HAARLEM'S DAGBLAD
OM ONS HEEN
Buitenlandseh Overzicht
VERITY Co.
DONDtMuAO 8 AUGUSTUS 1922 TWEEDE BLAD
No. 3072
De Proefneming met Asphaltblokken.
BEZOEKEN AAN BELCIc DE LIJDENSGESCHIEDENIS VAN CE
HAARLEMSGHE BESTRATINC DE PRIJS DER ASPHALTBLOCKS IS
LAAG,' MAAR HOE STAAT HET MET DE DUURZAAMHEID? CRITIEK
VAN EEN DESKUNDICE DE BEL CISCHE ONDERVINDING IS ON
VOLDOENDE WAT BURCEMEESTER LOMMEN VAN DE ERVARINC
IN AMERIKA ZEGT EEN BEPERKTE PROEFNEMINC IN HAARLEM
CERADEN.
bij hitte.
Mr. SUingenberg on zijn mede-reizi-
gcre meenen blijkbaar van wel. An
ders zouden zij dit voorstel niet doen.
De wethouder is van oordeel, „dat er
in de fabriek te Lessinos zeer serieus
wordt gewerkt en dat de asphaltblok
ken het plaveisel der toekomst zullen
zijn." Het eerste wordt op zijn
gaarne aangenomen. Maar waarop
baseert hij het laatste? De prijs is ze
ker zeer laag: tien a elf gulden per
vierkanten meter, met inbegrip van
een betonlaag, die er bij noodig is en
die dunner of dikker moet zwn, al
naarmate de natuurlijke onderlaag
min of meeir geschikt is. In het rap
port van burg omeester Lommen staat
namelijk te lezen, de te Oostoalon
(België) bestaande weg als onder
dek werd gebruikt (1). Of zooiets ook
0|J den Wagenweg en om het Stadhuis
mogelijk zal wezen en zoo niet, of dan
de prijs duurder zal zijn, is 'n vraag,
die allicht in de toelichting tot het
Raadsvoorstel zelf, of anders in de
Raadsvergadering, kan worden beant
woord.
Maar hoe het staat met de duur
zaamheid is, althans in liet commu
niqué, nog niet afdoende beant
woord. Weil garandeert de fabriek, dat
er gedurende tien jaar niets aan te
repareeren zal zijn, maar die termijn
is niet heel lang. Er wordt in het
zelfde communiqué juist over ge
klaagd, dat de klinkerbe6trating van
den Wagenweg in tien jaar geheel op
is. Mocht datzelfde liet geval wezen
met de asphaltblokken dan heeft de
gemeente tegenover de fabriek wel
niets te reclameeren, maar dan zal
het nieuwe plaveisel toch een teleur
stelling zijn. Waaruit bestaat dus de
garantie van de fabriek? Is zij bereid
een gedeelte van den prijs der leve
ring, bijvoorbeeld tegen rentevergoe
ding, tien jaar te laten staan, met de
bepaling, dat zij dit bedrag verbeurt,
wanneer het plaveisel tegenvalt? Men
zou zeggen, dat zij dit gemakkelijk
wagen kan, als zij er zeker van is,
dat de blokken, zooaCs wij in het com
muniqué lezen, „40 jaar liggen".
-Dit is van des te meer belang, om
dat men in België op dit punt nog
geen ervaring heeft. Ook daar is het
plaveisel nog een nieuwigheid. Aan
het communiqué ontleen ik hierover
deze passage: „In België wordt deze
nieuwe bestrating nu voor het eerst
gelegd in Tervueren, te Brassed in do
Avenue Louise en ook op den grooten
verkeersweg tusschen Anl werpen cn
Turnhout. In Antwerpen is men ook
bezig een straat er mee te bedekken,
waardoor veel zwaar verkeer gaat".
Meer lezen wij daarover in het com
muniqué niet en wat er wordt meege
deeld over proeven in de fabriek is
natuurlijk voor een oritisch aan ge! ?g-
den Nederlander van weinig beteeke
il ie Wij willen grooter zekerheid. En
ofschoon een leek, alls sokrijver van
deze beschouwing natuurlijk is, aau
de degelijkheid van het materiaal vol
strekt niet twijfelen wil, kan het toch
zeker geen kwaad mee te deelen wat
hij over den aanleg in België vernam
van iemand, die van bestrating een
studie beeft gemaakt. Die schrijft het
In ons nummer van Maandag heb
ber. onze lezers een communiqué ge
vonden over de studiereis, the de
wethouder van openbare werken met
.do commiiesie voor dien tak van
dienst en den directeur naar België
heeft gemaakt, -voor een nieuwe soort
wegbedeklung, namelijk asphaltblok
ken. Mr. Slingeuberg en de lieer Du-
mont waren daar voor den tweeden
keer: zij hébben namelijk ook den
flden Juni j.l. een bezoek gebracht in
de fabriek te Lessines en wegen beke
ken, die met ddt materiaal waren ge
plaveid.
Het gezelschap bestond toen uit
Directeuren en Ingenieurs van Publie
ke Werken te Amsterdam, den 1-1 aag,
Haarlem en Utrecht, den hoofdinge
nieur van den Rijkswaterstaat, de
ingenieurs van den Provincialen Wa
terstaat in Noord Brabant, den ver
tegenwoordiger van den Alg. Ned.
Wielrijdersbond, den wethouder van
P. W. te Haarlem, den adjunct
hoofdopzichter, afd. bestrating, te
Rotterdam. De heer D. II. do Jong,
bouwkundige te Costricum, maakte
den tocht mee als ontwerper van de
plannen voor de wegenverbetering
CaetricumBergen, ook was aan
wezig de burgemeester van Castri-
cum, de heer Lommen, die van de
excursie een vrij uitvoerig verslag
heeft uitgebracht.
Men kan uit den aard en do uitge
breidheid van dit gezelschap afleiden,
dat zij het onderzoek vain dezo soort
ivegbedekking de moeite waard von
den en in het algemeen zeker, dat zij
liet plaveisel-vraagstuk zelf van giroo-
to beteekenis achtten. Wij, bewoners
van Haarleft kunnen ons dat gemak
kelijk voorstellen. Dc bestraling in
Haarlem is een ware lijdensgeschie
denis geweest, nadat het gemeentebe
stuur eenmaal had begrepen, dat de
tijd van de ouderwetsche kei voorbij
was. De klinker, overigens een aan
gename wegbedefcking, bleek te zivak
te zijn voor het verkeer met zware
vrachtwagens, de scoriae paver, uiter
lijk een steen om in een salon te leg
gen, was te glad en is dan ook hier,
evenals in den Haag, Zwolle en elders
voorgoed opgeruimd, over het asphalt
eindelijk is eindeloos geredeneerd en
men is er niet verder mee gekomen,
dan een slecht genomen proef in de
Barteljorisstraat en do asphalteering
van do Anegang; het laatste nieuws
op dit gebied was een poging van het
gemeentebestuur om de bewoners van
6traten, die voor asphalteering in
aanmerking kwamen, daarvoor, bij
wijze van strafoefening, ze'.f te laten
betalen. Gelukkig is dit op 't laatste
oogenblik door den Raad gestuit. Het
zou niet moeilijk zijn, vier pagina's
van Haarlem's Dagblad vol te schrij
ven over wat er sedert '1910 in en bui
ten den Raad over asphalteering te
doen is geweest dat die voor B. en
W. do gewillige weg uieit wius, blijkt
wel uit het denkbeeld van het
College in 1912, om een
onderzoek naar de wenschelijkiheid
van asphalteering in te stellen, terwijl
die al sinds jaren in de lieele be
schaafde wereld werd toegepast!
Een lijdensgeschiedenis, het woord:
is niet té sterk. Is het daarom dat men
nu met do grootste snelheid een proef-
bestrating met asphaltblokken beko
men wil 1 etkouder Slingenberg,
wiens doorzettingsvermogen bekend
is, wensclvt dat de zaak in do eerst
volgende Raadsvergadering zal wor
den behandeld en afgedaan, zoodat de
proefbestrating op den Wagenweg en
om het Stadhuis heen, nog vóór No
vember gereed kan zijn. Deze spoed is,
na al het getreuzel van de laatste
twaalf jaren, zeker sympathiek, maar
behoeft ons toch niet af te brengen
van do vragen en opmerkingen,
waartoe ieder nieuw bestratingsmid
del, dus ook dit, aanleiding geeft.
Laat ons dan in de eerste plaats
niet over den naam vallen. Een pla
veisel, dat voor 70 procent uit kwarts-
dïoriet, voor 20 uit kalksteen en
slechts voor 10 percent uit asphalt als
bindmiddel bestaat, is mat den naam
asphaltblock nu juist niet het best
aangeduid. Maar dat is bijzaak: de
voornaamste vraag blijft, of deze
blokken, wat hun prijs en duurzaam
heid betreft, aan de hoogste eischen
voldoen, of zij niet glad zijn voor
mensch en voertuig en niet smelten
„In Brussel, waar deze soort vain
asphalt bleek te zijn gelegd op den
boulevard tusschen de Rue de ka Loi
en de Rue Zimmer is dezo blockproef
niet doorgelegd crp de kruispunten.
Daar liggen de gewone keien, zoodat
men er toch niet zoo zeker van was,
om bet zware verkeer erover te laten
passeeren. De politieverordening is
daar ook, dat er geen zwaarder wa
gens over mogen passeeren, dan 2000
kilo, met wagen en aj. Op den weg
naar Tervueren, waar men ook het
zelfde materiaal ais proef heeft go-
I legd, is dezelfde bepaling van de po-
j htieveroröening. Dat men op 't cogen.
blik nieuwe straatwegen in aanleg
heeft, waar het gewoon zwaar verkeer
zal plaat6 hebben, bewij6t nog niet,
dat dit nieuw soort materiaal voor
zulk verkeer voldoet. Dit zal de onder
vinding ooit moeten leeren.
To Antwerpen liegen een paar
proeven van hetzelfde materiaal in de
Capucijnerstraat. Dit ligt er een
paar weken in, is voor het gewone
verkeer, doch de passage is er Zr*r
miniem. In de Dierixenstraat en de
Boudewijnsestraat, een vlak op een
kruispunt; ligt het er eveneens nog
'maar enkele weken ïn; gedurende lief
halve uur. dat ik mij da3r heb opge
houden, was het verkeer er ook zeer
weinig en kon ik het hoegenaamd
niet rangschikken onder wat men hier
noemt een zwaar, druk verkeer."
Tot zoover de opmerkingen van de
zen deskundige, die ik hier weer
geef in het belang van de zaak. Mis
schien kunnen ook deze tegen weipin
gen in de Raadsvergadering worden
beantwoord- Billijkheidshalve dient te
worden vermeld, wat burgemeester
Lommen over Antwerpen in zijn rap
port zegt
„Te Antwerpen werden beziohligd
de Ruo des Bégu'nea en de Rue des
Capucinea. In dezo straten lagen de
blokken ongeveer één jaar, het verkeer
aldaar is zeer druk. Vooral in laatst
genoemde straat is het een va et vient
van grootc vrachtauto's. vrachtwa
gens .terwijl daar, naar ons werd me
degedeeld, vele zware camions van
de brouwerijen passeeren. Deze straat-
bekleeding .waarop nu gedurende één
jaar onder alle omstandigheden een
druk verkeer heeft plaats gehad;
maakte een buitengewoon goedeu in
drukgeen oneffenheid was er te
zien, geen blokje verschoven. Paarden
met groote kalkoenen onder de ijzers,
's winters scherp gezet, passeeren hier
bij tientallen en aan het wegdek was
niets te bespeuren, wat op eenige slij
tage duidde".
Verder lees ik in het rapport
„Na te Antwerpen de v. eeen bezich
tigd te hebben, vertrokken wij over
Vilvoorde via Quatre Bras door het
bosch van Soignes naar Brussel. Op
verschillende punten werden wij nog
in de gelegenheid gesteld, die mooie
procédé aan een zij het dan ook
vluchtig, onderzoek te onderwerpen.
Overal vonden wij de asphaltb'.ock-
wegen in keurieeu toestand, wel viel
het ons op. dat de meeste gedeelten in
hoofdzaak werden gebezigd voor hét
luxoverkeer en daar geen zware
vrachten overkwamen, Antwerpen
natuurlijk uitgezonderd; daar worden
wel degelijk de zwaarste vrachten
over het asphalthlock vervoerd en als
het godieelte TurnhoutAntwerpen
klaar is. zal ook daar druk van zwaar
materiaal worden gebruik gemaakt,
wafit Turnhout wordt van uit Antwer
pen van alles voorzien, zoodat het
vrachtverkeer tusschen deze twee
plaatsen belangrijk is.".
Deze twee uitlatingen komen, zoo
als de lezer ziet, niet geheel overeen.
Dit staat in eJk geval vast: in België
heeft men geen grooter ervaring
dan van een jaar. De vraag is dus,
hoe de ondervinding is geweest in
Amerika, waarover wethouder Slin
genberg met eon enkel woord in zijn
communiqué heeft gesproken. In een
door de fabriek zelf uitgegeven l>oek-
ie komen afbeeldingen voor van een
drietal straten, waar de asphaltblocks
reeds iaren dienst, hebben gedaan en
er nog keurig uitzien. Voorts wordt
o.a. meegedeeld, dat ©r reusachtig©
fabrieken van het artikel in Amerika
bestaan, dat d'e beroemde Broadway
in New-York, misschien de drukste
straat van de wereld, in 1902 word ge
maakt roet asphaltblocks en hedon nog
geen tcekenen vertoont, dat zij daar
onder lijdt. Evenmin de Albany Post
Road, een weg, die nacht en dag on
ophoudelijk bereden wordt door groo
te vrachtwagens, autobussen en auto-
vrachtwagens voor de proviandeering
van Ntw-ïork met een gemiddeld
:rkeer van 400 wagens per uur.
In Toledo-zijn alle straten bestraat
met asphalt-blocks, evenals de mees
te straten en wegen te Detroit, die
onophoudelijk bereden worden door
de duizenden auto's, die per dag wor
den afgeleverd door de Fordfabriek
aldaar.
Moeten wij deze mededeelingen, om
dat ze afkomstig zijn van den fa
brikant zelf, ter zijde leggen?
Het zou zeker onbillijk zijn. „Ame
rika ligt echter niet naast de deur",
zegt burgemeester Lommen in zijn
rapport, „en wij Hollanders zijn voor
zichtig cn niet lichtgeloovig". De fa-
briceerende maatschappij heeft den
Minister van Waterstaat aangebo
den, een Nederlandscben ingenieur
op hare kosten naar Amerika te zen
den, ik zou zeggen: dat kan de
Staat wel voor zijn eigen kosten
doen. Het vraagstuk van de best©
wegbedekking is daarvoor belangrijk
ze omstandigheden doen
Is liet wel noodig, dat de proef ge
nomen wordt met den Wagenweg en
een strook om het Stadhuis heen?
Kan men niet met een van beide vol
staan
Al 39 de Wagenweg versleten, zoo
dat dio toch nieuw geplaveid moet
worden, het voorstel omtrent het
Stadhuis heeft meer ten doel, grooter
rust cn stilte te verkrijgen in de ge-'
meentelijke bureaux. Dat kan nog
wel wat wachten. Het streven naar
zuinigheid iB er immers ook nog
Waarom zou de Raad zich dan niet
tot een proef over den gehcelen Wa
genweg, of een gedeelte daarvan be
palen 1
Besluit de Raad daartoe, dan ook
maar snel. Als het oude getalm en
getreuzel opnieuw zou moeten be
ginnen, zijn wij niet waard ëën stad
te bewonen, waarvau iedereen zegt,
dat het een mooie stad ia. Laat hij
dan nu eindelijk cons komen tot
een proef met goede moderne bestra
ting.
Wat mij benieuwen zal is-, of de
asphaltfabrikanten vóór Woensdag
zich niet bij den Raad zullen aanmel
den om mee te concurreeren de
'AmHerdamsche fabriek, 'die 'dé 'Ané-
gang plaveide, de Neufchalol As
phalte Company, de firma Qebr. Keij,
die te Arnhem indertijd asphaltte-
gels leverde.
J. 0. P.
(1) Zal die prijs ook zoo Jaag blij
ven, wanneer do koers van den frank
mocht stijgen?
HET FRANSCHE ULTIMATUM AAN DUITSCHLAND.
ALS DUITSCHLAND DE 2 MILLIOEN NIET BETAALT, ZULLEN CEEN
SANCTIES GENOMEN WORDEN, V/ EL FINANCIEELE MAATRECELEN,
OM TE MAKEN DAT HET GELD BINNENKOMT.
EEN AFWIJZING VAN AM ERIKA TE VERWACHTEN?
Het Fransche ultimatum.
dat Poincarê in onmiddellijk ant
woord op de Duitsclie nota, waarin
betaling der compensatie scuuldeu on
mogelijk verklaard en geweigerd
werd, aan de Duitsch© regeering ver
zonden, bewijst zoo wordt uit Pa
rijs aan het Handelsblad geseind
dat hij een keus gedaan heeft tus
schen hardhandigheid en geneigdheid
tot gemeenschappelijk o.erleg, waar
van men nog kort geleden mocht ho
pen, dat ze anders uitvallen zou. llij
bekommert zich verder niet om
Frankrijk's isolement en zal zoo noo
dig alleen Frankrijk's rechten doen
gelden. Waarschijnlijk heeft hij deze
houding aangenomen in de verwacii-
ting, dat de Duitscho reeeering als
nog eieren voor,haar geld zou kiezen.
Maar in elk geval vormt het
een weimg goeos voorspel
lende Inleiding voor de
Londensche conferentie
Het standpunt waarop Poincaré
zich volgens zijn ultimatum plaatst, is
volstrekt juridisch; d© gezamenlijke
bondgenooten hebben den staat .an
betalingen van Juni 1920 vastgesteld
en zoolang die niet weer door allen
tezamen ongedaan gemaakt is, heeft
Frankrijk liet recht voor- zijn deel na
koming daarvan desnoods met ge
weld door te zetten. Hij voegt er bij
dat de schuld voor den bestaauden
toestand ligt bij Duitscliland zelf,
omdat de Duitsche regeering zonder
eenige noodzaak in 1920 besloten heeft
liet verschil tusschen de sommen, die
Duitsche debiteuren nan hun geal
lieerde crediteuren moeten betalen
uitgedrukt in oude en in de tegen
woordige marktwaarde voor haai- re
kening te nemen. Ze had debiteuren
zelf dat verschil moeten laten dra
gen, dan hadden de betalingen rustig
kunnen doorgaan.
Deze argumenten worden in de
rechtsche pers in Frankrijk eenstem
mig herhaald, terwijl vreugde wordt
uitgesproken over Poincaré's flink
heid. Dat belooft wat ten aanzien van
de komende onderhandelingen met
Lloyd George, roept Pértinax zonder
eenige ironie uit en zeer verheugd.
Zoo is ook do stemming bit de ande
ren en er hecrscht alleen
verontwaardiging tegen
België,
dat zich in dezen van Fraukrijk heeft j
afgescheiden en aan de Duitsche re-
geeriug geantwoord lieert dat het
eveneens van oordeel is, dat betalin
gen uit welken hoofde ook één geheel
vormen. Men betoogt, dat België zich
zelf aldus benadeelt, omdat al wat
men Duitscldand voorloopig toestaat
niet te betalen, voir goed s c-rloren Is.
In de linkse he pore, waar men
eenigszins beduusd schijnt door dit
zoo onverwachte uitschieten van Poin
carê, praat men heel anders. Daar
vindt men dit ultimatum met hetgeen
er aan vastzit juist een allerminst
gunstige preambule voor de Londen
sche conferentie. „rOeuvre."" acht het
niet behoorlijk aldus reeds vooruit
voor Frankrijk een beslissing geno
men te hebben over een vraagstuk,
waarover de Londensche conferentie
moet beraadslagen.
Dit optreden zal bij do bondgenoo
ten een ongtmstigen indruk maken.
,,1'Oeuvre" hoopt nu nog maar, dat,
omdat het ultimatum Zaterdag af
loopt, Poincaré dien dag en volgen
den Zondag
rijn deurwaarder
thuishouden
zal en dus Maandag niet naar- Lon
den zal gaan na iets onherroepelijks
te hebben uitgevoerd. Dun zal zooals
het behoort deze quaesti© worden ge
voegd bij het algemeen© vraagstuk
der schadevergoedingen. Ditzelfde
schijnt de „Peul Parisien" te ver
wachten, wanneer het blad in ander
verband, namelijk wijzende op het
verschil in opvatting tusschen Frank
rijk en Beigie en liet onderhoud ver
meldende, dat met den Belgischen ge
zant te Parijs heeft plaats gehad, de
hoop uitspreekt, dat voor de confe
rentie te Londen, overeenstemming
met Belgie zal worden verkregen. Het
ultimatum van Pomcaré ij een groote
teleurstelling en bewijst, dat Poinca
ré nog steeds den invloed van de
rechterzijde ondergaat. Als tegenstan
ders bijna zullen beide premier, el
kander titans te Landen ontmoeten.
Wie zal tusschen hen uitspraak doen
en als Frankrijk blijft vasthouden
aan zijn intransigente politiek, naar
welken financieelen afgrond is men
dan niet op weg? zoo besluit het blad.
Omtrent
den aard der sancties,
die Poincaré wcnscht toe te passen,
laat men te Parijs niets uit. Alleen
wordt te kennen gegeven, dat men
zichzelf betaling zal gaan verschaf
ten. Blijkens dén correspondent van
het „Journal" to Berlijn verwacht
men aldaar als sancties de uitzetting
van de Duitschers, die nog in den Ei-
zas zijn gebleven mc-t confiscatie van
nun goederen ten bate van den Fran-
schen staat en beslagneming van
eigendommen van de duizend rijkste
inwoners van den Unker-Rijnoever en
van de drie pandsteden Dus eldorf,
Duisburg, Rulirort. Het is volstrekt
met na te gaan. oi in deze onderstel
lingen waarheid stookt (ze lijken zeer
onwaarschijnlijk/, aangezien, zooals
roön weet, Poincaré uiterst gesloten
is en van z:jn medewerkers hetzel'oe
eischt. Een vaststaand feit is alleen,
dat de te nemen maatregelen sinas
lang in onderdeden zijn uitgewerkt
en voorbereid. Dit doet vreezen, dat
Poincaré z© thans zonder verder uit
stel in werking zal willen doen tre
den, in de meening, dat een fait ac
compli hem op zijn beurt een ruilmid
del in handen zal geven tegenover het
geen Lloyd George op de aan taande
bijeenkomst vragen zal.
De nota van Balfour inzake de
de geinterallieerde
schulden
wordt te Parijs over het aigemeen
vrij goed opgekomen, nu men immers
reeds was gaan inzien, dat er geen
hoop meer bestond op een edelmoedi
ge vrij'sclieldirig van de voidérrngen
door Engeland, afgescheiden van de
houding van Ainerixa. A^en vindt het
to©h nog onooi van Engeland niet
meer te zullen eischen dan het ze-f
aan Amerika betalen moet, al begrijpt
men ook wel, dat die houding, gege
ven het twijfelucstigo karakter van
de betaling der Engeische vorderin
gen, nu niet zulk een heel groote op
offering vormt. Men verwacht echter,
dat de nota gTOote ontstemming zal
wekken in Amerika en doorziet nog
niet zoo gauw wat daarvan voor
Frankrijk de gevolgen kunnen zijn. In
elk geval dringt de rechtsche pers er
op aan, dat Poincaré nu onmiddel
lijk de Engeische redeneering tot de
zijne maken moet en zeggen: Even
min als gij, Engeland, uw schulden
aan Amerika kunt afdoen zonder dat
gij vorderingen binnen krijgt, even
min kunnen wij betalen zoolang we
ons geld van Duitscliland niet binnen
krijgen.
Wat
do Engeische nota
betreft, daarin wordt, zooals onze le
zers weten, een voorstel gedaan, waar
bij Engeland eenvoudig afziet van een
belangrijk deel van zijn rechten, ook
voor het geval Amerika onwillig
mocht blijven om. tot annuleering van
zijn schuldvorderingen over te gaan.
Immera aan het slot van de zeer uit
voerige nota wordt er op gewezen,
dat uh> hel onmogelijk mocht blijken
om wegens de houding van Ameri
ka de geheele intergealiieerde
schuld te annuleeren, Engeland toch
geen profijl wenscht te trekken uil
eenige minder bevredigende regeling.
Het zou van zijn schuldenaren m
geen geval meer eischen, dan het noo
dig zou hebben voor de betaling van
den eigen schuldeischer.
Eenige cijfers kunnen toptien, wat
dit eigenlijk beteokent De door Enge
land wegens leeningen aan de geal
lieerden (zonder interest) en wegens
(zijn aandeel in 3e Duitsche Vcrgoo
ding te vorderen sommen beloop©*
ongeveer 3400 millioeu ;d. et. llefc
Britsche aandeel in de Duitsche ver
goeding van 132 milliard Z2 proc,
beloopt ongeveer 29 milliard gou<
den marken of 1490 millioen pd. sL
Van de geallieerden hooft Engeland
dus ongeveer 2000 miihoen pa.si. to
vorderen, waarbij van Rusland onge
veer 650 millioen. De eigenlijke geai'
lieerde landen, nu Rusland la afge
vallen, móéten aan Engeland dus on
geveer 1300 millioen pd.st. betalen.
Daarentegen moet EngeTdnd (met
rente) aan de Vereemgdc Staten 650
millioen pdst. betalen welke schuld
do Vereenigd© Staten thans willet
fundeeren.
Het standpunt van de Brit=clie re-
geering is nu dit: Engeland wil af
stand doen van zijn geheele aandeel
in de Duitsche schadevergoeding
d.w.z. het wil afzien van zijn recht
op 22 proc. van hetgc-en door Duitsch-
land wordt betaald, zoodat hetgeen
door Duitschland wordt opgebracht
don anderen rechthebbenden zou ten
goede komen, mits de Britsche domi
nion en voor zoover doze Dominion»
.van hun rechten afstand willen doen
en Engeland wil toestemmen in een
al gemeen e annuleering der geallieer
de schulden, als Amerika hiertoe ook
te z-ijnen aanzien bereid zou zijn. Is
dit laatste echter niet het geval, dan
zul Engeland niet meer verlangen,
dan zijn schuld aan Amen ka lier
draagt. Wat het dus uit eigen zak den
geallieerden leende, zou worden ge
annuleerd. Van de 1300 millioen die
Engeland van de gealliceruen Rus
land buiten rekenmg gelaten te
vorderen heeft, zou bet uus nut meer
duu de 6cA) millioen vorderen, die net
zelf uan Amerika te beia en heelt.
•Maar uit a© bewoordingen der nota
blijkt dat.Engeland wellicht nog wel
verder zou willen gaan ook al zou
Amerik afzijdig blijven indien van
hun kant de door het Engeische voor
stel bevoorrechte geallieerden nu ook
bereid zouden zijn tot eeuig© offers,
die dan moer in het bijzonder de re
geling ten aanzien van Duit chland
zouden moeten betreffen. De Britsche
regecring doet den geallieerden dus
een belangrijk aanbod, om tot een al
gemeen© en bevredigende regeling der
oorloirsschuhlen le komen. Maar zij
mankt deze er dan ook tevens opmerk
zaam op, dat Engeland recht heeft
betaling van hen te vorderen, hetgeen
di© geallieerden tot dusver eigenlijk
vrij wel schenen te heblien vergelen.
Concessies van Fran schee
kant In uitzicht gesteld?
De Parijsche correspondent van den
Ullstein-dienst verneem: inzake de kwes
tie van de betalingen aan de verreken-
burcaux van bevoegde Fransche zijde, dat
de aangelegenheid een ander aanzien
zou nemen, indien Duitschland verkla
ren zou, dat het met het oog op de
hernieuwde daling van dc mark her
ziening verzoekt van de overeenkomst
van Londen betreffende deze betalingen.-
In cis geval zouden de geallieerden de
kwestie gemeenschappelijk onderzoeken,
en Duitschland daarna van de genomen,
gemeenschappelijke he'-l;sdng in kennis
stellen.
Volgens de Fransche opvatting moest
de Duitsche nota met een absolute wei
gering worden beantwoord, omdat d©
Duitsche regeering is vooruit geloopen
op een gemeenschappelijk besluit van
dc geallieerden en me; voorbijgaan van
de overeenkomst van Londen het op
schorten der vastgestelde betalingen aan
kondigde.
Wanneer Duitschland ondanks Poin
caré's nota op zijn tot dusver ingenomen
standpunt blijft staan, zullen de aange
zegde maatregelen automatisch in wer
king treden. Men legt er echter den na
druk op, dat hier geen sprak©
van sancties, maar vanmaat-
rcgelen ter verkrijging van
dc verschuldigde bedrage ai
Betreffende de sancties, waarmede n
de Fransche nota wordt gedreigd, ver
luidt in diplomatieke kringen te Bcilijn,
dat men gelooft, dat Frankrijk voorne
mens is om in het bezette gebied de
staatsinkomsten, douane-rechten, belas
tingen, ontvangsten der spoorwegen*
post en telegrafie, in beslag te nemen-
Deze lezing werd ook aan dc beurs aan
de Fransche nota gegeven cn was mede
oorzaak van de hausse in buitcnlaudschc
deviezen.
Dit verklaart dan ©ok, dat dc „Ti-
mee" volstrekt niet ingenomen ifi met
de Britsche nota. Dit blad immers
stelt zich volkomen op het Fransche
standpoint, dut Engeland eenvoudig
moit beginnen de oorlogsschuld van
Frankrijk &84 millioen p. st. te
annuleeren en dan maar moet af
wachten, wat Frankrijk van zijn kant
hiertegenover zou wil.en doen in zak©
de regeling van de Duitsche oorlogs
schuld.
En de „Times'' is dus zeer veront
waardigd, dat de Britsche regeering
in stede van die Fiansche schuld tt
annuleeren, komt met de medcdce-
ling, dat ze aanspraak maakt op be-
Feuilleton
uit het Engelsch
van FRED. M. WHITE.
(Geautoriseerde vertaling).
32)
Ik denk, dat liet auu>matiscli ge
beurd is, zei Ellis, met een soort klok,
of mieeohLem door een vloeistof, die
den wand in een bepaalden tijd ver
teerde. O, er zijn zooveel manieren
moselijk. Het toestel waar het gas in
gezeten had is later waarechijnlijk
door de dieven overboord gegooid. Je
zou er misschien naar kunnen laten
dreggen Lock. Ik höl> zoo'n idee, dat
G-iimour in het huis in Greencorn-
Street een soort van laboratorium op
na houdt. Volgens Bill A-vory was
G-iimour in zeedienst geweest, en het
is best mogelijk, dat dat was als offi-
eier-machinist. Dan kan hij dus ver
stand vau mechanica en natuur- en
scheikunde hebben. Ik zal jou do ge-
kleunle plaat hier laten. Lock, mis
schien kan jij te weten komen uil welk
blad zij geknipt is, van welk jaar, be
doel ik. en den naam van het blad.
O. dat is wel te doen, zei Look,
«-1 zal het ook wat tijd kosten. Het tijd
schrift is natuurlijk* in het Britsche
Museum te vinden.
- Zoodra je dat gelukt, zed Ellis,
kunnen we adhtei* Gilroours werkelij-
ken naam komen. Ongelukkigerwijs
vergat ik Avory daar dadelijk naar tc
vragen. Als we echter eerst den na;un
van het schip weten, is het overig
gemakkelijk genoeg.
Dat is zoo, zei Lock. Dat zaakje
kunt u dUs gerust aan mij overlaten.
Heel goed, zei Ellis, maar vertel
mij nu eeno, is Professor Philipson al
wat met zijn onderzoek opgeschoten 1
Kan hij al bewijzen hoo Avory dieai
dood gevonden heeft?
Om u de waarheid te zeggen,
antwoordde Lock, heb ik het te druk
met andere dingen goliad, om er
meer aan te denken. Ik zal den profes
sor echter straks even opbellen en u
dan vertellen, wat ik hoor.
Ebs begaf zich nu naarziin club,
om te lunchen en vond er Rust reeds
op hem wachten.
Blij j© te zien, zed deze. Is er weer
wat nieuws? voegde Hij er wat zachter
aan toe.
Dat wou ik jou juist vragenHeb
je al iets verdachts op het kantoor be
speurd, en hoe is het met meneer
Croot
Weet ie nog niet, dat hij zooi ets
van een ongeluk gehad heeft? Het is
een zeer geheimzinnige geschiedenis.
Een paar dagen geleden heeft iemand
op het Moat House ingebroken, Croot
ontdekte den dief, maar deze gaf hem,
voor liii ©m hulp kon roepen, een slag
op het hoofd, waardoor hij tegen den
grond sloeg en zich nogal bezeerd©.
Hij begint nu echter ai weer op te
knappen. Gisteravond heb ik Vora ge
sproken. Zii" deed erg vreemd. Patri
cia zegt. dat zij het was, die haar va
der b-wustoloos in de hal vond liggen,
en dut zij sedert dien tijd erg zenuw
achtig is
ik za! próbec-rcn. haar vanmiddag
even te spreken te krijgen, zoi Eiiis.
We hebben elkaar in een dag of wat
niet gezien. Vraag aan Patricia, of zij
haai- straks even opbelt- en baai- zegt,
dat ik om vier uur op de bekende
plaats zal zijn. Mocht Vera niet kun
nen ,laat me dat dan, als 't je blieft,
not: even weten. Ik zal hier nog een
uur blijven wachten. Maar zeg mij nu
eens. hoo is het met Gilmour 1
O, die is net als altijd. Eén ding
moet ik je echter vertellen. Kijk eens,
wat ik vanmorgen in het sousterrain
van liet kantoor gevonden heb, toen ik
iets in een oud grootboek moest na
slaan Rust stak, terwijl hij dit zei,
zijn hand in zijn zaken haalde een
Yale sleutel te voorschijn. Op de eene
zijde stond de naam Gilmour en daar
onder Everard Mansions no. 5. Niet,
dat ik veel waarde aan deze vondst
hecht, zei hij. maar in ieder geval is
het mij onbegrijpelijk, wat Gilmour in
het sousterrain tc maken had. Wat
dunkt je. zal ik hem den sleutel terug
geven oi dien liever bewaren?
Geen van be-ide, zei Elis droog
jes. Je geeft don sleutel aatn mij. Mis
schien gevoel ik wel lust in te breken
en zijn papieren te doorzoeken, of
anders vraag ik den inspecteur Lock,
dat zaakje voor mij op te knappen.
Wij hetéien door dien sleutel in allen
geval vrijen toegang tot Everacd
Mansions no. 5. Heeft Gilmour bij ge
val al cun ?:in Bleutel gevraagd-
Ik geloof het niet, zei Rust. Ik
heb er tenminste niet© van gehoord.
Misschien heeft hij een duplicaat-sleu
tel, maar ik zou toch werkelijk wel
eens willen weten, hoe hij toe
kwam. r.aar het sousterrain té gaan.
Ziou hij soms iets in d'e oude boeken
hebben willen napluizen 1 Maar zulke
dingen laat hij andere altijd een van
ons doen. Heb jii eenig vermoeden
Hm, dat kan ik nog niet met ze
kerheid zeggen, maar hoor eens,
Gtx>ff. Weet jij ook con bepaalden
axond, dat Gilmour niet op het kan
toor ie en zou jii mij dan het geheele
gdbouw kunnenlaten zien Heb je een
sleutel van de kantoordeur?
Neen, die hebben we geen van
allen, behalve Croot en Gilmour na
tuurlijk, maar door Doek zou je toch
wol een expert kunnen krijgen, om
de deur le ©penon.
Daar heb ie gelijk aan. ze: Elis, ik
kan je nog voor liet ©ogenblik niet
zeggenwat ik in dat oude huis in
Great Bower Street denk te vinden,
maar ik stel mij er heel veel van voor.
Daar zullen we het echter later nog
wel eens over hebben.
Het was reeds over vieren, toen El-
lis zich eindelijk op het afgesproken
plekji bevond, wachtend© op de
komst van Vera. Toen zij er eindelijk
aankwam, viel het Ellis dadelijk op,
hoe bleek ze sag en hoe zenuwachtig
zii was
Vera, schat, wat scheelt er aan
riep hij verschrikt uit.
Ik heb «en ergeu echok gehad,
Jack, zei ze. Je hebt zeker wel ge
hoord, wat er gebeurd is.
Ja, daar slruLs heeft Geoffrey
mij vertéld, dut je vader e©n ongeluk
had gehad. Hoe is het nu met hem?
O, dat gaat wel. Hij was bij zijn
val leclijk terecht gekomen en hud
©en groot gat in hut hoofd gekregen,
maar luj is nu zoo goea als heter en
praat er ai over, om morgen weer
naar het kantoor te gaan. Ik denk
echter, dat de dokter daar niets van
zal willen liooren en hem nog een
week rust zal voorschrijven.
Vertel me toch, wat er gebeurd
is, zei Ellis. Is d© politie den in
breker al op het spoor?
Neen, gelukkig nog niet! riep Ve
ra uit.
Gelukkig nog niet Hoe bedoel j«
dat? Wel, als iemand je hoorde, zou
hij denken, dat de inbreker een goe
de kennis van je was.
Vera schoten opeens de tranen in do
oogen, en toen Ellis zijn arai om haar
middel sloeg, voelde hij, hoe zij van
het hoofd lot de voeten beefde.
Vertel mij er alles van, Luister
de hij. Bun je zoo erg geshciikt,
toen je je vader bewusteloos vond lig
gen?
Ja, zei era, ik kwam de trap
af, om een boek te buien, dat ik in
de bibliotheek had laten liggen. Het
was nog al donker, maar ik draaide
het licht niet aai», omdat ik iue..-nde
op den tast mijn weg wel te kunnen
vinden. Toen ik nog op de trap was.
hoorde ik ©en zwaren slag in de rich
ting van do bibliotheek. Ik gaf een
gil en opeens liet iemand het licht van
een electrischc zaklantaarn in ruun
oogen schijnen. Ik gTeep naar de lan
taarn en trok haar den inbreker uit
d© hand. Ik hteld haar daarop m de
hoogte en zag den man duidelijk. Ik
schrikte zOO lievig van hem, dat ik op
een stoel in elkaar zakte en do lan
taarn liet, vallen. De inbreker raapte
do lantaarn op en verdween.
Toen ik weer een weinig tot m©
zelf was gekomen, draaide ik het licht
aan en zag vader liggen. Toen verloor
ik geheel en al het bewustzijn en
kwam pas bij, toen do bottelier ztch
over mij heenboog en mij vroeg, wat
er toch gebeurd was.
(Wordt vervolgd).