RUBRIEK VOOR ONZE JEUGD. VIOLET D RE S» E SL A3 >«,grl»Xsfcö. ZATERDAG 26 APRIL 1913 tia&ussls (Deze raadsels zijn alle ingezonden door jongens en meisjes, die „Voor Onze Jeugd'' lezen. De namen der kinderen, die mi] vóór Woensdag middag 4 uur goede-oplossingen zen-; den, worden in het volgende nummer: bekend gemaakt.) ^Iedere maand worden ouder de beste oplossers twee boeken in pracht-1 band verloot. 1. (Ingez. door Lelietje van Dalen.) Neem iets, dal door een metselaar gebruikt wordt en d? bilft van iels, dat aan den voet wordt gedragen en voeg de verkregen stukken same-:, dan krijgt ge een vogel. 2. (Ingez. door Zilverschoon.) Hoeveel is anderhalf kalf balf en een half kaif half} I. (Ingez. door Tannel je Schutter.) I Plaats de even ge4aller. van t tot en met 18 zóó ir de volgende vakjes, dat de som van elke rij van links naar rechts en van boven naar bereden en van a—d en bc steeds 30 bedraagt. 4. (Ingez. door Ncron.) Tk ben eg: spreekwoord van 21 letters. We leven op de 7, 18, 20, 10, 4. Het kind slaapt in de 17, 2, 4, 3. 13, 19, 9, 1, 5 is onmisbaar voor de naaister. 17, 14. 15, 21 is een boscb. 11. 12 is een werkwoord. 6. 8. 8, 20 bedekt het hoofd. 1G, 1 is een lidwoord. 21 is 16. 4. (Ingez. door P. en B. v. d. Boogaard.) Een boer moest een wolf, een schaap en een kool naar den overkant brengen. Het bo< e kon slechts stuk voor sin*, mei" Hoe moest dat nul 5. (Ingez. door G. B. en M. de Vries.) Ik ben een jongensnaam, keer me om en ik ben een schadelijk insect. 6. .(Ingez. door Piet Hein en Prins Manrits.) Ik ben een plaats in Oostenrijk. Verander mijn laatste letter en ik froei op het weiland. Raadseloplossingen De raadseloplossingen der vorige week zijn 1. Haparanda. Ada paard hand. 2. Beter één vogel in de band, dan tien in de lucht. een den hand uil den tien been Ada vrucht Cornelia dun teer vogel in tien. 3. Flen Fine. i 4. Duif Duit. 5. Loevestein ei een nesten Loc vos. 6. Bajonetten sjiarappels weg wijzers blikslagers. Goede oplossingen ontvangen van Barmen de Vries 5, Zwaardlelie 6, Pinksterbloem 4, Christaan de Wet 5, Sneeuwwitje 6, Roodkapje 5, Nachte gaal 6, Butterfly 6, F. F. Gebl 6, Ros- witha 6, Goudbloempje 6, Meibloem pje 6, Truusje Bakker 3, Onderwijze- resje 4. Blond Elsje 6, Bleekneusje 6, Mazeppa 6, Zilvermeeuw 6, Jacoba van Beieren 6, Karol de Groote 6, Spi- rea 6, Hortensia 6, Roodneusje C, Mei-( viooltje 6, Jo en Teun Reimerink 5,! Roza 0, Socrates 6, Cicero 6, Adrïaan Buijtendïjk 5, Bloemkorfje 5, Onrust 6, Goud rei net fi: lachebekje 6, Wash ington 6, Rozenknopje 5, Duinviool tje 6, Dwergroosje 6, Gebroken Veder. 5, Padvinder 5, Bijdehandje 5, Avond ster 6, Dora Alberts 6, Tiekie en Pie- ne 6, Arend 6, Sneeuwklokje 6, Ada van Holland 6, Bloemkelkje 6, Bob 6, i Korcnhalmpje C, Pietje Puck 6, D. A. P. en C L. T. den Hollander 6, Pijpkrul 6, Seringeknopje 5, Leide- j naar 6, Controleur 6, Kerstboompje G, Continental 6, Scholenaav 6, Willem Teil C/Iris 6, Waldmeister 6. Zeester 6, Hcrmance 5. Adinda 6, Cheribon fi, Minerva 6, Stucadoor 6, Koningin C, Meikers 6, Haantje 6, Kransblaadjc 6, Aari Overmeer 6, Theo Overmeer 6, Wildroosje. 6, P. en B. v. d. Boo gaard 6, Elfje 6, Violiste 6,. Gymnast, 3, Joh an van Oldenbarneveld 3, Ger- mania 6. De Ruyter 5, Theeroos 5, Klimop 5, 't Matroosje 6, Graaf Wil lem II 6, Hugo de Groot 6, Goud Elsje 6, J. W. Friso 6, Undine 5, Be gonia 6, Dikkerdje 6, Asschepoester G, Adelaar Roode Vos 6, Catiiarina 6, Soldaat 6, Lourens Coster 6. Roeki Boschfee 5, Greta v. Hoften 5, R. M. Oschatz G, Dirk Oschatz G, Piet Oschatz 0, Klein Elsje 6, Sneeuwprin- 3cs 6, Frils Horeman 6. Railrubrlek NACHTEGAAL, Leidschevaartweg 125, bij viaiu :t, vraagt leden voor haar wandelclub. Ze geeft graag in lichtingen. JACOBA en HELENA v. d. MKU- LEN, Gen de Wetstraat 57, vragen Kv:atta-soldaatjes. AN'NY STEMLER, Ooetvesl 28, wil twee snoezige poesjes afstaan. HEHMANCE, Schermerstraat nr. 11 zw., heeft Gesch.pl. en wil die rui len voor Verkade-p). of bons. JOHAN VAN OLDENBARNEVELD, Brouwersvaart 140 r., vraag; een hondje. Brieven bos (Brieven aan de Redactie van de hinder-Aldeeling moeten gezonden morden aan Mevrouw BLOMBERG— ZEEMAN, Van der Vinnestraat 21 r. In de bus gooien, zonder aan schellen I) rEMKE VAN DabfcNKloosterstraat 12 r. JOHAN en JACOB v d. MEIJ, oud 11 en 10 jaar, Kinderhuisvest 43 r. ?L^E en SNEEUWPR1N- mT. ij oatr,heeft je kleine broertje ge scheeld? Ik kan me voorsteilen dat hei een heele droefheid in hu.s was en moede,- nu geen zin had om logé's te ontvangen. - FRITS H. Niet meer ziek worden, hoor! ROODE VOS en CATHARI- hA. De antwoorden mogen zoo be knopt mogelijk opgeschreven worden. Dio Roode Vos is zeker een brave jongen, «lat hij zooveel geregen beeft. Den Heer H. W. Wie schuld heeft aan de fouten in de eij- ferraadsels? Misschien de ceiio week de zetter, misschien een volgende week ik zelve. Ik werk voor verschil lende Kindertijdschrifen en ik kan L dus uit eigen ervaring de verzeke- ring geven, dat een prijsraadsel zon de r één enkel foutje een unicum is. .Maai* de kinderen redden er zich wel door heen. Ik dank U intusscheu zeer voor Uw vriendelijk schrijven. BEGONIA. Karlsruhe, Haparanda en Brisbane komen er in voor; maar geen Bongola. BLONDINE. Mijn vriendelijken dank voor je mooie Paasclikaart. MEVR. v. d. L.—D. Mag ik U zeer vriendelijk danken voor Uw sympaLhieken Paaschgroet. - ASSCHEPOESTER. Ja, jullie heb ben al heel wat plaatsen -gevonden, 't Is een heele* tippel naar mij toe. hé? Je raadsel is goed. ANNIE W. Hartelijk dank voor je groetje uit Alkmaar. Veel plezier gehad? GOUD ELSJE. Natuurlijk mag je je briefje per post zenden. WaLhebben jullie een gezellige Paaschdago» ge had. Vraag jij maar aan den lloofd- meneer van de Courant, of Oe Ru briek tweemaal zoo groot mag worden. HUGO DE GROOT. Echt lente-weer was het niet mc t de Paaschdagen. Maar 't zal wel komen. GRAAF WILLEM TT. Moeder mag je best helpen. 'T MATROOSJE. Ik kan me best begrij pen. dat vader blij was met dat portret. Wat verlang ik toch naar dien leeuw. Hij is toch getemd'? Wat voor cijfers had je op je rapport? DE RUIJTER. THEEROOS cn KI.'M- OP. Manus Dronp is geen Mondpar- nus. Door Mend moet zijn Door Mern. Hilda Lens is geen Heislinde. Han -Ardann moet zijn Han Ardaap. Kato Ries is geen Soekarti. Masten- I broek is in orde. Benno Leek is geen T.onnebc-ek. Ida Raak is geen Ka diaar. lle.b ik jullie nu niet mooi op weg geholpen? Mijn dauk voor je goede wcnschen. GERMAN AOp 7 na alle plaatsen! Dat is knap. Ja, juffrouw Z. is bij me geweest. JOHAN v. OLDENBARNEVET.D. Wel gefelicitccrd met broer en vader. GYMNAST. Jij hebt je dus niet ge stoord aan het koude weer. Flink zoo! VOILISTE. Heb jij de gcheele week geen vacantie gehad? ELFJE. Nu krijg ik de volge.nde week zeker heel wat te hooren over de vacantia. Is 't niet? P. en B. v. d. B. Zijn de logé's er nog? En vonden ze onze omstreken niet mooi'? WILDROOS JE Is het poesje al gewend? TIIEODOOR J. O. Juist, lees maar wat ik aan Theeroos schreef. Hapa randa is goed. A. O. Ik denk, dat jij al verlangt naar 29 April. Raad ik dat goed? KRANSBLAADJE, De Paaschplannen zijn niet in H water gevallen. Maar zijn ze soms ver waaid? - MEIKERS. Ik vind, dat zusje een prachtlgen naam heeft. Noemen jullie haar Dora? Sterk is rueor waard dan dik. Vind je ook niet.' M1NE ;VA. Ben je al naar i buiten geweest? Wat heeft die broer "van jou een reuze-verjaardag gehad! ADINDA en CHERIBON. Zeker, breng je Poesië-Album maar eens. Het doet ine genoegen, dat je den ■wedstrijd zoo leuk vindt. Lees de briefjes maar eens goed na, mis schien vind je er dan nog een paar. ZEESTER. Almeloo is goed, maar Pekela niet. WALDMEISTER mag haar schuilnaam houden. Gaat het goed met de naamkaartjes-uiizoeko- rij? - MAARTEN LUTHER. Harte lijk dank voor je mooie kaart. Je rap port zag er dus goed uit. Ben je weer heelemaal in orde? Misschien zie ik je wel op^de Bloemententoonstelling. IRIS. Zoo langzamerhand komt al les weer op streek. Hoe is liet met de zweer? Hoeveel plaatsen je moet hebben om eer. prijs te winnen? Wie het grootste aantal plaatsen gevon den heeft, krijgt den eersten prijs, enz Zijn er meer dan 6 kinderen, die ze alle gevonden hebben, dan loot ik er om WILLEM TELL. Ja jon gen, je hebt ook al een druk leventje. Bien Barns moet zijn Bien Bars. Dus jouw uitkomst is goed. Kastoria "is fout. Karl Hurte is goed en jouw uit komst is ook goed. Ben jij al verslag gever? Dat schièt op. Dat was een heerlijke wandeltocht op tweeden Paaschdag. Je rapport was prachtig an wat prettig, dat je nu een eigen woordenboek hebt. SERINGE KNOPJE. Neen hoor, verhuizen is niets prettig. Wanneer we eenmaal onze eigen dingen om ons heen heb ben, dan voelen we ons pas thuis. PIJPKRUL. Jij mag vast meeloten. Kun je al pianospelen? D. A. P. DEN H. Snort het kacheltje nog lekker? De mijne staat al lang op stal. Je kunt veel mooier schrijven. .Waar bEjven de spoortjes? KO- RENHALMPJE. Breng je Poesie-AI- bum maar. Ja, we gaan nu een heer lijken tijd tegemoet. Daarom moeten we nu maar niet mopperen over de koude dagen. BOB. Ik vind het heel vriendelijk dat moedertje secre taresse wou zijn. Waar ben je eigen lijk naar 1o:e geweest? En was het huis schoon, toen je terug kwam? GOl'DSTERi ETJE mag haai' schuil naam houden. ADA VAN HOL LAND. Heb je eon gezellig dagje in Hoofddorp gehad? Heb je ook een rijtoertje gemaakt? SNEEUW KLOKJE. Het zal moeder wel spij ten, als haar huishoudstertje naar school moei. Wat schiet jij flink op met den wedstrijd. AREND. Het moet zijn: Han Ardaap, Bien Bars. Door Mern. Heb je ze nu allemaal? TIEKIE ai PIENE- Almelo mag met één of twee o's. Je verdere vraag is al beantwoord. Blnii het goed gaan met Bonkje? DOP.A A. Nu mag je ook met den wedstrijd meedoen? AVONDSTER, Al wat opgeknapt? Dat waren geen aangename Paasch dagen. Was het hondje niet blij, toen hij weer in zijn eigen mondje lag? BIJDEHANDJE. Toos Tar woont in Spanje. Jullie mogen elkaar wel een handje helpen. PADVIN DER. Wat hebben jullie alzoo ge daan op hel feest? En waar was de wandeling naar toe? GEBROKEN' VEDER. Hef doet me genoegen», dat jc extra briefje een meevallertje was. Wil ik nog eens om Dik Trom Vragen? DWÈRGROOSJE. Heb je nu de Van der Vipnestr. kunnen vin den? DUINVIOOLTJE. Je vragen zijn in de voorgaande briefjes al beantwoord. Misschien heeft een Van de Rubriekertjcs wel een courant voor je, waar de wedstrijd in staat. ROZENKNOPJE. Je raadsel lijkt mo toch te moeilijk. Bedenk er tens een, dat wat eenvoudiger is. Dit cij- ferraadse! is goed. WASHINGTON Heb ik jullie niet mooi op weg ge holpen? Kees Sjinis (woont in Azie. HANNIBAL en COKADORUS mogen hun schuilnamen houden. LACHE BEKJE. Je meeste vragen zijn be antwoord. Sam Poltern woont in Australië. Kees Prent moet zijn Kees Rent, en die woont in Gelderland. Hilda Lens is goed, maaa* waar ze woont zeg ik lekker niet. Is Roza weor thuis. GOUDREÏNET. Neen, Jda Mesch is geen Scheemda. ON RUST. Jij kunt gauw ziek en gauw beter worden. Het laatste is >etei' dan het eerste. Je vragen zijn *eeJs beantwoord. Ik raak in mijn nieuwe woning al aardig thuis. BLOEM KORFJE. Gaat het zoeken nu wat beter? Heb je moeders boeken al uit gelezen? Dat was een aardige vondst. Je raadsels zijn goed. ADRIAAN B. Wat jammer van je geraniums Je was toch niet boos op de konijntjes? Ze konden het niet helpen, dat er zoo'n lekker hapje voor hen was klaargezet. ROZA. Die moeder van jou heeft jo zaakjes flink behartigd. Pret gehad In Ruurloo? Wat is het daar inooi hè? Ben Arveld en Barend Vel had je beide goed. Gesnapt? JO en TEUN R. - Wou je vriendin iwqI weer naar Amsterdam terug? \j— ROODNEUSJE. Als je deze weel: ook de raadsels instuurt, raag je meeloten. Je raadsel is goed. - SPI REA en HORTENSIA. Wanneer beeft Lena examen? Goed succes ge- wenscht. ZILVERMEEUW. Bor- I keloo ai Almeloo mogen met één of twee o's. MAZEPPA. Misschien is i er wel een. rubriekertje, die een wed strijd-courant voor je heeft. Jij nant Zaterdag zeker den geheelen dag op straat. BLEEKNEUSJE Je raadsel is wel aardig uitgezocht, maar omdat velen zich niet meer j met dien uitspraak kunnen veroeni- gen, kan ik het niet plaatsen. Die j strikvraag is aardig. BLOND ELS JE. Je vraag is in een der briefjes al beantwoord. ONDERWIJZERES- i JE. Ik kan je niet meer aan een courant helpen. Wil ik eens voor je vragen in de Ruil-Kubriek? Toos Tar moet je zoeken bij de Ebro. Griet Hono is goed. Jij hebt wei genoten ir. de vacantie, hè? -- MEIBLOEMPJE, i Heb je al gezaaid? En wat voor zaad is het? GOUDBLOEMPJE. Hebben jullie ieder je eigen tuintje? ROS- WITHA. Al terug uit Utrecht? En v:-el plezier gehad? F. I". G. Je raadsel heeft al eens in de Rubriek gestaan, Fransje. TAN AGRA. Ai je vragen zijn in de voorgaande briefjes beant woord. Voel groeten voor zusje. BUTTERFLY. Fijn zeg, dat jc een atlas hebt gekregen. Skoetpri is goed. Nog wel gefeliciteerd niet oen verjaardag van Bots. ROODKAP JE. Gelukkig, dat zus weer klaar is. Is grootmoeder al op orde? Het trof mooi, dat jullie juist vacantie had den. SNEEUWWITJE. Mag jo nu weer alle dagen buiten? Ben je nu al bruin gebrand? Dm is gauw. CHR1ST1.AAN DE WET. Breng je nu zelf de raadsels naai- me toe? PINKSTERBLOEM. Bij iedere nieuwe Ruil-aanvraag moe^ je Weer je adres zetten, want dat kan ik heuscli niet allemaal onthouden. Is je nichtje er nog? KRANSRLA \D.1E. Je geefi geen adres op. dus hoo kan Conducteur met je ruilen? Mevr. BLOMBERG—ZEEMAN. Haarlem, 2G April 1919. Van der Vinnestr. 21 rood. Herinsering door CONST. DE RAYMOND. Es dsi ©ine alte Geschichte. Lucli bleibt sic immer iieu...» Heine. Kolonel Nepels had rich terugge trokken in zijn studeerkamer, waal- bij, na eenige stukken te hebben af gedaan, zich net wat gemakkelijk had gemaakt, door op een divan j plaats te nemen, terwijl hij ©en geu rige afVtr-din'ner had opges:.»ken.H>j had zich rijkelijk te goed gedaan aan een keurig maal, hetwelk eenigszins anders was geweest dan andere da gen, aangezien het beden drie en twintig jaar was geleden, dat de ko lonel zich met zijn vrouw in den echt had verbonden. Mevrouw stond er bepaald op dezen herdenkingsdag elk jaar te vieren, zij het dan slechts j huisenjk, m intiem en kring, niet zoo I weinig mogelijk gasten. Ook ditmaal was enkel genoodigd een vriendin netje van Alida, zijn eeni-gc doch ter. De meisjes hadden zich na het di- ner begeven naar een zijkamer, grenzende aan papa's studeervertrek, om aldaar samen wit te irusic-er. n. j Nelly, het vriendinnetje speelde zeer j goed piano en Alida niet onverdien stelijk viool. j Terwijl de kolonel, in gedachten verzonken, mijmerend voor rich uit staarde, naar do blauwe rookkrin gen van zijn sigaar, die eerst gril »ig ineenkronkelden, om zich daar- j na in steeds kleiner wordende wa- j zïjre wolkjes op te lossen, werd plots j zijn aandacht getrokken door een langzame wa!smal"die, welke ui» de j aangrenzende kamer hoorbaar werd. Hé! Wat is dat? mompelde de; kolonel, die melodie... dat lied... dat is toch geen mujiiK an Alius.,, hij Itiad 2- haar nooit hoo ••m sp« t- die melodie... hoe kwam ze daartoe? Driftig stond hij op en opende de deur. Ali! vroeg hij, eenigsrins zenuw achtig, die wa s e... die melodie... dat' is hoe kom je aan die muziek? O, pa, die heeft Nul'.y iiiirge-j hraclit... ze staat in een operette- album... Vind u het geen gevoelige j melodie?,,, een mooie wals, hè?.. Het1 Is uiL... Jawel, uit „der Obersteiger viel dc kolonel in. Juist, zt-l Alida, „Sei nicht bos! heet het lied. Precies! Nu herinner ik me, vervolgde de-kolonel, maar doe me een genoegen en speel die melodie liever niet meer.... ik vindt haar zeker te treurig hè?... U beeft liever wat vrooli cp dezen feestdag, niet waar vader tje? Ja, ja, liever wat vroolijker;, echode de kolonel. Nu best hoor, vadertje! zei Al:, lachend weer naar de piano gaan de. De kolonel bleef eenige minuten, in hevige gemoedsbeweging, het stud;»r vertrek op en nee; bewandelen, llij leek zeer onrustig. Die melodie ook. Na zooveel jaar. Hij ging weer zit ten. Streek met de hand langs hot voorhoofd. Da? lied... die meloJ'*. riep meer dan vijf en twintig jaar in zijn herinnering terug... Nu doemde weer alles in zijn geest op.... Ja, ruim vijf cn twintig jaar gele den was het, toen hij als jong tweede luitenant voor liet rt in garnizoen kwam in die kleine vest© aan de zee Na eindeloos gezoek kon hij geen kamers vinden, die hem aanstonden. De keus was ook niet bijzonder groot geweest en tenslotte was hij door de welwillendheid van een onderwijzers- weduwe, die nog nooit kamers had verhuurd, voorfoopig aan een paar vertrekken geholpen, meer om den jong ai officier behulpzaam te zijn. Het beviel bem er echter bes; en na korten lijd verzocht hij te mogen liJij ven en daar de luitenant een vrien delijk en minzaam jongmensch bloei:, werd dat verzoek gaarne in gewilligd, hetgeen te meer dooi den officier op prijs werd gesteld, daar de onderwijzersweduwe, dooi haai- pensioen en een klein kapitaal tje, voor haar levensonderhoud geen kamers behoefd» te verhuren. Bo- vndien was haar dool)ter in een na burige plaats als 0nderwij23.es werkzaam, zoodat zij vrij wel zonder financieele zorgen waren. Moeder en dochter leefden geliee' voor elkander, hoewel Ada het groot ste gedeelte van den dag afwezig was. door haar lessen huiten J» ge- eeme. De luitenant zag die dochter zelden; een enkele maal, wanneer zij van en naar de tram ging, onimoe'ie hij haar w©l eens en soms ais zij huiswaarts ging, stapte hij met ha-ar mee. Ada was toen ongeveer achttien jaar, doch zag er eenigszins ouder j uit, door haar ©rnstigen oogopslag1 en haar forsch vrouwelijk figuur; zij had donker haar, dat op het voor hoofd en aan de slapen licht.kroe- 6elde. haar gelaat was ietwat bruin getint, haar mond gewoon, met tiis- scbe lippen, waarvan ze altijd de bo venste op een eigenaardige manier optrok, zoodat steeds eenige van baai- keurige in regelmaat gezette tandjes zichtbaar waren. Ada was dan ook een heel lief en minzaam meisje en de luitenant stelde pogingen genoeg in het werk haar te zien en te spreken, ofscö jon de kans daartoe zeer gering was, aangezien zij thuis steeds onder inocder's hoede was.Den enkelen keer •dat zij van de tram naar huis nas gegaan in gezelschap van den luiie- j nant, werd dit door moeder maar' half goed gevonden. Men praatte zoo gauw in zulke kleine steden. Maar het scheen wel, of Ada liet gezelschap van den jongen officier I toch niet onaangenaam vond. Als zij hem tegenkwam en hij zoo beleefd j en hoffelijk groette, knikte zij hein altijd heel vriendelijk niet een lichjo terug.. En toen kwam de October-1 maand, de tijd, waarin elk jaar de j kermisweek in het stedeke plaats 1 had, met alle vermakelijkheden, uit- voringen en concerten, welke ge- woomijk in die week werden gege ven. Ada en haar moeder maakten nimmer gebruik van partijen en uit voeringen; de dochter bleef evenwel meer thuis om liaar moeder te plezie ren, daar zij ze'.ve dolveel hield van muziek en tooneel. In de schouwburgzaal zou Zon dagavond een Duiteche operette- troep een opvoering geven van «len toentertijd vele malen opgevoerde operette „Der Obersteigcr". De lui tenant had de moeder van Ada ver- Eociit of haar dochter, onder zijn hoede, die operette zou mogen zien. D© officiers-club had voor de ver- eeniging eenige rijen „etulles" gere serveerd voor de leder met dames en genoodigden, zoodat Ada mede in gezelschap van eenige vriendinnen en kennissen was. Moeder had dezen keer toege staan en Ada voelde zioh gelukkiger dan ooit. Wat zag zij er lief uit in haar rose zijden blouse, afgezet rne< een smal randje wit bond, dat poe- zeiend hals en armen streelde.II tar donkere oogen schitterden van ge- nol, aan de zijde van Henri Nepe.'s, den jongen artillerie-Uutenam, 'Fe er mede zeer gelukkig uitzag. Ofschoon het niet een eerst», rangsgezelschap was, werd de ope rette vrij goed gezongen en ge speeld. Enkele rollen werden zelfs zeer verdienstelijk vertolkf en liet lied: „Sei nicht bót! aan liet einde van hei tweede bedrijf, werd op Ar- haald verzoek gehiseerd. Die melodie was toen vrijwel <,vr- al bekend en werd door vele aan wezigen in de pauze mei (je m-.z ek meegeneuried. Ada genoot dien avond dubbel van muziek en spel en van hel hij zijn van Henri. Zij gevoelde zich :oo rustig en veilig aan zijn zijde. Het was haar soms wonderlijk te moed». Eenmaal, toen het lith: in de r <1 getemperd was, raakte *ijn hand de haere even aan; hij greep haar vin gers en drukte die zachtjes; zij voel de, dat het bloed haai naar het hoo'd steeg, doch zij trok hare hand ik et terug, maar beantwoordde dien druk lichtelijk. Na afloop van de voor;: Aii g gingen zij samen huiswaarts. Toen zij uit het iichtgeflonker van d- schitterende kermisspellen waren gekomen in de donkere zijetraat. die naar hun woning leidde, green hij haar arm in den zijnen en drukte dien innig. Zij liet hem oegian, leunde op ziin arm en drong /..ch dichter tegen hem aan, als zocht zij bij hem steun en bescherming. Bij haai* huis gekomen, zc-i Hein. a'- vorene aan te bellen- Ada, laat ons zoo niet scncr.l - :il En terwijl hij haar onstuimig an zijn hart drukte, fluisterde' hij. Ge loof me, Ada! ik hou zoo zielsveel van je... Zou ik!... Mag ik hopen... Toe, zeg me een enkel woord. /hui je ook van mij kunnen houden?.... Zij richtte haar hoofd, dat tt gen zijn borst leunde omhoog, zag hem innig gelukkig in de oogen en «sju-'ik niet een beslistheid Sn haar s'/jir.. <j allen twijfel moc-st verbannen: Ja, Henri! Ik heb je lief! Hij boog zijn hoofd lot haar over, hunne lippen vonden elkaar en een lange kus bezegelde hun bekemems- een Eenige dagen daarna kocht Hem-: in een naburige stad, voor Ada de piano-muziek van het lied uii'-Uer Obersteiger". Van toen af klonk de bekende wals-mciodie dikwijls 'e avonds door het huis en luiste: da Henri op zijn kamer met dankbare herinnering naar dit weemoed:ge lied. Het kon wel niet anders ot in dit kleine pluatsje moest da vernou Juig van deze twee jong.e menschen wel dra bekend zijn, of althans gefluis terd worden. Di© geruchten kwamen ook de moeder van Ada ter oor-:; iij raadde haar dochter voorzichtigheid Oan, 2onder de waarheid te wiik-fi weten. Ada achtte het nu beter v at minder opvallend met Henri te ver keer en. Zij vroeg hem ie wil'fu wachten, nog wat geduld te bezitten. Eenmaal zou alles in orde komen. Ik blijf toch jouw Ada! inj zij met beslistheid tegen Henri gezegd cn hij rekende daarop. Dooh toen gebeurde het, aal (lei luitenant, die reeds vroeger ver zocht had in een grooter garnizoen te mogen komen, plots naar de resi dentie werd overgeplaatst. De verloving, die nu juist bi.tncu kort publiek zou worden, werd tron tijdelijk verschoven, daar Oct ver trek zoo onverhoopt plaats had. Maar zij zouden elkaar veel echrijven en weldra zou Henri terugkomen, on haar dan als zijn lief vrouwtje voor goed mee te nemen. Aanvankelijk schreef Henri gere geld en werden deze epistels oei liefde door Ada trouw beantwoord, doch het overkomen naar net oude garnizoen, werd telkens verijJald door allerlei onverwachte omstan digheden. Toen Ada daarover eens ophelde ring verzocht, werden de brieven van Henri langzamerhand minder. En eenmaal kwam er zelfs een tijd, Gij ze geheel ophielden ondanks da smeeklngen van Ada om opheldering-: Feuilleton dooi' GUY THORNE. 25) Dank u wel, zei dc dikke en glimlaciiende kleine vreeemdeling te gen rte boerin. Ik heb nooit heer lijker melk geproefd. Ik was vermoeid van mijn wandeling over de berger». Dus w wilt er geen geld voor aanne men? Welbedankt dan voor uw gast vrijheid. llij boog èn glimlachte. En ik hoop dal jij, arme man, tcide hij tot Winterbotham, spoedig van je kwaal genezen zult zijn. De lucht hier is uitstekend! Ik ben hier uu drie weken cn mijn gezondheid is al veel vooruit gegaan. U logeert zeker op het Kasteel, mijnheer? zeide Winterbotham, be leefd aan zijn pet tikkend. Op het Kasteel, zei liet kleine, dikke mannetje en wuifde even met rijn hand. Ik ben ingenieur on hond het opzicht over de machine rieën zan een diepen urt&ischcn put. dien Lord Liandrylas heeft laten bo- Hii wendde zich met zijn vet ten glimlach tot de boerin en likt* haai* op den schouder. Ach! dat water, riep hij verrukt uit en in een extase van opwinding, het komt uit het hart van den berg en is als ijs zoo koud. Maar toch niet beter dan uw melk! Ach! daar nadert een godin. Hij had zich omgedraaid cn Violet aan hek zien staan en zijn zachten. vilten hoed afnemend maakte de kieine man een diepe, wijdsehe bui ging, als een cavalier op het tooneel. Dat is mijn meesteres, mijnheer, zeide Winterbotham met dunne stem. Mijn goede meesteres, die mij hier heen gestuurd heeft om beter te wor den. En hij strompelde het pad af naar het meisje toe. Het dikke mannetje was hem voor en trok onder het maken van een tweede buiging het hek open. En toen •slapte hij met een laatsten wel wil lenden glimlach het hek door en wan delde de hei op, met zijn stok zwaaien de en een vroolijk wijsje neurieende. Violet ging, na een paar woorden gewisseld te hebben met dc boerin, een bedaarde, oude vrouw, aan wie Winterbotham haar voorstelde, met den zieken man de zitkamer binnen, die men voor zijn gebruik had inge- richt. Zij sloot de deur en onmiddeR riclille Winterbotham zich op Hij was een knap tooneelspeler. Tien ja ren schenon in één seconde van hem af tc vallen, terwijl een stoel voor Violet naar voren schoof. Hé, juff rouw, ik ben blij, dat u gekomen bent. Violet lachte. Ik koop, dat je je vandaag sterker voelt, zeide zij. is hef hier niet erg eenzaam? Winterbotham uitte plotseling een harden lach. Humor was niet zijn grootste krocht. Eenzaam, juffrouw? zeide hij. Integendeel, ieder oogenblik, dat ik hier in dit tui is beleef, is van het grootste belang. Maar het is hier een vreemde wereld en meer als het leven in een verhaaltje van toovenaars dan de gewone aardsche maatschappij. Toovenaars? vroeg Violet. Ja, juffrouw, toovenaars. Het zou mij niets verbazen liier op di. plekje tegen zonsondergang een of andere geestesverschijning te zien. Daar moet je mij dan straks al les eens van vertellen. Maar eerst zijn hier verscheidene pakjes, die vanmor gen gekomen zijn van mijnheer Boyn- ton, lk gaf voor, alsof ik je verster kende middelen ging brengen. Winterbotham viel op dc mand aau als een aap op een noot en haalde er eenige pakjes uit. Hij dook een mes uit zijn zak op en sneed het touwtje van het eerste door. Hel bevatte een kleine, vierkante doos. die hij opende cn waaruit hij een instrument van dof staal lilde, dat zich terwijl .i het dcc-d, ais een tang ontvouwde. Wat is dat? vroeg Vioiel met eenige verbazing. Een kleine periscoop, juffrouw. Hiermee kan ik verborgen liggen in de hoi, het even opdraaien, en dan alles zien wat er om liet Kasteel heen ge beurt. en wie er iederen dag in- en uitloopt. En dit, vervolgde hij, is een sterke binocle mot prisma gla zen, die acht maal vergrooten. Dat kan ook nog nuttig zijn. Hij legde zijn hand op een derde pakje. Dit zal dc cylinder zijn, waar ik mijnheer Boyhton om ge vraagd heb, mompelde nij, ik zal u daar liet gebruik dadelijk van vertel len, juffrouw, wanneer u mijn verhaal gehoord hebt. Ik zal jou eerst iets vertellen, Wiuterbothïun, zeide Violet. Het is een diep geheim natuurlijk, zooals al les wat tussciieu ons besproken wordt. Hij zag snel op, en zijn gelaat werd vroolijk bij wat hij op het hare zag. Is het heuscli waar, juffrouw? zeide hij, voordat zij nog een woord gezegd had. Wel, wel ik ben erg blij dat te hooren. Jlet is liet beste nieuws, dat ik zou kunnen hooren. Violet bloosde Maar ik heb je niets verteld, zeide zij, zich verwonde rend over de scherpzinnigheid van den man. Uw siralc-nd gezicht heeft het mij verleid, zeide hij. li en mijn heer Boynlon zijn het eens, is t zoo, jufirouw? Hij stak zijn hand uit met die spon tane, warme hartelijkheid, welke zoo dikwijls verborgen ligt onder een nuch ter en koel uiterlijk. Zij nam haar aan. Ja, Wiiilerbotiiain, zeide zij. Een of andeion dag gaan wij samen trouwen. Maar wij zijn overeengeko men, dat wij er zelfs niet aan zullen denken, totdat wij liet geheim onui hebben, dat begon inc-t l'eter Fanslia- wc in de Papierfabriek. A propos, over een ander onderwerp gesproken, wie was die man dien ik juist 't huis uit zag gaan? Hij had oen wandeling over de hei gemaakt, .juffrouw en hij klopte bij de boerderij aan om juffrouw Lle welyn een glas melk te vragen, want hij versmachtte van dorst. Ik was in de keuken en toen hielden wij samen een praatje. Hij komt van het Kas teel. Hij heeft iets van een vreemden tongval in zijn spreken, ofschoon zijn F,ngelsch heel goed is. Heb je ooit gehoord van de Skoda Gieterijen in Oostenrijk? Wel, natuurlijk, juffrouw, ieder een die met machines te maken heeft kont die firma. Welnu, ik moet mij al erg ver gissen, als die heer daar niet van daan komt. Dut zou inij niets verwonderen, juffrouw, zeide Winterbotham. li zei, dat inj poiupmuehines op het Kasteel maakte. Ja, dat hoorde ik. Nog ec" vraag: komt de naam „Sachs" je bekend voor? Sachs, juffrouw? Dat zou ik oen- ken. Er is geen ingenieur, die hem niet kent; Sachs is de grootste man op hydraulisch gebied. Hij is voor de hydraulische machines, wat Edison voor lu-t eledrisch licht is. Welnu, je hebt (laar juist met heui gesproken. Winterbotham sprong van zijn stoel op, Wat zegt u daar, juffrouw'? Te denken, dat Elijaii Winterbotham den grooten Sachs de hand heeft geschud! Dit is een Sag, die mij heugen zal. Violet glimlachte om de opgewon denheid van het kleine mannetje. Goed en wel, zeide zij, maar wat do't Sachs op het Kasteel? Machi nes zetten voor een onnoozelen artesi- sclicn put? Lijkt dal je waarsclnjn- lijk? Wir terbotham werd oogenblikkelijk kalm. liet geval wordt Ingewikkeld, juffrouw, daaraan valt niet te twijfe len. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1919 | | pagina 9