Sttficrs Om
Ouitenlandsch Overzicht
SMsnlsnwB
Ome LasMiosfc
De Lachende Kavalier
TWEEDE BLAD.
Vrijöag 3 Qetoüer 181»
Uit onze Wetgeving.
DELGING VAN CRISJSCHULD.
Door den oorlogstoestand heeft
ons land zich diep in de scliulden moe
ten sieken, zóó diep. dat het er in geen
jaren kan nit komen. Van alle zijden
wordt er op aangedrongen dat een
middel zal worden gezocht ten einde
den last al dadelijk *e verlichten. Het
denkbeeld van een heffing Ui-eens is
aanstonds bij de eerste crsia'eaning
van minister Trvub (December 1914)
reeds geopperd. Aanvankelijk werd
'i door de grootste meerderheid van de
finanoieele specialiteiten verworpen,
maar langzamerhand is men er meer
voor gaan voelen. Men was echter van
oordeel dat gewacht diende te worden
tot 't oogenblik was gekomen, waarop
een overzicht van den toestand van
's lar.ds financiën mogelijk waa. Dat
oogerh.ik is thans gekomen en het is
dus w begrijpen dat het oude denk
bee'J weer op den voorgrond komt.
Nadat oorlogswinstbelasting en ver
dedégingsbelastingen reeds een flink
stuk van de crisisschuld hebben ge
delgd blijft en toch nog 'n bedrag van
ongeveer een milliard gulden ter af
lossing over.
Even moeten wij er aan herinne
ren dat het vraagstuk van een hef-
fing-in-eens niet. meer precies is als in
1914. Het onlangs door Mr. Marchant
en ziin partijgenocten ingediende
voorstel, dat kortheidshalve een hef-
fing-in-eens wordt genoemd, is da»
feitelijk n et. Het voorstel heet dan
ook „tot heffing van buitengewone
belastingen voor een snellere aflos
sing van de crisisschuld." Dit doel
gaa» volkomen parallel aap dat van de
verdedigtngsbelastingen. Aanvanke
lijk hadden deze het karakter van een
heff ng-in-eens maar tengevolge van
gemeen overleg lusscben de Tweede
Karr.:r en de Regeering is dat karak
ter eenigermatc gewijzigd. Deze belas
tingen zijn nu semi-permanente be
las» ngon geworden.
Over het nut en het nadeel vaji hef
fing-, n-eens valt niet meer te twisten.
De volbloed voorstanders zijn iets te
ruggegaan met hun principe; de togen-
slanders zien het bijkans onverinijde-
'lijke van een heffing in eens in.
Deze toenadering wordt in beeld
gebracht door twee wetsontwerpen,
één van Minister De Vries en één van
de vrijz nnig-democraten, onder lei
ding van Mr, Marchant.
We zullen beide ontwerpen- nader
bezien.
Beide ontwerpen hebben iets ge.
meen: n.l. zij tasten het kapitaal aan
ten einde een flink stuk van de crisis-
schuld te delgen.
Von hen, -die in dezen tijd niet al
leen het groote voorrecht hebben een
vermogen te bezitten, dat hun een
zekeren weerstand geeft, maar zelfs
dit vermogen zagen toenemen, mag
in de e-erste plaats een offer worden
gevraagd ter verkrijging van do gel
den. welke rn het algemeen belang
moeten worden opgebracht. Aldus
luidt de grondstelfhwr. van Minister
De Vries.
Wenscht men onder de gegeven om
standigheden tot snelle aflossing van
de crisisschuld een heffing-in-eens te
doen, dan moet deze heffing tot basis
hebben het geheele belastbare vermo
gen. Aldus Mr. Marchant.
De heeren zijn 'fc broederlijk eens.
En nog een eindje verder gaat- hun
eensgezindheid: zij wenschen de hef
fing te doen aansluiten bij die der
ve.rdedigingsbela5ting. Maar dan
houdt de eensgezindheid op.
Minister De Vries wenscht
vermoger.saanwasbelasting. Het ie zijn
bedoeling om de aanslagen in de ver-
dedigingsbelastingen van den zelfden
belastingschuldige over twee belas
tingjaren to vergelijken. Dit die ver
gelijlring zal hij leeren hoe groot de
aanwas van h.et vermogen was en die
aanwas zal tot grondslag strekken
voov de heffing der belasting. De ver
dedigingsbelasting wordt alleen ge
heven van personen, wier vermogen
meer dan 50 mille bedraagt en dus
zullen de kleinere vermogens vrij
zijn van de vermogensaanwasbelns-
tii.g. De Minister acht dit alleszins
billijk omdat deze vermogens toch niet
veel te beduiden hebben en omdat hij
den aanwas van deze kleinere vermo
gens niet wenscht te .belemmeren.
Tot grondslag neemt <Le Minister
den aanwas over een tijdvak van 3
jaar. Aangezien in het ééne jaar
vooruitgang' valt te constateeren en
in een volgend wellicht temggaiig,
werscht de Minister de belasting
om de drie jaar te heffen, voor liet
eerst over het jaar dat 1 Mei 1919 is
aangevangen. Het* vermogen zooals
hét, ie in het jaar 1 Mei 1919—30 April
1920, wordt vergeleken niet hei, vermo
gen zooals het was in het jaar 1 Mei
1916—30 April 1917. Van den even-
tueelen aanwas heft de Minister zijn
belasting.
Wal de oorzaak van den aanwas Ie
geweest, kan den Minister niet sche
len. Alleen de aanwas door erfenis
wordt vrijgesteld omdat deze belasting
zou neerkomen op een hernieuwde sue
cessiebelasting. Deze soort aanwas
wordt afzonderlijk aangepakt in de
nieuwe successie-belasting. Ook het
geen krachtens een overeenkomst van
Tevensverzekering is verkregen, valt
buiten deze belasting, omdat dit na
tuurlijk niet als vermogensvermeer-
dering is aan te merken.
Geen belasting is verschuldigd in
dien de aanwas minder bedraagt dan
tien procent van het vroeger vermo
gen en tevens minder dan 15 mille.
Zoo is de bepaling voor de eerste hef
fing die 30 procent bedraagt van den
aanwas. De volgende heffingen zul
len 10 procent bedragen. In verband
met dit lagere percentage is de grens
der vrijstelling op 5000 gulden gesteld,
d. w- z, de aanwas van een kleine 2000
gulden per jaar is dan steeds vrij.
De Mmis'er berekent dat hij bij de
eerste heffing ongeveer honderd vijf
en twintig millioen zal binnenhalen
en bij iedere volgende heffing tien mil
lioen per jaar.
Natuurlijk zal het noodig zijn tegen
ontduikingen te waken. Eén voor de
hand liggend middel zou zijn zich
tijdelijk naar het buitenland te bege
ven. Volgens art. 4 echter zal voor hen,
die vóór 1 Mei 1919 het Rijk verliet,
doch zicL later weer hier Ie lande ves
tigt, hel jaar van heffing der belas
ting worden vervangen door het jaar,
waarin die vestiging plaats heeft. Men
zit er dus altijd in. Ook is een navor
dering ingesteld, die met het viervoud
van het bedrag wordt verhoogd.
Aangezien deze belasting zich go-
heei aansluit aan de verdedigingsbe-
laeting gelden alle bepalingen van de
ze ook voor de nieuwe belasting. Ter
betaling van de eerste heffing neemt
het Rijk zijn eigen leeningspapieren
in ontvangst, echter tegen een lagc-
ren koers dan die van uilgifle.
Tegen deze nieuwe belasting zijn
vele bezwaren ingebracht. Het begin
sel echter acht men niet onjuist. De
uitwerking is eenvoudig; alléén: zij
za! dezelfde fouten hebben als de ver
dedigingsbelastingen, omdat zij daar
aan verbonden ,s en bovendien eeni-
ge nieuwere die het gevolg zijn van
hert. stelsel.
Een paar voorbeelden.
Iemand bezat op 1 Mei 1916 80 mille,
op 1 Mei 1919 99 mille. Betaalt niets,
want zijn vooruitgang bedraagt min
der dan 15 mille.
Iemand bezat op 1 Mei 1916 80 mil
le, op I Mei 1919 96 mille. Betaalt dus
96—80 mille is 16 mille. Mag tien pro
cent van Zijn oorspronkelijk vermogen
aftrekken, zijnde 8 mille. Betaalt dus
van 168 mille is 8 mille. Daarvan
30 is 2400 gulden.
Iemand bezat op 1 Mei 1916 180 mil
le en op 1 Mei 1919 194 mille. Betaalt
niets, want zijn aanwas is minder dan
15 mille.
Iemand bezat op 1 Mei 1916 180 mil
le en op 1 Mei 1919 190 mille. Hij be
taalt dan van 16 mille minus 15 mille
is 1 mille. Hij mag 15 mille aftrekken
omdat zijn aanwas minder dan 10
van zijn vermogen bedroeg. Deze mnn
betaalt dus 30 van 1 mille is
gulden.
Men ziet het verschil. Vermogens-
aanwas van 80 tot 96 mille 2400 gulden
belasting; van 180 tot 196 mille 300
guidon.
Aan den lezer om zich over te go-
ven aan bespiegelende theorieën o
deze belasting.
v. d. H,
'T VREDESVERDRAG VAN VER
SAILLES DOOR DE FRANSCHE
KAMER COEOCEKEURO.
De Fransche Kamer heelt het vrc
desverdrag van Versailles met 372 te
gen 52 stemmen goedgekeurd. De ver
dragen mri Engeland en de Vereenig
'de Stagen (waarborgen tegen ^ve,n-
tueele aanvallen der Duitschers o»
Frankrijk) werden met algemeen o
stemmen goedgekeurd.
ECONOMISCHE TOENADERING
TUSSCHEN FRANKRIJK EN
OUITSCHLAND.
Niet onmogelijk is, dat al gaf 't vre
desverdrag van Versailles daartoe wei
nig hoop, er binnenkort meer toenade
ring tusschen de Franschen en Duit
schers zal komen.-
TJit Parijs wordt aan de Telegraaf ge
seind
Sedert langen tijd reeds drongen" de
Fransche bewindsmannen er bij Enge
land en Amerika op aan, krachtige me
dewerking te veilueiieii tot stabilisee-
ring van de franc. Men deed daarbij op
merken, dat, indien Londen en New-
York niet tot een zoodanige interventic
zouden overgaan. Frankrijk gedwongen
zou ïijn,- ïn Hoofdzaak van de Duitsche'
industrie gebruik te maken.
En het begint er thans op te lij keu,
dat het deze richting uitgaat, hetgeen
begrijpelijkerwijze van het grootste be
lang is voor de Fransch-Duitsche eco
nomische betrekkingen. Immers, heeft
de Fransche regeering er zich thans
rekenschap van gegeven, dat, ten ge
volge van den stand der buitcnlandschc
valuta het voor Frankrijk noodzakelijk
wordt zijn aankoopen in Duitschland
doen.
Inderdaad is dan ook tot de Fran
sche industrieelen een schrijven gericht
vanwege het ministerie voor het herstel
der Fransche industrie, waarin o.m. de
volgende merkwaardige passage voor
komt
,,Den industrieelen, die hun fabrie
ken niet in de noodlijdende en verwoes
te streken hebben liggen, en die der
halve de artikelen en producten, waar
aan zij behoefte hebben, in geld moeten
betalen, wordt in verband met den
stand van den Franschen wisselkoers,
verzocht hunne aankoopen in Engeland
of de Vereenigde Staten tot het uiter
ste te beperken en in verband met de
zelfde overweging de zeer uatuuilijkc
bedenkingen, die hen zouden weerhou
den in Duitschland de benoodigdc ma
chines, werktuigen en installatie te
koopeu, die zij in Frankrijk slechts le
gen buitensporige prijzen en na langen
tijd zouden geleverd krijgen, te laten
n. Van heden af kan viij met de in
aanmerking komende Duiischc of Oos-
tenrijksche leveranciers worden gecor
respondeerd."
Het financieele blad „Banque et
Bourse", die deze passage publiceert,
commentarieert als volgt
„Aldus manifesteert zich nu op de
eest lastbare wijze de politiek, welke
Engeland en de Vereenigde Staten in
du opzicht jegens ons hebben gevolgd.
In den vervolge kan men de Duitsche
waren niet meer boycotten, want het
voor ons een kwestie van-leveu of
dood, dat wij onzen wisselkoers niet tot
m het oneindige laten afbrokkelen en
aanlanden op een niveau, dat het Fran
sche crediet onherstelbaar zou aanias-
ten. Wij gaan nog verder. Wij wenschcn
de regeeiing geluk, dat zij heeft inge-
i, dat niet langer halve maatregelen
konden worden genomen en dat het
niet mogelijk was, die eenheid onder
de geallieerden, die tijdens den gan-
schen oorlog van kracht is geweest, in
du opzicht voort te doen duren. Wij
hebben niet het recht een zeker gevoel
sentimentalitqit te voeden en hoe
sterk ook nog dc verachting in ons
leeft voor den vijand van gisteren, om de
wijze, waarop hij den oorlog heeft ge
voerd, toch dient ons belaag ons over
deze gevoelens heen te heipen. Want
onze vrienden zelf hebben ons den weg
getoond. Immers wordt reeds van vel
schillende zijden opgemerkt, dat zij in
dezelfde lijn handelende, een grooi
mntal producten, die wij van hen be
trokken, in Duitschland hadden ge
kocht. Deze aitikelen werden aan ons
doorgezonden en de stand van den wis
selkoers verzekerde den Engel schen en
Amerikanen daarbij groote winsten."
DE POLITIEK TECENOVER
TURKIJE.
In de Fransche pers gaan herhaal
'd&lijlk stemmen op om matiging le
.prediken ten opzichte van Turkije ei;
de vroegere plannen tot uiteenscheu-
ring van het Ottoinaansohe rijk op K
geven. De Temps beval zelfs krachtig
aan, om met de heeren te Konsiantl
nopel ie gaan praten, óp den grond
slag van instandhouding van het rijk,
over de reorganisatie.
Uit ■'en hoofdartikel van het „Jout
nal des Debuts" klinkt een dergelijk
geluid.
De vredesconferentie heeft do groote
fout begaan, constateert dit blad, om
de totaal vei&iagen Turken op hun
verhaal te laten komen. Zij hebben
zicii hersteld en in BDein-Azie is een
krachtigs nationalistische beweging
ontstaan, welke zulk een omvang
heeft aangenomen, dal een eventueel
optreden daartegen een expeditie in
tetania forma zet» vereisehen
Maar een verbrokkeling op groote
schaal van bet Turksche rijk is ook
voor de geallieerden niet noodzakelijk,
xueent het Journal des Déibats, en zij
hebben geen cokel belang erbij
Franiki ijk heeft zelfs een zuiver togen-
overgesield belang om te verhinde
ren, dat een Turkije blijft bestaan, sa
mengesteld uit de Turksche gebieden
van het rijk. "Weliswaar vereischerj
tweo lastige problemen een oplossing,
n.l. de aanwezigheid der Grieken le
Smyrna en de Armenische quaes'.ie,
maar die is met goeden wil to vinden.
.Noodig is-(eindigt het blad) dat de
vredesconferentie ontwaakt uit haai
Oosterschen slaap en dat zij een doel
bewuste politiek volgt ten opzi-chU
van Turkije/een politiek, welke thans
voor een goed deel gericht moet zijn
op een comprorfus. De tijd van beve
len en rege-en is voorbij een derge
lijke politiek had men slechts kuuner.
Nolgien, toen de overwonnen landen
cp genade of ongenade aan de over
winnaars waren overgeleverd.
Een telegram uit Washington aan de
Matin" meldt, .dat de Amerikaansche
commissie van buitenlandsche zaken,
welke belast is met do Armeenscbe
kwestie te onderzoeken, haar rapport
heeft uitgebracht. Zij vraagt een legti-
corps van 20.000 man te zenden naai
Armcniih
Ter aanvulling van het in ons vorig
nummer medegedeelde uit de mémoires
van Von Tirpuz, nog het volgende
Van het allergrootste belang achtte
Tirpiiz eea onmiddellijkcn aanval
van dc Duitsche vloot op de Engelsche.
De tegenwerping, dat een zeestrijd den
wereldoorlog niet zou beslissen, meen
de v. Tirpiiz als volgt te kunnen ont
zenuwen „Daartegen valt te verkla-
dat het aanzien van Engeland in
de wereld feitelijk berust op zijn onover
winnelijke armada. Een Duitsche over
winning ter zee of zelfs maar een voor
Engéland twijfelachtige afloop van den
slag, zou aan het aanzien van Enge
land dc grootste afbreuk doen. Men
moet den indruk op het buitenland van
de door ons bij Coronel behaalde over
winning waargenomen hebben om dc
beteekenis van een dusdanig prestige
verlies juist te kunnen beoordeelen. De
Engclschen waren zich bewust van de
uitwerking van dezen slag, daarom
haalden zij een ontzaglijke strijdmacht
uit het vaderland weg om de nederlaag
bij Coronel te kunnen uitwisschen. Uit
vrees voor een ernstig verlies aan pres
tige, gingen zij ook tegenover onze
Noordzee-vloot met de grootste voorzich
tigheid te werk. Of een voor ons ge
lukkige zeeslag in 1914 een einde aan
de blokkade had kunnen maken of niet,
destijds nog niet van bcslisseuden
aard, want de Engelschen konden
zich bij hun overzeesche positie niet
blootstellen aan een aanmerkelijke ver
zwakking hunner zeemacht. Het ge
heele verloop van den oorlog zou an
ders worden, wanneer wij destijds aan
prestige op zee hadden gewonnen. Het
overloopen van Italië naar het vijande
lijke kamp zou verhinderd zijn gewor
den, onze positie ten opzichte van de
Scandinavische staten zou plotseling
veranderd zijn. De geneigdheid van den
Tsaar tot het sluiten van een afzonder
lijken vrede en onze kans op overeen
stemming met Japan, zouden toenemen
c onze vloot door haar krachti
ge medewerking ons prestige verhoog
de en het Engelsche verzwakte. En 0111
dc Engelsche vloot althans belangrijk
te reduceeren, ontbrak het ons zeker niet
aan kracht. De Britsche zeemacht lag
als een nachtmerrie op de geheele we
reld der niet-Angelsaksische mogend
heden. Voor de kleine zeemogendheden
wij, niet Engeland, de natuur
lijke ruggesteun. Allen hielden Je
oogen op ons gevestigd. Het was bet
laatste uur van de vrijheid der we
reld. Op zee werd om zaken van nog
grooter belang gestreden dan te land
en daar, op zee, streden ook de hei
melijke sympathieën van vele onzer
oogenblikkelijke tegenstanders
onze zijde. Alleen zeer krachtige midde
len konden ons redden. Wij moesten
aan de „grand fleet" minstens groote
schade toebrengen. Elke vermindering-
van de Britsche zeemacht zou onmiddel
lijk de Indische en Egyptische en an
dere quaesiies aan de orde brengen,
aan Engeland bond:
noodig had om ons t
trekken cn hel gunstiger stemmen
den vrede. Zelfs een zeeslag, die onge
lukkig voor ons zou afloopen, zou onze
kansen niet belangrijk verminderd heb
beu. Veilig kon worden aangenomen,
dat de Engelschen evenveel zouden ver
liezen als wij."
DE SPOORWEGSTAKING IN ENGE
LAND NEEMT AF.
In den stand van de spoorwegstaking
U Engeland is nog niet veel verande
rig gekomen.
Volgens deofficieele berichten dor re
geering ne-enu het aantal werkwilli
gen toe. /.oodal nu reeds 800 treinen
rer dag kunnen rijden. De spoorweg
maatschappijen beginnen reeds op dc
gewone wijze goederen af te leveren.
Dc voedselvoorziening moet vrij gerc
geld van stapel loopen.
De onderhandelingen tusschen de
rogeeruig en de sf-akere duren voort.
Reuter soint daarover: De minister
president Lloyd George heeft aan de
afvaardiging der spoorwegarbeiders-
geantwoord, dat afgezien van andere
overwegingen de ministers, die bij de
onderhandelingen betrokken zouden
lzijn, zich njet voldoende met de
(juaestie zouden kunnen bezighouden,
terwijl, hun geheele aandacht gewijd
ia. zooals noodzakelijk het geval zijn
moet, aan de beraming van maatrege
len om het land in leven te houden."
Dit wijst nog niet op het bereiken
van eenigc oplossing in het conflict.
De voorzitter van de arbeiderspartij
In het parlement heeft den minister
president erzocht om het parlement
dadelijk bijeen te roepen.
die het
Uitgaan.
TOONEEL. Maandag 6 October
a.s. zal liiar ter stede door de N. V.
Het Hollandsch Toon eel" dir. Louis
do Vries een buitengewone voorstel
ling worden gegeven van „Preilsten s
Erfenis", succeskiucht in 3 bedrijven
an Anton en Donald Herrnfeld.
In dit stuk, dal iederen avond met
stijgend succes in den Hollandschen
Schouwburg te Amsterdam wordt op
gevoerd, treden op de dames Lena
Kley, Sara Heyblom, Guusje van Gel
der, Lize van der Raay, Aüda Crok,
Cal. van Praag en de heeren Louis
de Vries, Elias van Praag, E. W. ae
Blauw, H. K. Teune, Sam de Vrie»,
Philip de Vries, Charles Specht, Ju
lius Brongers, George Verenet, Joh.
te Wechel, Willy van Duyn, W. Gar
en Jean Stapelveld.
Het Schouwtooneel", dir. Adr. v.
d. Horst en Jan Musch zaj Zondag 5
October nog e^a opvoering geven van
De Paradijsvloek m deu Hoarlem-
schtn Stadsschouwburg. De voorstel
ling begint precies 8 uur en is onge
veer om halfelf geëindigd, zoodat be
zoekers van omliggende gemeenten
hun woonplaats nog per train of trein
.winnen bereiken.
De directie vestigt er de aandacht
op, dat bij den aanvang van elk be
drijf de zaaldeuren worden gesloten.
Door de N. V. „Tooneetvereeni
ging" van Amsterdam, directeur
Herman Heyermans, zullen wegens
hot buitengewoon succes, in den Stads
schouwburg alhier, op Maandag 6 en
Woensdag October a.s. twee buiten
gewone voorstellngen worden gegeven
an Eva Bmheur, genoeglijk spel in
drie bedrijven van Herman Hcijer
Evenals bij de vorige vertooningen
zaïl het speciale decor voor deze voor
helling uit Amsterdam worden mee
;ebracht.
PERSONALIA.
De heer L. G. Prins te Bloemen
daal heeft wegens verkoop zijnel
landerijen in dien polder bedankt als
voorzitter van den Zuiderpolder onder
deze gemeente en Haarlennnerliede.
RAAD VAN ARBEID. ln de
Woensdagmiddag gehouden installa
tie-vergadering van den Rahd van
Arbeid, zijn ais leden van het DageL
Bestuur aangewezen de heeren: C-
ten Boom, ad-werkgever en R- J-
Dijk, lid-werknemer.
HAARLEMSCHE BESTUURDERS-
BOND. Woensdagavond had de
Haarlemsche Bestüurdersbond een
druk bezochte ledenvergadering in
het gebouw „Blauwe Kruis", onder
leiding van den heer H. H. Morison.
Door den heer E. hupers, bestuur
der van liet Nederi. Verbond van Vak-
vereenigingen, werd een inleiding ge
houden over de beteekenis van de In
validiteitswet, en mede in dat vel
band over de bevoegdheden van de
Raden van Arbeid. Op een zeer bevat
telijke wijze zette de spreker de betee
kenis van deze wet uiteen.
Naar aanleiding van het mei groo
te aandacht gevolgde betoog werden
door verschillende aanwezigen vra
gen gesteld, welke door den spreker
werden beantwoord.
Arr. ReGlitïank
Onjuiste aangifte.
Verder stond in de middagzitting
terecht J. K., landbouwer te Oost-
zaan, beschuldigd in Juü 1916 op
een aangiftebiljet van de rijkstnkom
etenbelasting opgegeven te hebben dat
zijn inkomen f 1300 bedroeg, terwijl
het in werkelijkheid f 2700 was.
Beklaagde voerde als zijn veront
schuldiging aan, dat hem later gebie
ken was dat hij zich had vergist. Bo
vendien hield hij na et nauwkeurig
boek.
Eisch: 1 week gevangenisstraf.
Diefstal.
Daarna nam in hetbeklaagdenbank
je plaats de 19-jarige bankwerker C.
A. J-, wonende te Amsterdam, die
in Mei van dit jaar, zooals hij zelf
ter terechtzitting bekende, verschil
lende stukken ondergoed en een
scheermes wegnam uit een schip van
getuige W. K. In wiens dienst hij
toen was.
Het O.M. requireerde een voorwaar
delijke gevangenisstraf van 4 maan
den met een proeftijd van 3 jaar.
V eedlefstaL
De werkman P. D., wonende te Bo-
vcnkarspel, nam op 12 Augustus van
dliit jaar een koe weg uit een weide
onder de gemeente Oosthuizen, ten
nadeele van den veehouder K. B. Hij
bracht het beestje naai- de markt _te
Purmerend en maakte er daar f
voor.
Al beweerde bekl. ook, dat de koe
niet in de wedde maar langs den weg
liep, de Officier achtte den diefstal
On d er w ij ze ree: Wie kan mij
Sets vertellen van gras? We. Jantje,
•wat weet jij er van?
Jan: Gras is iets waar je nooit op
loopen mag. juffrouw 1.
in elk geval vaststaande en eischte
tegen D een gevangenisstraf van één
maand.
Een ongevraagd advies.
Op den 14en Augustus 1919. stond
mej. S. A. M. T., gehuwd met A. H.
te Edam in de deur van haar huis,
toen een 11-laJ soldaten, allen uHgo.
vallenen uit den troep, onder geleide
van een korporaal passeerde. Een
der landsverdedigers keek om en
kreeg daarvoor een terechtwijzing
van den korporaal: „Kijk voor je!"
Mej. T. vond. dat deze drie woor
den op zulk een barschen toon geuit
werden dat zij haar verontwaardi
ging niet kon bedwingen en dp zeer
luiden toon in 't algemeen adviseer
de: „Sla hem met de kolf van z'n
geweer op z'n képi!'
De juffrouw had zich Donderdag
middag voor dit ongevraagd advies
te verantwoorden.
Zij beweerde alleen maar gezegd
te hebben: „Sla hem op z'n kepi!"
Twee getuigen hadden evenwej da
woorden: „met de kolf van z'n geweer'
duidelijk verstaan.
Het O.M. eischte f 20 boete of 10
dagen hechtenis.
De juffrouw zed, dat ze het nooit
meer doen zou
Elsohen van Chr. Huishoud*
personeel.
Op een te Utrecht gehouden verga*
derotg van den Ned. Chr. Bond van
huishoudpersoneel is het volgende
program van actie vastgesteld:
Minimum-Ioonen. Meisjes voor hal
ve dagen 8—2 uur f 3.— per week.
Dagmeisjes van pLm. 20 jaar f .6.—
per week met vollen kost.
Dienstboden 18 jaar en ouder:
Keukenmeisje en meid-alleen f 275.
per jaar met jaarlijksche verhoogin-
g«n van f 25.tot f 375.per jaar.
Werk- en linnenmeisjes f 250.— per
jaar met jaarlijksche verhoogingen.
Waschgeld f 52.— per jaar. Gods-
penning, 2 keer per jaar 5 van het
loon.
Werksters, met kost f 2.— per dag;
zonder kost f 2.75 per dag met tram
gold.
Werktijden en verlof.
De arbeidstijd, hoewel moeilijk pre
cies te begrenzen, mag niet langer
zijn dan 10 uur per dag.
De arbeidstijd zal ais regel niet
vóór 7 uur aanvangen en niet na 8
uur eindigen-
Er moet op den dag voldoende ge
legenheid gegeven worden tot het rus
tig gebruiken der maaltijden. Ge
tracht moet worden gedurende de
rusttijden het belioopen zooveel moge
lijk te beperken. Eens per 2 weken
'n geheel vrijen Zondag. Op de met
vrije Zondagen moet gelegenheid ge
geven worden voor Kerkbezoek .'t ij
des morgens of des middags. De ar
beid op Zondagavond wordt zooveel
mogelijk vermeden.
Tweemaal per maand .een vrijen
middag en tweemaal per week een
vrijen avond, die eens per halve
inaund gelijk valt met den vrijen
middag.
Vacantia
Veertien dagen vacantie. per jaar
met behoud van loon en verstrekking
van het kostgeld, minstens f 10.— per
week of f 1.50 per dag met vergoeding
van reisgeld, eens per jaar.
Diversen.
Vrije en frissche slaapkamer. Eon
keer per jaar tar gelegenheid van de
schoonmaak verschaffing van w.-rk-
kleeding en klompen. Wordt bijzonde
re kieediug verlangd, dan moe; deze
door de werkgeefster worden verstrekt
Wenschelijk achtte men bij uitsle-
diglieid van de werkgeefster aan de
werkvrouwen het salaris door te ue
talen.
MUSEUM VAN KÜNSTNLJVKR.
HEID. I11 do Rontonde van hot
Museum zou Donderdagavond, ter go
ietgénheid van de tentoonst. van acs-
Uietificn uitgevoerde gebruiksvoorwer
pen door den heer Juist Havelaar een
eerste avor.dlezing worden gehouden
over „De cuitureeie beteekenis der Ne-
derlandsche Ambachtskunst".
Het werd acht uur, kwartier over
acht, half negen.... geen spreker. Toen
verzamelde de Directeur van het Mu
seuin en -leider der tentoonstelling, de
heer CRto van Tussenbroek, de aanwe
zigen (er waren een 30 a 40 belang
stellender.) in de hal van het mu
seum om zich heen, sprak zijn teleur
stelling uit over het niet-versohijnen
van den lieer Havelaar en begon een
van die charmante causerieën, waar
van hij het geheim bezit. Spr. vestig
de de aandacht op een gehe«l uit hout
Feuilleton
DE GESCHIEDENIS VAN DEN
VOORVADER VAN DEN ROODEN
PIMPERNEL,.
BARONESSE ORCZY,
33)
Wat is er dan? vroeg hij nog
eens ongeduldig.
Toen klonk het heel zacht:
Die joffer?
Ja, wat is er met haar?
Hebt u haar lief? stamelde ze.
En wilt u haar vanavond ontvoeren?
Een oogenblik keek hij haar in
stomme verbazing aan. Zou hij een
hailvo idioot in de zaak betrokken heb
ban
Maar toen hij zag. flat zo mcondo
wat ze zei, gooiide hij zijn hoofd ach
terover en lachte, zoodot het in dc
healo kamer weerklonk.
Zeg, riep hij, zoodra hij wee;*
spreken kon, wat ben je toch een
mal kind. Hoe komt het bij je op?
Ik weet, dat. u haar wilt ontvoe
ren, zei ze beslist. Zoo dwaas hen
ik niet of ik begrijp, dat ik voor lok
middel moet dienen. Die donkere
steeg, die eenzame plek en u, die er
ook komten dan die gebeur ten ls
waarvan ik misschien zou schrikken
ik ben geen klein kind, ik be
grijp er alles van.
Klaarblijkelijk, zei hij droogjes.
Hebt u haar lief? vroeg ze nog
eens.
Wat kan jou dat schelen?
Toe, zegt u het me, houdt u van
haai?
Als ik ,,ja" zeg, vroeg hij mot.
een glimlach, zou je mo dan je
hulp weigeren?
O neen.
En als ik neen zeg.
Dan zou ik blij zijn, zei zo een
voudig.
Dan zullen we maar ,,neeu" zeg
gen, riep hij vroolijk, want ik wil
je graag blij maken.
Zijn wenscli werd vervuld, want een
vroolijke uitdrukking vloog over haar
klein gezichtje Ze liep vlug naai* de
deur en deed die voor hein open.
Als u me nog eens spreken wilt,
zeil zo,tikt u dan maar vier keer
achter elkaar op de deur, dan vlieg
ik om 11 open te doen.
1-Iij z&i haai* goeden dag en ging
neuriënd naar beneden, zonder ook
maar één oogenblik om te kijken. En
zij hing over dc trapleuning cn zag
hem op de donkere trap verdwijnen.
XIV.
Na dendiensL
Jonkvrouw Beresteyn had dien
Nieuwjaarsdag heel wat uren in dc
kerk doorgebracht. Ondanks hot
slechte weer was ze naar df-11 ochtend
dienst geweest en nu woonde ze weer
den a\ onddiensf bij.
De kerk was niet heel vol. De mees
te menschen vierden thuis feest, zoo
dat Gikla een hoekje van hot gebouw
voor zichzelf had, waar zc zich rus
tig aan haar gedachten en aan haar
gebed kon overgeven. Het geheim,
dat zij wist, woog zwaar op haar ziel
en den heelon nacht en den gan-
schen dag was zij ln twijfel geweest
wat zij doen zou.
Wat moest zij doen? Mocht ze een
misdaad toelaten, zonder ook maar
één vinger uit te steken, om die te
verijdelen? Mocht ze haar eigen broe
der en zijn vrienden verraden en hen
overleveren aan het schavot?
Haar vader was degeen, die haar
helpen kon en zo bad God haar te zeg
gen of ze haar vader alles vertellen
zou of niet..
Zo had Nicola.es gezegd, dat ze het.
misschien doen zou, maar ze deinsdo
terug voor dien stap, dien velen als
verraad zouden beschouwen.
Cornells Beresteyn was een man
van strenge principes en groote op
rechtheid Wat hij doen zou. als hij
iota wist van een samenzwering waai-
in zijn eigen zoon betrokken was,
kon niemand vooruit zeggen zelfs
zijn eigen dochter niet. ln geen geval
wijde ze overhaast handelen.Ze hoopte
tegen beter weten in, dat Nicolaes'
oogen voer het verraderlijke van de
heele geschiedenis zouden geopend
worden en dat hij zich terug zou trek
ken voor het te laht was, of dat God
haar een teeken zou geven welken
weg zij had te volgen.
Moe en wanhopig had zij lang ge
beden en verliet eerst de kerk toen
allen al weg waren. Het was een don
kere avond en al was er nu en dan
wat sneeuw gevallen, hing er toch
een vrij dichte mist.
Gildu Beresteyn trok haar bonten
mantel dicht om zich heen en begaf
zich naar hui3. Maria liep naast
haar. Jacob en Piet gingen met de
lantaarns vooruit. Eerst gingen ze de
Groote Markt over, toen de Kleine
Houtstraat door tot ze aan de Oudo
Gracht kwamen. De twee dienaren-
liepen viak voor haar. Hot was hier
eenzaam en men hoorde dikwijls van
kwaadwilligen, die gemakkelijk de
vlucht konden nemen in do doodloo-
pende steegjes. Gilda Beresteyn liep
vlug achter de mannen aan. Maria,
die altijd bang was in het donker en
op eenzame plaatsen, liet ze vlak
naast zich loopen.
Ze kende den weg precies. Nu was
de sneeuw op den grond hard bevro
ren maar in het voor- en najaar zak
te men hier wel tot de enkels in de
modder, behalve voor de meer deftige
huizen en de openbare gebouwen,
waar een straatje van steen en was
gemaakt, b.v. voor het Oude Vrou
wenhuis met zijn zware eiken deur en
hooge steenen muren. De weg was
hier altijd goed onderhouden. 111 den
regentijd werd de modder altijd zorg
vuldig verwijderd en in den winter
werd de sneeuw geregeld wegge
veegd.
Naast dat Oude Vrouwenhuis was
een nauw straatje, dat toegang gaf
tot de kapel van St. Pieter. diè niet
meer gebruikt werd sinds de Rernon
stronten in slechten reuk stonden na
den dood van Johan van Oldenbarae-
vekl en het verraad door zijn zonen
gepleegd. De hoek van dat straatje
was een geliefkoosde plaats voor be
delaars, maar alleen voor de minder
gegoede or bestaat immers zelfs
een hiërarchie onder bedelaars. De
bedelaars, die het wat boter ging in
de wereld, verzamelden ziel; bij de
kei-ken.
Hier kwamen alleen van dié ai-me
drommels, die het waakzaam oog va.n
de wacht wilden ontgaan, die in de
gevangenis hadden gezeten, gedeser
teerd waren, of als dieven en boos
doeners bekend stonden.
Gilda Beresteyn, die een gevoelig
hart had, hield aitijd eenige centen
in haar hand om die te geven als
iemand haar een aalmoes vroeg, maar
ze bleef hier nooit staan om die an
dere gift te geven, die dikwijls wel-
komer is dan geld, de gift van een
vriendelijk woord.
Vanavond voelde ze zich zoo droe
vig en eenzaam, dat ze dadelijk bleef
6taan toen uifdc donkere steeg een
zachte klagende stem klonk.
Om hemels wil, mijn goede jonk
vrouw!
Het was heel donker, en er lag
vcet sneeuw. Ze kon de spreekster
niet zien. maar ze hoorde, dat hot
een vrouw was, die sprak.
- Kom eens hier met je* lantaarn,
Jacob, zei ze.
U moet u niet ophouden om met
die menschen te praten, zei Maria,
terwijl zo haar meesteres angstig aan
haar mantel trok.
Om hemels wil! klonk weer die
klagende stem in het duister.
Jacob kwam nader met de lanta
ren.
Een eindje de steeg in zag tij nu
een kleine vrouwenfiguur, oen meisje
eigenlijk nog, dat met gescheurde
kleeren en blootc voeten in de sneeuw
(Wordt vervolgd.)