a m sa Ut B Schaakrubriek De Voorvader van den Hooden Pimpernel HAARLEM'S DAGBLAD ZATERDA9 S MAART 1821 EERDE BLAD Orie maanden Schooier door C. de Blij. Tan ill planjs afgezien Aarzeling ai bandoen vermomming De verraderlijke zeielrlng. Onvoldoende Heeds eenige dagen voor ons ver trek, had ik mijn sahooierscostuum te luchten gehangen om het voor mij, in den dubbelen zin van het woord „draaglijk" te maken, maar „Es hat nicht sollen sein Niettegenstaande menig dartel windje een stepje had uitgevoerd met het doorluchtige broekje en het jasje had uitgeschud, dat do franje- mouwen klapperden van Intens ge not, tóch bleef hun scherpe- armelui's lucht, ontfutseld aan den schooier zóó pénetrant, dat .mijn Haagsche reukorganen, hoezeer ook aan geuren op allerlei gebied gewend, voor dit wanhopig geval niet immuun te krij gen waren. De moed om het lugubere pakje aan te trekken, zakte al Lager en la ger en stroomde tenslotte weg door de gaten van des schooiers afgeleefde schoenen Om in dit kwalijk riekend geheel een nieuw leven te blazen, was voor mijn adem al te sterk. N'.i nog eens een laatste» blik van weemoed op het gevalletje geworpen te hebben, deponeerde ik liet meeuoo- genloos in den vuilnisbak We zouden dan op reis gaan T'chrenbaoh was uitgedost met een oude regenjas, afgetrapte laarzen en schunnige beenkappen. Zijn scherp gekerfde kop, met doordringende, door oorlogswee gestaalde oogen, werd gedekt door een echte sjappie- pet. Ik tooide mij met een praobtxem- plaar van een pantalon, voor de twee de maal gekeerd, voorbestemd om dit jammerlijk verwend zwervend leven te gaan leiden; met een pseudö-artis- tieke flambard, opgeduikeld bij een opkooper op de Gedempte Burgwal, tegelijk met een aftaiuische gurnini- jas, die samen mijn eigendom gewor den waren a 2,50 en dat in een tijd van 1-r.T-me kteeding-malaiee! -lagmorgen van 4 December, gedenkwaardig zult ge immer voor mij blijven! Nooit zal ik vergeten de gemengde gevoelens, de mij bestormden bij het ontwaken uit mijn slaap, verontrust door allerlei nachtmerries van door weekte klocren en sokken, van kou verstramde en bibberende ledematen, doorgeloopen voeten on van honger rbmie ingewanden! Tn den somberen morgen naar bui len starend, zag ik den recren tegen de ruiten kletteren en hoorde ik den wind gieren en huilen, ais spotten de elementen met de vrijwillig op mij ge nomen taak Ik krooj) weer tot over mijn ooren onder de dekens! Zou ik tóch gaan 1Sterk zijn Hu' wat een weer!.... Hoe zalig is die rustige rust in een warm bed 's morgens vroeg bij heel Weemoedig wierp ik oen laatsten blik op mijn bed! Wanneer zou ik me daar weer heerlijk kunnen neer- vleien?? F M oogenblik werd ik wanhopig onder 't gevoel van niet meer tenig te kunnen. Mijn sentimentaliteit had mijn mannelijk© kracht slechts voor één moment overwonnen .Maar, ha Ik stond dra weer vast in mijn Totte schooiersschoenen God dank 1M'n blik gleed over mijn schooienspakje in het ver verschiet vol van onbekend hartstochtelijk ge- wenschte émoties! Hom! Daar stond Fehrenbach1 „Half tien!",Rot weer!" Zijn guitaar bengelde op zijn rug. Ik wist het, hij had dezo'fde emoties ge had als ik ik kende hem te goed maar zijn stalen trekken zeiden „niet s" en Mijn strijd was ge streden Ik lachte! Mi in lieve Moedertje woont boven me' Even afsoheid nemen „Ach jongen, je bent toch niet dwaas. Met dit w-oer denk je er toch niet over om weg te gaan Zij zou geen Moeder en zeker niet „Mijn Moedertje" moeten zijn, om anders te denken, en te spreken. Dat argu ment was verwacht en miste d u s zijn uitwerking ...Moedertje geef ons je zegen! en ze gaf for good luck twee dubbel tjes en twee centenIs mijn moe dertje nou een heldhaftige dichters-, ziel of niet? We togen ieder met een dubbeltje n een cent op zak de we reld in! Daar gingen we om 10 uur, nage-' oogd door de „buren" die niets begrijpen, maar alles weten en beoordeelen. We stuplen op „Lijn 3". Groen markt uitstappen I Ieder nog één cent op zaken dan ndeta meer dan een „schooier te zijn" in dat lam lendig weer!.... in je eigen den Haag! Doodsangst stond je uit om kennissen te ontmoeten of men skien tegenover wie je alleen „staan de" bleef door het handhaven van de strengste „prestige" Achik had mijn prestige ver loren en ja. waaratihtig, daar, daar, duur komt hij aan, die me neer. Nooit had ik aan die mogelijk heid gedacht. Beroerder kon het niet. O! maar hij zal mij niet herken nen! Dèt kan hij n o o i t van m ij denken Stortbad No. 1. „Dag „meneer" de Blij!.. Een doodsteek met een triomfeeren den lachEen vies gezicht. k bah, wat kinderachtig, moest het beteekenenen ik wais tóch al zoo nat onder mijn i>seudo regenjas, door mijn opkooper als „patent" en onder garantie verkochll Wat was i k blij toen we den Haag uit waren! De weg naar de Hel is met goede voornemens geplaveid. Maar de straatstednen van Veenestraat, Wa genstraat en Huygenspark hadden onder mijn veten gebrand, alsof het even zooveel herinneringen war-en aan de flauwiteiten, die ik in mijn kinderachtigheid bedreven bad, ge durende mijn geheele leven En nu heb ik nog niet eens gespro ken over den spiedenden blik van een „politie-oog Dat loerde nu o v e r a 1V roeger zag ik de politie nooit, als ik ze meende noodig te hebben en nu was ik er de prooi, waar ik ook liep I Dat „wakend oog", ons steeds beloe rend en bespiedend, of het ook ln ons op zou komen, hier of daar onze mu zikale prestaties ten beste te geven!.. Arme werkelijke schooiers, die nog niet gehoeJ verbruut zijn! Welke voortdurende onrust moet jullie ver teren, als je langs 'e Heeren wegen gaat om je brood je te schooieren StumpeTs, dat voelde ik toen reeds op die eetpste wandeling zonder ae minste bedrijfservaring! Tegen half twaalf arriveerden we te Rijswijk. Een kleine peuter was di rect bereid om ons het politiebureau te wijzen Edoch de kleine haas had verscheidene vrindjes en vrien dinnetjes, die zich bij hem aaneloten, aangetrokken door het merkwaardig voorval. Zoo kwauwt we als de Ko meet van. Hall&y bij de penaten van den Heiligen Hermandad terecht. De dienstdoende agent kedk ons zwijgend niet doordringenden eu monsterenden blik aan. Ik trachtte zoo ruw en ordinair mo gelijk te praten, iets dat bij al mijn toebereidselen zorgvuldig bestudeerd was!... Maar die agent, weet je, was een in n s c h en een sluw m e n s c h Hij glimlachte fijntjes en zeide sar castisch: „Ja Heeren! de inspec teur is niet aanwezig!... Stortbad No. 2We waren nu nóg natter! Ik verwenschte vooral dien schoft van een opkooperIk r i 1 d e eenvou dig! „Zeg, Smerisleg ons nou niet to belatafelen!. Beu je bed We zijn maar armu stumpers, groote schooiers, diexn oeite hebben om wat tussohen de kiezen te krijgen. We kommen om van geibrek!" „Heerenonderbrak de politie agent met nadruk „Schooiers dra- geen geen groote zegelringen met het familiewapen er op, zooaisU!" Dat was mijn 3de stortbad! Ik gal me geheel gewonnenGelaten on derging ik mijn lot en wachtte op de dingen, die komen zouden, in de eerste plaats op den inspecteur van politie te Rijswijk. Wat zou nu nog volgen f Wordt voortgezet. Sport en Wei-strijden VOETBAL. HAAItLEMSUliv V uKTBALBOND. OVERZICHT. liuor een 20-overwiu- ning op H. 1''. C. Ill beeft Zand voort rich vrijwel van de eerste plaat-s in I A ver zekerd. Iiaar resten nu nog twoo uitwed strijden en wel tegen Schoten II, de go- vaiiijkslo concurrent, en V. V. H., die in de onderste regionen huist, en reeds het Oplossingen, vragen enz., Ie zenden aan den Sohaakredaeteur van Haarlem's Dagblad, Groote Houtetraat 93, Haarlem. Eindspelstudie No. 17*). W. C. C. MANN (Haarlem). sUV-u Wit Bpeelt en wint. Stand der stukken Wlti Kb4, Dc3, Pd5. Zwart i Kbl, De4, c7, gó. Eerste publicatie. Deze studie Is een omgewerkte stand van No. 16. Opmerkelijk is, dat Wit schaak staat, hetgeen ln een stadie, welke geacht moet worden een oordeel van da practischa partij te zijn, geoorloofd is. De oplossing is ar volstrekt niet gemakkelijker door. Partij No. 88. Onlangs gespeeld in een blind-séance van Meester Rótl te Nijmegen. Wit: Zwart i R. R6tL R. A. J. Meijer. Sjwjlgtrd Koalogtganibiat. e2—e4 1 e7—eó V2—U 2 LI8-CÓ Pgl—18 3 d7—d6 e2—c8 4 17- fó f4xe5 5 döxeó du—d4! 6 eóxdi Lfl—c4 7 Dd8-e7 e3xd4! 8 Lcó—b4f?l) Pbl—c8 9 Pg8 —16 e4—eól 10 PI6—e4 2) 0—0 11 Lb4xc3 b2xc3 12 Le8e6 Ddl—b3l 13 Pe4 C5l 3) Lc4xe6!l 14 PcSxbS Le6Xb3 16 h7—h6 a2—a4I 16 g7-gó Lel - a3 17 Da7 g7 d4—dó 18 Pb8d7 Pf3-d4 19 0-0—0 eó—e6 20 Pd7b6 Pdéxföl 21 Dg7xc3 Tflbl 22 Pb6xd5 Lb3xd5 23 TdSxda Pfó—c7f 24 Kc8b8 Pe/xdó 25 Dc3—d4f Kgl-hl 26 Ddéxdö e6—e7 27 Tb8-e8 Tbl—dl 28 Ddö g8 Tdl—fl 29 b7b6 THf8 80 Dg8—g6 Tal—dl 81 Kb3—b7 TWxeS 32 Dg6Xe8 Tdl—d8 33 De8g6 h2h3 34 Opgogevea 2) Wit dreigt 12. Pc3-d5 met spoe dige winst. 3. Een schitterend Dame-of fer, waardoor weliswaar da partij niet direct beslist is, maar tengevolge waarvan Wit's officieren en pionnen prachtig tot den verderen aanval ge reed zijn, terwijl Z wart'sstelling daar entegen gedrongen is en zijn stukken zich bijna niet kunnen oatwikke.en. Go ad opgelost door Jac. J. Bert, P. Fabriek, F. Franke- witz, A. Mayer, B. A. Snelleman, allen te H a a r 1 o ra H. W. v. Dort, Job. v. Teunenbroek, beiden te Schoten; J. Wielenga, to Z u 1 d-S c h a 1 k wij k. Oplossing Probleem No. 84 Stand der stukken: Wit: Kh8, Dh4, Tb5, Tb8, LH, Pfó, c2, d2, f4. Zwart: Kc4, Lf8, Lg8, Pdfi, Pe6, b4. 1. Dh4-g4, Pd5—c32. d2—d3f. Pd5 of Pe6xf4f2. Dg4Xf4f. Pe6—c5 '2. Tb5Xb4f. Pe6—d4 2. Pf6-e3f. Pe6—g5+; 2. I4Xg5f. anders; 2. Dg4e2f. Correspondentie. Haarlem. A. F. Jr. 1 Dh4-h8 faalt b.v. na 1.Pe6-g5f (W i t staat schaak.) J. H. Zooals wij reedi hebben medegedeeld in ons nummer van 24 Febr. 1.1. zal uw zeer juiste en duide lijke verhandeling over het schertepro- bleem, gegeven voor de leden, enz. vau het <Haarlem«ch Schaakgezel schap", ln haar geheel hier worden opgenomen. Maart te spelen wedstrijd Ajax—Blauw Wit geen beteeker.is meer voor de eindpositie v#n deze clubs. Nogmaals.... helaas! Dien omoUoueeren den kamp had ik willen hebben nu wordt het een gewone wedstrijd. Je hadt. vau mij Holland—Zwitserland oadcau kun nen krijgen voor oen wedstrijd tussohen Ajax en Blauw Wit, waarbij van den uit slag sihangt wie kampioen wordt! Doch verdrietig mogen we er niet om zijn en wel déérom niet, omdat het kam pioenschap diiAr gekomen is. waar bet be hoort te zijn en waar het tóch wel gekomen zou zijn, óók als do Spartaan Zondag door Blauw Wit geklopt was. Want Ajax it toch heusch sterker dan Blauw Wit, voer al do voorhoede Is veel beter en zoo ts AJax wel de aangewezen reperesentant 't Westen en van de hoofdstad. Als Ajax het tegen Qo Ahead, N. A. C. en Be Quick niet kan bolwerken, dan kan Blauw Wit, om van do overige Westelijke le klassers nlel te spraken, het zeker ook niet. ddlirom is m'n „helaas", over 't feit, dat de beslissing nu reeds viel, toch eigenlijk ongemotiveerd. Thans weten we zeker dat de sterkste kampioen is terwijl anders hij een ongelukig spel een onjuist eind resul taat niet uitgesloten was. Mijn hartelijke eelukwenschcn aan bet kranige Ajax elftal. Na de gloriejaren 1917—1918 in 1918—1919 is in het seizoen 1919—1920 een ander met de eer gaan Btrijkeri, wat echter stellig niet geschied zou zijn, als niet De Natrie tijdelijk en Delsen gedurende het geheele seizoen, door een uiterst willc-kou rigon maatregel van medespelen uitgesloten waren. Doch nauwelijks heeft Ajax weer de beschikking over alle spelers, of weer wordt op besliste wijze met fraaie cijfer? het afdeelingskampioeneehap behaald. Daaruit blijkt, dat Ajax volhoudt en dat deed zij reeds ln de Jaren welke vooraf gingen aan het eerste nationale kam pioenschap, wat behaald werd. Spreekt i dan ook van de gïoole Nederlandache clubs uit het laatste decennium, dan dient men in de eerste plats den naam Ajax te noemen. En daar de olub haar succes bovenal aan mooi en technisch spel te danken heeft, zoo is zij een leermeeste res voor de andere Nederlandsche clubs geweest en mag zij evenals H. V. V., Spar la e.a. in een vorig tijdperk, met eere ge rangschikt worden onder de steunpilaren van het Noderlandsohe voetbal. Met buitengewone belangstelling zién e de competitie om het nationale kam pioenschap tussehen Ajax, Be Quick, Go Ahead en N. A. C. tegemoet. Dat is een pracht kwartet, dal een spe'. ontwikkelen zal kampioenen waardig, Met geen moge lijkbeid volt te voorspellen wie mot de eer zal gaan strijken en zich eervol aansluiten zal bij het volgend negental, dat sinds 1897/'98 aan de spits gegaan is van het Ne- dorlandsoh voetbal behalen van dén punt in deze twee wed strijden brengt Zandvoort door het zeer goede doelgemidclde definitiof het kaïn- pioenschap. Wat de onderste plaatsen betreft, hier deed V. V. II. een krachtige poging om omhoog te komen door met 52 van T. II. B. te winnen. H. S. V. II, dat ook nog in gevaar is, verloor met 2—0 van Hoarl. III. B. B. V. C. II on E. D. O. II speelden ge lijk. ln TB had Haarlem 3A het geluk, dat haar nederlaag tegen H. F. O. IV ongel dig verklaard werd. De kansen van Scho ten II zijn hierdoor sterk verminderd, al wist het zelf aan do Spanjaardslaan te win nen. E. D. O. III won verder voor do tweede maal van I. V. O. Voor de kampioenseompetitie van do 2e klasse verloor Z. V. V. II op eigen veld van Kennemers en voor die van de 3e klasse won E. D. O. VI van O. V. met 4—3. A.b. Zondag worden vorschilende belang rijke wedstrijden gespeeld. 8ohoten II ont vangt Zandvoort. In Zandvoort wist Soho- ten II gelijk te spelen, hetgeen het ©enig ste punt is, dnt Zandvoort thuis verspeel de. We geven 8cboten een goede kans cp de overwinning, maar dat haar dit aan het kampioenschap zal helpen, gelooven we niet. Van veel belang is V. V. H.R.C.H. III, Neemt V. V. II. revanche voor de in den uitwedstrijd geleden 6—1-nederlaag, dan heeft ze een goede kans niet als hekkeslul- ter te eindigen. We gelooven wel, dat V. V. H. a-a. Zondag zal winnen, vooral ua het goede werk legen T. H. B., H. S. V. II bezoekt E. D. O. II welke tocht haar wel geen punten zal opleveren. B. V. C. II— H.F.C. Ill en Stormvogels IIHaarlem III zijn minder belangrijk. De thuisclubs hebben hier o.i. de meeste kans te winnen. In I B moet Schoten III van I. V. O. winnen om in the running te blijven. H. F. C. IV achten we op hei oogenblik ster ker dan Stormv. III, terwijl bij Haarlem IVE. D. O. III de roodbroeken de mees te kans hebben. De lagere klassen zijn thans vrijwel uit gespeeld; het programma hiervoor luidt als volgt: Kampioenschap 3e klasse. Kennemers IIIHillegom IL E. D. O. VI—Kinlieim. AJAX WESTELIJK KAMPIOEN. Helaas een week te vroeg (sohijft „Het Sportblad") is de beslissing gevallen, want dank zij de nederlaag van Blauw Wit ie gen De Spartaan en de fraaie overwinning van Ajax aan den 8chieweg hee>. de op 13 1888—1899 1S99—1900 1900-1901 1901—1908 1902—1903 1903-19W 1804—1905 18051SQ6 1806—1907 1907-1808 1908-1909 1909-1910 1910-1911 1911-1912 1912-1913 1813—1914 1914—1915 1915-1916 1919—1917 1917—1918 1918—1919 1919-1920 1920-1921.. R. A. E, B. A. P. II. V. V. H. V. V. H. V. V. H. V. V. H. B. S. H. V. V. H. B. 8. H. V. V. Quick (H) Sparta. H. V. V. Sparta. Sparta. Sparta. H. V. V. Willem II. Go Ahead. Ajax. Ajax. Be Quick (Gr.) Wanneer nu N. A. O. niet met de eer gaat strijken dan blijft het een negental, doch of Be Quick haar kampioenschap pro- longeeren gaat, of Go Ahead haar verba zingwekkende overwinningenreeks voort zetten zal, of dat Ajax ten derden male kampioen van Nederland wordt, dat dient nader afgewacht. In elk geval hopen wc (schrijft liet blad) dat het Ajax-elftol nu gehoor zal geven inn den weusch van zijn duizenden aanhangers om zich grondig, eventueel met opoffering van veel genoe gens, voor te bereiden op den zwaren strijd, die wacht. Leger en Vlaot VOORGEOEFENDHEID. De Minislcr van Oorlog heeft bc-paakl, dat aan dienstplichtigen hij de militie en aan vrijwilligers hij het reservekader kan worden vergund, indien zij voór-1 Maart 1922 niuicl van eerste oefenmg hebben verkregen, deel te nemen aan de oefeningen van den Vrij- willigen Landstorm tot het behalen van het bewijs van individueel geoefend man of !0l het verkrijgen van een rang. Bij verwerving van het bewijs van indivi dueel geoefend man kunnen bedoelde mili ciens. indien zij zijn ingedeeld bij hetzelfde wapen, als waarvoor zij het genoemde be wijs hebben behaald, desgewenseht in hel ge not van klein verlof worden gesteld, gedu rende vier maanden, ingaande op den dag waarop hun eerste oefening aanvangt. Hebben de miliciens of vrijwilliger! een rang verworven en zijn zij ingedeeld bij het zelfde wapen, waarbij die rang, werd be haald, dan vervollen zij den militïedienst dan wel den dienst bij het reservekader in dien rang. DE POL. IT IET ROEP EN. Naar „De Avp." verneemt, heeft al het dienstplichtige personeel, dat bij de null talre politietroepen onder de wapenen is, een verbintenis aangegaan bij den vrij Unzs Lasiilicsk L IT DE SCHOOL. Onderwijzeres: Jantje, warv neer is het de beste tijd om vruch ten te plukken? J y.n t j e: Als de hond van den boer aan den ketting ligt, juffrouw- Twee echtelieden hadden t/wiat. Ik heb een domme streek begaan zei mevrouw, met Wim Vcrsohure te laten loopen voor Jou! Hij was een verstandige, degelijke kerel I O ja, nu herinner ik me, dol b ij ons aan elkaar heeft voorgesteld. Dat is ia ieder geval héél vexsunaig van hem a-eest 1 kaatste meneer terug. willigen landstorm. Deze verbintenis ein digt, desgewenseht, op het tijdstip, waar op zij in het genot van groot verlof wor den gesteld. Aan het blad werd medegedeeld, dat door deze vrijwillige verbintenis dit per soneel gfciioht wordt onder de wapenen te zijn tot handhoving van de openbare orde en op grond hiervan in het genot kan worden gesteld van de kostwinners vergoeding, voorgeschreven voor den vrijwilllgen landstorm, in dergelijke ee- vallen verkeerendc. Pers-GverzMt FILMKEURING. Br W. W. van der Meuten bespreekt in „Vragen des Tijds" het bioscoop-rapport vin de Staatscommissie, onder voorzitterschap van rnr. R. B Ledéboer. Schrijver zegt daar in het volgende over de keuring voor v o 1- a s s e u e m. De Staatscommissie hoeft ten aanzien ran deze ook gemeend, dat er ingegrepen moest worden de filraliteratuurkeimer zal dit oor deel volkomen juist vinden Wie hij de be- oordeeliug van dit vraagstuk niet op eigen nt-.v oordelijkheid durf; afgaan, ivete wel ponste zich ine; dr wetenschap, dat nage- geen beschaafd land meer de bioscoop veroorlooft al wat geproduceerd wordt den volke te vertoonen. Ten aanzien van de keu ring voor volwassenen rijzen toch alleen op het eerste gezicht de bekende bedenkingen tegen censuur met al de gevolgen van dien, waaronder dan wel de voornaamste genoemd worden een opzettelijke verminking de weergave van de werkelijkheid ten behoeve van eigen gezag, want hiermede, men zal hot mij moeien toegeven, is het erg ste bezwaar tegen centuur van overheidswege geformuleerd. Wanneer uien echter de voorstellen van do immissie nader beziet, dan kan iedereen gereedelijk toegeven, dat een dergelijke onge oorloofde inmenging van de overheid bij aanneming van de wet -ir;werpen vrijwel on mogelijk gemaakt is. Wie zal kén ren? Een commissie zoo goed mogelijk vertegenwoor digende alle geestelijke stroomingen. feitelijk dus hot publieke geweten van Nederland. Voor niets heeft (lie commissie krachtens haar opdracht te waken dan tegen de geva ren, welke de zedelijkheid en de openbare orde bedreigen, Bovendien moet naar het oor deel der Staatscommissie ecc hooger beroep zijn toegelaten. Met andere woorden geen andere norm kan practiseb hij deze keuring volwassenen gelden, dau die. welke thans reeds ieder burgemeester in staat stelt iedere voorstelling, van welken aard ook, le beletten. Schijnt dus deze Rijkskeuring oen groote verandering te zullen brengen, in we zen blijft de zaak dezelfde als zij thans reeds is. Alleen treedt in de plaats van hel indi- vidueelo inzicht vafi den burgervader liet ge meenschappelijk oordeel van Rijkskeurings commissie Met hr; oog hierop kan rum ge voeglijk de stelling verdedigen, dat de waar borg tegen misbruik bij Rijkskeuring cider grooter zal zijn dan thans reeds theoretisch het geval ia. Inderdaad, het valt niet tc ontkennen, dat de plichten van de overheid tegenover liet misbruik, dat van de flim gemaakt wordt oneindig veel belangrijker zijn dan die. welke op haar rusten lol het tegengaan v.m pornografische liitoraiuur. Hier immers geldt vooral dit, dat de waarneming van een af beelding eeoer gebeurtenis een oneindig ster keren indruk op den geest maakt, dan iie lectuur van hetzelfde voorval. Mnn kan hon derd mcnschon het verhaal doen van ceo diefstal en geen van allen zal zóó tot het besef komen van liet gepleegde oprecht als degene, die den diefstal in werkelijkheid ziet plegen niemand leeft met elke gebeur tenis, die hij hoort vertellen, zóó mee als met die, welke hij in beeld vertoond zietiedere lezer van ..Gemengde Berichten" moet dii beamen Uit deze ervaring spruit dan uk de overweging voort, dat de overheid do filraknnn niet ongemoeid mag laten, vooral sedert de filmfabrikanten maar al te .ed blij"k gaven te weten, da: gekruide kost ■Nor igcen verkozen wordt boven de spijzen een eenvoudiger maaltijd. Trouwen? dit besef is reeds zóó algemeen doorgedrongen, dat de gemeenteraad van Den Haag /.oils eens met algemecne stenuncn, hoofdelijk uit gebracht, een oordcel heeft uitgesprokn, Jat in dit opzicht zelfs door dc politie geen ge noegzame strenge maatregelen worden ge nomen. Hieruit blijk! wel ten duidelijkste, dat ook ten aanzien van de keuring voor vol wassenen de Staatscommissie in haar voor stellen geen afwijkend standpunt inneemf, doch zich aansluit bij de op di: oogenblik al gemeen hccrschcnde opvattingen'. geebtszaken GLAS IXPLAATS VAN DIAMANT. - De rechtbank te Amsterdam heeft een olectncien en een graanwerker veroor deeld elk tot één jaar gevangenisstraf. De electricien, die evenals de andere be klaagde koperen horloges in zijn bezit had. wist op het Damrak oen DuitscVr een gouden horloge met ketting en rir.g met briljant afhandig te maken, door hem in rui! daarvoor „diamantjes", die van glas bleken te zijn, in handen 'e spelen. De graanwerker, die in gezel schap van den oloctrioien was, had uit de opbrengst van (leze sieraden, door op lichting verkregen, f* Feuilleton (Een avontuur van den Lachenden Kavalier). Naar het £ngeUch van BARONESS ORCZY. 21) Maurits van Oranje had met meer vuur gesproken dan men de luatste drie maanden van lient gewend was. Zijn vrienden voelden wel dat zijn vroegere geestdrift toch nog niet ge heel verdwenen was in zijn ziekte. Vijf paar oogen keken hem vol bo- lariostellinir aan terwijl hij sprak; vijf harten klopten sneller bij zijn woor den. Toen hij uitgesproken was ves tigden mijnheer Beresteyn en de an deren vol verwachting liun blik op den vreemdeling die d-oor den Stad houder meit zooveel warmte was toe gesproken; deze zag er besluiteloos en verward uit. In het flikkerende licht van de waskaarsen schoon zijn gezicht mager en weggetrokken, en er liepen scherpe lijnen naai' de mondhoeken toe. Je schijn tc aarzelen, beste vriend merkte de Stndhouder op en zijn toon klonk wear even bitter als vroeger. Ik dacht dat je ?-ez<egd had'dat je zoo veel van vechten hield. Maar, ik had iets vergeten! Nu zijn er andere din- gan die beslag oj) je leggen een er van is zokor heed gewichtig. Er wacht je nu oc*n gemakkelijk, zorgeloos be staan. Geen wonder dat je aarzelt je in een gevaarlijk, onzeker avontuur te begoven! Toen alsof hij zijn plan netje slechts ongaarne opgaf, voegde hij er op overredenden toon bij: .Als je met mij meeging, zou je er veel bij winnen en er niets bij verliezen behalve iets wat best nog wat wach ten kan Op dat oogenblik zag Diogienes dat mijnheer Beresteyn de oogen strak op hem gevestigd hield. De oude man wist wel wat er in hart en hoofd van zijn schoonzoon om moest gaan de twijfel, de angst, de vreeselijke, ontzettende teleurstelling:. Niets te verliesten! En dat op een oogenblik waarop hij een volmaakt gelukkige toekomst voor zich zag. Hier zou zijn zwerversleven eindigen, nu kreeg hij een thuis en liefde en vrede en dat alles moest hij onmiddellijk weer opgeven nu zijn eer en plicht hem rippen. De onderen zeiden niets; misschien begrepen zij het ook wel. In die da- gon waren de mensehen gewend aan groote opofferingen. Zij en hun voor vaderen hadden alles opgeofferd om hun kindskindeem tn vrede en veilig heid te laten leven. Zij wachtten al leen maar af of de vreemdeling, de halve Engelscliman, geneigd zou zij», zijn kostbaarste bezit de vrouw met wie hij slechts enkele uren gèleden ln den echt verbonden was, alloon te laten, om evenals vroeger weer voor hen te gaan strijden. De Stadhouder bleef mokkend, zwij gen en da benauwde atmosfeer in de kleine kamer scheen plotseling stil te worden iedereen wachtte op de ge- Wichtige (beslissing. De waskaarsen brandden rust door; een klein rook spiraaltje steeg op naar de zolde ring. Voor de meesten was het volkomen Stil, maar niet. voor den man die in hun midden stond naast een tafel die bezaaid waa met papieren en documen ten, waarop zijn slanke hand, de hond vn» een idealist, die door den arbeid hard en stevig was geworden rustte; zijn oogen staarden recht uii. Door de stilte kon hij zijn liefste hooren in de kleine kamer achter het zware gordijn. Hij kon de zachte to nen van haar vreemde instrument hooren, teer en ©acht hij hoorde haar een wijs neu.vlön. Dit alles maakte de beslissing nog veel moeilijker voor hem. Het waa zulk can schoone droom geweest! Gilda en dat prachtige huis in Engeland, en dc rit, midden in den nacht naar Rotterdam er zou mets van kunnen komen. Toen werd het ook voor hem abso luut stil. Gilda had opgehouden met spelen. Hij luisterde scherp en hoorde dat ze opstond van het cymbaal en vlug de kamer doorliep. Welnu hernam de Stadhou der na een poosje, wat zal het zi.in, beste vriend! Ik vertrek binnen het uur naar Utrecht en als wij Arnhem en Nijmegen willen redden moet gij vanavond nog op weg zijn naar Vor- den met het noodige gc-kl en schrifte lijke orders van mij. Natuurlijk kan ik je niet dwingen, voegde hij er bij. Je moet zelf beslissen, en als je. Hij zweeg plotseling en in 'n> oogen blik keken allen naar den hoek ven de kamer waar het zware gordijn hing. Eerst hoorde men er het geruisch van vrouwenkeloren, toen het schui ven von de metalen ringen op de roe de waaraan het. gordijn hing. Het vol gende oogenblik verscheen Gilda in de deuropening, bleek en vreemd ln haar donkere japon di? weinig afstak tegen de omgeving. Alleen baar klei ne witte gezichtje en smalle honden staken af tegen den sombere» achter grond en ook d>e fijne kont aan hols en mouwen. Een oogenblik bleef ze daar staan, terwijl zo met een band het zware gordijn terug hield, zwijgend bekeek •o liet gezelschap Een zucht vol ver langen welde oi> uit haar hart. Toen liet Gilda het gordijn achter zich neervallen on kwam vlug naar voren. In de andere hand hield zo het zwaard von haar echtgenoot geklemd. Ze kwam dicht bij hem statui en zeide rustig, met eon betooverenden glimlach: Ik (lacht dat ge misschien verge ten zoudt zijn waar ge het hadt ach tergelaten. Het was in de kamer hi ar naast. Ge zult het noodig hebben, mijnheer, als go binnen het uur naar Yorden moet vertrekken. Handig en vlug gc-s; te rij hem het zwaard om. 7.0 scheen vast- besloten en ze ha'd gehandeld zonder een oog' n jblik te aarzelen, terwijl hij er nog 'over tobde hoe hij haar het verdriet aun kon doen haar dien avond te ver laten. Nu hun blikken rókaar ontmeden hegrepen zij alïes. Zij namen de op- j offerirvr aan Misschien was het voor haar neg wel het ergste want zij zou maar steeds moeten wachten en het j is zoo moeilijk om geduldig le blij- Het scheiden zou hem tenminste ge makkelijker gemaakt worden door hard werken en vechten; zij had niets anders te doen dan wachten. Maar ze stemde toe. Niemand had gezien welk een strijd het lKinr gok os t had, daar in die kleine kamer, geheel al leen mot haar instrument nie mand had de tranen van spijt eu te leurstelling gezien, die een oogenblik haar had hel een eeuwigheid t e- geschenen in haar oogen kwamen. Toen de volle beteokems van wat zij aan den anderen kant van het gordijn gehoord had, tot haar door drong, had zij zich weer hersteld; haar uiterlijke kalmte keende terug enze bracht hem zijn zwaard om hem te beduiden dat haar besluit gc3>»- men was. Gilda Berestcn was een afstamme linge van een geslacht dat gewend was te strijden, van hun prille jeugd af. Op een leeftijd waarop anuere meisjes zich nog met speelgoed ver maken, had zij het zwaard van haar vader gohaauoeid. Terwijl ze liet zwaard van Diogenes stevig vast- gespte, keek zij hem ernstig aan en zeide op volmaakt rustigen toon: Ge kunt me, evenals straks. 1.1 de andere kamer vinden. Ik zal daar op u wachten om u vaarwel te zeg gen. Toen ging ze de kamer weur uit, even kalm en zacht, als zc gekomen was. En Diogenes had een gevoel als of li ij uit een droom ontwaakte. De Stadhouder sprong overeind. Je gaat dus mee? riep hij uit. Als Uwe Hoogheid mij noodig heeft, antwoordde de soldaat. (Wordt vervolgd.!,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1921 | | pagina 9