HAARLEM'S DAGBLAD
OM ONS HEEN
De Oorlog.
De Vondeling
WOENSDAG 26 JUNI 1913
TWEEDE BLAD
No. 2489
Prins Sixtus da Bourbon.
Drie maanden geleden heeft de
brief van Keizer Karl van Oosten-
rij k-llongari je, gericht tot Prins
Sixtus de liourbon, zijn zwager, heef-
wat gerucht in en buiten Europa
gemaakt, omdat daarin de rechtma
tigheid van do aanspraken van
Frankrijk op Elzas-Lotharingen er
kend werden. Die brief is ook weer
tegengesproken, Er is in dezen oorlog
nl veel tegengesproken. Zonder mij
daarin verder te verdtepen wil ik een
korte, levensschets van dezen prins,
van wien tot dusver weinigen in het
buitenland zelfs den naam kenden,
vertalen uit hot Fransche tijdschrift
„i'lllustrution" van 30 April j.l.
Sixlus de Bourbon, achtste van de
18 kinderen van hertog Robert do
Bourbon de Parme. is geboren den
eersten Augustus 1886 te Wartcgg in
Zwitserland en is dus bijna 32 jaar
oud. Zijn kinderjaren bracht hij ge
deeltelijk. door in Italië, in de inooio
villa Pianore, «He hij nu ter beschik
king heeft gesteld van gewonde
Fransche officieren, gedeeltelijk te
Schwarzau in Oostenrijk, bij Wen
nen. Maar uit dit eerste tijdperk
van zijn leven zijn dc beste herinne
ringen verbonden aan een kort ver
blijf, eenige malen, op het kasteel van
Charnbord, waar zijn vader het
Jachtseizoen kwam doorbrengen.
Daar nam in 1005 de hertog het be
sluit, om zijn zoon zijn studiën te la
ten voltooien te Parijs en vervulde
daarmee een vaak door den jongen
man uitgesproken wensch. „Parijs",
zoo zeide <ie hertog, „voreemgt liet
beste eu het ergste, sixtus zal kiezen".
Prins Sixtus kwam wonen in de be
koorlijke kleine woning van de Jtue
Ferou, waar vroeger Talleyrand leef
de. Hij volgde daar rechtskundige col
leges en die van politieke wetenschap,
zijn neiging voor reizen en aardrijks
kunde gaf hem soms aanleiding om
die studies af te breken. Zoo bezocht
hij in 1916 Tripoli, Egypte en Soudan
en deed in 1912 iri gezelschap van den
Tsjechischen hoogleeraar Musil, een
aardrijkskundige van naam, een lan
ge en vruchtbare onderzoekingsreis
in Mesopotainiö en Syrië. Door de
zorgen van dc beide reizigers werden
vele plaatsen, die alleen bekend wa
ren omdat oude schrijvers er melding
van maakten, vastgesteld en meer
dan 200 nieuwe namen kwamen voor
op de kaart, die zij mee terug brach
ten. Prins Sixlus heeft een belang
wekkend verhaal van deze reis gé-
geven in „Ie Correspoudant", die
reeds een merkwaardige studie v'un
zijn hand over het kasteel van
Charnbord had gepubliceerd.
In de maand Mei van het jaar 1914,
dus eenige weken vóór den oorlog,
romoveerde de prins tot doctor in ue
rechten met een dissertatie over net
onderwerp „De vrede van Utrecht en
de wetten, die ten grondslag liggen
aan de inonurchie", bij die gelegen-
beid kende de rechtsgeleerde Facul
teit hem een guuden medaille toe.
Nauwelijks was Sixtus in Oosten
rijk teruggekeerd, óf de oorlog brak
uit. Van toen af werd hij nog maar
door één gedachte'behèerscht: terug
te keeren in Frankrijk en hot land te
dienen, waarover zijn voorvaderen
zoolang hadden geregeerd. Ofschoon
er hier niet diep op wordt iugegaan,
kan ineu begrijpen, welke bezwaren
de prins te overwinnen had. Z«>n zus
ter Zila was getrouwd met den erf
genaam van de Habsburgsche kroon,
een van zijn halfbroers, Elie, was ge
trouwd met een aartshertogin en
diende als majoor in hol. Oostenrijk-
sche leger; de sympathiën van zijn
moeder gingen niet alleen naar den
Franschen kant. Het nieuws van de
eerste oorlogsweken, mateloos door
de pers-agentschappen te Berlijn en
Weenen overdreven, stelden Frank
rijk als reeds overwonnen voor. „Goed
of slecht", zoo verklaarde prins Six
tus, ,,ik zal de fortuin vnn Frankrijk
deelen". En hij vertrok, vergezeld
door zijn broeder Xavicr.
In Frankrijk zou andere belet
selen ontmoeten. Te Parijs, waar hij
den 2?stcn Augustus aankwam, werd
hem de wet op de prinsen in den weg
gesteld, ofschoon die op tijd van oor
log niet toepasselijk was. Hij deed
een tweede poging aan het wervings
bureau te Blois, zonder meer succes.
Zijn verzoek om als gewoon soldaat
in het Engelsclie leger te mogen die
nen werd niet beter ontvangen. Ein
delijk werd door de vriendelijke
tusschenkonist van Koningin Eliza
beth aan du beide broeders toegang
verleend tot het Belgische leger, als
ziekendragers. Reeds in November
1914 verruilden zij den witten arm
band met do gekruiste kanonnen en
de ster van onderluitenant. Einde
1917 werden zij bij hetzelfde wapen
tut luitenant bevorderd.
In het roemruchte slijk van Vlaan
deren deden zij dapper lutn werk
ais officier; daar bracht president
Poincaré, in April 1916, hun het
Fransche oorlogskruis. Toen Pxans
Sixtus kort daarna aan zijn vrienden
de korte en eenvoudige plechtigheid
•vertelde, sprak hij van dien dag als
van den sclioonsten, dien hij ooit be
leefd had.
Hij had nog een andere groote
vreugde, toen het Groote Hoofdkwar
tier hem in September 1916 machtig
de, om de verlofsdagen uan het Fran
sche front te gaan doorbrengen. De
twee bl oeders deden de reis als harts-
tochteJiike pelgrims, eenvoud en
vriendelijkheid bezorgden hun de
beste ontvangst van de grootste
chefs en van dc eenvoudigste officie
ren uit den troep. Een jeugdige en
.toch overwogen nieuwsgierigheid
drong hen, om alles te leeren kennen,
zonder dat een uitlegging hun te
droog toescheen of te lang. De helling
van de Poivre was toon door de Fran
schen heroverd. Prins Sixtus vroeg
aan generaal Mangin de gunst, om
het veroverde terrein te doorkruisen.
„Op klaarlichten dag kan men daar
niet heengaan", verklaarde de gene
raal. „Maar wij worden morgen in
Champagne verwacht.," antwoordde
de prins. „Gaat er dan maar heen"»
zeide Mangin, „het is op uw risico".
De tocht werd zonder ongelukken
volbracht. Maar bij den terugkeer
had de prins nauwelijks zijn rijtuig
verlaten om te gaan naar het hoofd
kwartier van generaal X. waar hij
het middagmaal gebruiken zou, toen
een Duitsche granaat van 150 neer
kwam op de automobiel, die totaal
aan splinters geslagen werd. Men
bracht den nacht door in de steen
groeven van Belleville en den volgen
den dng gaf generaal Gonraud, die
de beide prinsen ontving, hun elk een
helder blauwen cavaleriemantel,
daar zij slechts in het eenvoudigste
costuum waren. De geheele reis leg
den Sixtus en Xavier de Bourbon
hun Fransche soldatcnmnntels niet af
„en ik geloof',, zoo eindigt de schrij-1
I ver van het artikel, „dat zij die altijd
zuiren bewaren".
Bii deze beschrijving geeft do Illus
tration een portret van Sixlus do
Bourbon, dat hem voorstelt als een
Slanke, jonge man, langer het ge
middelde Fransche type. gekleed in
het eenvoudige oorlogsprk, waar
aan alle versiering ontbreekt; alleen
houdt b'» het rottinkje in de handen,
dat de Eng.-lschen in het leger der
geassocieerden hebben ingevoerd en j
een paar witte handschoenen. Het
gelaat teont een hoog voorhoofd, een
paar heldere cogen. een kleinen kné- j
vel en een vriendelijken trek om den
mond.
Niemand noodzaakte dezen jongen 1
vorstenzoon tot deelneming aan den
vreeselijken strijd, hij had, beter nog
dan iemand, zich er aan kunnen
onttrekken. Dat hij dit niet heeft ge
wild, maar zijn arm heeft gegeven
aan zijn land, komt ongetwijfeld
voort uit de eigenschap, die zoo bij
zonder en eigenaardig I'ransch is
en die in hun taal générosité
heet. Edelmoedigheid vertaalt dat
niet volkomen. Er Is nog meer bij:
geestdrift, plichtsgevoel, innerlijke
drang, kortom, datgene bij elkaar
i wat. eeai Franschman bedoelt, als
hij zegt: „C'est un homme généreux!"
généreux
J. C. P.
Overzicht.
Er wordt weer veel gesproken! In
ons vorig nummer gaven we over-
zichteu van de redevoeringen door
den Duitscken minister von Kuhl-
mann en den Engeischen premier
Lioyd Georgë gehouden. Nu heeft ook
de Duitsche rijkskanselier, graaf von
Hertling, nog in den Rijksdag gespro
ken. Had von Kuhlmann vergeten
iets te zeggen?
Von Hertling Is aan 't klagen ge
gaan. Als Duitschland vredesnanbie-
dingen doel, wordt door de tegen
standers beweerd dat dit een be\vij3
van zwakte of een val is. Als Duitsch
land verklaart te willen strijden om
den 't land opgelegden oorlog tot een
goed einde ie brengen, wordt dat een
symptoom van 't Duitsche militairis-
rne genoemd.
24 Februari verklaarde ik mij
zoo vervolgde de rijkskanselier
voor de vier grondslagen vnn presi
dent Wilson, maar daarna kwam
geen antwoord uit Amerika. Later
bleek, dat Ue geallieerden zich zelf
beschouwen als da kern van den te
vormen voikarsrbond.
Over da schuld» raag van den oor
log v ilde de r:j*jk i teller niet spre
ken. 't te l^el kan aan d* geschiede
nis wortsn ovnrg.lvea. Wel consta
teerde h'j: LuiUchlaod lie tt den fak
kei d<w oorlog! i-iel aangestoken."
Verder ver Mgce '»'J: «18 geloof
verplicht te zijn een misverstand uit
den weg te runnen, d it naar aanlei
ding van de .uiteenzettingen van von
Kuhlmann is ontstaan. De strekking
dezer uiteenzettingen was slechts zijn
verantwoordelijksgcvoel, waardoor
hij de verlenging van dezen vreeselij-
ken oorlog moest toeschrijven aan liet
drijven onzer vijanden. Van een ver-
Jamming van onzen vastbesloten over-
w innings wil kan steen sprake zijn.
(Stormachtige bijval). Wij vertrou
wen op ons onvergelijkelijk leger, on
ze geniale legeraanvoerders en op de
hulp van den Almachtige, die ons van
zege tot zege heeft gevoerd." (Bijval).
Von Kuiiimunn was dus 'n beetje le
vredelievend in zijn rede geweest.
Daarom moest von Hertling nog evén
een misverstand voorkomen.
Von Kuhlmann kwam ook nog even
aan 't woord om op te Komen legen
de wijze waaróp de conservatief
Westrop zijn rede had uitgelegd.
Daarbij zei von Kuhlmann: „Hebben
wij in de laatste maanden geen. over
winningen bevochten zoo groot ais de
geschiedenis nauwelijks kent? Ver
wachten onze vijanden niet nieuwe
groote slagen? Moet dat hen niet doen
inzien, dut het verstandiger is thans
den weg lot onderhandelingen in te
slaan?"
De Duitsche pers is over de rede
van von Kuhlmann over 't algemeen
goed te spreken. Algemeen wordt de
nadruk gelegd op ue vredesgencigd-
heid die er uit sprak.
De „Vorwarts" oordeelt „Menige
zinsnede uit zijn rede zou een schrede
genoemd knnnen worden op den weg
van toenadering."
De „Post" zegt: „De rede is een slap
op den weg naar de vredesresolutie."
De „Vossisciie Ztg." Het geheele
verband der rede bevestigt de veron
derstelling, dat von Kuidmann een
overeenkomst met Eugeland noodig
oordeelt"
De hoofdcommissie van den Duit
scken Rijksdag behandelde 't vredes
verdrag met Roemenie. Von Kuhl
mann gaf een toelichting op 'l ver
drag en zette nog eens de voordeden
voor Duitschlanu en Je andere centra-
len uiteen. 11 ij kon evenwel niet ont
kennen, dat Bulgarije en Turkije ru
zie hebben over de verdeeling van de
Dobrocdsja.
't Succes blijft nog aan de Italia
nen!
De Itoliaanseho staf deelt mede,
dat de Italianen nu den gelieeien
rechter Piave-oever bezet hebben. Er
zijn opnieuw 21)00 Oostenrijkers ge
vangen genotnen.Dc Italiaansche rui
terij achtervolgde dc Oostenrijkers op
den linkeroever der Piave.
Blijkbaar trachten de Oostenrij
kers. dus niet aan de Piave stand te
houden. De Italianen zetten het offen
sief dus voorloop/g oog voort.
De Oostenrijksche staf deelt mede:
„Maandag was hel bergfront tus-
schen Asiago en de Piave weder het
tooneel van hevigen strijd. De Italia
nen zeiten alles op het spel om de op
15 Juni verloren hoogte-stellingen to
heroveren. Zij worden op velschillen
de plaatsen door Oostenrijksche te
genaanvallen teruggeworpen."
Over den terugtocht over de Piave
deelt de Oostenrijksche staf mede:
„Op hei terrein van San Dona moes
ten de troepen die liet overtrekken der
rivier van de Oostenrijksche divisies
dekten in de laatstedagen hevige
aanvallen der Italianen afslaan. De
bewegingen konden volgens vooraf
opgemaakt plan en zonder verliezen
aan oorlogsmateriaal worden uitge
voerd."
Dit is in tegenspraak met 't bericht
der Italianen, die verklaren veel
materiaal buitgemaakt te hebben.
Oni den slechten indruk over den
tegenslag le verzachten, is de Oos
tenrijksche staf aan 't optellen ge
gaan en deelt nu mede.
„Sedert 15 Juni boeten de Italia
nen meer dan 50,000 man aan gevan
genen in, waaronder 1100 officieren.
De tolule verliezen der geallieerden
ïrjn volgens strengt?" schatting op
150,000 man te berekenen."
Maar van Italiaansche zijde wordt
gemeld: „De Oostenrijkers zullen nu
hun nederlaag wel toeschrijven aan
weerkundige verschijnselen, maar
liet is een feit, dat de Piave, op -het
tijdstip hunner terugtocht aan het
zakken was en dat zij juist aan deze
omstandigheid te danken hebben, dat
zij nog een goed gedeelte van hun
troëpeh over de rivier in veiligheid
hebben weten te brengen, want als
er geen waadbare plaatsen waren
geweest en als zij alleen op de brug
gen eii vlonders hadden moeten ver
trouwen, zoo goed als 't ging hersteld,
I dan zonden htm verlfezea zeker nog Om nu voor de toekomst te zorgen de scheidingslijn hadden getrokken
veel verschrikkelijker zijn geweest moet een welvacrtspoliück gevoerd en aan den lieer Macdona'd, dat -le
'dan ze nu reeds waren." worden, omdat ook gezorgd moet ethiek, die deze debater voorstaat be-
worden, dat in de toekomst in nij- reikt wordt door hetgeen spreker bad
Aan T Westfront blijft't kalm. verheid, landbouw enz. behoorlijke aangeprezen.
Lloyd George zei evenwel nog Maan- jpoQgH kunnen gegeven worden. j Wat de kwestie van het pensioen
"dal e°iu d«"f630" "elke pM"n i UmsdHuy..
uren misstliien een groote slag ïil ge. b"u,"i?'1 "°"lc" d»' Pensioen niet ,nl asn.
slagen werden; stellig zal dat het ge- j Wat de mobilisatie ;n dit opzicht vaarden, omdat hij aanspraak hee't
val zijn in de eerstvolgende paar da- betreft, moet men het bezuinigen op ambtenaerspensioen en betoogde
gen, en dé uitslag van dezen veldtocht j door demobilisatie of gedeeltelijke overigens dat liet pensioen voor de
kan ei- van ut-langen. De geallieerden j demobilisatie overlaten aan dc regee- j Kamerleden noodig is, om niet-vermo-
voelden zich er nooit beter op voorbe-1 ring. Zij is de eenige die kan be- penden niet uit de Kamer te houden
weerstaan, dan j sijsspn( Qf het daarvoor de tijd is,
(Applaus).
De distributie zal in de toekomst
leiden tot een atoatsfaHlissrinent,
wanneer zij wordt voortgezet na het
sluiten van den vrede, gelijk de heer
Troelstra wil.
De heer Dresselhuys gaf hierbij 'n
schets van de nadeeiige werking van
het distributiesysteem. De ambtenaar
moet nu zaken drijven. Dat kunnen
zij niet: zij zijn géén handelaars.
Als bij een winkelier in het
reid, om hem
thans.'
De crisis in Oostcnrijk-Hongarije
duurt voorioopig nog onverminderd
voort.
Verspreid nieuws
Een verbond tussohen
Engeiar.d en Amerika.
Onder groote geestdrift opperde
J Lord Reading, bij een toespraak te
Harvard gehouden, het voorstel tot
het sluiten van een F.ngelscli-Ameri-
kaansch bondgenootschap, welk «lenk-
te zorgen, dat men geen Ka
merlid blijft op z'n ouden dag, om het
salaris. De heer Vincent Loosjea sloot
met een opwekking om te stemmen op
de Vrij-Liberale lijst.
B IJ de v r ij z i n ,n.i i*
democraten.
In 't gebouw van «ten Ned. Protes
tantenbond kwamen de oritr.-dftm. bij.
ê^ti, met den lieer Th. M. K^-Raar,
lid Jer Tweode Kamer, a's «nr -kf.
In oen inleidend woord Lehorvteldd
sur. de Urondave'féverzteninc. w sr-
bij spr. in licht stelde, da* rrijr.-
bedrijf een groote voorraad bederft, dem een "-roowei*i*ftiv*.ht
beeld onmiddellijk wordt overgeno- Fat failliet, maar de arnb- voorstaan on dat zij Tlangon dat
men door dr. Eliot, den eere-nresl- rtenaar is in zoo'n geval even ver- dit kiesrecht aoo spoedig nu> eüffic ia
dent van dc Harvard-universiteit, die genoegd als anders. In Den Haag de komende parlementaire y. -r*ode zal
de hoop te kennen geeft, dat Reading j Het groote punt, dat deze verkie- w°rden in-.v-.voerd - n door hem werd
er in moge slagen, cle sluiting van een'zingen cchler jJftheerscht is het na?:''"-aa,n v-,at s:^I even-
of- en defensief verbond tusschen de Ofnnt-cnrioii^me dat voorgestaan r e vrte-en-wooi-di'Oing vnhnudL
beide landen aanstonds tot stand te Staafcswialutue, dat yoorgesltHif a,--ed uitkomen dat d-> vonrswUln*
doen komen. wordt door de sociahslou! I »?.n eenigen ów bij de even-
I Uitvoerig stond mr. Dresselhuys reaige verbe&öirwconHging de partij-
DE STRIJD IX SIBERIë. De hierbij stil en critiseerde daarbij de bonzen Je macht in handen zou-
Tsjecho-SIowakische troepen bezetten staatsmonopolie», die nergens voor- 1 den hebben, bij de can iidaau.telüng
Sysrin en rukken op Kusnezk en decl Verleenen doch overal in de £cbleken is onjuist te zijn.
Penza aan. Zware gevechten, die da- tj k werke|1 ook voor de 1 In 'l vort besprak 6pr de vole klei-
genlang duurden, werden geleverd. P^'J" wer^e»' 00,1 ne pwtijen die werden ongericht ca
Orenburg is door de Kozakken om- arbeiders. Dit socialistische ideaal is d,e 0[> pr0grain s'enh's een paar
i singeld. een valsch ideaal. In Australië en el- punten hebben, z-oodat. c/nchideerd#
De Tsjecho-SIowakische troepen ders bleek dit Het stelsel van de mi- apr., men niet weet, wat men aan
hebben een stoomschip doen zinken nimapaloonen leidde tot-ontvolking hc-n toeoft ten aanzien van velerlei
bij Aslrakun en aldus de scheepvaart van het platteland, terwijl in de ste- zaken, die in de Kamer aan o«? orde
op de Wolga versperd. j den het vr,je bedrijf, de lioogc loonen komen an er kans is. dat ca«-
Trotzlcy schat de sterkte der,,,:.. knn hprVip., Pn alleen de dldatea "'"H1 d;e Partijen, in de Ka-
Tsjecho-SIowakische troepen op 30.0W k,. Daardoor fh61" ceninaal gefkr-zon, eea aantal van
'man, welke door Franschen worden besle werkkrachten nam. 1)aai^°°l .hun kiezers zullen teleurstellen. Hij
aangevoerd. i ontstond werkloosheid en de regee- meende voor.', -lat <it kn-zars die op
Volgens "berichten uit Moskou zegt ring was genoodzakt om de loonen candidafen van den Eccmomischen
Wolff, zou de nieuwe Siberische ie-te verlagen, wat staking uitlokte, die Bond stommen gem ook zullen wor.
geering zich met een verzoek om in deze socialistische» staal, verbo- don teleurgesteld, daar de een van
steun tot China hebben gewend, maar den was. Toen moest de regeering 'ien "'K esi a,J under dat verwacht en
a. loonen weer verOoogen en ™3j"
het geld daarvoor xnnlen in papieren k.erdt terwijl jn den Bond meer de-
assignaties. j mocratheh- en meer conservatief-go-
leder moest er van doordrongen eind'.m zitten.
enorm gevaar dit Meer in hi;z -nderhed. n stond epr-
stil bij dc redenen die de vrijs.-de-ni.
hadden cm r.u niet in coDcentratie
een weigerend
vangen.
Nader wordt gemeld:
De Tsjecho-SIowakische troepen
hebben Jekaterinaburg bezet
DE HULP VAN AUSTRALIe.
Australië riep, sind3 't begin van den
oorlog, 426,000 mannen voor 't F.ngel-
sche leger op.
POLEN EN DF. .DUITSCHE RIJKS-
zijn welk een
staatssocialisme i
1). heer Trottoir» tertlla d. Kame, „,w libOT^
nekend, dal de socuiul-deniocralen, J6Q blijven, maar afzonderlijk op
niet ineer hun ouden revo- i trdlofeen voor een eigen program,
uii wi uuwii< iiuiw, lutionnairen strijd tegen het -««aarbij sor. zich uitte In een «elfden
KANSELIER ïn te'n "veiegranTaan kapitalisme voeren, maar wel tegen als ly; dat deed in zijn
den Poolschen minisbir-president dc imperialistische grootbourgeoisie, onhuvzs te H3'.fvr«*r gehoudc-a rode,
sprak Hertling de verwachting uit, die z.L in Nederland bestaat uit de waarvan
ij toenmaals verslag ga-
burdu rieiuuig ue verwacuniig uu, cue z.L in ixeuenuiui wawnt
dat een basis zou worden gevonden, kar!els. volgens den heer Troelstra <kem b^Teen ^ver-
waarop het Poolsrhe volk zelf over Wer te' ,ande- bestaande uit de ver- 1
der toestand daar nu niet een
te mijnwerkersstaking
ken.
Stadsnieuws
Tweede-kamerverkie-
zuiyeu.
(Door het groot aantal verkie
zingsvergaderingen zijn wc genood
zaakt de verslagen daarover alle zeer
beknopt te geven).
ïiia toekomst «M kunnen kalisse». Mniga, g„„,bedr.jven. dis Mr. Ores- I dm0CTal, «„o-pt op
IN SPANJE is te Cordova een groo- selliuys juist noemt een krachtig wa- behoudend man te stemmon. of onige-
pen in den komenden economischen keérd en ging ava l. >e op een aantal
strijd. Tenslotte betreurde hij het dat plinten, o m hii -ro-ichtr ven i«i
Vrijzinnig sterfteraten en Unie li-
heralen zicli in de Kamer afgewend j..^
hebben van de Vrij-Liberalcn en blijk-i vólaene .hom zijn dot inderdaad
•baar bereid zijn over 14 dagen met prhicipreele punR-n van erédhil. Wat
i de sociaal-democraten in één ministe- aangaat de Liberale Unie. oorxtecide
Irie te gaan ziften. jaor., 'lat In de Kruier do unia-üb. l&-
Nadat «le spreker had opgewekt den bii jwiitcipieele par.ten sReds ver-
om dr vrij-liheralrn le steunen hi, deeld ««mden en dnt. onder tien
Hr.i,nt die bij oen conservatieve stemming
de verkiezing, o fcde steeds conservatief stc-mden. Onder de
Daarbij verdedigde de heer Jacques C3TÏ<Ji(3:i t?n var. de L. U. zön o oft zuf-
staatse.xploitalie, om vervaisching niannen. Twm^n-. do I.th. Unie.
i van levensmiddelen tegen te gaan; aldus mw., wil jnied alio vri-'ainnigen
mevr. Mensing verdedigde het stand-
herbergen, de deniocralen en «ie c-"n-
eervatievwn. Daartegeinvver :-r.r.
dat de vrijz.-dein. willen ceti <eaei-
ding tusschen democraten en conser
vatieven. Hij achtte dat eon voordeel
evenredige vertegenwoordi
ging is. dat de- coalitie uit elkaar
gaat en dot er een niewvo scheidings
lijn ï-oi komen.
Verder verklaarde spr. dat de vrijz.-
waarviiör"hii°zêlfzcct deiri- Kadden gedamd wor ean finan-
nnarvopr ni, zog. c|e(le „,llfc,e,!inï ondom'U^o.
bied in 't. belang van de v.-rheffing
van 't volksonderwijs en dot sommige
De V r ij-L i b e r a 1
In het Broiigebouw liield de Haar- punt der S.D.P., de heer Burmeïs-
lemsciie afdeemig der Vrij-Liberale ter, een Unie-liberaal betreurde het,
Partij een bijeenkomst oiu Mr. H. C. dut de heer Dresselhuys de linie-li-
Dresselliuiys, den eersten enndidaat beralen en Vrijz.-democraten in één
op een der beide lijsten der Vrij-Libe- hoek duwde met de S.D.A.P.
ralen, gelegenheid te geven te spreken Mr. Frans Wiilekes Macdonald cri-
over „De komende stembusstrijd". tiseerde in vragende» v orm, dat de
De heer Vincent Loosjes, die het heer Dresselhuys mee heeft gevoteerd
presidium voerde, opende dc goed al de uitgav
bezette vergadering. geen dekkingsbronnen te *wetei
De heer Dresselhuys begon met een Dit acht hij roekeloos voor een vrij-li-
groepeering der partijen, waarop de beraal. Voorts verbaasde het den lieer liberalen t recht niet Rebben om aan
kiezer zijn stem kan uitbrengen. Macdonaid, dat de Kamerleden den de vrije.-dem. te verwijten, dat zij.
Daarop ga' mr. Dresselhuys een minister van Landbouw niet de met te stemmen voor die gejijkstti-
schets van de lichtzijde en de scha- vraag hadden gesteld, waar toch al- Kng, de openbare school v^-raadden.
duwzijde van het beeld dat Neder- les bleef, wat In normale tijden door Steken"* rij zrrC
land thans biedt. Eerst de schaduw- ons land in groote hoeveelheden dat, ;n VGje f-emcenterttden de
jland thans biedt. De schaduwzijden wordt opgeleverd en tenslotte achtte liberalen al 'heel welni? voor *t
'worden voornamelijk gevormd door hij het ongepast, dat de Kamerleden 1 opcnbaoT onderwijs en -1e openbare
de kwestie van kapitaalkracht, die pensioen zelfa nog met terugwerken- schoot, waar spr. in de Kamer me er-
zeer veel te lijden heeft door allerlei de krocht, voor henzelf hadden ingo- malen over klaagd?. Hij meende dat
uitgaven en juist zeer groot moet vw:rd. n J "nnkt dft'^cuwe S
zijn na den oorlog, om in den econo- De heer Dresselhuys beantwoordde tUftsck^a d?iviowatii> eu -! u:d er zal
mischen strijd, die dan uitbreekt, de sprekers, waarbij hij den heer fcómen.
sterk te kunnen staan en ten tweede Jacques meedeelde, dat vervaisching }j,j ihoopte. Jat r een i :n -.'ratL
het gevaar, dat onze in- en uitvoer van voedingsmiddelen niets met eche meerderheid zal komenen ein-
Rreigt na den oorlog, als de oorlog- staatsexploitatie tc maken had, aan öigde met een warme op\vesi<ing om
voerenden jn de eerste plaats hun mevrouw Mensing. dat hij onder be- da \i ijz.-Jem. lijst te
bondgcnoolen tegunsllgsn. koring wa» gekomen haar be- M ™^,|ka W9Mch„ „a.
|- Tegenover deze schaduwzijden toog voor haar ideaal, doch dat Je ket% s üol voorzitter, de heer A. G.
stuun de lichtpunten, die gevonden nuchtere werkelijkheid anders leer- jBocg gM.d bezochte vergadering,
worden in onze koloniën, die een wa- de, dan schoone dweperijen, o.a. haar met een woord van d ml; een den
pen vormen in den te verwachten
economischen strijd, onze ongeschon
den arbeidskracht, ons stukjo brood,
dat we nog hebben en de goud-voor
raad van de Nederlandsche Bank.
voorrekenende, dat bij de verdeeling spreker,
van het nationaal bezit, Ieder per j C h r i s t e n-s o c i a i i s t c n.
dag 6 cent meer zou krijgen, aan den Do Bond van ChriMen-socialisten
heer Burmeister, dat niet de had een vergadering in het Blauwo
Vrij-liberalen maar de Unie-liberalen 'Kruis belegd, w aar de heer J. P.
Feuilleton
PAUL Vü E N T.
(Geautoriseerde vertaling).
64)
Er zijn maai- twee menschen, die
weten dat ik onschuldig ben en hij
is een van de twee.
Dat wist ik dut wist ik! riep
zij hartstochtelijk. Ik wilde, dat ïk
iets doen kon, om je te helpen.
-- Niemand kan me helpen, zeide
hij-
Maar ik zal het toch proboeren.
ik heli een gevoel, dat ik misschien
iets bereiken kan.
De deur werd geopend en Joyce
trad binnen.
- Oom slaapt en daarom kom ik
een oogenbiik naar benoden. Ik wist
niet, dat je bezoek luidt. Hoe maakt
u het? zeide zij met een lichte bui-
King.
Ik moet weg, zoido Lady Cora en
ze nar» haastig afscheid. Zo ha<i ge
zien. dat John de hand van Joyce
zocht en dit deed haar pijnlijk aan.
-- Het was heel vriendelijk van je,
hier te komen, zeide John ernstig en
zijn stem klonk zacht.
Waarom kw^ju ze? vroeg Joyce,
toen Lady Cora weg was.
Om me te zeggen, dut zij niet ge
loofde aan die beschuldiging in ile
couranten.
Dal was heel mooi van haar.
't Spijt me, dat ik niet vriendelijk te
gen haar geweest ben. Maar John,
ik ik was juloersch.
Tot eenig antwoord nam hij haar
in zijn armen en kuste haar innig.
I)e lunch was klaar, maar alie eet
lust ontbrak hem. Joyce drong er
echter op ajm, dat hij iets zou eten
en ze bleef naast hem staan, tot hij
klaar was.
.Te zult al je krachten noodig
hebben, beste, zeide zij. Ga je van
middag weer naar de zitting? Zou het
niet beter zijn, als je rustig thuis
bleef?
Ik ben heel moe; maar ze moe
ten niet kunnen zeggen, dat ik bang
ben, om hen onder de oogen te ko
men.. Ik kom zoo gauw mogelijk te
rug en dan moet ik een lang gesprek
met je hebben, Joyce.
Er kwam een :.n«-tige uitdrukking
in haar ougen, maar zij zeide niets.
HOOFDSTUK XXXVI.
Voordat Strand naar 't Lagerhuis
ging zocht hij een welbekend advo
catenkantoor op, dat van de heereij
Matüieus, Selty en Steel. Het was
aan den oudsten dezer heeren, dat
hij de geschiedenis vertelde en wien
hij daarna om raad vroeg.
Er is maar een weg, uien u in kan
slaan n wel de courant te vervolgen
wegens laster- Maar heel veel succes
verwacht ik er niet van, zeide de ad
vocaat ernstig.
liet zal me in elk geval een ge
val een gelegenheid geven om mezelf
te verdedigen. Ik kan onder eede ver
zekeren, dat ik onschuldig hen.
Daar zal het publiek geen genos-
gen mee nemen, merkte de advocaat
droogweg op.
Misschien Is do vraag niet neel
fair, maar gelooft n zelf, wat ik u
verteld heb?
Als ia eerlijk moet antwoorden,
mijnheer Strand, ik vertrouw u vol
komen, en toch
En toch gelooft u mo niet. Ik
kan het u niet kwalijk nomen.
Uw verhaal klinkt zoo ongeloof
lijk dat een inan van «le reputatie
van den heer Southwold zulk een
complot zon smeden om u ten onder
te btengen. En u heeft geen enkel bo
wl; j, mets dan uw eerewoord. Zoo-
aU ik al zeide, 't eenige dat u aocri
kan, is een aanklacht indienen wc-
gens laster. En ik zal alles doen, wat
In mijn vermogen is om een vonnis
uit te lokuen.
WU u dan die aanklacht tegen
de „Morning Herald" maar terstond
indienen?
Zeker, antwoordde de advocaat.
Dit gesprek had John nog meer
ontmoedigd, want het was hem dui
delijk geworden, dat do lieer Matthew
hem ook schuldig achtte. Het was nu
tijd om naar «ie zitting te gaan en
hoewel hij het oordeel vreesde, dat
hem daar te wachten stond, «lacht hij
er niet aan om weg le blijven.
Even nadat hij zijn plaats had in
genomen kwam de premier binnen;
voordat hij ging zitten, wierp hij een
snellen blik in de richting van
Strand.
Toen de zitting geopend was. kwam
Southwold niet een klein wetsont
werp aan over Ongevallen In kolen
mijnen, een onderwerp, waarover
Strand een ernstige studie gemaakt
had en zich een vaststaande opinie
had verworven. Hij had er niet meer
aan gedacht, dat «lit ontwerp tor ta
fel zou komen, maar nu hij tegen
woordig was, wilde hij niet lafhartig
zijn en zwijgend blijven zitten.
Weldra deed de gelegenheid tot
spreken zich voor. De stilte was let
terlijk tastbaar, toen hij do eerste zin
nen uitte. Aan alle kanten van de
zetels der Regeering zoowel als van
die der oppositie, - ontmoette hij
vijandige blikken, en hij kreeg een
gevoel, alsof cc'n koude hand zich om
zijn jiart legde.
Niemand ook zeide een woord tot
hem op weg naar zijn auto en de be
leefde groet van den agent van poli
tie aan 't hek was nis een welkome
herademing.
Zoo was hij dan veroordeeld, zon
der dat uien zijn verdediging had
aangehoord en dat het feit hoorde
John, dat men zijn rchuld overtuigend
bewezen achtte en hoe laag men ue
daad vond, die hij zou hebben be
gaan.
Ik moet Southwold spreken,
mompelde hij in koortsachtige opge
wondenheid, maar nij wist, dfti het
nutteloos zou zijn.
De premier vreesde hem niet meer,
want zijn iuaeht was verd» enen. Fn
nu zijn vervolgers geen leider meer
hadden, zouden zij wel terugkeeren
tot de Hegteringspartij.
En nu dacht hij ana Joyce er. hoe
deze treurige geschiedenis van in
vloed moest zijn op liun verhouding.
De laatst.; uren was zij» besluit ver
sterkt, een besluit, dat zijn ellende
nog grootor zou maken. Hij wilde
niet dat de vrouw, die hij liefhad,
zich verbond met iemand wiens naam
bevlekt was, en hij moest haar dat
zeggen.
Toen hij thuis kwam, vond hij
Cranston nan de schrijfmachine.
Wü Je Joyce vragen oven hier
bij me te komen? En Cranston, ik heb
je van avond niet meer noodig, dus
tot morgen mijn jor.-vn. z»ide hij op
matten toon.
Een oogenbiik later kwam Joveo
binnen.
Hoe is hot met je oom? vroeg
John, terwijl Lij een stoel voor haar
bij den haard schoof.
Hij slaapt rustig, maar de dokter
is bezorgd. Oom schijnt iets op 't hart
te hebben en dat toch niet te willen
zeggen, voeg ie zij er met een zucht
bij, en dat ma> kt hem telkens zoo
onrusiig!
Teen \t.nelue John haar,-hoe hij in
het Lageihuis ontvangen was dien
middag, cn haar oogen werden groot
van verontwanrd.ging.
John lief; ik wou je een groote
gunst vragen. Wil je een adverleutio
naar de couranten zenden onl ons en
gagement publiek te maken?.
't Is juist over ons engagement,
dat ik je spreken wilde, antwoordde
hij. Ik weet, hoe groot je loyaliteit
is, lieveling, en je sympathie heeft
me in deze dagen boven alles gehol
pen. Maar ik ben vastbesloten een
einde aan ons engagement te maken.
John, riep ze ontzet uit, terwijl
ze opsprong.
Het zou unfair ujn, als ik je aan
mij verbonden hield nan iemand,
hier beefde zijn slem, die vnn iets
beschuldigd wordt, dr.t hem zijn eer
ontneemt.
(Wordt vervolgd).