar. DOORNROOSJE. Wie gezond ls, kan nu volop genieten van de heerlij ke natuur. En weet je wat zoo prettig is dit genot ko6t niets. ZWANE BLOEM. Ben je er Woensdagmiddag weer on uit geweest? WVIMIMTE K. Heeft zus een mooien prijs gekregen van „Jong Nederland''? Hoe weet lk dat n>u, hè? Was je niet moe van je Zand\Oortsohe wandeling? MADE LIEFJE. Je raadsel is goed. Jij wou zeker alleen maar naar school, als het regende. KWIKSTAARTJE. Je moet juist meedoen met den wedstrijd als je a' zooveel woorden hdbt. Aan dat nakijken ben ik wel gewend. ASSGH'EPOKS. Heb je den atlas a' ontvangen? Wat een massa woorden heb je Teeds. Is de Zandvoortsehe reis naar wensch afgoloopen? MA AR TEN LUTHER. Je hebt zeker op de Pinksterdagen volop lucht gehapt. Prettig, dat jullie zoo'n mooien tuin hebben. Werk jc er zelf Ook wel in? Ben je aan het sparen voor een Tets? Een flinke beenonwagen is echter bok met te versmaden, i Is in ieder geval secuurder en goedkooper. Heb Je nog iets op je ruil-aanvraag gehoord? Ik bea wei op de bloemenmarkt geweest, liad ik nu maar geweten, hoe jc er u.tzag. Heb je geen Kinc-portretje over? M'IENTJE VAN 'DEIN B. Na tuurlijk mag jo meedoen. ZILVER SCHOON. Je raadsel is goed. KLEIN ELSJE. Zet voortaan dan dezen schud, naam maar onder je werk. BOTER- BLOEMPJE. Je behoeft de E. maar; êênmaaL te beiiafldelen. Jij hebt ook heerlijk geprofileerd met de Pinkster- dagen. MDSROOSJE. Je raadsel was goed. "t Js heuseh niets erg, dat je je belofte niet bent nagekomen, want ik héb nog een massa raadsels. B. v. d. L. Zus mag meedoen. FLORIS V mag zijn schuilnaam hou den. LORD LISTER. Had die 5 raadsels maar opgeschreven. Ben je al aan den wedstrijd bezig? ZON DAGSKIND.'Jullie kunnen nog eens flink loopen. Zijn je wangetjes niet bruin gebrand? En wat gezellig dat de taeele familie nice ging. DUIN- LUST. Neen, Piet S. is het. niet. Ver- tei me nog eens goed, wie Truusje N. is. Ik herinner me haar niet, maar mijn geheugen schijnt een beetje afge smolten door de warmte. WHM S. Je ging zeker naar Egmond met den trem, hé? Daar ga ik vast ook nog eens een kijk.e nemén, misschien zie ik je nog wel. BEPPIE S. Ik vind. dat je wat keurig schrijft met inkt. Haast nog mooier dan Pietje. Wo neer is hij jarig? S>OTI.A>PEN- BLOEMPJE. Jc hebt al heel wat woorden maar ik geloof toch, dat je er nog veel meer kunt vinden. KLAPROOS. Of jc van de maand een prijs kunt winnen? Als je de geheele maand meedoet, dan kan^het wel, maar of het gebeurt, is een tweede \Taag. WILLEM TELL. Jlet speet je zeker wei een klein beetje, dat de vacantie om was. Zoo'n halve dag was juist goed om weer tc- wennen. RO ZA FLUWEELTJE. Stuur je woorden maar zoo laat mogelijk in. Licht rind je er nog wel eens eentje.F. F. G. Vond je liet prettig met den optocht mee te gaan? En draag jo het speldje Irouw? CO en JAN S. Vergde, verg den en verdeeld zijn alle goed. BLONDJE. Je raadsel is goed. Wat een pech voor je, om je woordjes te verlie7.fin. Echt jammer, hoor! TIEKIE en KIENE. Wat hebben jul lie me heerlijk verrast met de mooie bouquet. Hartelijk dank. Namen van plaatsen, rivieren en landen mogen meetellen Voer, voerde, gevoerd is goed. We' bedankt- voor plaatjes en bonnen. Ik hoop, dat het koffertje spoedig ingewijd word:. UDINE. Kun je al los zwemmen? Ik had je graag in dat reuzepakje willen zien. Zongen de kinderen niet „Sara. je r»k zakt-af?" Nog wel gefeliciteerd met, moeders verjaardag. ANNIE G. Dat- schapenhok in Zandvoort is al oorzaak geweest van heel wat gemop per- 't Was er Woensdag zeker niet zco druk, wel? OP 'T KANTJE "AF, Doen je bloemetjes bet nog goed? En hebben jullie ieder een eigen tuintje? GOUDREINET. Waar had je het de vorige week zoo druk mee? TRUUSJE 'B. Jij hdbt ook al heel wat woorden. Ik wil wel gelooven, dat je 2aen Pinksterdag moe was van het tippelen. PALJAS. Je inoogt de. raudseis best stiuen zonder oiiveloj?- j>e.ROODKAPJE. Wat zijn er Zon dag veel Hubnekertjes in Bloemendaal geweest! Knapt moeder nu toe, dat hl] juist moeite deed om zoo ongedwongen mogelijk te zijn... Iloe- wc-I, ik heb hem maar even gezien. Hij schijnt niet meer zoo heel jong te zijn... derlig, denk - ik... misschien zelfs ouder... maar hij ziet er in elk geval knap uit, kranig en flink, met donkere oogen, kastanje-bruin haai en een mooien, opgestreken knevel met lange punten, echt martiaal... Hij had geloof ik, ook mooigevormdo handen... 't Is jammer, dut ik geen tijd had hem nauwkeuriger op te ne men, maar ik moest weg naar mu ziekles, doch hij zou spoedig eens terug komen, zei ma. 27 April. Hij schijnt ook op ma een goeden indruk te hebben gemaakt- zij sprak vandaag tenminste herhaaldelijk over mijnheer Van Westerheuvel... Zij moet hem ook in Den Haag mieerma- - len ontmoet hebben, toen wij verleden jaar Kerslmis bij grootma hebben ge logeerd... Daar heeft zij evenwel nooit over gesproken... Hij is toch wel over de dertig want eerstdaags woTdt hij bevorderd tot kapitein, zei ma, om dat hij to; de oudste luitenants be- hoort. Oudste nu ja, qua militair gesproken, natuurlijk? een beetje af op schooi, hè, na die prettige uilgaansdaagjes? Dat went wel weer. J. L. Te druk uit geweest, jcngeii7 GENERAAL DE WEI. Ai- weer je naam niet onder je werk. Ge lukkig, dat ik je kriebelhandje kende, want anders was het zoo in de papier mand gegaan. De woorden behoeven I niet alleen zelfstandige naamwoorden en bijvoeglijke naamwoorden le zijn, alle woordsoorten zijn geoorloofd. ONRU-ST. Is do hoofdpijn over? En hoe maakt het poesje het? JAS MIJN. Het. spreekwoord is eigenlijk: De k.eeren maken den man, maar c-mdat wel degelijk, hetgeen we zijn ons meer stempelt, dan hetgeen we schijnen te zijn, zeggen velen De kleeren maken den man niet. Ge snapt.' Aardig, dat juhie een eigen tuintje hebben. Alles groeit'nu zeker als kool. LOBELIA. Hoe is het nu met vader? Heeft hij, veel pijn in het oog? Zeker, mag je raadsels oploseen. Ja, ik geloof wel, dat je me gezien hebt. Grappig hè, dat ik zooveel kin deren heb, die ik toch wel een beetje ken, maar toch nooit gezien heb. VESUVIUS en PRAIRIEBLOEM. Jullie raadsels kan ik niet. plaatsen, omdat je geen oplossing vermeldt. AART O. 't Spijt- me, dat je den atlas nog met hebt. Tegenwoordig leer en we wel geduld hebben en afwachten. Maar 't zijn moeilijke dingen. Felici teer Johan nog eens san me. Zijn jul lie Maandag in BJoemendual geweest? SPIREA en HORTENSIA. Hebben jullie dt foto al? Ik weneoh je van avond heel veel genoegen. Natuurlijk mag je in de, Riul-Rubrictk om een hoek vragen. CO-STMÜ. Wat heb jij een verre reie gemaakt, 't Is t-o wen- ecben. dat de Geid.ersche lucht zus goed zu' doen. Hebben jullie al eens bericht van haar gehad? JAN ZON DER VREES. Hoe maakt je poesc- kuidje het? Vangt ze al muizen? Mevr. BLOMiB'EiR-G-^Z E EMAN Haarlem, 25 Mei 1918. Bloemhofstraat 5. Dit bet dagboek van Wies (In een onbewaakt oogénblik over geschreven door SIMON MOS. 25 A p r i 1. Morgen komt de luitenant Van Wes terheuvel Ma een visite brengen.. Het- 'waa een goede kennis van Pa en hij is vroeger hier in garnizoen geweest, toen vader nog leefde... Thans woont hij in Den Haag. Hij brengt nu hier ziju vacantie door, zei Ma. bij de fa- m lie Schuijleveld van Nije, op den huize lreiic... Nu, dan zal iiij zich uie; erg amuseeren... vreesdijk voorname hu en stijf-deftag., Maar waarschijn lijk is hij zelf ook zoo afgemeten. Ik herinner mij hem niet. Toch moet ik hem gekend hebben, want hij kwam meermalen hier aan huis, zei Ma. 't Is mogelijk maar ik kan mij hem niet meer voorstellen... Ik beu werkelijk nieuwsgierig hoe hij er uit ziet. Een luitenant vind ik altijd interessant. 26 A p r i 1. - liij is geweest. En L moet eerlijk bekennen hij is me meegevallen. Heeiemaal niet voornaam of uit de hoogte. Integendeel, het scheen me 28 April. Op de wandeling met ma, mijnheer Van Westerheuvel tegengekomen. Hij was in uniform voor een bijzon dere gelegenheid naar hij verklaar de! Wat- zag hij er nu schattig uit,., (echt militair... zoo onet die hooge laarzen en lange sabed. De ca valerie-uniform flatteert hein onte genzeggelijk. Dat vond ma ook. Ik genoot z°o Inwendig, dai Marie Bree der ons toevallig passeerde... dat ijjal- 3e nest., dat op "de H. B. S. allijd 'zoo idioot vol is van haar neef den luite nant. Nu kon ze zien, dat wij ook ken nis hebben aan een officier en nog wel eer. zeer knappen luitenant, want daar mijnheer Van Westerheuvel een schertsende opmerking maakte, zoo- dat ma en ik met lachend gezicht ant- j woordden, moest Marie Breekcr be grijpen, dat die luitenant zeker tot onze speciale kennissen behoorde Wat zal die Marie spinnen!.., 29 April. Zou hij vandaag zijn visile herha len?... Ik weet niet of hij ma er over gesproken heeft. Hè! ik wou, dat hij maar kwam... ik zou bijna zeggen, dat ik verlang hem tc zien. Vreemd! Naar Iemand verlangen, dien je pas enkele dagen kent... Maar hij is ook heel wat anders dan Frans Verbraai, bijvoorbeeld, 'waarmee ik gedurenede I dezen winter, na de H. B. S.-iee, zoo dikwijls heb schaatsende reden, toen verlangde ik ook veel naar h e m. om dat hij zoo heerlijk kon trekken en al tijd zoo lief was om telkens mijn schaatsen over te hinden, sis ik het j noodicr vond... of Nico Flan or, die alle Maandagmorgens een zakje pralines voor me meebracht, dat vond ;k ook echt lief en schattig en ik verlangde er ook ontzettend naar, maar tóch 30 April. Hij 1» weer gekomen. Gelukkig was het Woensdag, zoodat ik geen lessen had. Hij was erg vroolijk en spraak zaam. En informeerde naar allerlei bijzonderheden in de familie. Ja. hij heeft -mooie handen. Ik kon er nu goed op letten, daar hij tnim hand. bij het afscheid nemen, wat langer vasthield, dan gewoonlijk, en ik toen ongemerkt naar de zijnen ikon kiikc.n, omdat ik gepast verlegen naar den grond blik-, te. Zou hij iets bemerkt, hebben? Mijn hand trilde onwillekeurig een weinig. Ik kleurde ook lichtelijk... O, dat akelige kleuren 1... Wat is dat toch ijselijk vervelend... Hij noemde me lieve... dag, lieve kind! zei hij... Nu ja kind, bij wijze van spreken, ze ker, want ik ben toch zestien en over een paar maanden, kort na het eind examen, word ik zeventien!... Dat zal ma hem toch wel gezegd hebben''... 1 M e i. Ik weet zijn voornamen. Marinus Oskar!... Mooie, echt mannelijke na men, vind ik. En zoo bijzonder ge schikt voor een monogram. Pracht ge initialeni... M en 0 .door elkander... Heerlijk! Verrukkelijk!... Hè! wat zal dat magnifiek staan... Wat prettig borduren op zakdoeken... Ik heb zelf geprobeerd een monogram te ontwer pen, doch ik heb de talrijke kladpa piertjes verscheurd. Ma mocht «t- eens vinden. Ik zai een monogram koo- pen... Er moeten heel mooie zijn... In het modeblad zag ik er ook, maar die waren wat stijf... Ja, ik weet het nu heuecii! 't-Is met intens verlangen, dat ik hoop hem telkens te zien... O, hij moest het eens weten... Marinus, Oskar'. ik heb... Hè! wat naar toch, dat ma nu juist roep;... 2 Mei. O, nu weet ik het zekerI... lk kan niet meer buiten hom. Hij is niet' ge weest en wat heb ik. een ontzettend vervelenden dag doorgemaaktEn het akeligste is. ik moet gedurig aan hem denken. Daardoor beu ik ab- stract en geef ma verkeerde antwoor den op haar vragen. 0, als ik eerst maar wist, dat hij ook naar mij ver langde, dat hij iets om mij gaf. Dan zou .k gerust zijn. Maar die onzeker heid maakt me zoo van streek, dat ik vrees mij te zullen verraden... Vai daag ben ik Frans Verbraai tegenge komen, doch nu weet ik, dat ik niets voor hem gevoel. Ik kleurde volstrekt niet, then ik Jiem zag. En ik had in het geheel geen verlangen hem bij me te houden... 't Is waar nu was 't. ook geen winter en aan schaatsenrijden dacht ik niet, maar toch... Neen, er is er maar één. dien ik werkelijk lief heb, och, waarom het nog langer te verbloemen... Marinus, Oskar! heb je lief I... j 3 M e i. Hoera! Vandaag weer geweest. En ik heb de overtuiging gekregen, dat 'hij ook iets voor mij gevoelt... Dat kwam zoo; Wij zaten gezellig te babbelen in de voorsuite, Mama, mijnheer Van Westerheuvel en ik, over ©en uitstapje, dat we aanstaan den Maandag gezamenlijk zouden maken, teen Ma werd gewaarschuwd, da-t de naaister er was met. het nieu we ooetuum Ma excuseerde zich even en toen bleven wij noodgedwon gen eonigen tijd samen. Wij praatten eerst wat over de IIB. S. en zoo en toen vroeg hij plotsEn Wiesje, vind je net- wel prettig, dat je mij hier nu nog al eens ziet Hè, dat Wicsje, zei hij net. zooals Pa liet altijd kon zeggen 3k had hein dadelijk flink willen antwoorden, maar ik voelde, dat ik een hoofd kreeg als een pioenroos Dat miserabele kleuren ook altijd Ajakkes I wat is dat toch. naar En toen hakkelde ik maar wat.Mijnheerhoe hoe kunt u dat. vragen 1 Ik ik vind bet ontzettend leuk. dat u hier komt Dus als ik eens tot de familie behoorde, zoii je dat mis- sohien ook apprecieeren vroeg hij toen weer en keek me daarbij zoo on- derzoekeud en hoopvol aan alsof al zijn geluk van een boveetigend ant woord afhing. Natuurlijk! zei ik. maar ik kleurde weer tot achter mijn doren. Lief kindvervolgde hij toen, hij drukte nog wat. veel op kind dat doet mij een groot genoegen. In die paar dagen van onze kennisma-_ king ben ik tot zie overtuiging geko men. dat je oen zeer bestendig meis je en een heel lief schepseltje bent de trote van Ma en de familie en hier het zonnetje in huis. Eu mijn doel zal voortaan zijn je zoo gelukkig mo gelijk te maken O, Marinus! wilde ik ant woorden. maar juist hoorde ik Ma en toen bleef ik steken Daarna kwam Ma binnen. Hèwat jammer toch Nog één oogénblik en kort. daar op moest ik weg. 4 M ei. Hij schijnt er geen gras over te la ten groeien en Ma gisteren dadelijk over zijn plannen gesproken te heb ben Want Ma deed vandaag zoo gewichtig en zeiWiesMorgen middag Komt mijnheer Van Wester heuvel mij omtrent een zeer ernstige en hoogst delicate zaak spreken. Waarschijnlijk heb je reeds begrepen waarover 1 Je bent geen kind meer. Eu ik hoop, dat liet onderhoud tot bevrediging van beide partijen mag eindigen. Het. zal voor je bestwil zijn. Mijnheer Van Westerheuvel inag je graag en ik geloof goed te hebben gezien, dat je ook van hem wel een beetje houdtt is 't- niet - O, Masnikte ik, 't was alles wat ik kon zeggen Ik had ook nooit kunnen denken, dat alles zoo spoedig in zijn werk zou zijn ge gaan Kom, "Wies! z"i Moe en legde haar anu vertrouwelijk om mij heen, terwijl zij mij de tranen van de wan gen kuste, maak je maar niet -ze nuwachtig kind. Het is wellicht tot ons helder geluk!. Toen ik alleen was heb ji: over: allee nog eens nagedacht. Eu toon kreeg ik zoo'n gelukkig en tevreden gevoel. Het was alles zoo vriendelijk en licht om mij heen. Zoo vredig en stil van binnen. O, als Pa nu nog lmd geleefd, hoe zou hij zich dan 'mede verblijden in hei gelukkig lot van zijn Wieaje Verloofd, hè LeukWies O ld am en Marinus, Oscar van Westerheuvel, le luite nant der cavalerieWij zullen kaarten zenden ja, natuurlijk Wat zullen Marie Blocker en Anna Kopper en Diqria van Ams gruwelijk jaloersclx zijn, vooral die Marie Zouden we gauw trouwen Mis schien nog dit jaar? Het klinkt wel zeer voornaam Mevrouw van Westerheuvel I 5 Mei. Vannacht ontzettend leuk ge droomd. We waren getrouwd. Ik zat iu de serre van onze villa in Den Haag, bezig een monogram tft bordu ren in een portefeuille, bestemd voor zijn verjaardag, dat was 8 Augustus. Zou c\at waar zijn? Nog nooit heb ik vernomen wanneer hij verjaart. Dat zou echt' leuk zijn als dat eens uit kwam, 8 Augustus. Maar mijn werk schoot niet op, de initialen wilde niet vlotten. Was de O. goed. dan ver broddelde de M. en ik kreeg de goks e combiuatiee, alle letters door elkaar, maar geen M. O. Ik droomde verder, dat. we 's avonds na het -diner berden in de huiskamer zaten, zoo echt ge zellig Hij in een hoek. ik be.ig aan een handwerkje. O. 't was zoo gezel lig Zingende heepot op ghnste rend lichtje ros* schermpje echt. knus en huiselijk Van tijd tot tijd keek Marinus op en zag mij liefdevol aan Ik deed alsof ik het niet. bemerkte Plots stond hij op, kwaai om iets op den schoorsteen te zoeken, ging toen onhoorbaar achter mijn stoel, hoog .zich voorover en juist wilde hij mij in den hals kussen, toen Ma me wakker riep. O, o! wat was dat toch ijselijk jammer!.... Enfin I Vandaag komt de beslissing Arm hart nog een weiuigje geduld 6 Mei. O, wat-een verschrikkelijken nacht heb ik gehad Geen oog toege daan Mijn zakdoek als een bal ineengewrongen Het kussen door weekt van mijn tranen Hoe kon liet ook anders? Na die vreesdij- ke verklaring van Ma, gisteravond. Mn vertelde, dat zij tot overeenstem ming gekomen waren en dat zij zich. o, ik kan het bijna niet neder- sohrijven met miinlieer Van Wes terheuvel had verloofd om over eenige maanden met hem in het huwelijk te treden O. ik dacht, zóó neer te slaan Ik viel in liuilsnikken op een stoel Mijn hoofd bonste O hoe valsch, hoe intens valscli en slecht, zijn de mannen vooral hij met zijn huichelachtig gezicht en zijn schijn lieve verklaringen. O, als ik het had kunnen vermoeden zoo gru welijk valsch tochHoe kon ik een oogénblik aan hem geloofd lmb- ben Maar ik wil niets, niets meer van hem weten En bij hoeft niet te denken, dat ik ooit Pa tegen hem zal zeggen. Nooit!... Nooit! NooitI DAMRUBRIEK. Alle correspondentie, deze rubriek betreffende, gelieve men te zenden aan den Dam-redacteur J. W. van Dartelen, Spionkopstraat Scheten. PROBLEEM No. 21. Auteur: „Centrifm", Haarlem. (Eerste publicatie). 9 - 9 9 XL 9 it fc;. 9, m m m G.-lï fes *6 m lUx: m m m Wit 47 48 49 50 Wit speelt en wint. StandWit 12 schijven op: II, 16, 21, 27, 32, 33, 38, 43, 47. 48. 49 en 50. Zwart 11 schijven op: 5, 6, 8, 9, 12, ^3, 15, IS, 20, 30 en 36. Feuilleton door PAULTBEN T. (Geautoriseerde vertaling). 37) Maar even innig als ik lief kan hebben even'bitter kan ik haten, Ik heb uie voor je vernederd en ik beu een troische vrouw. J© hebt me hellepijnen doen verduren. Je hebt alles wat slecht, in me is, opgewekt Ais je me wegstuurt, zal ik dat nooit, nooit vergeten. Al ben ik maar een vrouw, ik kan toch je vijanden hel pen en het zal niet moeilijk zijn om een kwetsbare plek te vinden, want je bent feitelijk geen sterke man, John Strand. Je hebt het publiek be drogen, maar zo zullen weten wie ie bent, oen man even veranderlijk als do wind. Buiten adem zwoeg zij en haar ge zicht was vertrokken van woede en jaloerechbeid. Cora, ik bid je, ga heen. Je zult 't je later, als je tot nadenken komt, berouwen, dat je zoo gesproken hebt, zeide hij vriendelijk eu bedaard Ik haat je! Ik haat je! riep zij j Hij keek haar hulpeloos aan, niet I wetende, wat Le zeggen en zijn pijn- lijke droefheid werd nog grooter, teen zij plotseling in tranen uitbarstte. I Maar spoedig wist zij zich weer to beheersehen, zij trok haar voile neer en stond op. -Waarschijnlijk kom je over een paar dagen naar me toe vol berouw maar dan zal ik je behandelen, zoo als je verdient. Het spijt me, dat je zoo spreekt. Ik trouw met Robert Sylvester, vervolgde zij op uildagenden toon. Ik hoop dat je heel gelukkig zult worden, antwoordde hij ernstig en tot haar bittere smart meende hij klaarblijkelijk, wat hij zeide. Zij ging naar de deur en wierp hesn een laalsten blik toe en nu kon hij niet op haar gelaat lezen. Je zult jo dit tot je laatateu dag berouwen, zeide zij met gesmoorde stem en loen snelde zij weg. John viel steunend on een stoel neer en verborg zijn gezicht in zijn handen. Het onderhoud was inde hoogste mate pijnlijk geweest, maar hij zag niet in, hoe hij andere had kunnen handelen. Hij zat langen tijd in smartelijk ge peins verzonken en hief zijn ncofd niet op, voordat Cranston binnen kwam. Wilt u deze bireveu ©ven ouder teekenen, niijubo»r Strand moest zich geweld aandoen om op te staan, hij ging naar de schrijftafel en zette zijn naam onder de brieven, on in tusschen vroeg hij: Cranston, ben je ooit verliefd geweest? Maar j'e bent nog te jong, voegde hij er bij. Wel een dozijn keeren, ant woordde Cranston vroolijk. Maar ik heb 't met de liefde nooit heel ern stig genomen. Ik beu onder anderen razend verliefd geweest op de dame, die zoo juist weg is gegaan. Op Lady Cora i Ken je haar dan? Ik heb eens met haar gedanst en dat was voldoende. Maar zij heeft er nooit eenig vermoeden van gehad. Ik bestönu feitelijk niet voor haar, ik was alleen maar het aanhangsel van een balzaal. Hoe lung duurde die hopelooze liefde f -- Een heele week. Eu ik voelde in© allerellendigst al dien tijd tot dat ik van iemand anders doodelijk werd, ik ben vergoten, wie. Gaat u nu naar mijnheer Cobden en mijnheer, wie was die dame, die zoo juist naar beneden kwam en me vroeg, waar u bleef? Juffrouw Arnold, het nichtje van mijnheer Cobden. lk was heeie maal vergeten, dat je haar nog nie'. kent Ze is bijzonder mooi. Geen gekheden beginnen Cran ston. Ze is nog heel jong en heeft om zoo te zeggen nog niets van do wereld gezien. Dus geen flirtation alsjeblieft, zeide John op strengen toon. Ik heb den lust tot fhrten ver loren, tegelijk met mijn geld. U be hoeft daar niet bang voor te zijn, zei de Cranston even ernstig. Daar beu ik blij om. Ik ben nu nog maar een paar dagen bij u, maar denkt u, dat bet gaan zal, mijnheer? Ik doe erg mijn best. Ik denk, dat ik heel fortuinlijk ben geweest toen ik je vond, zeido Johnl Dank u, antwoordde Cranston en een blos van blijdschap vloog over zijn gezicht. HOOFDSTUK XXI. - Cranston was naar boven gezonden mc-t eeai boodschap van Strand aan Cobden, maar Cobden was uit en li werd ontvangen door Joyce. Ik hoop. dat. mijnheer Strand niet te hard werkt. Ik stond vanmor gen voor liet raam, toen hij uitging eu zag hoe bleek Lij was, merkte zij op. Hij heeft het- werk van een half dozijn mannen gedaan do laatste da gen. Geluk!-;;g, dat morgen de verkie zing i3, dan zai het rustiger worden. Denkt u, dat hij er komen zal Ik hoop het, maar ik ben bang, dat het een harde strijd zal zijn tus schen hem en Williamson. Dat Sylvester eenige kans heeft, geloof ik niet.. Maar nu meet ik naar beneden, anders kookt de theeketel over. Ik heb juist thee gezet. Gaat u naar beneden doe het gas uit en kom bij mij theearinkeu, zeide zij. l>at zou ik dolgraag, antwoordde hij aarzelend, maar op 't zelfde oogén blik was ziju besluit, gonomen. Ik kom dadelijk, voltooide hij den zin. Hij stormde naar boneden, draai de 't. gas uit, bevestigde een brieije op dc deur waarop stond, dat aan be zoekers verzocht were zich bij den lieer Cobden te vervoegen eu klom toen langzaam do trap weer op Mag ik het doen i vroeg hij zich zelf af. Maar er lag immers niets kwaads in een bezoek. Jeugd voelt zich aangetrokken tot jeugd en zo za ten samen vroolijk le babbelen; maar al gauw werd J oyce ernstig. lk benijd u uw werk, zeide zij. Vindt u mijn lieer Strand niet pén van de kranigste en nobelste men- solien die u ooit ontmoet hebt? Ja en daarenboven een van de goedhart:gste "en mensciilievends:e. U vreet natuurlijk ha© ik met ?m in aanraking ben gekomen? Neon to vertelt u 't mei Misschien is 't beter van niet> zeide hij. en hij besefte plotseling, dat 't hem onaangenaam zou zijn, all Joyce wist, welk een lichtzinnig loven hij geleid had. Zij keek teleurgesteld, maar drong er niet verder op aan oil Cranston be- 5011 te praten over de groote meeting, ie dien avond gehouden zou worden. Ik zou er zoo graag heen gaan, zoide zij. lk zal u meenemen, antwoordde hij, dat is te zeggen, vervolgde hij haastig, we zullen mijnheer Cob den vragen of hij met u guau wil. Mijnheer Strand zal mij bij zich-moe ten hebben. Gedurende zijn bezoek dacht Cran ston steeds aan zijn belofte, niot te zullen flirten. Zou hij degeen zijn. die haar leer de, wat liefde was Terwijl deze gedachte hem door 't hoofd ging, bekroop hem een gevoel van schuld en haastig stond hij op, om naar de deur te gaan, toon er ge klopt werd. Hot was Strand eu hij fronste ziji: voorhoofd, toen hij zag. dat Cran ston alleen was met Joyce. Waar is je oomvroeg hij haar en er was een strengheid in zijn stem, die haar verbaasde cu h83r een bic naar de wangen joeg. (Wordt vervolgd)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1918 | | pagina 7