Uit de Wereld. Rubriek voor onze Jeugd Dl Vilstrll Ballrulirlek Bfie?eni3Q8 VERITY Ga. HAARLEM'S DAGBLAD ZATERDAG 8 JULI Ï922 DERDE BLAD DE MAAN EN DE VOLKSVERBEELDING. Op ickeie* dag verscheen voor ko- fcing Lode wijk XVIII een deputatie van bet starrekundig genootschap genaamd ^Bureau des Longitudes" ten einde frpn de twee werken aan te bieden, die het genootschap jaarlijks in het hcht geeft. „Hoeren!" sprak de koning, „het js me recht aangenaam u allen hier te men. Ik zou namelijk graag van u ver nemen, hoe het eigenlijk staat met den schadelijken invloed van de maan «P de jonge gewassen en dus ook op den oogst, met andere woorden wat ver staat men onder de „lunc rousse" en haar werking?" De algevaardigden keken elkaar be dremmeld aan. Noch in het eene werk, een Verhandeling over weersgesteldhe den, noch in het andere een jaarboekje vol wetenswaardigheden op astrono misch gebied, was daaromtrent iets te vinden, buitendien hadden zij in hun aan ernstige studie gewijd leven nooit iets vernomen omtrent de „lune rousse", die alleen maar in de volksverbeelding bestaat. Vooral een der heeren was niet op zijn gemak het was Laplace, de beroemdste onder hen tot hem had de koning meer in het bijzonder zijn vraag gericht, maar ondanks zijn vele weten schappelijke geschriften over de maan moest hij hef antwoord schuldig blijven en zijn collega's op wie luj beurtelings zijn vragenden blik richtte; waren er niet beter aan toe. Ten slotte antwoord de Laplace Sue, de „lune rousse" bekleedt gcenerlei plaats in de sterrenkundige theorieën, wij zijn dus niet in staat de nieuwsgierigheid van Uwe Majesteit te bevredigen. Toen Lodewijk de» avonds in intiemen kring een gezellig spelletje kaart speel de, maakte hij zich een beetje vroolijk over de verlegenheid, waarin hij de ge leerde heeren gebracht had. Laplace vernam het tot zijn niet geringe ergernis en ging Arago raadplegen: misschien zou deze hem kunnen zeggen wat er van de zaak was. Arago en Laplace, twee beroemde na men voorwaar Dominique Francois Jean Arago, een der grootste natuuronderzoekers der 18e eeuw, werd in 1786 geboren in een dorp bij de stad Perpignan in Zuid-Frankrijk. Reeds op zeer jeugdigen leeftijd onder scheidde hij zich door zijn veelomvatten de kennis op allerlei wetenschappelijk ge bied. Nauwelijks had hij zijn sudiën aan de Polytechnische School te Parijs vol tooid, of hij werd benoemd tot secreta ris van het Bureau des Longitudes. In die hoedanigheid voltooide hij met den bekenden natuurkundige Biot de meting van den meridiaanboog tusschen Duin kerken en de Balearen, die reeds ge vorderd was tot Barcelona en door hem en Biot werd ten einde gebracht tot het eiland Formentera. Vervolgens weid hem aan de Polytechnische School te Parijs een leerstoel opgedragen in niet minder dan vijf verschillende vakken van wetenschap. Maar nog meer dan 'door dit alles werd zijn roem verhoogd door zijn populaire lezingen over ster renkunde (18131845), die onder zijn tallcozï toehoorders uit alle rangen en standen der maatschappij een huiten- gewone geestdrift wekten. Louis Napo leon's oordeel over hem luidde terecht: „Hij is niet alleen eea hoogepriester der wetenschap, maar hij verstaat tevens de kunst de«» leek in hare mysteriën in te wijden." Onder zijn beroemdste studiën worden genoemd die over de polarisatie van het Hcht, over galvanisme en mag netisme, zij kenmerken zich door de hel derheid waarmede de grootste moeilijk heden wordeo verduidelijkt. Toen hij den 2oen October 1853 stierf, sohreef rijn groote vriend, de beroemde Alexander von Humboldt ,,De naam Arago zal overal in eere blijven, waar achting be staat voor wetenschappelijke ontdekkin gen, waar het bewustzijn van menschen- waardc en onafhankelijkheid van den geest ja aanzien zijn en waar de open bare vrijheden geliefd worden." Pierre Simon Laplace (17491827) bijgenaamd de Fransche Newton, ver wierf rich eveneens grooten roem als wis- en sterrenkundige. Napoleon, wiens aandacht hij getrokken had door zijn veelomvattende wetenschappelijke ken nis, bekleedde hem met ver schillende hooge staatsambten, o.a, dat van kanseUer van den Senaat '(1845), in welke kwaliteit hij o.a, dc af schaffing van den republikeinschen ka lender en het herstel van de Gregorl- aansche tijdrekening tot stand bracht. Bij gelegenheid van Napoleons kroning werd hij door den keizer benoemd tot graaf, en na diens val door Lodewijk XVIII verheven lot pair van het Ko ninkrijk en markies (1817). ZJjn hoogs e «eretitels zijn echter zijn wetenschappe lijke werken, o.a. zijn onderzoekingen tmtrent het bestaan eener maan-atmos- feer, omtrent de storingen, die de groo te planeten op elkanders loopbaan uit oefenen, en zijn geniale theorie o-utreni t c ïtstaan der werelden, neergelegd zijn Mécanique céleste, waarvan reeds vroeger een populaire uitgave versche nen was, welker titel vertaald luidt .Uiteenzetting van het wereldstelsel". Om weer te komen op de „lune rousse". Arago, door Laplace geraad pleegd, kon ook de gewenschte verkla ring niet geven. Hij ging op inlichtin gen uit bij de tuinlieden van den Parij- schen dierentuin, den vermaarden „Jar- din des Plantes", en van hen vernam hij het volgendeIn de maanden April en Mei oefent het maanlicht, volgens het algemeene volksgeloof, een schadelij ken invloed op de jonge spruiten dei gewassen. Msn heeft waargenomen, dat bij heldere lucht, terwijl de thermometer eenige graden boven het vriespunt staat, de knoppen en jonge blaadjes, die het maanlicht zijn blootgesteld, be vriezen. Is daarentegen de lucht be wolkt, zoodat de stralen der maan het jonge goed niet kunnen bereiken, dan er van bevriezen geen sprake." Hieruit maakten de tuinlieden op dat de stralen der maan in die maanden sterk afkoelend werkten en de jonge spruiten van kou deden sterven. Maar als men het maanlicht opvangt in de grootste lenzen en de sterkste reflec tors en in het brandpunt de gevoeligste thermometers plaatst, kan men niets van die zoogenaamde afkoeling bespeuren. Eer het tegendeel is waar. Nauwkeurige proefnemingen hebben aangetoond dat de warmte der maan op de piek van Teneriffe gelijk is aan het derde deel van die van een waskaars, geplaatst op 4-75 Meter afstand. Maar deze is natuur lijk zoo gering, dat ze kan beschouwd worden als niet bestaande. De stralen der maan werken dus niet afkoelend, dat is wetenschappelijk aan getoond maar de jonge spruiten be zen, dat staat onomstootelijk vast. Wat volgt daaruit? Eenvoudig dit, dat het feit bestaat, maar dat de maan er geen schuld aan heeft. De natuurkundige Wells heeft waar genomen, dat voorwerpen aan de opper vlakte der aarde een andere temperatuur kunnen hebben dan de omringende lucht. Kleine hoeveelheden katoen, dons, enz. kunnen aa zonsondergang bi; heldere lucht een temperatuur hebben 6 of 7, ja zelfs 8 graden lager dan de atmosfeer. Dit geschiedt echter niet bij bewolkte lucht, daar dc warmte der aarde dan niet vrij kan uitstralen 1 het heelal, maar tegengehouden wordt door de wolken. Is dus de lucht bewolkt iet andere woorden riet men de maan dan daalt de temperatuur der voorwerpen aan de oppervlakte der aar de niet beneden die der lucht. Is daar entegen de maan ziditbaar, m.a.w. is de lucht helder, dan heeft de uitstraling vrij plaats, en de temperatuur van de oppervlakte der aarde wordt lager dan die der omringende lucht. De bevriezing der jonge spruten is dus niet een ge volg van het zichtbaar-zijn der maan, maar èn het bevriezen der planten en d- zichtbaarheid der maan zijn gevolg van de helderheid der lucht. De koudmakende stralen der maan kan men dus vrijelijk verbannen naar het rijk der verbeelding. Anders is het wellicht gesteld met de bewering dat de maan de wolken doet optrekken of ver dwijnen, vooral als men bedenkt, dat een geleerde als John Herschel voor de juistheid van het feit instaat. Zij, die deze meenirig deelen, gaan van het idee uit, dat de werking van het maan. Hcht in de hoogerc luchtlagen, waar zich de wolken bevinden, niet geheel dezelfde is als aan de oppervlakte der aarde, al waar gewoonlijk de proeven met lensea en reflectors genomen worden» Verder wijzen zij er op, dat de nay ons toege keerde helft der maan, wanneer het volle- maan is, verscheidene dagen lang onaf gebroken is blootgesteld geweest aan het volle zonlicht en eindelijk dat een allergeringste temperatuurverhooging somtijds voldoende kan zijn om de vochtdeeltjes der atmosfeer van den zichtbaren toestand in den onzichtbarea te doen overgaan. Wat hiervan ook iedere liefhebber van schaatsenrijden er innig van overtuigd, dat men bij volle maan meer kans heeft op een bewolkte lucht, dus op vorst, dan bij iedere andere schijngestalte van onzen wachter. Raadsels Deze raadsels zijn alle ingezonden dooi jongens en meisjes, die „Voor Onze Jeugd" lezen. Iedere maand worden onder de beste op lossers drie boeken in prachtband verloot. 1. (Ingez. door Henk van Heerden.) Ik ben een spreekwoord van 88 lettere. 10 12 13 14 15 gebruikt de schoen maker. 28 26 27 is een lichaamsdeel. I 2 3 4 5 is niet hard. 29 32 30 31 is eon zwemvogel. 7 34 85 36 ie niet vierkant. 86 37 38 is een boom. 10 6 18 moet men leerea. 7 8 9 25 is niet koud. 23 16 22 23 is een ontkenning. 24 is een sisklank. 19 20 21 is niet wild. 21 20 15 is een huisdier. 33 2 24 maken de bijen. II 12 13 14 15 16 17 18 ejjn onder- wijzere. 2. (Ingez. door Crocus.) Ik ben een huisdier. Zet mijn laatste let- >r vooraan en niya 1ste letter achteraan 1 ik ben vloeibare spijs. 3. (Tngez. door Adelaar.) Ik ben een bekend persoon uit do Va- derlandsche geschiedenis van 27 lettere. 1 23 15 3 4 is oen vogel. 8 10 19 18 7 20 is ocn jongensnaam. 8 20 21 7 12 12 27 is een roofvogel. 16 17 18 19 is een familielid. 24 16 6 10 is een motaal. 8 9 10 11 12 19 12 is een meisjesnaam. 1 2 3 4 5 6 7 is een jongensnaam. 9 6 is een lidwoord, evenals 4 26 25. 11 is 2, 27 ls 10, 14 is 19, 9 ie 20. I 11 19 12 is een meisjesnaam. II 15 is een vorm van het werkwoord z\jn. 21 19 is een voegwoord. 17 is de 15de letter van het alfabet. 22 23 15 is een inwoner van Rusland. 13'14 14 5 6 is een meisjeenaam. 4. (Ingez. door Robbert.) Wie kan uit onderstaande lettors een dorpje in een mooie Geld eis che streek makent d e n 1 B r e V a 6. (Ingez. door Poesje). Verborgon speelgoed, a. Hoeft Aagje het spinneweb al weggeraagdf b. Ik loop op pantoffels. c. Waarin leest Olga tocht d. Is To u weer komen opzoekent e. (Ingez. door Vriendinnetje.) Wie gaat met ons meet f. Hoep! Hoep! Eiken dag hooj ik de ezeljongen dit roepen. 6. Strikvragen. (Ingez. door Pauwtje.) Wie heeft twee ooren en kan toch niet boorenf t>. Wie heeft een voet en geen teent c. Op welke laan loopt men niet? d. (Ingez. door Paarlmoervlinder.) Het heeft een mond, maar goon kop, armen en geen handen, 't loopt. <loch zqn. der voeten. Raadseloploeslngea De raadseloplossingen der vorige week 1. Wiesbaden. 2. Geel, Romp, Ooft, Noot, Inkt, Neen, Geel, Ezel, Neef. 3. Wedstrijd. 4. Het oog van den meeeter maakt het paard vet. 5. Een vruchtboom. Een locomotief. Goede oplossingen ontvangen van: Gladooj 6, Voetbaljongen 6, Willam van den B. 6 Willem van Oranje 6 Roee hoentje 6 't Alpenherderinnetje 5 Zeester 6 Melatti 6 Beethoven 6 Alleen in 't Nestje 5 Spartaan 6 Middenvoor 6 Vlie gende Hollander 6 Lentebode 6 Sneeuw balletje 6 Neerlandia 6, Madeliefje 5 Sportman 5 Boterbloempje 5 Slaapmutsje 5 De Sohipperin 5 f t 5 Elzekatjo 5 Ko- perbloein 6 Theeroos 6 Michael de Buy- ter 6 Vergeet- mij nietje 6 Vrijer 6 Vlie genier 6 Koperbloem 6 Aviatour 6 Schip per 6 Risico 6 Lathyrus 6 Zilverster 6 Bergprins 6 Jacobus Boekclaar 0 Joban Beekelaar 6 Dirk en Piet Oschatz 0 J. C. H. Stelleman 6 Apie C Heidebloempje 5 W-oolwateij 6 Afrikaantje 6 Pauwtje 6 Lachebekje 5 Moeders kleine Held 4 De Paradijsvogel 4 Do koningin de6 velds 4 H. de Jeu 6 Sjaantjo 6 Kees de Moppi raar 6 Klivia 6 Verpleegstertje C Duin- rooske 6 Kabouter 6 Hannibal 6 Ma troos 6 Violet 6 Mia May 0 De kleine Spoorman 6 Zeeroover 6 De kleino Ma joor 6 IJsbreker C Robbert 6 Willem IH 6 Denappeltje 6 Hein Stavast 6 Manda rijntje 6 Voiendamraer 5 Paarlviinder Paarlmoervlinder 6 lbolyka 6 Robbedoes 5 Bouwmeestertje 6 Heideprinsesje 5 Pie rewiet 5 Blondine 6 Behangertje 5 Poos je 5 Geluksvogel 6 Excelsior 6 Jolian de Wit 5 Lenteknopje 6 Kasplantje 6 Draai tol 6 Abrikoos C Framboos 0 Zeemeermin 4 Tiekje en Piene 6 Kasplantje 6. Inzendingen ontvangen van: Gladoor, oud? Koperbloem. 11 jaar, Risico, 13 jaar, Simon Lenaven, 11 jaar, Behangertje 10 jaar Poosje 8 jaar, Zeemeermin oud? EEN ABOXNE dank ik vriendelijk voor do wedstrijd-courant. Wie er nu nog een a00dig heeft, mag ze bü mij komen halen. Brieven aan de Redactie ran do Kin der-Af deeling moeten gexondeD worden Mevr. BLOMBERG—ZEEMAN, r. d. Vinneetraat 21rood. (Is de bua gooien, 1 0 n d r aaubellen.) Nieuwelingen zijm SIMON LEUVEN, oud 11 jaar, C-Iooe- terweg 35. MIEN OUDOLF, oud 13 jaar. Een- drachtstraat 54, Heemstede. A. DOUWMA, Holsteijustraat 6, oud? Het aantal nieuwelingen in 1922 be draagt thans 230. De 300ste ontvangt van my een verrassing. T1EKTE en PIENE. Ja Boukjo was er met haar opstel vroeg by. Als Tiedrio tijd kan vinden, stuurt ze hot haro ook r. *k Geloof housch, dut het zonnetje weer wil gaan schijnen. Boukje heeft voor haar uitstapjes ook wel goed weer noo- 'g. De volgende week schrijft ze me iker wel een uitvoerig verslag over het VOETBALJONGEN. Ben je oen beste keeper? Zijn ze tevreden over je? Je bent al een reuze kei met typen. Is Jaap M. je vriend? Ik kan me voorstel len, dat je bij Caroli genoten hebt. De tjjd ging natuurlijk veel te gauw om. GLADOOR. Hoe staat het met j® zwemmen? Het diploma al in 't uitzicht? Je raadsel is goed. Leuk. dat je met Bouwmeestertje hebt kennis gemaakt. Je gedichtje was wel grappig, maar je ver gat weer je leeftijd. SLAAPMUTSJE. Je raadsels zjjn goed. LENTEBODE, SNEEUWBALLETJE 1 NEBRLANDIA. Jullie raadsels jn goed. MOEDERS KLEINE HELD. Dat valt niet mee jongen, stil te moeten lig- en toch niet ziek te zijn. Toon nu masr, dat je heuseh een held bent. Je hebt flink den tjjd gehad voor je op- steL Doet je voet nog pijn? Een spoedige beterschap toegewenseht. DE PARADIJSVOGEL. Ja. 't is voor jou ook saai, dat broy niet'loopen mag. Je houdt hem zeiver na schooltijd wel eons een uurtje gezelschap. Ik hoop, dat hij weer gauw prettig met jo buiten kan spelen. Hoe gaat het nu met moe der? DE KONINGIN DES VELDS. Als je opstel klaar is, stuur je het mo maar. Ia het schoolreisje Donderdag nog door gegaan? Heeft de pop al kousen en schoe nen gekregen? PAUWTJE. Echt Zaudvoortech weertje is het den laatsfcen tjjd niet go- weeèt. Maar we zullen hopen, dat w® ttn regen genoeg hebben gehad. AFRIKAANTJE. Je was prachtig op tijd, daarom krijg je ook zoo vlug ant woord. Bevalt het je nog steeds goed in je betrekking? WOELWATER. Wat scheelt er eigenlgk aan? Dat is een ware beproeving voor een woelwatertjo om maar rustig onder den wol te moeten blijven. Of had je geen eens zin om te woelen? Ik waar deer 't zeer, dat ik toch nog 'n brief van je kreeg. Haast je mi maar niets met je opstel, je hebt nog tot 15 Juli den tijd. Zijn de schoolvrindinnen nog naar Ber gen geweest? Als je straks beter bent, bedenkt moeder voor jon wel een ander pretje. HEIDEBLOEMPJE. Leuk hoor, dat de Rubriek je aan een vriendinnetje ge holpen heeft. Nu hoop ik maar d.ij ce vriendschap trouw en daurzaam' is. Ver tel je me eens, hoe ze heet. BERGPRINS. Niet onaardig hè, die vrije Woensdagmorgen. Nu nadert de va cantie ook. Jy verlangt naar het begin en Greetje misschien naar 'X eind. Ik hoop, dat je dan heerlijk met vader fiet sen kunt. KEES DE MOPPERAAR. Wol be dankt voor je mooie kaart uit de Lage Vuursche. Wat is het daar mooi. hè. Zou den we daar eens een aardig l'andhuieji neer laten zetten? ZILVER-STER. 't Zal me benieuwen te vernemen, hoe het Donderdag me! reis naar Bergen is afgeloopon. LATHYRUS. Gelukkig, dat jullie gezond zyn en hot daar weer zoo echt naar je zin hebt. Die Elsie vergoot me heelemaal, maar misschien heeft ze hot erg druk met schoolwerk. Wil je straks nog wel naar Haarlem terug? RISICO. Dat kan een heerlijk school reisje worden, alshet weer maa7 wil meewerken. Het is prettig hoor, dat jo mooi kunt teekenen. Dau kjvn je de veling altijd buiten de deur houden. Nog wel gefeliciteerd met vaders verjaardag. KORENBLOEM. Weer vroolijk frisch? Oorpijn is vreesclijk. wel nel erg als kiespijn. Gelukkig, dat J® t0el1 nog naar het feestje bent geweeet. Zk kan me begrijpen, dat je toen nog mei ge schikt was om met hard loopen oen prijs te verdienen. Anders wel louk h(, dat turf rapen. VLIEGENIER. Dat kan weer een fyn watertochtje worden, jongen. En ls Donderdag het schoolreisje nog doorge gaan? Daar gingen heel wat Rubrieker- tjes mee uit. Wat zielig van 't kleine poesje. Ja, ik ga ook nog op reis, maar deze maand nog niet. VRIJER. Zoo vrijertje, ben jy daar ook weer? Nu, een trouwe vrijer ben je Hoe denk je over je overgang? Zou de spiegel nog komen? Jullie xyn niet ge lukkig met de poesenfamilie. Tot de vol gende week? KOPERBLOEM. Misschien ie het op 14 Juli het heerlijkste zomerweer. Wat bloempotje heb je gekregen? Wan neer verwachten jullie de kleine duifjes? Vader mag je best wat helpen. Kom maar eens naar plaatjes kijken. Die Augustus maand geeft jullie twee prettige daagjes. ELZEKATJE. Prettig voor je, dat de wandeling naar de Buine van Brode- rodo is doorgegaan. Nu maar hopen, dat Dinsdag de reis naar het Gooi plaats heeft. Ik wenseh je by voorbaat veel ge noegen en bovenal mooi zomerweer. DE SCHIPPBRTN. Ja kind, de een wel eens gelukkiger dan de andere. Wie weet, hoe good het met je opstel afloopt. Ik denk, dat het allo dagen een beetje mooier weer gaat worden. Let maar op, of het niet uitkomt. GELUKSVOGEL. De schoolreis is dunkt me wel doorgegaan. Do volgende week hoor ik zeker wd, of je plezier hebt gehad. Den gevraagden schuilnaam mag je wel aannemen. POESJE. Ja natuurlijk: een speel plaats dient alleen om te spelen. Gezel lig, dat in alle lokalen roode geraniums staan. Jo moet het nog maar eenige ja ren zonder de scihool stellen. Hij kan nog lang genoeg naar school gaan Wat zog jij? BEHANGERTJE. lk vind het ook zoo leuk dat ik met jou heb kemua ge maakt. De plaatjes heb je zeker met zes verdeeld. BLONDINE. Heb je de volgende week al v&caatie, dat je zoo naar Soest gaat? Veel genoegen by grootmoeder, speel maar prettig. BOUWMEESTERTJE. Je raadsel ls goed. Fyn gezwommen na de koude da gen? Wat gaan jullie allemaal heerlijk uit. Veel genoegen, hoor! ROBBEDOES. Hoe is het met de ityfheid? Te veel gerobbedoesd? Jjunmcr_ dat je niet zwemmen mag, maar dan werd je misschien nog stijver. Hoe ls het met den korfbal-wodstrjjd afgeloo- peu? Kon je nog meedoen? Hoe gaat bet met moeder? Loopt ze al buiten? Veel groeten en beiden het beste. JBOLYKA. Gant het steeds beter op school? En al weer eene gezwommen? Wanneer je het beter kunt, nul je ook minder last van de kou hebben. Knap zoo, dat je je raadsels al heelemaal al leen hebt gemaakt. PAARLMOERVLINDER. Ik ben icr verlangend naar dien langen brief. PAARLVLINDER. Je raadsel ls goed. VOLENDAMjMEB. Met een trom- el was hej weJ zoo fleurig geweeet. Je hebt het er uitgezonderd het ver sprin gen, locli goed afgebracht. VIOLET mag. haar soteuilnaam hou den. Schryf je me nog eene, hoe oud of je bent. MJEN O. Er ia al een Iris. Bedenk dus een anderen sshuilnaam. KEES DE MOPPERAAR. Na Je briefkaart ontving ik je zwaarlijvig epie- te4, dat heuseh wel een antwoord waard ut. Keesje, wat heb je genotODl Je mopper- li uineurtje had je zeker by moeder thuis gelaten. Maar vertel me eens: waarom moeten jongens in een trein altjjd heme of keet maken? Dat snap ik niet goed. Ik heb ook die heerlijke plekjes bezocht. Ben ook in de uitspanning geweest, heb ook een dubbeltje in den automaat ge- gooid% heb ook gegluurd in de kluize naarswoning. Maar oen ding ben ik jullie ten achter: ik heb niet het paleis op So es td ijk bezichtigd. Ik kan me voor stellen, dat je daar je oogeu uitkeek. Mijn dank voor je postzegels. ROBBERT. Je raadsels zyn goed Je wenseh was al vervuld. PIEREWIET. 't Was een gezellige brief, hoor! Niet meer een beetje ziek ge- woest? Dus in Eclam kan het ook eventjes regenen. Maar de mensehen met de loege waterputten waren natuurlijk in hun schik. Louk> dat je toch nog even met het voetbalveld hebt kennis gemaakt. Na zoo'n prettigen dag valt een schooldag niet mee. - Zondag belooft het weer een dagje van plezier te zullen worden. En dau over een week.... Jongon, jij hebt mftar~i?5n fyn leventje. DRAAITOL. Draaitollen hun vaardigheidsproef doorstaan, anders zyn het geen goede draaitollen. Na het werken was het prettig uitgaan. Wat zeg jij? BRUINTJE. Jammer, dat zoo'r. klein weerloos kuikentje door die rat is dood gebeten. Hebben jullie al weer eens zoo'd boosdoener gevangen? Het fazantje is zeker ook niet teruggekeerd. Die is aan het avonturen. Ik heb je lathyrus n:et 'govonden. Ik.geloof, dat je een echte lieva zus hebt, die in alles een moedertje voor je wil zyn. Jy wilt natuurlijk ook wel doen wat ze graag heeft, hè. MARIE B. 't Was zoo heel erg niet, dat de brief wat laat kwam. Er was dit maal nog plaats voor een antwoord. Je hebt geen gemakkelijke post kind maat wel een dankbare. Moeders plaats'is zoo moeilijk te vervangen, maar je doet je beet in moeders geest te handelen en dat zal heuseh wel vruchten afwerpen. Ik vind het prettig, dat je me over allerlei schryit. ZEEMEERMIN. Vi»J je hot niet veel aardiger om zelf een schuilnaam te bedenken? Misschien wil moeder io er el mee helpen. LENTEKNOPJE. Flink zoo, dat je jezelf weet bezig te honden. Straks ver maak je ze allemaal met je poppenkast. Dat kaa een gezellige verjaardag worden. Hoe lang mag je na alle dagen opzitten? KASPLANTJE. Daar in Zeist is nog hoed wat aardigs te beloven. En dat je daar maar zoo op kameelen kunt rydcc. De griezeligheid moest je er voor over bobben. Wat ben je flink aangekomen. Do kennissen in Haarlem zullen Je straks niet meer kennen. W. BLOMBERGZEEMAN. v. d. Vinnestr. 21r. Haarlem, 8 Juli 1922. Ssmangi Sienws DE RAMP TE HAMBURG. In de „Hamb. Corr." vindt men nog de volgende bijzonderheden over do ramp op de terreinen van de N. Duit- sohie Spiritusfabriek. Als een loopend vuurtje ging het gerucht over een reusachtige» brand door geheel Hamburg. De meest tegen strijdige berichen werden vernomen. Er zouden heel veel dood en zijn. Hoe wel deze berichten gelukkig niet te- waarheid zijn, is de ramp toch groot genoeg. Aan de Biliw-'rder-Neuerdeidi lig gen de Nd Deutsche Spritw erke, welke een -roote oppervlakte beslaan, waar ai t&llooze vaten, in ijzeren en inge metselde tanks millioenen liter spiri tus waren opgeslagen. Pas nog in de laatste dagen was een groote zending aangekomen. De terreinen lagen dus StampvoL Dag en nacht werd dan ook gewerkt met verschalende nloegen. Gelukkig is elke ploeg slechts 25 man sterk, andere zou het oneeluk nog veel groot er zijn geweest. 's Morgens om kwart voor acht. tij dens het omwisselen van een ploeg, klonk plotseling een geweldige ont ploffing. gevolgd door een luid kraken en geweldige vlarnmenzuilen. Stukken ijzer, een menschelift lichaam, stuk ken muur, en hout vlogen door de lucht. Verschillende ontploffingen volgden. De vïammenzuilen werden een vlammenzee In een oogenblik snelden van alle kanten de brandspui ten toe om den strijd met het vuur te beginnentevens kwamen de zieken auto's aangereden. De politie had de handen vol om de nieuwsgierigen op een afstand te houden. Dc brandweer poogde het vuur te omsingelen, daar groot gevaar voor de omgeving be stond. Om half negen volgde een twee de geweldige ontploffing: eon groote tank met eenige duizenden liters spi ritus. was In de lucht gevlogen. Tallooze ruiten in de omliggende huizen vlogen aan scherven dc bewo ners begonnen meubilair en bedden* goed uit de woningen te sleepen en trachtten zich en het hunne in veilig heid te brengen. Om negen uur weder een luid go- kraak een nieuwe tank was uiteenge barsten. De brandweer deed boven- menschelijke pogingen om het vuur meestor te worden, maar moest wij ken. En rond vloog de mareer zijn brandweermannen omgekomen. Helaas was het gerucht juistbij de tweede ontploffreg waren de muren van een gebouw ingedrukt. Onder de puinhopen lagen eenige verpletterde lichamen. Met doodsverachting gingen de kameraden int-ussefcen bedaard hun Rang. Nader is gebleken, dat een brand wacht gedood is, terwijl acht brand wachten zwaar gekwetst zijn. en een licht gew ond werd. Om tien uur was de brandweer Sn- tusschen zoo ver gevorderd, dat men het brandpunt van de vuurzee, het hoo ge hoofdgebouw, kon naderen. In d t gebouw bevonden, zich de pompins*. al- laties .waardoor de spiritus in de klei nere tanks wordt overgebracht. Maar tegelijk trad <ie politie tegen dc me nigte op, om deze terug te drijven. De nieuwsgierigen verdwenen van balkons en vensters: elk oogenblik kan de hoofdtank ontploffen, zoo werd ge waarschuwd. Angstige oogenblikken. Met verdubbelde inspanning wierpen de bnandiwachte geweldige watermas sa's op de vuurzee. Tot zij tenslotte de overwinning be haalden en het geweld der vlammen werd gebrokende groote taak was gereed. Nu gir.o het pas voor pas ver der, de vijand werd steeds meer terug gedrevensteeds geringer werden cte vlammen .steeds minder de ontploffin gen van uiteen barstende vaten. Tegen den middag konden eenige afdeelingen van de brandweer inrukken. Het terrein complex biedt een aan* Feuilleton uit het Engelsch van FRED. M. WHITE. (Geautoriseerde vertaling). 10) Jack Ellis zag nu ook GU- mour onmogelijk een van de beide 1 mannen kon geweest zijn, die «Je schuit waren komen bestelen. Hoe kon Avory dan echier met zooveel klem verzekerd hebben, uat liet GU- mour was geweest <n niemand an ders. Wilde Avory hun misschien zand in de oogen strooien? Lock scheen denzelfden gedachten- Kang gehad te hebbi -.ut even la ter zei bij: Wat weet u van dien Avory af? Niet veel, bekende Jack. Ik weet alleen, dat zijn dochter op hot Moat House dient. Ik heb hem eens in Cray ontmoet, toon lnj zijn dochter bezocht had. We wandelden «amen naar het stolon en na dien tijd spreek lk hem nu en dan. Hij woont in Wap- ping diebt bij mij in de buurt. Ik moet hem n eg eens goed aan den tand voeln. Of 11 ij he,i> mi bedrogen, of hij heeft zich leelijk vergist. 1 Heeft Avory u nog gezegd on der welken naam hij Gilmour vroeger gekend heeft? vroeg Lock. Neen, dat geoof lk niet, of als hij den naam toevallig genoemd heeft heb ik daar geen acht op geslagen. Ik kan hem er echter natuurlijk ge makkelijk naar vragen. Doet Ti dat, hoewei het eigenlijk niet veel verschil in de zaak kan ma ken. We zijn, vrees ik, op een verkeerd spoor.,Ik blijf er echter bb. dat deze diefstallen met door gewone dieven kunnen gepleegd worden. Ze gebeuren op te groote schaal en er zijn aan de wijze, waarop ze geschieden, te veel kosten verbonden. De gesto!«3i goede- ren worden ergens opgeborgen, waar de politie er niet uan denkt, ze te gaan zoeken, vermoedelijk dus bij den en of anderen gezienen cargadoor. Hij j stuur ze natuurlijk naar afnemers van hem, die met d minste, notie heb-1 ben, dat het gestolen goederen zijn. De schurk moet er reeds schatten mee j verdiend hebben, want het zijn Bleeds de kostbaarste ladingen, die ge tol en worden, ook een bewijs, dat er iemana achter zit, die geheel vim de ladin gen der verschillende booten op de hoogte is. U zult misschien wel denken, dat ik maar naar dat ailea raad, doch ik ben er in mijn hart van overtuigd, dat de zaak zoo in elkaar zit, De moeilijkheid js den hoofdleider te ont-i dekken. Dat zal, vrees ik, met gemak kelijk gaan, mener Ellts, en u zult 1 voorloopig nog geen sensaUebericht hierover aan uw courant kunnen zen den. Het beste zal, om te beginnen, zeker zij, dien Avory eens goed uit te hooren. Jack Eilis verliet, in gedachten ver zonken, het bureau. Hij was erg te- j leur gesteld, dat de zaak op niets was uitgeloopen. Hij had Gilmour nooit vertrouwd en zou maar al te blij zijn geweeet, als de een of andere scnur- kenstreek van dezen aan 't licht was gekomen. Misscrien was de afkeer, dien hij voor den man koesterde, wel toegenomen, nadat hij gemerkt had, dat Gilmour Vera Croot het hof maak- te. Niet dat hij wist, dat Croot dit hu- welijk in de hand werkte, maar uit het een en ander had hij meenen op te merken, dat meneer Croot er niet op tegen zou hebben, als Gilmour zijn schoonzoon werd. Den laatsten tijd had Ellts Gilmour j niet veel meer ontmoet, daar hem in beleefde termen verzocht was, zich lie ver niet meer op bet Moat Ilouse te vertoonen. Vera had zich tegen de uitspraak van haar pleegvader niet verzet, maar daarom had zij or zich nog niet hij neergelegd. Zij vond, dat haar vader geen recht had, zich tusschen hiat en J&ck te plaatse), en bleef Jus, bui ten weten van meneer Croot in cor- i respondentie met Ellis. Jack had in de volgende «lagen rog al bet een en ander voor dc Daily Te lephone te doen en w as daardoor niet in de gelegenheid, Avory op te zoe ken. Van Lock had hij niets verder gehoord, maar wel wist hij, dat de diefstallen op de Theems nog steeds voortgang hadden. Hij voor zich gaf den moed nog niet op, de bentie eenmaal op te iulleu sporen, maar voor het oogenblik wist hij nog niet, hoe hij, om dit doel te bereiken, het best te werk inoeA gaan. Het duurde drie dagen, voor li j een hall uurtje over de hand had, om den inspecteur op te zoeken. 1! ij vond Lock op het bureau en zag dado'ijk, dat deze ontstemd over iets was. Bly u te zien, meneer iliisj zei hij. lk ben benieuwd van u te liooren, of u na den bewu»ten u ond den bewaker Avory nog gesproken hebt Ellis legde liem uit, hoe hij daar nog geen gelegenheid toe gehad had. Dat is jammer, zei Lock *j) te- leurgestelden toon, want aan zul len we er, vrees ik, nooit achter ko men voor wien hij meneer Gi'mour heeft aangezien. Vannacht is hel lijk van Avory uit een van de vijvers bij Hampstead opgehaald. Zijn huisjuf frouw heeft hem herkend. Lr ,*ijn geen teekenen van geweld op «*et ii'k ge vonden en men vermoedt du», dat de man zelfmoord heeft gep'eegd. Zijn horloge en zijn geld waren mg In z,u zakken. Toch is er «ets vreemds in, dat hij dit juist nu g6daan zou h-.-b- ken. Wat dunkt u? HOOFDSTUK VII. Arcades Ambo. Dat zaakje is al weer netje» op geknapt, zei Croot met een grijnslach, nadat Lock door den knecht uitgela ten was. Het was anders op het kantje af en ik hoop, dai ik voor loopig van iets dergelijks verschoond zal blijven. Je praat als een «schoolmeo: ter tegen een on deugen den jongen, zei Gilmour op mjdigen toon. Net, als of het gebeurde mijn schuld isl Toen we met de zaak begonnen, widen we, dat al waren de winsten, die wij maakten, groot, het ri6ico, dai we lie pen, minstens e.en groot nas, Mo dunkt, dat jij er gemakkelijk tent af gekomen, en ik begrijp dus uiet goed, waarover je je te beKlageu hebt. lk dacht meer aan jou veilig heid dan aan de mijne, Mark. Het kan waar zijn, maar teer gevoelig ben je anders niet. Je zult toch moeten toegeven, «lat ik die Lock aardig beet heb gehad. Dat stem ik toe, hij wist ten slot- te niet. wat hij er van denken moert. Dat retourkaartje was een pracht zet. Hoe ben ie er toch aan g-k-jin -n. liet was toch w el echt? Natuurlijk, je begrijpt toen. d ;l die Lock dadelijk op onderzoek uit gaat. Een bedrog daarmee zou zeker uitkomen. Ik weet, hoeveel gevaar ik steeds loop en neem daarom J d zooveel mogelijk voorzorg«znaa!reg> len. Vandaag had ik bovendien net i voorgevoel, dai er iets mi- zou gaan, waarom weet ik zelf niet. Mijn voor gevoel heeft mij dan ook niet bedro gen. Het trof ellendig, dat de bewa ker juist een oude bootsman vin ine moest zijn. H:j herkende mij dadiiiik, hoewel hij, voor zoo-.cr ik weet. mij in geen tien jaar gezien had, Met e vi ste is, dat hij ook wist, onder wel ken naam ik mij schuil houd cn dat ik bij dc firma Verity A* Co. in betrek king ben. Weet hij, waarom je uit deu zoo- dienst e^eaan bent? Natuurlijk, want hij diende op de Sborkstooth, toen ik gearresteerd werd. Croot, we moeten dóen Andry uit den wee zien te rui men, voor hij nog meer onheil sticht. Gilmour zei dit laatste fluisterend en de uitdrukking, diie er tegelijkertijd op zijn gelaat verscheenwas niet be paald aangenaam te noemen. Ifij traditie Croot tot een moord over to halen «1 deze, lioev.cl hij uiet Ueeo eon schurkenstreek opzag, deinsde hiervoor trw»h tom.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1922 | | pagina 7