De Lachende Kavalier
HAARLEM'S DAGBLAD
ZATERDAG 6 DACEMBEK :91a TWEEDE BLAD
Rubriek voor V rouwen.
voornaald geheel mei 2 steken av
rechts van de andere zijnaald,
opnieuw het werk keeren en rech.s
terug breien tot en met 4 steken van
ide zijnaald, dan keeren averechts te
rug tot en met 4 steken van de an
dere zijtnaald en zoo vervolgens tdt de
steken van die beide zijnaalden zijn
verbruikt
Dan breit men geheel rechts 12
toeren en begint dan terug te wer
ken eerst de 3 naalden (voornaald
plus 2 zijnaalden) geheel, dan omkee
ren terugguahd tot op twee steken na
en dan weer keeren en zoo vervolgens
tot men de voornaald alleen weer
over heeft. Dan nog de boord en dc
kniekous is op het afkanten klaar.
Voorziet men de kn'ekou- nu nog van
een paar luajts, voor de jarretel, d: n
kan zij bij het dragen niet afz -
ken.
Als een smakelijk en piquant toetje
't recept voor Gemtrerpudding:
200 gram brood; 100 graan geconfijte
gember; 2 eieren- 2 1/2 d.L. melk.
Bereid l n g: Plaats in een vorm
laag om laag,- dunne, vet gesmeerde
srieedjès brood (liefst zonder korstjes,
en stukjes gember.
Klop de eieren (men kan zeer goed
kalkeieren gebruiken) voeg hierbij
de mcHc en giet deze massa over het
brood em. de gember. Laat den pud
ding l'uur au bain Marie koken en
uw gerecht is gereed.
Secr. Afdeelïng H. en O. van de
Vereoniging van Huisvrouwen.
Kleverparit 132-
Liefde
Uit het Engeisch.
De kleine kantoorjongen met zijn bui
tengewoon kleinen, lijdelijk door een
inktvlek zichtbaren neus, hield even op
met het kraken van hazelnoten in de co-
piëermachine en keek den jongsten bc
diende met diepen ernst aan.
.>£eg. Jimmy, wat is er gebeurd?"
vroeg hij. ,,Je trekt vanochtend een ge
zicht als een stuiversvlieger; Je hebt toch
niets verloren?"
Jtommy zuchtte. „Alleen maar mijn
hart, ouwe jongen," zei hij sentimen
teel.
„Loop rond."
„Ik ben verliefd," legde de ander
blozend uit.
„Neem je er iets voor in?"
„Ik heb aan Pruisisch zuur gedacht,"
zei de jongste bediende.
..Den laatstcn keer dat ik verliefd
was," peinsde de kantoorjongen, „dacht
ik over een bloem in mij'n knoopsgat.
Maar misschien heb jij gelijk."
„Jij!" (Minachtend): „Jij bent nog
maar een kind."
„Dat vertellen kinderen mij altijd,"
was het slagvaardige antwoord.
De jongste bediende richtte xkh op
ui; zijn onverschillige houding en keek
buitengewoon gevaarlijk.
„Als je grappig wordt," zei hij, „ben
ik bang dat ik je een draai om je ooren
zal moeten geven."
„Je hebt gelijk, dat je bang bent,"
merkte de kantoorjongen op. Toen, ter
wijl dc ander naar een liniaal greep,
voegde hij er haastig bij „Maar ik heb
werkelijk medelijden met je, oude jon
gen. Ik probeerde je maar wat op :e
vroolijken. Maar je bent zoo opvlie-
gend."
„Haar naam," zei Jimmy, een beetje
vricndlijker gestemd, „is Emma
Smith".
„Trek het je niet aan," zei de kan
toorjongen.
„Wat bedoel je?"
„Ik dacht, dat je er haar misschien
toe zoudt kunnen krijgen om haar naam
te veranderen. Hoewel zij natuurlijk Em
ma zou blijven heeten," mompelde bij
somber.
„Kr zijn' leelijker namen dan Emma,"
zei de jongste bediende.
,,lk heb er zelf leelijker naar mijn
hoofd gehad," stemde de kantoorjon
gen toe.
„Wij ontmoetten elkaar," zei de ver
liefde jongeling op dramatische wijze,
„op den weg naar Holloway. Ik had cr
geen flauw idéé van hoe ik den avond
moest besteden omdat ik niets an
ders te besteden had."
„Vrijdag, zeker?"
„Hoe weet je dat?"
„Vrijdag is zoo'n ongeluksdag
voor mcnschen die per week betaald wor
den."
„Toch kau ik mij tijden herinneren,
zei de jongste bediende, „dat ik Vrij
dags nog wel vijf stuivers in mijn zak
had."
„Ik heb zelf wel eens niet meer dan
een kwartje gehad," zei de kantoorjon
gen;
„Nou, zooals ik dus zei, ik neusde
zoo'n beetje rond op den Hollowayweg,
met een sigaret te, die ik liever niet wou
opsteken, omdat het mijn laatste was, in
raiin mond. toen ik haar juist voor mij
zag loopen. Zij maakte dadelijk een prci-
tigen indruk op mij, hoewel ik haar
gezicht niet gezien had en zij zoover ik
wist, leolijk kon zijn en zoo oud als
oud."
„Hoe oud is dat?" vroeg de kantoor
jongen.
Oiizs Laclibosk
BLOEDGELD.
Zy kwamen voorbij een groot
huis. 0
Dai is sen mooi Imxs, zei de een,
en toch kan ik het gezicht ervan
niet verdragen.
Waarom niet.»
Omdat gebouwd is uit blood,
de pijnen ,de zuchten van menschcn,
uit de smart van kinderen en deen
angst van vrouwen.
Is de eigenaar dan een woek«"
raar of een geldschieter?
Neen, een tandarts.
VOORBARIG.
Uw schrijven om de hand mijner
dochter heb ik dadelijk tiaar een
grapholoog gezonden. Hij....
O, meneer, die menscben kan
men nooit .vertrouwen!
Zoo? Hij liet zich zeer gunstig
over u uiti
Pr. Nrd. Ct.)
AI!
Er was een nieuwe portier aan d«
club verbonden en toen een der leden
voor het eerst zag, keek hij hem m-
dorzoekend aan en zei:
„Je komt me zoo bekend voor, waar
kan ik je vroeger gezien hebbent"
„Dat weet ik niet, mijnheer", ant
woordde de portier.
„M at was je voor je hier kwam?
Misschien ken ik je daarvan".
„Gevangenbewaarder, mijnheer".
(Het Leven).
„Laten wij zeggen, twintig."
„Vrouwen zijn anders a' zij twintig
zijn, niet werkelijk oud," wierp dc kan
toorjongen tegen. „Ik heb er gekend
van drie- en zelfs vierentwirdie zich
zelf jong vonden."
„Zij." antwoordde de' j. - klerk,
„was juist op een verstandigere leeftiid."
„Wanneer?"
„Ik bedoel, dat zij nu juist op den
verstandigen leeftijd is."
„Ik heb nooit geweten dat zij zoo'n
leeftijd hadden," merkte dc kantoorjon
gen somber op.'
„Ik stak den weg over," ging Jimmy
voort, „liep een eindje hard, stak toen
weer over en liep terug. Zoo kwamen wij
elkaar tegen. En het oogcnbltk dat ik
•haar zag, wist ik dat elk-, v rbij was."
„Wat! vóór het begonnen was?"
„Alles voorbij met mij, stommelingl Zij
had ik bedoel zij heeft ceo van die
gezichten die je dadelijk aantrekken."
„Knap."
„Als een plaatje."
„Ik heb anders plaatjes gezien, die
bijna echt naar het leven waren, zoo
leelijk!"
,,!k nam rnijn hoed af," zei de jong
ste bediende, „en boog. Zij glimlachte."
„Ik denk dat zij moest l.rchen omdat
jij dacht dat je eea hoed op had inplaats
van een pet?"
„Ik zei glimlachte. En ik had wel een
hoed op.- Ik liep naar haar toe en zei
„Goeden avond, juffrouw."
„Ik moet die woorden onthouden zij
kunnen mij te pas komen."
„Zij antwoordde Ik geloof niet dat
ik u ken, meneer. Ik zei, nee dat ge
noegen moet nog wachten."
„Je zei zeker niet, wie het te wachten
had?"
„Zij begreep mij. Zij is niet gek, zoo
als jijk"
„Gekken zijd nooit zooais ik," zei
de kantoorjongen.
„En tobn zei ik „Mag ik u thuis
brengen, juffrouw?" Ik verzeker je, zij
was er hedemaal opgewonden van."
„Misschien wilde het arme kind heele-
maal niet naar huis."
„O, met zoo iets moet je altijd begin
nen. Je moet iets zeggen. Je kunt niet
met een onnoozel gezicht blijven staan
en niets zeggen."
„Dat is toch wel gebeurd," zei de
kantoorjongen.
„En toen, in minder dan geen tijd,"
ging de jongste bediende voor;, „praa:-
ten wij met elkander als twee oude
vrienden. Ik heb mij nooit zoo aange
trokken gevoeld tot een meisje, als :ot
Emma. Wat ik zeggen wou, er was nog
een ander meisje bij."
„Er is er altijd een bij."
„Zij is anders heel knap," zei Jimmy,
„Wie is knap?"
„Het andere meisje."
„Wat doet het uiterlijk er tenslrte
toe?" zei de kantoorjongen. „Zoo lang
jij Emma maar voldoende vindt...*."
„Wat bedoel je toch?"
„Je zei dat het andere meisje knap
was."
„Dat is zij ook."
„Nou, dan," antwoordde dc kantoor
jongen „dat beteekent, dat Emma het
„Dat beteekent het heelemaal niet."
„Maar zij kunnen niet allebei knajr
zijn, zie je."
„Waarom niet?"
„Omdat dat nooit zoo is."
„Ik zou niet weten waarom niot."
„Maar z ij wel, ouwe jongen. Het
knappe meisje loopi met het leelijke
meisje, omdat zij alles naar haar z:a wil
hebben heel natuurlijk. En het Icehj-
het meisje als fabrieks
arbeidster.
Ik licb cell iic«i aandoenlijk en
treurig schetsje gelezen, over het le
ven van een jong meisje uit een dei
oorlogvoerende lunden, dat ik wil
trachten weer te geven, ai aal het
moerujk zijn ex- do tragiek van te
óotii voelen, die inij juist daarom
'zou pakte, omdat dc ievensbesci ra
ving niet met een bepaalde tend enz,
maai' eenvoudig weg als een ge\.,
uit vele, verteld was.
Toen dc oorlog bogen, was de held
in nog oen schoo'ktnd en trok zij
zich er bitter weinig van aan, totdat
do matorieolö ellende in hen vorm
van li ongel' en ontbering kwam. i:.,
gezin was vroeger altijd welgesteld
geweest., bewoonde oen goed© waning
en de kinderen mochten goed leereai,
en ook na de schooljaren cursussen
volgen. Maar nu met den oor.og
moesten de oudere meisjes ook aan
het werk en bleek hel voorueelig-t
om naar de fabriek te gaan. Dat be
taalde goed maar de beide dochters,
waren tegen dezen arbeid niet be
stand, de eene werd ziek eai stiexT
aaxi tuberculosa, do andere kon liet
evenmin volhouden en bleef met een
geknakte g. z> uil-.eid thuis. Toen do
jongste dus van de schoolbanken
kwam, weid er in den familiekring
bestolen dat zij zoo spoedig mog-.
moest trachten onafhankelijk te wor
den en op een morgen trok zij met
eenago lotgenootjes pe,r tram naar
het groot-i industrie-centra om haar
geluk te beproeven. Een vr ooi ijk la
chend troepje, dat niets liever wilde
dan naar dc grootc stad gaan, a! was
1i::l dan ook om hord te warken, en
du. geen oogcnblik besefte, dat zij nu
tu-_ „...g.umc-ii mt Ve maken van dai
gr col c leger vrouwen dat in aüe oor-
er n van de wereld haar haardsteden
s morgens verlaat, om in nioexzainon
arbeid haar kost to verdienen. Wij
krijgen dan een opsomming van dc
meest verschillende) bedrijven waar
zu'ke meisjes bozig zijn, liel begint
met 't plakken en vouwen van kar
tonnen doosjes, hel verpakkan van
zeep en chocolade enz. Maar al deze
fabrieken betalen niet genoeg, dun
komt allerlei atelierwerk, maar daar
de opleiding daartoe ontbreekt, komt
zij ook nic-t verder. Dan maar naar
de strijk- en waschixix-ichüng, waar
zij den he-elexi dag heer-: hemden ov r
den e'-ectrlscheri sl.-ijkmangel moet
haien, dug steeds met opgeheven ar-
men moet staan en met de voeten op
een steenen vlooi'. Daarna komt de
eerste instorting, maar er is wel zoo
veel verdiend, dat zij den raad van
den doktor kan opvolgen en een paar
weken ergens buiten rust kan nemtn,
maar dan begint het trekken naar
de stad weer.
"s Morgens vroeg al die bleek© af
getobde wezentjes in tram of trein,
die hun moeheid trachten te verja
gen door luidruchtige: opgewonden
heid en lawaaiig geroezemoes, en
's middags oen slaperig knorrig
groepje dat \w:©r nnhr huis komt.
Zoo gaam eon paar jaar voorbij en
als de vrede in aantocht is, begin
nen de meisjes uil te zien naar de te
rugkomst van hon, die ze noode He
ten gaan. Zoo ook ons loon treks toetje
en gelukkig do vriend kwam onge
deerd uit den oorlog en wilde niets
liever dan zoo spoedig mogelijk trou
wen. Nu begon do ellende pas recht,
er was niets gereed of overgespaard
voor het jonge gezin, «n wat erger
was de vrouw kende niets, hoege
naamd niets, van het huishouden.
Haar gezondheid was niet best on
zelfs vreesde zij, dat zij of nooit Jein-
deren zou krijgen, of dat dezen zoo zij
wel ter wero.il kwamen niet lang zou
den leven. Dit zag zij zooveel voor
komen bij de meisjes die ook ge
trouwd waren on met haar in de fa
brieken hadden gewerkt. Ze voelde
zeir dal ze het moeilijke maar toch
emotievol!© loven buitenshuis slecht
zou kunnen ontberen, en zich schik
ken in een eentonig huiselijk be
staan. Het eind was, dat zij he/t hu
welijk niet aandurfde en haar verlo
ving verbrak.
Dit kleine schetsje lijkt, ons wel
wat somber, en we zijn gelukkig, dat
ong land niet in den oorlog kwam en
dat we niet bij zulk© groot© fabriéks-
centsa wonen. Ts dit niet struisvogel
politiek, v/anl eigenlijk is het feit dat
de oorlog in dit speciale geval ©sol
kind naar de fabriek dreef, maar van
weinig waarde.
Zonder ooi'log in eigen land,' is
toch ook bij ons in de 'laatste jaren,
het. aantal meisjes dat naar de fa
briek gaat, enorm toegenomen. En
toen ik dit verhaaltje las, zag ik
weex' voor mij de uitgelaten -bende.
Waarmee ik in de oorlogsjaren, me
nig, .i H van Bussum naar Amster-
1 euilleton
DE GESCHIEDENIS VAN DEN
(VOORVADE VAN DEN ROODEN
PIMPERNEL,
door
BARONESSE ORCZY,
87)
Stoutenburg keerde ziel: plotseling
om en verliet, de kamer. Ze hoorde
de dtinne houlen deur achter hem
dichtvallen, muur ze zag niets meer,
het was of er duisternis om haar
heen was em Ln die duisternis stond
slechts één figuur in het volte licht,
de figuur van den man aan de galg.
Verder niets dan zwarte ondoordring
bare duisternis! En an uit ker
ker drongen monscïtdh'jke smartkre
ten tot haar door.
O God, schenk hem genade!
fluisterden tiaar koude witte lippen.
0 God, schenk hem on ons allen ge
bade!
A i.I.
Alsof hij door den duivel bezeten
Iteas, rende dc hear van Stoutenburg
baar den molen.
Het zwakke morgenlicht begon eerst
lam spoorde een troep kinderen, dk
op een sigareueiilabi'iek werkte. Ei
waren zulke aardige persoontjes bij,
ecuigen gebruikten 't spooruurtje om
con liuiiuwarkjo te maken of tots i_
.©zen, maar als men dan sommige
typts ai' by ootwaardde, hun to...
noord© en du grappen met en over de
soldaten iu trom of aan ue stations,
don rilde men van het idee, dat de
jonger© en onschuxaige meisjes du
gelijks in dit gezelschap verkoerueii
Ook in onze eigen stad behoeven we
niet lang rond te zien, om to weten,
dat er honderden meisjes in fabi'to-
ken werken ©u waar liet vroeger
nia;tx' een klein peroenLagc was, nat
up o,tellers of bij particuliere strijk
sters haar kost verdiend©, daar gaat
nu het meerendrcOi der vrouwelijke
jeugd naar de confectie-fabrtokde
groot© sirijkinriehting of andere
werkplaatsen. Ik wil nu neg niet eens
in tie eerste plaats spreken oveir de
ongezondheid van veel dezer verblij
ven, dit is zeker in de laatste lijd n
wel verbeterd, ook niet over het
groot© gevaar van zooveel jonge ele
menten bij elkaar te brengen, laat
ons eens aannemen, dat de arbeids
voorwaarden zoo goed mogelijk zijn
en hot toezicht voldoende. .Maar ook
dan nog begrijpt ieder dat het voor
He moreel© en daardoor weer voor de
phyaieko gesteldheid van het meisje
op dezen leeftijd onomstooteiijk v
keord is dan gehee'en dag hetzelfde
eentonig© werk te verrichten. Iedere
vrouw kent hot gevoel van geestelijke
vermoeidheid en prikkelbaarheid bij
langdurig zittend werk, hoeveel te
meer dan jonge kinderen die bew.-
ging noodig hebben.Maar vooral: wat
leert do aanstaande echtgenoot© on
moeder in de jaren, dat zij dit soort
arbeid verricht? Men kan altijd nog
bewaren, dal men qp een naaistars-
ateivor nog iets op deedit, dat in het
Later levein te pas kwam, maar wiie
steedg hetzelfde confeetiegoed ver
vaardigt op een dooi- electrtoiteit go
d-reven machine, zal dait toch nooit in
de huishouding toepassen.
Komt er nu eenig licht in don toe
stand-, door den S-urigen arbeidsdag?
iiet zal zeker wed iels geven, in allen
gevilde komt er wat tijd vrij voor
huiselijke bezigheden of voor onlwik-
Koiing. 1 let is daarom dat de Yer-
euriiging die zich ten taak stelt, ora
zooveel mogelijk alle jonge vrouwen
op te voeden tot goede huisvrouwen
en moeders, alles in het werk wil
stellen om de fabrieksarbeidster^ te
u©:< iken. Juist voor deze groep meis
je:- voelt zij dat er iets gedaan moet
worden wiJJen zij niet zoo ongeluk-
lei g tegenover het leven staan. W at
zijn er niet tal van gezinnen achter
uitgegaan en steeds dieper gezonken
omdat de vrouw en moeder haar
werk niet karnde ©n niet kon onder
houden wat soms met vesl moeite bij
elkaar was gebracht. Wat zijn er
niet veel kleine stakkerds verwaar-
joosd, nic-t uil liefdeloosheid, maar
uit onkunde. De vereeniging waar ilc
v-a-n sprak wil zoo graag helpen, maar
ze hooft den steun noodlig van de
oudip.rs, maar onk van de werkgevers.
Evengoed als de directeuren van fa
brieken en kantoren hun mannelijk'
personeel in de gedegenheid stellen
en aanmoedigen om zich wat moer te
ontwikkelen cn verder t© komen,
evengoed moeiten de werkgevers en
de opzichteressen, die in nauwer con
tact met de arbeidsters zijn, zich l-o-
ii veren om dezen te overtuigen, dat
de meerdere vrije uren niet alléén
aan plezier moeten besteed worden.
Ik sprak daar van de ouders en ze
ker moet er op hun medewerking ge
rekend worden. Laat iedere moeder
het groote belang toch inzien, dal
haar dochter nog iets anders moet
wezen dan kantoorklerk of fahrieks-
meisje en niet vergen dat zij na haar
8-uur arbeiden, waardoor zij de fl-
naticieele zorgen helpt draden, nog
veel dn huis helpt.
Wat mij persoonlijk betreft, en ve
len zullen dit wel met mij eens zijn,
blijf ik de ellende en het verkeerd©
voelen van het meisje als fabrieks
arbeidster. Juist op den leeftijd dat
zij zich lichamelijk en-geestelijk ont
wikkelt zou ik haar zooveel liever
zien werken ln de huishouding onder
goede aibeiidsvoorwaardian. Waar die
bestaan zien wij als regel een nor
malen gezonden groei en daarbij wor
den deze vrouwen later beter geschikt,
voor ©ïgen gezin.
Maar men kan den stroom der tij
den niei stuiten, alleen nog goedma
ken wat goed te maken is. Daarom
"nog eans dit ernstig woord van waar
schuwing aan de moeders, om wel
toe te zien waar dit leven hun doch
ters voor opvoedt, en een opwekking
aan allen om den invloed dien ze kun
nt-n uitoefenen, aan te wenden om
t flauw te schijnen en de plaats onder
dexi moten was nog in donker ge-
huid. Stil en donker: de soldaten en
vieemde huurlingen waren in den
mist verdwenen; haastig neergegooi
de wapenen lagen op den modderigen
grond; zwaarden, pistolen, musket
ten, hier en daar eai kleedingst.uk,
een halsdoek, een helm, een kleurig©
gord©!!
Stoutenburg klemde zijn tanden op
elkaar om een kreet vaxi teleurstel
ling terug ie houden.
Slechts nu on dan dook een gedaan
te op in He schemering, een achter
blijver, die niot aan de algemeene
vlucht llad deelgenomen, of een min
derwaardige, die op roof uit was. Nu
en dan klonk er een vloek on lcroop
iemand over den grond als een Icrui-
p-'-nd dkir dat zijn prooi zocht. Stou
tenburg koelt noch naai' links, noch
naar rechts. I-Iij lette niet op die
g es! verschijningen. Hij wist, dat hij
de plaats nagenoeg verlaten zou vin
den, dal drie dozijn man, lafaards on
huurlingen als op den wind ver
strooid waren. Boven zijn hoofd hoor.
de hij voctget'appel: zijn vrienden
Borestoyn Heemskerk en van der
Does maakten zich gereed voor de
vlucht. Zijn plan om zich te wreken,
waarvoor hij a'Jes in de waagschaal
gesteld had, was in het niet verzon
ken, maar hij had nog iets anders op
het oog, leis dat hem ruimschoots
het tegenwicht te roekan en t© be
vorderen, dat veten zoo noodig heb
ben. Hel is hoog noodig dal er iets
godaan wordt dat voelen wij alten.
P. J. WILLEKES MACDONALD-
REYNVAAN.
ONZE DRANKEN.
Water. Voedzame en op
wekkende dranken. Eenlge
recepten.
Wanneer wij bedenken, dat ons
lichaam voor het grootste gedeelte
uit water bestaat, dan is het gemak
kelijk te begrijpen, dat dit voaht, dat
we op verschillende manleren verlie
zen, steeds weer aangevuld moet wor
den.
Ieder voedingsmiddel bevat eon ze
kere hoeveelheid water, en kan dus
het verloren gegane vocht in ons
lichaam hei-pen aamvullon, maar aan
de dranken (komt een groot gedeelte
van die aanvulling toe. Daarbiji heb
ben echter sommige nog een voeden
de. andere en opwekkende eigen
schap, waardoor zij- ook van veel be
lang zijn voor de spijsvertering.
Ons gewone, zu'ivere dri nkwator
diient noch als voedend, noch als op-
wekkofnd middel, nuuiir kan alleen
onze dorst ilessohen, waardoor het
echter ook van belang is.
Dat het heldere duinwater volkomen
vrij is van schadelijke bestanddeefen
spreekt wel vanzelf, en ook in groote
steden, waar geen duinen of heuvels
zijn, die als watervoorziening kunnen
dienen, zooals bijvoorbeeld in Rotter--
dam, kan men toch zuiver drinkwater
krijgen, dat wel eenigszins auders van
samenstelling is, maar dat toch ook
gölieel vrij is van schadelijke bestand-
deelen.
In dorpen is het vaak moeilijker:
daar moet men zich behelpen met re
genwater of met pompwater, Om ent
water van allertei ongerech igilied en te
zuiveren, bestaan er filters, maar
daar deze natuurlijk duur zijn in aan
leg, kan lang niet iedere plattelands
bewoner zich een dergelijke luxe ver
oorloven. Daarom i6 hei wel aan te
'bevelen, het water zoo frisch mogelijk
te behandelen: de eerste druppels na
een warmen, -stoffigen dn®, die in den
regenbak van het dak af terechtkomen
worden dan ook meestal niet als
drinkwater gebruikt maar wegg-ego-
ten.
De zuiverheid Wan het duimw-ater
kan men met een genist geweten nan
de zorg dier autoriteiten overlaten;
Iw-ijifelt aan de driiikbaarheid van
legen- of pompwater, dan is het ver
standiger de hulp van een bacterio
loog in te roepen.
De melk hoort tot de voornaamste
voedende dranken en wordt laarom
vaak meer als voed T--sniiddel dan al.-;
dorswesschend middel gebruikt. Wan
neer men de gepasteuriseerde melk
van eau groote melkinrichting ge
bruikt. dan heeft men niet v-ei ge
vaar daar onaangename gevolgen van
te ondervinden. Maar het drink?n van
ongekookte melk zal door -. ticreen
worden afgeraden, de typhus, d:e
eenig© weken geleden in Amsterdam
zoo veelvuldig voorkwam heeft ons
W©er doen zdeu. hoe weinig hygiënisch
vele boeren hun melk nog behande
len en welke verstrekkende gevolgen
dit kan hebben. Natuurlijk Lebben
alle dranken, die met melk bereid
worden eenzelfde voedingswaarde,
alleen cacao is meestal zwaarder te
verteren, omdat dit zelf nogal heel
wat vet bevat; vandaar ook, dat ©r
wel menscben na het gebruik
van melkchocolade last van hoofd
pijn krijgen. Er bestaat een m tl een
voudis middel om dit te voorkomen,
wanneer men de melk vooraf met
water verdunt. Of, wat nog meer
afdoende is.-taptemelk gebruikt (zoo-
a.is men weet is dit de molk, die bij
de roomboterbereiding overblijf*,
wanneer het vet afgescheiden is) i?
do drank even smakelijk en toing*niet
zoo zwaar t© verteren.
Behalve een voedende drank is ca
cao ook een opwekkingsmiddel, even
als thee en koffie- Te sterko tn te
groote hoeveelheden zijn schadelijk
voor de gezondheid omdat zij te prik
kelend werken op de spijsverterings
sappen en de "zenuwen.
Het verhaal van den man, die een
weddenschap aanging met een tg
vrienden, dat hij een kop zwar e kof
fi© zou drinken, getrokken van een
pond koffieboonen, waarvan hij geen
schadelijke gevolgen zon ondervinden,
en die na het volvoeren van die
dwaasheid overleed, is misschien
nog zoo onmogelijk niet.
Maar zooals wij de koffie drinken
met veel melk er in of dc thee. ge
trokken met veel water, zal hrt gee..,
schade aan ons lichaam doen.
Limonades en vruchtensappen die
nen alleen ter opwekking, 's zomers
ook dorstlesschend De zelfgemaakte ie
het meest aan te bevelen, omdat er
niet mee geknoeid is, maai' er zijn
tegenwoordig vele bekende firma's
wier naam reeds op ecu a fnhri-
caat duidt..
De zoogenaamde „limonette" staat
tegenover de limonade als de huis
houd jam tegenover de gewone jam:
zij is bereid met glucose of aard ar
pelstroop in plaats van suiker. Daar
dit geen schadelijk middel is. heeft
zou schadeloosstellen voor het mis
lukken van den aanslag.
Met een vreugdekreet, liep hij ver
der naar de plaats waar hij de galg
f i auw onderscheidd e
Hij riep luid om Jan. Hij zag hem
nog niet evenmin als dein gevangene
on Roode Piet zou zeker blijken ook
geen lafaard te zijn.
Hij riep nog eens: tn de verte
scheen alleen een spottende lach hom
to antwoorden.
Als een opgesclu-ikt dier sprong hij
vooruit. Daar stond de galg! De
haastig in elkaar getimmerde plan
ken kraakten, het touw sloeg regel
matig bewogen door den wind, tegen
het hout
De heer van Stoutenburg staarde
als in een droom naar dit schouw
spel.
Heer!
Een stem klonk flauw dicht bij
hem.
Het wag Jan's stem.
Werktuigelijk ging Stoutenburg op
het geluid af. Hij zag Jan op den
grond liggen aan een balk vastge
vonden. Zijn armen waren met een
touw op zijn rug gebonden en men
had een halsdoek om zijn mond ge
strikt. Stoutenburg maakte den doek
on de touwen la? en mompelde:
Wat beduidt dat, Jan''
Ze hebben allemaal hun wapens
neergegooid, begon Jan te vartellen.
onze "wet heï gob ruik er van toege
staan: liet is echter goedkooper exi
heeft bovendien oen specialen ©maak,
waardoor hot noodig werd geacht,
'dit het publiek toch te doen wetei.
Da-rom mo©t er nu op die fies6chen-
de naam „Limonette" staam.
Eon heed eenvoudig recept voor !i-
minade volgt hieronder. Men kookt
drie deciliter azijn met drie deciliter
water en zes ons suiker met elkaar
op. totdat de suiker geheel iu
vocht is opgelost. Daarna laat men
het bekoelen, giet het door een fla
nellen lapje hi eon flesch en Voegi
er den inhoud van een klein fleschje
essence aan too (sinaasappel, Trombo
zen, ananas, enzoovoorts). Daarna
kurkt men de fiesch en de limonade is
geoeed, om n!s stroop, dus een vierde
gedeelte op en glas verdund met v
ter, gebruikt te worden. De azijn-
smaak verleent een frisch-zuren
smaak hieraanen dit recept vult
oiigeweer een heele fleech, soma iets
meer.
Een andere opwekkende drank is
do bouillon' voedende bestand Heeten
bovat deze bijna niet, en het begrip
„versterkend" wordt tegenwoordig
als verouderd beschouwd. Maar voor
een zneke of herstellende is de opwek
kende werking toch van veel belang,
d'oordat bet heel vaak den eetlust
bevordert.
Daarom ook Ï6 bouillon een gelief
koosd begin voor eau souper: de
meeste menscben hebben 's avonds
geen trek "meer in een warm ma 1,
maar de bouillon, mits zij natuurlijk
goed is en van vlcesch getrokken,
kan den eetlust heel goed nog
opwekken
Ten slotte nog een recept om bow.
te maken zonder alcohol, wat niet
alleen door de anti-alcoholis'.en met
graagte wordt gedronken, maar ook
bij anderen meestal zeer Ln den
smaak va.lt.
Voor 8 personen rekent men de
volgende hoeveelheden:
2 L. water. HOO G. gedroogde abri
kozen, sap van G citroenen, scha van
1 citroen. 10 kruidnageden, f1uKp.
pijpkane.i. 250 G. roode bessen, 50*J
G. aax'dbe on, 250 G.'frambozen, 4
pisangs (of perziken), 1 blikje' ana
nas, 350 G. suiker.
In den winter kunnen de bessen
en frambozen door sinaasappel ver
vangen worden en ook Kersen in
Weck kunnen er voor worden ge
bruikt
Men zet den dag van te voren de
zure vruchten met een gedeelte van
de suiker bestrooid, weg, en kookt
de gedroogde abrikozen met het wa
ter, de kruidnagelen, pijpkaneel e,;
citroenschil langzaam gaar. Daarna
zeeft men dit vocht, want de abriko
zen mogen met mte in den bowl.
Den volgenden dag wringt men
aïie bessen met een gedeelte van de
frambozen en aardbeien door een
doek, voegt hierbij het citroensap,
het ananasvocht en het abrikozen-
nat, en meng er dc overige vruchten,
die voor zoover noodig in kleine
stukjes gesneden zijn, met de sui'
door. Wanneer men dit alles ramen
neg ©enige uren laat trekken, heeft
-men een heerlijk verfrisschenden en
zuiveren drank.
E. E. PEEREBOOM.
nuttige wenken voor de
huisvrouw.
No. 62.
Hoewel 't de laatste dagen nu juist
•njet zoo heel koud is, zijn we toch
vooral ook door het nutte weer gevoe
lig voor de koude. Dat vocht dringt
dco" alles heen en vele huisvrouwen,
die den middelbaren leeftijd achter
den rug hebben,voelen 't in de gewrich
ten, dat het ruwe weder is gekomen.
Wel hoorden we bij onze laatste 1 -
denbïjeenkcvmst van mevr. St. dat die
gevoeligheid tot bijna 0 gereduceerd
kan worden door practischc beoefe
ning der gymnastiek, maar velen zul
len om verschillende redenen nog niet
tot een gyinnastiekcursus overgaan.
Zoo vroeg mij laatst een der leden of
ik raad of middel wist, tegen
spierpijn in de knie. Met het oog op
ons veranderlijk en vochtig klimaat
ried ik het dragen van kniewarmers
aan. Deze kniekousen kan men in
iederen goeden wol winkel bekomen.
Zij worden gebreid van Jaeger wol en
zijn van onder en boven voorzien van
een geribde boord, gebreid 2 recht en
2 averecht, 't Gedeelte daartussoben
gebreid vormt de knie en ontstaat
door het breien met zoogenaamde in~
steektoeren. We zouden ze dus heel
gemakkelijk zelve kunnen maken en
•het is een werkje, dal. nogal vlug op
schiet. Na het breien van de boord,
die ieder naar eigen (believen lar.g
kan maken, verdeelt men de steken in
4 gelijke doelen. 1/4 aan de-achterz -
de, 1/4 aan iedere zijde eai 1/4 aan de
voorzijde van de knie.
Men begint nu aan de voorzijde 2
steken te breien van de eene zijnaald,
dan keert men het werk en breit
averechts terug die 2 steken en dc
zoodra hij goed en wel op -zijn boe
nen stond, ze vlogen weg, lafaards
die ze zijn, zoodra Lukas van Spa-
rendam io:.i nieuws vertelde.
Dat wis; ik, zei Stoucenburg
heesch, vervloekt zijn ze allemaal.
Maar de gevangene, waar is de ge
vangene? M at heb je met hem ge
daan? Ik had je toch bevolen om hem
te bew alten?
Dan is het met mijn levon ge
daan, mijnheer, zei Jan eenvoudig,
want ik heb den gevangene niet
kunnen bewaken.
Stoutenburg stootte een ruwen
vloek uit. IIij hief zijn vuist op, ge
reed om in blinde, onberedeneerde
woede den ©enigen in on te treffen,
die hem trouw gebleven was.
Jan boog langzuum de knieën.
Dood mij, heer, zei hij kalan,
ik heb hem niet kunnen vasthouden.
Stoutenburg zweeg e©n oogenblikj
toen zakt© zijn opgeheven arm krach,
teloos naar beneden.
Hoe is het gekomen? vroeg hij.
Ik kan het u bijna niet besdirij-
ven, hoor, antwoordde Jan: wij
werden snel en plotseling aangeval
len. Piet en ik bleven op onzen post,
maar in liet gewoel om ons hoen.
door de algemeene paniek, zagen wij
ons op een oogcnblik geheel verlaten,
alleen met den gevangene. Twee
mannen, vrienden van hem, hadden
.waarschijnlijk od dit oogenblik ge
wacht zij vielen ons in den rug aan
exi grep.xi ons onverhoeds vast. in
een oogwenk waren de touwen, die
den gevangene bonden losgesneden
en met hun drieen waren zij ons
spoedig de baas. Piet. hoewel aan
zijn bi- n gewond, wist te ontvluch
ten maar h'-t scheen wel of die drie
duivels (aJgifvprokan hadden mij te
sparen, ofschoon ik liever gestorvc-n
zou zijn dan deze schande te overle
ven. Toen ze mij onder gekregen had
den, bonden ze mij een doek voor den
mond, lieten mij hier aan een paal
gebonden achter en verdwenen in den
mist.
StiouViubUii'g antwoordde niets op
dlit korte verslag hij had zelfs de
kracht niet meer om te vloeken. Hij
liet Jan alleen, in geknielde houding
op den bevroren grond achter, dram
de zich zonder een woord te spreken
oj> de liAoten om en verwijderde
tusschon do palen onder den molen
door in de richting van de hut.
De wraak was hem ontsnapt De
twee mannen, die hij het mees! op
aarde haatte, waren hem de baas
gebleven, en hij zelf was de diepste
ellende t/n prooi, eenzaam en alleen.
Zonder vrienden en verwanten, hnd
het laven voor hem geen waarde
meer, had hij zooeven Gilda geve 1
Zijn mislukte wraakneming zou hem
noodzaken voor goed een vluchteling
en balling tc blijven, iedereen zou de
li and tegen hem mogen opheffen, ©en
losprijs zou op zijn hoofd worden ge
stold
l)e wereld vergeeft de oarsie misluk,
king in het leven van een man; maar
voo: de tweede blijft zij meedoogen-
loos; iedereen keert zich vol minach
ting af van den rampspoedige. Wie
zou nog eens leven, eer en vrijheid
op 't sped durven zetten voor eo»
zaak, die tweemaal mislukt was.
Stoutenburg wist dit maar al te
good. Hij was er van overtuigd, dat
Ln d© uren die nu kwamen, zijn
vrienden zich al van hem af zouden
wenden. Door angst gedreven zouden
zij nu nog met hem samen naar de
kust vluchten; zij zouden gebruik ma-
kon van alle middelen, die hij voor
hun veiligheid had aangewend, maar
in hun binnenste zouden tij
zich hl van hem en ven
don rampspoed, die hem in de
duistere toekomst wachtte, hebben
losgemaakt; en later, misschien bin
nen enkele maanden, wanneer de
stadhouder gestorven zou zijn aan
de kwaal, die nu reeds zijn gestel on
dermijnde, zouden zij allen naar hun
woningen terugkeemi cn dit korte
voorval vergeten, waarin dc toekomst
van hun leider zoo gelieel en onher
stelbaar verwoest was.
(Wordt vervolgd.!