Rubriek voor onze Jeugd ■3{ce<m>fie/UMyd 2V(C HAARLEM'S DAGBLAD CATERDAQ 24 SEPTEMBER 1921 DERDE BLAD Tuinbuuwstichting „Huis te Latide" te Rüswgk. „Tuinbouwschool voor Meisjse? wBest^t niet..." „Bestaat wel?" iYoor meisjes? Special voor meis jes? De tuinbouw ia toch freen vak en geen werk voor meisjes en vrouwen I Hoe héét die wonder inrichting van je aan wel en waar die gevestigd?" 'Deze en dergelijke positieve ontken ningen en verbaasde vragen kreeg ik van verschillende kennissen, aan wie Ik vroeg, of ze wel eens gehoord had den van een Tuinbouw-stichting voor meisjes. Maar dat de school wel dege lijk bestaat en wel van September 1907 af, en nuttig werkt ook, leerde mij een bezoek aan de school. Dat „die tuinbouw is toch niets voor vrouwen" is ook het bezwaar, dat de kweekers bijna altijd hébben, als de directrice en mede-oprichtster der school bij hen om plaatsing vraagt voor een van haar leerlingen. Gelukkig wordt dat hoe langer hoe minder, omdat de kweekers dikwijls ondervinden, als ze zoo'n leer linge een plaats in hun kweelcerij heto- ion gegeven, dat de vrouwen er 'bij zonder geschikt voor kunnen zijn. Benige van de eigenschappen, die de meisjes zéker moeten hébben, willen ze in het vak slagen, zijn: liefde en toe wijding voor planten en bloemen, en vooral volharding. liet doel van het onderwijs is, meis- if* zooveel kennis en vaardigheid in het tuinbouwwerk bij te brengen, dat zij daarvan in haar later leven prac tise!» nut kunnen trekkenhetzij dat ze in den tuinbouw een positie vven- schen te verkrijgen of haai- kennis nut tig willen aanwenden ten behoeve van eigen kring. In twee jaar kunnen de leerlingen zoover zijn, dat ze haar eigen tuin goed en oord ooi kundig kun nen onderhouden of laten onderhou der» voor haar die den tuinbouw als bedrijf willen gaan uitoefenen is er nog ecu derde jaar aan den cursus ver bonden. Volgens mejuffrouw J. Hingst, dé directrice, leent onze bodem zich zoo bij uitstek voor het beplanten; in Europa heeft Nederland den meest ge schikten grond voor Groententeelt. Haar oordcol is, dat men over het al gemeen, veel te weinig profijt trekt van zijn lap of lapje grond. Nu, in dezen voor velen financieel zoo moei lijken tijd, moest men uit den grond halen, wat er uit te halen is. Men berime goed, mejuffrouw Hingst wenscht niet van eiken luin een groen- tentuin te zien, maar zij zou zoo graag willen d3t de grond zoo economisch mogelijk behandeld werd. Dc vakken, die aan de Tuinbouwschool onderwe zen worden zijnPlantkunde en plantenbeschadigingenNatuur- en Scheikunde Kennis van den grond; BemestingsleerBloementeelt, theorie en praktijkGroententeelt, theorie en praktijk; Fruitteelt, theorie en prak tijk 'i'uinteekenen, ontwerpen en on derhouden van tuinen Boekhouden Inmaak, theorie en praktijk. Aan de praktijk wordt het geheele jour door veel tijd gewijd. Er zijn scholen, waar gedurende der» geheelen cursus slechts maanden buiten wordt gew erkt. Dit nu vindt de directrice on juist. Men kan moeilijk den groei en bloei leeren uit boeken alleen, als men het niet ziet. Neen, door eigen aan schouwing moeten de leerlingen zien en weten en gevolgtrekkingen bij een volgende gelegenheid kunnen maken. Het geheele. jaar door werken ze bui ten, zien de planten groeien en weer hun winterslaap ingaan of afsterven, ze zien hoe de takjes en twijgjes zich ontwikkelen, hoe bijvoorbeeld de druif wordt als hij op een bepaalde manier behandeld wordt en welke re sultaten men verkrijgt op een andere manier. Wanneer de leerlingen dat goed bobben gezien en verwerkt en in zich opgenomen, dan schrijven zij hun aanteekeningen in hun boeken op. Een morgen, de Zaterdagmorgen, wordt altijd besteed aan het maken van aanteekeningen over de gedane werkzaamheden en over de voornaam ste verschijnselen der plantemvereW1 in tuin, kassen of natuur, zooalB die zich hébben voorgedaan aan de leer ling en worden dan besproken. Voor zich zelf maken ze dus een kleine re petitie onder toezicht natuurlijk van den betrokken leoraar of ieerares,, die zoo noodig haar geheugen nog eens een beetje opfrischt of te hulp komt. Men voelt van hoeveel waarde die aanteekeningen voor de leerling zijn, vooral ook omdat de data van alle verrichtte werkzaamheden nauwkeu rig venne'd tn aangeteekend worden. Over het algemeen kunnen de onder wijskrachten aan de school 11a betrek kelijk korten tijd al zien of de leerling van het echte hout gesneden is of niet. Er zijn er, die het bloemetjesverzor- gen enz. een leuk werkje vinden, een soort aangename tijdpasseering, maar die tegen het einde van de leseen al zitten denken aan hun tennisclub, straks, of dansles, of ander pretje. Nauwelijks is het vier uur of zij ma ken zich haastig klaar, om maar zoo gauw mogelijk weg te zijn. Die kun nen het geleerde later wel in 'de prak tijk omzetten, waardoor het genoten onderwijs toch zijn vruchten afwerpt. Maar die bezitten niet die drie hier- bovengenoemde eigenschappen. Neen, die hebben de meisjes die om vier uur denken, nu ga ik gauw even zien, hoe m'n roos, m'n perzik, m'n boontjes het makendie weer of geen weer, er op uit gaan 111 hun tuin en vóór alies, hun planten verzorgen, beschermen te gen te felle zon, te hevlgen regen, te harden wind enz. Die do aan hun zor gen toevertrouwde planten als een kostbaar iet» beschouwen. Die meis jes dagen in het vak. Een nieuwe richting, die de direc trice nog niet lang op haar school in toepassing heeft gébracht, is, dat de derrie jears toezicht houden op het practi&ch werken van de eerste jaars. Dat geeft haar zeker zelfvertrouwen, dat ze nu de verantwoording hebben voor het al of niét slagen van een plant. Bovendien maakt het nog een groot verschil of alleen maar weten hoe ze een plant moeten behandelen, of dat zij het aan anderen moeten lee- ren. Door eenige veranderingen, die den laatsten tijd in de richting van het on derwijs gebracht zijn, meent incjuffr. Hingst op den goeden weg te zijn, waardoor het onderwijs aan de inrich ting de beste resultaten ral geven. Op mijn vra-a" of de leerlingen door het onderwijs eon levenspositie zouden kunnen verwerven, zei de directrice, dat ae dat zeer zoker van meening was. Verscheidene van hare leerlingen zijp assistente bij een kweeker geworden in een stadskwoekerij, bij een tuinarchi tect, enz. Daar ze systematisch wor den geoefend in het zwaardere werk dat de tuinbouw met zich brengt, kun nen ze na verloop van tijd al het werk doen. Ze spitten dan grond om, ze be mesten en vermengen den grond, ze verplanten zelfs boomen. Er is geen werk dat ze niet kunnen verrichten, als ze zich goede leerlingen betoond hebben. ,Huia te Lande" ligt ten westen van Rijswijk aan den Vredenburchweg. Het terrein beslaat uit 3 H.A. vrucht baren zandgrond, 1 1/2 H.A. zijn voorloopïg in gébruik genomen. Men ziet er het schoolgebouw, de woning van dc directrice en van den tuin- j de woning voor de interne leerlingen, de kassen enz. Er is namelijk ook een in ternaat verbonden nan de school. Op het oogenlblik zijn er een twintig leer lingen, waarvan 10 intern. Het huis, waar de internen wonen onder de hoe de van de dame van de huishouding, ziet er allergezelligst uit. In de eetka mer stonden de hooggerugde stoelen rondom de tafel, al te wachten op hun aanstaande „bezitsters", die on getwijfeld met een flinken honger aan tafel zouden komen. De zitkamer met de aardige kleuren en de genoegehiKe schikking van de meubelen, waar de piano zéker vaak 11a afloop van het werk z'n vroolijke wijsjes doet hooren, de zitslaapkamers van de leerlingen, de zit- en slaapkamers van de dame voor de huishouding de kamers van het personeel, alles en alles deed zoü aangenaam aan, dat men onwillekeu rig het govoel kriigt „hier moet het goed zijn." Om op de school te komen moeten de candidaten voor de eerste, klasse minstens 17 jaar zijn, ze moeten een ex-amen aflegden in Nederl. Taal; re kenen, aardrijkskunde en in minstens twee vreemde talen, waarin ze een e-envoudig verhaal moeten kunnen le zen en begrijpen. Vrijgesteld daarvan zijn zij, die hebben eindexamen gym nasium of H. B. S. 5- of 3-jarige cur sus of daarmee vergelijkbare inrich tingen. bewijs van overgang tot een 4de klasse van een H. B. S- voor jon gens of een diploma M.U.L.O., zij die acte L.O. hebben, behoeven alleen examen te doen in de vreemde talen. Vandaag is er feest in „Huis te Len de". De bereikbare oud-leerlingen (er 'zijn enkele In Amerika) zijn n.i. aan geschreven tol bijwoning van de reünie, die evenals twee jaar geleden, weer plaats zal hebben. Van vele is het antwoord ingekomen, dat ze heel graag aanwezig zullen zijn. Bén van de lokaliteiten is door de ecrete- en tweede-jaara omgetooverd In een too 1 n«4zaal, de voorpret Is dos al begón- nen „Onze meisjes af te leveren, als be wuste ernstig-willende vrouwen in de maatschappij, dat is ons streven", was het slotwoord van mejuffrouw Hingst M. M. L. CD "e raadsels zjju ailo inuexondea «laoj nnunoA en meijifa din ..Vent OnxA .inn»d" -- gejuatóij ivdwe maand loot. 1. ilngta. door Roodborstje) Ik boa een plaats ia OvenjseL Geef roe nog oon slotletter on ik ben oen eiLohd in Ned.-lndié. 2. (Bigea. door C'iavale) Ik ben een srpoekwoord van 18 letters. 9, 5 13 een lidwoord. 4, 5, 6, 8, 14 is kippenvoer. 1, 6, 14 ïb een lidwoord. 16, 17, 18, .14 is oon ander woord voor berouw. 2, 3, 9, 10, 6 is niet bovon. 1, 2, 2, 4 is niet laag. I, 2, 3, 9 is een huisdier. J, 2, 5, 9 is ©en hoofddeksel. 7, 8 is een vorm van 't werkwoord zijn. II, 12, 13 is een vrucht. 15, 4 ia een landbouwwerktuig. 19, 18, 19 is een vogel. (Ingez. door Truusjo Bakker). Dc ben een laan ni Amsterdam dioht bij Artis en besta uit 18 letters. 1, 2, 3, 4 maken wij, als wij uitgaan. 9, 10, 13, 12, 13, 14 is niet aan don kant. Haarlem is oen 7, 8, 9, 8, 8, 4, 5, 8. In een bosch is een 15, 16, 17, 18. 6 is de eerste letter vun het alfabet. 7, 6, 5 is een opening. (Ingex. door Waldeschrausje) Ik ben een plaats in Voor-Indié. Veran der mijn 3de letter en ik boor in uw (Ingez. door Edelweiss). Ik besta uit 4 letters en ik hoor bij paard. Sfeer me om en ik ben een deel Strikvragen van Billeken: a. Wat ia het gelukkigste dier? b. Wat is het ongelukkigste diert 0. Wat is het luiste dior? d. Wilt is het levenslustigste djerï e. Wat is het muzikaalste dier? f. Wal is het rijkste dior? g. Wat is het ijdelste dior? Raadseloplossingen De raadseloplossingen der vorige wee 1. Adelaar. 2. Sint Elisabethsgaslhuia. 3. Krenten Renten, 4. Mark. 5. Wesp, gesp, mier, kier. 6. Roode school. Goede oplossingen ontvangen van: Mi 5, Louise v. Sluys 6, Lentebode Denappeltje 6, Pocsenmoedertjo 6, Bille ken 5, Het Trio 5, Azalea 5, Lachebekje Lir.a Punt 5, Cornelis Punt 5, Excel- >r 4, Vliegende Hollander 6, Hyacinth Montbrelïa 5, Dirk en Piet Oschatz 6, Mosroosje 5, Prinses Attalanta 6, Goudkopjo 6, Anemoon 4, Wilgenroosje 6, Piet Hein 5, Napoleon 5, Lenteknopje 5, Friso 5, Framboos 6, Abrikoos 6, Elze katje 5, De Scliipporin E, Vliegenier 5, Bottling 6, Kruizenmntje 5, Zonnebloem 5, Witto Muis 5, Goudvischjo 5, Spring in 't veld 5. D. en A. Buitendijk 5, Theeroos 5, Miohiel de Ruyter 6, Vergeet-mij-nietje 6, Korenbloem 5. Duinroosjc 6, Viooltje 6, Kwartoogje 5, Moeders Oudste 6, Hekke- springer 5, Sprietel 5, Alpenvjooltjo 6. Jacques 4, Robbedoes 6, Edelweisz 6, "Tene en Tiekie 6, Zonnebloem S, Brem 5. Db Wedstrijd Inzendingen ontvangen van: Matroos, oud 10 jaar. Lentebode, 11 jaar. Sneeuw balletje 8 jaar, Camelia 13 jnar, Cornelis Punt 8 jaar, Abrikoos 11 jaar, Alpecviool- tje 10 jaar. DE UITSLAG. Afdeel ing I. Het beste werk was van LINA PUNT, oud 13 jaar. Zij ontvangt den lsten prijs en moet mij ten spoedigste melden, welk boek zij het liefste bad. CAMELIA, oud 13 jaar krijgt den 2d en prijs. ROBBEDOES, oud 13 jaar ontvangt den 3den prijs. Af doeling II: LENTEBODE, oud 11 jaar komt de 1ste prijs toe. Ze mag mij schrijven welk boek zij verlangt. CORNELIS 2den priji Maanolfje, Mariotje Bakker en Jaeoha Bakker hebben geloot om den 3den prijs. MAREETJE BAKKER was de geluk kige. EEN EERVOLLE VERMELDING komt toe aan:-Witte Muis, Friso en Matroos. ZEER GOED was het werk van: Abri koos. GOED was het werk van: Adelaar en Alpenviooltje. Alle prijswinners mogen Woensdag 25 Sept. hun prijzen komen halen. 3 PUNT, oud 8 jaar, krijgt den INGEZONDEN MEDEDEELINti DONKERE DAGEN VOOR KERSTMIS. Druilerig viel de regen neer op het plialt van do groote straten. Saai tikte hij tegen de spiegelruiten en eentonig gleden de droppels uit iie ontbladerd© booun „Wat een kwakkel win ter tjo", mopperde de liefhebbers van schaatsenrijden. „11 cl scheelt je toch wel even in ye brand stof," zeiden de huismoeders. Waa mot dat al hondenweertje. Stijf gearmd «tonden liep en Greet voor het weerhuisje op ue Gruote Markt. „Ging 't maar vriezen", zuchtte Greet en se dacht aan de mooie nieuwe schaat sen, die vader haar zelf op 6 December komen brengen. ,,'k Hou niet van kou. 'k Kan toch rijden", antwoordde Beb. „Je kan T nog best leeren", vond Greet. ,,'k Heb immer» geen schaatsen." „Ik héb fijne, lie?" „Nou. En je dacht nog wel niets te krij gen?" „Er was tooh ook niets gekomen op 5 December. En daar kwam Pa don volgen den dag zelf als Simt-Nioolaaspak". „Dat was ©enig." „Weet jo wat liij mijn mooiste cadeau ,Nou!" „Die spreuk van jou: Eigen noard is ud waard. En ik was veel blijder met je schortje. Vooral omdat het in zoo'n leuxe surprise zat." „Daar was ook veel meer werk aan. Maar je vader dadht misschien aan wat het zeggen wou." „Misschien." Stil slenterden ze Eamen de Barteljonsaraat in. En Groet dacht aan dien Sint-Ntcolaasnaciit, waarin ze een groot verlangen naar huis r.ad gevoeld. (Wordt vervolgd). KONINGINNEDAG 31 AUGUSTUS 1921 TE HEEMSTEDE. Eindelijk was het 31 Augustus. Wat had ik langnaar dien'dog verlangd. De scho len waren gesloten, bijna overal hing de vlag uit, en veel menschen droegen sjerpen en vlaggetjes, 't zag er echt fees telijk uit, on 't zonnetje scheen zoo prach tig. 's Morgens al vroeg ging ik mot moe der op stap naar Groenendanl. Daar wer den eerst kinderspelletjes en later volks spelen gedaan, 't was leuk om te zien, maar ik verlangde naar den middag, want dan zon er optocht gehouden worden. Wij gingen bij de Kerklaaji in 't gras zitten want daar zou de optocht langs komen. Wat bleef die optocht lang weg, eigenlijk veel te lang naar mijn zin. „Stil eens". moe, „ik geloof dat ik wat hoor, en ja, daar kwam de optocht aan. Het allereerst de muzikanten, daarop volgden allemaal versierde wagens. wat was dat mooi. een praatwagen was er ook bij en een wagen, waarop voetbalveld was afgebeeld en nog veel meer. Toen kwamen er neg versierde fietsen en auto's eindelijk kwam er een mannetje met kinderwagen, en daarin lag ook weer mannetje. Dat was zoo grappig. Wat ast ik daarom lachenEindelijk was dé optocht voorbij, toen gingen wij naar de winkels kijken, dié ook heel mooi wa ren. Ten slotte gingen wij in een melk- ealcm een lokker glnasj'e limonade drin- i en ik kreeg er 6en paar gebakjes bij. toen ging ik heel tevreden huiswaarts, i Avond -, kon öc bijna miet in slaap komen, omdat ik nog zoo moest denken m alles, wat ik hnd cezien LINA PUNT, 13 jnar. N.B. Om gezondheidsredenen kan Lina _iet naar school gaan. In haar wagentje heeft ze het feest gadegeslagen en zo is op eigen houtje maar aam dit opstel begon- Brievenbus Brieven aan de Redactie van do Kinder- Aideeling moeten gezonden worden aan «Mvronw BLOMBERG—ZEEMAN, Van der Vinnestraat 21 rood. (Ia de ba» goeden tonder aanschel »D Nieuweling is: LOUISE VAN SLUIJS, Wilhelm inasrraai 17. MATROOS. Nu hob je zeker al gelezen, hoe ik je Opstel vond. Ja, jij zou zeker heel anders doen als je Greetje was. Maar rij moet eerst door schade en sobaude wijs worden. BUURMEISJE. Heb je nog molentjes zien draaien Wie heeft liet klei ne poesje gehaald? Dat versje van het wk- gegordijntje ken ik niet, wel van Lief Lijsje. Daar staat ook zoo'n snoezig plaatje bij, hè. CAMELIA. Je raadsel is goed. LINA P. Gefeliciteerd met je beterschap. Dio Bonkje is Piene. Ja, dat is een klein sukkelpotje net als eem goede kennis \an je. Ik feliolteer je allen nog wel met den ardag van Kees. Speelt hij alle dagen zijn bal Natuurlijk mag Wout ook meedoen. De volgende week luid ik den Sint-Nicolozswedstrijd in. Dus nog even- jee geduld hebben. - LACHEBEKJE. fog van harte geluk gewenscht met je verjaardag. Wat begon je dag goed. Je hebt zeker den beeleai vrijen middag zneJ j© pop gespeeld en het wiegje opgemaakt. Mochteo er ook nog vriendinnetjes bij je spelen AZALEA. Vertel me nu de rol- gende week eens in welke klas je sit op i 60 CD. per rsgel. school en of e nog moor Rubriekertj'es bij «nas Elton. ANEMOJN. Heer zoo'n dagjv in Artis. De .ijd om. I)© apen hadden natuurlijk de mees to belangstelling. PRINSES ATTALANTA. Nu ben ik heel benieuwd naar je volgend brieljc. Daarin schrijf j« zeker ailes over heiafscheid. Heb jo moe gezongen Eu nu komt straks jouw afscheid. Verlang je er naar of zie jo er toch wel ecu beetje tegen op? MOSROOSJE. Je raadsel is goed. Jammer, dat jo Miesje niet thuis trof. Als je i: nog geen poesje hebt, vraag er dan oei om in de Ruil-Rulbrick. MüNXBKETl Laat ik begmmen mot je vaat hartelijk ge luk to wenschon met jo 12dcn verjaardag. Ik hoop zoo 'kind, dat een nieuw j.aar je nieuwe gezondheid brengt, want je hebt het wel ervaren wolk oen groote seti3i dat is. Wat Leb je het feest gezellig beschre ven. Daar had je oen opstel over moeten maken. Wat kregen de zusjes voor prn-zon Ja, ik ueb ook een kaart gehad van Bosch- viooitie. Aardig van haar, dat ze jou ook bedacht heeft. NAPOLEON. Hoe afgeloopen met den match 1 't Spijt wel, maar ik heb dei» termijn van inzen ding al een week verlengd. Tegenover de andoren zou het niet eerlijk xijn nog lin gor te wachten. Je was zeker bhi, aat moe der maar weer thuis was. PIET HEIN. Wat je ops'.ei liet re ft, heb ik aan jouw adres dezelfde boodschap als aan je bo venbuur. Je raadsvl is goed. Als over winnaar uit den strijd gekomen BUT TERFLY. 'i Deed me genoegen je beken- handje weer te zien. Je liobt oen druk ken, xaaar wel besteden tij-d achter den rug. En nu blijft liet hard worken. jo bent jong en gezond en diwi beiden een zegen. Ik vind liet leuk, dat Sint-Nioolaaswcdstrijd „i tuur lijk weer meedoet". Menschen, 't druk hebben, schijnen altijd nog tijd kannen uitkoopen. Do volgende week begin ik een praatje te maken ov Sint Nicolaaswedstrijd. Dus dan meteen beginoen. F'RISD. Jo bent loch roemrijk uit den slag gekomen, al i. ditmaal zondeT prijs. Het doet me g. gen, dat het kkurkrijt zoo goed van is gekomen. Leeft de nieuwe tel nog? Tol dan maar prettig. BBKG-IND1AAN. Zoo meneer de Berg-Indtaao, kom je weer eens bovenw-ater Ik Ixgrijp het bes:, nu >nden korten, grijp je weer naar inkt. Wat een prachtig cadeau: horlogo m:: riempje. Dat is, dunkt iets heel erieuws voor een Indiaan. MICHIEL DE RUIJTKR. Gaat het exa men naar je zm f En nu ga je straks een heel ander leven beginnen. Ik hoop, dat het je zal bevallen. Mag je op de fiets naar je atelier? Wat een r deau, kind. Ju, juist Roode-school lig: ngenlijk in Groningen. VERGEET-M1J- i'lIüTJE.Een flinke voorraad beukeno en gevonden? D1NA B. Is grootmoe der vandaag vertrökkon Je vindt het ze- kor wel een beotje saai. Grootmoeders brengen meestal zooveel gezelligheid mee. Eenig weer om te knikkeron. Ben je aan den winnen den kant? Kleine Janneman geniet zeker ook volop van onzen mooien nazomer. A. B. Al naar een concert geweest-1 Dat sobiet op. Jo hebt er Jus heerlijk gestoten. Wanneer begint de Kin- derixmd weer? Als je op de uitvoering fiuit, kom ik vast eens luisteren. VIOOL iJE. Ai weer aan het ka&'.anjes Is maar üceriijk, aai je altijd an Duinroos je inag. Er wa- te foutje» in je raadsels, maar ver 't hóófd goxu-n. Nog ©en week en dan komt dc verlangde wed.vrija. DU1NEÖOSJE. Wel jamiULr, dat je van l'loraüi geen prijs kreeg. Er is aïtijd mooi, mooier, mooist. Jo inoogt je plant je nu zelf verder opfokken, he t MUL DERS UDDSIE. Ik wist wel dat na den t mijn oudjes weer terug zouden ko- Ben je heerlijk uit geweest? De om Apeldoorn en Amersfoort zijn JjKNTEKNOI'JE. hpring jo huizen hoog van plezier» En jo wus nog al zoo pessimistisch gestemd. Fluik beukenoot- jes gezocht? Eu ook gevonden? Verkoo- pen jullie ze? Is jo nichtje ex nog? Is zo niet meer op school Bnlscminen zijn al tijd dankbare planten. Veel water en e-n beetje zon «n ze gr ooien harder dan kociL KKU1 ABM UN TJ E. 'k Kan me best oorstellen, dat je je met de beide namen iog wel eens vergist. Nu, valt de uttsUg nee Ik heb wel eens mooier schrift van _e gezien, maar zoo heel slordig was he: toch ook niei. VLIEGENIER. Dit is heerlijke fuifpartij geweest. Is die eer neg bij jullie vandaan? Ook nog wel gefeliciteerd mei moeders verjaardag. Heb je ook nog wat voorgedragen? Wie had hes gediohtje gemaal:: Tot hoe liat heb je Zondag wel gesiapen? Waar blijft broer? Mevr. K. Mijn beste wenscheai levensjaar. GOUD- YISOHJE en SPRING IN 'T VELD. He: doet me genoegen, dat juüie de Rubriek nog niet vergeten zijn. Ik kan mo begrij pen, dat de vacamtie heelemoal beslag op je had gelegd. Wanneer gaat tante wier naar IndiëZe treft het anders, dat de Septembermaand zoo zoinersch is. Bij wie z.t je nu? Veel huiswerk? DE SCHIP- PERIN. Ja, we hobbon nog een heerlijk nazomertje gekregen. Zonneschijn verveelt niet gauw, hè? En nu komt de Sint- Nicohiaswedstrijd. Ik vind het toch zoo prettig, dat jttllio daar zoo naar verlan gen. Je krijgt een druk leventje, ik be- gnjp best. dat alles in de snipperuurtjes zal moeten gebeuren. KORENBLOEM. Doe jij maar goed jo best op de Franscho les. Je eerste Fransche brief stuur je maar aan mij. Edit fieteweertje, hoor. Je profiteert er zeker heerlijk van. Als zus lezen en schrijven kan. mag ze raee- li-x-a. ZWARTOOGJE. Ook een heer lijke vacantie gehad f En nu maar weer dapper het werk opgevat. Natuurlijk mag je weer meedoen. Ik hoop, dat je je_be- lofte van trouw zult nakomen. TIEaIE fiets v vel kleit die heb ik o streken v én PIENE. Had Emma het zoo drukt Met naaien Nu een bo;:jv voorzichtiger met je bril wezen, want da*, komt nux-Jer duur te staan. Ik ben zeer benieuwd, ot jo nog overgaat. In ieder ccv.il ïs 'i g<-„n eigen zehuld. EDELWEISZ. Wat waren het heerlijke zomersche dagvyi. S:uur da voigendo week die raadsels maar. Een pret tig govoel hè, als je zoo flink mcu kunt komen. ROBBEDOE.S. Arme stakkerd! Ileb jij je pols verzwikt. Doet hot erga pijn Wat schrijf je nog netjes én dui delijk. Of schreef jo met je linkerhand? 't Bevalt Mi en best op 't Gym. Zo doet je vele groeten. Beterschap hoor. JACtjUKH Ik dacht, dat Groningen hoelomaal dot op Haarlem leek. Je hebt er goed je ©ogen den kost gegeven. En wat zijn jullie- ge- Iukkig geweest met visschen. Daar bad ju nu beet oens een mooi opstel over kun non maken. ALPENVIOOLTJE, 't Was zon de van het mooie postpapier, dat Je er zoo weinig op s«Streef. Ben" je prettig* met *aar Groonendaulf bi RLETEL. 't Sps;: ine. mxar :k ken geen var. de twee ouderwijzere* «n. Hoe gaat het toch met je zus en met dat leuke broertje? Haarlem, Bi Sent. 1921. W. BLOMBERG—ZEEMAN, d. Vnroestraat 21 rood. Bet Tayior-stelsei toe gepast door SIMON MOS. rri?,J t "?,ren "°S" njet lang getrouwd,, iheobalu en Amandine, cn woonden op een idyllisch plekje. Zij hadden neigingen lot uitmiddel- puntigheden, waren aanhangers van al lerlei nieuwere levensrichtingen, lichte lijk idealistisch aangelegd en beschikten over ruime middelen. Theobald had voor den kost nog nim mer behoeven te arbeiden, toch werkte hij veel; hij was altijd bezig; hij liefheb berde verschillende geleerdheden: hij deed uitvindingen en beoefende de meest ingewikkelde stelsels. En hij bejammer de het dikwijls, dat hij sommige van dio diep doorwrochte studiën met in praciijk kon brengen, daar hij niet a!:ijd vol doende kon beschikken over personeel en materieel, om z'n uitvinding of bij zonder idee, aan de werkelijkheid te kunnen toetsen. Amandine was van n.iturc een dweepster, en leefde meestentijds ia hoogcr sferen. Zij hield van alles wat buiiennissig was, vooral op het gebied van kunst en wetenschap. Hel gewone, all' 'aagsche was haar een gruwel, en van huishoudelijke bezigheden had zij een ontzaglijke aversie. Daar bemoeide zij zich nooit mee. Daar had ze haar personeel voor. De gedienstigen wisten dit cn deden - hun voordeel mede. Conflicten kwa men niet voor. He: huwelijksleven van Amandine en Theobald schreed dan ook zoo goed ais onbevangen cn even kaim voort, als het zwak kabbelend water tn 'n langzaam vliedend, landeiirk beekje. Het was in de dagen, dat alle couran. ten eenige kolommen beschikbaar had den voor besprekingen over het meerma len genoemde Taylor-stelsel. Een nieuwe wijze van arbeiden op fabrieken cn werk- plaatsen, de uitvinding van een groot Amerikaan,'die van meening was, dat bij elke handenarbeid, door dc werklieden tal van bewegingen worden verricht, die öf overbodig zijn, óf veel eenvoudiger en verminderd kunnen worden. Door de toepassing van dit stelsel zou elk arbei- der veel meer kunnen prcsieercn, aan merkelijk meer werk in een bepaalden tijd kunnen afleveren, zoodat de jiroduc- tie van het geheel niet onaanzienlijk zou toenemen. De voor- ec nadcelen van dit stelsel werden overal besproken en toe gelicht. Gelet op de antecedenten van Theo bald, hieiboven ia het licht geplaatst, is het zeer wel te begrijpen, dat ook h ij zich op dit allernieuwste op het gebied van arbeid en productie, wierp, als een uit gehongerde* tijger op z'n prooi. Htj rustte niet alvorens hij alle brochures en verdere schrifturen, pro en contra, over dit onderwerp in handen had. om zich daarna met ijver op de studie van hei Taylor-stelsel toe te leggen. En dat hij weldra niet alleen een vol bloed pro-Taylorman was, maar dit stei- 3 kdndelijk nog uitbreiden cn verbc- wou, lag voor d>e hand. Zijn verbe terd stelsel zou nog grooter voordeden opleveren. Elk directeur van een onder neming, elk ingenieur in een fabriek, zou het moeten toepassen, vermeende hij. Hij probeerde z'n studie geplaatst te krijgen in verschillende groote bladen, in de hoop, dat er dan wellicht een der voornaamste bedrijfs-exploitantcn z i.i n manier van werken in toepassing wilde brengen. Dit mislukte echter, «laai dc redacties van de bladen geen bijzonderheden van algemeen voordeel in z'n studie ontdek ten. cn dan ook in het plaatsen dier arti kelen geen nut zagen. Doch Thc-obald versaagde niet. Had hij de fabrieken of werkplaatsen eigenlijk wel noodig? Kon hij de resut- reuuieton KOÏiAN. Yoor ongeveer drie wekea maakte ik een tocht in de omstreken van Pa rijs. De avonii overviel mij en alleen wandelde ik over den straatweg, toen een vreeselijk gegil mijn oor trof. ik snelde in de richting, vanwaar dc kreten kwamen on ik ang op den weg twee mannen, die een jong meisje in een rijtuig sleepten, waartegen zij zich heftig verzette. Ik kwam toege- loopen, trok mijn revolver en schoot die in de lucht af. De mannen hij het rijtuig hadden piij in de duisternis nog niet bemerkt, terwijl ik hen in het schijnsel der lantaarns wel zien kon. Het schot ver schrikte hen zeer en niet wetende met hoeveel tegenstanders zij te doeoi kre gen, sprongen zij im het rijtuig en hamen de vlucht. Het meisje bleef op den weg liggen. Ik zond de kerels nog eenige schoten na en bereikte spoedig het meisje, dat bewusteloos ter neer lag. Ik nam het kind, want hot was nog een kind van misschien zestien jaar, in mijn armen en droeg liet ar me schepsel tot liet naaste gehucht. Door de goede zorgen van de bekvo- ners eener kleine viUa, wier hulp ik had ingeroepen, brachten wij haar tot bewustzijn. Maar het meisje had van schrik haar spraakvermogen verlo ren en zij heeft het sinds dien helaas niet terug gekregen. Ik heb haar ter verpleging in een ziekenhuis doen opnemen, waar de zusters baar teeder verzorgen. Maar nu komt het fraaiste. Drie dagen na dat dit avontuur voorviel, ontving ik ecu briefje ondertcekend door de Broeders des Verderfs, die van mij eischiea, dat ik ben bekend zou ma ken rast de schuilplaats van het arme ine Li,-s. Ik Pegrovp nu, dat ik het kind uit lom klauwen had gered en gij be grijpt, dat mijn oor mij verbiedt hun slachtoffer weer aam hen over te le veren. Ik heb op hun dreigbrief je em op een tweede, dat volgde, niet ge antwoord en nu ontving ik op dit vier kante stukje papier mijn doodvonnis. Dit is alles, wat ik van de Broeders weet". De Engelschmam had vol belang stelling dit verhaal aangehoord en riep nu uit: „Maar is niets dan voor deze schur ken veilig?" „Niets, ntijn vriend, èn justitie èn politie staan machteloos tegenover de onbekende misdadigers, die nergens een spoor achterlaten". „Maar hoe moest gij hen op de hoogte brengen van de verblijfplaats van liet meis je, dat gij gered hebt?" „Ik moest dio door eon onschuldige advertentie in de „Figaro" bekend maken". „Maar waarom zijn zij u niet na gegaan en hebben zij zoo niet het adres van hun slachtoffer nage- vorscht?" „O, ik was op mijn hoede. Ilc weet niet waardoor, maai* onmiddellijk, toen ik het meisje redde, dacht ik a;m de Broeders dos Verderfs. Ik heb bet kind den volgenden morgen dade lijk vervoerd en pas moet ik van de villa vertrokken zijn geweest, toen iemand naar het meisje geinformeerd heeft. Die onbekende boorde daar*, dat ik, de graaf dc Tournel, haar had weggevoerd en dus hc-bben zij vam mij haar schuilplaats willen vernemen. Gij begrijpt, dat ik niet zoo onvoor zichtig geweest ben, liet meisje nog eens te gaan bezoeken, daar de schurken mij wel door oen 6pion zul len laten volgen en zoo or achter zou den komen, waar zij verborgen is". „Maar is zij wel voilig in het ge- sticht, waar zij vertoeft?" „Volkomen, de directrice, die mij kent, is gewaarschuwd en bij moge lijke navraag zal men niets gewaar worden". ..En liet meisje mist nog steeds haar spraakvermogen?"' „Helaas, ja kon zij spreken, dan zoudön wij misschien van haar de noodigo inlichtingen kunnen verkrij gen om de schurken te kunnen vijl den. Laten wij hopen, dat zij geneest, maar intussclien moeten wij ons bost doen, de Brooders des Verderfs zelve in liet verderf te storten". „Ik rust niet voor dit doel bereikt is", antwoordde lord NibMington, „maar onze eerste zorg moet z n uw leven uit do banden dier misdadigers te redden. Zouden zij u willen vergif tigen?" „Misschien wel, misschien niet. Zij hehben vele manieren om hun vijan den te dooden. Een viel er door een dolkstoot getroffen, een inspecteur van politie, dio zich hun haat op den hals had gehaaid werd verdronken in de Seine gevonden en baron Lalerge, dio ook zijn doorvonnis ontving, doch zich daaraan niet stoorde, werd op oen drijfjacht door een verdwaalden kogel in hot hart getroffen". „Maar dat alles is vreosolijk", merkte lord Njbblington op, „zij schijnen dan overal toegang te heb ben en zijn blijkbaar van alles wat in de groote wereld voorvalt, uitmuntend op de hoogte". „Daaruit valt af to leidon, dat het geen gewone schurken zijn, die zich onder dien naam verbergen cn de taak door ons op onze schouderen ge nomen zal ons ofiet licht vallen". „En het zal raadzaam zijn niemand te vertrouwen, hoe onmogelijk ztjn medeplichtigheid o.us ook moge too schijnen. Maar oens Toume), zou liet niet, goed zijn, indien gij u ver borgen hieldt. iloo meer ik over alles nadenk, hoe stelliger ik er van over tuigd raak, dat uw leven groot ge vaar loopt". Op dit oogenblik werd er weder aan de kamerdeur geklopt en Ferdinand trad binnen. „Daar is baron de Lin ar", zei hij tot den graaf, ..hij wenscht u drin gend te spreken". „De Linar? Maar ik zei u immers Ferdinand, dat ik voor niemand thuis ben". „Ik heb het den heer baron gezegd mijnheer dc graaf, doch hij weigerde heen te gaan, hij moest 11 spreken". De graaf schudde onwillig het hoofd, maar reeds werd de kamerdeur geopend cn do aangekondigde bezoe ker trad ongenoodtgd binnen. Mem kon het hem aanzien, dat hij zeer geagiteerd was, zelfs verkeerde in eer, toestand van de hoogste op gewondenheid. „Laat Ferdinand gaan", zei hij tot den graaf en toon deze zich op een wenk var. zijn moester verwijderd hud vervolgde hij zeowwachtig: „Vergeef het mi), hoeren dat ik de vrijheid genomen h>et> mij aan uw ge zelschap op Li dringen, doch er Is iets. dat mij hier hoen drijft, iets van het hoogste gewicht. Ga vandaag nog op reis, graaf de Tournel, uw leven loopt gevaar". Lord Nibbiington en dc Tournel za gen elkaar aan met eon blik van ver bazing en toen zei de laatste: „Wat is er toch Hinard, spreek go- rust. Nibbiington mag alles hooren". „Welnu", antwoordde de baron, „liét is zooals ik zei de Tournd, uw leven loopt gevaar, gij zijt ter dood veroordeeld door de Broeders dos Ven derfs". ,,lk weet het", antwoordde de graaf kalm, „hier is htm kennisgeving, gij vertelt ons dus gein nieuws. Maar zog mij, baron hoe kunt gij dit we ten". ..Hoe ik het weet? Luister'. Geen uur geleden ontving ik onverwachts het bezoek van een zwaargesluierJe dame, naar haar houding en stem t« oordoclen een jong meisje nog. Zij weigerde haar naam te noemen, doch zij verzocht mij u te waarschuwen. Ik weet, zei zij, dat gij zijn vriend zijt, ik smeek u, ga naar den graaf do Tournel en zeg hem, dat hij vluchten moet, op reis moet gaan ondor ».-n vreemden naam, zoodat men hem niet kun volgen. De Broeders des Verderf* hebben zijn dood gezworen, het plan om hem t-e vermoorden is reeds opge maakt en als hij nkt oogenblikkclijk vlucht, zal hij den dood niet ontko men". (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1921 | | pagina 9