Hums Dn Te booi en te gras. De Oorlog. S TWEEDE BLAD. Dlntdag 8 September 1918 X. Jaren ec jaren geleden, toen ik nog in Amsterdam woonde, beleefde ik eens een gevalletje, dat mij de vorige .week, bij bot lessen van een couran ten-berichtje, weer te binnen schoot. Ik was ,,en pension" bij een eerza me weduwe en had tot naasten buur man een kruidenier een koineuijs- man, noemde men dit soort leden der maatschappij toon noe die behalve een goed beklanten winkel, een omiifc- itaanbaar humeur had. Dit humeur was hoofdzakelijk een uitvloeisel van 'smana ontevredenheid en vitzucht. Van alles zag s hij den slechten kant. behalve vau zich zelf. en op iedereen en nog wat had hij 't een of ander aan te mc-rken. uitgezon derd natuurlijk oi> datgene wat hij zelf dacht, zei of deed. Hit bemoeide zich met alles. waarmee bii niets te insken had en stak zijn neus in zaken, waarvan hij go"n sikkepitje verstand had. Hat hij dit. lichaamsdeel fi guurlijk gesproken dan wel tens brandde of anderszins beschadigde, bwchouwde hij natuurlijk als een fout in de inrichting der maatschappij, maar geenszins als een gevolg van zijn -eigen karakter-gebreken. Zijn meest sprekende karakter-trek was een glo'iende hekel aan de politie. Ik bedoel hiermee niet een zekere vrees oin met dit onderdeel der open- J bare mach. in aanraking te komen.; •maar eeu onuitroeibare zucht om de agent n tegen te werken, in de wielen ts rijden, lastig te vallen en zoo mo gelijk te plagen en te tergen. Kon h.j op de een of andere wijze (ie arrestatie van een booedoener ver hinderen of bemoeilijken, dan zou hij dit nooit nalaten en in het opstoken van de altijd aanwezige straatslijpers, om de agenten een ,,loe>r te dreaien". was hij een eerste baas. Tot hii eiudrl'jk zelf tegen de lamp liep. Op een Zaterdag ;i vond bad baas Pietersen een paar bestellingen bij lijn klanten rondgebracht, terwijl zijn vrouw, oudergewoonte, op den win kel paste, 't Was najaar, laat, nieu we maan en dus donker op straat, went de verlichting liet toen. zelfs in j de groote steden, nog wel wat. te wen- scben over. In een nauwe straat eeu paar hon- i dtrd meter van zijn woning verwij- j ifrrd, zag onze baas een oploop en tusschen de hoofden der nieuwsgieri-1 gen glansde de helm van oen agent, j Daarop vloog de heer Pietersen na- tuurlijk af ais een mot op het kaars licht en met zijn stevige armen, gehol pen door zijn winkelmand, baande hfj zich een weg door den drom omstaan- ders en kwam dus midden in den kring. Daa,r zag hij een opgeschoten straat- lummel met behuild gelaat, die juist door den agent bij den kraag werd ge pakt. „Wat is hier te doen?" vroeg baas' Pietersen. j De agent antwoordde niet. maar een j slagersknecht zei grinnikend: ..Hij 'hob gestolen 1" „Och," riep Püterscn op ironischen toou, .x-ker bij een bankier op de Heereugracht!" En zich pardoes voor don beklaagde plaatsend, zei hij ,,Hob jij gestolen, vriud?" ,,Neohuilde do jongen. ,.7* lie-» geu het!" „Nou," hernam onze kruidenier uu op quasi goed moedigen toou tegen den ftgent. ..au hoor je het zelf! Hij zegt. dat hij het niet gedaan heeftWaar-1 oin moet je dien jongen dan meo ne men? Ik zou zeggen, laat hem los en ais er gesto'en is. zoek dan den iccfctc." Als eeuig antwoord pakte de agent zijn arrestant nog wat steviger in den kraag en zei..Allo. menschen, gaat ecu beetje op zij en laat mij door!" Maar dut »\*s niet de bedoeling van onzen baas! Hij knipoogde eens tegen do omstanders, k'.bpte den agent altijd nog schijnbaar vriendelijk- oyerredeud, muar tamelijk hardhan dig op de borst en zei..Maar als die jongen nou niks gedaan heeft I 1 k Mg, laat. hom Ioopen 1 D© politie is er toch niet, om het ons, burgers, las tig te maken ..Hoor een?." zei de agent drei- Soud, bemoei jij je met. je eigen za- en en hinder mij nietl... Kom. voor- uit iij En nij trok zijn arroStant achter zich aan. „Nou, nou," riep Pietersen giftig, „jij heb wel zoo'n mes op zij, vader, maar als 't er op aan komt. doe jij nog nikai" En spottend stak hij de hand uit n?ar de sabel van den agent, alsof hij die wilde afnemen. Om zijn wapen te verdedigen, moeet de agent nu even zijn arrestant los laten. In minder dan geen tijd had de slungel zich op den grond l&teu val len en kroop door de beenen der ora- slanders uit den kring. En toen hij zich verderop in veiligheid zag. schreeuwde hij den agent spottend toe: „Adjuusl'' en holde den hoek om. Natuurlijk ontstond er nu een ge weldig gedrang. De agent zag geen kans, om den vluchteling in te halen. Baas Pietersen had 'm natuurlijk ook gesmeerd en liep grinnikend van pret naar huis en het publiek verstrooide óch langzamerhand, behalve een paar menschen uit de buurt die door den agent schenen te worden ondervraagd. Even later stapte Pietersen zijn winkel binnen, maar... dat was me daar een herrie I Zijn vrouw A"Mtd tegen oen paar buurvrouwen met rood gezicht en op gewonden gebaren te oreeren. te ver klaren, te wijzen en uit te leggen over iets, dat haar zoo even was overko menZoodru ze haar man zag, schreeuwde zij „Arie, wij zijn bestolen!" ..Bestolen!" echode onze baas. ,,Ja, voor 50 of 60 gulden op zijn minsti" En voor de vierde of vijfde maal herhaalde de vrouw: „Zie j'e, daar kwam zoo'n slungel den winkel in en vroeg een half ons pruimtabak. En net dat ik boven op het trapje sta om het van de plank te krijgen, iioor ik wat. Ik kijk om en zie dat lange mirakel dwars over de toon bank liggen. Hij had de winkelia opengetrokken en stak er net zijn hand in En toen hij merkte, dat ik hem in de gaten had, greep hij, wat hij pakken kon en holde den winkel uit. Ik hem na! Maar ja, haal zoo'n langbeenige mug maar eens in! En bovendien, ik kon den winkel niet aJleen laten! Ik schreeuwde nog: „Houd den dlefl" en toen voelde ik mijn beenen niet meer. Al ons bank- p.ipfc-r is uit de la en zeker nog wat zilvergeld ook! 't Is schandel Zoo'n schurk! Je verdienste van een heele week weg! Zestig gulden! „Was het een lange lummel, met oeri blauwe boezeroen aan?" vroeg baos Pietersen op benepen toon. „Precies", antwoordde zijn vrouw, „en een groezelige pet op met een stukkende klep! Dat heb ik in de gau wigheid nog gezien!" Onze kruidenier viel op een stoel neer en vloekte. Het kwam hem hoogstwaarschijn lijk voor, dat hij zelf den dief, die hem bestolen had, uit de handen der politie had verlost, en bij nader on derzoek werd du- veronderstelling ze kerheid! Wal onze i-uas nu het land had! En wat kreeg hij den wind van voren van zijn vrouw! Wat moest hij hoo- ren over zijn domheid, koppigheid en dwarsdrijverijl Maar daarmee was de zaak nog niet uit! De agent bad onderzoek gedaan en niet lang daarna kreeg de heer Pie tersen eeu proces-verbaal thuis we gens het hinderen van de politie ln de uitoefening van haar ambt- 1 Van den kantonrechter kreeg hij I eveneens 'n ongemakkelijken uilhran der plus honderd gulden boete, bene J vens de belofte, dat hij, bij herhaling van het feit, vast en zeker op gevan genisstraf kon rekenen. Honderd zeetig gulden scha; onge noegen met zijn vróuw; de spot der buren de les was duur geweest' Maar geholpen heeft die ook! Dit oude gevalletje schoot mij weer te binnen, toen tk las, dat in Amster- I dam een rijwleldief op heeterdaad was betrapt. En waarlijk terwijl de arrestant nuar het politiebureau werd overge- bracht, koos een zeker deel van het publiek zijn partij, bemoeilijkte de agenten, verloste den dief en liep er zelf in! in Engeland veel practischer gewerkt wordt! Veel minder paperassen; kort recht en onmiddellijke bestraffing van de overtreding! E. T. GROEN. Een paar personen, die den dief hadden helpen ontvluchten, werden zelf gearresteerd. Eén van hen was een zeevarende. Nu vraag ik in gemoede: „Wat be- J zielt toch zulke menschen?" Zij heb- J ben met de zaak niets te maken! Zij I welen niet, wat de arrestant heeft uit-j gevoerd! Maar toch tégen ie po litie! Als zij nu later hooien, dat zij een rijwieldief hebben geholpen' Als zij zélf de gevangenis indraaien of een flinke boete moeten betalen wat dén?Zou dan hot naberouw komen? Ik twijfel er aan! 't Is zekeren men schen aangeboren, om tégen de poli- f Ue, tegen alle gezag in te gaan* Raak niet aan hun eigen heilig huisjel Of laat de politie het niet wagen, hen te negeeren als zij zelf bescherming noo- dig hebben! Lieve hemel, dan zijn zij ineens belastingbetalende burgers, die recht hebben op dit en recht op dat, kortom, dan hangen zij van rechten aan elkaar! Maar plichten ho maar! Moe zou het toch komen, dat een Londensche politic-agent, de bekende Bobby, het publiek zoo in zijn hand heeft, zoo stipt de orde op straat weet te handhaven en zoo weinig in zijn ambt wordt gehinderd? Ik geloof te mogen zeggen: „Omdat Fe uiileiors "DE RIDDER KNOL F. DE SINCLAIR. 34) O zoo ging Knol voort, nut eten zou u niet lusten. En nou hoeven ze volstrekt niet eiken dag oesters en sjampie op derlui tafel te hebben en geen biefstukjes en kalfs- aotterletjes ook. muar een flink s^uk •pek en op z'n tijd 'n bonk koeie- rleesch en volop brood en piepers, dat bomt eiken werkman toe en daur lij kent, het hier nog niks op. Voor u hier kwam, meneer Knol, •prak de graaf, heb ik nooit één klucht over slechte levensvoorwaar den in de gemeente vernomen, maar sedert u zich hier gevestigd heeft, schijnt het wel, dat de grootste ln yun de ingezetenen van Olmhoven ontevreden is met zijn lot, vooral ook, sedert de tram er is gekomen. Die ontevredenheid is uw werk, en die ontevredenheid is tot heden het eenl- «e zichtbare resultaat van uw be moeiingen. (I zult me ten goede hou den. dat ik voor zoo'n resultaat niet 61 vee' waardeering kan hebben. We leven nog in eentiid- Qv«rzi«ht. Vrijwel over 't gebeele front Ype renSoissona hebben de Entente-le gers nieuwe, vorderingen gemaakt. Dorp op dorp wordt bevrijd! De belangrijkste terreinwinst ia be haald tusschen de Sonxme en de' Scar pa, waar de Engelschen weer ge steund door drommen tanks bij Jen weg naar Kamerijk een aanval deden. Op eeu breed front werd een gedeelte van 't krachtig georganiseerde verde- digingssyateem bij DrocourtQuéant genomen. Deze Duitsche stelling stond be kend als de nieuwe Hinden burg-linie. Zij moest sterk zijn aangelegd, met een doolweg van ver sterkte loopgraven enz. en móest die nen om Douai en Kamorijk te be schermen. Dit Eugelsche wapensucoes is be vochten door de Canadeeze®. die hun linie daar ter plaatse over een front van 5 mijlen vooruilbrachten, waar van 2 ra ijl deel uitmaakten van de nieuwe Hinden-burg^linia Door 't succes van den Engelscben aanval rijs' opnieuw de vraag die we ook al eerder stelden of de tanks nog zullen toelaben, dat de beweging3- oorlog in een loopgruven-krijg ver start. Er zijn nu aanwijzingen van 't tegendeel. Zullen de Duitechers 't op de echte Hindenburg-linie wel kunnen bolwer ken? Op de kaart~is te Óen, dat de Duitse hers steeds meer daarheen ge drongen worden. Uit het Briteche hoofdkwartier wordt gemeld „Er gaat een gerucht, dat onze voorposten het Canal du Nord, vijf mijlen ten O. van de veroverde lime bereikt hebben." Reuter meldt nog. dat de Britten bij dr-aen aanval een 3000 k 4000 Duitscners gevangen namen. De Duitsche staf erkent, dat de En- gelschen ten Z.O. van Atrecht en ten N. van Péronne terrein wonnen. ,,D« Duitsclie reserves vingen den stoot op" zoo vervolgt Ludendorff, di plomatiek de nederlaag verzachtend. Van liet Engelsche front wordt ge meld, dat achter de Duitsche linie bij Armentlères branden worden waargenomen, waaruit wordt afge leid, dat de Duitschere ook op dit deel van het front willen terugtrek ken. De Times bericht, dat de Eugel- schen ook ln Festubert, een voor stad van Lens, zijn binnengedron gen. Bij Y'peren maakten de Engelschen ook weer vorderingen. In den Leie sector werd Estaires bezet. De Engel sche linie loopt nu over VormezeeFc— W. vau Wulverghem Neuve Eglise Steenwc-rck—EstairesLacoutur, Op unze kaart is te zien hoe de Duitschers ook op dit frontdee! terug trokken. 't Front is daardoor wel ver kort en gemakkelijker verdedigbaar- geworden, maar zoo geven de Duit schers alle in 't voorjaar me» zooveel offers gekochte aanvais-voordeelen op. De Franschen blijven tusschen de Oise on de Aisne krachtig aanvallen. Nu i9 weer eeu nieuwe stoot gaande. Van-Duitsche zijde wordt medege deeld, dat de ontruimde steden en dorpen bij Ypereu ook niets meor dan puinhoopen zijn. In Bailleul staat blj- i geen heel huis meer. In Augustus hebben de Engelschen aan 't Westelijk front 57.318 gevan genen gemaakt, waaronder 1283 offi cieren. Zij veroverden 657 stukken ge schut en 5750 machinegeweren. Naar schatting van den correspon dent van Havas uun het Fransche fiont hebben de Franschen sedert den 18den Juli 75.900 gevangenen gemaakt en 700 kanonnen genomen. Aan de Telegraaf wordt van 't En gelsche front gemeld: Verklaringen van Duitsche krijgs gevangenen eu documenten, die in handen van de Engelschen zijn ge- j vallen, toonen aan. dat liet moreel in een deel van het Duitsche leger ern stig is geschokt. De arUllerievoorbe- reiding en het versperringsvuur der Engelschen bij Péronne hebben een graad van volmaaktheid bereikt. In een Duitsche legerorder wordt ge meld, dat een groot aantai gevallen voor den krijgsraad zijn behandeld, waaruit blijkt, dat de soldaten weige ren met hun afdeeling naar de vuur linie op te rukken. „De officieren verzuimen gehoorzaamheid van de lafaards te eischen. Zij moeten hen zonder aarzelen met revoh erscl'Otcii neerschieten". De militaire deskundige van het N. v. d. D. merkt op: „Men wachte zich echter aan het begrip „verslagen" een al te groote beteekenis toe te schrijven. De Duit schers hebben een slag verloren en gaan terug, maar hun legers zijn I I S IJPBREN 0 KEMMELBERG HAZEBROUCK i t I ARMENTIèRES 'o 1+ -v BAPAL'MR I ALBBRT V MONTDIDIER X X X X PBRONN1 CHAULNB9 ST. QUBNTIN -V -V NOYON V X 601SS0N8 m h hd Hult voor 't offensief der Entente-leger», XXX front heden. O O O De Hindenburg-linie. 4- +- De nieuwe Hlndenburgllnle van Drocourt naar Quednt, niet vernietigd, niet gedecimeerd. Het aantal gevangenen, door de Ge allieerden gemaakt, 13 niet bijzonder groot. De terugtocht van Hindenburg geschiedt in goede orde. En waar de Franschen en Engelschen bewezen hebben dat het verlies van een slag, van tienduizenden manschappen en honderden kanonnen en van zeer uit gebreide gebiedsstrooken geenszins de mogelijkheid uitsluit van een te genoffensief, kon men iets dergelijks ook van Duitsche zijde verwachten. De Geallieerden zijn alleen in zoo verre In het voordeel, dat zij hun gelederen iedere maand met een honderdduizend geestdriftige Ameri kanen kunnen aanvullen, ongere kend hun vermoedelijk grootere voorraden materiaal". De Duitsche Keizer verliest den moed nog niet Hij seinde aan den gemeenteraad van Berlijn o.a.: ..Rotsvast ben ook ik overtuigd, dat geen vijand het hei lig gebouw van het Duitsche rijk zal kunnen schokken. Nooit zijn de Duitschers te overwinnen geweest wanneer zij eensgezind zijn. Ik weet, dat heel het dappere, offervaardige Duitsche volk met mij één van zin is in krachtig volharden tot een eervolle vrede is bereikt. Hetgeen de Duitschers aan het front en in het eigen land aan offervaardigheid, kracht van daden, trouw tot in den dood hebben verricht, ter verdedi ging van ons bestaan en van ortze heilige rechten, heeft geen ander volk vermogen te doen. Onvervaard, moedig en hard als staal zien wij eensgezind de toekomst tegemoet. Wij zullen alle stormen goed en roemrijk weerstaan. Dat geve God-" j De rijkskanselier heeft van maar schalk Hindenburg een telegram ont vangen waarin o.a. staat: „Dankbaar de volkomen overeenstemming bij on zen gemeenschappelijken arbeid ge denkend, uit ik de hoop dat U nog lang als kanselier van het Duitsche rijk moge werken. Duitschland heeft een zwaren strijd te bestaan; de vijand tracht telkens opnieuw de be slissende doorbraak te forceeren, die hem tot dusver is mislukt. Wij heb ben nog zwaren strijd voor ons, maar het Duitsche volk weet, waar het om gaat; het weet dat het op de slagvel den van Frankrijk en Vlaanderen den heiligen grond van het vaderland ver dedigt De jongste uitingen van de vijandelijke staatslieden hebben ons opnieuw bewezen welk lot Duitach- land wacht als het dezen strijd niet zegevierend doorstaat. Het sterke ver trouwen dat het vaderland in de na- tionnla eendracht onzer strijdende troepen stelt om den overmoed onzer Onza Laehbosk Twea kantoorbedienden werden op zekeren dog verrast door bun patroon, die hen bezig vond met kaartspelen. Hoe komt het toch, dat lk jullie nooit aan het werk vind? vroeg de patroon. Ik weet het heusch niet, mijn heer, antwoordde een van hen. Misschien komt het wel, doordat u rubber hakken aan uw, laarzen hebt! A.: Je kun* niet eens meer een goeie vijfcentssigaar koopenl B.: Jawel, its je er een dubbeltje voor betaaltl vijanden een zekere nederlaag toe te brengeji is echter volkomen gegrond." Het Briteche vakvereenigingscon- gres i9 te Derby geopend; 4.531.985 werklieden waren er vertegenwoor digd. De voorzitter bepleitte een inter nationale arbeiders- en socialisten- congres, al veroordeelde hij da Duitsche misdaden. „Het is de plicht der arbeiders el ke gelegenheid aan te grijpen, om aan den vreeselijken oorlog een ein de te maken. Hiermede bedoel ik niet, dat een oneervolle vrede tot el- ken prijs moet worden aanvaard, maar een vrede, die volgende ge slachten tegen de verschrikkingen van een oorlog zou vrijwaren." Hij verklaarde, dat een interutionaal arbeiders- eu socialistisch congres van groot nut kan zijn voor het sluiten van een duurzamen demo- cratischen vrede. Men kon slecht* zijn verachting uitspreken wegens wreede daden als het torpedeeren van de „Lusitania". van het hospi- taalschip „Llanovery Castle", -1* executie van rniss Cavell en kapitein Fryatt, maar het doel moest zijn een bijeenkomst te houden, om d® geschillen op te lossen. Daarom be pleitte spreker het internationalisme der arbeiders. Maar het congres zelf is niet zoo vredesgezind als de voorzitter! Al» voorlooper van het congres werd na melijk een anti-pacifistische bijeen komst gehouden. Daar werd een mo tie aangenomen, waarin de geal lieerde legers en vloten met bun schitterende overwinningen geluk gewenscht worden, en waarin verzet wordt aangeteekend tegen eenlga vredesonderhandeling met de cen trale mogendheden, alvorens da autocratische dynastieën der Ho- henzollerns en der Habsburgers onj- •ver zijn geworpen en het ruw ge wold van het militarisme volkomen is vernietigd. Voorts wordt in deze motie de be lofte afgelegd, dat men de zaak der geallieerden zal steunen totdaü' de overwinning verzekerd is. Kolonel Will Thome, Labour-lid van het Parlement, verklaarde dut 90 pcL van de menschen in Enge land zouden weigereD, de regeering toe te ataaa vrede te sluiten alvo rens de geallieerden een volledig® overwinning hadden behaald. Het parlementslid Thomas xeide te gelooven dat Duitschland op dit oogenblik niet alleen gaarne status quo ante zou aanbieden, maar ook den Elzas aan Frankrijk zou willen terug geven in ruil voor een vrije hand In het Oosten, maar liever dan een vrede van dien aard te aanvaar- &en, zou hij geheel het Engelsche ras uitgeroeid willen zien. (Toejui chingen). Hij bepleit een vrede, dl® niet alleen het militarisme doodt, maar die aan alle volkeren het volstrekte zelfbeschikkingsrecht ver leent. (Toejuichingen). Uil Rusland. Deaanslag op Lenln en Oeritzkya Uit Berlijn wordt gemeld: Ten opzichte van den aanslag op I-enin wordt gemeld, dat de daderes aan gehouden is. Zij heet Dora Kaplan, er. is utt Kièf geboortig. Zij is een bekend aanhangster van de terroris tische partij. In 1917 pleegde zij reeds een aanslag op het hoofd van de politie te Kief. Zij werd daarvoor tot 13 Jaren kerker veroordeeld. De toestand van Lenln is betèr go- worden. De geneesheeren hopen op een goeden afloop. Uit Petersburg wordt geseind, dat de moordenaar van Oeritzky 'n stu- dent van de polytechnische school is. Als mottef gaf hij ideëele over wegingen op. perk van noemt het es van overgang, zei Knol, wat uit het veld geslagen. O, zooo antwoordde de graaf op langgerekten toon. Het nuttige elfect van uw beginselen zal het volk óus pas in de toekomst waardeeren. Dat is edn schrale troost voor de thans levenden. Maar afgescheiden daarvan, meneer Knol, ging hij op anderen toon voort, we zullen maar geen onvruchtbaar debat openen over de sociaal-democratische utopiën, die u blijkbaar voor verwezenlijking vat baar acht Trouwens u, zoomin als ik, wij zullen zeker niet lang genoeg leven om van de verwezenlijking van die fantastische idealen nog getuige te zijn. Laten we dus dichter bij huis lil ij ven, laten we ons bepalen bij het tegenwoordige en bij de meest nabije toekomst. Wat stelt u zich daar van voor, voor uw eigen persoon? Laten we daar eens over spreken. Met welk doel is u bijvoorbeeld hier in Olmho ven komen wonen? Knol keek verbaasd op, bij die plot selinge wending van het gesprek. Ja, sprak de graaf, u vind die vraag blijkbaar wat vreemd, maar toch beheerscht ze voor een belang rijk deel ook wel degelijk de kwesties, die we reeds aanroerden. Ik geloof, meneer Knol, dat ik het niet mis heb, wanneer ik beweer, dat de Illusie, die u koesterde, toen u de Ridderhofstad de Slruysenhof kocht, op een groote misrekening, op een groote teleurstel ling is uitgeloopen en ik geloof ook, dat die teleurstelling, meer dan uw beginselen, u gebracht hebben, tot het voeren van zoo'n felle oppositie tegen liet bestaande régime in Olm hoven. En de oogen van den graaf van Tienen staarden ijskoud in die van Knol. Nou sprak de laatete na een oogenblik, op een wat heeschen toon, 'n beetje Is daar van an dat wii ik weten als jullie me anders hadden behandeld dan zou ik mis schien Wij hebben u niets in den weg gelegd sprak de graaf, do on welwillendheden begonnen dadeli, van uw kant; u liet freule Dumacr en mevrouw Dubour wegjagen, toen die dames op uw landgoed volkomen tn goeder trouw, champignon» zochten en mij verbood u zonder eentge aan leiding, den overgang over uw ter rein, terwijl u dadelijk begonnen is, met door ten hooge afrastering onz>- beide goederen te scheiden. Dat was toch mijn recht, ant woordde Knol, die hoe langer hoe meer van zijn stuk raakte. - Ieder ls toch baas op z'n eigen terrein? Ongetwijfeld, gaf de graaf toe, maar was volmaakt overbodig op zoo'n onheusche en onbeleefde wijze een recht te verdedigen, dat niemand u betwistte. Daarmee heeft u die da mes en mij beleedigd. En verwachtte u werkelijk, dat wij na dat gebeurde onze deuren gastvrij voor u zouden openen, zoodra u zich maar aanmeld de? Knol antwoordde niet Bovendien vervolgde de graaf, ik zal eerlijk zijn. Ook zonder die Incidenten, zouden we u toch nooit ontvangep hebben. Die illusie, ik heb daar straks al op gezinspeeld, heeft u gekoesterd, toen u de Ridderhof stad kocht, muar die illusie zal nooit verwezenlijkt worden. Dat 1$ onmogelijk. U en tk, w: zijn geen menschen die bij elkaar hoj ren, die elkaar kunnen begrijpen; uw levenswijs, uw taal, uw gedachten, uw beginselen, zijn de mijne niet: wij aristocraten leven, spreken, denken en handelen in een sfeer, die nooit de uwe zal worden, die voor u onbereik baar is. Een voorbeeld, meneer Knol. Die afrastering tusschen uw bezitting en de mijne. Kijk, sedert ecuwen heb- ben onze landgoederen aan elkaar ge grensd cn noch de leden van mijn ge slacht, noch de Tronck's hebben er ooit ove r gedacht op die grens een af- rastering te plaateen. Dat hebben menschen uit mijn kring niet noodlg; die eerbiedigen dl.anders eigendom ook zondc-r dat. Maar dat begrijpt u niet, dat is een opvatting, die voor u t« ruim is. Ik kies dat voorbeeld, om dat het zoo frappant is. Dit hekwerk... Maar begon Knol, die on rustig op zijn stoel zat te draaien. Pardon onderbrak de graaf de interruptie met een handbewe ging ik zeg, dit hekwerk sym boliseert als het ware den slagboom, die uw beginselen daar hebben opge richt, als een voortdurend beletsel voor de wederzijdsche families om ooit met elkaar in aanraking te ko men. Als ik geweten had, dat u dat zoo zou opvatten sprak Knol op verdrietigen toon, 't kost m« 'n schep geld, maar als 't u hinden go- i ik 't er uit, laat lk er 'n hoenderpark mee afzetten. O nee, 't hindert me heelcraaal niet, antwoordde dc graaf met een lachje en een licht schouderophalen, 't zou me nu zelfs spijten als hei weg ging. 't Staat daar zeer wel op zijn plaats. Maar om nu weer op ons punt van uitgang terug tekomen, me neer Knol; 1U wil u waarschuwen, denkt, dat u met uw geld alles zult kunnen verwerven, wat u begeerli toeschijnt, bovenal de positie van een landedelman, lk leg den kleu-tooa op dat laatste woord. Maar daarin vergist u zich. U kunt een Ridderhof stad koopen met heerlijke rechten, maar u blijft altijd de plebejer, a kunt 'de bevolking hier nog tienmaal groo tere voordeelen bezorgen, dan u nu al doet, ze zullen u altijd blijven bo schouwen als hun gelijke in-beter- doen; ze zullen opzien tegen uw geld, niet tegen uw persoon en dat kan ik ii met absolute zekerheid zeggen, van mij en de mijnen, ik bedoel de aristo cratie van Olmhoven, zult u steeds verder af komen te staan. Meneer Knol, u merkt, dat lk even oprecht mijn meening zeg als u de uwe en ik vertrouw, dat on^ gesprek geen van beiden zal berou wen. Ik behoef u niet te zeggen: we zijn beiden menschen, menschen met deugden en gebreken, en wellicht is onze waarde als mensch dezelfde Waarom niet? We kunnen elkaar ook wederzijds achten, en misschien waardeeren, doch we hebben, ieder voor zicü, iels, wat ons altijd zal go- scheiden houden. U uw plebejer- schap en ik, mijn aristocratie. De graaf van Tienen zweeg. Knol stond op, hij zag bleek; er trok iets langs zijn mond en door zijn kaken of hij op 't jiunt was utt tc bar sten ln woede, maar hij bedwong zich, zei alleen wat hecschig: 't Is goednou weten we pre cies wat wo aan mekaar - hebben Hij boog. Meneer de graaf. Graaf van Tienen had gebeld, stond op cn opende de deur voor Knol. Meneer Knol (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1918 | | pagina 5