De Voorzitter deelde mede dat nu de arrestanten niet meer be hoorlijk in arrest kunnen worden ge steld. Hij gaf daarom aan den Raad in overweging om ten minste aan B. en W. een crediet te verleenen om drie arrestanten lokalen verder af te laten werken. De heeren Bies, De Vries en V e r k o o y maakten er bezwaar te gen dat de cellen op een heel andere plaats worden gebouwd dan waar voor de Raad toestemming" had ver leend, zonder dat de Raad daarin ia gekend. De Voorzitter zette uiteen, dat 'b perceel Cronjéstraat 85 onge schikt was om in te richten als poli tiebureau en dat in 't perceel 21 wel de cellen geschikt konden gemaakt worden. B. en W. hadden geen gele genheid om bij den Raad de zaak eer der aanhangig te maken. De heer Verkooy houdt vol dat B. en W. 't perceel Cronjéstraat niet als een politiebureau hadden mown öo«n inrichten zonder dat de Raad er in wae gekend. Bij den heer' Verkooy sloot de heer Blom zich geheel aan. De Voorzitter verdedigt nader d» houding van B. en W. en wethou der Boss zet uiteen dat eerat, na dat arrestanten uit cellen waren uit gebroken, besloten was om in perceel nr. 21, de cellen te doen bouwen. De Voorzitter zegt dab B. en iW. alioen een noodmaatregel namen, mefc 't oog op de arrestanten. Er is ook niets anders gedaan dan 't bou wen van de arrestantenlokalen. Door hen werd vertrouwd dat de Raad B. en W. ter wille zouden wenschen te zijn. Besloten werd om te verklaren dat aanvaard wordt f 153.900 als Rijksbij drage-voor den bouw van school C en om B. en W. te machtigen, zoo noo- dig, do raming wegens arbéidsloonen te overschrijden. Verder om ten behoeve van den bouw van die school aan te gaan een tijde lijke geldleening van ten hoogste f 150.000. Ds Schotonsche gasfabriek Door den heer Blom waren aan B. en W. de volgende vragen gesteld; le. Is' het B. en W. bekend dat de direqteur der gemeente-gasfabriek een ingezonden stuk heeft doen plaatsen in de Stads-Editie O. H. Ct. van Dinsdag 24 December 1918 en dat genoemde ambtenaar daardoor de belangen der gemeente kan schaden? Zoo niet, dan overleg ik hierbij ter informatie een exemplaar van het blad. 2o. Hebben B. en W. genoemden ambtenaar over zijn optreden onder houden? 3e. Is het B. en W. bekend dat de directeur der gasfabriek veranderin gen heeft aangebracht in de arbeids overeenkomsten voor 28 dagen, door de woorden hoogstens 28 dagen" te veranderen in „onbepaalden tijd" en door art. 10 der overeenkomst te doen vervallen? 4e. Kunnen B. en W. ook zeggen hoe 't mogelijk is dat er uit de lesse naars van het personeel der gasfa briek een bedrag van ruim vijfhon derd gulden gestolen is, terwijl er toch een brandkas! bestaat om zulke bedrageu op te bergen? 5e. Kunnen B. en W. ook opgeven hoeveel geld er in den nacht van 27 op 28 December j.l.nacht, van de inbraak, in de brandkast der gasfa briek aanwezig was? 6e. Waarom zijn de gelden der fa briek niet behandeld ingevolge art. 12 der instructie van den directeur der gasfabriek, d.w.z. waarom zijn de bedragen boven f 500 in de kas voor handen, niet op de door B. en W. aangegeven wijze geplaatst? B. en W, hadden daarop geant woord Ad. 1. Het ingezonden stuk in de Stads-Editie van 24 December 1918 was ons niet eerder bekend dan na de ontvangst van een exemplaar van hei blad, ons toegezonden door den heer Blom. ad. 2. In verband met het antwoord op de vraag 1, moet deze vraag ont kennend beantwoord worden, ad. 3. Neen, niet dan nadat een paar dier overeenkomsten, met de aangebrachte wijzigingen, zooals door den heer Blom bedoeld, aan ons wa ren overgelegd. ad 4 en 5. Het verslag van een daar omtrent door ons gehouden onder zoek wórdt hierbij overgelegd, bene vens het antwoord van den directeur op een door ons daaromtrent aan hem gerichten brief. ad 6. Uit het schrijven van den di recteur, aapgehaald onder 4 en 5.' blijkt wat de reden is van het niet de hand houden aan het voorschrift van artikel 12 der instructie. Dat die redenen gegrond zouden zijn, kunnen wij niet inzien. In de eerste plaats toch zou het door de loopers geïnde bedrag tijdig aan den directeur ter hand gesteld kunnen worden. En tot het betalen van reke ningen kan toch te allen tijde mach tiging aan de bank worden gegeven. Alleen ten opzichte van de 2 1/2-ct-. stukken zou voor strenge toepassing van artikel 9 eenig bezwaar kunnen lu verband daarmede achten wij bat dan ook wel wenschehjk cit ar;ikel te wijzigen. Het kantoorpersoneel heeft ue ciuuer zijn berusting zijnde bedra gen ten onrechte met afgedragen. Do heer Blom protesteert tegen wat verluidde, nL dat hij tegen den gasdirecteur zou ageeren, omdat deze niet R.-k. is en zegt met de door liem gestelde vragen met eenig poliuek doeleinde te nebben, maar alleen 't algemeen belang van de gemeen te op 't oog geliau te nebben. Hij gaat ver der een en ander na uit 't geen door den directeur in een ingezonden stuk in de Stads-Editie is gezegd en «her- j baalt de vraag of aan de gemeente al dan niet een extia-ranisoen kolen ls verstrekt. "Verder zet hij uiteen dat in dat stuk cijfers werden gebezigd die aan de raadsleden niet bekend waren en dat 't aan twijfel onderne- vig is of door dat ingezonden stuk de belangen van de gemeente niet hadden kunnen worden geschaad. Dan komt spr. er tegen op, dat de directeur in eén instructie een ver andering aanbracht, wat z.i. niet de laak van een directeur kan zijn, maar wat des ruads is. iuaien die -verandering is aangebracht met goedkeuring van B. en W. laten B. en W. dat dan zeggen! Naar aanlei ding van de gestolen f 5UU uit de*»gas- fabriek meent spr. dat daarvoor ver antwoordelijk dienen te worden ge steld diegenen die de gelegenheid ga ven om dat geld te stelen. Hij wil na der ingelicht worden hoe 't kon ge beuren dat kantoorpersoneel de onder zijn berusting zijnde bedragen ten onrechte niet heeft afgedragen. Syr. hoopt dat de directeur zal lee- ren inzien, dat hij directeur en niets dan directeur is. De heer v. d. V a 11 haalt aan een artikel uit de Nieuwe Haarl. Cu dat volgens hem door den heer Blom is geschreven, wat de heer Blom ech ter pertinent ontkent. De Voorzitter verzoekt dat daar er niet zekerheid is, dat de hc-er Blom van (lat artikel de schrijver is, den heer Blom daarbij niet voortdu rend aan te halen. De heer Blom interrupteert voortdurend en de heer v. d. V a 11 verzoekt hem kalm te laten uitspreken. De heer v. d. V a 11 gaat voort met dat artikel te bespreken en zegt dat Jan publiek daaruit conclusion gaat trekken die niet opgaan. Hij gaat verder na de richting van gemeente- personeel en concludeert dat daar onder slechts 9 soc.-dem. en weinig vrijzinnigen zijn, zoodat niet kan worden neweeru, dat 't vorige colle ge van B. en W. de vriendjes, dat zijn soc.-dem. en vrijz.-dem. bevoor rechtte. De Voorzitter zegt, dat 't col lege van B. en W. bij benoemingen nimmer op de politieke of de kerke lijke kleur van de sollicitanten let. De heer Verkooy oordeelt, dat wanneer er sprake is van een schade doen aan 't gemeentebelang, dat veel meer van den kam van den heer Blom dan van dien van den directeur van de gasfabriek geschiedde. 1 deelt mede, dat de heer Blom, naar hem is meegedeeld in een tram, tegen een vriend verklaarde: „de di recteur is een schurk" en van hem verder kwaad zeide. Dat is, aldus spreker, een opzetten van minder personeel tegen den directeur. De heer B 1 o m: 't Is onwaar, ik heb dat niet gezegd. De heer Verkooy gaat voort: De heer Blom moge dan niet 't 14e raadslid zijn dat in de N. Haarl. Ct. schrijft, 't is wel bijna zelcei dat hij dan dicteert, want in dat blad staan uitingen uit geheime raadszittingen in kleuren en geuren vermeld. De Burgemeester zegt, dat 't college van B. en W. ten aanzien van benoemin gen onpartijdig is. wat aangaat een van de wethouders trek ik dat in twijfel. Vanochtend had plaats de benoe- ming van een onderwijzeres en niet 1 nummer een, maar nummer twee van de voordracht werd benoemd, Uit de stemmen konden wij nagaan, dat mede een der wethouders op nummer 2 heefi gestemd, Wij de soc.- dem. en de vnjz,-dem. lieten elkun- der onze stem zien, omdat wij ver moeden, dat meer bij stemmingen worüi gekonkeld. De ,V o o r z i 11 e r zegt 't laatste geen behoolijke manier van doen te vinden. De heer Loerakker: Met dien eenen wethouder bedoelt men zeker mtj. Indien men aan mij partijdig heid wil ten laste leggen, dan wil ik verJilaren, dat ik steeds volgens ge weten stem. Het is met loyaa» om mij in een zuas te bellekken, waarmede ik niets te maken heb. Men kan mij niet ten laste leggen partijdigheid bij benoemingen of voortrekken van Iemand. De heer Pruschen stelt in het licht dat 't meer gebeurt dat nummer 2 van een voordracht wordt benoemd. Hij betreurt verder 't Bchrijven van 't 14e raadslid die z.i. niet weeigeeft 't gevoelen van de minderheid van rechts in den raad. Eveneens spijt 't hem dat zaken ais die thans aan de orde zijn in den raad komen. In deze gemeente, aldus spr., is een rustige arbeidersstand. Dat hier toch allerlei quaesiies zijn komt, omdat men Sier te weinig groot werk kan doen en dan g&at men allerlei kleine quaesties ter hand nemen, wat men niet moest doen. Het doet aan den spr. leed, dat de gasdirecteur aanleiding heeft gevon den om in een courant te gaan schrij ven, want de gasdirecteur heeft al leen te maken met B. en W. en dé gascoinmissie en wanneer die in hem vertrouwen aftellen, dan is er geen reden voor den directeur om in een oourant te gaan schrijven. En B. en W. én mede de raad, meent spr., waardeeren den directeur als een ijverig man en hij mag er van over tuigd zijn, dat de raad-hem zijn ver trouwen schenkt. Indien er critiek werd ultgeoefen dan gold dat B. en W. en de gas- commissie in de eerste plaats. In het schrijven van den directeur vindt spr. de uitdrukking „Ue gemeenheid viert hoogtij" ongelukkig gekozen, want dat gaat niet op. Indien de di recteur klachten meende te hebben, dan had hij zich tot B. en W. dienen te wenden. Inmiddels kan spr. be grijpen, dat de directeur zich wilde uiten en wil hij de" vrijheid van den ambtenaar eerbiedigen. Van den heer lieer Blom snapt spr. niet dat deze kan verklaren: „ik ga niet naar de gasfabriek om inlichtingen, want daar wordt een rad voor de oogen gedraaid". Hij oordeelt dat aan de gasfabriek steeds eerlijke inlichtin gen worden gegeven. Do heer V e r t o n heeft er nim mer aan getwijfeld dat de heer Blom niets dan 't gemeentebelang op i oog hau, maar meent dat de heer Blom in dit geval 't gemeentebelang op een zeer bijzondere manier diende, een manier door hem niet verwacht van een fijngevoelig man en e>en man met een goed doorzicht als do heer Blom is. Hij oordeelt dat de lieer Blom op een andere manier 't ge meentebelang had moeten dienen. Volgens hem mag een gemeente ambtenaar wel in een blad schrijven, want een ambtenaar heeft niet alleen 't vertrouwen van B. en W. en van den raad, maar ook van 't publiek noodig. Wanneer een ambtenaar aan critiek onderhevig is, dan is er ge vaar dat zijn gezag wordt ondermijnd en is zulk een ambtenaar* iemand met een gevoel van plicht en van ver antwoordelijkheid én met een gewe ten, dan kan spr. niet er mede in stemmen dat 't hem niet past om te gaan schrijven. Het karakter van de door den heer Blom gestelde vragen maakt, meeni spr. niet den indruk van een gemeen, tebelang te dienen. De hter Blom schreef: „De heer Boxs heeft gezegd, dat de guldensprijs van 't gas is in gevoerd om Den Haag een rad voor de oogen te draaien". Daarbij dient men te bedenken, dat de heer Boxs iemand met een gemoedelijke op\u tiug is, die de draagwijdte niet snapt van wat hij zegt. Wanneer men dan zulk een gezegde aanhaalt, dan be nadeelt men daarmede de belangen van de gemeente of althans kan men dat doen. De conclusie ?an den spreker is, dat de heer Blolh wel heeft gemeen.i 't gemeentebelang te dienen, maar dat hij dat deed op zulk een manier dat 't tegendeel is bereikt van wat lir bedoelde. De heer Boxs zegt: Ik wil aan den heer Verton zeggen, met deD Iheer Biom wu ik n»ei uieer aan den praal gaan, dat ik na de zitting zeide De Voorzitter verzoekt, den heer Boxs niet in persoonlijkheden te vervallen. De heer Bies: Dat is nu al de tweede maal dat, de heer Boxs aldus tegen den lieer Blom sprak. Dat gaat niet aan. De lieer Boxs dient te bedenken, dat hij bier in een over- lieidscollege is. De heer Boxs gaat voort: Na de raadszitting zeide ik: ,,Ik hoop dat wij gauw weer koien krijgen en dan niet den guldensprijs behoeven toe. te passen." Ik zal mij overigens "iets van al daj, geschrijf aantrekken. Ik weet niet eens meer wat in dat art ikel van den heer Blom staat. De heer H o o ij: In al deze discus sies gaat de kern, waar het om gaat, verloren. Ik meen, dat de gasdirec teur iets deed, wat niet door den beu gel kan, onder meer door het ver- anderen in een contract, maar daar mede heeft hij mijn vertrouwen niet verloren. De heer Verkooij, die nu opkomt tegen de manier van optre den van den heer Bloan, heef») Inder tijd tegen andere ambtenaren een zelfde manier toegepast. En daar men het had over partijdigheid bij benoemingen herinnert) spr. er aan, dat toen in den raad een meerder heid van links kwam, eenige R.K. niet meer in het Burg. Armbestuur werden herkozen. De Voorzitter zegt, dat in de zaak van den diefstal van f 500 aan de gasfabriek door B. én W. een on derzoek werd ingesteld en dat hij de 1 gedane vragen niet anders bean.tr woorden kan. Want spr. leest met alle couranten, maar slechts één courant en hij las daar niet in der gelijke dingen, als waarop de heer Blom doelde. Verder deelde spr. mede, dat de directeur hem had gezegd er niet aan gedacht, te hebben, dat het noo dig was voor een verandering in het contract naar den raad te gaan. Hij had hem gezegd, het daarmede niet eens te zijn. Wat aangaat de quaestie van de gestolen f 500 verklaart 6pr. dat eenige leden van het personeel geer» 'tijd hadden gehad om gelden aan den directeur voor te rekenen en dat aldus die gelden niet in een brand kas: waren opgeborgen. De heer Blom zegt nimmer de Haarlemsche couranten te lezen en nimmer iets te hebben me degedeeld uit een geheime zitting waarin aan de leden geheimhouding is opgelegd. Hij heeft nimmer aan de R- K. pers één cent verdiend, maar wel aan de couranten van an dere richting en dus is het a'8 vanzelfsprekend, da: hij niet tegen iemand zal gaan ageeren, omdat hij niet R. K. is. Alleen liet gemeente belang wilde spr. dienen. Als Raads lid achtte hij zich verplicht zijn mee ning ie uiten, toen de gasdirecteur feiten openbaar maakte die aan de raadsleden niet bekend zijn. Hij wenscht dat de gasdirecteur alleen directeur is en nie.8 meer en dat hij niet 'de rechten van den raad of van het college van B. en W. zal aanranden. Verder zegt spr. dat hot met in zijn voornemen lag om over deze zaak bij de verkiezingen te opreken, maar dat, als anderen het dan wel doen, hij zich niet onbetuigd zal laten om zich te verdedigen. Ik heb nimmer gezegd, eindigde spr. in den gasdirecteur geen ver- trouwen te stellen, hoewel ik van soc. dem. over den gasdirecteur wel een ander schriftelijk oordeel zou kunnen overleggen. Ik zie in hem geen schurk. Wanneer in den raad een rechtsche meerderheid mocht ko men. dan zal die meerderheid niet ■gaan vragen naar de richting van gemeente-personeel, maar alleen be kwame en goede ambtenaren verlan gen, doch personen, die ambtena ren en nie:s dan ambtenaren zijn en die zich aar» hun instructie houden. De heer B i e e dient mede namens de heeren Pruschen en de Vries een motie in, waarbij de raad, naai- aan leiding vao de besprekingen over de vragen van den heer Blom. „in het algemeen zijn volkomen vertrouwen In het beheer van de gasfabriek uit spreekt." De Voorzitter zegt, dat z.i. iva® geen wantrouwen ln het be heer van de gasfabriek is gebleken. Dat bdheer is niet aangevallen en er is geen wantrouwen voorop gesteld. Hij geeft daarom in overweging de j motie anders ie redigeerenj De heer Loerakker zegt, om principieel© redenen tegen een motie van vor- of wantrouwen ie zijn. In dien hij dus tegen de motie zal stem men, dan sluit dat niet in zich, dat hij in den directeur geen vertrouwen stelt. Dat Is met het geval. De heer Hooij zag», niet alles in de Nieuwe Haarl. Cl. ;e .ezen en het niet altijd eens te zijn met w&l in die courant wordt geschreven, doch dat hij, wanneer hij he: met piet eens is, dit niet altijd te kun- ■nen tegenspreken. De heer Blom zegt, da: bij hem nimmer van het uitspreken van v»an- trouwen in het beheer van .den direc teur is sprake geweest. Dat was bij hem niet de opzet. Na deze verklaring trekt de heer Bies de inoti© in. Behandeld wordt nu nog het voor stel van den lieer Hooij Inzake den gasprijs, dat wij reeds mededeel den. Bij de behandeling daarvan dien de de heer V erkooy een voorstel in, om te besluiten, dat het rantsoen pver 6 maanden te zamen zal wor den geteld en dat daarna voor gas. dat te veel is gebruikt f 1 per M3 zol betaald worden. In de toelichting zegt spr. dat dan wat in de ecne maand te veel is ge bruikt in de andere aal kunnen wor den ingehaald en dat wellicht indien er wai meer kolen komen, het s'os- rantsoen zal kunnen worden ver hoogd. Het voorstel van den heer Hooij wordt, met 47 stemmen verworpen en dat van deu heer Verkooij met 2 stemmen tegen aangenomen. Tegen stemden de beide wethou ders. Tenslotte ging de raad om 7 uur over in eeji. zitting met gesloten deu ren tot behandeling van behistingre- clames. Niet de heer H o o y, zooals wij gisteren door een schrijffout vermeldden, maar de heer Ver kooy deelde in den Raad mede, dat de hc-er Verton weer lid was gewor den van de sociaal-democratisch* raadsfractie- Binnenland DE EX-KEIZER. Wij lezen ln het afdeelingsverlag der Eerste Ka mer over de Begroeting van Bui'-en- landsche Zaken: Uitvoerig werd van gedachten ge wisseld over den Duitechen ex-kei zer, eenige vreesdon dat op ons land een gevaarlijke verantwoordelijk heid zou komen te rusten, indien de ex-vorst mogelijkerwijze aan hef hoofd eener beweging tot herstel der monarcliie zou terugkeeren uit on« grondgebied, anderen achtten d« vrees daarvoor geheel ongegrond. Burgerlijke Stand SCHOTEN. Geboren: Huibertus, s. v. H. van Doorn en Anna Schenlen. Martina Cornelia d. v. P. Spiering en M. Heemskerk. Jansje, d. v. H. A. Tweehnijsen en B. Vóórhaar. VOETBAL. De bfliteuspelregel. We lezen net volgende in hefc ,'MaandagochtendBlad": Zooals wij ln ons vorig: nummer mee deelden, werd op de vergadering van de Football-league do verandering van den buitenspolreget behandeld. Een voorstel om te bepalen, dat men ln plaats van 3, minstens 2 spelers voor zich moest hebben, kon geen Instemming yinden. Voorgesteld werd evenwel om de middenlijn te doen vervation en lijnen te trokken, evenwij dig mot «n op 80 yards afstand* van de doellijnen, waardoor het veld ln 3 stuk ken werd verdee»d. Voor dat middelste aluk zou de bliilenKpdregol dan niet gel den. Practlsch gesproken zou derhnave de buitenspelregel oerst ln werking tre- °ItfnSeve«r 5° meter afstand vun het doel Dit voorste» zal aan het bestuur van de Football Association ter bestudeering worden overgelegd. Iu verband hiermede hebben wij ons ge wend tot eenige Nederlandsche scheids rechters, die meermalen 'bij landen wed strijden de leiding haddon, met het ver zoek om hun opinie over dón buitenspel- regel mede te deelen. De heer H. A. MEBBUM TEBWOGT Vaa zoo vriendelijk ons onmiddellijk to ant woorden, zoodat we hier zijn meening kunnen afdrukken. Een blik op de uitslagenlijsten van Engel- *cbe voetbalwedstrijden doet aanstonds zien, uat er bij professional-wedstrijden in Engeland bij uitstek weinig gedoelpunt wordt 0—1, 1—1, ,2—1, het zijn de gewone uitslagen, die men tn de kolommen van de dagbladen bij tientallen aantreft. Dit leert ons, dat volmaking van het Bpel aanleiding geeft tot kleine scores en als ik hiervoor naar een oorzaak speur, dan kom ik tot deze, dat het verdedigend spol zooveel gemakkelijker ia dan het aanvallend spel. zoo dat ln de meeste gevallen de -verdedigingen de voorhoeden de baan .blijven. Nu ia het bekend, dat het pobllefc gaarne doelpunten ziet maken. •Een puntloos spel Is als een vrouw z-nder oogen, als een scbeicterechter zonder fluit, als een voetballer zonder Maandagochtendblad in «Ijn zak, en nu zint men in Engeland al Jaren Jang op een middel om een tniaiigfyy doelpnn- tenregen te verwekken. De idéé, om den bultenspelregei zoodanig te wijzigen, dat men ln plaats van 3, ten minste 2 spelers voor zich moet hdbben, is al heel oud. Hot nu geoppende plan is nieuw, of laat ik bescheiden zijn mij althans niet bekend. Het Is inderdaad vernuftig gevonden, maar het zal btj doorvoering van zeer grooten Invloed zijn op hef. spel. T/mmars waar de buitonspeur©- gol eeret op 30 yards van do goal in werking treedt, blijft een rich daar bevindende voor waarts een groot en voortdurend gevaar voor de verdedigende partij en dit zal van zoo groo ten invloed hlijven, dat de backs zich veel meer dan thans op het doel zulten, concentre eren, wat niet bevorderlijk is aan wat men noemt ©en ..open gaune". Het is heel moeilijk om in zulk een geval als dit te oordeelen zonder dat men den regel in da practijk heeft toegepast gezien. GEEN GROOTB BEZWAREN. Groote bewaren zie ik in een en ander niet en !h erken het voordeel, dat het voorhoede- spel, dat vooral in Holland zeer slecht Is, wat gomaikkelijker gemaakt wordt en voorts Is er voor den scheidsrechter dit voordeel aan ver bonden, dat hij nu althans op een aanzien!ijk brok van het terrein niet kan zondigen bij de toepassing van den 'buitenspelregel. Zou er misschien niet eens, b. v. op een Za terdagmiddag, een wedstrijd gehouden kunnen worden, bij welken men den aldus gewijzigd en off-side-regel in werking stelt? Wij zonden dan beter tot oordeelen bevoegd zijn. Mocht do Football Association deze wijzi ging accepteeren, dan zaJ zij ook in Neder land ingevoerd worden, krachtens ouzo over eenkomst met de F. I. F. A.. en ook al zou men hier bezwaren tegen de wijziging opperen, dan zou ik toch steeds te vinden zijn aan de rijde van hen, die blijven aandringen op gelijklui dendheid van de spelregels in alle landen. Wie internationale wedstrijden geleld heeft Weet, dat die gelijkluidendheid als eisen gesteld moet worden en dat wij ons hier richten naar Engelsch voorbeeld, aoht ik geenszins een be- DK HEEB C. 3. GBOOTHOFF schrijft ons over de wijziging van den buiten spelregel: Gaarne voldoe ik aan uw verzoek om mijne meening over de in Engeland voorgestelde wij ziging van den bul'.enspelregel mede te dee len. Om een juist begrip van de voorgestelde wij ziging te kriteen. meen ik goed te doen bij het begin te beginnen m.a.w. eerst eens uiteen t« zetten wat de buitenspelregel voor het tegen woordige voetbal eigenlijk wel beteekenti Heel wat toeschouwers bij voetbalwedstrijden be schouwen dien regel als een uitvinding om 't spel te bemoeilijken, zonder dat ze begrijpen, dat bij buiten werking stellen van den buiten- spelregel. men een spel zou krijgen, dat al zeer weinig op bet tegenwoordige voetbal ge lijkt. Zonder den buitenspelregel souden de Amsterdammers niet meer kunnen genieten van de snelle rennen langs den vleugel van Gupffert of De Natrls, dergelijk spel zou dan immers slechts een nutteloos tijdverspillen zijn. Het dool van het spel tooli is zooveel mo gelijk doelpunten te maken, waartoe men den bal In den kortst mogel'Jken 1ljd bij het vaan del Ijk doel moet brengen. Welk nut zou het nu hebben voor de vleu gelspelers, om den bal, hetzij alleen, hetzij in combinatie met andere spelers, o£ te brengen, wanneer zij zich kalm hij het vijandelijke doei kunnen posteeren en daar den bal afwachten, die hun door de achtcrspelers met verre trap pen wordt toegespeeld. Samenspel zou nog slechts van nut kunnen zijn om vlak voor doel dc achterspelers te verschalken. DE GEVOLGEN". Schaft men den buitcnspelregel af. dan komt een triomftijd voor ver en zuiver trap pende achterspelers en voor handige aanval lers, die. vla? 8>l' den doe'verdr"' "-r tcerd, er hun werk van moeten maken om de van grooten afstand voor het doel geplaatste ballen ln het net te werken. Het in den tegen- woordigen lijd zich zoo sterk ontwikkelend kalShacluraal. "^gedaan. hebben: sjielexs ale De Korver, Hordijk e a., minnen hun emeri taat aanvragen. Immers het zal niet meer mo gelijk zijn, verband te brengen tusschen de nen toe te leggen op verre trappen, waarmede do bal het snelst voor het vijandelijk doel wordt gebracht, ln de verdere verandering, welke asBOciation-Yoetbal bij afschaffing van den buitenspel regel zou ondergaan, wil Ik me maar niet verdiepen; ik meen voldoende aan getoond te hebben, dat deze regel noodzakelijk »s, wil men hec voetbal behouden ln *Un te- gens :<i en van overleg, een spel, waarbij succes slechts door samenwerking van alle spelers kan worden herkregen, een spel vol afwisse ling en leven, zoowel voor spelers als kijkers. Eiken anderen spelregel zou men kunnen wij zigen of uitschakelen, zonder dat het wezen ven het spel er door versnoert, woordigo voethal staat of valt evenwel met den buitenspelregel. - Nu is intusschon de buitenspelregel voor een intelligent acbterspeler een machtig verdedi gingsmiddel en ik kan niet ontkennen, dat een nauwkeurig doorgevoerd gebruik van dit mid del een wedstrijd uiterst vervelend kan ma ken, ja feijelijk het spel geheel en al kan be derven. Gelukkig komt dit ln ons land slechts bij uitzondering voor. Hier rekenen de achter- spelers meer op eigen kracht en vlugheid dan op hulp van den buKenspelregel; het kom', ten minste slechts zeer zelden voor, dat do achterspelers het spelen van den hal eehoel verwaarloozen en er rich uitsluitend op toe leggen om door een voortdurend veranderen van hun positie hun tegenstanders btdteüspel te zetten. In Engeland bij de wedstrijden van beroepsspelers, kont men dit heawaar wél rk herinner mij ecne een wedstrijd gezien te heb ben van Newcastle United, waarbij Mc.Crac'veci, een achterspeler vnn de United, zich niet de minste moeite gaf den bal te onderscheppen. Hij hield slechts den speler, die den bal had. tegen, waardoor de met dien speler oploopende sandere voorwaarts iets dichter bil het doel kwamen en zoodra dan de bal werd afgegeven, moest wel het fluitje voor buitenspel klinken. Door Juiste ?am<'iiiwerking met den anderen achterspeler, werkte dit systeem fnuikend vcor de aanvallers, rich te'Vmr? schaakmat gezet zagen. Het publiek floot Mc. Crackea hartelijk uit, maar de onverstoorbare Schot stoorde zich hleraen nio' hij t.-1?* evenwel nmet een minimum lichamelijke inspanning, den gehee- len aanval lté uur in bedwang te houden'. Om nu een overdreven toepassing van den buiton8pelregel, waardoor het spel natuurlijk telkenB wordt onderbroken, te voorkomen .heeft men reeds herhaaldelijk getracht een wijziging in den regel te brengen, maar bij nauwkeu rige bestudeering van de voorgestelde wijziging bleek het middel steeds erger dan de kwaal. De eenige wijziging van beteekenls, welke ten slotte is aangenomen ia, dat een speler niet meer buitenspel kan staan op z'n eigen speelhelft. Deze wijziging was aanbevelens waardig. daar ecu overdreven gobnrk van - regel er ©enigszins door werd belet, zonder cat het wezen van het spel daaronder leed. Juitzondering was het mogelijk. hetgeen ook wei is voorgenomen nat een elftal de tegenpartij zoo ongeveer binnen het strafschopgebied hield opgesloten. Men bracht daartoe S spelers tot vlak bij het straffe op- gebied en plaatste daarachter achter elkaar de belde backs. Bijna elke poging der inge sloten partij om door samenspel aan de In sluiting te ontkomen, leed schipbreuk op bui tenspel. Door te bepalen, dat men op eigen helft niet buitenspel kon staan, werd dit on mogelijk gemaakt, immers de voorwaarts kunnen zich nu bij de middelt ijn posteeren en dan kan de verdediging der tegenpartij niet zonder gewaar verder dan de middelliln op dringen. Men hield nu voor iedere partij Va speelter rein over, waarop dei buitenspelregel van kracht was en waarop derhalve door samen spel, of door handig drijven de verdediging gepasseerd moest worden. "BEKEKEN VAN SCHEIDSIïECHTERS- STANDPUNT. Nu deze verandering ln de practijk van nut ia gebleken te zijn, wil men nog verder gaan en hot gebied, wsar.n een speler niet hanen spel kan staan, verder verg root en. waarmede wij op de thans aanhangige wijziging rijn go- komen. Het schijnt de bedoeling te zijn het gebied, waarin men niet buitenspel kan staan, tot van het terrein uit te breiden, zoodat voor elk doel slechts een strook van 30 M. zal zijn, waarin de buitenspelregel van kracht ls. De 'bedoeling ls dan tevens om de middellijn t© doen vervallen en te bepalen, dat bij den aftrap de spelers tot den rand van het geble^ wasr:r. z.i -<'et buitenspel staaD. naar kunnen gaan. Bekijkt men de zaak van een scheid*- rechteresdandpunt, dan zou er iet* voor hei voorstel te zeggen rijn. Br zou dan n.l. minder voor buitenspel gefloten behoeven te worden, waardoor het spel ook minder zou worden on derbroken. Thans moet de scheidsrechter een groot, deel van rijn aandacht bestoden aan het toepassen van den bqitenspelregel, hetgeen door de nieuw© regeling soer zou verminderen, waardoor hij meer aandacht aan andere za ken zou kunnen wijden. Bovendien zou men aoor een goede verdeeling van hot werk mot de grensrechters, door bv. aan elk do speciale bewaking van een „buitenspelgebird" te ge ven .een zuivere leiding kunnen bevorderen. Is er dus. van het standpunt van don scheids rechter beschouwd, iets voor een wljetging te zeggen, indien men zaak uit "n ape'oogp'ini gaat beschouwen, zal men tot de slotsom ko men. dat het beter is alles bü het oude te laten. Door de wijziging toch zou men samenspel en snelheid voor Vi van het terrein kannen uitschakelen. Dc aanvallers kunnen zich tot op 30 M. van het doel posteeren. zoodat backs cd halfback? eer tegenpartij wel verplicht zullen zijn bin nen him „buitenspcigeWed" te blijven, daar zij natuurlijk teder een aanvaller zullen heb ben te bewaken. Het gevolg, zal zijn, dat het „neutrale" gebied tusschen de beide „butten- spelgebieden" dertialve ongeveer de helft van het terrein eigenlijk oen soort „no- mans" grond zal worden. Hei zal voor de ver dedigers zaak worden om met verre trappen den bal van hun „bufceaspelsebled" ta tra». pen. jaar ast Tan oe tegenpartij, w». hm eigen voorwaarts den bal <*anr afwachten. Na tuurlijk zullen enkele voorwaarts den bal wel eens trachten op te halen, maar het meeat loo- necd zal toch zijn, een afwachten op de 30 M. lijn, evenals men thans de buitenvoorwaarts steeds bij de middellijn ziet staan waohten. In leder geval zal het spel midden ln het veld een groot© verandering ondergaan, speciaal de opvatting van het halfbaekspel, zal zeer ver- De moeilijkheid voor de middenspelers ia, hoe het verdedigend en het aanvallend ged©el- Ie van hun taak te combine eren. Voor het ver dedigend gedeelte zullen ze bij de voorhoede der tegenpartij moeten blijven, die zich vrij© lijk op 30 M. voor het doel kan opstellen, ter wijl zij om hun voorhoede bij den aanval te steunen, zich in de onmiddellijke nabijheid van het „bnitenspelgeWed" der andere partij moeten bev-nden. He: zal de groote puzzle wor den hoe de middenspelers dien afstand zullen kunnen overbruggen. He< blijft dan steeds nen gevaar, wanneer de middenspelers den bal op brengen. immers raken zij in de buurt van de vijandelijk© verdediging den bal kwijt, dan kan deze met etc. verren trap naar de op 30 M. ia het andere doel geposteerde voorwaarts ■worden gespeeld, die met slechts de tock> lo- genover zich. een goede kans hebben om te doelpunten. Na èezo uiteenzetting zal men be grijpen, dat de voorgestelde wijziging eeu groote verandering brengt in 't wezen van bet spel met rich zal bronzen, eene verandering, welke naar onze meening veel van het belang wekkende van het spel zal wegnemen. Alleen binnen da belde „buitenspelgebiedoa" krijg* men Interessant spel te zien. Ben «eer groot nadeel '.i 't verder, dat B{orko elftallen van de bedoelde wijziging groote Dadeelen kunnen ondervinden. Voor een elftal dat bv. met 5 voorwaarts en 8 middenspelers krachtig aanvalt, zal het een doorloopend ge vaar zijn. dat de voorwaarts der tegenpartij zich op 30 M. afstand van hun doel (nl. .'at der aanvallende partij) kunnen opstellen. Men zal dus 6f het risico van tegendoelpunten moe ten aanvaarden, 6f den aanval verzwakken door een paar halfs In de verdediging te hon den. Het ©enige voordeel ten mineto als men dat een voordeel mag noemen is, dat er meer doelpunten zullen kooien, maar dia meerdere doolpunben zullen niet altijd de be- loooing zijn voor goed spel, wat weer een be zwaar Is Alles bü elkaar genomen, meen ik, dat het kleine voordeel, dat minder voor buitenspel gefloten wordt, lang niet opweegt tegen de hierboven ontwikkelde spelbezwaren, zoodat Dc een wijziging van den bui (en spel regel ln den h'crboven bedoelden geest ten sterkste nou af raden.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1919 | | pagina 7