Jtff*
BW-SFMG
Instantanés.
Rubriek van den Arbeid.
HET WANDLUISJE.
(.Nadruk verboden.)
Eisren'-ijk liad ik hierboven moeten
echrlivcii .,l)e wandluis", wamt
het was er een van do grootste proj>or-
tie. maar dn zou misschien eenige le
zers er van doen afschrikken deze in-
sïuntanc te lezen, wat ik tegenover
het Oe est je werkelijk jammer zou vin
den. Ik erken, dat de titel min of
ineer onsmakelijk aandoet, maar. als
ik bedenk, hoeveel reden ik heb de
.wandluis dankbaar te zijn, dan zou ik
het door ve'en nmkende beestje on
recht doen, als ik het niet voluit als
hoofd persoon y&u deze --isode" zou
aignaleere». Eere wie eere toekomt, al
is het dan ook maar een nederige
.wandluis.
Weet aan, dat zij het leven van een
mijner beate vrienden heeft gered!
Wij hadden, mijn vriend en ik, 14
maanden lane samen gewoond. Als
jonge luitenants hadden wij te Bata
via lief en leed, riikdom en armoede,
samen trouw en eerlijk gedeeld. Wij
kenden geen zorgen geen ver
driet en geen misère, het
leven was zoo mooi, de wereld
.was groot, wij waren beiden jong en
dus ge'ukkig. Toen gingen onze we
gen uiteen hij ging naar Atjeh, ik
naar de Lampongsohe Districten. Wij
beloofden elkander plechtig iedere
maand te zullen schrijvenhij schreef
mij twee, ik hem drie brieven, daarop
was het gedaan en hoorden wij niets
meer van elkander. Zoo nu en dan 'as
dk zijn naam in de krant, hij behaalde
de Willemsorde, werd eervol vermeld
en was een van de kranigste „vecht
jassen" op Atjeh. Eiken keer, als ik
zijn naam las. dacht ik aan onzen ge
lukkigen, zurge'oozen tijd op Batavia
en er was dan even weemoed in mij,
omdat onze wegen voorgoed uit el
kander waren gegaan.
Totdat ik hem, na jarem, weer onri
moette. Het was in Haarlem, dat hij
(onverwachts voor mij stond. Hij was
met verlof in Holland en één van de
eersten, die hij opzocht, was ik ge-
iweest. zijn vriend uit den Batavia-
Bchen luitenantstijd. 0, heerlijkheid,
een ouden vriend weer te zien, een
vriend van wien je werkelijk gehouden
hebt en die één van de vrooiijkste en
meest zorgelooze periodes van je leven
.voor io vertegenwoordigt.
Hij bleef bij ons logeeren en dien
avond, aan onzen haard, vertelde hij
ons van ziin Atjehschcn tijd. Hij is
een heel eenvoudig man, een van de
meest bescheiden menschen, die ik
ooit in mijn leven ontmoet heb. Ik
wist, dat hij heel veel had meege
maakt, maar ook, dat alles, wat aan
„opsnijden" doet denken, hem
vreemd is. Het had mij dan ook zeer
veel moeite gekost hem over Atjeh en
zijn „vechtjaren" aan het praten te
(brengen. Meest sprak hij over ande
ten,over gemeenschappelijke vrienden
en kennissen en over alles, wat die
padden ondervonden en meegemaakt.
Maar op eens zei hij lachend
„Zeg, weet je, dat het heel weinig
had gesoheeld, of je hadt mij nooit
weer gezien 1 Als miin dierbaar wand-
luisie er niet was geweest, dan zou ik
Pu al lang onder de palmen liggen 1"
„He. wat?"
„Je wandluis?'
Wij keken hem beiden, mijn vrouw
en ik. zoo verwonderd aan, dat hij
begon te schateren van het lachen.
..O. ken jullie dat verhaal niet?
•Hc-t heeft geen haar gescheeld, of ik
was er geweest I Het was in het Pe-
dirsche en ik was met een paar briga
des marechaussees op patrouille, op
zoek naar een hoofd, die het ons al
maanden 'ane verduveld lastig had
gemaakt. Al vier dagen waren wij er
op uit. Op 'n avond kwamen wij in
een kleine Atjehsofco kampong. Het
regende dat het goot! Met bakken
kwam het wat er naar benedien en, wat
ik anders nooit deed ik kroop dien
avond met mijn meneohen in 'n paar
A.tjehsohe huizen. Maar ja wel, hoor!
'Xk lag nog geen uur. of daar had je
het a'. jeuk hier, jeuk daar, jeuk
overalDicht bij mij, op den grond,
lag miin sergeant, een jong. flink ke
reltje. Hij deed niets dan maar rechts
en links met zijn handen slaan.
„Heb iif d'er oök' üOö*n last van
vroeg ik hem.
,,'t Is met uit te houden, luit'nt!"
zuchtte d'ie.
We standen belden op, liepen ad
maar krabbend en slaande, op en
neer. Ja, die beestjes zijn 'n raimp,
waar je je geen idee van kunt vormen,
a's ie ze nooit te logeeren hdiij gehad.
Ik dacht, dat ik er half razend van
zou worden. Maar daar komt op eens
de sergeant van de wacht, een Amboi-
nees, met een Atjeher binnen stappen.
Hcai van onze spionnen 1 Hij wist
waar het hoofd en zijn bende zat.
Zoowat 'n uur of acht van onze kam
pong af. Ik iaat dadelijk al mijn ke
rels webken en wij op uaarach, achuer
onzen smon aan. NVu hadden dien dag
misschien al 12 uur door de rimboe
gesjouwd, maar gek, he. daar merk je
dan niets van, als ie zenuwen gespan
nen zijn. Ookjnijn wandluisjes was ik
absoluut vergeten. Ik voelde geen
kriebel, niks meer. ik dacht alleen
aan het hoofd, dat wij eindelijk mis
schien te pakken zouden krijgen. Al
leen één oogenlblik, toen die kleine
sergeant mij vroeg: ,,Zeg, luitenant,
hoe staat het met de wandluizen
toen voelde ik ze opeens over mijn
heele lichaam patrouilleeren. Zeven
u.ur heibben wij dien nacht aan één
stuk doorgeloopen, al maar doorge-
sjouwd! Als je er nu aan terugdenkt,
begrijp je niet, hoe je het hebt volge
houden, na een dagmaraoh van 12
uurEven waren wij al hang, dat de
Atieher ons er tusschen had genomen,
maar eindelijk, tegen 5 uur het
was nog donker fluisterde hij
„We ziin d er I"
Binnen 10 minuten was de kam
pong omsingeld en tegen zes uur waa
alles al afgeloopen, kaxden wij de hee-
le bende met het hoofd incluis! Wij
dachten het tenminste. Toen alles
voorbij was, merkte ik eerst, hoe moe
en uitgeput ik was- De zon was juist
opgegaan. Een prachtige Indische
morgen 1 Ik lag met het gros van mijn
ntarechaufsee's in een klappertuin uit
te rusten. Maar pas lag ik op den
grond, of overal voelde ik weer die
weerlichtsche wandluizen
Gek toch, hè, den heelen nacht liad ik
©r niets van gemerkt, en zoodra ik
vveer aan mij zelf dacht, waren zij
overal present, op mijn schouders, op
m'n rug, in m'n hala. op m'n beenen,
m'n armen, overalIk kon het liggen
de niet langer uithouden woedend
sprong ik ineens op en ging met mijn
rog tegen een klapperboom staan.
Drommels nog toe, daar voelde ik één
midden op m'n kuit. Zoo had Ik er
nog geen één gehad. Nijdig buk ik
mij om te kraibben.pats! op het
zelfde oogenhlik slaat eeü kogel zóó in
den boom, op de zelfde plaats waar
voor ik nog geen kwart seconde te vo-
ren met mijn hoofd had gestaan. Eén
van de bende was blijkbaar ontvlucht
en zond mij van over het ravijn nog
een afscheidsgroet toe.
Ik zag een gat in den boom en op
eens besefte ik, wat er precies ge
beurd was. Ik ben niet bang of senti
menteel uitgevallen dat weet je, maar
op dat moment liep het mij toch even
kpud langs mijn rug. En nu geef ik ie
te raden, wat ik toen hflb gedaan. 11c
hob mijn slobkousen uitgetrokken en
ik ben aan 't inspecteeren gegaan.
Waarachtig, daar zat-ie, 'n kanjerIk
heb haar heel voorzichtig weggeno
men en toen ja, nu moet jullie niet
lachen heb ik haar in watten ge
legd en in een lucifersdoosje gestopt.
Het was mij onmogelijk het beestje
dood te maken. Het had toch mijn le
ven gered, niei waar? Ik heb het
doosje meegenomen en toen ik in het
bivak terug was, heb ik haar aan al
de lui laten aien, mijn levensredster!"
..Heb ie 'm nog?" vroeg ik onwille
keurig.
..Nee." lachte hij. ..Ik vond het
eigenlijk wreed en zelfzuchtig het
beestje zoo te bewaren. Dat had-ie
toch niet aan mij verdiend. Toen heb
lk baar op een goeien dag aan een vïe-
zen Atjeher cadeau gedaan, aan zijn
huis wel te verstaanIk wist dat-ie
d'or vele makkers aou vinden en ik
heb het beestje daarom met de noo-
dige piëteit op het Ibanuboebesehot ge
plant. Het is de oenigo wandluis, die
ik 'n lang en gelukkig laven heb toe-
gewenscht !"-
J. B. aCHUIlj.
De dienst en rusttijden bij het spoorweg
personeel.
Vervolgens wordt ïh den b'reedc uit
eengezet hou de werkzaamheden doel
matig kunueu worden verdeeld cu
meer economische dienstregeling kan
worden tot stand) gebracht. Tegen voor
stellen die de Zondagswet verslechte
ren, wordt opgekomen. Ten slotte
wordt betoogd dat de bedoelingen der
Arbeidswet 1919, wier beginselen toe
passing moeten vinden bij do regeling
voor het Spoorwegpersoneel niet tot
haar voornaamste, tot haar volle recht
komen, indien de voorstellen der Di
rectie werkelijkheid zouden worden en
gezegd, dat de organisatie bereid is aan
soepeler regeling mede te werken.
la het schrijven van den P* C. B. heet
het aan het begin
„In de toelichting der Spoorwcgdi
rectie is de hoofdgedachte deze, dat de
beginselen der Arbeidswet 1919 ten
grondslag liggen of behooren te wor
den gelegd aan de regeling der dienst
en rusttijden van het Spoorwegperso
neel, zooals die thans geregeld zyn
bij het A. R. D. en het A. R. D. L,
Al aanstonds valt hierbij op te mer
ken dat die hoofdgedachte miskent hec
totaal verschillend doel en uitgangs
punt dier beide wettelijke regelingen.
Immers is do Arbeidswet 1919 tot
stand gebracht in het belang der ge
zondheid en van het levensgeluk van
den arbeider, staat in dde wet het b c-
lang van den arbeider op den
oorgrond, terwijl de regeling der
dienst- en rusttijden van het betrokken
deel van het spoorwegpersoneel in de
eerste plaats op het oog heeft het ver
zekeren van het veilig verkeer.
Hoe zou anders te verklaren zijn het
feit dat de dienst- en rusttijden van
het spoorwegpersoneel in het bijzonder
en dus niet bij de algemeene Arbcdds-
et 1919 zjjn geregeld.
Het Kon. Besluit van 29 December
1919 Staatsblad 1072 kon dan ook niet
doel gehad hebben voor het Spoor
wegpersoneel de beginselen in toepas
sing te brengen, welke aan de Arbeids
wet 1919 ten grondslag liggen, zooals
de Spoorwegdirectie in hare toelick-
üing stelt, daar dat doel gemakkelijker
ware te bereiken geweest door die af
zonderlijke regeling voor dat personeel
te doen vervallen en op die materie de
Arbeidswet 1919 desnoods met eenige
partieele wijzigingen toepasselijk te ver
klaren*
Geen der argumenten aangevoerd
ior de door de Spoorwegdirectie voor
gestelde wijaigingen, ontleend aan de
Arbeidswet 1919, gaat dus op, omdat
een regeling der dienst- en rusttijden
overeenstemming met de Arbeids
wet 1919 nog daarom niet voldoet aau
de eiscncn van het veilig cn re
gelmatig verkeer.
Het gaat dan voort met uiteen te
zetten dat de minister van Arbeid aan
gaande de toepasselijkheid van de be
ginselen der Arbeidswet 1919 een ziens
wijze is toegedaan juist tegenoverge
steld aan de hoofdgedachte die het
voorstel der Directie beheerscht en dat
het oüjuist is om met een beroep op de
Arbeidswet 1919 te motiveeren het voor
stel door de directie g&daan om het
•oord „diensttijd" te vervangen door
„arbeidstijd". Bovendien acht het be
stuur de voorgestelde wijziging onbil
lijk.
Eindelijk, nadat nog onderscheidene
opmerkingen aangaande de toelichting
der Directie zijn gemaakt, wordt ver
klaard: Het door de opstellers der Con
tra-Toelichting vertegenwoordigde per
soneel is lot onderhandelen bereid voor
meer soepele toepassing van het
vastgestelde maximum aantal uren per
etmaal, doca hebben ernstig bezwaar
tegen het thans aanhangige voorstel
der Spoorwegdirectie en tegen de moti-
'ccring en argumenteering daarvan.
Ven hier on daar.
ADRESSEN VAN ST. EAFAEL EN VAN
DEN T. C. B. AAN DEN MINISTER
VAN WATERSTAAT.
"Wy meldden dat do Directie der spoor-
wogen knro voorstellen omtrent da dienst
en rusttijden van liot personeel by don
minister van waterstaat aanhangig maak
te. Zo dood dio voorstellen vergezeld gaan
yan oen uitvoerige Memorie van Toelich
ting. Naar aanleiding daarvan Tonden
zoowel do N. N. als de Prot. Chr. organisa
ties tuin den minister een uitvoerig schrij
ven met opmerkingen over de toeli -.bting
der Dircctio.
In het schreven van St. Rafael wordt,
nadat is uiteengezet dat het principieel
Verschil tusichen do voorstellen dor di
rectie en do bestaande regeling is, dat de
directie voorstelt den arbeidstijd te rege
len in sicdc van den diensttyd, opgemerkt.
Ofschoon op het eerste gezicht voor
sene regeling van den arbeidstijd iets zoa
te zeggen ryn, meenen wy toch, dat aan
v eene regeling van den diensttijd de voor
keur moet worden gegeven, ook omdat o.i
bij eono regeling van don diensttijd een
economische werkwijze van hot personeel
kan verkregen worden.
Door ecu regeling van den arbeidstijd
der rusttijden zooals de Directie deze
Voorstelt, ontstaat do mogelijkheid, dat
personeel door meerdere rustpoozen
(waaraan door de wijze, waarop zy gege
ven kunnen worden als regel weinig waar
de ie te hechten eiken dag een langen
3 i c u 81 ty'd krijgt, zonder nu bepaald
buitenmatig lang workelyk gearbeid
te hebben. Dit bezwaar klemt temeer, om
dat by do voorgestelde regeling uitslui
tend gesproken wordt van maxima ar
beidstijd cn de Directie in art 91(5) de
mogelijkheid opcat van een dioostdag van
14 uur, op Zondagen zelfs 3 uur. Zon
der derhalve in strijd te handelen met dur-
gelyke bepalingen kunnen aau het perso
neel zoodanige wcrkregeliugea worden
tpgelegd, dat pract.scn -.veer ongeveer de-
t.-lfdo tocstm'den ©nt-taan als waartegen
het personeel zich j:irêu!ang heeft verzet,
tn welke wider bewind van Lwo Excel-
Wy kunnen volkomen onderschrijven
wat de Directie in hare toelichting zegt,
11.I.: dat de huidige regeling der dienst
en rusttijden ten dool had voor het Spoor
wegpersoneel in toepassing to brengen do
beginselen der „Arbeidswet 1919" Wy
vovoorlooven ons echter hierbij op to mer
ken, dat de „Arbeidswet" liet alleen ten
doel heelt het wettelijk vastleggen van
een rodelijken arbeidsdag voor do arbei
ders, maar dat ook hoogore beginselen
aan het ontstaan deT Ar'oeidsw it ten
grondslag liggen, n.l. om de arbeiders in
staat te stellen zich ten rollo to kannen
wijden aan hun gezin, zich 13 entwikke
len, het godsdienstig leven te vergemak
kelijken en te bevorderen, etc. Deze zelfde
hoogere motievon golden ook voor le ver
korting van den diensttyd voor het spoor
wegpersoneel Mnar van dezo hoogcru be
ginselen der Arbeidswet, -lio va» oas van
zeker even groote waarde z\jn als do ver
korting van den arbeidsdag op-zich-zelf,
zal bij een regeling, zoouls de Directie
deze wenscht, naar ouzo ovcr;uiging wei
nig of niets terecht kunnen kómen.
Voornamelijk ook om dozo redenon ach
ten wy do voorgestelde regeling verwer
pelijk en dient er 0011 rodelyko grens ge
steld te worden aan den dioustdag van
het personeel.
Het bestuur van St. Ilafaöl zegt verder
dat hot overtuigd is, dat een dienstdag
van 12 uur, zooals deze thans voor het
overgroot© deel van het personeel moge
lijk is, aan redelijk te stellen eisentu vol
doet en dat uitzotting dezer gronz >n, zoo
als de Directie dat wil. niet anders kan
geschieden dan door do hoogere beginse
len, waardoor de Arbeidswet ge inspireer J
is, geweld aan tc doen. 't Laat or nadruk
op vallen, dat ook do Raad v..u Toezicht
op de spoorwegdiensten .-.in oordeel is, dat
de voorkeur dient to worden gegeven aan
een regeling van den dionsttjjd zet uit
een dat ook door oen andere regeling van
den diensttyd bezwaren vaa practisoJicn
aard kunnen wordon overwonnen.
Naar aanleiding van eea te vernieu
wen collectief contract in dc sigaren-
industrie hadden tusschen de patroons-
de gezelienorganisaties besprekingen
plaais, die echter een zeer voorloopig
karakter hadden en kennelijk meer
doel hadden eens te polsen hoe de si-
tuanc over en weer is.
Omtrent die besprekingen deelt v.
d. W. in „De Sigarenmaker" o.a. mode
„Alleen dat is ons wel duidelijk gewor
den dat de sigarenfabrikanten blijk
baar ook al door de over heel Europa
rondsluipende reaciie-gricp zijn aange
tast. Bij de artikelen c:c den arbeids
tijd en de vacantie regelen, was dc bo-
cadrijvende argumentatie deze, dat :a
goede harmonie werkgevers en werk
nemers offers moesten brengen om de
industrie weer op dreef te krijgen."
CEMEENTELIJKE WERK-
VERSCHAFFING.
Het „Hbld." schrijft
Ia den loop der laatste weken hebben
eenige daarvoor aangewezen leden van
het dageiijksch gemeentebestuur vau
Amsterdam, in Den Haag bij de. rogcc-
ring stappen gedaan, 0111 rijkstcgemoct-
koming te verkiijgen in de kosten voor
gemeentelijke werkverschaffing.
Wij vernemen dat dc regeering zich
daartoe bereid heeft verklaard. Voor
weiken waarvau het loou een zeer be
langrijk deel der kosten vormt, zal dit
voor de helft, door het rijk worden ver
goed.
Voor dc wetten wier uitvoering, voor
de werkloowieisbestrijding, zullen wor
den vervroegd, zal de regeering even
eens haar deel dragen van het door de
vervroegde uitvoering te lijden rente
verlies.
HET CONFLICT AAN DE MEEL
FABRIEK „HOLLAND".
Nadat tusschen de diieclie van de
meelfabriek „Holland" te Amsterdam
en het bestuur van dc vciecuigiug van
Fabrieksarbeiders werd geconfereerd, is
het ontslag, dat do fabriek aan tien
man had gegeven, ingetrokken. Ten
aanzien van de loonsverlaging is uien
tot een voor beide partijen bevredigen
de overeenstemming gekomen.- Daarop
is dc staking geëindigd.-
HET CEORCANISEERO OVERLEC.
In „Dc Gemeenschap" publiceert 't
bestuur van den Federatieven Bond van
personeel in Openbaren Dienst, dat bij
het referendum, dat inzake verscheide
ne congrcsvoorstellen is gehouden, tiet
voo.-siel tot uittreding uit het georga
niseerd overleg, geen voldoend aantal
stemmen heeft verworven, n.l. geen 3/3
van het aantal uitgebrachte stemmen,
eu dus als niei-aangeaomea moet wor-1
den beschoywu»
1 DIT DE KLEEDINCINDUSTRIE.
Naar „Het Volk" verneemt hebben
I or.aerdag den geheelen dag
kingen plaats gehad tusschen de Fede
ratie van Wcikgcvcrsbonden in de
Kledingindustrie cn dc samenwerken
de arbeidersorganisaties. Naar aanlei
ding van deze besprekingen heeft Vrij
dag een gecombineerde vergadering
piaats gevonden van de hofdbesturen
der arbeiders-organisaties*
TRANSPORTARBEIDERS.
De hoofdbestuurder G. Zieverink is
noemd tot secretaris van het hoofdbe
stuur van den Ccaualen Bond van
Transportarbeiders*
Uit d« Pera
NA DE METAALBEWERKERS-
STAKINC.
„De Metaalbewerker", orgaan van
den Chr. Bond, schrijft
„Hoe of men ook denken moge over
de beëindiging van dit conflict, vast
staat, dat het conflict, de staking,
grootsch en sterk, georganiseerd en or
delijk was van het begin tot het eind.
WÜ zijn er vau overtuigd, dat onder an
dere economische omstandigheden, de
staking spoediger en op meer bevre
digende wijze zou zijn geëindigd.- De
fout der federalisten in hun beoordee
ling van dit conflict en de verkregen
oplossing is dezedat men gansch ver
waarloost den bondgenoot die de Me
taal bond heeft ia de lerugloopende
conjunctuur. Ware zulk een staking ge
proclameerd in den tijd, toen volop
werk was op de werven en in de fabrie
ken, men zou dan dezelfde smaders van
eigen zaak den mond gesnoeid hebben.
Bjj de lerugloopende conjunctuur in
het bedrijfsleven kwam nog een twee
de bondgenoot van den Metaalbond,
welke hij vermoedelijk nog wel eeni-
gen tijd zal houden, n.l. dat duizenden
arbeiders ongeorganiseerd waren, die
in den strijd betrokken werden en de
duizenden, die op de plaatsen waar niet
geslaakt werd een hoogst nadeeligen
invloed op den gang van zaken blij
ven uitoefenen. Letten wij op dezo twee
zeer ongunstige factoren, dan zal men
begrijpen, dat het resultaat van het
oonflict niet anders kon zijn dan thans
verkregen is. Een resultaat wederom,
dat eerst *ot volle beteekenis kan en
zal komen, als de arbeiders door dezen
arijd geïeeid zich organisecren, zien
nauw aaneensluiten in hun vakbond.
Dit is' de groote les, die ua den slag
aan dc arbeiders moet voorgehouden
worden."
STANDBEELD PRESIDENT 8TEYN.
Naar do Nieuwe Ct. verneemt, zal
het standbeeld van president Steyn
in Mei of „\uni a.s. op liet Stations
plein te Deventer onthuld worden,
■liet standbeeld stelt den president
voor in veldtaniue, den patroonbande-
d'ier om, don vreiiheidshoed in de hand
een toespraak houdend tot zijn© boe
ren. liet beeld is gehouwen uit Euvil-
ier-zandsteou wordt door rotsgroepen
omgeven en draagt tot opschrift „Aan
President Steyn. Het Nederlandsche
Volk".
PRESENTIEGELD VAN GEMEEN-
TERAAD5J JEDEN AFGESCHAFT. -
la de op Donderdag gehouden verga
dering besloot de raad der gemeente
Ede uit bezuirugingsoogpunt hel pre
sentiegeld voor oe leden al te schaffen
HET CONFLICT IN DEN
VRIJZ.-OEM. BOND.
De correspondent van do TeL tc
Deventer schrijft:
Naar aanleiding vaar de inededee-
Hingen iin zake het niet meer beschik
baar stellen door den hoer Teenstra
voor een candidatuur van den Vrija.
Dam. Bond voor de a-s. Kamerverkie
zingen, hebben wij den heer Marchant
die toevallig te Deventer vertoefde,
teleifomtedi om zijn meening gevraagd
De heer Marchant, die op het punt
jstond in den trein te gaan, en dus
geen gelegenheid had voor een lang
onderhoud, deelde ons mede, dat naar
zijn .opvatting, op het gedrag van den
heer Oud, in bedoeld bericht genoemd,
hoegenaamd geen aanmerking valt te
maken.
F. A. VAN BRAAM HOUCKGEEST.
- To Biithoven is overleden. Si jaren
oud, de heer F. A. van Braam Houck-
geest, adjudant m buitengewonen
dienst van de oKningin en gepeneion-
neerd genera al-majoor tit. vau» het
korps Mariniers.
NOC EEN) INTERNATIONALE.
De Comm. Arbeider, orgaan van de
Comm. Ahb.-Partij in Nederland (C.
A. P. N), de partij van div Gorten' en
dr. Panne-koek, bevat een oproep „aan
de arbeiders en arbeidsters der gehee-
le wereld" tot stichting vanx er-in Gom
man. Arbeiders Internationale, die
dan naast de z.g.n. Amsterdameche
Tweede Internationale der sociaal-de
mocrat en en de Moskousche Derde In
ternationale, de Vierde Internationale
zal kunnen heeten.
DE HAAGSCHE BOMAANSLAG.
Naar Het Volk. verneemt, zullen ook
P. A. Kooymam en v. <L Linde in lioo-
ger beroep gaan.
Blnacslantl
Nederland an België.
„De Telegraaf" schrijft i
Wij vernemen van welingelichte Bel
gische zijde, dat een dezer dagen de
betrokken staatslieden weder contact
zullen zoeken ten einde tc geraken tot
een hervatting van de Belgisch-Neder-
landsche onderhandelingen.
Een der eerste vragen, waar aver
n het eens moet worden, is, in wel
ke stad en op wiens grondgbeied de on
derhandelingen zullen worden ge
veerd. Of scheur, dit niet een zaak van
primordiaal belaag is, moeten er, bij de
oplossing van deze vraag, toch zooveel
nationale gevoeligheden worden ont-
en, dat het nog even moeite zal kos-
n, den knoop door te hakken.
Onze zegsman, die dezer dagen in de
gelegenheid is geweest, het oordeel te
vernemen van Belgische regeerings-
kringen, gaf ons de verzekering, dat de
stemming in België ten opzichte van
Nederland den laatslen tijd zeer veel is
verbeterd, al staal men ten opzichte vaa
liet vraagstuk der Wielingen nog op
hetzelfde intransigante standpunt van
verleden jaar.
Wij namen de gelegenheid te baat om
te iuformeeren naar de beteekenis vau
dc woorden, die de Belgische oud-pre
mier Delacroix, piesident van de Com
missie van Herstel, te Cannes tot den
coirespondent van de „Dernièrc Heure"
t hebben gésproken. De heer De
lacroix zou namelijk hebben gezegd
„Wij hebben een grooten slap voor-
t gedaan en dc conferentie van Can-
;s zal voor België de beste resultaten
opleveren. Het militair Engelsch-
Fransch verbond zal ons, ik ben er ze-
van, veroorloven de Hollandsch-
Belgische kwestie te regelen."
t er in deze woorden een bedrei
ging tegen Holland?
Onze zegsman, die, zooals boven op-
gemerkt, dezer dagen met Belgische re-
gecringskringen in contact is geweest,
sprak dit met beslistheid tegen. Indien
dc heer Delacroix deze woorden heeft
gezegd, (zoo verzekerde hy ons) dan be-
teekent dit niet anders, dan dat Neder
land dat cenigszins achterdochtig
stond tegenover een België dat het z.g.
„militaristische" Frankrijk achter zich
had veel van zijn achterdocht zal ver
liezen, nu Frankrijk door een accoord
vastzit aan Engeland, hetgeen van
zelf medebrengt, dat Frankrijk bij al
zijn daden zal handelen in overeenstem
ming met Engeland, dat. in de Neder-
landsch-Belgische kwesties jegens ons
land een sympathiek standpunt heeft
ingenomen. Te meer zal deze achter
docht wijken, vervolgde onze zegsman,
ook tusschen Engeland en Belgrië
defensief accoord is gesloten.- De
Nederlandsche regeering kan er van
an, dat Belgie niet gaarne de En-
gclschc regeering voor het hoofd zal
stooten, door van Nederland dingen tc
verlangen, die niet in overeenstemming
zijn met Engclands vriendschappelijke
politiek teil opzichte van Nederland.
Gelooft gij dus, vroegen wij, dat
België niet opnieuw zal pogen, ons
land in een militair verbond te betrek
ken?
Ik geloof het niet, was het ant
woord, om de eenvoudige reden, dat het
duidelijk gebleken is, dat het Neder-
landsch; volk daar niets van wil we-
DE CRIEP,
Bleef Sehicrmonnigook in 1918 ge
heel gevrijwaard van de Spaansclic
griep, thans is het tiende gedeelte van
de bewoners ziek., gefukkig niet ern
stig. Van. de poetboot is alleen nog de
kapitein in dienst. De Zeevaartschool
zal heden wel tijdelijk worden geloten,
1% vier leeraren ziele $iju»
Gemengd Sieuv/s
"HET VERCIFTICINCSPROCES
TE HAY,
De Teuegraaf-correspondent te Lon
den seint:
De geruchtmakende vergiftigings
zaak te Hay kreeg oen nog ernstiger
karakter voor den beklaagde, den pro
cureur en griffier Armst rang. Tal dus
ver werd iiij alleen beschuldigd van
herhaalde pogingen tot vergiftiging
van zijn collega, dein procureur Mar
ring. Het opeöbare onderaoek van de-
zo laatste zaak werd heden te Hay her
vat, on daarbij werd Armstrong ook
ervan beschuldigd, zijn vrouw door
ergiftiging te hebben gedood.
Door den openbaren aanklager werd
omtrent deze laatste aangelegenheid
een ontzettend verhaal gedaan, waar
uit blijkt, dat de 37-jarige vrouw van
Armstrong, die hem twee kinderen
schonk, langzaam werd vergiftigd
maandenlang een ontzettend lijden
heeft doorstaan. Zij 6tierf op 22 Fe
bruari van het vorige jaar. Het lijk
werd zeetien dagen geladen, dus elt
maanden na don dood opgegraven, in
verband met de vermoedens welke
waren gerezen dooi' de pogingen van
Armstrong om zijn collega Martini te
vergiftigen.
In de inwendige liehaamsdeelen van
het lijk zijner vrouw, die voor een on
derzoek naar Londen waren opgezon
den, vond rnsi), niet minder dan drie
decigram arsenicum. Dczo rnededeo-
ling veroorzaakte groote sensatie on
der de aanwezigen, in het klein reclit-
zuallje te Hay, waar de voorlöopige
behandeling plaats heeft.
Daarop deed do openbare aanklager
een uitvoerig verhaal van mevrouw
Armstrong's langdurig lijden. In
Augustus 1920 werd zij ziek. Een!go
dagen later ibïeken ook haar geest
vermogens gekrenkt te zijn, zoodat
twee artsen het vervoer naar een
krankzinnigengesticht noodig oordeel
den. In dit gesticht kreeg zij medicij
nen, die arsenicum bevatten, maar
de openbare aanklager verklaarde te
zullen bewijzen, dat die medicijnen
iiiet zooveel vergif bevatten als in hel
lijk werd gevonden. Langzamerhand
werd mevrouw Armstrong in het ge
sticht geestelijk en lichamelijk beter.
Zij was echter nog niet liarsbeld, toen
Armstrong in Januari 1921 verzocht,
zijn vrouw naar huis terug te zon
den, Hij deed dit schriftelijk verzoolt
aan dc autoriteiten van het gesticni
op 11 Januari, denzelfden dag, waar
op hij bij een plaatselijkon apotheker
arsenicum kocht.
Inmiddels had Armstrong aan een
arts gevraagd, wetke dosiis vergif doo-
delijk is. Den 22stcvn Januari van l»et
vorige jaar haalde Armstrong zijn
vrouw uit het gesticht. Thuis verbe
terde haar toestand gedurende de
eerste dagen, doch den 6cn Februari
werd zij andermaal ziek. Zij klaagae
over verlamming in handen cn voeten
en begon weer te braken. Na een ver
schrikkelijk lijden stierf zij op 22 Fe
bruari, een maand na haar thuis
komst.
Armstrong scheen zich haar dood
erg to heboen aangetrokken, zoodat
hem een buitenJandsche reis werd
aangeraden. Uit zijn in beslag geno
men dagboek blijkt echter, dat hij
zich op die buitenlandscho reis uit
stekend heeft geamuseerd, en onmid
dellijk na zijn thuiskomst sprak hij
over oen nieuw huwelijk.
Vervolgens onderzocht de openbare
aanklager de vermoedelijke motieven
voor het uit den weg ruimen van
zijn vrouw Mevrauw Armstrong liet
bij haar dood een eigen vermogen na
van 2400 pd. 6t. Eenige j'aren goleden
had zij een testament gemaakt en aan
haar zuster overhandigd, waarin zij
aan haar man slechts een jaargeld
van vijftig pd.et. vermaakte, terwijl
tie rest van haar vermogen bestemd
werd voor haar kindereu. Mevrouw
Armstrong bewaarde thuis een
'schrift van dit testament, dat even
wel verdwenen is. Na haar dood werd
een latere .wilsbeschikking gevonden.
Kerk en School
NIED. HERVORMDE KERK. Be
roepen te Kampen ds. P. de Looze tc
llenkum.
Aamgenomen het beroep te Amers
foort (vac.-Batelaan) ds. K. J. van den
Berg te Ermelo.
Bedankt voor het beroep te Rotter
dam ds. H. A. Leenmans te Bodegra^
ven en ds. G. Venema te Koudum.
GEREF. GEMEENTEN. Beroepen
te Opheusden ds. M. Hofman te Rijs-
sen.
NED. HANDELSHOOGESCOOL.
Heden aanvaardde mr. dr. G. M. Ver-
rijn Stuart met een rede over „de
Waarde van het Geld" het ambt van
buitengewoon hoogleeraar in do
Staathuishoudkunde aan de Ned.
llandelshoogeschool te Rotterdam.
door Armstrong zelf geschreven, waar
bij al het geld, dftt door zijn vrouw
werd nagelaten, aan Item persoonlijk
wend vermaakt.
Armstrong kreeg daardoor het klei
ne vermogen van zijn vrouw in hou
den, zoodot hij zijn kinderen beroof
de. Hij deed dit blijkbaar, omdat lui
jaren geleden van een ander geld ui
bewaring had ontvangen, welke be
drag Martin herhaaldelijk tevergeefs
beproefde van ham k>a te krijgen.
D(E GRIEP IN ZWEDEN Daar
Koning Gustiaf lijdende is aan griep,
heeft Koning Cbristiaan van Dene-
maiken, die Dinsdag a.s. te Stock
holm verwacht werd, zijn reis voor
loopig uitgesteld.
De gncp breidt zich in Zweden nog
steeds uit -n er hebben zich in het
leger alleen reeds 6700 gevallen voor
gedaan.
EEN ONTPLOFFING.
In de schoenfabriek van Elliot,
waar honderd-en arbeiders werkzaam
zijn, had gisteren een ernstige ont
ploffing plaats. De eerste ontploffing
werd door meer gevolgd, welke da po
gingen van de brandweer bemoeilijk
ten. Het aantal slachtoffers is onbe
kend.
DAMES- EK SEISiESKLEEDIMG
GROOTE HOUTSTRAAT
HOEK NIEUWSTRAAT
Pers-üvsrzicM
DE MOORD OP MR. WIJSMAN.
Het Weekblad v. h. Recht
chryft over het opsporingsonderzoek
n verband met den moord op nir«
Wijsman.
„Wij raken omtrent de practijk van
nze strafvordering de 'kluts geheel
kwjjt. Er is binnen het ressort van den
officier van justitie te 's-Gravenhage
zeer vermoedelijk een ernstig misdrijf
gepleegd. De opsporing van den ver
dachte kan berusten bij het met het op
sporingsonderzoek, de voorloopige in
formation belasten reckter-comimssarts
's-Gravenhage of bij den officier van
justitie in die plaats en bij de onder
hem werkzame politieambtenaren. De
justitie en politie in andere plaatsen
hebben met het opsporingsonderzoek
niet rechtstreeks te maken. Toch lezen
wy in de dagbladen voortdurend van
het optreden dfer Amsterdamsche cn
Iiaarlemsche politie cn recherche cn,
als men de berichten gelooven mag,
zouden de opvattingen van beide niet
altijd parallel loopen. Men verhaalt van
lange conferenties tusschen een lid van
het Haagsche en van het Haarlemscho
parket en den Haariemschen commassa-
is en wij moeten gelooven, dat de be-
lissing over vasthouding of vrijlating
bij de Haarlemsche autoriteiten berust*
Wij kunnen ons van dit alles in het
kader van onze wetgeving moeilijk een
juiste voorstelling vormen. Aanhou
dingen van verdachten hebben plaats*
Op wiens last? Een enkele aangehoude
ne wordt eenige dagen vastgehouden*
Wie draagt de verantwoordelijkheid?
Zeker, het is gewen scht, dat dc ver
dachte aan het misdrijf worde opge-
sjioord, doch het is ook gewenscht, dat
niet ieder, die het ongeluk heeft op het
gegeven signalement tc gelijken, dour
den een of anderen jjvcrigen politie
ambtenaar voor enkele dagen van zijn
mjlicid kan worden beroofd, .er
wyl inmiddels de dagbladen allerlei
indiscrete bijzonderheden omtrent hem
:elf en zijn familieverhoudingen traoh-
cn te verzamelen en aan de publiciteit
prijs govcn. Wij achten het in het belang
het algemeen dringend noodzake
lijk, dat er eenheid zij of kome in het
•erdere opsporingsonderzoek, dat het
geheele onderzoek geschic.de onder cen
trale leiding, vooral dat geen aanhou
dingen geschieden, zonder dat vo.'ko-
meu vaststa, wie daarvoor de verant
woordelijkheid heeft te dragen. Zoo
als het op dit oogenblik s c h ij n 1 :oo
gaan wij schrijven s c h ij n t, want
het is Diet goed mogelijk zich uit al die
courantenverhalen ccn eenïgszins juist
beeld te vormen loopen velen in den
lande groot gevaar, voor enkele dagen
als vermoedelijke moordenaar op eea
politiebureau te worden vastgezet.-
Daaraan moet een einde komen en wel
spoedig mogelijk. Wat wij thans
le lezen krijgen, vestigt den indruk van
verwarring. Indien die indruk
verkeerd is, is het zeer gewenscht, dat
duidolijkstc blyke wie bij het voort
gezette onderzoek de verantwoordelijk
heid draagt van alle te nemen maatre
gelen, in wiens handen als leider da»
onderzoek berust.
„Wij schieven deze opmerkingen,
voordat de te Haarlem als vendachtc vast
gehouden persoon als onschuldig werd
ontslagen. Sinds komen de bladen met
aUeiiei voor ons niet te controlccren
mededeeiingen omtrent do wijze van
onderzoek van de Haarlemsche politie,
die o. i. met de geheele zaak niets had
te maken. Het blijkt wel dringend nood
zakelijk, dat de bevoegde justitie-auto-
riteiten waken tegen onverstandig om
derzoek en tegen overijlde maatrege
len."