KW
■Hm
Schaakrubriek
baverschmioïTuajë
Oplossingen, vragen enz., te zenden aan den
Oohaakredaoieur van Haarlem's Dagblad, Groots
Houtstraat 03, Haarlem.
Probleem No. 61*).
Dr. A. BAYERSDORFBR (1812—1901).
Ma» In vier zotten.
Stand dor stukkon
Wit i Kh3, To7, Ld7. Pd4, d2.
Kwarti KM. f7.
In O. Blumenthal's „Schachml-
ntaturon" (1902/1903) noemt dozo het
bovenstaand probleem .een beroemd
meesterwerk".
Partij No. 51.
Matchpartij, gespeeld te Berlijn, begin
October 1919.
Wit: Zwart i
O. Tenner. A. S. S s e 1 e s n i e w
Spaaniths partij.
•2—e4
1
07—86
Pgl—f8
2
PbSc6
Lfl—b5
3
a7a6
Lbo- -a4
4
Pg8f6
0—0
6
Lf8-e7
TfJ«1
6
b7—bó
La4b8
7
d7—dö
c2—08
8
0—0
d2—d4
9
Lc8g4
Lel—«3
10
Pc6-a5
d4X«6
11
Lg4Xf8
DdlXfS
12
d6xe5
Pbl-da
18
Pa6xb3
a2Xb3
14
Dd8—d3
b8—bi
16
Tf8-d8
g3-g4
16
Dd3—c2s)
g4g5
17
Pf6-e8
T«l—cl
18
Dc2xb2«)
Df3—dl
19
Td8Xd2«)
DdlXd2
20
Db2xd2
Le»Xd2
21
PeS—d6
Tel—«1
22
Pd6—c4
Ld2— cl
23
c7c5
b4Xc5
24
Le7xc6
Kgl-g9
25
Kg8—f8
Tol-dl
26
Pc4b6
12—f4
27
eöXfi
LclXfi
28
Kf8_o7
Lf4—c7
29
Pb6—c4
Kg9-fS
30
Ta8-a7
Lc7—b8
31
Ta7—a8
Lb8-f4
32
Ta8a7
Tdl—d5
33
Lc5-bS
Lf4b8
34
Ta7b7
Lb8-o5
36
17-f6
g6Xf6f
36
g7xf6
Le6—di
37
Lb6xd4
c3Xd4
38
b5—b4l
TalXa6
39
b4b8
TdÖ—h5
40
Ke7—f8
Ta6Xf6f
41
Kf8—e8
Th6—gö
42
b8b2
Tg6-g8f
43
Ke8e7
Tg8-g7f
44
Ke7xf6
Tg7Xb7
46
b2—blD
Tb7Xbl
46
Pc4-d2f
Kflf4
47
Pd2xbl
d4—d6
48
Pbl—c8
h2—h4
49
h7—h5
ei—eóf
60
Kfö—f7
dö—d6
61
i) Da theorie beveelt d4—d5 aan.
Dit uitstapje brengt Zwart ln het
nadeel.
De Dame moest beslist naar d3
terug.
Anders gaat door Tel—e2de Dams
verloren.
6) Wit had hier Kgl—fl—e2 moeten
epelen. Mij kon dan, na Lel— e3, sijn
Torens vrij bewegen en dreigt zoowel
met Tel—bl als met verdubbeling op de
a-lijn. Zwart behandelt het eindspel
voortreffelijk.
Als onbeslist afgebroken. Op
Kf7-e6; 62. KM—gö volgt PcS-elf
63. KgöxhG, He6xe5. 64. d6-d7,
Pe4—f6f.
Partij No. 52.
Matchpartij, gespeeld ts Berlijn, be
gin October 1919.
WitZwart
A. 8. Ssslesniew. O. Tenuner
Damt'pionopining.
d2—d4 1 Pg8-f6
pgi-ia - - -
Lel—gö
«8—e8
Ddl—ol
Lg6—M
c2—c8
Pbl—d2
Lfl—#8
0-0
Pf8—e5
LMXeS
Pd2X«4
Del—d8
Le5Xf6
f2f8
TflXfï
Tal—fl
TflXf8
Le2xf8
LfS-g4
Dd8-f2
Df2—g8
Lg4Xh6
«8Xd4
LhÖg4
Dg3—c7
Dc7Xa7
Da7—d7
Dd7—c8f
13
17
e7—e6
c7—c5
Dd8b6
Pf6-e4
Pb8-c6
d7dö
f7- fö
Leid7
Lf8-e7
Pc6X*5
0-0
MX»4
Le7—16
Tf8Xf6
e4xf8
Ta8—18
Tf6Xf3")
Tf8Xf3
Db6d6
b7—b6
Dd6-ie4)
h7—h5>)
c6Xd4
Ld7—s8
Le8-f7
DfS-e8
e6—eb
De8a8
Opgegeven.
Zwart kon dadelijk Db6 —d6 spelen
om 06 o5 veor te bereiden. Dan zou
Wit echter van zijn kant de Torens
ruilen en daardoor alle aanvalspo-
gingen stuiten.
Verhindert e6—e5.
Geeft den tegenstander zonder
noodzaak de lijn b8—g3. Beter was
c6xd4 en Ld?e8.
Ben zeer onbedachtzame zet! Om
de Dame niet naar c7 te laten gaan,
moest Zwart Df8—c8 spelen. Op Dg8-
d6 zou dan Kg8~f7 geschieden.
Op Df8—16 volgt Lb5--g6.
Opmerking. Deze match werd
door den Russlichea meester S. met
l'/e gewonnen 3, 3).
LaskerGapablmi.
Dr. Etnanuel Lasker beeft, ten gun
sten van Capablanca, afstand gedaBn
van zijn titel „wereldkampioen". De
beweegredenen enz. zullen wij in een
volgende rubriek mededeelen.
Splitsing Probleem So. 59.
Stand der «takken:
wit: Kg3, Ddo, Le8, Pe6.
Zwart i Kfö, Lhl, Pel, c6, d3, f6,
1. Pe6—gó, enz.
Goed opgelost door
J. de Smalen, te Bloemendaal (ook
nog Eindspelstudie No. 9)Jac. J. Bert
J. W. Brugman (ook nog Eindspel
studie No. 9)P. Fabriek E. A. J. H.
v. Ghert, Mart. J. LiirsenR. Sljbolts,
allen te Haarlem; A. Feenstra Jr.,
te H a arl e m m e r 1 i e d oJ. M.
Bauer, H. W. v. Dort ;ook nog Eind
epeletudie No. 9) en Job. v. Teunen-
broek, allen te Schoten.
Correspondentie.
Haarlemmer lied e. A. F. Jr.
Op- 1. c3-c4 zou Zwart minstens re
mise maken door 1. a6Xbó.
De uitwerking van deze mooie studie
heeft u de vorige week natuurlijk al
gelezen.
Damrubriek
DamredacteurJ. W. van Dartelen
Spionkopstraat 55 te Schoten.
Alle correspondentie, deze rubriek
betreffende, gelieve men te zenden
aan bovengenoemd adres.
PROBLEEM No. 214.
Auteur: P. A. Nooy, Haarlem:
(Lid dor „Haarlemsche Damclub").
(Eerste publicatie).
LU 'i> f»
M», u m m i
'«VA1!
WJW
mi rféSs .m
sas a
«oi m üs s
46 47 48 49 60
Wit.
Stand in cijfers
Zwart 10 schijven op8, 9,10,11,
13, 15, 17, 18, 19 on 22.
Wit 10 schyven op24, 25,26, 32,
36, 37, 38, 44, 48 en 49.
PROBLEEM No. 215.
Auteur: P. A. Nooy, Haarlem.
(Lid der „Haarlemsche Damclub").
(Eerste publicatie).
Zwart.
1 2 8 4 6
De door Zwart gekozen ontwik
keling is zeer goed. Hier was echter
g7xf6 stkrker.
V1!^
m m_*
Stand in oyferst
Zwart 14 schyven op8/13,18/21,
23, 24, 27 en 80.
Wit 13 schyven op: 32, 33, 35/89,
12, 43, 47/50.
Voor beide problemen geldt„Wit
speelt en wint".
Oplossingen worden gaarne inge
wacht tot uiterlijk Maandag 12 Juli
s. by den redacteur dezer rubriek.
ONZE PROBLEMEN.
De heer Nooy, voor onze lozers
lang geen onbekende meer, biedt ons
dezen keer weder eenige zeer aardige
problemen ter ontleding aan.
Beide vraagstukken zijn niet te
moeilijk, zoodat wy de meer geoefende
damspelers aanraden de oplossingen
van het blad te vinden.
Tot slot plaatsen wij nog een zeer
interessant en leerrijk partijstukje
uit de „Haarlemsche Damclub".
OPLOSSINGEN.
De auteursoplossing vau Probleem
No. 210 van den heer P. A. Nooy
te Haarlem is:
Wit: 34—29, 32—28, 31 -26,33-29,
44—39, 49 9, 25 5 en wint.
Zwart23 34, 2133, 1827,2433,
3443 of 3344, 148.
De auteuroplossing van Probleem
No. 211 van denzelfden auteur is:
Wit: 37—32, 36-31,39—34,48—42,
30—25, 2514, 3513 en wint.
Zwart: 26, 2637, 2231, 37 :48,
48 30, 10:19-
Beide vraagstukken werden goed
opgelost door de heeren: W. J. A.
Malta, P. Mollema, O. J. van Wijk,
Ph. P. Amelung, O. Serodini, H. G.
on W. J. Teunisso, P. A. Nooy, H.
Boks en J. Singeling (alleen Nos.
208 en 209) allen te HaarlemP. J.
Eype, A. Slinger en M. Rasen (alleen
Nos. 208 en 209) allen te Schoten.
UIT DE PRAKTIJK!
Onderstaande stelling is uit oen
partij, gespeeld in den onderlingen
wedstrijd der „Haarlemsche Dam
club", tusschen de heerenJ. Siege-
rist met Wit en P. J. Eype met
Zwart
i .i é.i
m m m v
m m
sa m
m m a m
rWV
W
gas a
B id
a 'm
~m
ÉI m
m ei g
1 M ml
46 47 48 49 60
Wit.
Stand in cijfers:
Zwart 6 schyven op: 14, 16, 17,'19,
22 en 44.
Wit 6 sohyven op: 15, 28, 29, 30,
33 en 88.
Zwart aan zet speelde 44-50. De
heer Siegerist gaf na afloop der party
aan, dat indien hjj thans 29-24 had
gespeeld, Zwart al3 volgt kon winnen:
Zwart: 44- 50, 14—20, 17—21,
50:9, 16--21, 9—25 en wint.
Wit: 29—24, 24:30, 28:26, 15:
24, 2617.
Den heer Siegerist ons compliment
voor het vinden van dezen fraaion
winstgangl
DAMNIEUWS.
Maandagavond a.s. houdt do „Haar
lemsche Damclub" haar l3o Jaar
vergadering in de bovenzaal van cafó
„de Korenbeurs", Spaarno 30.
De agenda, bestaande uit 22 pun
ten, vermeldt o.a. Wedstrijd om het
kampioenschap van Haarlem, Jaar
verslagen van Secretaris, Ponning-
meester, Bibliothecaris, Propaganda-
Commissie, Verkiezingen van Voor
zitter, 1ste on 2de Commissaris wegens
periodiek aftreden (stelden zich weder
herkiesbaar), Bespreking wedstrijden,
Voorstellen Bondsvergadering, onz.
Alle leden en donateurs worden
verzocht uiterlijk half acht aanwezig
te zyn.
Blnnsnland
VIJFDE VERSLAG DER CRISIS
ENQUèTE-COMMISSlE. Ver
schenen is liet Ve Verslag van de
Crisis-enquète-commissio.
Altereert wordt in Uit verslag ge
sproken over de inbezitnemingen en
taxaties ingevolge de Onteigenings
wet en do Distributiewet, waarbij de
commissie tot de conclusie komt, dat
de bepaling van art. 76a der Onteige
ningswet omtrent schadeloosstelling
lugeval van inbezitneming door haar
onvolledigheid veel onzekerheid laat.
Gegronde grieven tegen de toepas
sing dier betrekkelijke wetsvoorschrif
ten zijn in het bijzonder, dat do taxa
tie vaak lang na de inbezitneming
plaats vond en dat er geen regelma
tige weg was om, wanneer de taxa
tie klaarblijkelijk fout wae, herstel
te verkrijgen.
Overigens neemt de commissie aan.
dat bij toepassing in het algemeen
niet onbillijk is gehandeld. Bij de tal-
looze inbezitnemingen is hef aantal
lel achten dan ook zeer gering.
Vlas en lijnzaad. Uitvoerig staat do
commissie stil bij het verslag over het
onderzoek ingesteld naar de lügoJin-
gon betreffende vlas en lijnzaad. Het
trok de aandacht dat do export hier
van in weinige handen is geconcen
treerd geweest. Het bleek dat op dezen
export aanzienlijke winsten zijn ge
maakt in 1917 b.v. ruim f 800.000 al
leen voor Engeland) door slechts en
kele importeurs. In_sommige gevallen
hebben ook spinners grooto voordce
len genoten; aan dezen werden vlas
en vlasafvullen toegexvezen, ten einde
hun bedrijf op gang te hoüQen. Iiet
is echter voorgekomen, dat deze
grondstoffen niet voor dit doel wer
den gebruikt, maar een voorwerp
werden van winstgevenden verkoop.
De Crisis-enquête-commissie conclu
deert uit verschillende omstandighe
den, dat de maatregelen met betrek
king tot vlas en lijnzaad aan oen be
perkten kring van belanghebbenden
groote winsten hebben doen toe
vloeien.
De ontslagen ambtenaren bij het
Rijloskantoor van vetten, ln dat ver
slag wordt verder opnieuw behan
deld het ontslag der drie ambt na;
bij het rijkskantoor voor vetten de
heeren C. VI'. Ebell, F. W. Ross en
C. H. P. *.V. van den Oever. Roods in
haar derde verslag merkte do com
missie op, dot tegenover deze ambte
naren onjuist is opgetreden en dat
het ontslag van den minister, zonder
een ernstig onderzoek te gelasten,
niet kon worden goedgekeurd.
In ile vergadering der Tweede Ka
mer van 9 Maart 1920, werd door
verschillende leden de wensch uitge
sproken dat de crisis-enquête-commis
sie de zaak opnieuw zou onderzoeken,
wijl de minister toen verklaard had,
dat 't ontslag was verleend, omdat de
ambtenaren geweigerd hadden werk
zaamheden van admlnlstrutidven aard
te verrichten, die hun werden opgodra
gen, terwijl zij te voren gewaar
schuwd waren, het werk, dat hun op
gedragen was te doen, wijl zij anders
met een maand werden ontslagen.
Uit het hernieuwd onderzoek is de
commissie gebleken, dat van een wei
gering van opgedragen werk geen
sprake is geweest. De directeur heeft
tegen hen gezegd: „liet werk doen of
vertrekl^n", waarop zij het werk heb
ben gedaan, doch zich inmiddels met
een protest lot den minister hebben
gewend.
Hierop zijn de drie ambtenaren
zonder meer ontslagen, terwijl zij ook
niet door den minister zijn gehoord,
waarom door hen was gevraagd. Ook
ie niet aan him ontslag voorafgegaan
een bevel vanwege -den minister om
het hun opgedragen werk te verrich
ten, waarvan sprake is in de uitla
ting; van den minister in de Tweede
Kamer van 9 Maart- 1920. Eon derge
lijk bevel ït nooit gegeven.
Het adres der ambtenaren aan den
minister werd op 16 December 1918
x*erzonden, terwijl zij 19 December
d.a.v. mededeeling kregen van hun
ontslag. Uit de thans verkregen gege
vens blijkt echter dat het besluit van
den minister om deze drio ambtena
ren te ontslaan reeds genomen was
op 12 December.
Het Rijkskantoor voor suiker. Ate
resultaat van het onderzoek ingesteld
in verband met aanmerkingen ge
maakt op het beleid van den directeur
van het rykskantooc voor suiker, deelt
do commissie mede, dat zij op het
beleid van den directeur, den heer
Hollander, geen aanmerking heeft
kunnen maken. Wel acht zij het niet
geheel correct, d'at hij, nog als direc
teur in functie zijnde een betrekking
heeft aanvaard bij de Centrale Sui
kermij. Dit inoest hem wel in een
schccve positie brengen.
Centraalbureau voor den afzet van
visschcrij-producten. Ten slotte behan
delt de commissie de beweerde toezeg
gingen van den administrateur van
het Centraal-Bureau voor den afzet
van visscherij-producten aan do Vor-
ecniging van belanghebbenden bij de
Zuïdorzeevisscherij in verband met
het zouten van garnalen. Het resul
taat van het onderzoek toont aan dat
de beschuldigingen tegen den heer
Van Zanten niet bewezep zijn gewor
den.
ARMENZORG EN WELDADIG
HEID.
In de voortgezette algemeorie verga
dering van de Nederlandsclio vereenk-
ging voor Armenzorg en Weldadig
heid werden behandeld do praeadvie-
zen, uitgebracht door de heeren J. R.
Snoeck Henkemans, lid van de Tweede
Kamer ie 's-Gravenhage en Mr. J.
Everts, secretaris van den Armenraad
;e Amsterdam, over liet onderwerp:
„Do Armenraden".
De prae-adviseur, de heer Snoeclc
Henkemans, beantwooordt eerst de
vraag: In hoeverre hebben de armen
raden beantwoord aan het doel,
waartoe zij werden ingesteld? Na zorg
vuldige overweging komt hij tot de
volgende conclusie. In een aantal ge
meenten zijn wij het doel ©en goed
eind nader gekomen. Daar, waar te
leurstelling kwam of droigt, is drieër
lei ooi-zaak aan te \vij«en: onderschat
ting dor moeilijkheden, gebrek aan
krachtigen wil 'iot hare overwinning,
onvoldoende belijning van den arbeid.
Het aantal gemeenten, waar wij het
doel naderen, is grooter dan bij op
pervlakkige kennismaking Bchijnt.
Zonder aarzeling mag xvorden vast
gesteld, dat, bij de instellingen van
liefdadigheid, 't ondersteunen zonder
eenigszine diepgaand onderzoek wei
nig meer voorkomt. In de groote ge
meenten leeft veel sterker dan voor
1912 het besef, dat men moet trachten
het gezin goed te kennen, alvorens tot
ondersteuning over te gaan. Daarna
stelt hij d© vraag: welke goede din
gen zijn door de armenraden verricht,
buiten hetgeen onmiddellijk van hen
wordt verwacht?
Bij d© beantwoording van di© vraag
mogen worden genoemd: Het houden
van besprekingen over maatschappe
lijke vraagstukken, als ziekenverple
ging, oudeliedon-verzörging, sociale
verzekering, samenwerking met de
x-oogdijraden, huisvesting van onvol
ledige gezinnen, buitengewone steun
beweging, in crisistijd moeilijkheden
in grensplaatsen en andere onderwer
pen van belang voor armenverzor
gers voorts het doen samenstellen
van rapporten door speciale commis
sies over zoodanige onderwerpen,
welker rapporten 'n betere grondslag
leveren voor vruchtbaar beraad dan
een mondelinge inleiding en eindelijk
de uitgave van geschriften.
Ten opzichte van dezen tak van
werkzaamheid staat de Amsterdam-
sche armenraad bovenaan.
Tenslotte stek de praead'viseur de
vraag: Naar welk doel moot de arbeid
der armenraden zijn gericht? Hij be
antwoordt die vraag aldus-. Het doel la
niet heerschen of regeeren, het doel
is zelfs niet het wijzen naar nieuwe
wegen. Het doel is geen ander dan
„voortgezette verbetering van het
werk dor armenverzorging" en „be
vordering van den arbeid van o'.kc in
stelling van weldadigheid naar haar
eigen aard en roeping",
Mr. J. Everts houdt' een zeer uit
voerige beschoi wing over de praelijk
der armenraden, zonder tot bepaalde
conclusies te komen. Hij behandelt
hun worJaaomhaid inzake studie van
het armwezen, hun adv.szen en pu
blicaties. Verder beapreokt hij de wij
ze, xvaarop ae annenruden prattische
samenwerking der instellingen tot
stand gebjacht hebban. Hij geeft een
uiteenzetting van den Armenraad aLs
centraal buroau voor inlichtingen en
adviezen en van do samenstelling
van hot centraal register. Dit geefl
een zoo volledig mogelijke verzame
ling van aanteekeningen van:
a- hetgeen omtrent de hulpbehoe
venden bij de instellingen van maat
schappelijk hulpbetoon bekend is ge
xvorden;
b. Hetgeen door de instellingen ten
behoeve van den hulpzoekende wordt
verricht.
Tenslotte bespreekt rnr. Everts den
Armenraad als obsorvatie-centrum.
Een dergelijk centrum kan alleen
worden geschapen ais het gemeen
schappelijk product van alle instel
lingen en diensten, die zich aan
maatschappelijk hulpbetoon wij
den.
JUBILEUM.
Den 3den Juli a.s. hoopt de „Enkhui-
zer Courant", uitgever A. Egmond,
Enkhuizen, haar 50-jarig bestaan te
vieren. Ter gelegenlioid lüervan wordt
een jubileum-nummer op kunstdruk
papier uitgegeven, waarin uitgevers,
medewerkers en lezers over do jubi-
laresse vertollen.
Buitenland
HET BOYCOT VAN HONGARIJE.
Uit Ween en wordt nog geseimi:
De onderhandelingen over het ooy-
cot x'an Hongarije zijn geëindigd.
Kimmen keurde de uiteenzettingen >'uii
den Hongaarsohen gezant goed en
beloofde onmiddellijk verslag uit te
brengen aan het bureau van het In
ternationaal Vakverbond te Amster
dam. Hjj wees op de mogelijkheid dat j
het boycot nog verscherpt zal wor
den, daar de besprekingen wegens de
onduidelijke regeeringsverhoudingen
in Hongarije eigenlijk vruchteloos zijn
geweest. Een einde van het boycot is
voorloopig nog ondenkbaar.
Het Hongaarsóh correspondentie-
bureau wijst ©r, op grond van inlich
tingen van hooggeplaatst en op, iat
de Hongaarsche regeering geeneriei
onderhandelingen voert of aange
bonden heeft met het internationaal
vakverbond. In het belang van Oos
tenrijk, dat door het boycot, in de
eerste plaats getroffen wordt, heeft
kanselier Renner aan de Hongaarsche
regeering zijn bemiddeling aangebo
den. De Hongaarsche regeering ant
woordde, dat zij niet genegen was cm
met het internationaal vakverbond te
onderhandelen, doch dat zij gaarne
elke buiten!andscho vertegenwoordi
ging van vereenigüigen van ma l-
schappelijken aard en dergelijke in-
lichüiigon verschaft over den ioe-
stand. in Hongarije, daar zij er ge
wicht aan hecht, dat de ongegron
de aanklachten, dio jegens Hongarije
verspreid worden, «j -r.
weerlegd. Daar zij niets te verheime
lijken heeft, staat zij gaarne elk een
kijkje in de Hongaarsche aafigehj m-
Leden toe. De Hongaarsche regeering
verklaarde tezelfdertijd, dat zij onder
geen beding inmenging in de bimisn-
landsohe aangelegenhedon van Hon
garije kon toelaten, doch er overig Mis
ook niets tegen had, dat Oostenrijk,
dat door het boycot in de eerste
plaats getroffen is, te Weenen over
leg pleegt met de vcrtegenxvoordigirc
van internationale organisaties om
li6t opgeheven te krijgen. Met volle
dige inachtneming van dit princi
pieels standpunt heeft Gratz, de Hon
gaarsche gezant te Weenen, üvn 28e
Juni aan de daarheen gekomen verte
genwoordigers van het internationaal
vakverbond alle machtingon ver
schaft, welke hij noodig achtte voor
een juiste beoordeeling van de Hon
gaarsche zaak. De 30sten werden
hieraan aanvullendenvijs nog eenige
irilichtingen toegevoegd, welker mee-
dceling hem noodzakelijk scheen.
Daarmee wordt van Hongaarsche
zijde deze zaak als afgedaan be
schouwd, afgezien van do vraag of 't
interaationaalvakverbond op grond
van dé verkregen inlichtingen besluit
het. boycot op te heffen of niet.
Het Berlijnsche communistische or
gaan de „Rot© Faihne" schrijft, dat de
heer Fianimen door de onderhandelin
gen, di© hij te Weenen voert, verraad
pleegt aan de actie die ten gunste van
de Hongaarsche arbeiders is onderno
men, omdat de Hongaarsche regeering
door onderhandelingen lot geen con-
cessie's kan worden gedwongen, en
omdat bovendien de concessies van
deze regeering den vreeselijiken toe
stand waarin zich het Hongaarsche
proletariaat bevindt, niet kunnen vt-r
beteren. Tegen deze regeering moet
do strijd zonder genade xvorden ge
voerd. Het internationale pioieta-
riaat moet over de hoofden van de
leiders der vekbeweging heen, di
feiechts een sohi)r/hear succes beL&icn,
dezen strijd tot het uiterste voeren.
Bij het onderhoud lusschen de afge
vaardigden van het internationaal
vakverbond en van do Hongaarsche
regeering nopens de opheffing van
het boycot, drukte Fimmen de hoop
uit, dat de uiteenzetting van den Hon
gaarschen afgevaardigde in groote
lijnen ook praciisch ten uitvoer zou
worden gelegd en verklaarde hq ver-
INGEZONDEN MEDEI)EEL1NGEN
a 60 Cts. per regel.
Sioomoii en Verven
vlug, accuraat en niet duur
CrHoutstraat 77. Talel. 0*6—1046
ianalogen
Enkele lepels daags
sterken lunuwen en licheam.'
21.000 Artsan
der, dat hij liet iruernationa&L bureau
van den stand der onderhandu'togen
op do hoogte zou brengen.
Woensdag zijn vier waggons mek
„liefdegaven" uit Nederland, voor
Boedapest bestemd, door de arbeiders
in Weenen aangehouden. De Nodor-
landsche gezant is tusscbenbelde ge
komen, teneinde het doorlaten der
waggons te verkrijgen; hij keefö ver
klaard dat de Nedorianders, in geval
van een verdere aanhouding der voor
Hongarije bestemde liefdegaven, geen,
levensmiddelen meer naar Weenen
zullen zenden. Het departement van
verkeer onderhandelt met de arbei
ders over het vrijgeven der waggons.
Letteren en Knnst
BRABANTSGHE SPEELLUIDEN.
De heer D. van der Ven, die reeds
verschillende „ontdekkingen" deed op
folkloristisch gebied, vond dezer da
gen in Brabant een paar oud-Bra-
bantsche „speelluiden", zooais men
er buiten deze twee bijna geen meer
vindt.
Deze bejaarde man en vrouw rei
zen do boerenbruiloften af en geven
daar hunne oude danswijsjes ten
beste; h ij op de viool, z ij op de
violoncel. De hoer v. d. Ven wint hen
te overreden naar Arnhem to komen
waar zij zich enkdle dagen in het
restaurant van 't Openlucht-museum
laten liooren. In hun typische sim
pele BrabanUche boerenkleedij zit
ten zij daar on spelen hunne primi
tieve danswijsjes zoo lustig of zij de
boerenpaartjes doen dansen.
Gemengd filenwa
SALOMO.
Een moderne Salomo presideerde
een der Londensche rechtbanken.
Gelijk in den ouden tijd twee vrou
wen elkander e.n kind betwistten,
waren het nu twee mannen die beiden
aanspraak maakten op den eigendom
van een kind.
Beiden waren het er over oens wie
de vader was, maar de man dit het
kind in de armen hield, beweerde
het van de moeder cadeau te kebbeu
gekregen.
De rechter besliste dat de offieieeie
vader 't kind terug moest hebben en
voegde aan de uitspraak de vermaning
toe, dat de vader thans toonen moest
in waarheid een vader voor het kind
te zijn. Want daaraan scheen wel
eens het een en ander te hebben ge-
iankeerd.
HUT SCHEEPSONGELUK OiP DE
NEWA.
Een ooggetuig.' hoeft :,an de „ïeuo
Freip Presse" inlichtingen gegeven
over het ongeluk, aan een schip met
krijgsgevangenen op de Newa over
komen. Het blijkt uit zijn mededeelin-
dat aJle gevangenen, op tien
Oostenrijkers na, gered zijn
Het tot liospitaalschip ingerichte
bolsjewistische transportschip „Na-
rudowoiez" van SOOO ton lag al bijna
twee jaar in de Newaliaven van
Petersburg voor anker. Tengevolge
verzanding der ïix-ier was hel
schip in de loop der tijden naar
links, (naar den oever toe) gaan
hollen. Daar hot cc-Mp den Sen
Juni door een couuuisjie zou worden
bezocht, had ue commissaris van hot
schip, het besluit genomen, dit ge
brek op te heffen. De eerste machi
nist had zich bereid verklaard, zon
der er de scheepsofficieren on ingo-
nieurg van irt kennis te stellen, zich
deze taak te kwijten. Hij liet in
een schot aan de rechterzijde van 't
schip Water binnen om het naar
rechts te doen hollen. Toen het in
het rivierzand vastzittende schip
hierop niet dadelijk reageerde, liet
-<!!e schotten rechts van iet schip
mei water volloopen. Tengevolge
hiervan bezweek het zand ulotseling
r don druk en holde het fichip
langzaam en daarop steeds sneller,
naar rechts.
In de onderste tweo dekken lagen
ongeveer 300 ernstig zieke Russische
matrozen, in de liooger gelogen dek
ken waren 200 Oosten r.jfcsche en.
Hongaarsche krijgsgevangenen on
dergebracht, die op hun transport
naar de Estlandsche haven Narwa
■achtten. Het was een mocie zomer
middag en zoodoende was een deel
der gevangenen aan dek, een deel
was in de haven en in de stad en
echts weinig matrozen aan boord.
Toen het schip steeds meer ging
hel'en, maakte zich een begrijpelijke
opwinding meester van fagotten, ene
zich aan boord bevonden. Men drong
naar ue naar den wal voerende trap- i
pen, maar slechts weinigen gelukte
het op deze wijze den vasten wal te
tereiken, daar de trappen instortten.
Gelukkig lagen in de nabijheid two©
Russische stoombooten voor anker,
en hierop konden de meeste krijgs
gevangenen zich redden; de overigen
sprongen in 't water en werden door
toeschietende booten gered. Met zeer
veel moeite gelukte htjt ook alle'
krijgsgevangenen tot op ©on tien
tal na en een deel der zieke matro.
zen te redden.
I>e ..Narodoxvolez"- ligt bijna hort
'jtontaal in de Newa.
1