HAARLEM'S DAGBLAD OM ONS HEEN Buitenlandsch Overzicht DONDERDAG a APRIL 1919 TWEEDE BLAD 1 No. 2604 P ro b I e m e n. ii. Geen twee vrouwen op de honderd I openbare besturen vergen steeds groo- zullen ontkennen, dat het ideaal van i ter bijdagen in hunne steeds klim- de vrouw het huwelijk is enmende algemeen© uitgaven menig hel moederschap. De vrouw is in inkomen zal daartegenover niet groot genoeg wezen, zoo niet al het overbo dige, heel wat weelde, veel dat tot dusver noodig werd gevonden omdat vrienden en kennissen het ook beza ten, verdwijnt Vaders en moeders, die eischen, dat hun dochters het in haar huwelijk „minstens even goed" zul len hebben ais thuis, bewijzen naar toekomst geen goeden dienst. Zoo'n machtspreuk schrikt jonge mannen ai. Stoorden we ons toch maar min der aan de crïtiek van vrienden, fa- dat opzicht veel zekerder van zich zelf dan de man, die zich lang, zeer lang, wijö weet te maken dat ae een zaamheid hem wel een gelukkig leven kan schenken, wanneer zij maar ver fraaid wordt door de vreugde van .zijn dagelijksch werk, genoegens en liefhebberijen. In dit zelfbedrog leeft hij vaak vele jaren, maar er komt onvermijdelijk een dag, waarop hij de vergissing inziet. Dan is het te laat. Trouwt hij dan nog, dan is de rol van zijn vrouw meer die van de I milieleden en buren, die precies we- verpleegster der gebreken van zijn ten wat w ij doen moeten en ons be- ouderdom, dan die der levensgezellin. En wordt deze late echt nog gezegend, dan is het meer met meisjes dan met jongens, waardoor het vrouwenover schot al maar weer groqter wordt. spotten wanneer wij door aan hun eischen te voldoen, ons leven beder ven! Dat geldt niet alleen in de krin gen, waar men zijn dochters naar De huwelijkskans i9 in onzen tijd het gymnasium zendt! Het dringt toch al ongunstig geworden, omdat de overal door. Vroeger trouwde iedere gevloekte oorlog millioenen jonge jonge arbeider. Nu leert menigeen mannen gedood of verminkt heeft. de vrijgezellenwijsheid en in groote Geen wonder dat de Duitsche socio- steden worden voor deze ongelukkige loog Dr. Vaerting in zijn werk „dereenzamen groote huizen gebouwd, Mannermangel nach dem Kriege"waar zij plezierig, goedkoop en ge^ vroege huwelijken aanbeveelt. Nog i makkelijk kunnen wonen en loven, andere redenen pleiten daarvoor de Zoo voort men jonge mannen af van grootere plooibaarheid van jon'ge menschen,- die het aanpassingsvermo gen van de opvattingen en inzichten gemakkelijker maakt en daardoor het huwelijk gelukkiger "bovendien hun bereidwilligneid om genoegen te ne men met een eenvoudig leven. Is eenmaal de man dertig jaar gewor den, dan gewende hij zich allicht aan de gemakken van het vrijgezel lenbestaan, die hij in een huwelijk niet gaarne opofferen zouhij ziet als een borg op tegen zorgen en ver antwoordelijkheden, welke 'hij acht of zes jaar vroeger dapper op zich zou genomen hebben. Daarbiji schrikt de geleerdheid van de hedendaagsche vrouw hem af. Wie zal schatten, hoe veel schade de mode der academische studie aan het aantal huwelijken heeft toegebrachi? Menig meisje ver wijderde, zonder het te weten en ze ker zonder het te willen, een preten- hot grootste grfuk dat het leven kan getvcm: de voldoening over de over wonnen moeilijkheid. Maar ook hier is schuld bij de vrouw. De groeiende tegenzin in „het dienen", de neiging naar fabriek of kantoor is precies hetzelfde als in de kringen van wie financieel zich ge makkelijker bewegen, de drang naar de academie. Maar wordt de jonge vrouw op werkplaats, atelier, kantoor of school voorbereid voor de taak van huisvrouw en de plichten detr kinder verzorging? Natuurlijk niet. Wan neer ook hier het vrijgezellendom zich uitbreidt, zal het juist zijn om de overweging, dal een man meer ge baat is bij een flinke vrouw, die de handen uit de mouw kan steken, dan met een dametje, dat aan de modekwalen van zenuwverslapping of overspanning lijdt. „Dienen" heeft een hatelijken klank gekregen, maar j „dient" men-dan riiet in de fahrieik dent, die terugschrikte van een imjim leerde vrouw op dien leeftijd ziet m~et"haar eentonig'werk,"in"de'school men veel meer dan later tegen de be- met haar woelige kinderen of in belangrijkheid van een klassieke op- (ien winkel, met zijn vccJcischcndc leiding op. Menig jongmensen wenscht i klanten? Mevrouw Van Heerdt geeft iii zijn hart, dat liet vereerde meisje in haar boekje „Een toekomstdroom liever een wiegeliedje leert, dan een over zedelijk maatschappelijke op- Latijnsch citaat, om niet te spreken voeding" de voornaamste grieven van het Gneksch, dat. als een stroo-j van de dienstmeisjes op: geen vol Ten, vuurtje, waaraan nimmer voedsel j vrijen Zondag, weinig avonden vrij wordt gegeven, spoedig totaal ver-en minder loon. dan in fabriek, win- geten is De gymnasiale opleiding kel of atelier. Zij is blijkbaar bereid, moge uit een letterkundig oogpunt daarin te gl?moet te komen, maar het fijnste en mooiste wezen, wat er verzwijgt toch ook de voordeden van te vinden .is, te.der schoolsch onder- j Work der dienstbode niet: onder richt is, ten slotte biets meer dan een de leiding van eon goede huismoeder, fundament, waarop het gebouw later moi goede voeding en eenig salaris, moet. worden opgetrokken. Welnu. vjug ei) met overleg leer en werken, wal komt er la.er van _dit huis te- j kinderen verzorgen, naaien en dik- recht? Hoeveel meisjes brengen haar,wijls ruinjger en afwisselender ko- academische studie ten emoe? En coe j.en dan bij moeder thuis: ik zou er weinig van die weinigen brengen ae aan willen toevoegen, dat het ook vergaarde kennis aan nog m toepas- heelwat gezonder is, dan den lieelen sing? De statistieken zullen leeren, dag binnen de stoffige fabrieksz-aal dat het percentage luttel ts. En ik wu eentonige» arbeid te doen of zich te nog maar niet vragen, hoe uiterst - weinig vrouwen zich dan nog geluk kig gevoelen, wanneer zij den strijd in de maatschappij' als leèrares, medi- cus, advocaat hebben aanvaard. Zoo Ongetwijfeld kan er m de betrede- voelt zich zonder iwijfel menigeen als vaji het dienstmeisje veel ver- de wandelaar, die op den kruisweg beterd worden en dat zal ook geleide de verkeerde route koos en daarop wel gebeuren. Die is al vnjwat zoolang is voortgegaan, dat terugkeer veranderd bij vroeger, toen zij totaal onmogelijk was. pnnoodig avond aan avond in de Langzamerhand is het zoover geko- keuken zat. men, dat ouders het gymnasium deDit dubbele vrouwenprobleem Is ideale opleiding vooral voor hun dus door eenvoud en bescheiden dochters vinden, daarbij onwlllekeu- eischen op te lossen. Natuurlijk on rig zwichtend voor de suggestie van der v™dat d„ inmre man vrienden en bekenden en vooral van de dochters zelf. die net beneden haar waardigheid zouden achten lager te mikken. Meisjesschool, huishoud school, muziekschool worden gemin acht alles wil klimmen tot de hoogte der universiteit helaas, op den steilen berg zitten de mecsten met knikkende knieën doodvermoeid aan den weg. Eenvoud in de opvoeding, ziedaar wat oudera en kinderen zullen moe ten leeren. Niet voor de middelmaat, nog minder voor hen die daaronder zijn, alleen voor de scherpzinnigen en de knapsten is de academische oplei ding bestemd en gescnikt. Voor de anderen brengt zij onvermijdelijk te leurstelling, vroeg of laat. Op dit oogenblik is meef dan ooit die eenvoud noodzakelijk, omdat ook in het stoffelijke de zuinigheid zal moeten worden toegepast. Het le ven is ontzaglijk duur geworden, de aarde, dat de jonge man een behoorlijk loon geniet, waarmee hij het stichten van egn gezin aan durft Het heele vrouwenvraagstuk, zoo is wol beweerd, verdwijnt wan neer elke vrouw een man krijgt en daar is veel waars in. of schoon er destijds mee bedoeld werd, dat dan de vrouwen ook niet meer gesteld zouden zijn op kiesrecht, maatschappelijke betrek kingen of deelneming aan het open bare leven. In geen van drieën moet zij geweerd worden, behoeft zij ge weerd te worden, ook al blijft haar arbeid in 't gezin hoofdzaak. DóArop koude zij steeds liet oog gericht.. Hoe meer zij, in haar jonge jaren, afkeerig is of afkeerig doet van het gezinswerk (gymnasium en fabriek werken in dit opzicht in precies ge lijke richting) des te meer zal zij zelf meewerken tot versterking der rijen der ongetrouwde mannen. Dat wil zeker niet zeggen, dat zij werkloos voor de ramen moet gaan zitten, om uit te zien, of de ware Jo-1 zef al om den hoek komt? Neen, haar dag dient gevuld te zijn met nuttig werk en haai- hoofd met goede ge dachten, wanneer het een en het an der leidt in de richting van haar eenig ware bestemming, \k> eeriige roeping, die haar op den duur be vredigt. Huisvrouw moet zij worden en huis moeder. Niet liuisslavinl Geen getob meer aan de waschtobbe en geen sla vernij aan stop- of maaswerk, dat evengoed buiten de deur kan gebeu- renl En wordt zij geroepen om mee te beslissen over de belangen van de gemeente, dan moet zij gaan. Maar nooit mpet vergeten worden, dat het gezin de grondslag is van iedere be hoorlijke samenleving en dat het oude Schriftwoord nog niets van zijn kracht verloor: „het is niet goed, dat de mensch alleen zijl" J. C. P. „De barometer ter vredesconferen tie staat heden op mooi weer en er heerscht een atmosfeer van optimis me in de kringen der conferentie", zoo weet „Central News" mee to deelen. Wellicht bedoelt dit agentschap met de eensgezindheid de beslissing over de quaestie van de Duitsche grens. Ten aanzien van deze quaes tie schijnt een steeds grootere toena dering te komen tot een formule, krachtens welke het Duitsche Rijn land ontwapend zal worden, terwijl Frankrijk het Saar-dal zou ontginnen en besturen, misschien krachtens een mandaat van het volkerenverbond zonder dat het in het volledig bezit van het. land gestold werd. Maar... ook deze formule voldoeit. niet allen. België is ontevredenl Uit Parijs wordt daarover geseind: „De Raad v. Tien heeft besprekin gen gewijd aan het vraagstuk van den linker-Rijnoever en de rol, die België kan spelen bii de waarborging tegen een nieuwen Duitschen aan val. Welke strekking de gedane voorstellen hebben, is niet uitgelekt, maar er wordt verband gezocht tus- schen deze besprekingen en de plot selinge aankomst te Versailles van koning Albert. Algemeen is men overtuigd dat hij gekomen is om éen beroep op de conferentie te doen en de ongewone wijze waarop hij de reis heeft gedaan (per vliegtuig! verleent aan zijn komst iets dramatisch, waar uit men afleidt dat men in België over do voorstellen der gedelegeerden zeer onthutst is". Koning Albert heeft ook een onder houd gehad met president Poincaré. Ook de Fransche ex-premier, nu oppositie-leider. Briand is ontevre den over den gang van zaken. In een van zijn lijfbladen „Journal" schrijft André Paisant: „Frankrijk is in een soort verdoo- ving gebleven in deze oorlogsjaren. Het. is aangevallen: het heeft zich verdedigd. Het behaalde de overwin ning. En nu, terwijl het nog geheel verdwaasd door die overwinning het licht zoekt, vindt hel slechts duistea nis om zich heen. Waarhoen gaat men eigenlijk? Wat gesoliiedt er? Sinds vier maanden is er een sluier voor zijn oogen. Wat er op de vre desconferentie gebeurt, weet nie mand. Hij slaat de bladen op: overal witte vakken! Men heeft gevochten tegen Oostenrijk, Turkije en Bulga rije geen woord er over. En ziedaar plotselmg Hongarije aan den arm van Lenin. Men h^eft [gevochten tegen Duitschland. Duitschland heeft niets betaald, het heft het lioofd weer op, richt eere bogen op voor zijn soldaten en dreigt en hoont. Men heeft een Po len gevormd, maar Polen roept om hulp. Men heeft troepen te Odessa, maar Odessa wordt belegerd. Men heeft Stoeriê en den Kaukasus be vrijd, maar overal vecht men daar. 'Over Airchangel 'hoort 'men niets meer. Frankrijk heeft den Elzas en Lotharingen teruggekregen, maar de commissaris ervoor is Ln allerijl te ruggeroepen (de Voorganger van MUlerand). Wat gebeurt er? „Er worden conferenties gehou den. Men vermenigvuldigt de com missies. Eerst vergaderen de Tien, daarop de Zes, vervolgens de Yier. Vandaag komen zij bijeen, morgen. Maar men schiet niet op: een beslis sende week wordt aangekondigd, en wo.rdt weer uitgesteld. Duisternis en mysterie." De Londensche Evening News weet met beslistheid te vertellen, indien de Duitsche v r e- desge de legeerden weige ren de vredesvoor waarden te ondertéeke- nen, Foch zij n troepen zal laten oprukken en Duitschland zal laten bezetten. De Duitsche gedele geerden blijven erbij, dat zij uit Weimar de instructie hebben, enkel dan den vrede t© onderteekenen, in dien hij in zijn geheel beantwoordt aan de veert'en punten van Wilson. Enkel op die voorwaarde zouden de Duitschers willen vechten tegen de Bolsjewiki. Hun belooning zou dan zijn dat zij in Centraal- en Ooste lijk Europa dominèeren. De berichtgever van de „Evening News" voegt er aan toe, dat de vre- desonderhand«-laars van de geasso cieerden zich na vijf maanden van onderhandelen om de overwin ning te iiquideeren plotseling ge plaatst zien voor den aanvang van twee nieuwe oorlogen: één tegen Duitschland. de andere tegen de Bolsjewiki. Onder de Volken der geallieerde landen heersclit thans veel verschil van meening; en de vredesonder- handelaars vragen zich af of de -vol ken een nieuwen oorlog zouden goedkeuren. Alle mooie idealen o.a. dat over den volkenbond ver vliegen, nu de onderhandelaars zich met het concrete feit van den vrede moeten bezighouden. Een invloedrijk lid van de conser vatieve partij in Duitschland, prof. Paul Eltzbaeher, publiceert in de .Roode Vaan" een artikel, getiteld \,Hjet laatst,© middef', waarin hij betoogt, dat den Duit schers niet anders overblijft dan het Bolsjewisme nu reeds in te voeren. „De kleine Spitabiirgere, die thans liet lot van Duitschland in handen houden", zegt hij, zijn radeloos. Hun protesten maken geen indruk op de tegenstanders en zij moeten onder teekenen wat men hun. voorlegt. Ook de conservatieve oppositie ziet geen uitweg. Er is nog maar één middel over, dat echter geen middel voor kleiDe geesten is, die zich van het alledaagscli© niet kunnen losmaken en dat middel is: het Bolsjewisme. Het is niet genoeg den vijand iede re» dag te verkondigen", zoo schrijft Edtzbachèr verder, „dat zijn politiek ons in de arinen van heb Bolsjewis me drijft. Dat is de zwakke politiek van d« passiviteit. In tegen jdeel, wij moeten al het kwa de, waarmede het Bolsjewisme Duitschland bedreigt, op ons nemen om de slavernij te ontgaan, en eens gezind ervoOr zorgen, dat het Bols jewisme komt. In de overtuiging, dat, wanneer Duitschland het Bols jewisme aanvaardt, dit ook de wes telijke landen aal overstrooanen en Clenienceau en Lloyd George zal wegspoelen. Maar zelfs als het Bols jewisme niet zal overslaan, is het nog voor Duitschland een voordeel. Hit een Bolsjewistisch Duitschland kan de Entente niet jaarlijksch mil- liarden pulten. Zal het Bolsjewisme niet, mislukken, dan moeten wij liet -ook «eerlijk aanvaarden, het sovjet- stelsel invoeren en onmiddellijk zon der schadeloosstelling op de groot ste schaal socialiseeren. „Daarin iigt geen gevaar voor ons economisch leven, want dit kan door het Bolsjewisme niet meer ge- schaadt worden dan door- de voort durende uitzuiging, waarmede de Entente ons bedreigt.Wel is het hard voor degenen, die een eerlijk ver worven kapitaal bezitten, maar daar mag geen rekening meer mede houden. In 1813 heeft het Pruisische volk zijn goud en zilver gewillig voor het vaderland geofferd, thans mogen de rijken voor de op offering zelfs van hun heele vermo gen niet terugschrikken. Zij zouden het op den duur door uitzuiging van de Entente toch verliezen. ,,Al houdt men liet Bolsjewistisch systeem niet voor juist, overwegin gen van buitenlandsche politiek zijn thans het belangrijkst. Als het Bols jewisme het eénige middel is om het Duitsche volk voor knechting en on derdrukking te verhoeden, dan moeten wij het aangrijpen." Prof. Eltzbacher wijst er aan het .slot van zijn artikel nog eens op, dat hij «en overtuigd conservatief is. De Russen hébben in 1812 hun hei lig Moskou wel ln brand gestoken, tom den zegetocht van Napoleon te fnuiken, zoo eindigt hij; wij kunnen •thans toonen dat ook wij tot groote besluiten in staat zijn. Streeft Duitschland al naar een goede verstar.dhouding met de Bols jewiki in Rusland? Naar het H. N. bureau verneemt, zou de Duitsche regeering voorne mens zijn d© Duitsche troepen uit de Oo6taee„-j>rovilncic-6 in 'Lithauen te rug te trekken, zoodra de Entente hierin toestemt. Maar de Entente zal Duitschland wel niet toestaan den strijd tegen de Bolsjewiki op te geven. De Duitsche meerderheidspartijen hebben een besluit opgesteld om het radenstelsel in de grondwet vast te leggen; het zal binnenkort in de grondwet worden opgenomen. In Duitschland neemt de onrust toe. Te Berlijn staken 30.000 man in de metaal-industrie. In het Rulirgebied is de mijnww kersstaking thans vrijwel algemeen. De onlusten te Frankfort en Stutt gart zijn thans wel bedwongen, maar de zenuwachtige spanning is nog niet geweken. De stand van de voedselvoor ziening te Frankfort moet dan ook heel slecht, zelfs critiek, zijn. De textielarbeiders te Hossel hebben thans ook 't werk neergelegd. Generaal Smuts is door den Entente- oorlogsraad aangewezen om oen on derzoek in te stellen naar de vraag stukken in Hongarije, voortvloeiende uit den wapenstilstand. De handel tusschen de Vereenigde Staten en Duitsch-Oostenrijk zal wor den hervat Ook is te Weenen een Fransche missie onder Allizë aangekomen. De Entente is dus wel gezind om 't gewone verkeer met Duitsch-Oos tenrijk te herstellen. Over de vredesquaefeties w ut nog uit Parijs geseind: D« Raad van Vier heeft opnieuw de kwfeetie der schadeloosstelling besproken. Men schijnt aigémpen Van meening te zijn, dat het zeer moeilijk te reeds nu een globale som te bepalen, die Duitschland gedu rende de eerstvolgende jaren zou kunnen betalen. Alen weet niet, wel ke mogelijkheden er voor Duitsch- land's handel en industrie in de toekomst geopend zuilen zijn. Het schijnt, dat men thans een nieuwe oplossing der kwestie tracht te vin den, die daarin zou bestaan, dat in liet vredesverdrag wordt opgeno men: le. De vaststelling der schadever goeding die Duitschland zal moeten betalen. 2e. Vaststelling der termijnen der eerste betalingen. 3e. Lijsten der betalingsmiddelen, waarover de geallieerden de beschik king hebben om voldoening van hun schuldvorderingen te verzekeren. Tezelfder tijd zouden ook waar borgen voor de betaling der schade loosstellingen worden vastgesteld. Nader wordt nog uit Parijs gemeld, dat Duitschland waarschijnlijk -10(A) a 5000 millioen pond sterling schadever goeding zal moeten betalen. Thans bestaan te Parijs weer plannen om de Duitschers voor de beraadslagingen over het vredesver drag niet te Versailles te laten ko men, doch dit te Spa te doen ge schieden. Er is nog niet veel bekend over de Onderhandelingen tusschen Foch1 en Erzberger over de Danzig-quaes lie. Alleen wordt verzekerd, dat Erzberger in zake Danzig in 48 uur zal moeten beslissen. Verf tijd wordt hem dus niet ge laten' De Duitsche financieel© commissie die met de Entente zal onderhande len over de financLeele regeling van de voedselvoorziening van Duitsch land, is op het kasteel Pi ess is Viiet- te bij CompLègne aangekomen. Verspreid nieuws VOEDSEL VOOR DUITSCH LAND. Het Zweedse!ie Roode Kruis kan onmiddellijk 200.000 ton haring aan Duitschland lei eren. DE INTERNATIONALE AR BEIDSREGELING. Te Parijs is bepaald, dat de eerste officitele con- ferent.e in October te Washington zal plaats hebben. ONVEILIGEELD. De onveilig- heid op enkele spoorwegtrajee-ten In het Eifelgetoied neemt gaandeweg toe. Plunderingen zijn er aan de orde van den dag. Tusschen Ens- kirchen en Liblar bijv. kramen de zer dagem 200. jonge mannen van 18 tot 25 jaar in de trein, verdeelden zich over verschillende waggons en 1 drongen daar de coupe's binnen. waar zij de reizigers, onder bedne - Iging met dolken en ander moord- j tuig, dwongen levensmiddelen en j kostbaarheden af te geven. Qnzs LaGhhosk WRAAK. Hij (juist afgewezen): Nu moei ik mijn heele leven lang vrijgezel blijven. Zij: Alaar waarom dan? Hij: Nou als jij me nie* eens hebben wil! NOG EENVOUDIGER. Schilder. Ik verander een lachend gelaat in e«en weenend met een enkelen streek van mijn pen scel. ATriend: Ik doe volmaakt het zelfde met een enkelen slag van mijn stok. (Prov. Nrd. Br.) Van het Politieke nooiveld. Tonr- 2 April. EERSTE KA,MER. Twee Staatsplichten komen in Eerste Kamer met elkander in coa flict, de verplichting om le stem men en die om de zittingen bij te wonen. "Welken moeten de leden nu gehoorzamen? De lieer De Vos var. Steenwijk meende, dat tte leden in de eerste plaate moeten stemmen, - de heeren Stork en Van Nterop, dat de Eerste Kamer de begrcctin gen moet afdoen. Dat laatste te he sloten, en dus deed de Kamer van daag haar begrootingsplicht. Va!Ier de zittingen nu samen met stemda gen, dan kunnen de leden der EetsU Kamer straks wegens verzuim van hun kiesplicht worden geveitali seerd. Maar er is nog een andere om standigheid die den geregelden or beid der Kamer dreigt te belemme ren en wel het feit dat ook een Minister maar op één plaats kun zijn. En zoo zag men dan met de pauze minister König heengaan om in de Tweede Kamer het spuonvry- dehat te vólgen. Eerst Donderdag» morgen zal hij dus kunnen iui- woorden op de Waterstaatswon schen, welke in den Senaat zijn c uit. De belangrijkste daarvan h® trof de eteclicitrftsvooiziening, d'e de heer Van Swaay geheel n han den van het Rijk wil leggen een oud stokpaardje van dezen hoog leeraar-deskundige. Bovendien zou den dan spoor- en tramwegen ook veel meer dan tegertwoordig nut daarvan kunneaRebben. en de land bouw wellicht door de zoogenaamde electro-cultuur, een nog nieuwe tak ■van wetenschap intusschen, «'.aar- van wij hier nog niet veel meer don den term kennen. De heer Van Swaay noemde het electriciteits vraagstuk even belangrijk als dat van de Zuiderzee, maar veel urgen ter. Dat zullen Zuid e rzee-sp eci ali - teiten wel niet toegeven. Zijn col lega Kraus. echter was het geheel met hem eens. Brabanteche afgevaardigden heb ben de urgentie betoogd van een re geling der waterschapsbelangen dier provincie, waar het vraagstuk van de Beensche Maas en de Peel om op iossing roepen. Beigié stuwt al zijn overtollig water ons land binnen, en als goed zakenman wilde de heer Van Lansch'ot, dat wij voert dé Schelderegeling tot overleg mei Bel gië tegelijkertijd onze eischen ten aanzien van dat andere water- belang zullen formuleeren. D» heer Kraus drong voorts aan op het bouwen van een tweede sluis te IJiiniuiden, waarvoor plannen reeds lang hangende zijn. Hoe staat het daarmede nu? vroeg hij. Antwoord -morgen. De begTooting van Financiën ia er daarna zonder horten of stöoicn doorgegaan. De minister deed, naur aanleiding van een paar opmerkin gen der heeren Van Nierop em Sterk, de mededeeling dat we wel spoedig een nieuwe Staateleening zuilen moeten uitschrijven, en dat d£.... mogelijk wel een gedwongen leening zal wezen. Intusschen over weegt hij de dbor den heer Sterk aanbevolen mogelijkheid, om de bui tengewone belastingen in stukken van de leening (en van vorige lee ningen, met berekening van het koersverschil) te doen betalen, het geen voor den Staj c.i de betalers beide oen voordeel kan zijn. Dat tot die buitengewone belas tingen een heffing in eens voorals nog niet zal behooren, verheugde Feuilleton' VIOLET GUY THORNE. Violet kwam langzamerhand onder den indruk van het verhaal. De man was zoo ernstig. Zij begreep ciei goed, waar hij op aanstuurde, maar zij kwam onder den invloed van zijn be toog. Het late uur, zijn geheimzinnige komst, het voortdurend noemen van haar oom's naam deden hun invloed op haar gelden. Dus u denkt, dat mijnheer Fan- shawo in het geheim werkt met be hulp van onbekende assistenten? Ik weet het zeker, juffrouw. Muur lioe komen die assistenten daar binnen? Op dezelfde manier als ik van avond hij u kwam, juffrouw. Over het water. Ik heb hen zelf gezien! Violet schrok. Ik achtte het mijn plicht om uit le kijken, juffrouw. Ik kan roeien als geen ander, want ik ben in de dokken groot gebracht. Verscheidene nachten heb ik in mijn bootje aan onze eigen werf gclggen juist om den hoek van uw tuin. Er liggen gewoonlijk een of twee stoomschepen en ik kon mijn boot gemakkelijk verbergen in hun schaduw. lederen avond te half twaalf, komt er e*n motorboot, van onzichtbaar groene kleur, de rivier opvaren. Zij vaart door tot het einde van de werf, vijf personen stappen uit en loopen naar het gebouw vlak bij. Mijnheer Fansliawe laat ten bin nen. Om drie unr in den morgen kee- ren zij terug. Violet dacht na en zon met haar scherp zakenverstand óp een wijze om de zaak aan te pakken. Het komt hierop neer, zoide zij, dat mijnheer Fanshawe proeven leidt ln mijn fabriek. Proeven die Ir blijkbaar geheim wil houden. Het ziet er zeer zeker ernstig uit, Winterbo- thain Sir William dicht er zeer ernstig over, juffrouw, viel de kleine man in de reden. Welnu, als mijnheer Fanshawe iets gchcims doet en dat legen de be langen van de firma, dan kan ik hem ongetwijfeld aanpakken. Maar zijn positie hier is vrijwel absoluut en het is mogelijk, dat hij goede redenen heeft om zijne uitvinding, of wat het ook zijn moge, geheim te houden, tot hij liet juiste oogenblik gdkomen acht, Winterbotham fronste de wenk brauwen on schudde het lioofd. U kent mijnheer Fanshawe miet, juf frouw, antwoordde hij. -Hij houdt er een renstal op na, heeft een van de grootste huizen in den omtrek en zijne partijen zijn beroemd. Hij heeft een paar automobielen, hij is de halve week in Londen dat kan een man niet allemaal doen met een salaris van drieduizend pond per jaar. Fn iedere een weet dat hij het vorig jaar tienduizend pond verloor op de „Grand National". Wat wilt u daar dan mee zeg- geai? Ik zal u vertellen, wat Sir Wil liam tot mij zei, juffrouw. Winter botham, zei hij, ik ben veel over dien schurk te weten gekomen. Daarna vertelde hij van mijnheer Fanshawe's gedragingen, ik lteb u slechts enkele dingen er van verteld, juffrouw. Wij hoeven er niet verder over uit te weiden. Als ik eenige jaren geleden ge weten had, wat. ik nu weet, dan zou hij nu geen chef van de fabriek zijn, Winterbotham. Ik geloof zeker, zei hij. dat Fanshawe zich te mijnen kos te rijk steelt. Waar hij op aanstuurt, weet ik niet, maar dat zullen wij sa men ontdekken. Hij is een van de knapste chemisten en ingenieurs in Europa, zei hij, en daarom zal ik hem noode missen, hoewel ik geloof dat Gerald Boynton binnen een paar jaar even goed zal zijn. als hij. JVij moeten even slim zijn als Fapsha.vc! Dat waren vrijwel de laatste woorden, die ik Sir William hoorde spreken, Juffrouw. Den volgenden morgen, toen ik naar de fabriek ging, was mijn meester in zijn slaap aan hartverlam ming doodgebleven. -- De eenvoudige oplossing is, om door te gaan lot wij het ontdekken, antwoordde Violet Als ik zoo vrij mag zijn, juffrouw, we moeten nu dadelijk beginnen, antwoordde de man. Zoudt u van nacht met mij naar de fabriek willen gaan. Ik kan u verzekeren, dat zij weer druk bezig zijn. Violet kende geen vrees. Zij hield boven alles van avonturen. Zij was tenslotte meesteres van alles wat hier stond. Niemand kan dat ontkennen. Zij zou haar bestuur beginnen met de uitvoering van haar oom s wenschen. Ik geloof u, mijnheer V interbo- tham, zeide zij, en ik zal met u medegaari. Zullen wij aan de deur kloppen en mijnheer Fanshawe ons open laten doen. Hij zal een uitlegging moeten geven als ik er naar vraag. Winterbotham schudde heftig het hoofd. Neen, neen, juffrouw, dat is niet de goede manier om een man als mijnheer Fanshawe aan te pakken. Hij zou u alles gemakkelijk weten te verklaren. Hij zal zijn verhaaltje .wel klaar hebben en u zult toch niet be grijpen wat daar binnen gebeurt, ook ai leidt hij u rond. Aan den anderen kant, als het werkelijk iets belang rijks is, zooals Sir William dacht, dan zou het gevaarlijk voor u kunnen zijn. Violet lachte. Wij zijn hier niet op een onbewoond eiland, Winter botham, zeide zij. U zou anders spreken als u evenveel wist van mijnheer Fanshawe als ik in de eerste en van industrie geheimen, in de tweede plaats, zei de opzichter droog. Neen, juffrouw, laat u mij liever begaan, ik heb een beter plan. En wat is dat? Winterbotham nam een bos sleu tels uit zijn zak. Hier zijn de sleutels van alle deuren in de fabriek, zei hij be halve die van het atelier. Het gebouw ontvangt zijn licht door het dak, er zijn ln het geheel geene ramen in de muren. Er is nog :wel een stalen brandladder, vaslgemaakt tegen den van de rivier afgekeerden muur. Vroe ger was het gebouw een sorteerlokaal inet verschillende verdiepingen. Dat was zoo, voor de vensters alle wer den dichtgemetseld om nieuwsgierige oogen te ontgaan. Ja? Wij kunnen de brandladder ge makkelijk bereiken, juffrouw, ten minste ik kan dat doen. liet is ongevaarlijk want er is een leu ning. Tot op den huidigen dag wist ik niet dat deae ladder nooit weggö- omen was. Zij zit vast aan den muur die zich vlakbij den om de fabrieken heengebouwden muur bevindt. Het is een afstand van een paar meter. Daar om gaat niemand er ooit been en ik geloof niet dat mijnheer Fanshawe ook slechts vermoedt, dat het ding bestaat. Wij kunnen er gemakkelijk opklimmen en ik moet mij al erg ver gissen als wij niets zullen zien wan neer wij door het glas op het dok kijken. Laten wij dan gaan, zei Violet. W'ïj zullen deze zaak geheel on derzoeken, als wij kunnen. Voor den eereten keer sinds hunne ontmoeting glimlachte de opzichter. U lijkt op uw oom, zei hij. U bent een dapper meisje! Ik zal er voor zorgen, dat zij u geen kwaad doen. Violet glimlachte. De man nam een electrische toorts uit den eencn zak en een soort 6tok met een dik einde uit den anderen. Dat is riet met leer omwonden en de knop is van lood. Dat neem ik mee, juffrouw. (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1919 | | pagina 5