HAARLEM'S DAGBLAD
Amsterdamsche Brieven
Buitenlandsch Overzicht
Feuilleton
WOENSDAG ES JUNI 1919 TWEEDE BLAD
9.
Wij zijn van. ons vacantie-verblijf
aan onze badplaats weer terug in
de stad. Onze badplaats dat is
Zandvoort natuurlijk. Voor welk oord
heelt een Amsterdammer grooter
tvodrkeur dan voor „Sandfoort
de sec"?
Wij hebben de groote zee gezien en
hei woord van Kloos verstaan: „de
zee. de zee klotst voort in eindelooze
deining".
De deining was in de stralende
Juni-diagen zoo „eindeloos", dat je
er in je strandstoel bij in slaap viel.
Maar we hebben ook dagen gekend
dat de witte schuimkoppen in woeste
vaart werden opgejaagd en het
vlak alle wisselende kleur-nuances
had ondergaan tot een grimmig dof
bruin. waarboven de violente witte
strepen van de fel-bewogen golfkam-
men.
En dan hebben we geluisterd naar
de stem der stilte van het wijde, zo-
mei'-zon-üverglansde duin. Die seree-
ne, die blank-reine stilte,, die je weer
aan jezelf teruggeeft, die je besef van
ikheid wakker maakt, die je fluistert
van eigen denken en voelen, van
van eigen persoonlijkheid mei aparte
strevingen, verlangens, en idealen,
die je toefluistert dal het toch niet
waar is, dal je niets meer bent dan
sen stukje machine in het onmetelijk
raderwerk, die gezegende stilte
geeft je als een geestelijk krachtiger
een pliysi.sk gezonder mensch aan
de groote stad weer terug
We hebben in Zandvoort kunnen
consiateeren. dat het er oneindig
mondainer is dan in onze degelijke
koopmansstad en dat onze brave stad-
genooten, die er nu al bij honderden
zijn, zich wat on-wennig daarbij we
len. al willen ze nog zoo graag met
«en air van wie-doet-me-wat mee
doen.
Met de Pinksterdagen hebben we
met enthousiasme onze stadgenooten-
dagjes-menschen, begroet. We heb
ben met de blijde vreugde van her
kenning geconstateerd, dat ze wasch-
echt waren uit Pijp en Jordaan, door
de onnavolgbaar-sierlijke manier
waarop ze het strand met sinaasap
pel- en banaan schil] en en smoezelige
boterhampapiertjes decoreerden en
door tl© manier waarop ze van hun
bewondering en kinderlijke blijd
schap getuigenis aflegden, toen ze
,,dteson in see sagge sakke". Laat
een ander landsman dat een Amster
dammer eens nazeggen!
Ln zoo zij a we clan nu weer thuis.
We ruikende zilte zee niet meer,
maar de gracht, en hel is geen fris-
6clie zee- of duinwind meer, die by
ons binnenwaait, maai- de wind, die
een geuren-gamina, om het zoo eens
ie zeggen, van allerlei ondefinieer
baars aanvoert.
liei ligt zoo in de lijn, dat je na
«en frisch verblijf buiten niet dade
lijk huisiuusch kunt zijn en ik ben
er dan Zondag ook op uitgetogen om
me nog weer eensrekenshap te geven
van de geneugten der Amsterdam
mers die in de stad zelf hun zomer
dag gemeten willen,
.Natuurlijk onmiddellijk naar ons
Bois de Boulogne, liet Vondelpark.
Er is van het Vondelpark veel
kwuad gezegd. Hoevelen van mijn
flaarlemsche lezers, verwend door
de prachtige en gezuiverde natuur in
hun onmiddellijke nabijheid, zuilen
er aan hebben meegedaan. Het is er
rommelig, bet is er stoffig, je kunt
er „iviot komen", het haalt niet bij
den Hout, kortom een uitgezochte
collectie bedenkingen als Nurks zelf,
do onaangenaamste wandelaar in den
onvolprezen Haarlemmer Hout, er
maar bedenken kan.
Eerlijk gezegd: het Vondelpark
valt tegen als je pas uit Haarlem's
environs komt, maar die geweldige
depreciatie kan ik toch niet hebben.
Zie eens aan, ik heb Zondagmiddag
in het Vondelpark gewandeld onder
de frisch-groene koepeling van het
prachtig blader-dak. Ik heb de aar
dige waterpartijen genoten en den
aanblik van de koetjes in de weL Ik
heb gewandeld tusschen rustige, te
vreden Zondags-menschen, die neer
streken in het melkhuis, of, waar het
!er beter af kon, den grooten hoofd-
verkeersweg volgden en in Sohin-
kelliaven een genoeglijk zitje zocli-
Iten. Het trol me, dat men er de
upper ten niet vond en ook het prole
tariaat niet.
Het Vondelpark is Zondagsmid
dags zoowat de wandelplaats voor
den kleinen burgerstand. Men kent
de fijne onderscheidingen die Hiide-
brand maakte toen hij de verschil
lende categorieën beschreef die op
verschillende uren den Haarlemmer
hout bevolkten. Voor zulke nuances
zou hij in het Vondelpark van heden
weinig aanleiding vinden. Er zijn
eigenlijk maar twee categorieën Zon
dagsbezoekers van het Vondelpark.
Dut zijn de kleine luyden, die des
morgens vroeg „naai- 't inesiek"
gaan en de genoemde beter-gesi-
'tueerden. die er 'e middag® komen.
Of het nu kwam, door de groote wie
lerwedstrijden op het Stadion, of dat
andere factoren in het spel waren
het weer was verrukkelijk het was
Zondag rustig en ordelijk in het Von
delpark en op zulke dagen is het er
gelukkig best wandelen, wat al
lerlei Nurksen ook mogen beweren.
Het bestuur van het park heeft
juist den goeden maatregel getrof
fen auto's en motor-rijwielen te we
ren. Deze lieische voertuigen die het
wandelen tot 'n pijnigende straf ma
ken. zuhen voortaan slechts een paar
nadrukkelijk aangegeven hoofdwe
gen mogen volgen en ais zc dan niet
met matigen gang rijden ook daaruit
worden verbannen.
Als nu mijn medeburgers, die op
'Zomersche Zondagen toch ook hün
sloppen en stegen en huil woningen
tw©e-, drie- en vier hoog verlaten niet
naar het Vondelpark gaan, waar
gaan ze dap wel- naar toe? Wat is de
Zondagsche uitgang voor die men
6chen, als ze niet naar Zandvoort
gaan of het Gooi in? Een overgroot
contingent ontvlucht in ieder geval
de stad. dat is 2eker„
Maar de anderen?
Ik denk zoo dal een groot deel naar
hel Stadion trekt of naar de verschil
lende voetbalvelden. Een ander deel
weer trekt den Buiksloterham in of
gaat naar t Zuider "Soppie" een eind
Zeeburg voorbij. En een niet min
der groot deel slentert zelfs bij broei
warme dagen door de straten, zoekt
een plaatsje op een terras of in een
café. maar dat zijn diep-beklagens
waardiger:, die zich afmatten, dik
onder de siof raken en wier geneug
ten toch maar van problematisch ge
halte zyn.
Vroeger jaren ging de gezeten
Amsterdams cke werkman met zijn
i;ezln naar een thee- of naar een
speeltuin, die er legio waren. Ik heb
eens geinfomeerd, hoe het met zulke
gelegenheden thans staal. En ik
kwam tot de ontdekking dat
Schinkelhaven uitgezonderd, dat voor
den kiemen man te duur is er heel
weinig speeltuinen meer zijn. Er zijn
er een paar aan den Amstelveensche
weg en aan den Haarlemmerweg,
een eind uit het centrum dus, en dat
is ook alles. Sinds de gemeente een
een paar particuliere vereenigingen
spoeltuinen. voor de jeugd exploitee-
ren zijn de eigenlijke speeltuinen, die
zulk een typisch Amsterdam6ch ka
rakter droegen aan het verdwijnen
Het feit, dat er bijna geen gele
genheden zijn waar des Zondags
ouders met hun kinderen zich voor
weinig geld kunnen verpoozen,draagt
in niet geringe mate bij tot de hand
over-hand toenemende baldadigheid
en straatschenderij. Vroeger gingen
tvader en moeder met de kinderen
.naar den speeltuin, thans zitten va
der en moeder wie weet waar, en de
6Pos patriae zit op de hoeken van. de
straten te gokken als volleerde dol»
Lel aam of doet nog erger en levert
.ijverig de toepassing van het be
kende liedje van de Tucht-Ünie. dat
■aldus" begint: „Wij schelden \r:i.
wij schelden blij. op Neêrland's
dier'bren grond".
Nog altijd beeft de stad gebrek
aan uitbreiding van het aantal par-
ken en plantsoenen, ondanks „over
het IJ", ondanks het Vondelpark, qn- j
danks den Admiraal de Ruyterweg
ook een geliefd wandeloord en
ondanks den nieuwen weg langs den
■A matei.
Het wordt gelukkig door het ge
meentebestuur ingezien met het ge-
.•voïg. 'dat bij ètk nieuw bebouwings
plan parken cn plantsoenen worden
ontworpen.
Al blijven dat dus maai- minia-
.tuur-genietlngen in vergelijking mot
zee en duin en wei en bosch, ze zullen
toch dankbaar worden aanvaard
door al wat Zondags uit wil en utt
moet zijn in de groote stad.
AMSTERDAMMER.
De Entente-pers ziet in, dat de
6trijd met 't teekenen van 't vredes
verdrag nog niet beslist is.
De „Times" schrijft: „De onder-
teekening van het vredes
verdrag zal den vrede niet
brengen. Dit kan alleen geschie
den door een standvastige hartelijke
samenwerking der geallieerden over
een langdurige periode, gedurende
wdke het nieuwe Duitschland alle
kunstmiddelen van het oude Duitsch
land zal uitputten om tweedracht en
geschil tusschen hen te zaaien. Het
is Duitschland's bedoeling valsch spel
te spelen. Het is zijn aard enjiet zegt
zelf dat het zijn plan is. Van "net eer
ste oogenblik af moeten wij ons deze
waarschuwing ter harte nemen en
wij moeten ons wapenen tegen deze
bedreiging. Er is slechts één wapen
dut succes kun hebben, namelijk liet
wapen waarmede wij den oorlog heb
ben gewonnen, het is de onderlinge
vriendschap, de wederzydsclie ach
ting, het wederkeerig vertrouwen en
de gemeenschappelijke trouw aan on-
zc gemeenschappelijke beginselen"
Dc Morning Post zegt: „buitsch-
land sluit vrede met den
haat in het hart. Het is den
geallieerden geraden op hun hoede te
zijn. Ze zullen ervaren dat geschre
ven voorwaarden, zelfs al zijn ze ge
schreven op perkament, van nul en
geenerlei waarde zijn; tenzij ze wor
den gerugsteund door de macht zc te
doen nakomen. Indien niet, dan is het
al dwaasheid en zelfbedrog, ffemoe
ten zorg dragen de macht
te behouden deze vo<
waarden met geweld te
doen nakomen en daartoe moe
ten we al het onze doen voor het be
houd van een nauwe en sterke ver
bintenis met Frankrijk, Italië en niet
het nieuwe Polen, dat we trachten te
stichten uit den chaos van Oost-Eu
ropa'.
De „Daily Telegraph": „De volle
dige uitvoering der voorwaarden van
het verdrag is, gelijk immer is er
kend, een yuacsUe, die de waak
zaamheid en de vastberadenheid der
geallieerde mogendheden zal eischen
voor- een tijd als noodzakelijkerwijs
en met verstand in het verdrag zelf
ls vastgesteld".
De „Daily News": „Het beste wat
we hopen kunnen is, dat men geen
tijd verloren zal laten gaan om de on-
derteekening een feit te maken. Zij z:u
niet beteekenen, dat er aan de krach-
ton, die de verdeeldheid veroorzaak
ten, een einde zal worden gemaakt,
maar zij zal den toestand in Duitsch
land stabiel maken en zal in heel de
wereld de op vrede gerichte factoren
in werking brengen.
Met het sluiten van het verdrag zal
het denkvermogen der wereld zich
niet langer richten op het. vraagstu'
der vernietiging, maar op dat der
herbouwing. I)e hervatting van lv
vrije internationale verkeer zal de at
mosfeer waarin wij vijf jaren ge
ademd hebben, zuiveren en den weg
bereiden voor den grooten kruistocht
ter ondersteuning van den Volk.-'
bond en tot den opbouw van dat groo
te instituut dat alleen het wereldge
bouw in veiligheid en vrede kan
grondvesten.
Het beroep van Bauer op de plech
tige belofte der Entente wijst zij
volk over de harde voorwaarden van
het verdrag heen, op de hoop die de
Volkenbond doet koesteren. Het is een
algemeen belang van elk volk de ver
vulling van die hoop te verwezenlij
ken. Slechts door een besliste politiek
die deze lijnen volgt, kan een misluk
king van de Vredesconferentie worden
voorkomen.
De „Daily Herald": „Duitschland
kan niet en zal daarom ook niet zich
aan dit verdrag houden. Waar het
zich wel gehouden zou hebUeii aan een
verdrag gegrondvest op het recht, ter
wijl dit voor hem zelf en voor de ge-
heele wereld van belang zou zijn ge
weest. Daarom is bet een fout dat we
Duitschland tot teekenen dwingen, en
daarom zal het zeer dwaas zijn do
ontijdig vreugdebetoon een vrede te
vieren, die geen vrede is".
Dc „Daily Mail „Zelfs nu, nu de
grootste zegepraal in de geschieden
ls behaald 'door inspanning van énor
me la-acht, dreigt nog gevaar dat
vruchten van die overwinning van lie
verlede zullen gestolen worden door
nieuwe streken van den wilden en
verraderlijken Hun, ale gevolg van c
elapheid onzer politici".
De Fransche pers legt den nadruk
op het feit, dat de laatst© tegenwer
kingen der Duitschers geen betrek
king hebben gehad op materieel©
voorwaarden, maar op de artikelen
.waarin Duitschland zijn verantwoor
delijkheid inoet erkennen en belooft
de schuldigen te zullen uitleveren..
Men ziet hierin het "bewijs, dat de
mentaliteit der Duitechers niet in be-
langrijke mate veranderd is en <^at
hel nog steeds zijn oude groot© aan
voerders bewondert.Zoo schrijft Saint
Brice in het ..Journal", „dat het hier
niet gaat over zuiver moreels vraug-
etukken. Het toestemmen in d© uit
levering der schuldigen beteekent het
graven van een kloof tusschen liet
oude en het nieuwe Duitschland. Het
erkennen, dat Duitschland alleen
schuld heelt, beduidt het reeds van
te voren afbakenen van het veld der
toekomstige herzieningen van het
verdrag. De hardnekkigheid van de
geallieerde Staatshoofden, om uit ju
ridisch oogpunt betwistbare beslui
ten te .handhaven, geeft blijkt van
hoog politiek inzicht.
Het is niet twijfelachtig of de
Duitechers zullen alles doen om aan
de plechtigheid der onderteekemng
te Versailles zoo weinig mogelijk
een plechtig karakter te ver!©enen.
Daarom zullen zij het verdrag door
von Haniel doen teekenen, dien zij
te voren in een ondergeschikt© posi
tie naar Versailles hadden willen
zenden om het verdrag te halen,
waarin de geallieerden toen niet heb
ben toegestemd".
Er is zoo seint de Berlijnache
correspondent van de Telegraaf
een merkwaardige ommekeer in het
6tandpunt der Duitsche pers geko
men. Het gevaar van ernstige bin-
nenlandsch© conflicten, waarmede
«enige dagen geleden nog rekening
moest worden gehouden, schijnt'op
den achtergrond te zijn geraakt. De
pens begint zich neer te leggen bij de
aanvaarding der voorwaaiden, ze
ziet hi. dat men onder dwang moest
handelen en niet andens kon. Er wor
den geen wederzijdsche verwijten
meer gedaan. Droefheid en doffe be
rusting zyn de kenmerken van de
meeste beschouwingen in de pers
daarnaast komt vooral de meening
tot uiting, dat het vredesver
drag niet van duurza-
onen aardkan zijn.
De Vorwarts betitelt zijn hoofdar
tikel: „Nog niet het laatste bedrijf"
en meent, dat de afpersing en dwang,
waardoor Duitechiands oritlerteeke-
ning verkregen is. deze voor de En
tente bij voorbaat reeds waardeloos
maakt. Zij heeft slechts zoolang be-
teekenis als d© geallieerden onver
zwakt de macht kunnen uitoefenen,
die noodig is om de misgeboorte der
vredesidee in het leven te houden.
Voorloopig zijn de militaire machts
middelen der Entente daartoe toe
reikend. Of hun overwicht op de
weerloosheid van Duitschland lang
kan aanhouden staal nog geenszins
va6t. Te Parijs zullen opgewonden
menechenmenigten en studenten
„Leve Clemenceaul" roepen. D© fon
telnen zullen in werking komen. Pa
irlijs zal in licht en illuminaties ba-
den. Maar de roes zal ovea-gaon.Men
heeft het Fransche volk tot dusver ge
rust gesteld met de leuze: „L'AJIe-
mange payera". Thans zal het ech
ter spoedig bemerken hoe het met
dezen vrede bedrogen uitkomt, Zeifs
gesteld, dat Duitschland al de on
mogelijke verplichtingen kon vervul
len en zal vervullen, die door het
sdiand-diocument van Versailles
w.ordcii opgelegd, dan zal liet Fran
sche voili nog geen merkbare ver
lichting in zijn economisclien nood
bemerken. Frankrijk is verarmd en
leeggepompt door dan oorlog, evenals
ieder ander continentaal land, en op
den dag waarop zijn volk tot nel be
öef komt, dat alle beloften van ©en
epoedigen weerkeer van den wel
vaartstoeatand niet gehouden kunnen
.worden, zal de laatste steun der re-
Igeering-Olemenceau en uaarmede
waarschijnlijk het laatste uur der te
genwoordige Fransche heerschappij j
geslagen hebben".
„De dreigende taai der All-Duit-
sch© pers laat nauwelijks twijfel
over, dat voor die klingen d e o n-
derteekening van het vre-
Üesver'drag aïsheïeéin
,voor de ie geur evolutie
.wordt opgevat," schrijft de „Vor-
warte". H©t blad citeert een artikel
uit de „Deutsche Zeitung", over de
Duitechers in het 0o6ten, die willen
en zullen handelen. Ulj het Oosten
zal volgens dit blad der All-Duit
schers 't licht komen, voor het gehee
le geliefde Duitsche vaderland en
dan zullen de dagen van het verraad
en de verraders geteld zijn.
Deze beweging zegt de Vorwarts,
■ia slechts in schijn tegen den „bui-
tenlandschen vijand" gericht, in wer
kelijkheid moet zij dienen, om den
opstand in het binnenland tegen de
regeering te beginnen.
In dit verband herinnert het blad
aan een mededeeling in de „Freiheit"
over een uitnoodiging. die te Berlijn
aan bepaalde, „betrouwbaar" geachte
personen gezonden werd.
Deze uitnoodigmg betrof o.a. een
bijeenkomst om wapens in ontvangst
te nemen. Daarbij werd verzocht, een
mantel aan te trekken, om een en
ander zoo min mogelijk opvallend
te doen geschieden.
Deze uitnoodiging. zegt het soc.-
dem. orgaan, staat geenszins op zich
zelf. Er ls een heele reeks villa's en
clubgebouwen, waarin van rechts te
gen de regeering geïntrigeerd en
conspireerd wordt. D© hoofd-agenten
van de samenzwering zijn overal
vroegere officieren, adellijke perso
nen en dergelijke. Er zijn aanwij
zingen. dat zij in verbinding staan
met Silezische grondeigenaars.
D© Vorwarts maakt zich intusschen
over deze beweging niet ongerust.
Het blad is overtuigd, „dat het erver-
groote deel der regeeringstroepen
zich niet zal laten misbruiken voor
een „Putsch" tegen de regeering, ook
al zouden de officieren in dezen
geest invloed oefenen.
De reactionnairen maken zlcli vol-
k ens het blad ook geen voorstelling
van den tegeneiand, die een derge
lijke beweging zou ondervinden.
De bloedige gevechten, tot dusver
geleverd, waren steeds slechts tegen
een deel der arbeiders gericht, en de
regeeringstroepen werden hierbij ge
steund door dat deel der bevolking,
dat het eerlijk te doen was om de
handhaving van de democratische
en repubükemsch© vrijheid. Zou het
den tegenrevolutionnairen ernst we
ben met hun plannen, dan zou de
Tgeheele vrijheidlievende bevolking
zonder onderscheid z:ch als een b'.ok
aaneensluiten.
Het gevaar voor een tegenrevolutie
bestaat echter hierin, dat zij Duitsch
land opnieuw dn een chaotischen toe
stand zou brengen en den moeilijken
arbeid van den opbouw van Duitsch
land weer zou doen Ineenstorten."
OVER DE ONDERTEEKKNING
VAN T VREDESVERDRAG wordt
nog uit Parijs geseind:. Men weet
nog niet wanneer de plechtigheid van
de onde.rteekening zai plaats hebben,
maar men meent, dat dit zeer spoedig
zal"gebeuren, daar Wilson zoo gauw
mogelijk wil vertrekken; vermoedelijk
zal de plechtigheid reeds Donderdag
plaats hebben. Ten aanzien van de
plechtigheid zijn de volgende bijzon
derheden mee te deelen
In het midden van de spiegelzaal zal
een verhooging worden aangebracht,
waar de gedelegeerden zullen gezeten
zijn. Elk zal zich op zijn beurt .naar
een tafel in het midden begeven,
waar het origineel van het verdrag
ligthij zal dit teekenen en er zijn
zegel aan hechten. Een deskundige
van het. „Maison de gravures Stern"
zal daarbij behulpzaam zijn. De gede
legeerden hebben reeds hun zegels
moeten zenden naar den Quai d'Or-
say. Eenige hunner schijnen hun ze
gels inderhaast te hebben doen ver
vaardigen voor deze plechtigheid,
daar zij niet de gewoonte hadden zich
er van te bedienen.
Men weet nog niet of de Fransche
Senatoren en afgevaardigden de
plechtigheid zullen bijwonen. De
journalisten zullen plaats nemen aan
de zijde van de oorlogszaal, de genoo-
digden aan die der vredeszaal. „Gar
des municipaüx" in hun prachtige
uniformen zullen aan weerszijden van
den ingang „en haie" worden opge
steld. Om het kasteel heen zullen een
aantal regimenten te paard zijn op
gesteld.
De onderteekening zal worden aan
gekondigd door kanonschoten, klok
gelui, militaire muziek enz.
Het is niet waarschijnlijk, dat er
toespraken zullen worden gehouden
bij de plechtigheid.
Een maand na het in werking tre
den- van de overeenkomst zal aan de
Duitsche regeering de lijst worden
voorgelegd van de personen die uit
geleverd moeten worden. Zullen zij,
die moenen op die lijst voor to ko
men, zich voor het eindigen van
dien 'termijn naar (neutrale landen
uit de voeten maken?
Dan wachten Nederland on Zwit
serland nieuwe nïöellijkheden.
CtLEMENCEAU, de Fransche mi
nister-president, heeft zijn voorne
men te kennen gegeven om af te tre
den na d© openbare afkondiging van
het verdrag, omdat hij meent, dat nu
de taak. die hij op zich genomen had
den oorlog voor Frankrijk te win
nen ten einde toe volbracht is.
D© „Echo de Paris" verzeker!dat
■men veronderstelt. dat de beida
Fransche Kamens het vredesverdrag
tegen einde Juli zullen hebben gerati
ficeerd.
Verspreid nieuws
DE OPGEëlSCHTE BUITENLAND-
SCHE FONDSEN. Do Duitsche re
geering heeft 40 mïllioen gulden vroe
ger opgeëischte Servische, Argentijn-
sche en andere buitenlandsche fond
sen aangewend tot totaling van le
vensmiddelen.
De vernietiging van de
Duitsche oorlogsvloot.
Een ooggetuige heeft aan de Daily
Chronicle een besclirijving gegeven
van de vernieling van de Duitsche
vloot op de reede van Scapa Flow.
Zaterdagochtend zoo verhaalt hij
- maakte een troepje schoolkinde
ren een tochtje per zeilschip uit
Stromness om de geïnterneerde Duit
sche oorlogsvloot op de reede van
Scapa Flow te bezichtigen Om tien
uur 's morgens vertrok, bij mooi
weer, het vaartig met circa 200 kin
deren aan boord uit Stromness. .Na
een korten zeiltocht voer men dicht
langs het slagschip „Hindenburg en
de overige Duitsche schepen. Men
kon hier en daar manschappen aan
boord zien, maar zo reageerden niet
op het wenken en roepen aan boord
van het excursie-vaartuig en hielden
zich buitengewoon stil.
Van de groote schepen zette het
zeilschip koers naar de torpedojagers,
die twee aan twee voor anker lagen
die niet, zooals de slagschepen,
nieuw opgeschilderd waren, maar er
integendeel erg smerig uitzagen.
Juist wilde men terugkeer en, toen
sleepboot het zeilschip kwam
waarschuwen, om een beetje uit do
buurt van de Duitsche oorlogssche
pen te blijven, omdat er blijkbaar
iets met m den haak was. Ev<_n
ma zagen zij op alie schepen
den Duitsclien adelaar in top n:j-
sclien, terwijl er eensklaps aan
Loord groote bedrijvigheid hevrschte.
Geleidelijk begonnen de schepen te
zinken, sommige heel langzaam, an
dere sneiler: enkele kantelden om,
zoodat ze met den kiel naar boven
kwamen drijven. Intusschen hadden
de Duitsehers de zinkende schepen
verlaten en zich in de sloepen en op
vlotten begeven, die alle groote witte
vlaggen vertoonden en zich door
Britsche sleepbooton op sleeptouw be
nemen. Enkele sloepen bereik
ten naburige eilanden.
Volgens een ander bericht was lie.
hijschen van een roode vlag blijkbaar
het afgesproken teeken onder .Ie
Duitsche bemanningen, om gaten in
de schepen te boren, ten einde ze te
laten zinken. Zoodra met de roode
vlag gezwaaid werd, begaven de be
manningen zich in hun booten. Een
Engalsch wachtschip opende dadelijk
het vuur, om de matrozen lot terug
keer dwingen, maar velen hunner
sprongen uit de booten en zwommen
naar den wal, waar zij latei- omsin
geld werden en in verzekerde bewa
ring gesteld.
De daad van Von Reuter en zijn
mannen wordt door de Engelse lie
bladen scherp gelaakt. De Times wil
aan Duitschland een straf iplcggen
voor diC verraderlijk tot zinken bren
gen van schepen die honderden irul-
lioenen aan waarde vertegenwoordi
gen.
Ook de Daily Mail noemt het bo
ren van gaten in schepen in een vei
lige haven, waar reddingsmiddelen
bij do hand zijn, na een tamme en
laffe overgave, eon daad van laag
verraad, een schaumtelooze uittor
ting van de Geallieerden.
De regeering heeft in 't Engelscho
Lagerhuis medegedeeld:
Er zijn tien slagschepen gezonken;
één was nog drijvende. Verder zijn
vijf'slagkruisers en acht lichte krui
sers in de diepte verdwenen; drie
zijn er op strand gezet. Voorts zijn
28 torpedobooten gezonken en 18 op
strand gezet.
De kwestie van vergoeding voor o*
tot zinken gebrachte schepen wordt
thans door de geallieerden te Parijs
overwogen.
Volgens minister Long was lu i on
mogelijk, voorzorgsmaatregelen te
nemen ten einde het tot zinken bren
gen der schepen te voorkomen. De
schepen waren geïnterneerd en met
overgegeven en de Britsche admirali
teit had derhalve geen bevoegdheid,
een wacht op de schepen te plaat-
UIT HEI LEVEN .AN GEOFFllE*
GILL,
Detective
door IVANS.
25)
Wij zouden den naam van mensch
niet verdienen, als we dat niet de
den antwoordde G. G. En nu wil
ik u klaren wijn schenken. Wanneer
ik wilde afgaan op de uiterlijke tee
kenen, waarop men gewoonlijk ver
trouwt, zoude ik aan uw schuld ge-
looven, zooals velen doen zullen. Maai
er zijn omstandigheden (welke doet er
thans niet toe), die mij daarvan terug
houden. Dit beweegt mij, u mijn hulp
aan te bieden. De vraag is alleen, of
n die aanneemt.
Ik wil gaarne aan uw goede be
doelingen geiooven en dus uw hulp
aanvaarden, mits De Graaf hield
plotseling op en scheen naar zijn
woorden te zoeken.
Welnu, mits?vroeg G. G.
Mits u van mij geen volledige
openhartigheid verlangt.
De woorden kwamen er ecnigszins
vWeifelend uit.
lk wist, dat een van de eerste
eisclien voor het wélslagen van den
detective deze is, dat hem door den-
gene, in wiens belang hij werkzaam
is, volkomen vertrouwen wordt ge
schonken: daarom verwachtte ik niets
anders dan dat G. G. deze voorwaar
de afwijzen zou. Maar ik vergiste mij.
Ik verlang slechts, dat u open
hartig zult zijn, voor zooverre u dai
zijn kunt, zeide hij.
En ik, van mijn kant, beloof u
niet meer achter te houden dan strikt
noodzakelijk is.
Dan zijn wij het geheel eens,
heer Graaf, u zoudt mij nu verplich
ten door mij mede te deden, hoe u
den avond hebt doorgebracht, nadat
u met de Gravin van bet feestterrein
in hot slot teruggekomen waart.
Hier bemerkte ik, dat Graaf Csa-
ddnyi een vragenden blik in mijn
richting wierp. Ik stond dus dado,
op en zeide:
Als de lieeren 't mij veroorlooven,
zal ik hen bij hun verder gesprek al
leen laten. Mijn vrouw is alleen en
natuurlijk zeer ontsteld over wat ik
haar heb moeten mededeeJen.
Maar ik liad buiten G. G. gerekend.
Neen, Willy, je vrouw moet nog
korten tijd alleen blijven. Ais de heer
Graaf het veroorlooft, blijf dan hier:
ik zou er grooten prijs op stellen, je
zlonswijze omtrent sommige punten te
vernemen. En zich tot don Graaf
wendende voegde hij or aan toe.
Mr. Hendriks en ik hebben meerma
len samengewerkt. Ik toets mijn in
zichten dikwijls aan de zijne.
Hoewel ik heel goed begreep, dal
dit gezegde meer complimenteus don
waar was, deed het nnj toch genoe
gen, dat mijn vriend zich aldus uit
liet tegenover den Graaf. Maar dezen
scheen mijn blijven toch niet geheel
naar den zin te zijn.
Het zal mij aangenaam zijn, als
Mr. Hendriks hier blijft zeide li
koel en met een stijve buiging. Blijk
baar had hij mij nog niet vergeven,
dat ik mijn verhouding tot G. G. ge
heim had gehouden, lk was geen de
tective en behoorde dus geen masker
te dragen!
HOOFDSTUK XII.
Dchoudïngvan Béla
Keiler.
Ik heb u eigenlijk slechts weinig
te zeggen aldus begon Graaf Csa-
ddnyi. Het was, zooals u weet, on
geveer half negen toen de Gravin en ik
in liet slot terugkwamen. Zij trok zich
ter ug in haar vertrekken om wat rust
te nemen. Ik werkte tot lialfelf hier in
mijn kamer: er waren vele brieven te
beantwoorden.
Waart u alleen'? vroeg G. G.
Béla Keiler, die intelligent is en
oen goede hand schrijft, helpt mij dik
wijls. Ook vanavond was hij bij mij.
Hebt u niets bijzonders aan hem
gemerkt?
Hij was stil en gedrukt. Het
schijnt, dat zijn vrouw weer minder
wèl is, en daar tobt hij over. Om
half tien liet lk mij wat wijn cn lick-
gebak brengen.
Wie bracht u die ververscliin-
gen?
Ilonk a Keller. Wij aten en
dronken wat, onder het werk door,
want Keiler bleef bij mij, totdat om
lialfelf ongeveer zijn dochter de bor
den en glazen kwam wegruimen, ik
verliet toen, tegelijk met haai', de
kamer.
Hebt u ook toen niets aan hem
of haar gemerkt?
Nu ik er achteraf over nadenk,
valt mij in, dat zij bleek en zenuw
achtig was.
Was zij dat reeds, toen zij u de
ververschingen brengen kwam?
Ilel is mij toen niet opgevallen.
En u hebt niets anders opge
merkt?
Neen!.., Ja toch viel hij zlch-
zelven in de rede. Toen zij de ka
mer verlaten hadden, meende ik in de
gang een onderdrukten kreet te hoo-
ren. Ik opende zelfs de deur en vroeg
of er iets gebeurd was. Keiler ant
woordde, dat het niets was: zijn doch
ter was alleen uitgegleden.
Dat is interessant zeide G. G.
En zij had van de glazen en bor
den, die zij droeg, er geen enkel la
ten vallen?
Neon. Toen zij weg waren,
ging ik de Gravin opzoeken om te
zien, of zij uitgerust was. lk was
misschien een half uur bij haar.
Waai' liggen de appartementen
van de Gravin?
Gelijkvloers.
En er gebeurde niets bijzonders
tusschen u beiden?
Niets! De stem klonk droog en
kort.
U hadt geen «meningsverschil
len?
Er was toén geen wolkje tu
schen ons!
Toen'? De oogen van den de
tective rustten met een eigenaardige
uitdrukking op den Graaf.
Deze was opnieuw zeer bleek gewor
den. Hij bleof eenigen tijd zwijgend
en ik ontdekte, dat er in de staal
blauwe oogen van mijn vriend een
harde, strakke uitdrukking kwam, die
ik zeer goed kende: hij begon aan de
onschuld van den man vóór hem te
twijfelen.
Plotseling maakte deze een ener
giek gebaar.
W aarom zou ik het verzwijgen?
zeide hij. Kort daarop hadden
wij een zeer heftige woordenwisse
ling.
In de vertrekken van de Gra
vin?
- Neen. Hier, in mijn werkkamer.
Ik was dadelijk hierheen terugge
keerd.
De harde uitdrukking in G. G 's
oogen verdween, maar zijn vragen
volgden nu*als hamerslagen op elkan
der, snel, zoodat zij den ander ge«D
tijd tot overleggen lieten.
Hoe kwam zij hier?
Zij had altijd de gewoonte dei
avonds korten tijd in mijn werkka
mer te komen. Dat was niet bijzon
ders.
- U deedt haar verwijten?
- Ja.
- Waarover?
- Op die vraag kan ik u geen ant
woord geven, Mr. Gill.
Maar waarom die verwijten niet
vroeger tot haar gericht, toen u op
haar kamer waart?
- Ik wist toen niet, dat er reden
tot verwijt bestond.
Dat is waar, er was toen geen
wolkje tusschen ui Dus u hebt die
reden ontdekt, nadat u in uw kamei
teruggekeerd waart. Waren de gor
dijnen gesloten, zooals nu?
Zeker, maar ik begrijp niet wat
die vraag beduidt.
G. G. deed, alsof hij deze opmerking
niet hoorde.
U hebt niemand anders gezien o.'
gesproken?
Neen!
fWctrdt vervolgd.)