BrjÉteffenÉtfiijuiie
OM ONS-HEEN
Stadsnieuws
S6e Jaargang No. 10S17
Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
DINSDAG 3 SEPTEMBER 1818
Tol de plaatsing var. advertenUSn en reclames van buiten bet Arrondissement Haarlem in dit blad in uiblultend gemacb«ad bel Algemeen Binnen- en Buiienlandscii Advertent«-Bortae D. Y. ALTA,
Warmoesstraat tö-78, Amsterdam. Teicphoon interc. 6229.
ABONNEMENTEN per 3 maanden: Voor Haarlem en de dorpen iu den omtrek vianr een Ageut ge
vestigd te (koiu der gemeente) f 1.95. Franco per jpoet door Kedcrianu f 2.30. Afzonderlijke uuuu-ers i O.H>.
Geiliuslr. Zondagsblad, voor Haarlem f 0.51'. Ceïlluetr. Zondagsblad voor de cmstrckeu cu franco per
poet f 0.59.
Uitgave der N. V. Leuren» Oester, Dtrestssr J. C. KERSBOOM, Tslstssa 3062
ACVERTENTIEN: Ven 1—6 regels ii.—iedere «gel meet- 20 Ct*. Reclames 40 Cis. per regel. Tijdelijk
corlogetoetlag 20 piocent. Bij abonnement oenrirnJijk ratel. 1 ieustuiveit-adverte»tién van Vreag en Aanbod
\an 1—5 ïtptlt 50 Lts. per plaatsing, elke regel meer lZ'/tCta. a content. Luiten bet Arrondissemeiitdubbtle prlje
An\ertent:wL èuiltn bet ArroLdiMemeut 26 ets. per icgcl. Reclames £0 cte. per regel.
Directie ee Admicietretici Crcote Heeietreet 8S. Teie'eean. der Redaetie COO en der Aeminiatratie 734
DIT NUMMER BESTAAT UIT
ZB8 Bl.AUr.UOEN.
EERSTE BLAD.
LEVENSMIDDELEN-
VOORZIENING.
De Directeur van het Genteeate-
lijk Levenemiddelenbureau te Haar
lem brengt ter algemeene kennie:
KAARSEN.
De prijs van eea pak kaarien is
van af heden 60 cent per pak.:
VISCH.
Woensdag 4 September verkrijg
baar van 10 uur v.m. tot 1 uur n.m.
©en pend visch
op vertoon van V1SCHKAART Ne.i
21401—22000 ia de Oemeetiteiijke
Vischhal
V SCHKAART No. 22001—22550
la het Pand (ingang Koningstraat).
De Directeur voornoemd,
F. DE JONOE.
De Directeur van het Brandstoffeh-
Bureau maakt bekend dat vanaf
2 September 1913 de maximumprijs
der indusfriekolen is vastge
steld op f 65.50 per 1000 K.O.
franco bergplaats verbruiker.
DistriiiuüebeÉrgf
H£E31ST£DE.
Beschikbaar van af Woensdag 4
September op bon No. 40
K.fl. Aardappelen
Bon No. 35 is met ingang van 4
September ongeldig.
De Burgemeester van Haarlem
vestigt de aandacht op het K. B.
van 3 Juli 1918, tengevolge waarvan
bet o.a. verplichtend is ook van
het voorkomen van SCHÜMFT
L^CASI-iSj binnen 24 uur mede-
deeljng aan den Burgemeester te
doen.
Den Hout, «tadetent: Haarlem'»
Muziekcorps.
HoUI Den Hout. Avondconcert.
Gemeenteraad: Statenzaal, lVi u.
Kamer van Koophandel en Fabrie
ken, Stadhui», 8 uur.
Schouwburg De Kroon, Groote
Markt, Bioec. voorstelling.
Apollo-Theater, Barteljorieetraat:
Biosc. voorstelling.
Cinema-Palace: GrooU Houtstraat:
Biosc. voorstelling.
Kleine Vereeniging. Kleins Hout
straat: Biosc. voorstelling.
Spreken Is zilver en
zwQgen ie goud.
Dit spreekwoord /heeft tot nu toe
altijd een beteekenis gehad, die ou-
derwetsche schoolmannen „over
drachtelijk" noemden en die wij te
genwoordig inet „figuurlijk" aan
duiden.
Maar niet alleen in figuurlijken,
ook in letterlijken zin Is zwijgen te
genwoordig goud, tenminste geld,
waard. Toen eenigen tijd geleden het
verhaal van de dienstbede, die vóór-
een nieuwe betrekking te aanvaar
den, „zwijggeld" .vroeg en bij weige
ring er stichtelijk voor bedankte bij
zoo'n „"kale" familie, die niets ham
sterde, te dienen door de pers de
ronde deed, meenden wij met een
uitzonderingsgeval te doen te hebben.
Van verschillende zijden is ons nu
echter ter oore gekomen, dat
zwijggeld inderdaad door vele
huisvrouwen aan haar dienst
boden betaald wordt, dat de
condities: zóóveel loon, zóóveel
woschgeld en zóóveel zwijggeld door
werkneemsters langzamerhand als
regel .gesteld en door werkgeefsters
gereedelijk geaccepteerd worden.
Hiertegen willen wij onze stem
doen hooren. Alleen reeds om prak
tische redenen achten wij het geven
van zwijggeld verkeerd. Denkt ge nu
werkelijk het stilzwijgen van dienst
boden van het 6lag, dat u voor „kaal'
uitmaakt als ge niet hamstert, met
enkele guldens te kunnefi koopen?
zouden wij aan de voor de rwijg-
geld-cischen bukkende huisvrouwen
willen vragen.
Maar niet alleen en niet hoofdzake-
- lijk, om practiaclie redenen protes
teeren wij: er is ook een moreele zij
de o-an de kwestie. Er blijkt eens te
meer uit, dat er velen door de om
standigheden waaronder wij leven
op een gevaarlijk hollend vlak zijn
gc-raakt. Werd er niet gehamsterd,
werden er niet op groote schaal le
vensmiddelen aan de gemeenschap
onttrokken, toonden wij dus allen
karakter genoeg om te zeggen:
ik wil geen gesmokkelde voorraden
in mijn huis hebben, want door te
hamsteren onthoud ik anderen hun
rechtmatig deel, het geven'van zwijg
geld zou vanzelf geen reden van be
slaan hebben. En zóó behoorde liet
toch eigenlijk te zijn!
No. 2516
Twee belangrijke punten.
ApMa
- WOENSDAG 4 SEPTEMBER.
Schouwburg Jansweg: Solser en
Hesse: Trees.
Feestavond Groote-Houtstraatver-
eeniging: Brongebouw, 8 u.
Woensdag worden in onze:. Haad
twee belangrijke punten behandeld
de motie-Jonckbloedt-van Liemt tot
invoering van een huiskeuring yüii
toebereide vleeschwaren en het voor
stel van B. en W. betreffende instel
ling van gemeenschappelijk overleg.
Ik wil niet zeggen, dat er over hel
eerste punt veel nieuws te zeggen
valt, het onderwerp is vrijwel in
vroegere beraadslagingen uitgeput.
En actueel is het ook met, want toe
bereide vleeschwaren zijn er op dit
oogenblik niet. Voor 't oogenblik is
de beslissing derhalve zuiver theore
tisch. „Maar er zal dan toch", heb ik
een handelaar in toebereide vleesch
waren vol Bchoon vertrouwen hooren
zeggen, „wel eens oen oogenblik ko
men, dat er weer toebereide vleesch
waren zullen zijn". Dat geloof ik met
hem en daarom kan het zijn nut heb
ben, eén reglement te behandelen op
een moment, dat het voorwerp van
die regeling zelf niet aanwezig ie.
Kolommen druks zijn in (ten loop
van de laatste jaren in ons blad aan~
den strijd over dit onderwerp gewijd.
Slachthuiskeuring, centrale keuring
dus of huiskeuring ziedaar de keu
ze. De eerste bestaat, tot verdriet van
die er mee te maken hebben. De win
keliers moesten hunne toebereide
vleeschwaren naar het Slachthuis la
ten brengen, misten daardoor uren
lang hun personeel en vaak langer
de waar, welke laatste vaak onmid
dellijk bij de klanten bad mooten
worden bezorgd en in den zomer al
heel spoedig aan bederf blootstond.
Toch zouden zij zich san dezen over
last, benevens aan de kosten diè er
uit voortkwamen, wel zonder klacht
onderworpen hebben, wanneer de keu
ring maar deugdelijk ware geweest.
I Dat was evenwel zoo niet en kon ook
niet zijn, omdat, naar iedere leen be
grijpen kan/ een grondig onderzoek
van ieder worstje, hammetje of muis
je rookvlcescn, dagen geélscht zou
hebben, wat iu de practijk totaal on
mogelijk is. De keurmeesters moesten
zich dus wel behelpen mei eéu opper
vlakkig onderzoek, ruiken, proeven,
van éen enkele worst, uit een kist. De
winkeliers beweerden, dat dit geen
maatstaf was voor de rest van den
inhoud; zij vonden bovendien, aat zij
zelf zulk een oppervlakkig onder-
zoel; evengoed konuen uitvoeren als
de keurmeesters en dat ze het niet
zouden nalaten, daarvoor stond hun
eigen belang borg, omdat Immers
een leverancier, die zijn klanten met
slechte waar opscheept, binnen een
ommezien zou hebben afgedaan. Er
was nog een andere tegenstelling.
Wanneer de voorstanders van de cen
trale keuring er op wezen, dat wat
de stad binnenkomt gekeurd moet
worden vóórdat het aan de verbrui-
kers wordt geleverd, dan wezen de
tegenstanders op .de groote hoeveel
heden, die toch nog aan de keuring
ontgingen) omdat particulieren, die
pakketten van buiten ontvangen, por
spoor of per post, die immers niet
aan het Slachthuis laten keuren.
Er bestaan nog meer grieven tegen
de slachthuiskcuring, maar daar die
van den tweeden rang zijn kosten,
in beslagneming, afwezigheid van
hooger beroep, laat ik die oj! dit
oogenblik rusten. Hoofdzaak blijft,
dat de handelaars in toebereide
vleeschwaren zich beklagen over een
oppervlakkige keuring, die geen
waarborgen geeft en bun grootcn last
bezorgde. Waarom dan niet liever,
zoo vroegen zij, een huiskeuring, die
een sterk preventieven invloed heb
ben zal, omdat ze aan ïiem, die kwaad
zou willen, altijd als een zwaard vun
Damocles boven het hoofd zweeft en
In haar gevolgen voor hem even
streng kan zijn als het centrale on
derzoek, maar zonder de belemme
ring van zijn bedrijf!
In deze redeneering heb ik altijd
veel waars gevonden. Het eenige goe
de en ware onderzoek zal.mettertijd
de ulgemeene Rijkskeuring zijn in 't
geheele land. Wonderlijk is bet, dat
in Haarlem, niemand weet hoe cn
i waarom, de kcunngsquaestio een po-
litiek bijsmaakje gekregen heeft:
rechts was voor huiskeunng en links
voor slachthuiskeuring. Als worst en
ham en rookvleesch zich verbazen
konden, zouden ze daarover zeker
verstomd staan. Wat is er, zouden ze
zeggen, voor politiek in ons te vin-
de»? Hoe dat ook wezen mag, bet is
wel te verwachten, dat morgen de
motie-Joncknloedt-van Liemt wordt
aangenomen. En ik kan daar, hoe ik
ook tuur, geeuerlei hygiënisch be
zwaar in vinden; wel voordeel en ge
mak voor de handelaars, die als ome
medeburgers toch ook mogen ver
wachten, dat hun niet onnpodig .'ast
wordt aangedaan.
Het tweede punt van belang op de
agenda is het georganiseerd overleg
in de gemeentebedrijven. B. en W.
hebben daarover een voorstel gedaan
i en al dadelijk is in ons blad gewezen
rp twee mindei juiste bijzonderheden
iu dit voorstel: het ontbreken van
verschil in den invloed van groote en
kleine organisaties en hel aenKhecid,
dat de vertegenwoordigers door B. en
W. worden aangewezen. Althans,
t wanneer dat de bedoeling ls van liet
i diunaal niet bijzonder duidelijke
Raaüsstukje. Wanneer een conuniseie
j van overleg nuttig werk zal doen, ls
bet noodig, dat de organisaties bun-
- ne vertegenwoordigers zelf kiezen;
is ei geen voldoende vertrouwen In
het gezond verstand van die vereeni-
gingen en wordt er gevreesd, dat zij
ongeschikte, twistzieke, oppervlakki
ge of in 't algemeen lastige personen
zullen afvaardigen, dan is bet maar
beter, de commissies niet te stichten
en te wachten tot die organisaties zoo
lijp zullen geworden zijn, dat be-
kwame vertegenwoordigers worden
gekozen, die nuttig werk kunnen
doen.
Niet, dat ik zulk uitstel noodig
vind. Integendeel, aan de organisa
ties kan hel aanwijzen van hunne
vertegenwoordigers gerust toever
trouwd worden. Zij zullen wel voor
zichtig kiezen.
Is dit de bedoeling van B. en W.,
dan vervalt natuurlijk het geopperde
bezwaar, maar in de Raadsvergade
ring mag dat dun wel eens duidelijk
worden gezegd.
Het eerste bezwaar, dat geen onder
scheid gemaakt werd tusschen groole
en kleine organisaties, is vervallen
omdat naderhand door B. en W. werd
meegedeeld, dat er een woord was uit
gevallen; de nieuwe redactie'luidt
nu: „met minstens twee afgevaardig
den van elke organisatie" en de be
doeling daarvan zai wel zijn, dat een
kleine vereeniging uoor twee en een
groote door meer afgevaardigden ver
tegenwoordigd wordt. Ofschoon stem
mingen in deze commissies waar
schijnlijk zelden zullen voorkomen, is
vaststelling van het aantal afgevaar
digden nuar gelang van het aamal
leden wenschelijk.
Intusschen ie nog een request inge
komen'van het hoofdbestuur en het
afdelingsbestuur van den AJgemee-
nen Nedcrlandschen Ambtenaarsbond,
waarin bezwaar wordt gemaakt te
gen de omstandigheid, dat de orga
nisaties over dit voorstel niet zijn ge
hoord, en tegen het zitting nemen in
de centrale commissie van de hoof
den van takken van dienst, ambts
halve, „daar hierdoor een vrije be
raadslaging over voorgenomen wijzi
gingen in de arbeidsvoorwaarden dei-
ambtenaren voor hun vertegenwoor
digers wordt bemoeilijkt". Zoo zeg
gen adressanten en geven daar de
ietwat magere toelichting bij; in Am
sterdam 16 de centrale commissie sa
mengesteld uit vertegenwoordigers
van de 1 a n d e 1 ij k e organisatie,
met uitsluiting van de plaatselijke.
De bedrijfsdirecteuren zijn verplicht,
de commissie-vergaderingen als gust
bij te wonen. Deze regeling heefi ln
de practijk getoond, beide partijen
volledig te kunnen bevredigen.
Tot zoover de Alg. Ned. Ambte
naarsbond, die de directeuren nu
weer niet rijp schijnt te vinden voor
een commissie van overleg. Of is liet
niet wonderlijk, dat zij die toch beter
dan iemand andere het bedrijf in
zijn geheel kennen en overzien, ui» de
j commissie zouden worden gehouden
alleen al» gasten daar toegelaten''
Min of meer duB bij gedoogen!
Dit ls het eene prlncipieele ver-
schil, het tweede ligt hierin, dat B.
1 en W. blijkbaar overleg met de Haai -
'lemsche ambtenaren bedoelen, terwijl
de A. N. A. B. die juist uitsluiten wil
en ln hun plaats de hoofdbestuurders
I schuiven, die immer» lang niet altijd
(misschien wel heel zelden) H&arlem-
sche ambtenaren zullen zijn.
Ik vermoed, dat de Raad van Haar
lem aan de directeuren niet de on
dergeschikte plaats tegenover de Com
missie .zal toekennen, die adressan
ten willen en vruchtbaarder overleg
mot bet eigen «personeel verwacht,
i dan met hoofdbestuurders, die mis-
echten ver van Haarlem wonen en
onmogelijk van plaatselijke toestan-
den zóó goed on de hoogte kunnen
zijn.
J. C. P.
Da laatste paal.
j Men schrijft ons:
In tegenwoordigheid van den voor
zit ter, secretaris en enkele bestuurs
lede» van <le Vereeniging voor Am-
bachts en Middelbaar Technisch On-
dcrw. te dezer plaatse werd Maandag
middag de laatste paal, bet laatste
steunpunt d»r fundeering van de
meuwe Ambacht»- en Middelbaar
Technische .School ingeheid.
De voorzitter, de heer Ge ijl, vontf
in deze gebeurtenis aanleiding met
een enkel woord het bestuur te feli-
citeere» met den gestadige» voort
gang van liet werk, dat gedurende
de laatste jaren de gedachten van
het bestuur geheel heeft iu beslag
genomen, cn te wijzen op het belang
van de totstandkoming der voor deze
stad zoo nuttige onderwijsinrichtin
gen. Hij sprak daarbij de hoop uit,
dat. waar nu de laatele paal stond
geslagen le worden, ook eenmaal, zij
het binnen afzienbare» tijd, de eer
ste steenlegging zou kunnen volgen.
Hij dankte den directeur, den opzich
ter en den aannemer voor de gocue
zorgen aun het werk besteed. De dj
recteur beantwoordde de speech yun
den voorzitter. Constateerende dat
'a hoeren Geijls heide voor het vak
onderwijs vast stond als „een paul
boven water" verbond hij daaraan
de wensch, dat de. lieer Geijl nog
eenmaal de gebouwen voltooid mocht
zien. Ook de beer Janssen, lid van
bet bestuur, feliciteerde den hoer
Geijl met den wederom bereikten
mijlpaal, hij wees in dit verband op
hei te Rome indertijd telkens uitge
sproken woord: „Carthago moet v il
len"; met het bekende gevolg. 2óó
zou het ook gaan met de telkens
door den heer Geijl uitgesproken ge
dachte: „de nieuwe scholen moeten
er komen zij zullen er komen'.
De aannemer van het werk. dc lieer
Miezéms wensch te den heer Geijl loc,
dat hij nog eenmaal het eerste diplo
ma der nieuwe school zou mogen uil-
reiken.
Daarna werd de laatste paal in
geheid, en den werklieden een klei
ne feestgave uitgereikt.
Binnenland
vadermoord?
den vermoedelijke» moord te Cap-llo
deelt do „Echo van het Zuiden iict
volgende mede:
Dinsdagavond werd de gemeen le
politie gewaarschuwd door J. v. ik,
dat zijn vader, J. v. ft. rich had
verhangen De tusschcutijds ontbo
den geneesheer kon niet anders dan
den dood constateeren. Bij liet lor
maken van het touw, waaraan de
persoon hing, bleek, dut het lijk ver
schillende wonden vertoonde. Daar
hier aan misdrijf gedacht werd,
werd de zoon (aangever), die ook oji
verschillende plaatsen gewond was,"
in arrest gesteld.
Hierna «trd met behulp der me
rechauseee van Besoyeu een streng
onderzoek ingesteld, waarna ook »1«
tweede zoon, M. v. ft., Sn arrest w-, - d
gesteld als vermoedelijke dader.
Op 29 dezer werd een sectieonder-
zoek ingesteld, waarop ecu gerechte
lijk verhoor volgde.
Naar het blad nader verneem'.,
heeft een der zoons van Van R be
kend, zijn vader mede vermoord te
hebben. I)e twee zoons en de ï-fouw
zijn Maandagmorgen naar 's-Hcrto-
genbosch overgebracht.
Van Kunst en Kausten&ars.
No. 10G.
In den lande verstrooid, in de ste
den, de badplaatsen, de Brabantsche
«lorpen, op de Zeeuwsche eilanden
zijn uiet den oorlog de vreemde,
incest Belgische, kunstenaars neer
gestreken- Hoewel wij zelf niet mis-
ueeld zijn, er in bijna iedere Holland-
6cne familie die zich respecteert, een
lid de verven weet te beugen en een
kwast te banteeren, zijn de gasten
vooral in den beginne met de
meeste welwillendheid ontvangen en
is hun de gelegenheid tot bevredi
ging hunner kunsiziunige begeerten
niet onthouden. Meermalen heeft zich
zelfs het geval voorgedaan door
die groole welwillendheid eenerzijds,
zoowel ais door onvoldoende kritisch
inzicht onzer landgenoolen aan de
andere zijde dat er onder onze gas
ten waren, die, vrijwel geïgnoreerd
of althans laag aangeslagen binnen
eigen landspalen, bet in onze goede
omgeving tot een voor ben ongekende
reputatie gebracht hebben, waardoor
ze den oorlog zooal Diet zegenen dan
toch allerminst vervloeken willen.
Nu gaan ze, fier ojigeriebt, lijk ltu-
bensen en Van Dijcken, door Hol
lands polderland. En wij laten ze in
hun waarde, zonder ze daarin aan te
tosten, hun namen verzwijgend en
hun de winste, die zoet is, niet mis
gunnend.
Het is echter jammer en dat wel
vooral voor ons zelf dat wij van de
enkele buitenlandache ar listen van
meer bete.ekems, die door de omstan
digheden onze grenzen overschreden
hebben, niet eenzelfde in daden om
gezette belangstelling door onze land
genoolen ziea aan den dag leggen.
Voor den hier gestorven Rik Wouters
heeft men zich het is waar voor
eenige jaren geïnteresseerd. Een
Walter Vacs, een Degouve de Nunc-
ques vinden bij de kritiek der groote
bladen de meest gunstige ontvangst,
doch het publiek, liet veelkoppig,
betweterig monster I» it ze mei een
enkele uitzondering aan hun iot over
J'n schenkt zijn gunsten aan wie
handig pralen, gewichtig artistiek
doen en goed verkappen kunnen.
Dc Hollander in goeden doen is in
zijn geestelijke bezittingen ja ook
daarin gaarne vóór alles: koop
man meent hij zelf, al zou sjacher
aar hem beter beteekeDen en ln.
waardeert eer een artist die zich een
grooten „omzet" weet te verzekeren
dun een, die daarvoor de capacitei
ten mist en die zelfs over eigen werk
geen goed woord te zeggen weet. En
tenslotte troost de gedachte, dat het
altijd zoo geweest 1b en dat de gan-
6che volksstammen die er niets van
begrijpen, onuitroeibaar blijven.
Een schilder als Vaas is, in zijn
weinige rumoerigheid, ln zijn rustige
levenswijs in bet, alleen des zomers
een weinig verlevendigde Veere, het
type van den voornamen Vlaming.
Een fijne intelligentie ln den regel-
matigen, rustig-willenden kop, die lot
ln het uiterste verzorgd, toch niets
verwijfds heeft, spreekt stil uit klare
oogen. Mooie witte handen bewegen
argeloos en ongewild door den don-
.keren baard van den toch nog be
trekkelijk jongen man, die zijn klee
ding weel te dragen. Zonder vorme
lijkheid, van perfecten vorm, zonder
jovialiteit, van bekorende omgangs
wijs, zonder bruutheid, van groote
zelfverzekerdheid en met de loege-
keerdheid naar anderer inzicht die,
echt, alleen bij innerlijk beschaafden
voorkomt, zoo i» Vaes; een gentleman,
in den ouden zin.
Verleden week bad ik het genoe
gen zijn laatste werken te zien,- met
hem te praten en 's avond» van den
overheeten Augustusdag, met hem
van Veere naar Middelburg te wan
delen. Nu en dan bleven wij stilstaan
om de doffe slagen te tellen die, aan
de Belgische kust opereerende, schiet
tuigen door de stille avondlucht zon
den. Het gezoem was geen oogenblik
uit de stilte en begeleidde ons praten
in hoofdzaak zijn praten over
de dingen die ginder, waar de scho
ten vielen, gebeurd waren of stonden
te gebeuren. Zonder zich om de po
litieke colerietjes te bekommeren, die
malkander wantrouwen, malkander
beschimpen, misschien malkander
niet begrijpen, leeft Vae» afzonder
lijk, doch voelt warm als Vlaming
voor zijn Vluamsclie land. Zijn ge
boortv, zijn opvoeding, zijn figuur
enfin, beletten hem iot de dik-doc-
ners te behooren, tot de veel leven
om niets makers onder zijn landge-
nooten, die de café-terrassen onzer
steden niet bun onnoodige opgewon
denheid ongewenscht verlevendigen.
Meen nu echter niet dat het een droo-
niende estheet, een precieuss vernuf-
teling is, onze heer Vaes. Hij ls zoo
reeei levend aJs de Scheldekado te
Antwerpen en hij is als dc beste
Vlaaiusche kunst, vol fantasie.
Ik vertel u oud nieuws als ik zeg
dat wij, Hollanders, in ons geeste
lijk bezig-zqn, dus ook in schilder
kunst, geen fantasie te over hebben.
Een goed deel onzer romantiek in
de litteratuur kan niet buiten de his
torie en zuigt daar maar de stof uil
die ze dan verder zoo een beetje met
verdichtsels van niet te gewaagden
aard omkleedt. Zoo Van Lennep, zoo
Bosboom Toussaint. De historische
roman moest in Holland een vruchb
baren bodem vinden. En toen het
realisme ln de litteratuur troef werd,
waren we eveneens er als de kippen
bij. Er zijn nog nooit zooveel schrij
vers en schrijfsters het acbr ij f hand
werk gaan beoefenen ais sinds de
artistieke reportage een kunstwerk
genoemd werd. Met de accuratesse
van een notarisklerk is men, beroem
de voorgangers, zelfs daarbij nog,
angstig volgend, het document gaan
verzamelen. Eerst de artistieke pro
tocollen over des menschen doening
en gebeuren, dan, verfijnder, over
zijn psyche, over zijn ziel, die, in ve
zeltjes uiteengerafeld als serie mi
croscoop-preparaat] es word opge
diend. Bijna alles laboratorium- of
studeerkamer-arbeid. Waar, wij Hol
landers dan toch ook eigenlijk zeer
geschikte eigenschappen voor bezib
ten. Waarna men elkaar verteld
beeft dat men, een zelfs zeer aanzien
lijk, deel bad aan de wereldlittera
tuur, wat misschien een beetje over
dreven was. Maar fantasie? Een
geestig spelen van het bestaansmo-
gehjke met het alleen ln droom be
staanbare; althans ongewetene? Niet
thuis. Er zijn natuurlijk enkele uit
zonderingsgevallen aan te wijzen,
mnar de norm is fantasieloos. Alleen
hier ligt al een diep verschil met on
ze broeders van beneden den Moer
dijk. Ginds is de fantasie een volks-
diug, bij koffie en pattatte. Hier een
geïmporteerde lekkernij voor fijnproe
vers. Wilt ge een typeerend voor
beeld? In de twee Hollandsche week
bladen, gemeenzaam bekend als de
oude en de nieuwe Groene, werken
twee teekenaars met tweederlei „fan
tasie". ln de Nieuwe Groene, Van
Raerndonck, een jonge Vlaom; ln de
oude: Jantje, een niet meer zoo jon
ge Amsterdammer. Vraag nu aan
tien uwer kehnissen (geen Kun&t-ver-
staanders maar. zoo eenvoudig weg
uwe „kennissen") wiep van beiden
ze meer waardeeren, en ge zuil zien
dat Jantje wint! En toch is Jantjes
fantasie hoe aardig ook nu en
dan het eenige uitgangspunt: dat het
een kind is dat in een hoekje krab
belt, is vastgehouden, veel en veel
armoediger, dun di^ van Van Raern
donck terwijl die op zijn beurt nog
niet een» altijd oer-oorspronkelijk ls.
Maar Jantje en zijn grapjes is wei
heel juist wat in Holland gewenscht
wordt en wat daar buiten slechte een
oogenblikje, zoo en passant, gewaar
deerd zou worden, vermoed Ik.
Maar we spraken over Vaes. En de
fantasie van hem, den Vlaam. Hoe
was het ook weer? O, jazoo. In
een hoek van zijn atelier stond een
versch doek, een stilleven, een rog.
Nu zijn vlsch-stillevena ook ln onze
kunst overtalrijk. Van v. Beyeren tui
Willem Roelofs vindt ge ze ln soor
ten en buitengemeen goede. Waa dit
nu zoo geheel anders? Ja en neen. De
De Hollander ziet een rog, vindt dien
prachtig van kleur, neemt hem kalm
mee nuar buis, brengt hem in lit.
atelier of legt hem op een aanrecht
en conterfeit hem meesterlijk. We
willen dit laatste alth&ns aannemen.
De Vlaam komt thuis, vindt in de
gang een teenen mand staan, waar
in juist op dat moment een reuzep-
rog zoo paa door de huisvrouw van
den viachboer gekocht, zich ln wreed-
martelende kronkeling omhoog heft
en ln die verwrongen positie sterft.
Den Vlaam pakt eerst die bizarre
doodsstrijd van den overeindataanden
viBcb, het fantastisch gebeuren det
van den rog een ander wozen maakt.
als van een Lnokoon dien de dood
omstrengelt; en dén ziet hij de prach
tige kleur van het beest. Hij zet nu
heel voorzichtig houtjes onder het
dier om den stand vast te houden en
gaat het dan schilderen. En als het
dan klaar i» zegt „men": „ik heb
nog' nooit een visch overeind zien
staan". Voor die soort opmerking is
de Hollander gevrijwaard, omdat hij
even weinig fantastiek geschilderd
heeft als de „men" weinig fantastiek
kijkt.
De fantastiek van Vaes' etsen be
grijpt men eer. Zijn „Invasion deè
monstres" is als verbeeldingsspel ge
makkelijker te volgen. Er is veel op
te zien en de bedoeling, als histolre
contemporaine, duidelijk. Maar den
rechten smaak er voor heeft men hier
niet Wij vinden niet spoedig dat
een kunstenaar andere dingen mag
zien dan wij zelf. In Vlaanderen-
land ls »meh daarin guller. Men is
daar in die muterie meer thuis.
Dusdanig werk van Vaes, dat ver
band houdt met James Ensor, ia via
dezen weer verbonden 83n den ouden
Breughel. En ge vindt de parallellen
ln de litteratuur terug.
En zoo bleef lk dus bij honk toen
ik mij de vervelende treinreis kortte
Inderdaad had dit boekske dat ef
fect met de lezing van /le pas ver-
achenen „Huwelijksreis" van Charles,
de Costef (door mevr. Van Gogb—
Kaulhacli voor de Meulenhoff-Kditle
vertaald).
De Coster, de schrijver van den
onaterfelijken Tijl Uilenspiegel 1» wel
echt van de familie van Ensor. Mis
schien zelfs nog echter dan Ensor
zelf, die altijd nog eenig nlet-
Vlaamsch bloed in de aderen heeft.
Maar het bizarre wijf Roosje, die ln
dit boek rond-bezemstokt ls wel heel
prachtig van teekening. Ge ziet En-
BorV kwaadsprekende skeletten met
den palmtak-omslagdoek. Ze is be
lachelijk van giftigheid cn tegelijk
zielig om haar in den wind verwaal-
de eigenliefde, die ln haar kind een
uitweg zocht: zij is monstrueus en
onwaarschijnlijk doch levert onder
dien vorm het eeuwige de afgunst
van de moeder op den man die haar
dochter neem'.. Het oer instinct, niet
verbloemd of ln verfijnde psyche-ont-
leding uiteengerafeld maat' fantastiek
(daar hebben we het weer) verbeeld,
met een rijkdom van menschenken-
nis die zich veroorloven kun te »j>e--
len met zichzelf omdat hij onuitputte
lijk ie.
Hoe reëel, zuiver teeke... De Cos-
ter de genegenheid van de echtgc-
nooten, met dat heerlijke met de
natuur gemeenzame, dat, bijvoor
beeld, ook in Timmermans' Pallie
ter als een champagne-loust over
de boorden der nlledagsheid
schuimt. Dat Paul een beetje oreert,
een beetje vademecum van zo.de le
venswijsheid is, wat hindert het in
dit kader, dat toch immers geen rea
listisch schilderij omsluit. En. in
tusschen, hoe reeel blijft, ln dc f-.n-
taatiek van het geheele geval, dc on
dergrond en zelfs sommige versie-
rende deelen van den bovenbouw,
als Rooejee heritmeringm
ling van haar eigen iv o le* yrij-
eOerstijd. En Siska, de meld, rij
geen monumentje van boersche zie-
legrootbeid, al bevliegt ook haar zoo
hier eh daar de oreerpassic, die nu
eenmaal in De Coster en ln den tijd
waarin de Voyage de Nocer ver
scheen (18?2) regel is, en door b< in
hier speciaal ^gehamsterd schijnt.
De vertaling van mevrouw Van
Gogh laat zich vlot en aangenaam
lezen, en al» het haar initiatief ge
weest is, dat de Meuleuhoff-serie
met dit deeltje vermeerderd;, dau
mogen we haar erkentelijk zijn. Al
leen, al» Je zoo'n boekje in den trein
leest en geen Van Dale bij de hand
hebt, zou je wel willen weten, wat
„uitzet" voor lekkers is. Als me
vrouw Van Gogh van die uitzonder
lijke zaken presenteert, mag er zon
der gevaar voor sclioolniev'terij v..i
een nootje (onder de ptMfiua) bij.
J. H. DE BOIS.