OM ONS HEEN
Buitenlandse!! Overzicht
HAARLEM'S DAGBLAD
WOEHSilAG 28 DECEMBER 1821 TWElDE BLAD
No. 2933
J. W. Sevenhuysen.
ziet er niet tegen op, om de zooge-
I ncuinide domme leerlingen voortdu-
rend van de eeue klass© in de andere
tc laten overgaan zijn ideaal ie, de
kinderen te vormen tot menschen, het
gebeurt immers, dat zij plotseling on-
erwachts uit hun slof schieten on,
„oo niet, dan kunnen zij toch, wan
neer zij maar maatschappelijke ge
schiktheid hebben, tot -een goed© po
sitie in de samenleving komen. Is het
niet eigenaardig, dat hij mij juist ver
telt van eenige „domme" jongens,
die het in 't buitenland goed hebben
gemaakt? Paedagogen stoffen veelal
liever op hun vlugste leerlingen.
Ik geloof, dat de lieer Sevenhuysen
een echte Nederlander is, ook inrzoo-
vor, dat hij door «ijn werk en studie
heen oen echte individualist bleef en
ik ben wel geneigd om aan te nemen,
dat hij daaraan juist zijn frischhrid
te danken heeft. En zijn bijzonder
groote werklust. Die twee eigenschap
pen besturen ook zijn pen. Hij weet
Aan de Leidsohe vaart, van de stad
af gerekend voorbij de kippebrus en
dicht bii het viaduct van de electri-
ache tram naar Zandvoort, woont de
heer Sevenhuysen, die eerstdaags zijn
jubileum herdenkt als hoofd van de
Rijksleerschool en als onderwijzer te
Haarlem. Wie niet precies het huis
nummer weet, kan het huis gemak
kelijk vinden, omdat ESPBR.0 op
het hekje van het voortuintje staat en
de ster van de Esperantisten in den
voorgevel. Dan begrijpt ieder, die
maar iets van den bewoner afweet,
dat hij daar moet wonen staat de
heer Sevenhuysen niet alom in Haar
lem en daarbuiten als vurig aanhan
ger en propagandist van Zamenhofs
wereldtaal bekend?
Ook als overtuigd vegetarier. Ik kan
niet zeggen, dat hii voor die leef- en
voedingswijze een voortreffelijk uit
hangbord raag Jieeten, althans niet
in de oogen van hem, die zich den
kleurigcn mejnsch als het ideaal voor
stelt. Sedert wij evenwel weten, dat
het in de huidskleur niet zit en dat er
dikke boerenjongens met dc kleur
van boeien op het spreekuur komen
va.n den zenuwspecialist laten wij ons
ook daardoor niet misleiden en ver--
deelen dc gezonde menschen in bleeke
on blozende; welnu, de heer Seven
huysen behoort tot de eerste soort.
Aan zijn hoofd en aan zijn hart heeft
lat evenwel nooit kwaad gedaan nog
altijd ia hii op zijn 63ste jaar, scherp
van geeBt en vol wakker initiatief
»oor de dingen, die zijn sympathie be-
sittenhet onderwijs en daarvan
tneer in het bijzonder, de eenheids-
obool, het teekenonderwijs en de
land on arbeid. Men zou zeggen, dat
lit al genoeg is voor een mensch.
Maar niet en onrechte wordt gezegd,
dat wie veel werkt, nog altijd meer
kan werken en zoo hoeft iiii dan,
naar ik zeide, de rest van' zijn hart
verpand aan Esperanto en vegetaris
me, i.n welke beidé maatschappelijke
at roomingen hii bovendien nog een
eerste plaats inneemt. Is hij niet voor
zitter van den wereldbond van onder
wijzers in Esperanto, sedert dezen zo
mer en evenzoo van den wereldbond
van vegetariërs?
Maar laat ik in volgorde vertellen
en dus beginnen bij het begin van des
heeren Sevenhuvsens loopbaan. Als
geboren Zeeuw werd hij van 1S74
lot 1876 kweekeling te Brouwersha
ven en leerling van de oefenschool te
Zieriksee de Rijkskweekscholen
bestonden toen al. de Rijks normaal
lessen nog niet. Op 20 October 1876
(behaalt hii de akte van hulponderwij
zer (zoo luidde toen nog de titel) en
op 1 Januari 1877 treedt hii in functie
als onderwijzer 3e klasse te Arnhem.
Op 30 April verkrijgt hij de akte wis
kunde en op 2 Mei van dat laar de
akte teekenen1 J-"->-!.ri 1880 wordt
hij bevorderd tot hulponderwijzer 2e
kLasse te Arnhem.
Hoor hem vertellen, wat een triumf
dat in die lijden betcekende. Hij kreeg
er honderd gulden meer door er. voor
die som was destijds heel wat meer
levensgenot te krijgen, dan tegenwoor
dig.
,,Ik begon," zoo vertelt hij, „te
Arnhem op een salaris van zes hon
derd gulden. Dat lijkt nu niet veel,
maar ik had destijds geld voor alles.
Met ons vieren woonden wij in het
zelfde kosthuis en betaalden er zes en
'wintig gulden elk in de maand, zoo
dat ik geld over had voor allerlei an
dere dingen, zelfs voor reisjes. Denk
nu eens aan, wat honderd gulden
meer voor de bevordering tot tweede
klasse beteekende."
Op 24 November 1881 wordt
hii benoemd tot onderwijzer aan dc
Rijksleerschool te Haarlem, waar hij
op 1 Januari 1882 in dienst komt.
Hiervan herdenkt liij dus Zondag a-s.
zijn 40-jarig jubileum. Deze benoe
ming is voor hem evenwel geen reden,
om zijn geliefkoosd teekenen te laten
varen, integendeel, overeenkomstig
de uitspraak van den vermaarden
Viollet le Due tracht hij uit te blin
ken in een vak, naast zijn hoofdbe
roep. Daarin slaagt hii. want op 31
October 1888 behaalt hii de akte mid
delbaar onderwijs, teekenen on pers
pectief. Na dien zit hii meermalen in
de examencommissie, waardoor hij in
't oog valt. Als het bejaarde hoofd
van de Rijksleerschool, de heer P. IL
Donk. komt.te overlijden, krijgt hij
wel de taak van waarnemer te vervul
len. maar de definitieve benoeming
nog niet. Dc minister 'benoemt den
heer Hilleniua. Nu nog erkent hij eer
lijk, welk een teleurstelling dat voor
hem geweest is. Maar hii vertsaagt
niet en wanneer korten tijd later het
nieuwe hoofd wegens ernstige ziiekte
zijn taak moet neerleggen, denkt de
minister gunstig over zijn sollicitatie
en ontgaat hem ditmaal dc benoeming
niet. Op 15 Fëbru&ri 1897 krijgt hij
die gewenschte onderscheiding en tot
den hnidigen dog heeft hij dit amlbl
vervuld.
Intusschen heeft hij in Augustus
1S96 een cursus in Süöjd gevolgd te
Leiden en ook daarmee is de reeks
van zijn examens nog niet afgesloten.
Op zijn 54ste jaar, op 16 Mei 1912,
wordt hii van leermeester weer 'be-
scheidenlijk leerling, dingt naar het
diploma van onderwijzer in Esperanto
en verovert dat ook.
De eigenaardigheid van den hoor
Sevenhuysen is zijn eenvoud. Hij be
hoort niet tot de fanatici, die de we
reld verdeelen in braven en boozon
braven, die leven en doen als /ii en
boözen, die andere inzichten hebben.
Terwijl hii het vegetarisme prijst,
maakt hij er geen geheim van, <tat het
motief redenen van gezondheid
geweest en dat vóórdien het feit, dat
zijn vrouw er toe overging, bij hem
ernstig verzet heeft uitgelokt. Met. don
dokter was liij van meening, dat zijn
vrouw er wel gauw van terug zou ko
men nu looft hij het vleeschlooze
dieet en de huiselijke keuken, die hem
heerlijke kostjes schenlrt, met 'het
voor een viecsoheter haast niet te
gelooven) heerlijke jus. Hij is dan ook
volstrekt niet van meening, dat
kei ijk eten er niet op aankomt, stolt
eischen aan toebereiding on omge
ving en Laat als ware lekkerbek een
groote mand met vruchten zien de
naam ..vegetarische smullcr", die
hem wel gegeven is, aanvaardt hij
met genoegen.
Met teokenen dweept hij, ofschoon
hij zelf alweer, bescheiden dc grens
van zijn kunnen trekt. Om kunst is
het niet te doen, als lid van „Kunst
zij ons Doel" bleef hij beneden zijn
eigen verwachting. Maar van wat. hij
noemt practisch verduid'el ijkend
teekenen hóeft hii veel genoegen be
leefd. liet meest op school voor ;le kin
deren. maar ook wel op ouderavon
den en andere gelegenheden. Hij
klaagt alleen over neiging tot conser
vatisme in ons land. Jaren geleden
heeft hij het z.g. reform-teek en en ge
propageerd en teleurgesteld zegt hij,
dat nu nog zoovelen altijd weer het
plaalteekenen aanhangen. Iets der
gelijks moet hii ook van Bl°jd verkla-
ren. Nog altiid ia de handenarbeid,
tot ziin verdriet, geen verplicht leer
vak op school, voornamelijk door den
tegenstand van onderwijzers, die niet
wenschen dat hun van bovenaf zoo
iets opgelegd wordt en bovendien het
werk met de handen beschouwen als
minderwaardig, tegenover dc vakken
van het zoogenaamde intellect.
Is het wonder, dat een man als hi)
zelf niet, hoeveel en over welke on
der wei pen hij alzoo schreef in divers,,
dag- en weekbladen en tijdschriften.
Maar een ferme stapel zou het blijken
te zijn, wanneer hij ales bewaard had.
Dat doet hij evenwel met. Nu en dan
ruimt hij op, wat uit don tijd is, ver
diept zich dus niet in wat was, maar
liever in wat is en zijn zal.
Zoo woont zijn geest wel in Seven
huysen: onderwijs in 't algemeen, teo
kenen, slöjd, vegetarisme, esperantc,
dat zijn vijf, met die van. frischheid
en werklust, dat zijn zeven. Om Es-
pero aan de Leidschovaart' nog niet
eens mee te tellen.
Zeker zal hij een aardig jubileum
vieren. En na dien vast en stellig
voortgaan tot hem de krachten be
geven. Moge dat nog lang uitblijven.
Menschen als Sevenhuysen zijn een
lang leven waard, omdat zij het met
hun werk zoo vol weten te make».
J. C. P.
E V RAAG OF DE DUIKBOOT EEN GEOORLOOFD STRIJDWAPEN IS
ZAL JN EEN AFZONDERLIJKE CON FERENTIE DER MOCENDHEDEN
BESPROKEN WORDEN. DE ENCELSCHEN IJVEREN VOOR EEN ALGE
MEEN VERBOD.
DE ONDERWERPEN VOOR DE CONFERENTIE TE CANNES.
De regeling van de Duit-
sche schadeloosstelling.
zal wel op de conferentie van den
Oppersten Raad to Cannes wachten.
In een vorig nummer hebben wij, op
gezag van den meestal goedingelich-
ten Londonscl icn correspondent van
de „Frankf. Ztg." medegedeeld, wat
het resultaat geweest zou zijn van de
onderhandelingen tuéscben Lloyd
George en Brkind. In plaats van 2 mil
hard zou Duitschland in 1922 500 mil-
lioen le betalen hebben. Phis de leve
ranties in m-alura inclusief de ver
plichtingen krachtens het Verdrag
in Wiesbaden en de heffing van
5 proc. op den uitvoer.
Dit plan moet natuurlijk door den
Oppersten Raad worden goedgekeurd.
Do voorwaarde echter is nog uitdruk
kelijk vastgesteld, dat Duitschland in
dc naaste toekomst zijn huis in orde
brengt, waarvoor reeds bepaalde
eïsohem zijn gesteld, waaraan voldaan
rnoet woerden, wil hot een entente-be
moeiing in zijn administratie vermij
den. Binnen zeer korten tijd dient in
elk geval een program overgelegd te
worden van deze financieel© 'hervor
mingen, waartoe in d<e eerste plaats
behooren het evenwicht, te brengen in
de gewon© begrooting, en het stopzet
ten van de hankbiljettehfpers.
De „Pranikf. Ztg." 'commentaar le
verende op dit bericht, verheugt zich
over het feit, dat de bedde premiers
het eens zijn geworden over het prin
cipe, dat de kwestie van d© vergoe
ding behandeld snoet worden als een
deel van het Europeeschc economi
sche probleem, dat niet, opgelost kan
worden door geweld, doch alleen door
een vreedzame overeenkomst met
Duitschland, op den grondslag van
verstandige raming van Duitsch-
1 n.Txl'e betidiiri'gsca.rnxsiteit.
Uit Berlijn wordt nog gemeld; De
rijksregeering is er nog steeds niet
in geslaagd, het ontwerp voor de
schriftelijke beantwoording der drie
vragen der Commissie van Herstel
vast te stellen. Men heeft daaróm be
sloten,, dienaangaande nog niets defi
nitiefs te besluiten, doch eerst nog
verdere mondelinge inlichtingen in to
winnen. Mot dit cloel is do voorzitter
der Commissie voor de Oorlogslasten,
staatssecretaris Fisclier, naar Parijs
vertrokken.
In een ander bericht lezen we
Aangezien de Duiischc regeering aan
dc Commissie van Herstel had verzocht
hare vertegenwoordigers te willen ont
vangen, in verband met zekere inlich
tingen, welke zij noodig zou hebben ter
beantwoording van het schrijven der
Commissie d.d. 16 December, heeft de.
Commissie van Herstel besloten, de
Duitschc vertegenwoordigers op 29 De
cember a.s., des middags om vier uur te
ontvangen.
Lloyd George is al in afwachting
der imcrgealheerdc conferentie te
Cannes aangekomen.
De Fransche pers wijst er met nadruk
op, dat de zorg voor
Europa's economisch
herstel
geenszins dc belangen van Frankrijk uit
het oog mag doen verliezen.
De gewezen Fransche minister-presi
dent D'jumergue, wijst in de Fransche.
pers op dc wenschelijkheid, dat een even-
tueelc actie, om Rusland uit den af
grond te hdpeu, niet tot uitgangspun'
mag hebben een gedeeltelijke opheffing
van Frankrijks vorderingen op Duitsch
land, noch in rechten, noch in feiten.
Het is duidelijk, dat op 't oogenblik
6lechis twee Europecsche mogendheden
ifkeerig is van hokjes en vakjes? Hij in staat zijn, deel te nemen
gebreide industriecle en financieele ope
ratie, als noodig zou zijn.
„Wij hebben dringend geld noodig,"
schrijft hij, „en dat zal men te Cannes
niet mogen vergeten."
De „Temps" schrijft in zijn hoofd
artikel, dat de geallieerden niet staan te
genover een Duitschland, dat dringend
economische hulp noodig heeft, doch te
genover een Duitschland, dat over-pro-
duceert, dat iedere concurrentie het
hoofd biedt en het groote voordeel heeft,
tegelijkertijd een groot schuldeïscher te
zijn uit commercieel oogpunt en een
insolvent schuldenaar, wat beleef. dc
schadevergoeding. Immers het voert
zóóveel uit, dat er in Duitschland geen
werkloosheid kan bestaan.
Men za'l te Cannes dus vóór alles moe
ten bewerken, dat een einde zal komen
aan de paradoxale tegenstelling tus-
schcn Duitschlands ongekende productie
eenerzijds en de insolvabiliteit van het
Duitsclie rijk anderzijds. Het spreekt
vanzelf, dat de handhaving der inrerge-
allicerdc eenheid hiertoe een eerste voor
waarde zal zijn.
Do „Oeuvre" is van oordeel, dat de
waarboiging van den Europeeschen vre
de en dus der intergeallieerde eenheid de
eenige kans biedt op het economisch
herstel van Europa.
De duikbooten-quaestte.
vownt op dc conferentie t© Washing
ton nog steeds een punt van ernstige
beraadslaging.
Het Amerik-aamsche voorstel in za-
0 ue duikbootdonnugë zou de huidi
ge sterkte van de Engeleche en Ame-
rikaansclt© duikboot vloot mot een der-
do verminderen (60.000 ton voor elk
laud zou overblijven), terwijl Frank
rijk ójïgeveer 42.000 ton zou hebben,
Jap»" 30.000 en Italië ongeveer 20.000
ton.
italic en Japan hebben bezwaar .ge
maakt tegen de aanvaarding van de
stoi-kte aan diuiklbooten, welke in het
Amerikaansche program is voorge
steld.
Do vlootooanmdssie behandelde
kwestie der onderzeeere. Admiraal De
Bon herinnerde er aan, da/t de geal
lieerden tijdens dan oorlog genood
zaakt waren defensieve middelen
het leven te roepen tegen de onder
zeeërs en voegde er aan toe, dat
Duitschland zijn geheel© vloot intact
hield, dank zij de duikbooten, die het
inderdaad gevaarlijk maakten de mij
nenvelden te naderen.
De onderzeeer, aldus vervolgde De
Bon, heeft in den oorlog zijn waarde
bewezen als middel van aanval op oor
logsschepen en als middel van be
scherming der kusten. De Fransche
delegatie, besloot Dc Bon, is er van
overtuigd, dat met het denkbeeld van
onderzeeërs van grooten omvang niet
moet verwerpen.
Nader wordt geseind:
De plannen voor het houden van
een nieuwe conferentie voor het vast
stellen van nieuwe voorschriften voor
het gebruik van duikbooten verkeeren
'in een vergevorderd stadium van
voorbereiding. Deze conferentie wordt
noodig geacht in verband met de om
standigheid, dat de vijf groote mo
gendheden waarschijnlijk moeite zul
len hëbben om tot een overeenkomst
in zake de beperking van het gebruik
van duikbooten le komen, zonder dat
de kleinere naties daaraan medewer
ken.
Het debat in de vlooicommissie over
de afschaffing van de duikbooten, dat
drie dagen heeft geduurd, is geëindigd
met wat de Britsehc bladen noemen een
morcelc, zooal niet materieele overwïn-
van het Britsche standpunt. Men
gelsche delegatie er in zou slagen, de
huidige conferentie er toe te bewegen,
zich met haar standpunt te vereenigen.
Niettemin, zoo zegt de „Daily Chro
nicle", hebben wij zoowel op de Ameri-
kaansche als op sommige andere delega
ties zulk een indruk gemaakt, dat wij op
een nieuwe en meer uitgebreide confe
rentie, wanneer deze, b.v. in den loop
van het volgende jaar, mocht worden
gehouden, ongetwijfeld door deze delega
tie zouden worden gesteund. De Britten
zullen aandringen op een openbare zit
ting te® einde een beroep te kunnen doen
op de openbare meening, ook buiten de
kringen der conferentie.
In den loop van de besprekingen
kwam het voorstel, «m het gehcelc
vraagstuk aan een nieuwe en meer uit
gebreide conferentie voor te leggen, aan
de orde. Hughes besprak, toen hij voor
de laatste maal het woord nam, dit
vooarstei. Hij zesde, dat andere mogend
heden, die niet op de conferentie zijn
vertegenwoordigd, hem mededeelingen
hadden gedaan. Het debat over de duik
booten, aldus Hughes, heeft de geheele
wereld tot nadenken gebracht, en het is
mogelijk, dat de afschaffing van dit
wapen op een later tijdstip opnieuw over
wogen zal worden. Hij zinspeelde er zeer
duidelijk op, dat de Britsche argumen
ten wellicht ten slotte nog den door
slag zullen geven, door er bij de volken
op aan te dringen geen gebruik te ma
ken van een wapen, dat, zooals Balfour
had uiteen gezet, alleen waarde heef'
voor agressieve doeleinden, en dan
slechts in een vorm, die door de mensch-
heid en de internationale wetten wordt
veroordeeld.
Dc „Times" zegtMen heeft dikwiils
geïnsinueerd en zelfs openlijk beweerd,
dat Engeland aandringt op de afschaf
fing der duikbooten, omdat he; meer
blootgesteld is aan verliezen door dit
wapen dan eenige andere mogendheid.
De duikbooten beteekenen ongetwijfeld
een ernstige bedreiging voor Engeland,
doch is er eenig ander land, dat even
goed in staat is als Engeland om zich
er tegen te verdedigen? Heeft ecnig an
der land een zelfde vloot aan kleine
schepen? De Duitsche duikbooten
den verslagen door de hulpschepen der
geallieerden. Van deze schepen leverde
Groot-Brittaoic er 3676, Italic 288 en
Frankrijk 257. Deze cijfers zijn welspre
kend. Het waren deze duikbootjagers,
die Frankrijk behoedden voor een blok
kade en ons in staat stekh
onze legers te hulp te komen. Wanneer
het die hulp weer noodig heeft, zullen
die schepen ons in staat stellen, hulp ie
verleenen.-
De Fransche Kamer.
heeft de beraadslagingen gehouden
over dc krach aan d© Banque de
Chine, in verband met het aftreden
van Berthelot., als escretaris-generaal
van het departement van buitenland-
sohe zaken.
Briand verklaarde, dat een door
Bertelot rechtstreeks aan een finan
cier te New York gezonden telegram
zeer gelukkige resultaten had gehad.
Desniettemin had Berthelot besloten
heen te paan. De premier bracht ver
volgens hulde aan de hoedanigheden
van Berthelot. Hij voegde er aan toe,
dat de schuldigen zoo die er moch
ten zijn zullen worden gestraft.
Tenslotte verklaarde Briand, dat de
aanneming van het voorstel, nopens
de instelling eönei- commissie van on
derzoek (dat door den afgevaardigde
Taitlingei- was ongediend) in deze
aangelegenheid door de regèering zou
worden beschouwd als' een votum van
wantrouwen. Het voorstel werd daar
na verworpen met 390 tegen 213 stem
men.
Anderszijda werd besloten, de
menging van politici in financieele
aangelegenheden, benoemen van fi
nanciers in politieke zaken te beletten,
door aan leden van het parlement, be
nevens aan ambtenaren en ministers
te verbieden, hetzij zelf, heizij door
middel van tussclienpereonen, deel uit
te maken van de leidende organen
van crediet-instellingen.
Vorspreiê nieuws
DE ENCELSCH-IERSCHE OVER
EENKOMST.
In de diocese van den Roomeëli-
Kafcbolieken bisschop van Clcy-ne, wei
ke ©enige dor meest" oproerige distric
ten van het graafschap Cork omvat,
werd Zondag in de kerken eon bis
schoppelijk rondschrijven voorgele
zen, dat zich ten gunst© van de over
eenkomst uitspreekt De bisschop
wijst erop, dat de Iersclie volksverte
genwoordigingen krachtens doze over
eenkomst onbeperkt© wetgevende
macht voor het lensche volk zullen be
zitten en alle aangelegenheden, welke
het welzijn van dat volk betreffen.
Volgens deze overeenkomst zullen Ier
land, Canada en Australië een broe
derschap van volken vormen, welke
allen verplacht zuilen zijn, eikaars
belangen te beschermen.
De „Times" verneemt uit Dublin,
dat de Ierschc bladen vol staan roei
berichten uit alle deelen van het land.
waar de openbare tneening overwel
digend voor de Britsch-lersche over
eenkomst blijkt te zijn. Verschillende
provinciale besturen dringen aan
had geen oogenblik verwacht, dat de En- 1 goedkeuring door Dail Bircann, het
geen tijdens de Kerstdagen ook van
dén kansel weid bepleit door vijf
katholieke üsschoppen. Zelfs 't hoofd
van De Valera's eigen bisdom ver
klaarde in zijn preek, dat het wcige-
van de goedkeuring eon daad van
nationale waanzin zou zijn.
In een Ker&tbodschap aan het Ame-
rikaansche volk zegt Collins o.a.
„Ik kan slechte verklaren, dat d©
aan Ierland verleende rechten een
punt van uitgang voor hel toekomsti
ge Ierland kunnen vormen. De Ier-
sche overeenkomst stelt de toekomst
van ons land grootendeels in onze
handen. Wanneer wij sterk en vol
vertrouwen blijven, z.ullen wij zeker
triomfeeren. Ik blijf daarom steeds
vol hoop op wat de toekomst zal
brengen."
Uit Glasgow wordt getoefd: Do j»olt
tie deed in een voorstad van Glasgow
een inval in ©en arsenaar van Sinn
Fein en arrestoerde dertien jongelie
den. Een groote hoeveelheid wapenen
en munitie werd buitgemaakt.
DE CEALLIEERDEN EN SOVJET
RUSLAND.
De „Petit Parisien" vernoemt uit
Londen:
Volgens de „Tirucs" zouden Lloyd
George en Briand in beginsel beslo
ten hebben, met de Sovjetregeering in
onderhandeling te treden en Tsjitsjo
ring en Litwinof te verzoeken in het
begin van het volgende jaar aar Lon
den te komen; in ilït verband wordt
de 8ste Februari als datum genoemd.
D© bolsjewistisch© leiders zouden
'orden uitgenood igd, nauwkeurige
inlichtingen te volstrekken omtrent
eenig© politieke vraagstukken va*
hot hoogste belang.
AMERIKA EN RUSLAND.
De Vereenigde Staten zullen wel
licht de handelsbetrekkingen met Rus
land hervatten
EEN BOODSCHAP VAN BRIAND
AAN HET AMERIKAANSCHE VOLK.
Briand heeft ter gelegenheid van het
Kerstfeest door tussckenkomst van de
„Associated Press" aan hef. Amert
kaansche volk zijn beste wenschen
doen toekomen. Hij geeft uitdrukking
aan zijn vurig0 verwachting inzake de
bereiking van diens vredelievend
ideaal er» voogt er aan toe, dat
Frankrijk, dat zooveel geleden heeft
ten gevolg© van den jengelen oorlog,
steeds zal werken voor de handha
ving vau den vrede en van oordeel ie.
zooals het Aiiierikunnsche volk het
zoo goed begreep, dat zijn eigen vei
ligliöid de essentieele voorwaarde is.
DE FINANCIEELE STEUN AAN
OOSTENRIJK.
Sr. Rosenl>erg is uit Londen en Pa
rijs te Wec-mn teruggekeerd. Hij beeft
aan den ninuistorni ad versla:; uitge
bracht over zijn onderhandelingen,
waardoor dc mogelijkheid van ver
der© oderlmndclingen in het leven is
jetoepen. Er zijn weliswaar geen be
naald© overeenkomsten getroffen,
daar bij d© onderhandelingen bleek,
dat een algetr-eenc afstand van hei
algemeen pandrecht door de Entent©
nog geruimen tijd in bóshig za! n«-
roei»:-
Hét plan van dr. Rosenberg voor
ziet in eon voorlöopig voorschot van
3 millioan pond toiling, waarvoor d©
voormalig© keizerlijke verzameling
..m öoLt.üiis en eventueel andere
kunstvoorwerpen als onderpand zul-
'en worden gegeven. De Commissie
an Herstel ging aceoord met- de op
heffing vau liet pandrecht op de po
Itedmc en nndoiv kunstvoorwerp-71.
Nadat te z'-lfder lijd de Oosten rij kselie
gezant te Lölidcn Lloyd George ge-we
zen had 017 de noodzakelijkheid vnn
onmiddellijke hulp aan Oostenrijk, i«
dr. Rosenberg naar Ween en terug ge
keerd.
Van de 500 gobelins worden er 3
opgeëischt door Tsjechoslowakije. Da
z© moeten van de transactie wordei
uitgesloten. Dc waarde dor gobelins
werd oorspronkelijk geschat op 260
millioen Zwitserche francs; de zo schat
ting acht men echter overdreven
Evenwel gelooft inen, dat d.© stuk
ken een waarde hebben van ongeveer
200 mijliord Oostenrijkse!)r- kronen.
Financieele Berichten
N.V. PALEIS VOOR VOLKSVLIJT.
Op de algemeen© vergadering van
aandeelhouders in deze N.V. tc honden
op den 3Jon dezer kómt aan de orde een
voorstel om tot directeur te bpnoomen
den heer J. H. Swart, thans waarnemend
directeur, van 1 Jan. 192231 Decembci
1922 en diens bezoldiging vast to stel
VERZEKERINGSBANK „KOSMOS".
De direstie der Verzekeringsbank
Koesmos te Zeist, deelt in uitvoering
van het bepaalde in art. 23 der Wel
van 29 April 1921 mede. dat zij, ge
bruik makende van de haar door de
rechtbank te Utrecht verleende ni3ch-
tiving. het Duitsche bedrijf dier bonk
heeft overgedragen aan de Frankfur
ter Lebensversicherunss-Aktien Ge-
sellschaft te Frankfurt a Main.
Feuilleton
De Avonturen
van Barnabas
naar het Engelsch van
JEFFERY FARNOL
(geautoriseerde vertaling, nadruk
streng verboden).
lü)
„Wel, Be. zei 1 loratio.
„Wat is er, Dick?"
„Zullen we elkaar daar eens de
hand op geven?"
„Gaarne, Dick. Maar eerst acht ik
het mijn plicht je te vertellen, dat ik
verliefd ben op Lady Cleone Mere
dith".
„Wat zeg je nou? rt&p Horatio uit,
terwijl iiij ©en stap achteruit ging,
„verliefd op haar? Maar kerel, sedert
wanneer dan?"
„Sedert vanochtend".
„Verliefd op haar!" herhaalde Ho
ratio, „maar je hebt haar nog maar
eens in je leven gezien?"
„Dat is wel waar", zei Barnabas,
„maar ik ben van plan om haar voort
aan heel dikwijls te zien".
„Zoo, zoo, ben je dat van plan".
„Ja antwoordde Barhabas, „den
een of anderen dag zal ik waarschijn
lijk met haar trouwen".
Horatio lachte en lachte nog eens,
eai toen liij de vastberaden mond en
kin van zijn vriend zag, werd hij tot
nadenken gestemd en keck Barnabas
met geheel vernieuwde belangstelling
aan. Wie was hij'? Wat was hij? Te
oordeelen naar zijn kleeron zou hij
evengoed een heerenboer als een jacht
opziener kunnen zijn.
En Barnabas zelf stond togen liet
hekje geleund en staarde drocunerig
in de verte, hij was zijti lcelijke kL&e-
ren en lompe laarzen heelemaal ver
geten.
Welk belang hebben laarzen en klee-
ren eigenlijk? Ze verdwijnen geheel in
liet niet ais er zooveel érnstig eai vast
vertrouwen te lezen is op hit gelaat,
zooals nu op dat van Barnabas.
„Trouwens? Met Cleone Meredith?"
zei Horatio eindelijk.
„Met haar trouwen, ja", zei Barna
bas langzaam.
„Dan moet ik je in de eerste plaats
vertellen dat zo geweldig hoog in haar
wapens in en trotseh."
„Dat vind ik juist heerlijk!" knikte
Barnabas.
„En ze is heel moeilijk tevreden te
stellen".
„Ja, dat dacht ik al", knikte Bar
nabas.
„En ze zal een groot fortuin er
ven".
„Dat hindert niet", zei Barnabas.
„E11 ze zit \ol grillen".
„Echt vrouwelijk", zei Barnabas.
„Bovcrley", zei Horatio, terwijl hij
weer glimlachte- „Ik zeg je dat-de
man die Cleone Meredith tot vrouw
krijgt sterker, knapper, rijker en ver
standiger moet zijn dan een van al
die dandy's ©n fatten en
„Of meer vastbesloten om zijn doel
tc bereiken, ineer volhardend", voeg
de Barnabas cr bij.
„Of meer volhardend", knikte Ho
ratio".
„Dun zal ik zeker don een of ande
ren dag met lioar trouwen", zei Bar
nabas.
Weer keel: Horatio een poos zwij
gend naar Burnabaa, maar dezen keer
glimlachte hij niet.
„Ilini!" zei hij éindelijk, „het schijnt
dus dat ik in jou behalve een vriend
ook nog een medeminnaar gevonden
hch?"
„Ik vrees van wel, ja!" zei Barna
bas en z© liepen samen verder.
Maar toen zo eindje zwijgend naast
elkaar gewandeld hadden, zei Hora
tio:
„Beverley, nu bon ik op mijn hoe
de".
„Ju", antwoordde Barnabas, „dat
moet ook, daarom heb ik het je ver
teld".
„En wc moesten elkaar toch
maar de band geven, vindt je niet?"
Ze deden hot dadelijk.
En op dit oogenblik kwam de stal
knecht in miniatuur, bijgenaamd Milo
van Crotona, te voorschijn.
HOOFDSTUK XIV.
Over deknoopen van Milo
v a 11 Crotna.
Nooit zag men rijlaarzen, groot cf
klein, die mooier glommen; nooit zag
men een livrei die netter zat, of beter
geborsteld was en nergens vond men
twee rijen zulke gedreven zilveren
knoopeu als de acht knoopen op de
jas van het kleine stalkneehtje, Milo
van Crotona. Hij was plotseling uit de
heg te voorschijngekoureii en stond
nu met zijn pet m de handen van Ho
ratio naar Barnabas te staren, met
zijn onschuldige blauwe oogen en de
blinkende, schitterende knoopen op
zijn jas. En zijn oogen waren groot
en onschuldig, maar zijn knoopen!
Ja, het was of de knoopen listig te
gen elkaar knipoogden alsof ze wil
den zeggen:
„Aha! wij weten niet hoe het
komt dat de knieën van Mylord's
broek groen zien 0 nee! en wij we
ten ook niet hoe het komt dat d© on
derlip van dien anderen heer zoo ge
zwollen i3. O nee, wij weten het niet!"
„Zoo, kwajongen", riep Horatio uit.
„Waar kom jij zoo plotseling van-
1 daan?"
„De 'eg, inylora".
„Zoo! eu wat heb j© dan wel bij
de heg gedaan?'
„Ik dacht, mylord".
„En wat dacht je?"
,,lk dacht, mylord, dat die lange
meneer daar handig is met z'n knuis
ten".
„Zoo, dus je hebt ons liggen beglu-
31, hé?"
„Niet beglurean, mylord, ikke, ik
zag het alleen maar toevallig, anders
niet".
„Aha!" riep lloraüo uit „Dan heb
je zeker ook „toevallig" gezien dat ik
tegen den grond gegooi werd?"
„Nee. mylorib want ziet u, ik heb
me oogen toegedaan, iederen keer".
„Zoo, ïoo iederen keer!" zot Horatio
glimlachend. ,.Jo bent een kostelijk
lieer, Milo. Maar zeg", viel hij zich
zelf in rt© rede-, „ik geloof dat je weer
aan liet vechten geweest ben, kom
eens hier!"
„Vechte, mylord? Ikk©
„Wat is er met j© gezicht gebeurd
liet is boetcmaal opgezwollen daar,
op je wang".
„O dat. O dat 'oh hij gedaan,
maar ik 'eb niet gevochte".
„Wie heeft hei gedaan?"
„De vriend van Sir Mortimer 'eb
't gedaan".
„De vriend van Sir Mortimer?"
„Jawel, mylord
„Maar hoe ter wereld
„.uct z'n vuist".
„Waarom?"
„Omdat ikke in trapte!"
„Heb jij deal vriend van Sir Morti
mer Carnaby getrapt?" riep ilorutio
aaroni heb j© dat in vrede&-
un gedaan?"
„Omdat uwes me gezeid had as dat
ik 't doen moest
„Heb ik je gezegd
„Jawel, mylord. U zeg tegen me»
vcrleje week toen tk die slagers
jonge '11 pak rommel had gegeven
toen zog u: „}e mot nooit vechte be
halve as je niet anders kon, zeg u,
maar "11 vrouw mot je altijd bijstaan,
zog u, en as u zoo lang is dat je d'r
met jc vuiste niet bij ken, nou, dan
gebruik jc je laarZe, zog u en dat
'eb ik gedaan, mylord.
„Dus je moest een vrouw 1 tel pen,
kwajongen?"
..Juffrouw Clemency, mylord. Ze is
altijd goed voor nv- geweest en toen
ik "m zag prebeere om 'aar een zoen
te geve, toen ik liaor 'oord© schreeu
we, ben ik door liet raam naar bittne
gegaan en toen 'eb ik 'm getrapt en
toen
„Kwajongen", zei Horatio op crn.-
stigcai toon j© spreekt weer geen
enkele li uil! En do vriend van Sir
Mortimer heeft haar dus een zoon ge-
gee-n hé'? Denk nu om je h's".
„Ja, mylord hen toen hik de tra-
ne in haar hooge